Inch Magazine

Issue Article
  • iStock-180638887.jpg

    Chinadeals

    De afgelopen 40 jaar is China sneller veranderd dan om het even welk ander land ter wereld. Deze ooit zo arme en geïsoleerde natie, waar meer dan 1,3 miljard mensen wonen, is nu de op een na grootste economie ter wereld. In 1980 produceerde het land amper 2% van de economische goederen in de wereld; vandaag is dat bijna 30%. En de economie van China mag dan vertragen, toch groeit ze nog steeds.

    “Het is allemaal relatief,” zegt Tom Crotty, directeur communicatie bij INEOS. “Er is misschien sprake van een daling van de groei met 3 of 4%, maar wij in het westen zouden voor zo’n cijfer een moord begaan.”

    Veel mensen in het westen blijven echter met argwaan naar China kijken en zien het land als een bedreiging voor hun ambities om een technologische en economische supermacht te worden.

    Dat standpunt is een doorn in het oog voor David Thompson, die naar China verhuisde nadat hij was benoemd tot CEO van INEOS Olefins & Polymers Asia.

    “Het leven hier is zo anders dan wat de westerse media ons willen doen geloven,” zegt hij. “Hoewel het een communistisch regime is en de zaken worden gecontroleerd, gebeurt dat met steun van de bevolking, omdat ze de voordelen ervan zien.”

    En er zijn voor iedereen kansen.

    “Als je een jonge ingenieur bent en snel de beste ervaring wil opdoen, dan is er geen betere plaats dan INEOS in China,” aldus David. “Iedereen die bij ons komt werken, krijgt de kans om enkele van de meest geavanceerde technologische installaties ter wereld te bouwen.”

    Ongeveer 40% van de wereldwijde chemische industrie staat nu in China.

    INEOS is er, en dus ook Dow en BASF.

    “Als je een grote speler wil zijn op de wereldwijde markt, moet je in China investeren, anders heb je geen toekomst,” zegt Tom.

    “Sommige bedrijven zijn terughoudender en ik ben er zeker van dat sommigen ons naïef vinden, maar wij pakken het anders aan.”

    En die aanpak komt neer op vertrouwen.

    “Vertrouwen opbouwen kost tijd,” zegt Tom. “Maar net als in elke relatie moet je vertrouwen hebben, anders kan je evengoed weggaan.”

    In 2014 werd dat vertrouwen op de proef gesteld toen INEOS een rechtszaak aanspande tegen SINOPEC, het Chinese staatsbedrijf dat actief is in de olie en de petrochemie, en tegen enkele van de daarmee verbonden bedrijven wegens vermeende octrooischendingen.

    In een verklaring zei INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe destijds: “We willen onze beste technologie naar China brengen, maar moeten er zeker van zijn dat ze zal worden beschermd.”

    INEOS, dat het verder altijd uitstekend met SINOPEC en met China had kunnen vinden, won de rechtszaak – en, zegt Tom, het respect van SINOPEC.

    Sindsdien hebben de twee bedrijven hun banden verder versterkt.

    In 2021 kocht INEOS zich in joint ventures in met het grootste petrochemiebedrijf van China nadat het de wereldwijde acetyl- en aromatenactiviteit van BP voor 5 miljard dollar had verworven.

    Het jaar daarop ondertekende INEOS drie back-to-backdeals, samen goed voor 7 miljard dollar, met SINOPEC.

    INEOS bezit nu 50% van twee enorme petrochemische complexen – een in Shanghai; de andere in Tianjin – en heeft een gevestigd belang in twee R&D-instituten.

    De meest recente joint ventures met SINOPEC zullen leiden tot een hogere productie hogedichtheidspolyethyleen (HDPE) en acrylonitril-butadieen-styreen (ABS) om te voldoen aan de behoeften van de snelgroeiende binnenlandse markt van China.

    “We zijn niet alleen tot de markt toegetreden,” zegt David. “We zijn via de grote poort tot de markt toegetreden. En het is voor ons allebei een grote investering.”

    Samen zullen de twee bedrijven gezamenlijk drie ABS-units exploiteren, die meer dan een miljoen kiloton acrylonitril-butadieen-styreen per jaar zullen produceren.

    Een van de ABS-fabrieken is reeds gebouwd door INEOS Styrolution in Ningbo, en dit bedrijf vormt nu nog een joint venture met SINOPEC.

    Een tweede wordt momenteel gebouwd in Tianjin, met de nieuwste technologie, en het zal een van de meest efficiënte fabrieken ter wereld zijn.

    Over de locatie voor de derde ABS-fabriek, die ook zal worden gebouwd met de toonaangevende technologie van INEOS, is nog geen akkoord bereikt.

    INEOS en SINOPEC zullen ook een nieuwe fabriek bouwen in Tianjin om hogedichtheidspolyethyleen te vervaardigen, en er zijn plannen voor nog eens twee fabrieken.

    “China is een land dat maar blijft groeien,” zegt Andrea Vittone, Vice President HDPE, bij INEOS SINOPEC Tianjin Petrochemicals Ltd.

    “Er worden nieuwe steden gebouwd en nieuwe infrastructuur aangelegd, en oude buizen worden vervangen door nieuwe, gemaakt van HDPE.”

    Op een of andere manier is INEOS al jaren actief in China.

    In 2011 begon het bedrijf nauwere banden te smeden toen het ermee instemde 50% van zijn raffinageactiviteiten in Grangemouth, Schotland, en Lavéra in Frankrijk, te verkopen aan PetroChina.

    “INEOS heeft altijd al belangstelling gehad voor China,” zegt David.

    In 2005, toen INEOS de chemie-activa voor 9 miljard dollar kocht van BP – een deal die de business van INEOS van de ene dag op de andere veranderde – bestond de hoop dat BP ook zijn aandeel van 50% in SECCO zou verkopen.

    Maar hoewel INEOS, als onderdeel van die deal, een verkoopkantoor verwierf in Shanghai, hield BP vast aan zijn aandeel van 50%.

    “We waren teleurgesteld toen we dat niet in de wacht konden slepen, maar BP wou het ons niet verkopen,” zegt Tom.

    Twaalf jaar later verkocht BP het toch – aan SINOPEC – voor 1,7 miljard dollar.
    INEOS zegt dat het zal blijven zoeken naar opportuniteiten in China.

    “De business als geheel is voortdurend op zoek naar opportuniteiten,” zegt David.

    5 minuten gelezen Nummer 26
  • iStock-465535964 copy.jpg

    De lokroep van het Oosten

    SHANGHAI is de grootste stad van China. Het is de thuisstad van meer dan 26 miljoen mensen, het hoogste gebouw in China, de snelste trein en het langste metrostelsel ter wereld en het grootste indoor skiresort. En het wordt ook steeds meer de thuis van INEOS-werknemers die naar China verhuizen na de investerings- en joint venture-overeenkomsten met het staatsbedrijf SINOPEC. David Thompson is een van hen. Hij is nu CEO van INEOS Olefins & Polymers Asia.

    Hij verhuisde in de zomer van 2023 met zijn vrouw naar Shanghai en hoopt dat anderen hem zullen volgen.

    Mel Smythe, John Archer, Dirk Heilman en Ghislain Decadt behoren ook tot de mensen die in China aan de slag zijn gegaan.

    “Hier wonen voelt al heel snel heel normaal,” vertelt John, supply chain general manager voor Shanghai SECCO Petrochemical Company Ltd. “Het is geen moeilijke plaats om te wonen; het is gewoon anders.”

    Mel, die al meer dan 20 jaar voor INEOS werkt, verhuisde onlangs naar Tianjin nadat ze werd benoemd tot Business Director HDPE bij INEOS SINOPEC Tianjin Petrochemicals Ltd.

    Ze kreeg als taak de activiteiten uit de grond te stampen.

    “Zeer weinig mensen in deze branche krijgen de kans om vanaf nul mee een volledige organisatie en business uit de grond te mogen stampen. Het is dus allemaal heel spannend,” zegt ze. “Het is een kans die je maar één keer in je carrière krijgt.”

    Als verwoed reiziger, gefascineerd door verschillende culturen, kon ze de kans om het leven in China aan den lijve te ondervinden, naar eigen zeggen niet laten liggen.

    “Ik had al zo’n beetje een idee over hoe het zou zijn, maar ik was aangenaam verrast,” zegt ze. “Het is hier anders, maar dat hoeft niet altijd slecht te zijn. Je moet gewoon met een open geest komen.”

    De 67-jarige Ghislain ging na zijn pensioen opnieuw aan de slag en verhuisde naar China nadat hem was gevraagd zijn aanzienlijke ervaring als Operations Director bij INEOS te delen om de veiligheid, prestaties en betrouwbaarheid van de activiteiten bij SECCO te helpen verbeteren.

    Maar David hoopt dat ook jonge afgestudeerden of andere jonge managers de kans zullen grijpen om naar China te komen en te helpen het bedrijf te ontwikkelen.

    “Als je naar hier wil komen, laat het ons dan zeker weten, want we hebben heel wat kansen,” zegt hij.

    “Shanghai is een fantastische plek om te wonen. Het is een welvarende, bruisende stad en omdat er geen misdaad is, is het er zeer veilig. De mensen werken er hard, maar ontspannen ook hard.”

    John, die al regelmatig naar China was gereisd toen hij voor INEOS Trading & Shipping werkte, verhuisde uiteindelijk met zijn vrouw Alexandra en hun hond Wilma naar Shanghai nadat hij een nieuwe functie binnen het bedrijf had aanvaard.

    “INEOS heeft ons echt goed gesteund, want het was wel een grote verandering,” zegt hij.

    Hij zegt dat de taal soms een barrière kon zijn, maar er zijn tolken ter plaatse.

    “Het is anders,” zegt hij. “Mensen communiceren anders en doen de dingen anders, en daaraan moeten we ons aanpassen. Maar op de werkethiek van mijn Chinese collega’s valt niets aan te merken. Ze zijn zeer, zeer toegewijd.”

    Ook hij zou anderen willen aanmoedigen kansen te grijpen in China.

    “Kom praten met de mensen die hier werken”, zegt hij. Ik heb het gedaan en niemand beschreef het als een negatieve ervaring. Stuk voor stuk zeiden ze dat ze nergens anders zoveel plezier hadden beleefd.”

    4 minuten gelezen Nummer 26
  • EIS-2024-298-scaled.jpg

    Slaapwandelend Europa dreigt industrie te verliezen

    Er is DRINGEND actie nodig om te verhinderen dat Europa al slaapwandelend zijn chemische industrie, jobs en investeringen naar het buitenland ziet verdwijnen. INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe waarschuwde dat, tenzij de Europese Commissie iets doet aan de snel stijgende energiekosten en zware koolstofheffingen, en investeringen in nieuwe chemische fabrieken aanmoedigt, er weinig zou overblijven van een industrie die ooit strategisch belangrijk was voor de veiligheid van Europa.

    “De Europese petrochemische industrie hinkt al lang achterop bij de VS, China en het Midden-Oosten omdat ze maar moeilijk kan concurreren,” vertelde hij de industrieleiders die waren bijeengekomen tijdens een Europese industrietop in Antwerpen.

    De Europese chemische industrie was ooit de grootste ter wereld.

    Hoewel ze door de jaren heen terrein heeft verloren aan China, de VS en het Midden-Oosten is ze nog steeds een van de belangrijkste sectoren met een omzet van een biljoen euro en 20 miljoen banen.

    Maar Sir Jim vreest dat dit in een oogwenk kan veranderen als de Europese Commissie niet begrijpt wat er op het spel staat.

    “De chemische industrie produceert heel wat uiterst belangrijke grondstoffen voor alle industriële ondernemingen in heel Europa,” zegt hij. “Ze biedt een bevoorradingszekerheid die een strategisch belang heeft voor Europa, en dat gaat verder dan louter de omvang van de chemiesector.”

    Tijdens de recente top belichtte hij de problemen waarmee de industrie kampt en sprak hij uit eigen ervaring over de moeilijkheden om groen licht te krijgen om 4 miljard euro te investeren in Project ONE, een state-of-the-art chemische installatie met de beste technologie.

    Het is de grootste investering in de Europese chemische industrie sinds een generatie.

    Maar een jaar nadat het werk van start ging, met 10.000 medewerkers die wereldwijd voor het project werden ingezet, werd de vergunning ingetrokken door de stikstofuitstoot van de installatie.

    “De niveaus waren het equivalent van één familiebarbecue in een natuurreservaat één keer per jaar,” zegt hij.

    Sir Jim zegt dat ook de hoge energiekosten en koolstofheffingen de industrie kapotmaken – en de investeringen wegjagen uit Europa.

    Alle logica is zoek, zegt hij.

    “De koolstofheffingen gelden niet voor 95% van de import,” zegt hij. “We doen de wereld dus geen plezier als we onze relatief kwalitatief hoogstaande productie hier in Europa, wat uitstoot betreft, vervangen door minder gereglementeerde productie van slechtere kwaliteit uit andere delen van de wereld.”

    INEOS betaalt momenteel zo’n 150 miljoen euro aan koolstofheffingen. Verwacht wordt echter dat de factuur tegen 2030 zal oplopen tot 2 miljard euro.

    “Dat is gewoon niet houdbaar,” zegt hij. Doordat Europa wil afstappen van op het land gewonnen olie en gas en ook van kernenergie, zijn de energiekosten echter ongetwijfeld de grootste kopzorg voor de chemische industrie.

    “Gas is in Europa vijf keer duurder dan in Amerika,” zegt Sir Jim. “In Amerika is de energie goedkoop; hier is energie duur. De VS is vandaag zelfbedruipend wat energie betreft. Wij niet.”

    Het is niet de eerste keer dat Sir Jim zich bezorgd toont over de toekomst van de chemische industrie in Europa.
    In mei 2014 schreef hij een open brief naar José Manuel Barroso, de toenmalige voorzitter van de Europese Unie.

    “Helaas zijn veel van mijn angsten nadien uitgekomen, want de industrie zit nu in de huidige situatie,” zegt hij.

    De top, die plaatsvond bij BASF in Antwerpen, waar ook 2 sites van INEOS zijn gehuisvest, eindigde met een oproep tot steun aan de industrie, die nood heeft aan lagere energiekosten en minder bureaucratie om het industriële weefsel van Europa nieuw leven in te blazen Vervolgens ondertekende iedereen de EU Industrial Deal. Zij willen dat Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, die op de top aanwezig was, de deal opneemt in de strategische agenda 2024 - 2029 van Europa. 

    7 minuten gelezen Nummer 26
  • 99747-Lavera-France_no-flaring-2 (1) (1).jpg

    Europese investeringen van INEOS

    INEOS heeft het aandeel van 50% van TotalEnergies in het petrochemische complex van Lavéra in Frankrijk gekocht, ondanks de dalende vraag naar chemische stoffen in Europa. Dat wil zeggen dat INEOS nu het aandeel heeft verworven van 50% van het Franse energiebedrijf van Naphtachimie (stoomkraker van 720 ktpa), Appryl (polypropyleenactiviteit van 300 ktpa), Gexaro (aromatenactiviteit van 270 ktpa) en 3TC (nafta-opslag).

    “Al deze bedrijven waren joint ventures tussen de twee bedrijven sinds INEOS de Lavéra-site in 2005 verwierf,” zegt Xavi Cros, CEO van INEOS O&P South.

    De deal omvatte ook een aantal andere infrastructuuractiva, waaronder een gedeelte van het ethyleenpijplijnnetwerk van TotalEnergies in Frankrijk, dat loopt van Lavéra naar de Sarralbe-site van INEOS op de oevers van de rivier de Sarre bij Duitsland.

    INEOS O&P South is nu als enige verantwoordelijk voor de exploitatie van de nafta-stoomkraker op Lavéra – en een kans om zijn concurrentiepositie te verbeteren en zijn toekomst veilig te stellen – door ervoor te zorgen dat het klaar is voor de milieunormen van de 21ste eeuw.

    “Wij geloven dat dit in het belang is van onze klanten, onze werknemers en INEOS omdat het ons de kans biedt de verbeteringen aan te brengen die nodig zijn.

    ‘Ondanks de huidige moeilijkheden waarmee heel de Europese chemiesector kampt, zal deze investering ook betekenen dat we sterker staan wanneer we uit deze meest recente crisis komen.

    Hij beschreef de verwerving van de polypropyleen- en aromatenbusinesses van TotalEnergies als waardevolle strategische activa.

    “Deze bedrijven zullen onze portefeuille verder versterken,” zegt Xavi. “Nog eens een miljoen ton extra capaciteit betekent een miljoen ton extra vraag van de klant.”

    Xavi zegt dat de beslissing van INEOS om zijn joint venture-partner uit te kopen een grote stap voorwaarts betekende voor de bedrijven van INEOS in Frankrijk en Zuid-Europa.

    “Logisch,” zegt hij. “INEOS kan het potentieel van deze units ten volle benutten en heeft nog een heleboel activa in het zuiden, terwijl het belang van TotalEnergies vooral geconcentreerd is in het noorden van Frankrijk.”

    De kraker is een van de grootste in Europa en kan 720.000 ton ethyleen per jaar produceren. Daarnaast produceert hij propyleen, butadieen en andere alkenenproducten.

    “Door de overname zullen wij deze activa volledig kunnen integreren,” zegt hij. “Maar we zijn ook van plan om er te blijven in investeren, ook in koolstofreductie, zodat we het engagement van INEOS om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn, kunnen waarmaken.” 

    6 minuten gelezen Nummer 26
  • Seamade Turbine-light.jpg

    Duurzaamheids-initiatieven van INEOS Inovyn

    EEN INEOS-bedrijf, dat geschiedenis schreef toen het pvc gemaakt van houtpulp in plaats van zuiver fossiele brandstoffen begon te verkopen, heeft verdere stappen gezet. Inovyn heeft nu, na het succes van BIOVYNTM, nog twee – even duurzame – pvc-producten geïntroduceerd.

    “De producten van de toekomst zijn vandaag echt verkrijgbaar,” zegt Audrey Debande, Sustainability Business Development Manager, die werkt vanuit België.

    BIOVYNTM wordt, samen met NEOVYNTM en RECOVYNTM, met succes op de markt gebracht voor klanten die ofwel hun broeikasgasuitstoot, ofwel hun plastic afval willen verminderen.

    “We weten dat onze klanten dit willen en verwachten,” zegt Audrey.

    Toen Inovyn BIOVYNTM in 2019 lanceerde, was het niet zeker hoe de markt zou reageren op een product dat, hoewel het de CO2-uitstoot met meer dan 90% deed dalen, aanzienlijk duurder was dan het conventioneel geproduceerde pvc.

    Maar de vraag was er, en dat betekende dat Inovyn kon blijven doen waar het goed in is: innoveren.

    “Het creëerde echt de voorwaarden voor de ontwikkeling van onze toekomstige duurzame producten, zegt Audrey.

    Sinds de lancering werd BIOVYNTM gebruikt in een brede waaier van toepassingen, waaronder auto’s, kledij, tapijten en vloerbekleding, gebouwen en de bouwnijverheid, en in arm- en beenprothesen – en, op de lange termijn zal het de koolstofneutrale optie van Inovyn zijn.

    Om in te spelen op de evoluerende behoeften van de klanten heeft Inovyn NEOVYNTM geïntroduceerd. Dat is een innovatief, minder duur product voor klanten die hun koolstofvoetafdruk op korte termijn willen verkleinen en zelf producten met een kleine koolstofvoetafdruk op de markt brengen.

    NEOVYNTM zorgt voor een grote verandering in de koolstofvoetafdruk met een vermindering van 37% onder het Europese industriegemiddelde voor suspensie-pvc.

    “NEOVYNTM was moeilijker omdat we de zuinigste manier moesten vinden om onze koolstofvoetafdruk te verkleinen zonder aan geloofwaardigheid in te boeten,” zegt Audrey.

    Dat betekende investeren in het gebruik van hernieuwbare waterstof en andere vormen van groene energie tijdens het productieproces – allebei cruciaal om Inovyn te helpen decarboniseren.

    Hun derde product is RECOVYNTM, dat uitsluitend is gemaakt van plastic afval dat momenteel nergens anders kan worden gerecycleerd.

    “Het is bedoeld voor klanten die hun gerecycleerde inhoud willen vergroten en willen voldoen aan strenge technische, kwaliteits- en regelgevingsvereisten,” zegt Arnaud Valenduc, Business Director van INEOS Inovyn.

    En op voorwaarde dat Inovyn kan blijven rekenen op een toevoer van gerecycleerd plastic afval, dat effectief zijn nieuwe grondstof is, heeft het bedrijf er alle vertrouwen in dat het de samenleving kan blijven leveren wat ze nodig heeft.

    De producten zijn ook gecertificeerd door de strengste wereldwijde vereisten op dat gebied, waaronder RSB (Roundtable on Sustainable Biomaterials) en ISCC (International Sustainability & Carbon Certification) PLUS.

    Geir Tuft, CEO van INEOS Inovyn, zegt dat duurzaamheid een van de belangrijkste en dringende uitdagingen is voor de moderne samenleving, en Inovyn speelt, als invloedrijke industrieleider en pvc-producent van wereldklasse, een cruciale rol in het mee ontwikkelen van nieuwe oplossingen en het ondersteunen van de groene transitie.

    “Onze wereld evolueert voortdurend, en wij ook,” zegt hij. “En het doel is duidelijk. De VN plaatst ons voor de grootste uitdaging van onze generatie, namelijk tegen 2050 koolstofneutraliteit bereiken.” 

    9 minuten gelezen Nummer 26
  • The INEOS Fusilier Exterior Reveal Event 1-2 copy.jpg

    INEOS Fusilier

    INEOS heeft opnieuw een mijlpaal bereikt in zijn traject om de beste 4x4's op de weg te produceren. Het verhoopte bewijs daarvan stond geparkeerd bij de pub The Grenadier in Londen, waar journalisten bijeengepakt zaten in de piepkleine voormalige officiersmess om vragen te stellen aan INEOS-oprichter Sir Jim Ratcliffe en groepshoofd ontwerp Toby Ecuyer over de elektrische auto van het bedrijf, de INEOS Fusilier.

    Voor de gelegenheid, die live werd gestreamd, was de pub The Grenadier tijdelijk omgedoopt tot The Fusilier.

    Terwijl Sir Jim en Toby vragen van voormalig Top Gear-presentator Richard Hammond beantwoordden, bleek dat INEOS nogmaals het minder voor de hand liggende pad was ingeslagen door te kiezen voor een range extender samen met de volledig elektrische 4x4.

    Op de vraag waarom, wanneer zo veel anderen in het VK en Europa niets van deze technologie wilden weten, antwoordde Sir Jim: “Een van de zaken die wij in ons bedrijf doen, is de dingen in vraag stellen in plaats van gewoon de kudde te volgen.”

    Hij beschreef de auto-industrie als volop in beweging – ze is zich bewust van de noodzaak om de CO2-uitstoot te verminderen, maar weet niet hoe ze dat het best kan bereiken.

    “Als autoproducent in Europa moet je een groen aanbod hebben. Door de regelgeving kan je zonder immers niet overleven,” zegt hij. “We moeten dit aanbod hebben, of we nu willen of niet. We willen het, omdat het goed is voor de wereld. Maar hebben al een lange weg afgelegd en hebben de auto ontwikkeld tot voor enkele maanden, om vervolgens even pauze te nemen.”

    Tijdens die pauze besloot INEOS twee versies te bouwen van zijn nieuwe elektrische 4x4. Eén met een range extender voor mensen die van A naar B willen zonder zich zorgen te hoeven maken over waar het dichtstbijzijnde laadstation is – en één zonder.

    In de Fusilier zal een kleine benzinemotor worden gemonteerd, die de range extender van stroom voorziet. En die motor zal de elektrische batterij indien nodig opladen.

    “De motor draait zoals een generator,” zegt Sir Jim. De INEOS Fusilier werd ontwikkeld met de hulp van Magna Steyr, een bedrijf dat veel ervaring heeft met terreinwagens en de Mercedes G-klasse en Toyota GR Supra bouwt in zijn fabriek in Graz, Oostenrijk – waar ook de Fusilier zal worden gebouwd.

    Hij is kleiner dan de eerste, no-nonsense 4x4 van INEOS, de INEOS Grenadier, die onlangs door Nith Inshore Rescue werd gekozen als zijn nieuwe zoek- en reddingsvoertuig.

    Peter Bryden, secretaris van het reddingsteam uit Schotland, zegt dat de Grenadier aan alle vereisten voldoet voor een voertuig dat zijn werk moet doen in situaties op leven en dood, zeer ruwe weersomstandigheden en een moeilijk terrein.

    “Wij verwachten dat het ons team de komende 40 jaar zal dienen,” zegt hij.

    En onlangs is hij ook in dienst getreden als operationeel commandovoertuig door de brandweer van Grenoble.

    INEOS had in mei 2022 zijn voornemen aangekondigd om een volledig elektrische 4x4 te bouwen.

    Datzelfde jaar begon het met de ontwikkeling van een Grenadier op waterstof, die het in juli 2023 onthulde tijdens het Goodwood Festival of Speed om te bewijzen dat waterstof ook een belangrijke brandstof van de toekomst was.

    Lynn Calder, CEO INEOS Automotive, beschreef het als een uitzonderlijk voertuig.

    “Hij kan alles wat een conventionele Grenadier kan, maar dan zonder uitstoot,” zegt ze.

    INEOS Automotive gelooft sterk dat er een mix van aandrijvingen moet zijn – elektrisch, waterstof, hybride, en range extenders – met verschillende technologieën die geschikt zijn voor verschillende toepassingen.

    Elektrische batterijen zijn ideaal voor stadscentra en korte verplaatsingen, maar door hun gewicht, laadtijden en actieradius niet geschikt voor zwaar transport en het openbaar vervoer.

    Anderzijds gaat een auto of vrachtwagen vullen met stikstof snel en gemakkelijk.

    Het probleem? Er zijn gewoon niet genoeg waterstoftankstations, vooral in het VK.

    “Ons demonstratiemodel bewijst dat de technologie voor een 4x4 op waterstof kan,” zegt Lynn. “Maar
    er moet voldoende tankinfrastructuur zijn voordat ze commercieel haalbaar is.”

    Ze zegt dat de lancering van de INEOS Fusilier, die aan strenge tests zal worden onderworpen op de Schöckl in Oostenrijk voordat hij in 2027 op de markt komt, blijk gaf van het engagement van INEOS om auto’s op de lange termijn te bouwen.

    “Dit toont aan dat wij hier zijn om te blijven,” zegt ze. 

    6 minuten gelezen Nummer 26
  • Man united stadium-P58EGY copy.jpg

    Dromentheater

    Sir JIM Ratcliffe is nu mede-eigenaar van Manchester United, het populairste voetbalelftal ter wereld. Voor Sir Jim, die opgroeide in de schaduw van Old Trafford en al heel zijn leven een trouwe supporter van de club is, is dat een jongensdroom. “Mede-eigenaar worden van Manchester United is een grote eer en geeft me een grote verantwoordelijkheid,” zegt hij.

    “Hiermee is de transactie afgerond, maar het is nog maar het begin van onze reis om Manchester United weer naar de top van het Engelse, Europese en wereldvoetbal te brengen.

    Ik wil dat Manchester United weer succesvol wordt en op het toppunt van zijn kunnen is.”

    Na de afronding van de deal van 1,25 miljard pond met de Amerikaanse familie Glazer sprak de voorzitter en oprichter van INEOS met Helen Evans van Manchester United TV over zijn plannen op en naast het veld.

    Hij zei dat INEOS altijd al een club uit de Premier League had willen toevoegen aan zijn succesvolle sportportefeuille, waarin enkele van de beste wieler-, Formule 1-, zeil-, rugby- en hardloopteams zitten.

    Op het veld was zijn enige doel, naar eigen zeggen, te zien dat de Rode Duivels hun gloriedagen herbeleven.

    “Daar gaat het bij Manchester United allemaal om,” zegt hij. “Het zou altijd moeten strijden om de ligatitel en Champions League-titel. Altijd.”

    Naast het veld zal de focus liggen op de waarden die deze ooit grootste voetbalclub zouden moeten verenigen.

    “We moeten de juiste organisatiestructuur tot stand brengen, daarin de juiste mensen zetten die een kei zijn in hun vak en vervolgens de juiste sfeer creëren”, zegt hij.

    Sir Jim, die nu verantwoordelijk is voor alles wat met voetbal te maken heeft, zei dat er twee grote, dringende problemen zijn – de prestaties op het veld en de toestand van het stadion, waar in 1910 de allereerste match werd gespeeld.

    “Het is niet helemaal volgens de standaard die je zou verwachten van Manchester United, dus we moeten kijken naar de herinrichting van het stadion,” zegt hij. “We kunnen het bestaande stadion renoveren of een nieuw bouwen.”

    Sportief directeur van INEOS, Sir Dave Brailsford, het brein achter de zeven overwinningen in de Ronde van Frankrijk, is momenteel ondergedompeld in de club om de begrijpen wat er op het spel staat.

    Eén persoon met wie Sir Jim heeft gesproken, is Sir Alex Ferguson. De Schot ging in 2013, na 27 jaar als manager, met pensioen. In de periode dat Sir Alex aan het roer zat, won United 13 titels in de Engelse liga en nog eens 25 binnenlandse en internationale trofeeën.

    “Hij is meest iconische coach ter wereld en is een essentieel deel van de geschiedenis van Manchester United,” zegt Sir Jim.

    Sinds de INEOS-deal op kerstavond werd aangekondigd, hebben de mannen elkaar een paar keer ontmoet.

    Sir Jim is ook van plan te gaan lunchen met Eric Cantona, die beroemd werd op de grasmat waar George Best – nog een van de favoriete spelers van Sir Jim – zich 20 jaar eerder een meester had getoond.

    “Er zijn van die spelers waar je blij van wordt wanneer ze de bal vastkrijgen, omdat je niet weet wat ze ermee gaan doen,” zegt hij.

    Sir Dave zal nauw samenwerken met de Fransman Jean-Claude Blanc, die is aangesteld als bestuurslid en de ontwikkeling van de club mee in goede banen zal leiden.

    “United is de beste club ter wereld, dus moet ze ook het beste voetbal ter wereld spelen,” zegt Sir Jim.

    “Maar de fans moeten beseffen dat dit tijd zal vergen.

    Het is geen licht dat je aan- en uitdoet. Ze kunnen niet spelen op het niveau van Real Madrid omdat ze dat al 11 niet doen.”

    Sir Jim zegt dat de kernwaarden van INEOS, namelijk lef, nauwgezetheid en humor, die van INEOS een van de grootste chemische bedrijven ter wereld hebben gemaakt, ook gelden voor voetbal.

    “Manieren en trouw zijn ook belangrijk,” zegt hij. 

     

    5 minuten gelezen Nummer 26
  • Maren Jakobsen Charlotte jobber.JPG

    Hoe Noorwegen anders ging denken

    DE INDUSTRIE in Noorwegen profiteert van een samenleving die al lang gelooft in het belang van vrouwen die in traditioneel door mannen gedomineerde omgevingen werken. Terwijl andere landen vrouwen misschien hebben weggeleid van een technische job, moedigden de Noorse scholen hen actief aan om techniek en wetenschappen te studeren aan de universiteit omdat ze die diversiteit van ideeën naar de werkvloer wilden brengen.

    De fabriek van INEOS in Rafnes, waar 36% van de ploegenwerknemers nu vrouwen zijn, is een mooi voorbeeld van de troeven van mannen die samenwerken met vrouwen in dezelfde functie.

    “Hoe dit het bedrijf ten goede komt, is moeilijk uit te leggen, maar het is wel zo,’ zegt Eirik Gusfre, Operations Manager bij Rafnes in Noorwegen.

    “Wat de technische kant betreft, kan je geen verschil maken tussen mannen en vrouwen, maar je voelt het verschil in de werkomgeving. Je ziet hoe goed onze teams samenwerken.”

    Heidi Faukald, die al 33 jaar in de Bamble AS-site van INEOS in Rafnes werkt, en haar collega Kirsti Falck voelen het ook.

    Allebei zijn ze ervan overtuigd dat vrouwen de werkomgeving bij INEOS ten goede hebben veranderd.

    “Zeggen dat vrouwen geen even scherpe ellebogen hebben als mannen, is moeilijk” zegt Logistics Manager Heidi.

    “Ik ben bijna bang om dat te zeggen. Maar misschien zijn sommige vrouwen een beetje makkelijker om te benaderen. Misschien is er wat meer zachtheid en een soort menselijke touch.”

    Wat het ook is, de werkomgeving is er niet alleen diverser op geworden, maar ook dynamischer.

    “Vrouwen bekijken de zaken door een andere bril,” zegt Plant Manager Kirsti. “We denken er anders over en kijken anders naar een probleem. En dat kan leiden tot de beste oplossing.”

    Wat vrouwen in Noorwegen ook heeft geholpen, is het ouderschapsverlof voor zowel de vader als de moeder.

    “Ouders hebben recht op 49 weken ouderschapsverlof, waarvan 15 weken voorbehouden zijn voor elke ouder,” zegt Wenche Jansen, die 30 jaar geleden in begon als operator en nu HR-consultant is.

    “De rest kan worden verdeeld hoe zij het willen.”

    Het resultaat is dat bedrijven minder geneigd zijn vrouwen te discrimineren omdat er weinig verschil is tussen een man of een vrouw in dienst nemen als een van hen ervoor kiest een gezin te stichten.

    “Wanneer we nieuwe operators aanwerven, kijken we niet naar het geslacht,” zegt Eirik.“We willen gewoon de beste operators en vrouwen zijn even goed als mannen.”

    De benadering van Noorwegen effent niet alleen de weg voor de eigen sites van INEOS, maar voor de hele petrochemische industrie.

    “Er is in Noorwegen een sterke wil om de dingen gelijk te maken, zodat we dezelfde kansen krijgen,” zegt Kirsti.

    En vrouwen bij INEOS grijpen die kansen.

    Maren Jakobsen, een 31-jarige moeder van twee kinderen, werkt als procesoperator op de site van Rafnes.

    Toen ze zwanger werd, mocht ze, vanwege mogelijke gevaren zoals lawaai en trillingen, geen nachtwerk doen of buiten werken, maar leidde ze de fabriek gewoon vanuit de controlekamer.

    “Een gezin stichten en een succesvolle carrière hebben, het kan,” zegt Kirsti. “Heidi en ik bewijzen het.”

    De twee vrouwen, die techniek hebben gestudeerd aan de Noorse Universiteit voor Wetenschap en Techniek in Trondheim, zitten in het managementteam.

    “De combinatie van werken in ploegen en een baby is niet evident,” zegt Kirsti. “Maar we proberen het voor de vrouw gemakkelijker te maken om weer aan het werk te gaan door bijvoorbeeld haar ploegenrooster te wijzigen.”

    Voor het team kan het echter ook een hele puzzel zijn om de ploeg in goede banen te leiden wanneer een man zijn verplichte 15 weken vaderschapsverlof opneemt.

    “Het is soms moeilijk, maar het maakt de zaken veel gelijker,” zegt Heidi. “En dat is de prijs die we moeten betalen als we willen dat mensen kinderen krijgen, want het land heeft kinderen nodig.” 

    5 minuten gelezen Nummer 26
  • Belstaff-People+book copy2.jpg

    ONZE EERSTE 100 JAAR

    BELSTAFF – een van de grootste oer-Britse merken – wordt dit jaar 100. Om zijn honderdste verjaardag gepast te vieren, maakte het een boek waarin voor de allereerste keer zijn geschiedenis en aantrekkingskracht uit de doeken werd gedaan – samengepuzzeld aan de hand van documenten, advertenties en persoonlijke getuigenissen. “In de honderdjarige geschiedenis van Belstaff zijn er heel wat plotwendingen geweest, maar de honderd halen is behoorlijk indrukwekkend,” zegt Doug Gunn, die mede-eigenaar is van The Vintage Showroom in de buurt van Portobello Road in Londen. “Het is een echte mijlpaal.”

    INEOS, dat het onpopulaire en verlieslatende bedrijf in 2017 overnam, had Belstaff altijd beschouwd als een cool, iconisch consumentenmerk omdat het synoniemen stond voor uitdaging en avontuur. Gemaakt voor wie de grenzen van wat menselijk mogelijk was, wilde opschuiven.

    Het kocht het merk van Italian JAB Luxury GmbH, op een moment dat het 25 miljoen pond per jaar verloor.

    Mettertijd werd steeds duidelijker dat als INEOS het bedrijf weer op de rails wilde zetten, zoals het met zo veel andere heeft gedaan, het iemand nodig had die in een crisis ook zijn of haar cool kon bewaren.

    Die iemand was Fran Millar. Geen vrouw met een achtergrond in mode, maar een stichtend lid van een van de meest succesvolle wielerploegen in de geschiedenis.

    “Behalve dat ik kleren koop, wist ik helemaal niets over de mode-industrie,” zegt ze. “Maar in Belstaff als merk geloofde ik wel, en dat doe ik nog steeds. Het is een ongelooflijk merk met een ongelooflijke geschiedenis en het product is gewoon fantastisch.”

    Sinds haar benoeming tot CEO van INEOS Belstaff in 2020, midden in de COVID-pandemie, heeft ze het bedrijf weer op de rails gezet, en een Brits bedrijf dat prat gaat op zijn prestigieuze verleden een mooie toekomst gegeven.

    “De infrastructuur, het zakelijke model, de mensen, de kostenbasis, de strategische richting en de merkpositie: we hebben alles compleet veranderd,” zegt ze.

    Vandaag draait het bedrijf dankzij haar nieuwe strategie en bedrijfscultuur bijna break-even. Een bedrijf dat staat voor onafhankelijkheid, moedig zijn en boven de massa uitsteken.

    “We weten nu wie onze concurrenten zijn, wie onze klanten zijn, en we gaan achter hen aan alsof we een koers willen winnen,” zegt Fran.

    Ook zij kleedt zich nu anders.

    “Vroeger was ik tevreden met een legging, een trui en een paar sportschoenen,” zegt ze. “Maar vandaag probeer ik de typische Belstaff-vrouw te belichamen: klassiek, chic, maar dan net dat beetje anders.”

    Belstaff werd in 1924 opgericht in Stoke-on-Trent, Staffordshire, door Joodse immigranten Eli Belovitch en zijn schoonzoon Harry Grosberg.

    De eerste vier jaar verkochten ze waterbestendige capes, rugzakken en legerhemden. Hun doel was eenvoudig: hun klanten droog houden.

    Groot-Brittannië moest wachten op de Trialmaster, het meest iconische product van Belstaff. Het is een militair uitziende jas met vier zakken van gewaxt katoen, die zijn aantrekkingskracht heeft behouden.

    “Het was geen jas,” zegt Peter Howarth van Boat International. “Het was een klassiek stuk techniek.”

    Iemand die dat kan beamen, is Sammy Miller, de legendarische motorcycle trials-rijder die tijdens de jaren 50 van de vorige eeuw een cruciale rol speelde in de evolutie van de sport.

    Hij droeg een Belstaff-jas tijdens zijn eerste Scottish Six Days Trial in 1954.

    “Ik reed beter omdat ik droog was,” zegt hij. “Mijn concurrenten zagen eruit als verzopen ratten. Ik had de gewoonte te bidden om regen, omdat ze daar zwakker van werden en het gemakkelijker werd om ze te verslaan.”

    Sir Chris Bonington droeg beschermende Belstaff-uitrusting toen hij en Doug Scott in juli 1977 als eerste klimmers de 7.285 meter hoge top van de Ogre in Pakistan bereikten.

    Hoewel de motorerfenis van Belstaff door de jaren heen het bekendste deel van zijn geschiedenis blijft, worden de kleren van het merk gedragen door enkele van de grootste waaghalzen die de wereld ooit heeft gekend.

    Maar het is misschien de overleden Hollywoodacteur Steve McQueen die alle lof moet krijgen. Hij zette Belstaff voorgoed op de kaart in 1963, toen hij een Belstaff-jas droeg in de beroemdste scène uit The Great Escape, waar hij probeert met een motorfiets over een prikkeldraad te springen.

    McQueen was zowel op als naast het scherm een fan van Belstaff, en naar verluidt zou hij een afspraak met zijn toenmalige vriendinnetje Ali MacGraw hebben afgezegd om te kunnen thuisblijven en zijn Belstaff- jas te waxen.

    Belstaff mag door de jaren heen dan herhaaldelijk van eigenaar zijn veranderd, de klanten zijn trouw gebleven.

    “Dat wil ik niet zien veranderen,” zegt Fran. “Ik wil niet dat Belstaff geen klassieke, prachtige, kwaliteitsvolle, volledig gewaxte katoenen jas heeft, want die jas, dat zijn wij.

    “Maar toen ik de job aannam, wist ik eigenlijk nog niet zeker dat wat Belstaff zo ver had gebracht, ook naar de toekomst zou brengen.”

    Sinds ze de controle overnam – met zeer duidelijke instructies van INEOS-oprichter Sir Jim Ratcliffe – heeft het bedrijf niet alleen overleefd, maar is het gaan floreren.

    “Het is een vrij rebels merk met een rebelse geest,” zegt ze. “Wanneer mensen Belstaff verkiezen boven Barbour, zegt dat iets over hen.”

    Vandaag is het bedrijf volledig gereorganiseerd. De winkels zijn opgefrist en het merk is geherpositioneerd zonder zijn zeer gepassioneerde, trouwe en bestaande klanten weg te jagen.

    “We hebben het heruitgevonden door alles wat overbodig was, weg te halen en naar de kern te gaan van wat het merk is en waar het voor staat,” zegt Fran.

    Gore-Tex is opnieuw in het gamma opgenomen en de kleding van Belstaff is tegenwoordig verkrijgbaar in een heel gamma kleuren, niet meer alleen in donkerblauw, bruin of zwart.

    Het bedrijf heeft ook een gamma op de markt gebracht om de honderdste verjaardag van Belstaff te vieren.

    “Het zijn allemaal klassiekers van het merk, die we nieuw leven hebben ingeblazen,” zegt Fran, die een team van 180 mensen aanstuurt.

    De toekomst ziet ze rooskleurig in.

    “We kunnen een ervaring creëren en een verhaal en een narratief vertellen waar andere merken dat misschien niet kunnen,” zegt ze. “Ik ben ervan overtuigd dat Belstaff een wereldwijd supermerk kan zijn met over enkele jaren een omzet van drie cijfers en een EBITDA van twee cijfers.” 

    7 minuten gelezen Nummer 26
  • still 3-HR.jpg

    Chase Zero

    Op het water hoopt INEOS Britannia, het team dat Groot-Brittannië vertegenwoordigt, dit jaar geschiedenis te zullen schrijven door voor het eerst de America’s Cup te winnen. Aan wal hoopt een liefdadigheidsorganisatie rond onderwijs, die is opgericht door teamkapitein Sir Ben Ainslie, de middelbareschoolkinderen in het VK te tonen wat er allemaal achter de schermen gebeurt om deze race te proberen winnen.

    De liefdadigheidsorganisatie 1851 Trust is van plan een subsidie van 25.000 pond uit het INEOS Community Fund te gebruiken om meer STEM-materialen te creëren. Die kunnen leerkrachten dan in de klas gebruiken om de liefde voor wetenschap en technologie aan te wakkeren en de leerlingen te laten inzien hoe belangrijk waterstof is om koolstofneutraliteit te bereiken.

    “Een van de grootste uitdagingen bij het voldoen aan onze klimaatdoelstelllingen is genoeg toekomstige innovatoren met STEM-achtergrond te hebben,” zegt Jo Grindley, plaatsvervangend CEO van de 1851 Trust.

    STEM Crew is een van de belangrijkste onderwijsprogramma's van de trust en gebruikt sport om STEM-onderwerpen tot leven te brengen, in een poging om een generatie te scheppen die de zeer dringende problemen kan oplossen waar de planeet mee kampt.

    “De Britse regering spreekt van een structurele verschuiving in de economie en voorspelt 440.000 groene jobs in 2030,” zegt Jo.

    “De 1851 Trust gelooft dat door sport, onderwijs en het zakenleven samen te brengen, we kunnen werken om de leerkloof binnen STEM te dichten en de innovatoren van de toekomst te inspireren.”

    De nieuwste middelen, die vanaf april voor alle scholen beschikbaar zullen zijn, zijn toegespitst op het werk het INEOS Britannia-team doet om hun met waterstof aangedreven foiling chase boat te ontwerpen en te bouwen.

    Alle teams die deelnemen aan de race van dit jaar kregen de opdracht om met waterstof aangedreven foiling chase boats te bouwen in het kader van hun campagne om de America’s Cup te winnen.

    “Nu er over heel de wereld zo veel wordt geïnvesteerd in waterstof, zou de omschakeling naar foiling chase boats, aangedreven door waterstof, wel eens een duurzame en praktische oplossing kunnen blijken te zijn voor de toekomst van de zeevaart,” zegt Sir Ben.

    Elke boot moet minstens 10 meter lang zijn, een maximumsnelheid halen van 50 knopen zodat ze de AC75’s kunnen bijhouden, en een bereik van 180 mijl (een kleine 300 meter) hebben.

    De titelverdedigers, Emirates Team New Zealand, lanceerden hun boot in maart 2022 om te bewijzen dat het kon. Een week later was hun 10 meter lage prototype te zien, Chase Zero, terwijl hij rondscheurde in de Waitematā-haven in Auckland.

    INEOS Britannia is van plan zijn chase boat, die momenteel in China wordt gebouwd, dit voorjaar te lanceren.

    De schoolmaterialen, die nu dankzij het Community Fund van INEOS door het team worden ontwikkeld, zullen perfect passen in het fysicacurriculum van de Engelse scholen.

    INEOS is ervan overtuigd dat waterstof een grote rol kan spelen in het decarboniseren van de zeevaart, die verantwoordelijk is voor zo’n 3% van de wereldwijde CO2-uitstoot.

    Om het belang van waterstof in de verf te zetten, dat helemaal geen koolstof uitstoot, is INEOS ook van plan om een Fuels of the Future-evenement te organiseren wanneer de boot in Barcelona te water gaat.

    Verwacht wordt dat nog duizenden extra mensen zullen afzakken naar de Spaanse stad met haar ongeveer 1,6 miljoen inwoners wanneer de 37ste America’s Cup er later dit jaar plaatsvindt.

    De eerste race zal worden gevaren op 29 augustus.

    Vijf teams zullen strijden om de meest gegeerde trofee in de wereld van de pleziervaart, waaronder The Defenders, Emirates Team New Zealand, en The Challenger of Record, INEOS Britannia. 

    4 minuten gelezen Nummer 26
  • The Daily Mile(3).jpg

    8 miljoen kilometer elke dag

    LEERKRACHTEN komen woorden te kort om te beschrijven hoe The Daily Mile heeft geholpen het geluk, de fysieke conditie, het gedrag en het concentratievermogen van de kinderen in de klas te verbeteren. Velen zeggen dat de lesonderbreking van 15 minuten nu een cruciaal onderdeel is van de schooldag.

    “Ik geloof in het aanleren van gewoontes voor het leven,”

    zegt Marianne Wheeler, die verantwoordelijk is voor de geestelijke gezondheid aan Crabtree Junior School in Hertfordshire. “The Daily Mile is een eenvoudige routine voor onze kinderen op school, maar het kan een fundament zijn voor een leven lang actief blijven.”

    Bij het ter perse gaan van INCH bleek dat bijna vijf miljoen kinderen uit 96 landen nu regelmatig The Daily Mile al lopend, fietsend of wandelend afleggen.

    Engeland behoort tot de beste leerlingen: 8.357 scholen hebben zich ingeschreven, goed voor 47% van de basisscholen. Schotland, waar het allemaal begon, heeft 1.348 scholen aan boord, goed voor 53% van de basisscholen.

    Gordon Banks, algemeen directeur van The Daily Mile Foundation, bracht onlangs een bezoek aan twee scholen in het VK tijdens de Children’s Mental Health Week.

    “We weten dat kinderen die regelmatig aan lichaamsbeweging doen, geestelijk gezonder zijn,” zegt hij.

    “Maar met naar schatting een op vijf kinderen en jongeren met mentale problemen, die velen meenemen in hun volwassen leven, is het cruciaal dat we nu handelen om ervoor te zorgen dat elk kind kan genieten van de voordelen van regelmatige lichaamsbeweging.” 

    2 minuten gelezen Nummer 26
  • BW_230331_INEOS_07_181_sRGB-2 copy2.jpg

    25 jaar in de maak

    Het was een heel avontuur, maar de bazen van INEOS zijn niet van plan een pauze te nemen. Sir Jim Ratcliffe, John Reece en Andy Currie hebben nog heel wat voor ogen voor ze nog maar aan hun pensioen kunnen denken.

    “Deze vijfentwintig jaar zijn voorbij gevlogen” aldus Jim, die het bedrijf in 1998 oprichtte. “Maar we zijn hongerig naar meer uitdagingen. Deze honger zal niet weggaan en ik denk dat we de komende vijf jaar met nog eens 50 tot 100% zullen groeien.”

    Het bijzondere avontuur van INEOS begon in 1998 in België, toen Jim de bedrijfsgebouwen en het eigendomsrecht kocht van een voormalige vestiging van BP in Antwerpen.

    Sindsdien is het bedrijf - onder leiding van Jim, John en Andy - uitgegroeid van die ene vestiging in Antwerpen tot een van de grootste bedrijven ter wereld, met een jaaromzet van 68 miljard dollar en meer dan 26.000 werknemers in 31 landen.

    Alle drie deelden ze een visie - en een gelijkaardige mindset - en zagen ze kansen waar anderen dat niet zagen.

    En zo hebben ze het bedrijf sindsdien geleid.

    “Ik denk niet dat we ooit een strategisch vijfjarenplan hebben gehad,” zegt John.

    In plaats daarvan creëerden ze een plek waar ideeën volop kunnen stromen, creativiteit de ruimte krijgt om te bloeien, uitdagingen worden aangegaan in plaats van gevreesd en het woord ‘onmogelijk’ gewoonweg niet bestaat.

    Steph McGovern, die nu haar eigen Britse talkshow heeft, was vroeger economisch verslaggeefster bij de BBC.

    “Er is niet veel meer dat me nog verrast in de zakenwereld, maar INEOS wel”, vertelt ze. “Het blijft de grenzen verleggen van wat een wereldwijde bedrijf met petrochemie als corebusiness kan doen.”

    Ze is een van de zeven auteurs die werden geselecteerd om commentaar te geven op het succes van INEOS in een nieuw boek met de titel ‘Grit, Rigour & Humour: The INEOS story’, dat in juli werd gepubliceerd ter ere van de 25ste verjaardag van het bedrijf.

    Deze drie kernwaarden - lef, nauwgezetheid en humor (grit, rigour and humour) - zijn stevig verankerd in alle 36 bedrijven van INEOS en droegen de afgelopen 25 jaar hun steentje bij om 177 deals af te sluiten.

    “Lef is een essentiële kwaliteit in een bedrijf die uitdagend kan zijn,” vertelt Jim. “En nauwgezetheid is het tegenovergestelde van improviseren.”

    Humor spreekt voor zich.

    In het begin focusten Jim, John en Andy op het bedrijf doen groeien door impopulaire en ongewenste activa over te nemen van BP en ICI.

    “Ze waren niet zo duur omdat niet zo veel mensen ze wilden” aldus Jim.

    De grootste overname kwam er in 2005, toen INEOS in 30 dagen 9 miljard dollar samenbracht om Innovene van BP te kopen.

    “Dit betekende een enorme verandering voor het bedrijf.” vertelt Andy.

    Plots werd INEOS het op drie na grootste chemische bedrijf ter wereld.

    Hoewel petrochemie de kernactiviteit van INEOS blijft en zijn producten de moderne wereld blijven faciliteren waagde het bedrijf zich in de wereld van sport, mode, consumptiegoederen en auto’s.

    Het bedrijf investeerde ook steeds meer tijd - en geld - in de aanpak van zwaarlijvigheid bij kinderen, kinderarmoede en het bestrijden van resistentie tegen antimicrobiële stoffen, waardoor antibiotica niet langer werken.

    Niet alleen dat, in 2008 overleefde het de grootste financiële crisis sinds de crisis van de jaren 30 en vijf jaar later een bitter industrieel conflict dat bijna leidde tot de sluiting van de grootste fabriek van Schotland.

    “Het is moeilijk om een Brits bedrijf te bedenken dat zoveel heeft bereikt in een kwart eeuw”, aldus Mark Killick, een voormalig producer van de BBC die vele jaren samenwerkte met INEOS.

    Hoewel INEOS alle reden heeft om trots te zijn op wat het de afgelopen 25 jaar presteerde, blijft het niet hangen in het verleden.

    Vandaag is het bedrijf zich er maar al te zeer bewust van dat het in een totaal andere wereld actief is dan in 1998.

    Deze wereld eist nu verandering van energie-intensieve bedrijven om de ergste gevolgen van klimaatverandering te helpen afwenden.

    INEOS heeft een plan. Een plan om de CO2-uitstoot drastisch terug te schroeven. Een plan om te voorkomen dat aanzienlijke tonnen plastic in een afvalstortplaats belanden. En een plan via zijn energietak om vandaag het licht te laten branden en tegelijkertijd de overstap te maken naar koolstofarme energie voor morgen.

    En veel hiervan wordt al uitgerold.

    “INEOS dwingt je om anders te denken, om flexibel en recht door zee te zijn en een stapje verder te gaan dan de conventies” aldus Dr. Anne-Gret Iturriaga-Abarzua, hoofd bedrijfscommunicatie bij INEOS Olefines & Polymeren Noord-Europa in Keulen, Duitsland.

    De toekomst zal lef vereisen. Er is geen plaats voor mensen zonder visie. Gelukkig bestaan die mensen gewoon niet bij INEOS. 

    5 minuten gelezen Nummer 25
  • Alchemy.jpg

    De alchemie van INEOS

    Wie had kunnen denken dat drie schooljongens uit enkele van de armste dorpen en steden in het VK op een dag aan het hoofd zouden staan van een industriële reus, met 182 vestigingen in 31 landen.

    Maar Sir Jim Ratcliffe, die opgroeide in een sociale woning in Failsworth, John Reece en Andy Currie waren geen gewone schooljongens. Als kind al moedigden hun ouders en leraren hen aan om elke kans te grijpen en hun aangeboren talenten optimaal te benutten.

    En in de afgelopen 25 jaar deden ze dat door anders te denken, op hun instinct te vertrouwen en hun huiswerk te maken. De drie mogen dan wel aan het roer staan, onder hen stroomt een zee van medewerkers die barstenvol talent, passie en doelgerichtheid zitten.

    Eigenlijk zijn buitengewone mensen heel gewoon bij INEOS. “Het bedrijf zit boordevol werkelijk briljante geesten”, vertelt Sean Keach, een vooraanstaand technologiejournalist. “Het wemelt echt van de kennis en expertise binnen INEOS, zodat elke opdracht nagenoeg haalbaar lijkt.”

    Zo ziet INEOS het ook: De combinatie van opmerkelijke mensen en grote vragen leidt tot buitengewone resultaten. 

    2 minuten gelezen Nummer 25
  • _ocb3104-resized 10.41.14.jpg

    De grote deals

    De afgelopen 25 jaar heeft INEOS grenzen bereikt en doorbroken. Het toonde de wereld dat het niet om ideeën gaat. Het gaat om ideeën waarmaken. De medewerkers bij INEOS houden van een uitdaging.

    Voorzitter Sir Jim Ratcliffe, Andy Currie en John Reece wisten dat het leven nooit meer hetzelfde zou zijn nadat ze in 2005 de chemische bedrijfstak van BP kochten.

    Want die monumentale deal, waarbij in 30 dagen 9 miljard dollar bij elkaar werd gekregen, is misschien wel de katalysator geweest voor elke uitdaging die INEOS is aangegaan. Want INEOS vraagt niet 'waarom’? Het zegt ‘waarom niet’? En keer op keer bewijst het dat niets onmogelijk is.

    De Innovene-deal

    Plots werd INEOS het op drie na grootste chemische bedrijf ter wereld.

    Wat betreft deals zijn er niet veel grotere - of betere - dan de beslissing van INEOS om BP's wereldwijde chemische activiteiten te kopen in 2005. De grote conglomeraten, zoals BP, hadden genoeg van de petrochemie en wilden eruit stappen om te focussen op olie en gas, waar het geld zat. BP was van plan om Innovene naar de beurs van New York te brengen. Maar de mede-eigenaars van INEOS, Sir Jim Ratcliffe, Andy Currie en John Reece overtuigden BP om het bedrijf in plaats daarvan aan hen te verkopen. In slechts 30 dagen stemden drie banken ermee in om 9 miljard dollar te lenen, ondanks het feit dat INEOS geen van de vestigingen had bezocht.

    “Ik herinner me dat we met de Bank of England moesten praten voor we de 9 miljard dollar aan BP overmaakten. 9 miljard is immers nogal een groot getal” aldus John. Brian Gilvary, nu voorzitter van INEOS Energy, werkte ten tijde van de deal voor BP.

    “Het was een buitengewone zet,” vertelt hij. “Veel mensen waren erdoor verrast.” John McNally werkte ook voor BP en heeft niet meer omgekeken sinds INEOS zijn oude bedrijf overnam.

    “Het was echt niet meer duidelijk bij BP wie de eigenlijke beslissingen nam,” aldus John.

    “Met INEOS is alles glashelder. Je praat met de eigenaars en krijgt een beslissing terug. Dat vind ik geweldig. Ik heb dat altijd geweldig gevonden.”
    Terugkijkend zei Jim dat het een deal was die INEOS nooit had moeten kunnen sluiten, aangezien Innovene drie keer zo groot was als INEOS.

    “Het zou in geen miljoen jaar meer gebeuren, want je zou gewoon niet drie banken zover krijgen om elk 3 miljard dollar in hun eigen balans op te nemen.” vertelt hij.

    De deal bracht echter een grote transformatie teweeg, waardoor INEOS in de supercompetitie van wereldwijde petrochemische bedrijven ging meespelen. “Het was Jona die de walvis inslikte,” zegt Tom Crotty, communicatiedirecteur van INEOS. “Het was gewoon ongezien in de industrie.” 

    Olie & gas

    INEOS vond in 2015 een nieuw platform om zijn activiteiten te ontplooien - in de Noordzee. Toen de olie- en gasbedrijven begonnen te verkopen door de stijgende kosten en kelderende winsten, probeerde INEOS de ongewenste activa te verwerven.

    “Jaren terug pikten we een aantal hele mooie activa op omdat petrochemicaliën impopulair werden en uit de mode raakten,” aldus Sir Jim Ratcliffe, de oprichter van INEOS. “Hetzelfde geldt vandaag voor olie en gas, vanwege de CO2-voetafdruk.”

    “Maar de planeet kan niet zonder olie en gas, zeker niet voor nog eens 30 of 40 jaar. De wereld heeft momenteel 100 miljoen vaten olie per dag nodig.”

    Aanvankelijk kocht INEOS alle gasvelden in de Britse Noordzee op die in handen waren van de DEA Group. Enkele dagen later verkocht Fairfield Holdings Ltd zijn belang van 25% in het Clipper South platform aan INEOS.

    In 2017 kocht INEOS alle olie- en gasactiva in de Noordzee van DONG Energy, het Deense olie- en aardgasbedrijf. In een aparte deal met BP verwierf het ook het 380 km lange Forties Pipeline System (FPS), dat 40% van de olie en het gas van het VK naar het vasteland brengt.

    Het waren baanbrekende overnames die het bedrijf naar een nieuw, spannend terrein leidden.

    De deal met DONG Energy, dat wilde focussen op hernieuwbare energie, verstevigde ook de positie van INEOS als een van de 10 grootste olie- en gasproducenten in de regio op dat moment - en leidde tot de oprichting van INEOS Energy.

    “INEOS Energy omvat alle bestaande activa van INEOS Oil & Gas en zal ons ook de mogelijkheid bieden om ons te ontpoppen tot een grote kracht in de komende energietransitie” aldus Brian Gilvary, een gepensioneerd BP-bestuurder die voorzitter werd van INEOS Energy.

    De drakenschepen

    Sommigen vinden het niet haalbaar om vloeibaar ethaan over de Atlantische Oceaan te vervoeren.

    De komst van schepen met Amerikaans ethaangas luidde het begin van een heropleving in voor de noodlijdende gaskrakers van INEOS in Europa. Andere bedrijven vonden het gewoon niet haalbaar om grote hoeveelheden vloeibaar ethaan over de Atlantische Oceaan te vervoeren. Maar INEOS zag een kans en durfde het ondenkbare te denken.

    Anderen doen het nu ook, maar INEOS was de eerste. “We waren pioniers,” zegt David Thompson, de man die het project in goede banen leidde.

    “We waren betrokken bij de pijpleidingen, de fractionering, de terminals, de infrastructuur en de schepen.

    We moesten het allemaal doen.” De Chemical Industries Association in het VK beschreef het project als de belangrijkste investering in de productie in tien jaar.

    Het duurde vijf jaar voor dit vruchten afwierp en besloeg drie continenten. Er waren duizenden mensen bij betrokken, het kostte 2 miljard dollar en redde 10.000 rechtsreekse en onrechtstreekse jobs in Schotland.

    “Het was echt een wereldwijde samenwerking en een van de grootste technische projecten ter wereld,” aldus David.

    Vandaag vervoert de groeiende vloot van de multigasschepen van INEOS - van een nooit eerder geziene omvang - regelmatig het scherp geprijsde Amerikaanse ethaan naar Europa.

    “Ik geloof dat INEOS een van de weinige bedrijven ter wereld is die hierin zouden slagen,” aldus Sir Jim Ratcliffe, oprichter van INEOS.

    De Grenadier

    Insiders uit de industrie zeiden dat het niet kon. Chemische bedrijven bouwen geen auto's.

    SOMMIGE van de beste ideeën van INEOS kwamen er op café. Zo ook voor de 4x4 terreinwagen van INEOS, die werd bedacht bij een gin-tonic in The Grenadier pub vlakbij de hoofdzetel van het bedrijf in London. Insiders uit de industrie zeiden dat het niet kon. Chemische bedrijven bouwen gewoon geen auto's van nul. Maar INEOS trekt zich niets aan van wat anderen denken. Het bewijs – The Grenadier – is nu te koop.

    “Ik heb onnoemelijk veel respect voor wat er bij INEOS is gedaan”, aldus Quentin Wilson, een bekroonde autojournalist die tien jaar lang Top Gear presenteerde.

    “En ik denk dat iedereen in de sector, als ze eerlijk zijn, zou zeggen dat dit indrukwekkend is.”

    Het verhaal van de INEOS Grenadier kent misschien geen weerga.

    Maar het was een kans om de lat hoger te leggen die Sir Jim Ratcliffe, oprichter INEOS, niet kon weerstaan.

    Waarom zou INEOS geen spirituele opvolger bouwen voor de Land Rover Defender; een van ‘s werelds meest emblematische 4x4’s?

    Toen hij die avond de pub verliet, was het project al aan het rollen.

    INEOS Sport

    INEOS munt niet alleen uit in het bedrijfsleven. Het nam ook het voortouw – en ging de strijd aan met veronderstellingen – in de wereld van de sport. En niet slechts één sport. Vandaag doet INEOS mee op de weg, het veld, de baan en het water en helpt het zijn team van atleten van wereldklasse - of ze nu lopen, wielrennen, rugby of voetbal spelen, of aan Formule 1 of zeilen doen - om buitengewone dingen te bereiken.

    Voor INEOS, dat bij het ter perse gaan van INCH een overeenkomst met Manchester United aankondigde, is dit allemaal heel vanzelfsprekend. “Het helpt echt als je met hooggeplaatste mensen praat in China of het Midden-Oosten, want zij hebben op de een of andere manier een beeld van INEOS” aldus Sir Jim Ratcliffe, voorzitter van INEOS.

    “Anderen spenderen het misschien aan reclame op tv, maar wij kozen voor een iets andere aanpak.”

    INEOS begon klein door te investeren in amateursporten voor de gewone mens.

    “Het was een van de leukste jobs die ik had nadat INEOS zijn hoofdzetel naar Zwitserland had verhuisd”, vertelt David Thompson, CEO van INEOS Olefins & Polymers Azië. Hij was van 2016-2021 directeur van de Lausanne Hockey Club en van 2017-2019 van Lausanne Sport.

    “Ik moest banden aanknopen met de lokale gemeenschap.” Sinds die investering in de Lausanne Hockey Club in 2010, is INEOS partnerschappen aangegaan met enkele van de allerbeste teams ter wereld.

    Maar zoals met alles wat INEOS doet, deden we het anders en zullen we dat ook blijven doen.

    Alle teams – onder leiding van Sir Dave Brailsford – werken aan gemeenschappelijke prestatieproblemen door kennis en best practices te delen.
    Daarom gebruikt het F1-team technologie die de auto op de grond houdt om de boot van INEOS Team UK te laten vliegen en adviseert het INEOS Grenadiers-wielerteam het zeilteam over voeding.

    Clark Laidlaw, de hoofdcoach van de All Blacks Sevens, beschreef de samenwerking met INEOS onlangs als uniek.

    “Het geeft ons de mogelijkheid om te leren van een aantal van ‘s werelds best presterende teams in verschillende sporten” vertelt hij.

    7 minuten gelezen Nummer 25
  • Grangemouth aerial May 2017-v2 copy (1).jpg

    De grote kwesties

    Uitdagingen zijn onvermijdelijk en INEOS doorstond er de afgelopen 25 jaar heel wat. Maar twee belangrijke gebeurtenissen deden INEOS op zijn grondvesten daveren - de financiële crisis van 2008 en een bitter industrieel conflict in 2013 in Schotland.

    De financiële crisis was de ergste sinds de crisis van de jaren 30. Voor INEOS blijft dit het donkerste moment uit zijn geschiedenis, waarbij het opriep tot kalmte onder zijn investeerders. En het conflict in Grangemouth eindigde bijna met de sluiting van de verlieslatende gaskraker.

    INEOS overleefde niet alleen beide, maar kwam er ook sterker uit. INEOS besloot om zijn investeerders geregeld te ontmoeten en de investering in de vestiging in Grangemouth bracht een heropleving op gang, waarbij schaliegas naar Schotland werd gebracht.

    In 2008 kreeg de wereld te maken met de grootste financiële crisis sinds die van de jaren dertig. INEOS werd meegesleurd in de storm die zich als een lopend vuurtje over de Atlantische Oceaan verspreidde. Drie jaar eerder hadden John Reece, Andy Currie en Sir Jim Ratcliffe
    de deal van de eeuw gesloten nadat ze 9 miljard dollar hadden geleend om het enorme chemiebedrijf van BP te kopen. Maar nu stonden de banken op het punt om INEOS aan de kant te zetten. “Het was absoluut het donkerste moment in onze geschiedenis” aldus John.

    INEOS zat aan tafel met zijn kredietverstrekkers en kwam met succes een tijdelijke ontheffing overeen van het convenant met de banken, in ruil voor een aanbod om hogere interesten te betalen op zijn leningen.

    Maar het was een ongemakkelijke en moeilijke ontmoeting. Wat het wel deed, was INEOS de ogen openen en te doen inzien dat verandering nodig was.

    Jarenlang waren Jim, John en Andy alleen maar bezig geweest met het bedrijf te doen groeien en hadden ze geen tijd geïnvesteerd in de relaties met de investeerders.

    “We beseften dat als we een probleem hadden, we geen vrienden hadden,” vertelt Jim.

    Ze verlieten de vergadering en waren vastberaden om één keer per jaar een investeerdersdag te organiseren.

    En dat hebben ze sindsdien gedaan. “In die tijd begrepen de investeerders ons nooit echt, maar nu doen we ons best om de verschillende activiteiten uit te leggen”, aldus John.

    “Dit betekent dat wanneer we om financiering vragen, ze weten waar INEOS voor staat en het enkel om de transactie gaat.” 

    Conflict met de werknemers in Grangemouth

    IN 2013 werd de vestiging in Grangemouth overspoeld door een bitter industrieel conflict. INEOS zei dat het bereid was om 300 miljoen pond te investeren in het kader van een overlevingsplan om het broodnodige schaliegas uit de VS aan te voeren - als het de kosten van de verlieslatende vestiging kon drukken.

    Grangemouth presteerde sinds de crisis van 2008 niet goed en werd overeind gehouden door andere bedrijven in de INEOS Groep.

    “We konden deze verliezen niet eeuwig blijven financieren” aldus John Reece.

    Toen het personeel het aanbod van het bedrijf afwees, kondigde INEOS aan dat het van plan was de gaskraker, die al meer dan 50 jaar olie en gas uit de Noordzee verwerkte, te sluiten.

    “We wisten dat het een politiek heet hangijzer was, maar we waren er helemaal klaar voor,” vertelt John.

    “Het was geen blufpoker.”

    De vakbond was verbijsterd en ging akkoord met alle veranderingen die nodig waren om de investering van 300 miljoen pond veilig te stellen.

    “Ik was nogal verrast door de snelheid van de ommezwaai,” vertelt Declan Sealy, Business Director van INEOS Acetyls. “Het was buitengewoon.”

    Vandaag heeft de vestiging, die ooit op het punt van uitsterven stond, een heropleving ondergaan.

    En de grote gastank, die werd gebouwd om schaliegas uit de VS op te slaan, is nu een symbool van hoop. 

    3 minuten gelezen Nummer 25
  • siri-2-3 (1).jpg

    De grote vraag

    Een minderheid zou ja zeggen. Wij zeggen nee, omdat onze levenskwaliteit ervan afhangt. Zonder olie en gas zou alles waar de maatschappij op is gaan vertrouwen simpelweg verdwijnen. iPads, iPhones, kledij, auto’s, geneesmiddelen, shampoo, verf, meststoffen en speelgoed, om er maar een paar te noemen. Het leven, zoals we dat allemaal kennen, zou gewoon niet bestaan.

    Velen weten dat we met olie en gas onze huizen en kantoren verwarmen, eten kunnen koken en van plek A naar B kunnen gaan. Maar hoeveel weten er ook dat olie en gas ook essentiële grondstoffen zijn voor de chemische industrie? En dat de chemische industrie de moleculen in gas gebruikt om een brede waaier aan producten te maken waarop onze moderne samenleving steunt?

    We kunnen niet leven zonder gas en olie.

    Ze vormen een essentieel onderdeel van ons dagelijks leven en dat zal waarschijnlijk nog tientallen jaren zo blijven, zelfs als we de transitie maken naar energieneutraliteit tegen 2050.

    FOSSIELE brandstoffen voelen de hete adem in hun nek als nooit tevoren. Protesten over de hele wereld groeien, met onder andere de waarschuwing van Just Stop Oil dat nieuw gas en nieuwe olie 'de ineenstorting van de menselijke beschaving zullen versnellen'. Ze schetsen een beangstigend scenario. Maar INEOS - een van de vele bedrijven die het doelwit zijn door hun afhankelijkheid van gas en olie - gelooft dat opvoeding de sleutel is tot een mentaliteitsverandering.

    Brian Gilvary, uitvoerend voorzitter van INEOS Energy, zegt dat er een open en eerlijk debat met het publiek nodig is over energie, en dan vooral over gas en olie.

    “Vandaag de dag voorziet olie en gas in een behoefte,” vertelt hij. “En de wereld kan morgen eerlijk gezegd niet zonder.”

    “Als we gewoon zouden kappen met olie en nieuwe ontwikkelingen van olie en gas zouden stopzetten, dan storten we grote delen van de wereld in energiearmoede. Dat moet de wereld weten.”

    “Het gaat niet over gas en olie aan de kant zetten. Het gaat om het koolstofvrij maken, anders is er geen hoop dat we de temperatuur onder de twee graden kunnen houden.”

    De chemische industrie en de olie- en gasindustrie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

    INEOS, dat een eigen olie- en gasbedrijf runt, gebruikt ook enorme hoeveelheden olie en gas om zijn chemische fabrieken te laten draaien.
    Dat kan veranderen en dat gebeurt ook nu INEOS miljoenen investeert om zijn energie te halen uit windmolen- en zonneparken.

    Maar de chemische industrie gebruikt ook gas en olie als grondstof, waarbij bijvoorbeeld ethaan wordt omgezet in ethyleen, de bouwsteen voor alles, van kledij tot geneesmiddelen, over elektronica en auto's.

    “We kunnen niet alles vervangen door biogebaseerd” vertelt Greet Van Eetvelde, wereldwijd hoofd klimaat, energie en innovatie van INEOS. “We kunnen niet alles vervangen door hernieuwbare energie.”

    Veel van de producten van INEOS, die gemaakt worden van gas en olie, worden ook gebruikt om windmolens, zonnepanelen en andere hernieuwbare technologieën te bouwen.

    “Wij zijn een bedrijf dat zoveel dingen maakt,” vertelt ze. “Wij zijn overal. Je ziet de naam ‘INEOS” niet op je tube tandpasta staan, maar we zitten er wel in. Zelfs in aspirine als je hoofdpijn hebt.

    “Deze demonstranten, die zichzelf aan de muren vastlijmen, hebben de chemicaliën in de lijm nodig. Als je die lijm wilt oplossen, heb je ook een oplosmiddel uit de chemische industrie nodig. Dat is de absurditeit van de dingen.”

    Tijdens de coronapandemie werd INEOS beschouwd als een essentiële industrie en werd het bedrijf deel van het weefsel dat de samenleving draaiende hield. Niet alleen voor gezichtsmaskers, INEOS speelde zelfs een essentiële rol in de productie van het vaccin.

    Tom Crotty, communicatiedirecteur van INEOS Group, zei dat de vraag naar de gezondheids- en hygiëneproducten van INEOS ongekend was.

    “We hadden nog nooit zoiets meegemaakt,” vertelt hij. De productie werd opgevoerd in de vestigingen van INEOS om de wereldwijde vraag te kunnen bijhouden naar chemicaliën om de verspreiding van de ziekte af te remmen en wie besmet was te helpen behandelen.

    Het nam middelen weg van niet-essentieel werk in vestigingen in Amerika, het Europese vasteland en het VK, om zo de stroom essentiële chemicaliën op gang te houden voor de producenten van vitale medische materialen, ontsmettingsmiddelen en uitrusting.

    En het bouwde binnen de 10 dagen drie nieuwe fabrieken waar ontsmettingsmiddel voor de handen werd gemaakt, om direct miljoenen flessen per maand te produceren, bottelen en gratis te verdelen naar de ziekenhuizen.

    INEOS is niet blind voor de enorme uitdagingen waar de wereld voor staat.

    Maar er is veel optimisme in de sector.

    “Ik denk dat deze vierde energietransitie de spannendste van allemaal gaat worden”, vertelt Brian, die bij INEOS aan de slag ging nadat hij eigenlijk al op pensioen was gegaan.

    “We zien technologieën zo snel vooruitgaan dat ik denk dat we op een dag zullen zien dat energiebronnen allemaal met elkaar verbonden zijn.”
    De voormalige financieel directeur van BP zegt dat een van de grote problemen was dat maar heel weinig overheden wereldwijd een geïntegreerd energiebeleid hanteerden.

    “China wel, omdat het een grote afnemer van energie is en niet dezelfde energiebronnen heeft als anderen,” vertelt hij. “Daarom ontwikkelen ze windmolenparken en laten ze oude kolencentrales draaien.

    “Ze erkennen dat ze energie nodig hebben voor de hele mix en dat er oplossingen vereiest zijn die gebaseerd zijn op alle energiebronnen.”
    Hij zegt dat dit ook de reden is dat China voor een nuluitstoot gaat tegen 2060, en niet 2050.

    Brian zegt dat de wereld de CO2 moest aanpakken, het gas dat wereldwijd wordt erkend als oorzaak van de klimaatverandering.

    “Je kunt een oliebedrijf laten groeien op voorwaarde dat je er een levensvatbare koolstofafvang naast hebt”, vertelt hij.

    INEOS doet dat nu.

    Eerder dit jaar lanceerde het 's werelds eerste grensoverschrijdende koolstofafvangproject op zee in Denemarken.

    Project Greensand is een wereldprimeur en kan, zodra het volledig operationeel is, jaarlijks tot acht miljoen ton CO2 permanent onder de zeebodem opslaan.

    Maar de ambities van INEOS reiken verder.

    Het investeert zwaar in de circulaire economie zodat zijn producten recycleerbaar zijn, om plastic te maken van plastic in plaats van koolwaterstoffen.

    En het creëerde een nieuw bedrijf om een economie te helpen uitbouwen die wordt aangedreven door waterstof, dat als brandstof geen uitstoot veroorzaakt.

    “We kunnen de knop niet van de ene dag op de andere omdraaien” vertelt Sir Jim Ratcliffe, voorzitter van INEOS.

    “Daarvoor zijn investeringen nodig en het kost allemaal tijd.”

    Elfie Méchaussie, die chemische technologie studeerde, is een specialist in koolstof en milieu bij INEOS O&P Europa in Zwitserland.

    “INEOS heeft een rol te spelen en door vanbinnen uit te werken, kan ik hier een verschil maken”, vertelt ze.

    Ze maakt deel uit van de jonge klimaat- en energienetwerkgroep van INEOS, die antwoorden wil vinden op enkele van de grootste uitdagingen van de mensheid nu.

    Het is een ontmoedigende opdracht, maar de yCEN-leden van INEOS zijn enthousiast over het verschil dat ze kunnen maken.

    “Daarom werk ik voor een petrochemisch bedrijf” vertelt ze.

    6 minuten gelezen Nummer 25
  • Reducing Impact.jpg

    Een duurzame toekomst

    Het lijkt misschien contra-intuïtief voor de chemische industrie om een pionier te zijn in duurzaamheid. Maar duurzaamheid - en het streven naar energieneutraliteit - vormen de kern van de strategie van INEOS.

    “De klimaatverandering aanpakken is onmogelijk zonder de chemische industrie. Wij leveren immers bouwstenen die de oplossingen in de toekomst zullen creëren,” aldus Hans Casier, CEO van INEOS Phenol.

    INEOS weet dat de overgang naar nuluitstoot in 2050 niet makkelijk zal worden voor een samenleving die sterk afhankelijk is van de kostbare grondstoffen van de aarde.

    Maar het boekte enorme vooruitgang - en nog steeds - zodat het de moderne maatschappij kan blijven leveren wat ze nodig heeft in haar groei.

    Hoe we onze impact op de planeet verkleinen

    INEOS engageert zich voor een nuluitstoot tegen 2050 (2045 in Schotland en Duitsland). Daarom stelde het stappenplannen op om de weg ernaartoe te begrijpen en te plannen. 

    De wegen ernaartoe zijn misschien verschillend, maar hun einddoel is hetzelfde: de CO2-uitstoot terugschroeven en het bedrijf draaiende houden, waarbij we de samenleving voorzien van essentiële producten.

    “De doelen zijn gebaseerd op input van elk bedrijf, omdat we weten dat een ‘one-size-fits-all’-aanpak niet zal werken,” vertelt Greet Van Eetvelde, wereldwijd hoofd klimaat, energie en innovatie van INEOS.

    “Dit gezegd zijnde, hebben we uitblinkers zodat we de best practices kunnen delen.”

    Om deze ambitieuze, maar haalbare doelen te bereiken, bepaalde INEOS een aantal belangrijke terreinen waar uitstoot kan worden verminderd, terwijl we toch winstgevend blijven en anticiperen op de veranderende regelgeving.

    Overstappen op andere brandstoffen is een grote stap.

    En INEOS doet dit al door te investeren in hernieuwbare energie uit windmolen- en zonneparken.

    Maar dat is nog maar het begin.

    Het helpt de circulaire economie, waarin niets wordt verspild, een boost te geven door nieuwe producten te introduceren gemaakt van afval en biogebaseerde materialen in plaats van gas en olie.

    Het bedrijf focust op alles wat het doet veilig en efficiënt te laten verlopen en oude fabrieken te vervangen door efficiëntere, nieuwe fabrieken.

    En het investeert zwaar in projecten voor het afvangen en opslaan van koolstof, waarmee de CO2-uitstoot van de industrie veilig en permanent worden opgeslagen.

    “Ik heb er alle vertrouwen in dat INEOS een groot deel van de oplossing voor de groene transitie zal zijn” aldus Geir Tuft, CEO van INEOS Inovyn.

    “Maar het vereist ook veranderingen die wij, als consumenten, in ons dagelijks leven moeten doorvoeren. Dit is een pad dat niet enkel bedrijven, zoals INEOS Inovyn, bewandelen. Ook de maatschappij doet dat.”

    Voorzitter van INEOS Sir Jim Ratcliffe zegt dat INEOS zoch ‘volledig inzet' om een sleutelrol te spelen in de transitie naar een nuluitstoot.

    “We zijn van plan om meer dan 6 miljard euro uit te geven om onze plannen te ondersteunen en al onze bedrijven verantwoordelijk te houden om deze routes af te leggen” vertelt hij.

    Maar hij zegt dat een nuluitstoot alleen kan worden bereikt als overheden, de industrie en het grote publiek samenwerken.
    Bij INEOS is goed doen door goed te doen niet alleen de katalysator achter de innovatie.

    Het is ook belangrijk voor zijn werknemers, klanten en investeerders over de hele wereld.

    “Duurzaamheid is fundamenteel voor onze manier van zakendoen,” vertelt Tobias Hannemann, CEO van INEOS Oxide.
    De sleutel tot het blijvende succes van INEOS is echter de ondernemende basis.

    “INEOS kon een cultuur creëren waarin alles mogelijk is, waarin iedereen ownership heeft en waarin verandering wordt omarmd” aldus Ali, hr-directeur van INEOS Acetyls & Nitriles.

    4 minuten gelezen Nummer 25
  • iStock-1156138203 (1).jpg

    Project ONE

    INEOS is van plan om de groenste kraker in Europa en misschien wel van de wereld te bouwen. Dit staat bekend als Project ONE
    en is de grootste investering in de Europese chemische industrie sinds een generatie. CEO John McNally zei dat het finale kostenplaatje waarschijnlijk ongeveer 4 miljard dollar zou bedragen.

    De nieuwe ethaankraker zal niet alleen worden gebouwd met de allerbeste technologie van vandaag en de laagste koolstofvoetafdruk
    in Europa hebben, maar het zal anderen ook dwingen om hun verouderde Europese uitrusting te vervangen of te sluiten.

    “We hopen dat het zal helpen om de hele Europese chemische industrie nieuw leven in te blazen”, aldus Jason Meers, CFO van INEOS Project ONE.

    In het verleden is INEOS gegroeid door de overname van activa die niemand wilde van andere bedrijven.

    “Dit is een nieuw hoofdstuk voor INEOS, want het is de eerste keer dat we een installatie op maat van onze vraag en noden hebben gebouwd,” zegt John.

    De bouw ging al van start in de haven van Antwerpen en INEOS hoopt dat de fabriek eind 2026 operationeel zal zijn.

    Het belang van deze investering gaat niet voorbij aan de jongste werknemers van INEOS.

    De 25-jarige Robin Stichelbaut is lid van het aankoopteam van Project ONE en ging ongeveer twee jaar geleden aan de slag bij INEOS.

    “Nadat ik was afgestudeerd, was ik vastbesloten om een job te vinden waarin ik een verschil kon maken in de chemische industrie,” vertelt hij.

    “INEOS is het enige bedrijf dat me de kans bood om dat te doen.”

    Hij beschreef Project ONE als een revolutie voor de chemische industrie.

    “Ik kreeg een unieke kans om deel uit te maken van een project dat de chemische industrie in mijn thuisstad Antwerpen zal helpen duurzamer te worden en uiteindelijk klimaatneutraal te worden door te investeren in de meest vernieuwende technieken,” vertelt hij.

    De 23-jarige Dries De Keyser is een van de vijf Belgische procesoperators die momenteel in het Duitse Keulen een opleiding volgt tot expert in het kraakproces.

    “Het feit dat ik een impact kan hebben en een invloed kan uitoefenen op de volledige chemische industrie in Europa, is een geweldige kans”, zegt hij.

    De fabriek wordt gebouwd met de allerbeste technologie - met het oog op de toekomst.

    “Ze wordt zo ontworpen dat we andere technologieën kunnen integreren zodra die beschikbaar zijn,” aldus John.

    Dat zal het afvangen en opslaan van CO2 zijn en 100% waterstof als brandstof gebruiken.

    Vorig jaar ondertekende INEOS Olefins Belgium als eerste industriële onderneming een overeenkomst met Fluxys om deel te nemen aan een haalbaarheidsstudie voor de ontwikkeling van een 'open access' waterstofnetwerk in de haven van Antwerpen.

    Project ONE zou een van de grootste klanten van Fluxys kunnen worden.

    “Vanaf dag één kunnen we aan 60% van de warmtevraag voldoen met de grote hoeveelheden waterstof uit ons kraakproces,” vertelt technologiemanager Ralf Gesthuisen.

    “Als we in de toekomst toegang krijgen tot meer koolstofarme waterstof, kunnen we dit optrekken naar 100% en een nuluitstoot voor Project ONE hebben.”

    De zakelijk directeur van Fluxys, Raphaël De Winter, zegt dat het in België gevestigde bedrijf vastbesloten is om snel een ‘goed functionerende' markt voor waterstof op poten te zetten.

    “Er zal een open toegangsnet nodig zijn waarop iedereen zich op gelijke voet kan aansluiten, zodat vraag en aanbod elkaar vlot kunnen vinden,” zegt hij.

    “De interesse van INEOS Olefins Belgium is een belangrijke stap in de ontwikkeling van de infrastructuur die de industrie nodig heeft.”

    De beslissing van INEOS om een nieuwe kraker te bouwen in Europa werd als baanbrekend onthaald toen oprichter Sir Jim Ratcliffe het nieuws aankondigde op een persconferentie in 2019.

    Decennialang investeerde niemand zo veel in de Europese chemische industrie, maar kozen ze in de plaats daarvan voor de VS, China en andere delen van Azië.

    Laten we hopen dat Project ONE zal helpen om die trend en de vermindering om te buigen.

    De ethaankraker, waarvan een groot deel in afzonderlijke onderdelen wordt ontworpen, gebouwd en per schip naar de vestiging wordt vervoerd, zal het geur- en kleurloze ethaangas omzetten in ethyleen - een van de meest gebruikte chemicaliën ter wereld en essentieel voor een groot aantal producten, waaronder kledij en geneesmiddelen.

    “Ethyleen zit in elk deel van ons leven,” zegt John. “De producten die we dagelijks in huis gebruiken, van de isolatie in onze muren tot het kraantjeswater dat door leidingen van polyethyleen komt.”

    Tijdens de bouw zullen ongeveer 3000 mensen voor INEOS werken. Zodra de kraker operationeel is, zullen er 450 voltijdse medewerkers werken.

    De fabriek zal minder dan de helft van de CO2-uitstoot van de schoonste kraker in Europa uitstoten.

    “Project ONE is uniek” aldus Michel Machielsen, de vertegenwoordiger voor de krakeroperaties van Project ONE. “Veel van deze projecten worden op een ander continent gebouwd, maar INEOS wil dit in Europa realiseren. Dit betekent dat het project aan veel strengere eisen moet voldoen.”

    Hij voegt eraan toe: “Het is een gewaagde stap, maar het ligt volledig in lijn met wat we willen op het gebied van duurzaamheid en klimaatdoelstellingen.”

    Joy Donne, CEO van Flanders Investment & Trade, beschreef Project ONE als een uitzonderlijk project dat de Exceptional Investment of the
    Year Trophy 2020 had gewonnen. “Het is een trendsetter”, vertelt hij. 

    4 minuten gelezen Nummer 25
  • _FPL2088-2 (1).jpg

    Project Greensand

    INEOS heeft de wereld helpen bewijzen dat CO2 veilig kan worden afgevangen en permanent onder de zeebodem kan worden opgeslagen. De succesvolle test, waarbij CO2 werd afgevangen van de INEOS Oxide fabriek in Antwerpen België, gecomprimeerd en 500 km over de grens verscheept naar het Nini-olieplatform op zee van het bedrijf in de Deense Noordzee, werd gelauwerd als een belangrijk moment voor Europa's transitie naar een groenere economie.

    “Jullie hebben laten zien dat het kan,” zei Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie.

    “Jullie hebben laten zien dat we onze industrie kunnen laten groeien door innovatie en concurrentie en tegelijkertijd koolstofuitstoot uit de atmosfeer kunnen verwijderen door vindingrijkheid en samenwerking.”

    Dit historische moment werd bijgewoond door de Deense kroonprins Frederik, oprichter van INEOS Sir Jim Ratcliffe en Hugo Dijkgraaf, Chief Technology Officer bij Wintershall Dea, dat samen met INEOS aan het hoofd staat van het consortium van 23 organisaties die betrokken zijn bij Project Greensand.

    “Dit project bewijst dat koolstofafvang en -opslag een haalbare manier is om de CO2-uitstoot permanent op te slaan onder de Noordzee,” aldus Hugo.

    Nadat het vloeibaar gas naar het Nini-platform was verscheept, werd het via een bestaande put geïnjecteerd in een reservoir dat meer dan anderhalve kilometer onder de zeebodem zit.

    “Dit had onmogelijk mogen mislukken”, zegt Anne Steffensen, CEO van Danish Shipping dat de CO2 naar het platform op de Noordzee vervoerde.

    En de reden is eenvoudig.

    Het afvangen en opslaan van koolstof wordt van cruciaal belang geacht om de wereldenergie koolstofvrij te maken en om de klimaatverandering aan te pakken.

    Het consortium van 23 partners wordt gezamenlijk in goede banen geleid door INEOS. De afgelopen 10 jaar verzamelde en bewaarde het CO2-afval in zijn Oxide-fabriek.

    Project Greensand, zoals het bekendstaat vanwege het type zandsteen onder de zeebodem, is de eerste volledige waardeketenoefening, waarbij het CO2-gas van fabrieken wordt afgevangen, vloeibaar gemaakt, naar zee verscheept en vervolgens in lege olieputten wordt geïnjecteerd.

    En het wordt enkel gedaan om het milieu te beschermen.

    “Alle onderdelen van het proces waren afzonderlijk ontwikkeld en werkten goed apart,” zegt David Bucknall, CEO van INEOS Energy.

    “De onderdelen aan elkaar koppelen en de infrastructuur bouwen, dat was de uitdaging.”

    Het plan is nu - na de geslaagde test - om dit in 2025 commercieel uit te baten.

    Zodra het volledig operationeel is, kan het tot acht miljoen ton CO2 per jaar opslaan.

    Hoewel er geen economische incentives zijn voor wat INEOS doet, gaat het bedrijf er prat op dat het betrokken is bij zo'n baanbrekend project.

    Mads Weng Gade, CCO, hoofd van INEOS Energy Denemarken, beschreef het als een fantastische mijlpaal in de strijd tegen de klimaatverandering:.

    “Ik heb heel lang naar deze dag uitgekeken,” vertelt hij. “We hebben allemaal een echte pioniersmentaliteit aan de dag gelegd en hard gewerkt om dit te bereiken.”

    Veel critici zeiden dat de koolstofafvang enopslag niet schaalbaar, duur en energie-intensief is.

    Maar David, een voormalig leidinggevende van BP, zei dat het project was gestoeld op bewezen technologieën.

    “In de piloot- en ontwikkelingsfasen gaat het erom dat ze effectief samenwerken,” zegt hij.

    In december ontving het door INEOS geleide project 22 miljoen pond van de Deense overheid - de grootste subsidie die Denemarken ooit toekende.

    “Denemarken heeft een van de meest ambitieuze klimaatdoelstellingen ter wereld en ziet het afvangen en opslaan van koolstof als
    een van de nodige stappen om dit te bereiken,” aldus David. “Dit project zal aanzienlijk bijdragen aan de Deense doelstellingen om minder CO2 te produceren.”

    Het project zal ook zorgen voor jobs voor hoogopgeleiden.

    “Het is logisch dat de olie- en gasindustrie deze nieuwe industrie aanstuurt, zij hebben immers jarenlange ervaring op dit terrein”, zegt Maids.

    “We zullen dezelfde infrastructuur gebruiken, dezelfde geologie en dezelfde mensen met gedetailleerde kennis van deze reservoirs.”

    In plaats van olieplatformen te ontmantelen, kunnen ze een nieuwe bestemming krijgen.

    In plaats van dat er gas uit de putten stroomt, wordt het proces simpelweg omgekeerd zodat er kooldioxide in de putten stroomt.

    Het langetermijndoel van INEOS is een vloot schepen bouwen en CO2-opslagfaciliteiten aan land en een terminal zodat de schepen kunnen aanmeren, de CO2 in containers kunnen laden en vervolgens naar het platform kunnen varen.

    “We verwachten dat Greensand commercieel concurrerend zal zijn zodra er een commerciële markt voor CO2 zal zijn,” aldus David.

    6 minuten gelezen Nummer 25
  • INOVYN Rafnes site images (3).jpg

    Waterstof als brandstof

    Een nettonuleconomie tegen 2050 kan niet zonder waterstof. Daarom plant INEOS aanzienlijke investeringen om een wereld te helpen ontwikkelen die draait op waterstof, een gas dat geen uitstoot produceert wanneer het als brandstof wordt verbrand. De bedrijfstak die zich bezighoudt met waterstof heeft slechts één doel: de uitstoot van CO2 verminderen.

    Die bedrijfstak bouwt nu de eerste grootschalige groene waterstoffabriek in het Noorse Rafnes.

    “Groene waterstof is een van onze beste kansen om een duurzamere en koolstofarme wereld te creëren,” aldus Sir Jim Ratcliffe, voorzitter van INEOS.

    “Europa schreeuwt om meer investeringen in groene waterstof en wij zijn vastbesloten om een voortrekkersrol te spelen in deze belangrijke nieuwe brandstof.”

    De Noorse fabriek zal haar steentje bijdragen aan de wil van het land om tegen 2040 meer broeikasgassen uit te sparen dan het produceert.

    Er zouden ook fabrieken kunnen worden gebouwd in Duitsland en België, met verdere investeringen gepland in het VK en Frankrijk.

    Sean Keach is een Britse journalist die gespecialiseerd is in technologie en wetenschap.

    “INEOS heeft een strikte deadline en gedurfde plannen om commercieel levensvatbaar te blijven en tegelijkertijd de schade aan de planeet tot een minimum te beperken,” zegt hij.

    “Dat is niet min voor een bedrijf dat gespecialiseerd is in energie en petrochemie. Maar het goede nieuws is dat het ernaar uitziet dat INEOS het zal kunnen klaarspelen.”

    1 minuut gelezen Nummer 25
  • Seamade Turbine-light.jpg

    Hernieuwbare energie

    Er waait een nieuwe wind door INEOS, aangedreven door de noodzaak om minder afhankelijk te worden van olie en gas als brandstof voor de fabrieken en om de CO2-uitstoot terug te schroeven. INEOS O&P Europe, Styrolution en INEOS Inovyn gebruiken nu allemaal elektriciteit geproduceerd door windenergie, dankzij langetermijnovereenkomsten met Eneco, ENGIE en RWE.

    Eerder dit jaar tekende INEOS O&P Europe nog een overeenkomst - deze keer met Skagerak Energitjenester - om 100% groene energie te gebruiken in zijn fabrieken in het Noorse Rafnes en Bamble.

    Intussen wordt er aan de andere kant van de Atlantische Oceaan een zonnepark van 2400 hectare gebouwd in Houston, Texas, enkel en alleen voor INEOS O&P USA.

    De 800.000 panelen van het zonnepark van INEOS Hickerson zullen naar verwachting jaarlijks 730.000 megawattuur aan schone energie produceren.

    Dit park zal worden geëxploiteerd door een dochteronderneming van NextEra Energy Resources, ‘s werelds grootste producent van hernieuwbare zonne- en windenergie.

    “We hebben veel lof voor INEOS omdat ze een voortrekkersrol spelen in het koolstofvrij maken van de petrochemische industrie,”, aldus Matt Handel, senior vicepresident van ontwikkeling voor NextEra Energy Resources.

    1 minuut gelezen Nummer 25
  • iStock-150838387-2 copy (1).jpg

    Een verschil maken is belangrijk voor INEOS

    Een verschil maken is belangrijk voor INEOS. Maar die visie reikt veel verder dan de werkplek. “Wanneer een bedrijf een bepaalde omvang bereikt, heeft het de capaciteit om iets goeds te doen in de wereld,” aldus Sir Jim Ratcliffe, oprichter van INEOS. “En dat proberen we te doen. Iets zinvols dat past bij ons karakter.”

    In de loop der jaren heeft INEOS geprobeerd een verschil te maken in het leven van jonge mensen met The Daily Mile, en meer recent, met het Ineos Oxford Institute en The Forgotten 40. Het investeerde in projecten om de Atlantische zalm tegen uitsterven te beschermen en duurzame jobs te creëren in Tanzania - een gebied met een immense natuurlijke schoonheid dat te lijden heeft onder stropers. En het trekt gelijkgestemde zielen aan, met een avontuurlijke geest, om ze te helpen hun doelen te bereiken.

    INEOS gelooft dat bedrijven een bijdrage moeten leveren aan de maatschappij via financiering of expertise. Met de jaren bood INEOS beide aan 
    en doet dat nog steeds.

    1 minuut gelezen Nummer 25
  • river.jpg

    Een verschil maken voor de gemeen-schappen

    STROPEN was alles wat de 13-jarige Anderson Mgesi kende. Op vogels en kleine antilopen jagen was een makkelijke en snelle manier om geld te verdienen waarmee hij zijn moeder, vader en acht broers en zussen kon onderhouden. Vandaag helpt hij echter
    de stroperij in Usangu te stoppen, een uitgestrekte ongerepte wildernis waar olifanten, buffels, leeuwen en luipaarden leven.

    Hij werkt hier nu als gids en brengt toeristen naar de ongelooflijke wilde dieren in dit deel van het Ruaha nationaal park. De vogels behoren tot zijn favorieten.

    “Anderson is nu een van de topgidsen in ons bedrijf in Zuid-Tanzania”, zegt Brandon Kemp, directeur Tanzania voor Asilia Africa. “Ik ben zo trots op hem.”

    Wie ook mee profiteerde van zijn wijsheid en kennis van het gebied is Sir Jim Ratcliffe, voorzitter van INEOS.

    De voorbije zes jaar speelde Jim een belangrijke rol om Asilia Africa te helpen om het toerisme in het zuiden van Tanzania een make-over te geven om zo de wilde dieren te redden die bedreigd worden door stropers.

    En samen maken ze een verschil.

    “We hebben nu een van de grootste nieuwe wildernisgebieden voor toerisme in Afrika,” aldus Brandon.

    Sinds de opening van een nieuw expeditie- en onderzoekskamp - opnieuw gefinancierd door Jim - is het aantal stropers in de niet in kaart gebrachte wetlands in Usangu gedaald.

    “We moeten gewoon zo verderdoen,” aldus Anderson. Werken in het Usangu kamp - 290 km van het huis van zijn familie in Tungamalenga - betekent veel voor Anderson.

    Want de wetlands zijn de plek waar zijn grootvader woonde en zijn vader het levenslicht zag.

    “Ik herinner me dat mijn grootvader me vertelde hoe hij vaak lange afstanden aflegde op zoek naar zout en voedsel,” vertelt Anderson.

    Nu bewandel ik diezelfde paden en begeleid ik toeristen.”

    Het Ruaha nationaal park kon je vroeger enkel te voet betreden. Dit maakte het moeilijk om de dieren te beschermen tegen stropers.

    Nu ligt er een weg van 50 km naar Jims onderzoekskamp in Usangu, die Anderson en 11 anderen in twee maanden met de hand hebben aangelegd.

    Tijdens de aanleg van de weg stuitten ze op een luipaard dat de omheining van hun tijdelijke kamp was binnengedrongen op zoek naar voedsel.

    “We slaagden erin om het uit ons tentenkamp te jagen voor het gevaarlijk werd,” vertelt Anderson.

    “Tijdens de aanleg van de weg begon Anderson Engels te studeren en inspirerende toespraken van de voormalige Amerikaanse president Barack Obama te downloaden.

    “Ik heb hem heel wat uren gecoacht omdat er zoveel toewijding van hem uitging,” vertelt Brandon.

    Anderson werkte aanvankelijk als klusjesman op Jabali Ridge - waar Sir Jim zijn joint venture met Asilia begon.

    “Samen hebben we ons van alle safaribedrijven het sterkst geëngageerd voor het zuiden van Tanzania,” vertelt Brandon.

    “En dit engagement is cruciaal, want deze immense wildernisgebieden krijgen slechts een fractie van de bezoekers (en inkomsten) van de bekendere noordelijke parken zoals de Serengeti en Tarangire.”

    Tot nu toe heeft Sir Jim alleen al in Usangu meer dan 1,5 miljoen dollar bijgedragen - en ook voor een helikopter gezorgd die een doorbraak betekende in de strijd tegen de stropers.

    “Zuid-Tanzania is een geweldige plek, maar het wordt bedreigd,” vertelt hij. “De oprichting van een duurzaam en ecologisch safaritoerisme zal zowel de wilde dieren beschermen als de mensen in deze geweldige regio helpen door duurzame jobs te creëren.”

    En voor Brandon en Sir Jim zijn dat mensen zoals Anderson. 

    3 minuten gelezen Nummer 25
  • 190308_STEM_GIRLS_028.jpg

    Een verschil maken voor het leven van jonge mensen

    INEOS pakt een eeuwenoud probleem radicaal aan.

    KINDEREN die erg te lijden hebben over armoede en gebrek aan kansen beginnen te stralen. En schoolhoofden in het VK geloven dat de radicale aanpak door INEOS van de kinderarmoede hiervoor zorgt. INEOS lanceerde zijn Forgotten 40-initiatief vanuit de overtuiging dat het een verschil zou maken voor de meest behoeftigen. Maar dit was maar een voorgevoel.

    Vandaag de dag werpt de jaarlijkse gift van 20.000 pond van het bedrijf zijn vruchten af aan elk van de 100 scholen in de meest achtergestelde gebieden van het VK.

    “Ik heb geen woorden voor de impact van de financiering door INEOS op onze kinderen en families,” zegt Claire Higgins, schoolhoofd van de Holy Cross katholieke lagere school in Birkenhead op The Wirral.

    “We konden onze kinderen de geweldigste kansen en ervaringen bieden die we met ons schoolbudget gewoon nooit hadden kunnen doen.”

    De hoop is dat een geest die verruimd wordt door nieuwe ervaringen nooit meer kan terugkeren naar wat hij vroeger was. Dat is zeker wat wijlen de Amerikaanse arts Oliver Wendell Holmes geloofde; INEOS doet dat ook.

    In de voorbije 18 maanden gebruikten scholen het geld van INEOS voor uitstapjes naar de dierentuin, het strand, het park, het Lake District en het theater - allemaal plaatsen waar de kinderen nog nooit waren geweest. Ze investeerden het ook in voedselbanken, kooklessen voor ouders en therapiehonden.

    Hoewel INEOS het initiatief financiert, gaf het zijn vertrouwen aan vijf gepensioneerde leraren die regelmatig contact onderhouden met elk schoolhoofd.

    Brian Padgett, een voormalig adjunct-hoofd die ook 15 jaar als inspecteur bij Ofsted werkte, maakt deel uit van het Forgotten 40-team.

    “Vanaf het einde van de jaren 1970 hebben opeenvolgende Britse regeringen van alle slag leraren en scholen de schuld gegeven van de ondermaats prestaties van kinderen en jongeren uit arme milieus,” vertelt hij.

    “Maar ze zijn moedwillig blind geweest voor alle uitdagingen waarmee de kinderen, hun ouders en de lokale gemeenschappen hebben te kampen.”

    “Als de tussenkomst van INEOS werkt, kan het bewezen succes beleidsmakers op nationaal niveau beïnvloeden om opnieuw te investeren in het 'lokale'. Zo krijgen schoolhoofden de bevoegdheid om middelen in te zetten op basis van de plaatselijke noden.”

    Alle schoolhoofden van INEOS hebben te maken met gelijkaardige problemen.

    Eén school in de meest achtergestelde woonwijk van de Rhondda Valley in Wales kocht onlangs een bed en wat beddengoed voor een kind, dat zo dankbaar was dat ze bij directeur Andrew Williams aanklopte om hem te bedanken.

    “Wanneer zoiets gebeurt, weet je dat de schenking van INEOS op de best mogelijke manier wordt gebruikt,” zegt hij.

    Leraren krijgen het vertrouwen dat ze het geld uitgeven waar het echt nodig is.

    “Wat je ondersteuners moeten begrijpen is de macht die jullie aan de schoolleiders hebben gegeven om een echt verschil te maken waar het er echt toe doet,” aldus Louise Hill, schoolhoofd van Grimes Dyke Primary in Leeds.

    “We krijgen wel geld, maar dat zit vast in een administratieve rompslomp. Elke cent moet worden verantwoord en het is gekoppeld aan academische prestaties.”

    “Het geld dat we kregen van het Forgotten 40-project was een verademing. Het is geweldig om als schoolhoofd te weten wat goed is voor mijn kinderen en hun families.”

    5 minuten gelezen Nummer 25
  • revelstoke photo - run2-4-2 copy (1).jpg

    Een verschil maken voor individuen

    Extreem avontuur leerde Abi een waardevolle les.

    Het leven zit vol ups en downs. Maar sinds Abi Longhurst is teruggekeerd uit de woeste wildernis van Namibië, ziet ze dat niet meer als negatief. Ze verspilt ook geen kostbare tijd aan piekeren over wat er verkeerd kan lopen. In plaats daarvan heeft ze geleerd om beide te omarmen, dankzij de unieke IN-NAM-challenge in de woestijn van INEOS.

    INEOS beschrijft de 320 km lange fiets-, loop- en wandeltocht door de woestijn van Namibië als een avontuur dat haar leven veranderde. Het verschil dat dit maakte in Abi’s leven, is daar het bewijs van.

    “Door de dieptepunten waren de hoogtepunten des te specialer,” vertelt ze. “Voor mij was IN-NAM nog maar het begin. Ik kijk nu uit naar meer uitdagingen en de hoogtepunten - en dieptepunten - die dat met zich meebrengt. De extremen maken het leven boeiender en spannender.”

    De 31-jarge Abi werkt als procesingenieur in he activateam dat de Kinneil Terminal in het Schotse Grangemouth ondersteunt.

    Het team zorgt ervoor dat de fabriek efficiënt en veilig blijft werken.

    De INNAM-challenge werd gelanceerd in 2017.

    Elke lente krijgen de derdejaars afgestudeerden van INEOS de kans om hun grenzen te verleggen.

    Het bedrijf gelooft dat ze zo hun ware potentieel zullen bereiken. Het draait allemaal om de mentaliteit.

    “Het is een echte karaktertest en een waar avontuur,” aldus voorzitter Sir Jim Ratcliffe. “Het is iets compleet anders en INEOS is een beetje anders. Wij hebben mensen nodig in ons bedrijf die een beetje lef, vastberadenheid en karakter aan de dag leggen.”

    Abi zal nooit de zes dagen vergeten die ze al lopend, wandelend en fietsend aflegde in de oudste woestijn ter wereld, noch het gevoel van de zonsopgang toen ze op 2500 m op de top van de Brandberg stond, de hoogste berg van Namibië.

    “Dat moment alleen al maakte alle dieptepunten van het trainen in de koude Schotse winters de moeite waard,” vertelt ze.
    Het heeft haar leven veranderd.

    “De uitdaging deed mij in een "waarom niet?"-houding stappen,” vertelt Abi, die nu een ambassadeur is voor andere afgestudeerden die in haar spoor willen treden.

    “Ik besefte dat je niet de fitste of de snelste hoeft te zijn om een fysieke uitdaging aan te gaan, en dat niet enkel atleten marathons lopen.

    Ik heb net mijn zesde marathon uitgelopen, terwijl ik er nog nooit een had gelopen vóór de IN-NAM-challenge. Ik heb bewezen dat mijn lichaam zware dingen aankan en kijk ernaar uit om mijn grenzen verder te verleggen.”

    7 minuten gelezen Nummer 25
  • AllBlacks_Ineos_7504 copy.jpg

    Een verschil maken voor de bredere samenleving

    Hoe INEOS grip kreeg op wat de wereld nodig had.

    INEOS is heel goed in snelle beslissingen. Maar één beslissing - het wanhopige tekort wegwerken aan ontsmettingsmiddelen voor de handen in
    de Britse en Europese ziekenhuizen tijdens de coronapandemie - luidde de komst van een nieuw bedrijf in. Dat nieuwe bedrijf - INEOS Hygienics - groeit en bloeit nu in wat een overvolle markt was.

    De ontsmettingsmiddelen voor de handen, doekjes, gels, handreinigers en sprays zonder poespas, met een hoge zuiverheidsgraad en van ziekenhuiskwaliteit vallen nog altijd sterk in de smaak bij het grote publiek. Klanten over de hele wereld prijzen het bedrijf voor de producten van topkwaliteit en met een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding.

    “De desinfecterende handgel doet wat hij zegt,” schrijft een klant op Amazon. “Hij is van zeer goede kwaliteit en heeft een perfecte consistentie.”

    Maar niet alleen het grote publiek gebruikt ze. Topatleten zoals olympiër Sir Ben Ainslie en Formule 1-piloot Lewis Hamilton doen dat ook.

    “De pandemie heeft ons allemaal geleerd dat een goede hygiëne belangrijk is,” zegt Lewis. “We wasten allemaal grondig onze handen en waren constant bezig oppervlakken te ontsmetten. Afgeremd worden door ziekte of vermoeidheid is geen optie voor mij, dus hygiëne is altijd iets geweest waar ik me erg op heb gefocust. Nu zelfs nog meer.”

    Tijdens de pandemie begon INEOS op industriële schaal ontsmettingsmiddelen voor de handen te produceren om deze ziekte te helpen bestrijden die de wereld in zijn greep had.

    Het bouwde binnen de 10 dagen drie nieuwe fabrieken, om direct drie miljoen flessen per maand te produceren, bottelen en gratis te verdelen naar de ziekenhuizen.

    “We hebben geprobeerd om ons steentje bij te dragen, terwijl we ons allemaal een weg moesten banen door uitzonderlijke omstandigheden,” vertelt een woordvoerder van INEOS Hygienics.

    4 minuten gelezen Nummer 25
  • ineos_sustainabilityreport_2022.jpg

    Duurzaamheid

    De reis naar het netto nulpunt zal niet gemakkelijk zijn voor INEOS, maar dat weet het bedrijf wel. Ondanks de uitdagingen – en dat zijn er veel – blijft INEOS gefocust op de toekomst en is het bereid miljarden te investeren om ervoor te zorgen dat het in 2050 een netto nulpunt bereikt.

    De OVERGANG naar een netto nuluitstoot in 2050 zal geen gemakkelijk traject zijn voor sectoren die sterk afhankelijk zijn van de kostbare hulpbronnen van de aarde.

    Maar INEOS heeft grote vooruitgang geboekt – en blijft dit doen – zodat het de moderne samenleving kan blijven voorzien van wat zij nodig heeft, zonder de planeet te beschadigen.

    De prestaties en ambitieuze doelstellingen zijn uiteengezet in het duurzaamheidsrapport van 2022 ,dat is opgesteld in overeenstemming met de Global Reporting Initiative Standards en extern wordt gewaarborgd door KPMG.

    "Duurzaamheid is van fundamenteel belang voor de manier waarop we zakendoen", zegt Tobias Hannemann, CEO van INEOS Oxide.
    Ondanks de uitdagende marktomstandigheden laat de ambitie van INEOS zich niet temperen.

    Ondanks de vele afleidingen ging het momentum door – met gedurfde nieuwe projecten, aanhoudende investeringen en een gestage vooruitgang richting netto nul.

    Alle bedrijven van INEOS hebben werkbare roadmaps ontwikkeld (of zijn bezig deze af te ronden) om ervoor te zorgen dat al zijn activiteiten tegen 2050 netto nul zijn, terwijl ze nog steeds winstgevend blijven en vooroplopen op de evoluerende regelgeving.

    Op basis van de tot nu toe ontwikkelde roadmaps werd er een reductiedoelstelling van 33% tegen 2030 vooropgesteld. INEOS zal ruim € 6 miljard uitgeven om zijn plannen te ondersteunen.

    Naast de investering van meer dan € 3 miljard in een breed scala aan projecten die de voetafdruk van het bedrijf zullen verkleinen, heeft het ambitieuze plannen aangekondigd om zijn expertise en technologie te benutten om de ontwikkeling van een nieuwe waterstofeconomie te stimuleren.

    Naast een investering van 1,2 miljard euro in blauwe waterstof in de koolstofafvangtechnologie in Grangemouth in Schotland, heeft het ook nog eens

    2 miljard euro aangekondigd in een reeks groene waterstoffabrieken in heel Europa.

    INEOS is van plan een volledige en actieve rol te spelen in de transitie naar het netto nulpunt en door dat te doen, zal het niet alleen de impact van zijn eigen activiteiten verminderen, maar zal het ook in staat zijn producten te leveren die andere industrieën en individuen ondersteunen om hun impact op het klimaat te verminderen.

    INEOS heeft altijd kansen gezien waar anderen problemen zien.

    "De ondernemersbasis van INEOS heeft een cultuur bevorderd waarin alles mogelijk is, waar iedereen eigenaarschap heeft en waar verandering moet worden omarmd", zegt Alison Mills, HR-directeur van INEOS Acetyls and Nitriles. "Dit is de sleutel tot ons onafgebroken succes." Het goed doen door goed te doen, stimuleert echter niet alleen innovatie. Het is ook belangrijk voor de medewerkers, klanten en investeerders van INEOS over de hele wereld. Alleen al vorig jaar heeft INEOS drie grote overeenkomsten getekend met Belgische offshore windparken die de uitstoot in tien jaar tijd met meer dan drie miljoen ton CO2 zullen verminderen – en het vormt de kern van verschillende grote projecten om CO2 af te vangen en permanent op te slaan.

    Het helpt ook de circulaire economie, waarin niets wordt verspild, te stimuleren door nieuwe producten te introduceren die van afvalmaterialen zijn gemaakt en te investeren in geavanceerde recyclingtechnologieën. De meeste natiestaten zijn overeengekomen om in 2050 een netto nuluitstoot te bereiken. Maar INEOS gelooft dat dit alleen kan worden bereikt door de gezamenlijke inspanningen van overheden, de industrie en de mensen.

    "INEOS zet zich volledig in om een sleutelrol te spelen in deze transitie", aldus een woordvoerder. Het 130 pagina’s tellende duurzaamheidsrapport van 2022, dat volledig kan worden bekeken op de website van INEOS, beschrijft de voortgang van INEOS.

    3 minuten gelezen Nummer 24
  • SDIM0771-2-2.jpg

    Vrouwen op het werk

    DE chemische sector wordt traditioneel gedomineerd door mannen. Maar daar komt verandering in. En vrouwen die al tientallen jaren in de sector werken, zijn daar het bewijs van. "Toen ik 30 jaar geleden voor het eerst in de sector begon, gebeurden er dingen waarvan ik dacht dat ze normaal waren omdat ik niets anders zag", zegt Kathryn Shuler, uitvoerend directeur van de INEOS ICAN Foundation.

    "Maar nu ik terugkijk, was het behoorlijk abnormaal en klopte de manier waarop vrouwen werden behandeld helemaal niet."

    Dankzij de focus op het werven van meer vrouwen is het aantal vrouwelijke chemische ingenieurs bij INEOS nog nooit zo hoog geweest.

    "De chemische sector bestaat nog steeds overwegend uit mannen, maar is op een heel positieve manier aan het veranderen", zegt Sharon Todd, CEO van SCI (Society of Chemical Industry), een wereld innovatiecentrum dat helpt om de wetenschap vanuit het laboratorium naar de industrie te versnellen ten behoeve van de samenleving.

    "De sector moet gewoon sneller veranderen."

    INEOS helpt de genderkloof te dichten, maar beseft dat er nog veel werk aan de winkel is.

    Jaren geleden had het betreden van een wereld waar weinig vrouwen werkten zo zijn uitdagingen.

    Anja Hilden, werkzaam bij INEOS Keulen in Duitsland, zegt dat ze vaak de enige vrouw op haar afdeling was toen ze ongeveer dertig jaar geleden chemisch ingenieur werd.

    "Het was een uitdaging omdat ik geen rolmodellen had", zegt ze.

    Vrouwen werden ook met nog meer obstakels geconfronteerd als ze besloten een gezin te stichten, omdat er werd aangenomen dat zij de belangrijkste verzorger van de baby zouden zijn.

    "Het is niet alleen een probleem dat INEOS nog moet aanpakken", zegt Anne-Gret Iturriaga Abarzua, hoofd communicatie bij INEOS Keulen. "Ook de samenleving moet veranderen."

    Quantaze Watts, Global Talent Director bij INEOS Styrolution, gelooft dat de stereotypen ingebed zijn in de samenleving.

    "Het gaat terug naar de tijd dat je nog een kind was en je naar de winkel ging en vroeg om de Tonka-truck, iets wat vooral als speelgoed voor jongens en niet voor meisjes wordt aanzien", zegt hij.

    "We moeten naar de kleine meisjes gaan en hen laten weten dat ze dit wel kunnen, zodat banen in de techniek niet worden gezien als banen voor alleen mannen."

    Prof. dr. Petra Skiebe-Corrette, directeur van NatLab, een niet-formeel wetenschappelijk laboratorium aan de Freie Universität Berlin, gelooft dat het probleem voortkomt uit het moment dat een kind zich bewust wordt van zijn of haar geslacht.

    "Het is belangrijk dat meisjes, voordat deze genderstereotypen de kop opsteken, STEM-ervaring opdoen en weten dat ze dit kunnen en er ook van kunnen genieten", zegt ze.

    Al meer dan 14 jaar is INEOS betrokken bij een programma in Duitsland, bekend als TuWas! Het bedrijf is van mening dat het promoten van wetenschap op scholen de sleutel is om kinderen – zowel jongens als meisjes – warm te maken voor STEM-carrières.

    "Van alle bedrijven die TuWas! ondersteunen – en ik denk dat het er meer dan 80 zijn – ondersteunt INEOS de meeste scholen", aldus Petra.

    Sharon, die in 1988 afstudeerde als scheikundige aan de Universiteit van Southampton, is eveneens voorstander van een diverser personeelsbestand.

    "Onze oprichters waren creatief, inventief en waardeerden diversiteit", vertelt ze. "Ze erkenden het belang van diversiteit voor innovatie."
    Ze is van mening dat de sector een imagoprobleem heeft en zichzelf niet verkoopt aan jonge mensen, of het nu mannen of vrouwen zijn.

    “De sector moet zichzelf presenteren als een kans om verandering te creëren en de samenleving te verbeteren door middel van innovatie.

    Het moet een plek zijn waar je, zeker als jonge wetenschapper en ingenieur, je vaardigheden aan het werk kunnen zetten en een echt waardevolle en lonende carrière kunt opbouwen”, zegt ze.

    Ze omschrijft het als een enorm belangrijke uitdaging.

    "We hebben deze stroom van diversiteit nodig", zegt ze. "We hebben diversiteit nodig bij onze jongeren en bij ons midden- en senior management."

    Ze zegt dat mensen met verschillende achtergronden zouden kunnen helpen bij te dragen aan een nieuwe golf van wetenschappelijke innovatie om de grote maatschappelijke uitdagingen van klimaatverandering en mondiale gezondheidszorg aan te pakken.

    "De industrie heeft een cruciale rol te spelen bij het leveren van echte maatschappelijke voordelen, niet alleen maar winst", zegt ze. En ze voegt eraan toe: "Als we de diversiteit aan arbeidsmogelijkheden, de breedte van de ervaring die de industrie kan bieden en het directe vermogen om echte veranderingen teweeg te brengen zouden bevorderen, dan denk ik dat we een grotere instroom van vrouwen zouden krijgen." 

    VROUWEN hebben misschien de Grammy Awards van 1971 gedomineerd, maar elders waren de kansen voor Amerikaanse vrouwen schaars – vooral voor degenen die op zoek waren naar een carrière in traditioneel door mannen gedomineerde beroepen. Kathryn Shuler was opgegroeid met dat besef en gevoel. Zelfs haar ouders probeerden haar ervan te weerhouden een carrière in de wetenschap na te streven. Technische jobs waren voor jongens. Niet voor meisjes.

    Om haar ouders tevreden te stellen, koos ze ervoor om bedrijfskunde te studeren aan de universiteit.

    Maar de aantrekkingskracht van de wetenschap was te groot en uiteindelijk schakelde ze over op scheikunde.

    Ze hoopte ook dat de Amerikaanse samenleving zou veranderen dankzij Title IX, een baanbrekende burgerrechtenwetgeving uit 1972 die discriminatie op basis van gender op scholen en universiteiten verbood.

    "Vóór de introductie van Title IX konden universiteiten weigeren meisjes toe te staan om zich voor bepaalde cursussen in te schrijven", zegt ze.

    "Vrouwen konden willekeurig uit de lessen van technische cursussen worden geweerd of worden uitgesloten van het volgen van een wetenschappelijke opleiding. De heersende gedachte was dat ze alleen naar de universiteit gingen om een echtgenoot te zoeken. En dat ze alleen maar technische of natuurwetenschappelijke cursussen volgden om een betere echtgenoot te vinden."

    Maar ondanks de wetswijziging bleven oude gewoonten en gedachten bestaan.

    "Er was niet veel aanmoediging voor vrouwen die techniek en wetenschap nastreefden", vertelt ze.

    "Als we in groepen moesten werken, luisterden sommige van mijn mannelijke klasgenoten niet naar mijn ideeën of kwamen ze zelfs bijeen zonder mij."

    Kathryn was echter vastbesloten haar studie af te ronden en behaalde uiteindelijk in 1984 een bachelordiploma biochemie aan de Universiteit van Pittsburgh.

    Ze werkte aanvankelijk voor een klein Japans commercieel analytisch laboratorium, waar ze later ontdekte dat mannen $ 0,50 per uur meer betaald kregen dan vrouwen.

    "Dit was destijds het equivalent van een autolening", zegt ze.

    Een jaar later werkte ze als laboratoriumtechnicus bij de onderzoeksfaciliteit van een landelijk metaalbedrijf, waar ze verantwoordelijk was voor een gespecialiseerd analytisch apparaat.

    "Ik was erg trots op het werk dat ik deed", zegt ze.

    Voor de job was gespecialiseerd gereedschap nodig, dat steeds maar verdween.

    "Een collega vertelde me dat hij ze aan iemand had uitgeleend, maar hij kon zich nooit herinneren aan wie", vertelt ze. "Ik kwam op het punt waarop ik mijn werk niet meer kon doen omdat ik geen gereedschap had."

    Gelukkig verving haar begripvolle mannelijke baas het gereedschap en bood hij haar een veilige plek aan om het op
    te bergen.

    Kathryn herinnert zich dat ze zich destijds gefrustreerd voelde, maar vandaag beseft ze wat haar collega probeerde te bereiken.

    "Het was gewoon een heel passief-agressieve manier om te zeggen: je zou hier niet moeten zijn", beseft ze nu.

    Ondanks de negativiteit die haar omringde, was stoppen echter nooit een optie.

    "Ik zag andere vrouwen vertrekken omdat ze niet voorbereid waren op het stuk weerstand", zegt Kathryn. "Maar ik heb nooit willen opgeven, omdat ik hield van mijn job."

    Ze was co-auteur van verschillende patenten en begon te werken aan een door het bedrijf gesubsidieerde masteropleiding, ondanks dat haar werd verteld dat ze nooit gepromoveerd zou kunnen worden tot wetenschapper, zelfs als ze haar diploma zou halen.

    Uiteindelijk besloot ze te vertrekken en kreeg ze een baan als chemicus bij een kleine fabrikant van analytische apparatuur.

    "Het was 1989 en het was de eerste werkplek waar ik als gelijkwaardig aan mijn mannelijke collega's werd beschouwd", zegt ze.

    Twee jaar later verhuisde ze naar Houston om chemicus te worden bij Solvay.

    Destijds was het nooit bij haar opgekomen dat haar opvattingen en capaciteiten meer op de proef werden gesteld dan die van haar mannelijke collega's.

    Het enige wat ze wist, was dat ze daar alleen als gelijke zou worden behandeld als ze kon bewijzen dat ze in staat was het werk te doen.
    Gelijkheid behoorde echter niet altijd tot de faciliteiten.

    "Als je naar het toilet moest, moest je je werkplek verlaten en naar het administratiegebouw gaan om het damestoilet te gebruiken", zei Kathryn.

    "Dat was zo'n 10 minuten wandelen."

    Gelukkig zag het management, naarmate er meer vrouwen bij het bedrijf kwamen werken, de noodzaak van verandering in en werden sommige herentoiletten omgezet naar vrouwentoiletten.

    "Niet iedereen was hier blij mee", zegt ze.

    Kathryn stapte later over naar de Tech Service & Product Development-groep.

    "Behalve ik was er maar één vrouw in de groep", vertelt ze.

    Binnen een paar jaar gaf ze echter leiding aan de polypropyleen TS&D-groep Nadat BP in 2001 de polypropyleenactiva van Solvay in Houston had overgenomen, werd Kathryn overgeplaatst naar het onderzoekscentrum van BP in de buurt van Chicago. Ze keerde pas terug naar Houston toen INEOS in 2005 het grootste deel van de chemische activa van BP kocht.

    Vandaag de dag is ze gelukkig en voldaan in haar rol bij INEOS, die haar door de jaren heen een enorme vrijheid heeft gegeven om een verschil te maken.

    "In de loop van de tijd heb ik echt een grote verandering en een grote verschuiving gezien", zegt ze. "Ik hoor niets meer over sommige kwesties waar we vroeger over hoorden. Ik denk niet dat alles is opgelost, maar ik denk dat we echt al een lange weg hebben afgelegd."
    Wat Kathryn bijzonder verheugt, is hoe ze mannelijke en vrouwelijke ingenieurs of fabrieksoperators ziet samenwerken.

    "Ik zie meer gelijkwaardigheid dan ik ooit eerder heb gezien", zegt ze.

    Maar Kathryn gelooft dat wat echt het verschil heeft gemaakt, de toewijding van INEOS aan diversiteit is.

    "Soms denk ik dat dit verkeerd wordt opgevat", zegt ze. "Sommigen zien het als het aanvinken van een vakje, maar het gaat dieper dan dat."

    "Als je mensen aanneemt met verschillende ervaringen, met verschillende achtergronden en met verschillende manieren om naar het leven te kijken, dan heb je een grotere diversiteit aan probleemoplossers."

    En dat is, zegt ze, waar de echte kracht ligt.

    "Je wilt die diversiteit van gedachten", zegt ze. "Je hebt mensen nodig die anders kijken en denken. We moeten diversiteit op de werkvloer verwelkomen, omdat we daar beter van worden."

    Die aanpak wordt weerspiegeld in haar eigen team.

    Ze werkt samen met een voormalige docent, een bewegingswetenschapper, een grafische ontwerper en een PR-expert.
    "Geen van hen had een bedrijfsachtergrond, maar het zijn werkelijk fenomenale mensen met heel gespecialiseerde vaardigheden”, legt ze uit.

    Ondanks alle positieve veranderingen gelooft Kathryn dat sommige dingen alleen zullen veranderen als mensen hun eigen vooroordelen onderkennen.

    "We hebben allemaal onze manier om naar de wereld te kijken", zegt ze. "Maar we moeten ervoor zorgen dat we mensen niet oneerlijk beoordelen of beperken op basis van onze eigen vooroordelen. We moeten mensen als individuen beschouwen."

    "Er is nog werk aan de winkel, maar ik ben blij dat we al een lange weg hebben afgelegd en ik kijk ernaar uit dat toekomstige generaties de zaken nog beter zullen maken."

    VANDAAG is Stacy Putman verantwoordelijk voor het voortbrengen van veel van de leiders van morgen voor de activiteiten van INEOS in de VS. De carrières van meer dan 300 mensen liggen momenteel in haar handen. "Het is de meest fantastische baan die ik ooit heb gehad", zegt ze. "Ik help ze de vaardigheden te ontwikkelen die hen tot grote leiders van de toekomst maken." Ze begrijpt hoe belangrijk het is om medewerkers te helpen, te begeleiden en te ondersteunen, want dat ontbrak haar toen ze 40 jaar geleden aan haar eigen carrièretraject begon.

    Destijds was de wereld waarin ze terechtkwam eigenlijk alleen voor mannen.

    "Ik had op school scheikunde gestudeerd en vond het erg leuk", zegt ze. "Het was als magie en koken tegelijk."

    Maar nadat ze een plek aan de Texas Tech University had bemachtigd om chemische technologie te studeren, nam een adviseur haar terzijde.

    Vind maar snel een echtgenoot, dan kun je overstappen naar een gemakkelijker niveau, of je kunt gewoon stoppen, zei hij tegen haar.
    "Het was behoorlijk ontmoedigend omdat dit begin jaren tachtig was en niet de jaren veertig", vertelt ze.

    Tijdens de opleiding vond ze wel een echtgenoot, maar ze besloot ook om te blijven. Ze studeerde af en ging
    daarna werken.

    Maar het was geen gemakkelijk traject. "De consensus was: als het je niet bevalt, ga dan weg", zegt ze. "Het was zwemmen of verdrinken. Als je kon zwemmen,dan kreeg je misschien een aantal mooie kansen, of misschien ook niet.

    Niemand begreep wat gemeenschapszin of netwerken was, behalve dan het goede oude jongensnetwerk."

    Stacy merkt op dat ze altijd het gevoel kreeg dat ze "de plaats van een man innam" door simpelweg te werken.

    "We hebben toen veel dingen en houdingen geaccepteerd die we vandaag de dag zeker niet meer zouden accepteren", zegt ze.

    Maar een paar jaar geleden maakte ze een enorme – en welkome – verandering mee.

    Ze werd door de raad van bestuur van INEOS O&P gevraagd om leiding te geven aan een polypropyleenfabriek in Californië. Voor die job moest ze 2900 km verder gaan wonen.

    Er werd mij gevraagd om voor die fabriek de koers voor de toekomst uit te stippelen en het te doen op de manier waarvan ik vond dat het nodig was. En niet hetzelfde te doen als wat de mannen voor mij hadden gedaan."

    "Ik was blij dat ik zo’n kans kreeg en zag het als een uitdaging", vertelt ze. "Ik vertelde mijn manager dat ik veel van onze andere sitemanagers had geobserveerd en er veel van had geleerd."

    Maar dat was niet bepaald wat hij wilde horen. Hij wou niet dat ze kopieerde wat mannen haar al hadden voorgedaan. Hij wou dat ze haar eigen weg zou gaan. Dat ze zichzelf zou zijn.

    "Er werd mij gevraagd om voor die fabriek de koers voor de toekomst uit te stippelen en het te doen op de manier waarvan ik vond dat het nodig was", zegt ze. "En niet hetzelfde te doen als wat de mannen voor mij hadden gedaan."

    Dus vertrok ze naar Californië.

    "Ik had dit in mijn leven nog nooit meegemaakt", vertelt ze. "Ik nam mijn eigen beslissingen en leidde een team dat ik vroeg om aanbevelingen te doen. Het was de beste baan en de beste ervaring die ik ooit in mijn hele carrière heb gehad."

    Stacy prijst het senior leiderschapsteam van INEOS.

    "Ze begrijpen al een tijdje het belang van een divers personeelsbestand en divers leiderschap", zegt ze. "En ik denk dat we daar op verschillende locaties en in verschillende functies het voordeel van zijn gaan zien."

    Maar ze gelooft dat vrouwen zichzelf soms inhouden om op deze kansen in te gaan.

    "Het feit dat je in een hoge functie bij INEOS nog nooit een vrouw hebt gezien, betekent niet dat je er niet voor moet solliciteren", legt ze uit.

    "Ik heb in elke rol die ik ooit in mijn carrière heb gehad steeds een man vervangen." "Vrouwen moeten zich niet inhouden omdat ze er niet uitzien als de voorganger in een functie en eigenlijk zou niemand dit moeten doen."

    "Kan een vrouw dan onderhoudsmanager worden? Of een zakelijk directeur? Zou een vrouw brandweercommandant kunnen zijn? Dat gebeurt tegenwoordig toch al in alle sectoren? Totdat we dit herhaald zien, zal de samenleving zich blijven afvragen of sommige van deze rollen wel of echt de juiste rollen zijn voor vrouwen. Laten we dit gaande houden, zodat we het kunnen herhalen, herhalen en herhalen."

    VROUWEN waren nog steeds in de minderheid toen Cassie Bradley zich in 2012 aanmeldde om een ingenieursstudie chemie te volgen aan de 

    Universiteit van Illinois in Urbana-Champaign. Haar familie en vrienden steunden haar keuze, maar anderen leken vaak verrast. "Die verraste reactie was niet ongebruikelijk", zegt Cassie. "En achteraf gezien heeft het wel een negatief effect gehad, omdat dit het gevoel versterkte dat ik niet op mijn plek zat of er niet thuishoorde." Maar sinds 2015 werkt ze voor INEOS en is haar ervaring heel positief.

    "INEOS is een goede plek voor vrouwen om te werken", zegt ze.

    Maar ze gelooft dat het bedrijf het nog beter kan doen door meer samen te werken met de vrouwengroepen die nu binnen het bedrijf bestaan.

    "INEOS zou kunnen leren van de ervaringen van deze vrouwen, de redenen kunnen identificeren waarom zo weinig vrouwen hogere leidinggevende functies bekleden en, nog belangrijker, kunnen uitzoeken hoe de kloof kan worden gedicht", vertelt ze.

    Cassie, die aanvankelijk als productie-ingenieur werkte in de polystyreenfabriek van het bedrijf in Channahon, lanceerde Lean Into Success, een vrouwennetwerkgroep bij INEOS Styrolution.

    Het is een van de vele groepen die nu binnen de INEOS-groep bestaan.

    "Het is belangrijk dat vrouwen deel uitmaken van dit soort organisaties, zodat ze van elkaar kunnen leren en mentoren kunnen vinden", zegt ze.

    "Hoewel we ons uiteindelijk realiseren dat we een minderheid zijn, kunnen we binnen de organisatie een gemeenschap van verbondenheid opbouwen."

    Een van de redenen waarom Cassie gelooft dat maar heel weinig vrouwen senior managers worden, is vanwege de zichtbaarheid. Of het gebrek aan zichtbaarheid dan.

    "Vrouwen zien andere vrouwen niet in die rollen, dus zien ze zichzelf ook niet in die rollen, en daarom streven ze er ook niet naar", vertelt ze.

    Ze is van mening dat vrouwen elkaar kunnen steunen door te leren "erin te stappen" en hun comfortzone te verlaten om te laten zien dat ze over de vaardigheden beschikken om een echte leider te worden.

    "Vrouwen krijgen vaak niet het voordeel van de twijfel en moeten al vroeg op een hoger niveau extra presteren om als toekomstige leider in aanmerking te worden genomen", zegt ze.

    Maar Cassie, commercieel manager duurzaamheid bij INEOS Styrolution, blijft optimistisch over de toekomst bij INEOS. En ook voor de vrouwen bij INEOS.

    "Traditioneel was er een verschil in verwachtingen tussen mannen en vrouwen, zowel thuis als op de werkvloer", vertelt ze. "Vaak hebben vrouwen thuis een fulltime tweede baan, naast wat ze op het werk doen, waardoor zowel hun fysieke als mentale energie onder druk komt te staan."

    "Maar dat is aan het veranderen." Mannen willen ook een goede balans tussen werk en privé. We willen allemaal succesvol zijn, zowel op het werk als thuis."

    fRAN Millar geeft openlijk toe dat ze ooit luidruchtig, opdringerig en agressief was op het werk. Ze zag het toen als de beste manier om te functioneren in een door mannen gedomineerde omgeving. "Ik ging er gewoon helemaal voor", zegt ze. "Maar ik was als een olifant in een porseleinkast en ik liet een spoor van vernieling achter me." Vandaag is ze CEO van INEOS Belstaff en dankt ze degenen die haar al vroeg in haar carrière hebben geholpen haar leiderschapsvaardigheden te verfijnen.

    "Ze hebben me wat bijgestuurd", zegt ze. "Ik heb geluk gehad. Ze lieten me zien hoe mijn aanpak kon verfijnen en hoe ik fijner met mensen kon omgaan, zonder afbreuk te doen aan wie ik ben en mijn eigen principes."

    Fran stopte op 18-jarige leeftijd met school omdat ze niet naar de universiteit wilde.

    Aanvankelijk werkte ze als PA voor Anthony Boucher en Peter Worth, zakenlieden met een staat van dienst op het gebied van evenementenmanagement en het vertegenwoordigen van atleten, waaronder Björn Borg.

    Toen Fran's broer, David, de gele trui pakte in de eerste etappe van zijn debuut in de Tour de France, stelde Anthony voor dat ze moest overwegen om zijn manager te worden.

    "Hij vond mij een behoorlijk slechte PA, maar vond dat ik de attitude had die nodig was om met talent om te gaan", vertelt ze.
    Vervolgens richtte ze haar eigen talent- en evenementenmanagementbureau op, FACE Partnership.

    Binnen twee jaar vertegenwoordigde ze het merendeel van het grote wielertalent in Groot-Brittannië, waaronder haar broer, Mark Cavendish en Geraint Thomas.

    Halverwege 2003 kwam ze met een concept op de proppen voor een groot baanwielerevenement dat het allerbeste van het internationale baantalent zou laten zien op de enige internationale standaardwielerbaan van Groot-Brittannië. Dit in een zaterdagavondformat met livemuziek en entertainment op
    de wielerbaan.

    "Iedereen vertelde ons dat het niet zou aanslaan, maar uiteindelijk moesten ze de start uitstellen omdat de wachtrijen zo groot waren dat ze niet iedereen de zaal in konden krijgen", zegt ze.

    Revolution groeide uit tot het meest succesvolle baanwielerevenement in Groot-Brittannië in een tijd waarin de Britse wielrenners ongekende successen boekten – waarbij het wielerbaanteam consequent de internationale concurrentie domineerde.

    Het enorm succesvolle nationale programma bracht, onder leiding van Dave Brailsford, talent voort in alle disciplines van de sport.

    In 2007 ging de Tour de France van start in Londen, met vijf Britse renners in vijf verschillende teams en het idee ontstond dat de tijd was gekomen om een Britse ploeg op te starten.

    Dave vroeg Fran om te helpen met het project en in de daaropvolgende 18 maanden kreeg Team Sky vorm.

    Fran, die Dave ondersteunde bij het projectmanagement terwijl hij zich concentreerde op de Olympische Spelen in Peking, was van cruciaal belang bij het helpen opbouwen en het leiden van het team.

    "We werkten 24 uur per dag, zeven dagen per week en deden er alles aan om het te doen slagen", zegt ze.

    In de 10 jaar van Team Sky wonnen ze zes Tours met vier verschillende renners.

    Toen Sky hun betrokkenheid bij de wielersport beëindigde, waren INEOS en Sir Jim Ratcliffe present om het team over te nemen, dat in mei 2019 Team INEOS werd.

    Als onderdeel van de INEOS-eigendom werden Dave en Fran gevraagd om te helpen bij het concept, het beheer en de uitvoering van de INEOS 1:59 Challenge.

    "Er werd ons gevraagd iets te doen wat niemand ooit eerder had kunnen doen", zegt ze. "Het was zo’n enorme onderneming. Maar het zou niet zijn gelukt zonder INEOS en Jim."

    Het is die INEOS-spirit – en dat geloof dat alles mogelijk is – die Fran enorm bewondert.

    "Ik geloof in waar het bedrijf voor staat, in zijn waarden, hoe het opereert en hoe het met mensen omgaat", zegt ze.

    Niet lang na de historische marathon van Eliud Kipchoge in Wenen kreeg Fran een nieuwe uitdaging aangeboden: als CEO van INEOS’ modebedrijf Belstaff.

    Alles veranderde in vijf dagen toen ze haar leven in Manchester achterliet om een nieuwe rol in Londen te gaan vervullen.

    Als ze terugkijkt, weet ze dat, ondanks haar eigen persoonlijke succesverhaal, veel vrouwen, gekleurde vrouwen en mensen met een beperking met het ongelijke speelveld hebben geworsteld.

    "Ik heb alleen maar steun gekregen sinds ik bij INEOS kwam", zegt ze. "Het maakt INEOS niet uit of ik een man of een vrouw ben."
    Maar ze is zich bewust van de noodzaak om te helpen waar ze kan.

    "We hebben bij Belstaff een diversiteitspanel, en een gelijk speelveld is belangrijk als je een leiderschapspositie bekleedt", zegt ze.

    "Maar genoeg vrouwen, genoeg gekleurde mensen en genoeg diversiteit in bedrijven krijgen, begint op een veel vroeger moment dan mensen beseffen.

    "Het is net zoals sport. Je hebt geen talent in de sport als je niet begint op ontwikkelingsniveau en dit via het talententraject opbouwt."

    ANUPRIYA Gupta komt uit een familie van chemische ingenieurs. Haar vader was er een, en haar grootvader zelfs ook. Ze steunden haar door er meteen in te springen."

    En dat deed ze ook effectief. Ze begon met haar collega’s te leren hoe ze haar naam moesten uitspreken, in plaats van te aanvaarden dat ze haar een bijnaam gaven.

    "Mijn naam is mijn identiteit", zegt ze. "Het is wie ik ben. Als je mijn naam verandert, dan verander je ook mijn identiteit."

    Als procesingenieur is zij verantwoordelijk voor de dagelijkse prestaties van de fabriek en zorgt ze ervoor dat deze soepel en efficiënt draait.

    "Af en toe kreeg ik vreemde blikken toegeworpen", zegt ze. "Maar het feit dat mijn ideeën soms werden afgewezen, heeft alleen maar een sterkere ingenieur van me gemaakt."

    De afgelopen jaren heeft ze veranderingen en nieuwe houdingen binnen

    INEOS gezien en verwelkomd.

    "Ik zie een transitie gebeuren", vertelt ze. "INEOS gaat absoluut de goede kant op als het gaat om diversiteit op de werkvloer."
    Anupriya is van mening dat een divers personeelsbestand belangrijk is.

    "We hebben mensen nodig die hetzelfde probleem vanuit een ander perspectief bekijken", zegt ze. "Als we dat niet doen, als we er allemaal vanuit dezelfde hoek naar kijken, hoe kunnen we dan pioniers in onze sector zijn?"

    Ze vertelt verder dat ze aangemoedigd voelde toen ze onlangs een carrièrebeurs bijwoonde met een team van ingenieurs van INEOS.
    "We zijn er goed in geslaagd de norm te bepalen, omdat we een team waren dat voornamelijk uit vrouwen bestond", zegt ze.

    BEWIJS heeft aangetoond dat als een vrouw in een door mannen gedomineerde sector wil slagen, vertrouwen net zo belangrijk is als competentie. Gabriela de Gouveia, die in mei 2022 bij INEOS Styrolution in Zwitserland kwam werken, gelooft dat dit inderdaad klopt.

    "In mijn carrière zijn er momenten geweest waarop ik te maken kreeg met vooroordelen van buiten het bedrijf", zegt ze. "Maar ik heb gemerkt dat het belangrijk is om vol vertrouwen met dergelijke situaties om te gaan." Het probleem is dat vrouwen soms minder zelfverzekerd zijn dan mannen.

    Gabriela is commercieel productmanager en houdt zich bezig met het beheren van vraag en aanbod van een reeks kunststofproducten.

    Naast het bepalen van de prijs en het analyseren van de markt, is zij de tussenpersoon tussen de verkoops-en toeleveringsteams.

    Ze zegt dat het soms een uitdaging is om te werken in een sector die door mannen gedomineerd wordt, maar ze is vol lof over de aanpak van INEOS ten aanzien van vrouwen op de werkvloer.

    "Vrouwen worden over het algemeen goed ontvangen en aangemoedigd om zich te verbeteren en te groeien", zegt ze.

    Haar hoop is echter dat meer vrouwen een baan zoeken in de chemische sector.

    "Als meer vrouwen in de sector tewerkgesteld worden en zo stereotypen doorbreken, zullen vrouwen ook gemakkelijker aanvaard worden in deze sector", zegt ze.

    LUCY Ineson hield op school al altijd van wetenschap, maar ze kwam terecht in de kappersbranche. Twee jaar lang leerde ze de vaardigheden, maar haar hoofd was er niet bij. Ze had meer uitdaging nodig. 

    Omdat ze niet zeker wist wat ze moest

    gaan doen, ging ze weer voltijds naar de les om wiskunde, scheikunde en biologie op A-niveau te studeren aan het Wyke College in East Yorkshire in Groot-Brittannië – en binnen een jaar was ze stagiaire-procesoperator bij INEOS Acetyls in Saltend Chemicals Park.

    "De stage gaf mij zo’n goed inzicht in hoe het zou zijn om in de chemische sector te werken", zegt ze. "Ik leerde over communicatie, teamwork en veilig werken."

    De 22-jarige werkt nu voltijds in de fabriek als ploegendienstmonteur.

    In haar job moet ze samen met haar collega's de fabriek monitoren, om ervoor te zorgen dat deze binnen strikte parameters en richtlijnen naar behoren functioneert.

    INEOS Acetyls in Saltend is de grootste producent van azijnzuur, azijnzuuranhydride en ethylacetaat in Europa. De chemicaliën worden gebruikt in alledaagse producten en artikelen, gaande van wasmiddelen en paracetamol tot verf en nagellakverwijderaar.

    Ze is een van de weinige vrouwelijke operatoren in de fabriek nabij Hull.

    "Ik was een beetje zenuwachtig om naar een door mannen gedomineerde werkplek te gaan, maar iedereen is zo behulpzaam als ik ooit vragen heb", vertelt ze. "Het is een zalige plek om te werken en ik vind het geweldig."

    LISA Wiedenhaus heeft er geen moeite mee om in een door mannen gedomineerde sector te werken, omdat het feit dat ze een vrouw is er bij INEOS Keulen in Duitsland niet toe doet. Iedereen, zegt ze, wordt gelijk behandeld.

    "Soms realiseer ik me dat ik de enige vrouw ben in een vergadering, maar niemand geeft me het gevoel dat ik anders ben", zegt ze.

    "Het maakt geen verschil voor hen. We krijgen allemaal dezelfde kansen, we worden gewaardeerd en serieus genomen."

    Lisa trad officieel in dienst bij INEOS in oktober 2016, nadat ze afgestudeerd was aan de European University of Applied Sciences in Brühl, Duitsland.

    Maar tegen die tijd werkte ze al drie jaar voor het bedrijf in het kader van een duaal studieprogramma nadat ze op 19-jarige leeftijd haar studie had afgerond.

    "Dankzij het programma kon ik tegelijkertijd studeren en werken", legt ze uit.

    Nu is ze business controller voor energie, verantwoordelijk voor het beoordelen van de maandelijkse resultaten van het energiebedrijf in Keulen en het afleveren van bedrijfsanalyses aan de Energy Commercial Manager om hem in staat te stellen zakelijke doelstellingen te behalen.

    Daarnaast stelt ze managementrapporten op die worden gebruikt bij het nemen van economische beslissingen.

    Ze houdt echt van haar job. "Ik kan geen enkel aspect of situatie bedenken waarin het vrouw-zijn nadelig zou zijn", zegt ze.

    "Zelfs na hun zwangerschapsverlof keren de meeste vrouwen terug naar dezelfde baan, of op zijn minst naar een heel erg vergelijkbare functie, waardoor het gemakkelijk wordt om weer aan het werk te gaan."

    Hoewel ze zich zelfverzekerd en gesteund voelt op het werk, waardeert ze ook de kans om andere vrouwen te ontmoeten die bij INEOS werken.

    "Het is altijd goed om ervaringen uit te wisselen en naar elkaars problemen te luisteren, maar het is net zo belangrijk om over elkaars successen te horen", zegt ze. 

    CIRCLE OF IDEAS

    VEEL VROUWEN DIE BIJ INEOS WERKEN, SLUITEN ZICH AAN BIJ HET GROEIENDE NETWERK DAT IS OPGERICHT DOOR DE VOORMALIGE CHIEF OPERATING OFFICER VAN FACEBOOK

    DE ORGANISATIE, opgericht door de voormalige Chief Operating Officer van Facebook om vrouwen op het werk te empoweren, blijft haar vleugels uitslaan. Steeds meer vrouwen van over de hele wereld zetten nu hun eigen Lean In Circles op, waar ze kunnen praten over hun uitdagingen, advies kunnen krijgen en geven en hun successen kunnen vieren.

    "Alleen al door te horen hoe iemand anders een strijd heeft doorstaan kan zo bemoedigend zijn en tot nieuwe ideeën leiden", zegt Cassie Bradley, commercieel manager op het gebied van duurzaamheid die een Lean In Circle heeft opgezet voor haar vrouwelijke collega's bij INEOS Styrolution in Illinois, Amerika. Deze kleine groep vrouwen komt nu geregeld samen.

    "Bij Lean In Circles draait alles om peer-mentoring", zegt ze. "We delen ervaringen en ideeën en geven feedback als iets lukt en als iets niet lukt."

    Lean In werd opgericht door Sheryl Sandberg, een aan Harvard opgeleide moeder van vijf kinderen die vorig jaar aftrad als Chief Operating Officer van Facebook om zich te concentreren op haar filantropische werk.

    In 2010 hield ze een TED-talk waarin ze vrouwen opriep om in zichzelf en hun eigen succes te geloven.

    "Vrouwen onderschatten systematisch hun eigen capaciteiten", zegt ze. "Mannen zullen hun succes aan zichzelf toeschrijven, Maar vrouwen zullen het aan andere externe factoren toeschrijven. Als vrouwen het goed doen, zullen ze zeggen dat iemand hen heeft geholpen, dat ze geluk hebben gehad en heel hard hebben gewerkt."

    INEOS Keulen in Duitsland heeft onlangs ook een Lean In Circle geïntroduceerd.

    "Ik hoop echt dat dit mijn vrouwelijke collega’s zal helpen hun communicatie- en leiderschapsvaardigheden te ontwikkelen en op te komen voor hun behoeften", zegt Anja Hilden, die al meer dan dertig jaar in de chemische sector werkt.

    "Ik was heel vaak de enige vrouw op de afdeling. Dat was een uitdaging omdat je geen rolmodellen had, dus moest je jezelf uitvinden." 

     

    20 minuten gelezen Nummer 24
  • iStock-492520672 (1).jpg

    Een veelbelovend Oosten

    INEOS heeft vier overeenkomsten getekend die zijn activiteiten in China aanzienlijk zullen hervormen – en versterken.

    Voorzitter en oprichter van INEOS, Sir Jim Ratcliffe, zegt dat de joint ventures met het staatsbedrijf SINOPEC "een zeer grote voetafdruk" zullen creëren voor INEOS in China.

    "Beide partijen erkennen het potentieel voor nauwere samenwerking op een aantal andere gebieden terwijl we vooruitkijken", zegt hij.

    SINOPEC heeft ermee ingestemd een belang van 50% in Shanghai SECCO Petrochemical Company Limited aan INEOS te verkopen.
    Het Chinese bedrijf is momenteel in staat 4,2 miljoen ton essentiële grondstoffen te produceren, waaronder ethyleen, polystyreen en acrylonitril.

    Daarnaast zijn INEOS en SINOPEC overeengekomen om twee joint ventures op te richten om de productie van hogedichtheidpolyethyleen (HDPE) en acrylonitril-butadieen-styreen (ABS) te verhogen om tegemoet te komen aan de snelgroeiende binnenlandse markt van China.

    Als onderdeel van de ABS-joint venture zal SINOPEC een belang van 50% verwerven in de Ningbo-fabriek van INEOS Styrolution, die momenteel wordt gebouwd en naar verwachting volgend jaar operationeel zal zijn.

    "INEOS Styrolution heeft een lange weg afgelegd en was in de beginjaren zelf een joint venture", aldus CEO Steve Harrington.

    "Na acquisities en investeringen in nieuwe greenfield-productielocaties voelt het opzetten van deze joint venture met een sterke partner in China als de natuurlijke volgende stap naar groei."

    "Dankzij deze samenwerking met SINOPEC kunnen we snel blijven groeien in China."

    INEOS Styrolution en SINOPEC zijn ook van plan om twee extra ABS-fabrieken te bouwen, gebaseerd op de wereldwijd toonaangevende technologie van INEOS.

    Een daarvan zal in Tianjin zijn, waar de twee bedrijven ook van plan zijn een nieuwe HDPE-fabriek te bouwen voor de productie van hogedichtheidpolyethyleen.

    Op lange termijn hopen ze nog minstens twee HDPE-fabrieken te bouwen.

    INEOS en SINOPEC hebben ook een joint venture-overeenkomst aangekondigd waarbij

    INEOS een aandeel van 50% in het bestaande Tianjin Nangang Ethylene-project van SINOPEC zal verwerven.

    Het project bouwt momenteel een ethaankraker van 1,2 miljoen ton, die naar verwachting eind 2023 in gebruik zal worden genomen, en stroomafwaarts derivatenfabrieken in Tianjin.

    INEOS en SINOPEC werken al jaren samen.

    "Door deze nauwe relatie krijgt SINOPEC toegang tot enkele van de beste downstream-technologieën ter wereld van INEOS en bereikt INEOS een substantiële aanwezigheid in China, de snelst groeiende markt ter wereld", aldus Jim.

    In 2013 begon INEOS met de bouw van de grootste aceton- en fenolproductiefabriek ooit in China, na de ondertekening van een joint venture met SINOPEC Yangzi Petrochemical Company.

    En vorig jaar erfde INEOS een joint venture met SINOPEC nadat het de wereldwijde acetyl- en aromatenactiviteiten van BP voor 5 miljard dollar had gekocht.

    2 minuten gelezen Nummer 24
  • CLNG_PAI_TwoShips_20200117_00020-2.jpg

    Vloeibaar Aardgas

    INEOS zet zich in om Europa te helpen zijn uitstoot van broeikasgassen terug te dringen – om het gat te dichten dat door het Russische gas is achtergelaten, en om de structurele energieproblemen in Europa te helpen verlichten. Het heeft een contract getekend met Sempra, een Amerikaans energie-infrastructuurbedrijf, om vanaf 2026 gedurende twintig jaar elk jaar 1,4 miljoen ton betaalbare, schone en betrouwbare energie te gaan exporteren.

    Het besluit om vloeibaar aardgas uit de Amerikaanse Golfkust te gaan exporteren – en de mondiale LNG-markt te betreden – is een primeur voor INEOS en komt in een tijd van aanzienlijke transformaties in de energiesector.

    "We kijken ernaar uit om een langetermijnrelatie op te bouwen met een bedrijf dat onze visie deelt om de energiezekerheid in de wereld te vergroten en tegelijkertijd koolstofarmere energiebronnen te bevorderen", zegt Justin Bird, CEO van Sempra Infrastructure, dat de exportterminals gaat uitbouwen.

    Brian Gilvary, voorzitter van INEOS Energy, zegt dat INEOS ook partnerschappen wil opbouwen met andere industriële gebruikers van energie in Europa om hen te helpen toegang te krijgen tot dezelfde concurrerende energiebronnen.

    "We zullen de eerste nieuwkomer in vele jaren op de markt zijn die op deze manier opereert", vertelt hij.

    Hoewel INEOS nog nooit eerder LNG heeft verscheept, vervoert het bedrijf wel al sinds 2015 veilig Amerikaans vloeibaar ethaangas naar Europa.

    David Bucknall, CEO van INEOS Energy, omschrijft Sempra als experts in het bouwen en exploiteren van LNG-faciliteiten en zegt dat het Amerikaanse bedrijf zijn visie deelt.

    "Deze overeenkomst is een belangrijk onderdeel van onze strategie", vertelt hij.

    Het LNG zal gratis aan boord worden geleverd vanuit de voorgestelde LNG-verwerkings- en exportfaciliteit in Jefferson County, Texas, of het Cameron LNG Fase 2-project in Hackberry, Louisiana.

    INEOS blijft zich echter inzetten om tegen 2050 een netto nuluitstoot te bereiken voor al zijn activiteiten.

    "Het bedrijf werkt aan het koolstofvrij maken van de toeleveringsketen door het afvangen en opslaan van koolstof en het bieden van mogelijkheden voor alternatieve energiebronnen, zoals zijn leiderschap in de productie van waterstof, wat we in de loop van de tijd ontwikkelden", aldus David.

    De overeenkomst van Sempra met INEOS is een voorlopige, niet-bindende regeling, en de ontwikkeling van de locaties in Port Arthur en Cameron is afhankelijk van het verkrijgen van alle noodzakelijke vergunningen, het ondertekenen van engineering- en bouwcontracten, het verkrijgen van financiering en een definitieve investeringsbeslissing.

    "We kijken ernaar uit om een langetermijnrelatie op te bouwen met een bedrijf dat onze visie deelt om de energiezekerheid van de wereld te vergroten en tegelijkertijd koolstofarmere energiebronnen te bevorderen"

    – Justin Bird, CEO van Sempra Infrastructure

    2 minuten gelezen Nummer 24
  • _DSC0277-2 (1) (1).jpg

    MET WATERSTOF AANGEDREVEN GRENADIER

    INEOS heeft een 4x4 op waterstof gebouwd om zijn engagement in het streven naar netto nul te bewijzen. Hij kan alles wat een Grenadier op diesel of benzine kan, maar hij stoot alleen maar waterdamp uit. Waarom zien we hem nog niet op de openbare weg? Door een gebrek aan infrastructuur in het VK.

    WATERSTOF wordt al lang verdedigd als de brandstof van de toekomst, omdat het geen uitstoot veroorzaakt als het voor energie wordt gebruikt.

    Maar het staat ook al jaren op een laag pitje, tot ongenoegen van INEOS. Om zijn eigen inzet voor het netto nulpunt te demonstreren, heeft INEOS nu een brandstofcelvariant voor waterstof gebouwd voor zijn 4x4 Grenadier die nu dus alleen maar waterdamp uitstoot.

    "Het is een buitengewoon voertuig", zegt Lynn Calder, CEO van INEOS Automotive. "Hij is in staat om alles te doen wat een conventioneel aangedreven Grenadier kan, maar dan zonder uitstoot."

    De Grenadier-demonstratiewagen maakte eerder dit jaar zijn werelddebuut tijdens het Goodwood Festival of Speed.

    Hij is uitgerust met de nieuwste waterstof-brandstofcel- en emissievrije aandrijflijn van BMW Group, die wordt beschouwd als de meest geavanceerde en krachtige in de auto-industrie.

    Het project om een Grenadier op waterstof te ontwikkelen, begon in juni 2022 met één duidelijk doel: er mag niet worden ingeboet op wat de wagen op de weg en offroad kan, en ook niet op het trekvermogen.

    Om er zeker van te zijn dat dit niet het geval was, onderging de 4x4 strenge tests, waaronder op de beruchte paden van de Oostenrijkse bergen en verschillende offroad-uitdagingen rond Graz.

    Door de jaren heen is er een wijdverbreid debat geweest over de voor- en nadelen van elektrische voertuigen versus waterstofvoertuigen.

    INEOS Automotive zal in 2026 een elektrische 4X4 met accu op de markt brengen, maar is van mening dat er een mix van aandrijfkrachten nodig is, met verschillende technologieën die geschikt zijn voor verschillende toepassingen.

    Elektrische batterijen worden gezien als ideaal voor stadscentra en korte ritten, maar ongeschikt voor transport en openbaar vervoer vanwege hun gewicht, oplaadtijden en bereik.

    Een tank van een auto of vrachtwagen vullen met waterstof daarentegen gaat snel en eenvoudig. Maar er zijn gewoon niet genoeg waterstoftankstations.

    "Onze demonstratiewagen bewijst dat de technologie daartoe in staat is", aldus Lynn. "Wat we nu nodig hebben, is steun van beleidsmakers om de infrastructuur voor de volgende generatie waterstofvoertuigen te helpen uitbouwen."

    INEOS produceert en gebruikt jaarlijks al 450.000 ton koolstofarme waterstof, het equivalent van de vervanging van tot wel 2 miljard liter diesel.

    Het bedrijf is Europa's grootste bestaande exploitant van elektrolyse, de cruciale technologie die hernieuwbare energie gebruikt om waterstof te produceren voor energieopwekking, transport en industrieel gebruik.

    "Samen met ons volledig elektrische model dat in 2026 moet verschijnen, toont onze door waterstof aangedreven Grenadier-demonstratiewagen het engagement van INEOS om het netto nulpunt te bereiken met waterstof als een belangrijke brandstof van de toekomst", aldus Lynn.

    2 minuten gelezen Nummer 24
  • Hydrogen Pipeline-2023.jpg

    TEST MET WATERSTOFPIJPLEIDINGEN

    Er zal BAANBREKEND onderzoek worden uitgevoerd om na te gaan of bestaande aardgaspijpleidingen in het VK kunnen worden hergebruikt voor waterstof. Het onderzoek is van cruciaal belang om te begrijpen of waterstof aardgas in het Britse gasnetwerk kan vervangen en kan helpen om verwarming koolstofvrij te maken.

    INEOS zal waterstof leveren aan SGN, dat via een buiten gebruik gestelde pijpleiding van 30 km zal stromen tussen de Grangemouth-raffinaderij van INEOS en Granton aan de rand van Edinburgh.

    Andrew Gardner, voorzitter van INEOS Grangemouth, zegt dat als de proef – de eerste in zijn soort – succesvol is, de Schotse petrochemische fabriek een knooppunt zou kunnen worden voor de productie, het gebruik en de export van waterstof.

    "Waterstofgas gedraagt zich enigszins anders dan aardgas, dus het is belangrijk om te begrijpen wat er nodig is om de pijpleiding en de ruimere 11.000 km pijpleidingen in het lokale transmissiesysteem (LTS) door heel het Verenigd Koninkrijk een nieuwe bestemming te geven om waterstof te transporteren", zegt Gemma Simpson, SGN-directeur van LTS Futures.

    "Het LTS Futures-project van SGN combineert een reeks laboratorium- en externe tests ter voorbereiding op een live proef van de pijpleiding van Grangemouth naar Granton."

    In augustus keurde energieregulator Ofgem het onderzoek goed om te bekijken of de pijpleiding van Grangemouth naar Granton opnieuw zou kunnen worden gebruikt voor de live proef.

    "Het werk van de offsite-tests zal ons in staat stellen procedures te ontwikkelen en te testen voor het maken van nieuwe verbindingen met de pijplijn voor de live test", aldus Gemma.

    Het project verzamelt momenteel bewijsmateriaal voor de volgende fase.

    Als dit lukt, dan kan SGN volgend jaar een live test uitvoeren, die een blauwdruk zal opleveren voor de herbestemming van het Britse LTS-netwerk, wat zal zorgen voor meer decarbonisatie en de ondersteuning van de netto nuldoelstellingen van SGN.

    Frazer Smith, Business Manager voor INEOS FPS, zegt dat de tests belangrijk waren.

    "Nu het projectprogramma in 2025 wordt afgerond, zal essentiële kennis en validatie van de bewijsbasis voor waterstof beschikbaar zijn ter ondersteuning van het decarbonisatiebeleid van zowel de Schotse als de Britse regering, inclusief de beleidsbeslissingen van de Britse regering inzake verwarming die voor 2026 moeten worden genomen”, zegt hij.

    Het lokale transmissiesysteem van SGN maakt deel uit van de nationale kritieke infrastructuur die miljoenen huizen en bedrijven in het Verenigd Koninkrijk bereikt. 

    "We geloven dat waterstof het potentieel heeft om klanten de keuze te bieden over de manier waarop zij hun huizen verwarmen, als onderdeel van een integrale systeemaanpak voor het koolstofvrij maken van verwarming", aldus Gemma.

    De test is het recentste goede nieuws voor de Grangemouth-site.

    Eerder dit jaar nodigde INEOS grote technische aannemers uit om offertes te maken voor de volgende fase van zijn waterstofproductie-installatie op wereldschaal.

    Eenmaal die installatie er is, zal schone, koolstofarme waterstof worden gebruikt om de processen aan te drijven en essentiële materialen te produceren voor een breed scala aan sectoren, waardoor de uitstoot jaarlijks met meer dan een miljoen ton CO2 wordt verminderd.

    "We zijn vastbesloten om onze eigen uitstoot tegen 2045 terug te brengen tot netto nul, om producten te creëren die anderen zullen helpen hun uitstoot te verminderen en om een leidende rol te spelen in een schone waterstofrevolutie", aldus Andrew.

    De investering van € 1,2 miljard door INEOS in blauwe waterstof houdt verband met de technologie voor koolstofafvang.

    De tijdens het proces afgevangen koolstof zal via pijpleidingen naar de kust worden geleid en permanent worden opgeslagen in rotsformaties diep onder de Noordzee. 

    “We geloven dat waterstof het potentieel heeft om klanten
    de keuze te bieden over de manier waarop zij hun huizen
    verwarmen, als onderdeel van een integrale systeemaanpak
    voor het koolstofvrij maken van verwarming”

    – Gemma Simpson,
    SGN-directeur van LTS Futures

    3 minuten gelezen Nummer 24
  • Hydrogen Projects-world map-2023.jpg

    WATERSTOF – EUROPESE REGERINGEN STEUNEN INEOS

    OVERHEDEN overal ter hele wereld investeren nu hun tijd, energie en geld in waterstofprojecten. Voor INEOS is dat goed en welkom nieuws. "De leiding in dit alles moet van de industrie komen, maar we kunnen niets doen zonder overheidssteun", zegt Wouter Bleukx, Business Manager Waterstof van INEOS, die het vergeleek met de begindagen van windenergie, die aanzienlijke overheidsinvesteringen aantrok. "Dat is wat wij nu ook nodig hebben", zegt hij.

    Regeringen in Noorwegen, België en Duitsland investeren allemaal in waterstofprojecten van INEOS.

    "Waterstofprojecten zijn niet zonder risico omdat ze extreem duur zijn, maar als we hier niet in geloofden, zouden we het ook niet doen", vertelt hij.

    INEOS ontving onlangs € 770.000 om een haalbaarheidsstudie uit te voeren om te zien of groene waterstof kan worden geïntegreerd op de O&P-locatie van INEOS in Keulen, Duitsland, en of het door INEOS Nitriles kan worden omgezet in groene ammoniak.

    De productie van groene ammoniak zou de mondiale uitstoot van broeikasgassen jaarlijks met bijna 1% kunnen doen verminderen.

    In april van dit jaar gaf de Noorse regering INEOS Inovyn € 1 miljoen om de plannen van het Aquarius-project grondig te analyseren om een van de eerste waterstoffabrieken van Noorwegen te bouwen op de chemische productielocatie in Rafnes.

    "We ondersteunen degenen die het voortouw nemen in de technologische ontwikkeling", zegt Nils Kristian Nakstad van Enova, een staatsbedrijf dat eigendom is van het Noorse ministerie van Klimaat en Milieu.

    Geir Tuft, CEO van INEOS Inovyn, zei dat het Aquarius-project een belangrijk onderdeel vormt van de strategie van INEOS om een leidende rol te gaan spelen bij de ontwikkeling van waterstofproductie op industriële schaal.

    Er zal koolstofvrije elektriciteit worden gebruikt om schone waterstof te produceren door middel van de elektrolyse van water.

    Deze overheidsinvesteringen volgen op een vergelijkbare financiering voor een ambitieus project in België om de mogelijkheid te onderzoeken om afgevangen koolstofdioxide-afval te mengen met duurzaam opgewekte waterstof om methanol te produceren, een chemische stof die veel wordt gebruikt in allerlei zaken, van medicijnen, kleding en verf tot auto-onderdelen en brandstof.

    Als het consortium akkoord gaat, zal er een fabriek worden gebouwd die jaarlijks 8.000 ton duurzame methanol kan produceren in het chemische productiecomplex van INEOS Inovyn in Lillo.

    De Britse regering reageerde tot nu toe trager, maar Wouter zegt wel dat INEOS Inovyn, dat al meer dan 100 jaar koolstofarme waterstof produceert en gebruikt in Groot-Brittannië, hoe dan ook doorgaat met zijn plannen voor de locatie in Runcorn.

    Het bedrijf bouwt momenteel een compressie-eenheid om de aanvoer van waterstof te vergroten om het Britse transportnetwerk van brandstof te voorzien – en om stationaire brandstofcellen op waterstof te produceren, waardoor vervuilende dieselgeneratoren tot het verleden zullen behoren.

    Er zal echter financiering worden gezocht voor de geplande elektrolyser.

    "We zijn van plan om overheidsfinanciering aan te vragen, maar als die niet komt, zullen we het elders moeten zoeken", aldus Wouter.

    Wat INEOS via zijn vele op waterstof gebaseerde projecten over de hele wereld hoopt te bereiken, is geloofwaardigheid.

    "We verwerven veel expertise, veel kennis, veel netwerken en veel partners", zegt hij. "Maar we moeten maken dat iets betrouwbaar werkt voordat we aan een nieuw groot avontuur beginnen."

    INEOS gelooft in een toekomst aangedreven door waterstof. De uitdaging voor het waterstofteam, dat onlangs in omvang is verdubbeld, bestaat erin regeringen ervan te overtuigen dat een netto-nuleconomie in 2050 onmogelijk zal zijn zonder waterstof.

    Want de ambities van INEOS eindigen hier niet.

    Het onderzoekt nu al de mogelijkheid om een grootschalige elektrolyser te bouwen "op een winderige en zonnige plek", zodat deze voldoende goedkope groene waterstof – en de derivaten ervan – kan produceren om naar de Europese markt te transporteren.

    INEOS wil voorop lopen in de energietransitie en is bereid te investeren om dat mogelijk te maken. 

     

    3 minuten gelezen Nummer 24
  • greensand-2kw.jpg

    Koolstofafvang en -opslag

    INEOS heeft de wereld helpen bewijzen dat CO2 veilig kan worden afgevangen, getransporteerd en geïnjecteerd in oude olie- en gasreservoirs onder de zeebodem. Op 8 maart 2023 realiseerde het 's werelds eerste grensoverschrijdende offshore CO2-opslaginitiatief, bedoeld om de klimaatverandering te beperken. Bij de succesvolle test werd CO2 afgevangen uit de INEOS Oxide-fabriek in België en over een afstand van 800 kilometer per Deense scheepvaart verscheept naar het Nini-offshore-olieplatform van INEOS in de Deense Noordzee.

    Daar werd het vloeibaar gemaakte gas geïnjecteerd in een buiten gebruik gesteld oliereservoir op 2 km onder de zeebodem.

    Het door INEOS geleide Greensand-project werd geprezen als een groot moment voor de transitie van Europa naar een groenere economie en het begrip van de wereld over het afvangen en opslaan van koolstof.

    "Jullie hebben laten zien dat het mogelijk is", zei Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, als erkenning voor het Greensand-project en het eerste injectie-evenement op 8 maart in Denemarken.

    "Jullie hebben aangetoond dat we onze industrie kunnen laten groeien door innovatie en concurrentie, en tegelijkertijd de CO2-uitstoot uit de atmosfeer kunnen halen door vindingrijkheid en samenwerking."

    Aanwezig op dit historische moment waren de Deense kroonprins Frederik, Brian Gilvary, uitvoerend voorzitter van INEOS Energy, en Hugo Dijkgraaf, Chief Technology Officer bij Wintershall Dea, die samen met INEOS leiding gaf aan het consortium van 23 organisaties die bij het Greensand-project betrokken waren.

    "Dit project bewijst dat het afvangen en opslaan van koolstof een haalbare manier is om de CO2-uitstoot permanent op te slaan onder de Noordzee", aldus Hugo.

    gaf aan dat falen geen optie was.

    "We konden hier onmogelijk in falen", zei ze. En de reden is heel eenvoudig. Het afvangen en opslaan van koolstof wordt immers gezien als van cruciaal belang om de energie in de wereld koolstofvrij te maken en de klimaatverandering aan te pakken.

    Het consortium van 23 partners onder leiding van INEOS.

    Bij het Greensand-project, zo genoemd vanwege het type zandsteen onder de zeebodem, werd voor de eerste keer de volledige waardeketen getest – en dat gebeurt puur ter bescherming van het milieu.

    "Alle onderdelen van het proces waren afzonderlijk ontwikkeld en functioneerden goed", zegt David Bucknall, CEO van INEOS Energy.
    Het verbinden van de onderdelen en het bouwen van de infrastructuur was de uitdaging"

    Het plan is nu – na de succesvolle test – om in 2025 commercieel te beginnen opereren.

    Eenmaal volledig operationeel zou het mogelijk moeten zijn jaarlijks tot acht miljoen ton CO2 op te slaan.

    Er heerst een enorme trots binnen het bedrijf dat we betrokken zijn bij zo’n baanbrekend project.

    Mads Weng Gade, CCO, hoofd van INEOS Energy Denemarken, beschreef het als een fantastische mijlpaal in de strijd tegen de klimaatverandering.

    "Ik heb heel lang naar deze dag uitgekeken", zegt hij. "We hebben allemaal blijk gegeven van een ware pioniersgeest en hard gewerkt om dit
    te bereiken."

    Veel critici hebben betoogd dat het afvangen en opslaan van koolstof niet schaalbaar is en veel te duur en energie-intensief.

    Maar David, een voormalig directeur van BP, zegt dat het project gebaseerd was op bewezen technologieën.

    "Bij de piloot- en ontwikkelingsfasen gaat het erom ze effectief te laten samenwerken", zegt hij.

    In december ontving het door INEOS geleide project £22 miljoen van de Deense overheid – de grootste subsidie ooit toegekend in Denemarken.

    "Denemarken heeft een van de meest ambitieuze klimaatdoelen ter wereld en beschouwt het afvangen en opslaan van koolstof als een van de stappen die nodig zijn om zijn doelstellingen te bereiken", aldus David. "Dit project zal aanzienlijk bijdragen aan de CO2-reductiedoelstellingen van Denemarken."

    Het project zal ook hooggekwalificeerde banen veiligstellen.

    "Het is logisch dat de olie- en gasindustrie deze nieuwe industrie aanstuurt, omdat ze vele jaren ervaring heeft op dit gebied", aldus Mads.

    "We zullen dezelfde infrastructuur, dezelfde geologie en dezelfde mensen gebruiken die doorgedreven kennis hebben van deze reservoirs."

    In plaats van booreilanden te ontmantelen, kunnen ze een nieuw doel krijgen.

    In plaats van dat er gas uitstroomt, wordt het proces eenvoudigweg omgekeerd, zodat koolstofdioxide in de reservoirs kan worden geïnjecteerd.

    Het langetermijndoel van INEOS is het bouwen van een vloot van schepen en CO2-opslagfaciliteiten aan land en een terminal zodat de schepen kunnen aanmeren en de CO2 in containers kunnen laden en vervolgens naar het platform kunnen varen.

    "We verwachten dat Greensand commercieel concurrerend zal zijn zodra een commerciële markt voor CO2 operationeel is", aldus David.

    5 minuten gelezen Nummer 24
  • 12130649-extended copy (1).jpg

    INEOS Energy

    INDEOS kan niet overleven zonder energie.

    En de wereld ook niet. We zijn allebei afhankelijk van olie en gas om te kunnen blijven functioneren. En dat zal nog vele jaren zo blijven, totdat regeringen en consumenten een energiebron aangereikt krijgen die betrouwbaar, betaalbaar en duurzaam is.

    "Olie- en gasbedrijven kunnen deze transitie ondersteunen door alternatieven te bieden, maar ze kunnen mensen niet dwingen om elektrische auto’s te kopen of minder energie te verbruiken", zegt David Bucknall, CEO van INEOS Energy en voormalig hoofd van BP’s wereldwijde olie- en koolstofarme handelsactiviteiten.

    INEOS, dat essentiële chemicaliën produceert voor het behoud van voedsel en water, voor kleding, medicijnen, elektronica, auto's, vliegtuigen, gebouwen, windturbines en zonnepanelen, gebruikt al tientallen jaren gas en olie. Zowel als brandstof als als grondstof.

    INEOS maakt ook gebruik van windenergie en waterstof om een aantal van zijn fabrieken te laten draaien. Voor de productie van sommige producten worden ook houtpulp en gerecycled plastic gebruikt – in plaats van gas en olie.

    "Als we kunnen, dan doen we het", zegt hij.

    Die transitie is ook een van de redenen waarom INDEOS Energy werd opgericht. Deze nieuwe activiteit is ontworpen om het veranderende klimaat te weerspiegelen.

    "Dit is geen greenwashing", zegt Brian Gilvary, die nadat hij bij BP wegging voorzitter werd van INEOS Energy.

    "INEOS Energy is een opwindend nieuw bedrijf dat alle bestaande activa van INEOS Oil & Gas omvat en dat INEOS ook in staat zal stellen een sterke kracht te worden in de komende energietransitie."

    Waterstof en hernieuwbare energie zullen in die transitie een grote rol spelen.

    INEOS heeft plannen uiteengezet om ‘groene waterstof’-projecten te ontwikkelen – waarbij gebruik wordt gemaakt van elektrolyse en hernieuwbare energie – in Noorwegen, Duitsland en België, maar ook in het Verenigd Koninkrijk, waar ook het hoofdkantoor van zijn nieuwe, op waterstof gerichte afdeling zal worden gevestigd.

    Wat de industrie volgens INEOS echter nodig heeft, is meer beleidszekerheid van de overheid.

    "Als er een investeringskader bestaat, zullen de investeringen dit doorgaans volgen", zegt hij. "Duitsland loopt al erg voorop. Het land heeft al fiscale stimuli die nodig zijn om die investeringen te creëren."

    De Duitse regering heeft INEOS onlangs € 770.000 toegekend om een haalbaarheidsstudie uit te voeren naar zijn plannen om een nieuwe groene waterstoffabriek te bouwen en te exploiteren op de Verbundsite in Keulen – een maatregel die de CO2-uitstoot met nog meer dan 100.000 ton per jaar zou kunnen terugdringen.

    "Het financieringsbesluit is een bewijs van het belang dat de staat aan ons project hecht", zegt dr. Stephan Müller, Commercial Energy Manager bij INEOS in Keulen. "Waterelektrolyse voor de productie van groene waterstof is een ongelooflijk belangrijk onderdeel van onze ambitieuze duurzaamheidsagenda met als doel om in 2045 een netto nulpunt te bereiken.

    Deze plannen maken echter slechts een deel uit van het grote pakket groene waterstofprojecten van INEOS ter waarde van 2 miljard euro in heel Europa, dat in oktober vorig jaar werd aangekondigd.

    Prof. dr. Andreas Pinkwart, voormalig minister van Economie en Innovatie, omschreef het Duitse project als een belangrijke stap op weg naar een klimaatneutrale chemische industrie in Noordrijn-Westfalen.

    "In de toekomst kan het project niet alleen het Köln Chempark, maar ook de logistiek van groene waterstof voorzien", zegt hij. "We hebben juist zulke holistische projecten nodig om succesvol te zijn in de transformatie."

    Tot 2015 concentreerde INEOS zich uitsluitend op chemicaliën.

    Maar in oktober van dat jaar waagde het zich voor het eerst stroomopwaarts.

    Het kocht alle Britse gasvelden in de Noordzee die eigendom zijn van de DEA Group, gevolgd door het belang van 25% van Fairfield Energy Holdings Ltd in het Clipper South-platform.

    Enkele maanden later kocht INEOS de volledige olie- en gasactiva van DONG Energy in de Noordzee voor meer dan € 1 miljard en verwierf het het 235 mijl lange Forties Pipeline System, dat ongeveer 40% van de Britse olie en gassen naar het vasteland levert.

    Het waren baanbrekende overnames die het bedrijf naar nieuw, opwindend terrein brachten.

    De overname van de activa van DONG Energy heeft er ook voor gezorgd dat INEOS Energy nu voorop loopt in een van de meest opwindende projecten ter wereld.

    Het Greensand-project voor koolstofafvang en -opslag in Denemarken is in staat om de hoeveelheid CO2 die in de atmosfeer wordt uitgestoten, efficiënt en snel te verminderen.

    "We hebben juist zulke holistische projecten nodig om succesvol te zijn in de transformatie."

    – Prof. dr. Andreas Pinkwart, voormalig minister van Economie en Innovatie over de plannen van INEOS om een nieuwe groene waterstoffabriek te bouwen en te exploiteren op de Verbund-site in Keulen

    In maart behaalde het door INEOS geleide Greensand-project een wereldprimeur, waarmee het de wereld bewees dat koolstofafvang en -opslag (CCS) kan werken, nadat kooldioxide (CO2) uit België met succes werd afgevangen en over grenzen heen getransporteerd en opgeslagen in de Deense Noordzee in een buiten gebruik gesteld oliereservoir van INEOS.

    "Het kan niet op zichzelf staan, maar het is een belangrijk instrument als we de klimaatcrisis willen oplossen", zegt David.

    Hij zegt ook dat de vastberadenheid om alternatieve, schonere energiebronnen te zoeken hoog op de agenda staat bij INEOS.

    Elk bedrijf heeft een roadmap – in feite een investeringsplan – ontwikkeld om in 2050 een netto nulpunt te bereiken, terwijl het toch winstgevend blijft en voorop loopt op de evoluerende wet- en regelgeving.

    "Gebaseerd op de roadmaps die tot nu toe zijn ontwikkeld, zullen we tegen 2030 een vermindering van ruim 33% bereiken, de mijlpaal van een derde op weg naar een netto nuluitstoot", legt hij uit.

    De plannen worden ook ondersteund door investeringen.

    Er wordt momenteel meer dan € 6 miljard geïnvesteerd

    in een breed scala aan projecten die de CO2-voetafdruk van INEOS zullen verkleinen door gebruik te maken van de kracht van een natuurlijk gas dat INEOS al 100 jaar als bijproduct produceert.

    Als Europa’s grootste exploitant van elektrolyse – de technologie om waterstof te produceren – bevindt INEOS zich in een unieke positie om de waterstofeconomie te bedienen.

    In het VK ligt de focus op groene en blauwe waterstof. Recent leverde INEOS ook de hoeksteenfinanciering voor HydrogenOne Capital, dat werd opgericht om investeerders kansen te bieden op het gebied van schone waterstof- en energieopslag voor de energietransitie.

    Ondanks de enorme vooruitgang die INEOS boekt, gelooft het bedrijf dat aardgas ook na 2050 nog steeds een grote rol zal spelen in het leven.

    En INEOS is niet de enige die dat denkt.

    Het Forum van gasexporterende landen, een internationale overheidsorganisatie bestaande uit 19 lidstaten, gelooft dat aardgas zijn aandeel in de mondiale energiemix tegen 2050 daadwerkelijk zal vergroten van ruim 23% nu naar 27% – niet in de laatste plaats omdat de wereldbevolking naar verwachting met bijna twee miljard zal stijgen tot 9,7 miljard in 2050, wat de vraag naar energie, voedsel en materialen extra onder druk zal zetten.

    "Aardgas zal bovenaan de mondiale energiemix komen te staan", aldus een woordvoerder.

    Het forum argumenteerde dat ondanks "agressieve" decarbonisatie-acties in het kader van het door de EU voorgestelde Fit for 55-pakket, aardgas in de toekomst nog steeds werd gezien als een speler.

    Eerder dit jaar zei de Europese Commissie ook dat aardgas en kernenergie een rol moeten spelen in de verschuiving naar een op hernieuwbare energiebronnen gebaseerde toekomst.

    “Het werd tijd”, zegt Robert Bryce, auteur van A Question of Power. "De beleidsmakers in Europa omarmen eindelijk het energierealisme."

    5 minuten gelezen Nummer 24
  • inch21_0008_Layer 2.jpg

    Een levensgrote uitdaging

    ALLEEN de tijd zal uitwijzen of er dit jaar geschiedenis wordt geschreven. Maar iedereen bij INEOS TEAM UK, tot en met de man die elke bout en moer behandelt, concentreert zich om voor het eerst de grootste zeilprijs mee naar huis te nemen - en een einde te maken aan 170 jaar in het gras bijten voor Groot-Brittannië. "Totdat we de prijs hebben gewonnen, hebben we ons doel nog niet bereikt", zei kapitein Sir Ben Ainslie.

    Bij het ter perse gaan van INCH was het INEOS-team letterlijk aan het vliegen na een wankele start van hun America’s Cup-race vóór de kerst.

    Tijdens de opwarmraces in december kampte het team met technische problemen en verloor het elke race.

    Sindsdien zijn er wijzigingen aan de boot aangebracht. Vanaf dan heeft het team niet meer achterom gekeken en alle races gewonnen om zich zo te kwalificeren voor de Prada Cup-finale.

    "De laatste race was fantastisch en geweldig om aan deel te nemen met veel veranderingen in wie de leiding had", zei Ben.

    In de Prada Cup-finale, die zal beslissen welk team het opneemt tegen de titelverdediger, zal INEOS tegen Luna Rossa Prada Pirelli racen.

    Ben, een viervoudig Olympisch gouden medaillewinnaar, zei dat we nog maar aan het begin staan.

    "We moeten blijven pushen, want het team dat het hardst pusht, zal winnen", zei hij.

    “Maar we hebben enorm veel ervaring. Als eerste, snel en veilig het parcours afleggen, daar gaat het om.“

    Het team werkte - en werkt - samen met het Mercedes-AMG Petronas Formule 1-team, dat de afgelopen jaren de wereld van het F1-racen heeft gedomineerd.

    Mercedes F1 voegde een nieuwe dimensie toe aan de race van het INEOS-team, om de perfecte AC75-raceboot te ontwerpen en te bouwen. Het bracht daarmee het zeilen naar een nooit eerder gezien niveau.

    Tot 30 leden van het toegepaste wetenschapsteam van Mercedes, onder leiding van directeur Graham Miller, hebben enkele van de meest geavanceerde technologieën ooit in de America’s Cup vervaardigd.

    "De aandacht voor detail bij Mercedes F1 is fenomenaal", zei Nick Holroyd, hoofdontwerper van het INEOS TEAM UK. “Ze hebben ons een duwtje in de rug gegeven. Ze hebben de basis genomen van waar we mee begonnen zijn en hebben er een laag van verfijning en detail aan toegevoegd. Ze hebben precisie in onze campagne gebracht.“

    Die nauwkeurigheid is onmiddellijk te zien in de draagvleugels, die zijn vervaardigd in de Mercedes F1-fabriek in Brackley in het Verenigd Koninkrijk.

    "Wat wij hebben kunnen inbrengen, is paardenkracht", zei Graham. “INEOS is een zeer capabel team en een van de sterke punten van het F1-team is, dat het over een aantal jaren veel bekwaamheid heeft opgebouwd. We zijn echt in staat geweest om met INEOS een harmonieus geheel te vormen en hen te helpen om hun ambitie waar te maken.“

    Het Brackley-team heeft ook zijn F1-knowhow gebruikt om het INEOS-team te helpen bij het ontwikkelen en implementeren van innovaties op het gebied van engineering, wetenschap van de mens, simulatie en gegevensanalyse.

    Terwijl F1-coureurs in direct contact staan met de ‘pit wall’ - een plek waar tijdens een race alle strategische beslissingen worden genomen door personeel in de controlekamer - was zo'n concept in de zeilwereld vrijwel ongehoord. Tot nu.

    Tijdens de training racete een 750-pk RIB naast de Britannia.

    Aan boord van de RIB was een team van ontwerpers en ingenieurs, die werkten met de meest geavanceerde technologie in de sportwereld.

    Aan boord van de Britannia - en meestal onzichtbaar voor het blote oog - zijn ongeveer 1.000 sensoren, die elke dag meer dan een miljoen bits aan gegevens naar het ontwerpteam sturen.

    Alles wordt gecontroleerd en geanalyseerd - van de hartslag van de zeilers tot de windsnelheid.

    Een deel van die gegevens wordt live gevolgd om de veiligheid van de bemanning op het water te garanderen.

    Tijdens de training werden de meeste gegevens de volgende dag geanalyseerd door het hele ontwerp- en zeilteam.

    De Britannia verschilt aanzienlijk van de eerste raceboot van het team, met merkbare veranderingen aan de koolstofvezel romp en dek lay-out. Elke grinder heeft nu zijn eigen individuele naar voren gerichte vaste positie.

    "De grootste verandering is echter simpelweg dat de fundamentele capaciteiten van onze ontwerpgroep de afgelopen twee jaar enorm zijn geëvolueerd", zei Nick.

    De Britannia bestaat uit ongeveer 17.300 afzonderlijke onderdelen, die allemaal zijn getest en gewogen voordat ze op de boot gingen.

    "Het staat buiten twijfel dat gewichtsbeheersing een essentieel onderdeel is van het winnen van de America's Cup", zei Ben.

    Volgens de regels - opgesteld door de huidige bekerhouder, Team Emirates Nieuw Zeeland - mag elke boot niet meer dan 6520 kg wegen.

    “Er is geen geven of nemen”, zei Ben.

    Bij INEOS TEAM UK was het de taak van scheepsarchitect Alan Boot om het gewicht van de boot in de gaten te houden.

    Het was zijn taak om alles wat er aan boord kwam te registreren, van de bouten op de instrumentenpanelen tot de aandrijflijn, en mogelijke problemen te signaleren.

    Om het gewicht van de bemanning te verminderen, zijn de vleugeltrimmer, de piloot en Ben enkele kilo's afgevallen.

    "Het zijn de grinders die we zo zwaar mogelijk wilden maken om het vermogen te maximaliseren", zei Ben.

    Nu de Prada Cup-finale in zicht is, blijven Ben en zijn team gefocust om die te winnen.

    Want het is de winnaar van die trofee ,die het in maart tijdens de America’s Cup opneemt tegen de machtige Nieuw-Zeelanders.

    De America’s Cup is de enige grote internationale sporttrofee die Groot-Brittannië nog niet heeft gewonnen.

    Ga voor al het laatste nieuws over de America’s Cup-campagne van INEOS TEAM UK naar: ineosteamuk.com


    BRITTANIA
    De Britannia is aanzienlijk veranderd sinds de eerste race van het team. De AC75 mag niet meer dan 6.520 kg wegen, zonder de zeilen en de bemanning.

    BEMANNING
    De 11 bemanningsleden mogen samen niet meer dan 990 kg wegen en in totaal 55 kg aan persoonlijke uitrusting meenemen, waaronder wetsuits, schoenen, reddingsvesten, radio's, koptelefoons en het nodige voedsel en water.

    10 JAAR
    Het kostte meer dan 90.000 uur om te ontwerpen - het equivalent van ongeveer 10 jaar.

    17.300
    De Britannia bestaat uit 17.300 afzonderlijke onderdelen. Elk onderdeel wordt gewogen voordat het aan boord gaat.

    DRAAGVLEUGELS
    De draagvleugels zijn gemaakt in het Britse hoofdkwartier van Mercedes F1 en zorgen ervoor dat de Britannia kan vliegen.

    DE WEERMAN
    Een Spanjaard, die enkele van de moeilijkste oceanen ter wereld heeft bevaren, is de weerman van het team. Juan Vila informeert het team regelmatig over het weer zodat ze vooruit kunnen plannen - en weten wat ze kunnen verwachten.

    50.000
    Het kostte meer dan 50.000 uren om te bouwen.

    SENSOREN
    Er zijn ongeveer 1.000 sensoren, die elke dag meer dan een miljoen bits aan gegevens naar het ontwerpteam sturen.

    LIVE GEGEVENS
    Het Britse bedrijf Papercast heeft een op maat gemaakte, lichte, waterdichte en robuuste unit ontworpen en gebouwd, die realtime informatie doorgeeft om het team in staat te stellen de onstabiele boot vlak en snel te laten vliegen. Omdat elke milliseconde telt, worden de live gegevens rond de boot gestreamd. Alle beslissingen van de bemanning zijn gebaseerd op de informatie die ze voor zich kunnen zien.

    6 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0004_Layer 6.jpg

    De opkomst van de superbacterie

    Een STILLE moordenaar, die tegen 2050 meer dan 10 miljoen levens per jaar dreigt te eisen, moet worden aangepakt voordat het te laat is, zeggen wetenschappers. Ze vrezen dat, tenzij er nieuwe geneesmiddelen worden gevonden ter vervanging van de bestaande antibiotica die hun werkzaamheid hebben verloren, veelvoorkomende infecties, die decennialang met succes met antibiotica zijn behandeld, opnieuw dodelijk kunnen worden.

    Misbruik en overmatig gebruik van antibiotica zijn de oorzaak van hun eigen ondergang. Door het gebrek aan financiële middelen is er weinig gedaan om iets te doen aan wat wordt beschouwd als een van de grootste toenemende bedreigingen voor de wereldgezondheid sinds COVID-19.

    "COVID-19 was als een aardbeving", zei professor Tim Walsh. "Het was snel en plots, terwijl je antimicrobiële resistentie niet kunt zien, niet kunt voelen. Maar toch neemt het jaar na jaar toe.”

    Maar dat gaat allemaal veranderen.

    INEOS heeft 100 miljoen pond uitgetrokken voor onderzoek aan de Britse Universiteit van Oxford naar de toenemende resistentie tegen antibiotica.

    "Antimicrobiële resistentie is een van de verborgen gevaren voor de mensheid", zei INEOS-voorzitter en oprichter Sir Jim Ratcliffe. "Maar ik denk dat het nog niet algemeen wordt erkend.”

    Alle moderne chirurgie en kankerbehandelingen steunen op het gebruik van doeltreffende antibiotica om infecties te verminderen.

    "Als we dit kostbare geschenk verliezen, betekent dat een terugkeer naar een pre-antibioticum tijdperk", zei Mr David Sweetnam, Voorzitter van het nieuwe INEOS Oxford Institute for Antimicrobial Research. "We hebben nu een zeer kleine kans om nog van koers te veranderen en te voorkomen dat het ondenkbare het onvermijdelijke wordt.”

    Ziekten die zo geëvolueerd zijn dat ze moeilijk of niet meer met antibiotica te behandelen zijn, doden nu al ongeveer 1,5 miljoen mensen per jaar.

    Maar wetenschappers waarschuwen dat de geneeskunde zal worden teruggebracht naar middeleeuws niveau als antibiotica ondoeltreffend worden, en miljoenen zullen sterven.

    "Als deze pandemie ons iets heeft geleerd, is het wel om gebeurtenissen met grote gevolgen die op ons afkomen, niet te negeren", zei professor Louise Richardson, vicekanselier van de Universiteit van Oxford.

    Naar schatting wordt ongeveer 80% (van het gewicht) van antibiotica wereldwijd gebruikt in de veeteelt. Niet altijd direct om infecties te behandelen, maar vaak om de groei van vlees te bevorderen.

    "Dit overgebruik draagt ertoe bij, dat infecties ook bij mensen resistentie tegen geneesmiddelen ontwikkelen en dit schaadt de medische frontlinie", zei professor Walsh. "Het nieuwe INEOS Oxford Institute zal uniek zijn in zijn onderzoek naar nieuwe, dierspecifieke medicijnen om de doeltreffendheid van geneesmiddelen voor mensen langer te behouden - wat een belangrijke impact kan hebben op het uitstellen van de AMR-crisis.”

    In de jaren veertig van de vorige eeuw speelde de Universiteit van Oxford een cruciale rol in de vroege ontwikkeling van antibiotica.

    Alexander Fleming, een Schotse arts en microbioloog, had in 1928 bij toeval penicilline ontdekt. Maar, het was een team van wetenschappers in Oxford dat de ontdekking van Fleming omvormde tot het wondermiddel dat zoveel levens heeft gered. Zij ontdekten namelijk dat de Penicillium-schimmel een stof produceerde die de groei van sommige bacteriën remde.

    Hierna volgde een gouden tijdperk voor onderzoek en ontwikkeling van antibiotica, maar dit liep op zijn einde. Sinds de jaren tachtig zijn er geen nieuwe antibiotica meer met succes ontwikkeld.

    "Deze schenking zal ons in staat stellen om werk te verrichten op het gebied van antibiotica, waar we de afgelopen decennia enkel van hebben gedroomd", zei professor Chris Schofield, academisch hoofd (chemie) aan het INEOS Oxford Institute.

    Mr Sweetnam zei dat de COVID-19-pandemie de wereld het belang van wetenschap en onderzoek heeft laten zien.

    Hij wees erop dat de vaccins, die in recordtijd zijn gemaakt, zijn ontwikkeld op basis van onderzoek uitgevoerd lang voordat COVID-19 toesloeg.

    "Het is duidelijk dat we nu naar nieuwe antibiotica moeten zoeken met dezelfde urgentie als naar vaccins," zei hij. "De gevolgen van voortdurende zelfgenoegzaamheid zijn niet te overzien.”

    De donatie van INEOS is een van de grootste die ooit aan een Britse universiteit is geschonken.

    "Het is een voorbeeld van een krachtig partnerschap tussen openbare en particuliere instellingen, om wereldwijde problemen aan te pakken", zei professor Richardson.

    Lord O'Neill of Gatley, de econoom die co-auteur was van het boek “Superbugs: An Arms Race against Bacteria”, zei dat het succes van INEOS in de chemische industrie in combinatie met de knappe koppen van de Universiteit van Oxford en de samenwerkende wetenschappers, hoop biedt.

    "Dit nieuwe instituut, dat een model toepast waarbij winst opnieuw wordt geïnvesteerd om verdere vooruitgang in het gebied te stimuleren, kan het doorbraakmoment zijn dat de wereldwijde AMR-uitdaging nodig heeft", zei hij.

    Zonder dringende gezamenlijke actie om de opkomst van superbacteriën een halt toe te roepen, zou de mensheid kunnen terugkeren naar een wereld waarin vertrouwde behandelingen zoals chemotherapie en heupprothesen te riskant kunnen worden, een bevalling uiterst gevaarlijk wordt en zelfs een simpele schram dodelijk kan zijn.


    Met de schenking van 100 miljoen pond van ineos kunnen ongeveer 50 onderzoekers de komende 5 jaar:

    HET OVERMATIG gebruik en misbruik van antibiotica aanpakken

    SAMENWERKEN met andere wereldleiders op het gebied van antimicrobiële resistentie, om te voorkomen dat gewone microben uitgroeien tot multiresistente superbacteriën, zoals de MRSA

    NIEUWE GENEESMIDDELEN ontwikkelen voor mens en dier

    5 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0000_Layer 10.jpg

    Waarom de wereld een schone lei nodig heeft

    INEOS kanaliseert nu zijn energie en expertise in een nieuw bedrijf dat maar één doel heeft: de CO2-uitstoot verminderen. Het nieuwe bedrijf gevestigd in het Verenigd Koninkrijk zal zich richten op het opvoeren van de productie van schone waterstof in heel Europa - voor zijn eigen vestigingen, maar vooral ook voor andere industrieën die nu op zoek zijn naar betaalbare, koolstofarme energie.

    “We zijn al benaderd door verschillende potentiële strategische partners, variërend van andere chemische partners tot connecties in de auto-industrie”, zei Wouter Bleukx, manager van de nieuw opgerichte Hydrogen Business Unit. "We hopen binnenkort meer over deze partnerschappen bekend te maken.”

    INOVYN, deel van INEOS, is Europa's grootste bestaande exploitant van elektrolyse, dezelfde cruciale technologie die koolstofneutrale energie kan gebruiken om waterstof te produceren voor energie, industrie en transport.

    Het bedrijf weet ook hoe het waterstof veilig moet opslaan en behandelen. Daarnaast werkt het aan een eerste project om waterstof eventueel op te slaan in een van zijn enorme zoutgrotten in het Verenigd Koninkrijk.

    "We bevinden ons in een unieke positie om een leidende rol te spelen bij het ontwikkelen van deze nieuwe mogelijkheden", zei Geir Tuft, CEO van INOVYN.

    INEOS produceert jaarlijks 300.000 ton waterstof, voornamelijk als nevenproduct van de chloorproductie, en het kraken van olie en gas om olefinen en polymeren te maken.

    De meeste waterstof wordt verbrand als brandstof of gebruikt om andere chemicaliën te vervaardigen.

    Maar INOVYN gelooft dat er meer kan worden gedaan, in het belang van de hele samenleving.

    In de laatste editie van INCH beschreef Chris Stark, CEO van de Commissie klimaatverandering, waterstof als de Heineken van de brandstoffen vanwege alle onderdelen die het bereikt.

    "We kunnen het gebruiken om huizen te verwarmen en om het transport en de industrie van brandstof te voorzien", zei hij.

    Hij vertelde INCH dat het zonder waterstof onmogelijk is voor de wereld om koolstofneutraliteit te bereiken - en daarmee de schadelijke CO2-uitstoot drastisch te verminderen.

    INEOS is al betrokken bij verschillende projecten om anderen aan te moedigen waterstof te gebruiken, in plaats van gas en olie.

    De nieuwe Hydrogen Business zal onder de paraplu van INOVYN werken, maar de strategie zal van toepassing zijn op alle INEOS Businesses over de hele wereld.

    Het doel is om binnen vijf jaar een grootschalige waterstofproductie-eenheid op te zetten.

    Eerder dit jaar onthulde de Europese Commissie haar eigen waterstofstrategie. Wouter zei dat deze Europese routekaart, voor een wijdverspreid waterstofgebruik in heel Europa tegen 2030 en daarna, nieuwe kansen biedt voor de nieuwe activiteiten van INEOS.

    "Waterstof is een belangrijk onderdeel van een klimaatneutrale economie, waarover al decennia wordt gediscussieerd", zei hij. "Eindelijk ligt een op waterstof aangedreven economie binnen handbereik.”

    • Het hoofdkantoor van de Clean Hydrogen Business Unit wordt in het Verenigd Koninkrijk gevestigd.
    • Ons doel is de CO2-uitstoot in alle INEOS-vestigingen en in andere Europese industrieën te verminderen met behulp van schone waterstof.
    • INEOS zal in al zijn Europese productievestigingen de productie van schone waterstof opvoeren.
    • De productie van waterstof op basis van elektrolyse, aangedreven door koolstofvrije elektriciteit, zal flexibiliteit en opslagcapaciteit bieden in de markten voor warmte en energie, chemicaliën en transport.

    4 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0005_Layer 5.jpg

    Het is tijd voor een nieuwe industriële revolutie

    HET Verenigd Koninkrijk was ooit de bakermat van de industriële revolutie. Nu - 260 jaar later - staan de gemeenten en steden die ooit door steenkool van energie werden voorzien, op het punt hoe de wereld werkt opnieuw te veranderen. HyNet North West in het Verenigd Koninkrijk zal toonaangevend zijn in de wereldwijde strijd tegen klimaatverandering. En INOVYN, deel van INEOS, heeft een belangrijke rol te spelen in dit door de industrie geleide en geïnspireerde project.

    Het maakt deel uit van een consortium van wereldwijd toonaangevende organisaties, die zich inzetten om de klimaatcrisis aan te pakken.

    Samen willen ze een netwerk creëren zodat waterstof geproduceerd, veilig opgeslagen en gedistribueerd kan worden, om het noordwesten van Engeland en Noord-Wales koolstofvrij te maken.

    "Het is onze taak om een plek te bieden waar de waterstof in grote hoeveelheden kan worden opgeslagen", zei Richard Stevenson, manager opslagprojecten van INOVYN. “Alleen dan kan het netwerk veranderingen in vraag en aanbod opvangen. Door te zorgen voor grootschalige opslag zullen we de veerkracht van het systeem enorm vergroten”.

    Het is een ambitieus maar haalbaar project, dat door de betrokkenen wordt gezien als een niet te missen kans.

    Want deze koolstofarme waterstoftechnologieën kunnen - in combinatie met koolstofafvang en -opslag - helpen om de CO2-uitstoot tegen 2030 elk jaar met 10 miljoen ton te verminderen.

    Dat is het equivalent van vier miljoen auto's van de weg halen, of meer dan vijf miljoen huizen verwarmen.

    "Het project kan alles veranderen en een blijvend nalatenschap zijn voor toekomstige generaties in het noordwesten en noorden van Wales", zei Richard.

    Gehoopt wordt dat al in 2025 400.000 ton CO2 uit de industrie wordt afgevangen.

    In de raffinaderij van Stanlow zal een koolstofarme waterstoffabriek in bedrijf worden genomen, om 350 MW te produceren - genoeg energie om ongeveer een derde van een miljoen huizen met aardgasketels te verwarmen.

    Offshore en onshore gaswinningsactiva zullen opnieuw worden gebruikt, zodat een miljoen ton CO2 kan worden vervoerd en opgeslagen in drie uitgeputte gasreservoirs onder de zeebodem in Liverpool Bay. De aanleg van het eerste waterstofpijpleidingnetwerk in het Verenigd Koninkrijk is de start om de lokale industrie te bevoorraden en om tot 20% waterstof met aardgas te mengen in de lokale netwerken.

    "Dit mengniveau kan worden gebruikt met bestaande gasketels en -fornuizen en wordt gezien als een belangrijke stap op weg naar het koolstofarm maken van woningen", zei Richard.

    Tegen 2030 is HyNet van plan om in het noordwesten 30 TWh/j koolstofarme waterstof te leveren voor industrie, flexibele energieopwekking, transport en verwarming.

    "Dat is ongeveer 45% van de hoeveelheid energie die momenteel in het regionale gasnet wordt geleverd", zei Richard.

    INOVYN zal de eerste, grootschalige ondergrondse faciliteit in het zoutbekken van Cheshire ontwikkelen om enorme hoeveelheden waterstof op te slaan en aan te sluiten op het eerste waterstofnetwerk van het Verenigd Koninkrijk met 350 km nieuwe pijpleidingen.

    Waterstof uit het netwerk zal het koolstofarm maken van zwaar transport, waaronder treinen, vrachtwagens, bussen en schepen, versnellen.

    Tegen 2030 is HyNet ook van plan om elk jaar nog eens één miljoen ton CO2 uit de industrie af te vangen.

    Als het project slaagt, wordt het Verenigd Koninkrijk wereldleider op het gebied van innovatie in schone energie en laat het zien wat door samenwerking kan worden bereikt.

    De Britse regering heeft onlangs de wettelijk bindende doelstelling voor koolstofneutraliteit tegen 2050 vastgesteld. Dit jaar maakt ze haar langverwachte nationale waterstofstrategie bekend.

    "Zowel de overheid als de industrie zien, naast elektrificatie, voor waterstof een duidelijke rol weggelegd in het creëren van een groenere en schonere toekomst", zei David Parkin van Progressive Energy, projectdirecteur van HyNet.

    www.hynet.co.uk


    INOVYN
    INOVYN zal de eerste, grootschalige ondergrondse faciliteit in het zoutbekken van Cheshire ontwikkelen om enorme hoeveelheden waterstof op te slaan en aan te sluiten op het eerste waterstofnetwerk van het Verenigd Koninkrijk, met 350 km nieuwe pijpleidingen.

    10 miljoen ton
    De CO2-uitstoot tegen 2030 elk jaar met 10 miljoen ton verminderen. Dat is het equivalent van vier miljoen auto's van de weg halen, of meer dan vijf miljoen huizen verwarmen.

    30 TWh/j
    Tegen 2030 is HyNet van plan om 30 TWh/j koolstofarme waterstof in het noordwesten te leveren aan industrie, flexibele energieopwekking, transport en verwarming.

    2050
    De Britse regering heeft onlangs de wettelijk bindende doelstelling voor koolstofneutraliteit tegen 2050 vastgesteld. Dit jaar maakt ze haar langverwachte, nationale waterstofstrategie bekend.

    5 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0002_Layer 8.jpg

    Globaal denken

    Hyundai en INEOS ondertekenden een memorandum van overeenstemming, om samen nieuwe mogelijkheden in de waterstofeconomie te verkennen.

    TWEE bedrijven van wereldklasse, die geloven dat waterstof de wereldeconomie van de toekomst kan aandrijven, werken nu samen. Het ene is Hyundai, een van de grootste autofabrikanten ter wereld. Het andere is INEOS, een van de grootste chemiebedrijven ter wereld.

    Ze hebben een ‘memorandum van overeenstemming’ ondertekend om nieuwe mogelijkheden te verkennen voor de productie, levering en het gebruik van waterstof in het dagelijkse leven.

    "De overeenkomst biedt beide bedrijven nieuwe kansen om een toonaangevende rol in de schone waterstofeconomie uit te bouwen", zei Peter Williams, directeur Technologie van de INEOS Group.

    "In eerste instantie trachten we om projecten in de publieke en private sector te faciliteren, die gericht zijn op de ontwikkeling van een waterstofwaardeketen in Europa.”

    Beide bedrijven kennen de waarde van waterstof, dat in het verleden als de Heineken van de brandstoffen is omschreven, vanwege alle onderdelen die de stof bereikt.

    Het kan worden gebruikt om huizen te verwarmen en om het transport en de industrie van energie te voorzien. En wanneer het als brandstof wordt verbrand, komt er alleen water vrij.

    INEOS produceert ongeveer 300.000 ton waterstof per jaar, voornamelijk als bijproduct van de chloorproductie en het kraken van gas en olie om olefinen en polymeren te maken.

    Hyundai was in 2013 pionier met 's werelds eerste in serie geproduceerde waterstofautos.

    Sindsdien is de autofabrikant die weg verder gevolgd. Tegen 2030 wil het bedrijf zijn jaarlijkse productie van waterstofbrandstofcelsystemen verhogen tot 700.000 eenheden.

    De NEXO SUV van het bedrijf die op waterstof rijdt, wordt omschreven als een auto die zo schoon is, dat hij tijdens het rijden de lucht zuivert. Het duurt slechts vijf minuten om de tank te vullen en die volle tank gaat ca. 666 km (414 mijl) mee.

    Als onderdeel van de overeenkomst die in november werd ondertekend, gaan de twee bedrijven onderzoeken of Hyundai's brandstofcelsysteem van de tweede generatie kan worden gebruikt in de 4x4 van INEOS, The Grenadier.

    Saehoon Kim, senior vicepresident en hoofd van het Fuel Cell Center bij Hyundai Motor Company, zei dat hij hoopte dat Hyundai's decennialange expertise op het gebied van waterstofbrandstofcellen kan worden gecombineerd met de expertise van INEOS om te helpen bij de massaproductie van groene waterstof en brandstofcellen voor The Grenadier.

    "Dit zal een belangrijke koolstofarme optie bieden in een breed scala van sectoren", zei hij.

    Pete zei dat de ervaring van INEOS in het opslaan en verwerken van waterstof, gecombineerd met zijn gevestigde knowhow in elektrolysetechnologie, INEOS in een unieke positie plaatst om vooruitgang te boeken naar een koolstofvrije toekomst op basis van waterstof.

    INEOS koopt autofabriek om 4x4 te bouwen

    Het bedrijf heeft geïnvesteerd in de ultramoderne fabriek van Mercedes-Benz in Hambach en zijn hoogopgeleide medewerkers.

    "Het was een unieke kans die we simpelweg niet konden laten liggen", zei INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe. "INEOS Automotive heeft de visie om 's werelds beste utilitaire 4x4 te bouwen en dat is precies wat we in ons nieuwe onderkomen in Hambach gaan doen.”

    De vestiging bouwt momenteel de elektrische Smart EQ-voor twee-voertuigen van Daimler.

    Volgens de overeenkomst zal INEOS Automotive de Smart-auto en onderdelen voor Mercedes-Benz blijven produceren.

    "Deze overname markeert onze grootste mijlpaal tot nu toe in de ontwikkeling van The Grenadier", zei CEO Dirk Heilmann.

    "Naast het uitgebreide testprogramma dat onze prototypevoertuigen nu ondergaan, kunnen we in Hambach beginnen met de voorbereidingen om het voertuig te bouwen.”

    Naar verwachting rolt de eerste Grenadier begin 2022 van de productielijn.

    Dirk zei dat de fabriek, die ongeveer 200 km van Stuttgart ligt, de perfecte locatie heeft om bevoorradingsketens aan te boren.

    4 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0007_Layer 3.jpg

    HOOP VOOR DE TOEKOMST

    BIOVYN™, een nieuwe generatie pvc - gemaakt van het residu van het houtpulpproces, in plaats van puur gas en olie - staat op het punt om de volgende generatie trots te maken. Het product is besteld voor een nieuwe ‘fossielvrije’ kleuterschool in de Zweedse stad Göteborg, die ambitieuze plannen heeft om de broeikasgasemissie in de stad tegen 2050 met 75% te verminderen.

    Voor INOVYN, een bedrijfstak van INEOS en het brein achter dit nieuwe pvc, is het een grote eer om betrokken te zijn bij wat bekend staat als het Hope-project.

    "Het is een innovatief project dat aantoont dat fossielvrij bouwen mogelijk is", zei Inna Jeschke, marketingmanager bij INOVYN.

    "Het heeft een scala aan duurzaamheidsexperts, innovators, ondernemers en leveranciers samengebracht om een echt duurzaam gemeenschapsgebouw te leveren.”

    INOVYN is een samenwerking aangegaan met Pipelife Sweden, dat de opdracht heeft gekregen om de duurzame pvc-buizen te leveren.

    "We zijn erin geslaagd om de CO2-voetafdruk van deze buisinstallaties met maar liefst 76% te verlagen", zei Pipelife-projectmanager Ove Söderberg.

    Het mooie van BIOVYN™, hoewel duurder dan conventioneel pvc, is tweeledig.

    Ten eerste wordt het hoofdzakelijk gemaakt van een hernieuwbare grondstof, die niet concurreert met de voedselketen. Bovendien worden de broeikasgasemissies tijdens het productieproces met meer dan 90% verminderd in vergelijking tot conventioneel geproduceerd pvc .

    "Het duurzame en innovatieve karakter van BIOVYN™ maakt het de perfecte keuze voor dit vlaggenschipproject", zei Ove. BIOVYN™, dat in oktober 2019 aan de wereld werd onthuld, is 's werelds eerste commercieel geproduceerde pvc op basis van bio-attributen.

    Sindsdien heeft het fans - en verkopen - over de hele wereld aangetrokken.

    "We hebben enorme belangstelling gekregen uit alle hoeken van de wereld en ook voor alle mogelijke toepassingen, van directe klanten in de vloeren- en buizenindustrie tot vele merkeigenaren, waaronder een vooraanstaande autofabrikant", zei Inna.

    Maar dit is niet van de ene op de andere dag gebeurd. Eerst moest INEOS O&P in het Duitse Keulen zeker zijn dat het de biomassa - de hernieuwbare grondstof - kon leveren.

    Zodra het team in Keulen dit had bereikt, moesten ze ervoor zorgen dat de biomassa in de bestaande kraakinstallatie kon worden omgezet in bio-ethyleen.

    Toen die hindernis genomen was, werd het bio-ethyleen rechtstreeks naar de INOVYN-fabriek in het Duitse Rheinberg geleid, waar het gebruikt werd om BIOVYN™ te produceren.

    De duurzame kwaliteiten van pvc met bio-attributen zijn al gecertificeerd door de Roundtable on Sustainable Biomaterials (RSB), die de wereldwijde missie heeft om de beste praktijken voor de productie van duurzame biomaterialen te ondersteunen.

    Pvc is vandaag essentieel voor het moderne leven en wordt al op grote schaal gebruikt in de sector van hernieuwbare energie, in auto's, gebouwen, vloeren, technologie en in medische apparatuur.

     "BIOVYN™ brengt duurzaamheid nog een stap verder", zei Luc Castin,  Business Manager bij INOVYN.

    Rolf Hogan, uitvoerend directeur van RSB, heeft het nieuwste pvc-product van INOVYN omschreven als een echte leider in de opkomende circulaire bio-economie.

    6 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0003_Layer 7.jpg

    NULTOLERANTIE

    INEOS in Antwerpen heeft zich ertoe verbonden om de EU-doelstellingen voor vermindering van de broeikasgasemissies te overtreffen. Volgens Hans Casier, CEO van INEOS Phenol & Nitriles, is het van cruciaal belang dat we ons concentreren op uitstootvermindering aan de bron in plaats van alleen afvangen en opslaan. “Al onze vestigingen in Antwerpen hebben nu een duidelijk, haalbaar stappenplan”, zei hij.

    Het plan houdt in dat INEOS uiterlijk in 2050 koolstofneutraliteit zal bereiken voor zijn activiteiten in de haven van Antwerpen.

    Maar het bedrijf houdt ook rekening met de ambitie van de EU om de broeikasgasemissie tegen 2030 te verlagen met minstens 55% ten opzichte vanhet niveau van 1990.

    In Antwerpen wordt een nieuw kraker- en propaandehydrogenatiecomplex gebouwd ter waarde van 5 miljard euro - dat voorzien wordt van energie uit het ENGIE-windmolenpark in de Noordzee.

    Het nieuwe complex zal een stapsgewijze uitstootvermindering mogelijk maken die gepaard gaat met de productie van olefinen, de belangrijkste chemische stof die nodig is voor de auto-, bouw-, transport- en medische industrie.

    Naast de overschakeling op groene energie is INEOS ook van plan om regionaal zijn samenwerking in bestaande industriële afvalwarmte- en stoomnetwerken uit te breiden en het waterstofgebruik in zijn chemische processen en energiecentrales te verhogen.

    Het bedrijf is ook betrokken bij een ambitieus plan in Lillo om afgevangen koolstofdioxide te mengen met groene waterstof voor de productie van methanol, een chemische stof die op grote schaal wordt gebruikt in alles, van kleding tot brandstof.

    Naast gas en olie wordt ook het gebruik van meer gerecycleerde of bio-attributieve grondstoffen onderzocht.

    "Al deze activiteiten worden ondersteund door een voortdurend streven naar verbetering van de energie- en hulpbronnenefficiëntie van onze processen", zei Hans.

    Hoewel de nadruk zal liggen op het vermijden van CO2-productie, in plaats van het later op te vangen en op te slaan, zou opslag voor INEOS in de toekomst nog steeds een optie moeten zijn.

    INEOS kan daarbij steunen op de ervaring in zijn bestaande koolstofafvanginstallaties in Zwijndrecht, Tavaux, Lavéra en Keulen.

    Momenteel wordt ongeveer 100.000 ton CO2, dat ontstaat als bijproduct van het ethyleenoxideproces in Zwijndrecht, afgevangen, gezuiverd, vloeibaar gemaakt, verkocht en hergebruikt.

    Nieuwe INEOS-vestiging in de haven van Antwerpen.

    INEOS stelt een duidelijk stappenplan op

    HET stappenplan is opgesteld om INEOS de weg te wijzen naar een klimaatneutrale wereld.

    De INEOS-fabrieken in de haven van Antwerpen zijn dan misschien wel de eersten die deze reis aanvatten. Maar, ze zullen niet de laatsten zijn.

    "Het stappenplan wordt uitgerold en alle INEOS-vestigingen kunnen het bestuderen en bekijken hoe ze veranderingen kunnen doorvoeren om hun eigen CO2-uitstoot te verlagen", zei Greet Van Eetvelde, hoofd van het wereldwijde energie- en innovatiebeleid bij INEOS.

    Het afgelopen jaar heeft ze samen met Matthias Schnellmann, Carbon Business Developer, aan het uitgebreide stappenplan gewerkt.

    Samen met de INEOS-vestigingen in Antwerpen hebben ze milieugegevens verzameld om een uitgangspunt vast te stellen voor een duidelijk en robuust plan om de uitstoot te verminderen.

    Het stappenplan laat zien hoe INEOS dit kan doen door over te schakelen op andere brandstoffen, hernieuwbare grondstoffen te gebruiken, de energie- en hulpbronnenefficiëntie van zijn fabrieken te verhogen of de koolstof op te vangen, te gebruiken of op te slaan.

    "De meeste van onze vestigingen zijn al energiezuinig, dus als we ons alleen daarop richten, levert dat geen noemenswaardige winst op", zei Matthias.

    “Maar overschakelen op andere brandstoffen of het gebruik van hernieuwbare grondstoffen zal dat wel doen. We denken dat het beter is om onze uitstoot te verminderen in plaats van deze op te vangen en op te slaan.

    Hij zei dat sommige vestigingen waterstof produceerden als bijproduct, dat door een andere vestiging kan worden gebruikt om hun koolstofvoetafdruk te verkleinen.

    "Elke vestiging heeft andere behoeften", zei hij. “De oplossing zal niet voor iedereen hetzelfde zijn.

    Maar het stappenplan helpt hen om gebieden te identificeren waar ze hun processen kunnen verbeteren om een verschil te maken.“

    Gehoopt wordt dat het stappenplan een klimaat van positief concurrentievermogen zal creëren in alle bedrijven en vestigingen van INEOS over de hele wereld.

    project-one.ineos.com/en

    6 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0009_Layer 1.jpg

    DE VLAM NIET LATEN UITDOVEN

    Op de dag dat de Wereldgezondheidsorganisatie COVID-19 tot een wereldwijde pandemie verklaarde, nam INEOS doortastende maatregelen. Op dat moment waren er wereldwijd iets meer dan 4.500 mensen gestorven aan deze nieuwe, onzichtbare moordenaar en hadden veel regeringen zich verzet tegen nationale lockdowns, waarbij sommigen het virus afdeden als een ‘gewone verkoudheid’.

    Maar INEOS, dat nu actief is in 29 landen, waaronder China waar het virus vermoedelijk vandaan kwam, was verontrust.

    "Het feit dat we een wereldwijd bedrijf zijn, was een van onze sterke punten", zei Jeff Seed, SHE-directeur bij INEOS. "Onze Aziatische vestigingen gaven ons een idee van wat we konden verwachten en hoe we mogelijk door het virus zouden worden getroffen.”

    De boodschap uit Azië was duidelijk: als je de fabrieken en bedrijven draaiende wil houden, bescherm dan nu je personeel.

    Als wereldwijde producent van essentiële chemicaliën, die de wereld binnen afzienbare tijd meer dan ooit nodig zou hebben, werd dat advies door INEOS zeer ernstig genomen.

    "Veiligheid is altijd onze topprioriteit geweest en dat omvat ook het werken op een manier die veilig is voor al onze operationele teams", zei Jeff. "Onze uitstekende prestaties op het gebied van veiligheid zijn gebaseerd op duidelijke procedures en regels.”

    Er werd snel een COVID-noodplan overeengekomen. Elk bedrijf stelde strikte veiligheidsprotocollen op om ervoor te zorgen dat hun medewerkers veilig bleven terwijl ze de fabrieken gaande hielden.

    Alle kantoormedewerkers - over de hele wereld - kregen te horen dat ze moesten telewerken.

    De bedrijven kregen de opdracht om bedrijfskritisch personeel te identificeren om de fabrieken draaiende te houden.

    “Dat was van cruciaal belang en we kunnen de mensen, die onze fabrieken op indrukwekkende wijze veilig geopereerd hebben, niet genoeg bedanken”, zei Simon Laker, directeur Operations van de INEOS Group.

    Bovendien werden alle niet-essentiële werkzaamheden aan de fabrieken uitgesteld en alle niet-essentiële reizen verboden.

    "Als we niet snel hadden gehandeld, was het virus wellicht onze werkplekken binnengedrongen en had het heel snel vele medewerkers ziek kunnen maken", zei Jeff. "We willen niet alleen dat onze werknemers gezond blijven, maar dit zou hen ook van de werkplek hebben gehaald en geleid hebben tot een sluiting van onze fabrieken en activiteiten.”

    Jeff was met Simon in de Green Lake-faciliteit van INEOS in Amerika, toen INEOS Capital hen vroeg om voorbereidingen te treffen zodat de vestigingen ook tijdens de pandemie zouden kunnen werken.

    "Op dat moment wisten we echt niet wat de impact zou zijn op onze activiteiten over de hele wereld", zei hij. "Maar we waren vastbesloten om te blijven werken op een manier die veilig was voor al onze operationele teams.”

     In het geval van een COVID-19-uitbraak was INEOS bereid om fabrieken te sluiten.

    Wekelijks belden de HR-directeurs met elkaar om de situatie per vestiging en per land te volgen. Regelmatig werden ook binnen elk bedrijf bestuursvergaderingen gehouden om ervoor te zorgen dat elk bedrijf snel kon handelen als dat nodig was.

    In het Verenigd Koninkrijk werden de kritische INEOS-medewerkers regelmatig getest.

    "Dat was een heel krachtige manier om het virus voor te blijven", zei Jeff.

     Door deze maatregelen hoefde INEOS niet één van zijn fabrieken te sluiten, behalve waar dit verplicht was volgens de nationale regelgeving.

    "Onze strikte procedures en snelle actie hebben ervoor gezorgd dat we positieve gevallen onder controle hebben gehouden en dat onze medewerkers veilig bleven terwijl we onze activiteiten konden blijven uitvoeren", zei HR-directeur Jill Dolan.

     Medewerkers die COVID-19-symptomen vertoonden, mochten niet naar het werk komen. Omdat testregimes per land verschilden, was het niet altijd mogelijk om deze medewerkers te testen.

    "Dat is een van de redenen waarom het precieze aantal positieve gevallen bij INEOS nooit bekend zal worden", zei Jill. "Maar deze aanpak was essentieel om de verspreiding van het virus tot een minimum te beperken.”

    INEOS zorgde er ook voor dat wie in zelf-isolatie moest vanwege nauw contact met een andere persoon, dit ook deed om zichzelf en hun familie te beschermen.

    Maar, INEOS slaagde er niet alleen in om zijn eigen activiteiten draaiende te houden.

    Door de vroegtijdige actie van INEOS kon ook worden voldaan aan de ongekende, wereldwijde vraag naar chemicaliën, die dringend nodig waren om de verspreiding van COVID-19 af te remmen en de besmette mensen te helpen behandelen.

    De productie werd op veel INEOS-vestigingen opgevoerd. De fabrieken van INOVYN, een bedrijfsactiviteit van INEOS, draaiden in heel Europa de klok rond om natriumhypochloriet (huishoudbleekmiddel) te produceren, dat door de Wereldgezondheidsorganisatie en UNICEF werd erkend als de beste en snelste manier om COVID-19 op harde oppervlakken te doden.

    Het bedrijf bouwde ook zes fabrieken, elk in minder dan 10 dagen, om handontsmettingsmiddel te produceren en leverde miljoenen flessen gratis aan duizenden ziekenhuizen.

    Door middelen weg te halen bij niet-essentiële activiteiten op locaties in Amerika, het Europese vasteland en het Verenigd Koninkrijk, hield INEOS de stroom chemicaliën op gang naar de vestigingen waar vitale medische materialen, ontsmettingsmiddelen en apparatuur worden gemaakt.

    Landen maakten zich ook terecht zorgen over de bescherming van hun drinkwatervoorziening.

    In de Verenigde Staten hadden nutsbedrijven de acrylamide en polyacrylamide van INEOS nodig om het Amerikaanse water te zuiveren. Ook de Britse waterbedrijven vertrouwden op INEOS om het chloor te leveren dat nodig is om 98% van het Britse water drinkbaar te houden.

    "We hebben sneller gehandeld dan veel andere grote bedrijven, omdat zowel de openbare veiligheid als de bedrijfscontinuïteit bedreigd was", zei Jeff.

    INEOS weet echter dat de pandemie nog lang niet voorbij is, ondanks de hoop dat er binnenkort een vaccin beschikbaar zal zijn.

    "We zijn er misschien nog niet uit, maar het feit dat we er tot nu toe in geslaagd zijn om ons er doorheen te navigeren, onze medewerkers veilig en onze fabrieken draaiende te houden, getuigt van het harde werk en de inzet van al onze medewerkers", zei Tom Crotty, communicatiedirecteur bij INEOS.

    8 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0001_Layer 9.jpg

    VORM GEVEN AAN DE TOEKOMST

    Composieten geven de wereld vorm als nooit tevoren. Want in tegenstelling tot metaal kunnen ze niet alleen in bijna elke vorm worden gegoten, ze zijn ook sterker en lichter dan staal, brandwerend en roesten niet.

    De wereld was daar op 14 augustus 2018 getuige van, toen een 200 meter lang stuk van de Morandibrug in Genua instortte en 43 mensen om het leven kwamen.

    Deskundigen zeggen dat de staalkabels van de brug in beton waren ingekapseld, waardoor corrosie niet te zien was.

    De stalen toren, die ook instortte, was ook bedekt met beton.

    Als staal roest, zet het uit en kan het beton scheuren.

    Composieten werken anders - en hebben als zodanig hun weg gevonden naar auto's, vrachtwagens, boten, huizen, infrastructuur, chemische fabrieken en de zee, waar ze bestand zijn tegen de zwaarste omstandigheden.

    De composietharsen van INEOS zijn ook bestand tegen aantasting door chemicaliën.

    Daarom worden ze in de plaats van traditionele materialen gebruikt in vele INEOS-fabrieken, waaronder INEOS Pigments in Ashtabula, Ohio.

    "Bewapeningsstaal in betonnen bruggen wordt nu ook vervangen door composietstaal", zei Lynn.

    Composieten zijn ook goed voor het milieu.

    De harsen van INEOS Composites zijn een belangrijk onderdeel gebleken bij het vormgeven van de toekomst voor windturbines, omdat ze lichter zijn dan staal.

    In 2019 werd 's werelds langste windturbinewiek ooit gebouwd in Cherbourg, Frankrijk.

    Met zijn 107 meter was de wiek langer dan een voetbalveld.

    "Zonder de sterkte-gewichtsverhouding van composietmaterialen zouden deze wieken eenvoudigweg niet tot de huidige extreme afmetingen kunnen worden gebouwd en de enorme hoeveelheden energie kunnen genereren die ze leveren", zei Lynn.

    INEOS is echter ook trots op het feit dat het heeft bijgedragen aan het creëren van een levensvatbare markt voor gerecycled plastic.

    In elk vat van 220 kg van zijn petfamilie van composietharsen zitten de restanten van ongeveer 1.800 gerecyclede petflessen.

    "Door gerecycled pet te gebruiken als grondstof voor composieten, sluiten we de koolstof in", zei Lynn.

    Hiermee laat INEOS de wereld ook zien dat het zijn belofte serieus neemt om tegen 2025 325.000 ton gerecycled polymeer in zijn eigen producten te gebruiken.

    INEOS Enterprises is in 2018 overeengekomen om de volledige Composites-activiteiten van Ashland, samen met de Europese BDO-activiteiten, voor 1 miljard dollar over te nemen.

    De Composites-activiteiten alleen al hebben 15 productielocaties in Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Azië en het Midden-Oosten en stellen 1.000 mensen tewerk.

    Ashley Reed, CEO van INEOS Enterprises, zei dat composietharsen al 30 jaar het materiaal bij uitstek zijn voor de scheepsbouwers overal ter wereld. Met goede reden vanwege hun ongelooflijke kwaliteiten.

    "Wij geloven dat composietharsen een groot groeipotentieel hebben onder de supervisie van INEOS", zei hij destijds.

    Nadat de deal in 2019 was afgerond, werd INEOS Composites een bedrijf op zich.

    Wat de toekomst betreft zijn composietmaterialen goed geplaatst om de uitdagingen van de bouwsector, die milieuvriendelijkere producten wil gebruiken, het hoofd te bieden.

    Andrew Miller, hoofd van INEOS Composites Europe, zei dat er in de markt een groeiende belangstelling is voor biogebaseerde en uit pet gerecyclede harsen.

    "Vezelversterkte kunststofcomposieten zijn eenvoudig te installeren en te onderhouden, hebben een lange levensduur en kunnen worden gerecycled. Dus, het is gemakkelijk om te zien waarom ze veel concurrerender zullen worden dan conventionele materialen zoals staal en beton", zei hij.

    INEOS Composites

    WERELDLEIDER IN ONVERZADIGDE POLYESTERHARS, VINYLESTERHARS EN GELCOATS

    www.ineoscomposites.com

    6 minuten gelezen Nummer 21
  • inch21_0006_Layer 4.jpg

    Breken met traditie

    INEOS heeft opnieuw het traditionele denken achter zich gelaten. Het heeft van de bescheiden handdesinfectiedispenser een stijlvol gadget gemaakt, dat tot zijn recht komt in winkels, kantoren, scholen, restaurants en woningen.

    "Dit is de eerste keer dat veel mensen een dispenser in huis overwegen", zei Oli Hayward-Young, die de leiding over het project heeft. "Maar als het bij iemand in huis komt, moet het er goed uitzien. Het moet bij de inrichting passen.”

    Volgens Oli zijn veel traditionele dispensers ‘lelijke, witte plastic dozen’.

    "Ze geven een negatief gevoel zodra je een kamer binnenloopt," zei hij. "Dit is een nieuw concept voor dispensers.”

    Hij voegde hieraan toe: “Er zullen veel bedrijven zijn, die hun personeel en klanten willen beschermen zonder afbreuk te doen aan de uitstraling van een gebouw. Onze dispenser is ontworpen om esthetisch aantrekkelijk te zijn.“

    Bovendien is het ontworpen door hetzelfde team van wereldklasse dat The Grenadier heeft gebouwd, de nieuwe 4x4 van INEOS, die volgend jaar op de markt komt.

    De man die heeft geholpen om The Grenadier op papier tot leven te brengen, is Toby Ecuyer, een architect en een van de beste Britse ontwerpers van superjachten.

    Hij heeft meegewerkt aan het ontwerp van twee soorten dispensers: een voor bedrijven en een kleinere versie voor privé-gebruik.

    De professionele verdeler die op maat van een bedrijf kan worden aangepast, is beschikbaar in drie edities: voor op tafel, vrijstaand of voor aan de muur.

    De kleinere verdeler voor privé-gebruik is verkrijgbaar in rood, crème, zilver of zwart. Deze versie is ontworpen om op een keukenwerkblad of een tafel te staan, of om aan de muur bij de voordeur te monteren.

    Het Zwitserse ingenieursbureau Gritec zal in eerste instantie 20.000 dispensers produceren in hun vestiging in Grüsch.

    Beide zijn net vóór de kerst via de website van INEOS Hygienics in de verkoop gegaan, samen met de eenvoudig te plaatsen navulcartridges.

    "We kregen onmiddellijk belangstelling van het publiek", zei Oli.

    Voor Oli, die eerder dit jaar bij het nieuwe wereldwijde gezondheidszorgbedrijf van INEOS in dienst trad, is het een spannende tijd.

    "INEOS heeft altijd op de achtergrond producten gemaakt die de samenleving ondersteunen", zei hij. "Maar nu doet het iets op de voorgrond om de wereld weer op de been te helpen.”

    Op vrijdag 23 oktober om 20.45 uur Britse tijd schreef INEOS geschiedenis - door zijn allereerste tv-reclamecampagne te voeren om zijn handontsmettingsmiddelen van ziekenhuiskwaliteit onder de aandacht te brengen.

    De reclame maakte zijn debuut tijdens Coronation Street, een langlopende en populaire Britse soapserie.

    George Ratcliffe, Chief Operating Officer van INEOS Hygienics, beschreef het als een belangrijke mijlpaal in het bestaan van het jonge bedrijf.

    "Onze producten werden op het hoogtepunt van de pandemie door ziekenhuizen gebruikt en onze topsportteams gebruiken ze nu", zei hij. "Dit was onze kans om het publiek te laten zien dat we, ondanks het feit een nieuwkomer op de markt te zijn, een vertrouwd alternatief bieden.”

    De advertenties blijken te hebben gewerkt. "Onze wekelijkse verkoop steeg met meer dan 40% nadat ze waren getoond", zei George.

    INEOS richtte in juli het wereldwijde gezondheidszorgbedrijf INEOS Hygienics op., maar Oli zei dat het een geweldige teaminspanning is geweest om de dispensertak op te bouwen en het product zo snel op de markt te brengen.

    "We hebben een beroep kunnen doen op de projectmanagement-, commerciële en technische expertise van het hele bedrijf en mensen zijn in zeer moeilijke tijden de uitdaging aangegaan", zei hij.

    Het bedrijf, zei hij, is gebouwd voor de lange termijn en in een nieuw tijdperk, waarin het belang van handdesinfectie nog nooit zo belangrijk is geweest.

    "Hoewel we in 2020 een toename van het gebruik van ontsmettingsmiddelen hebben gezien, denken we dat er een blijvende impact zal zijn", zei hij. "De houding van mensen is veranderd. Iedereen weet nu waarom het zo belangrijk is om de handen schoon te houden om niet ziek te worden.“          

    www.ineoshygienics.com


    • De handdesinfectiedispenser is zorgvuldig ontworpen om er goed uit te zien
    • Recente tv-reclamecampagne waarin handontsmettingsmiddelen van ziekenhuiskwaliteit onder de aandacht worden gebracht

    Tottenham werkt samen met INEOS

    TOTTENHAM Hotspur Football Club is een samenwerking met INEOS Hygienics aangegaan om zijn spelers, personeel en fans te beschermen.

    Om een hoog niveau van hygiëne op het terrein te handhaven, bestelde de Premier League-voetbalclub honderden nieuwe handenvrije INEOS-handdesinfectiedispensers enkele dagen nadat de Hygienics-divisie het assortiment had gelanceerd.

    "Het was fantastisch om de dispensers van de productielijn te zien rollen", zei George Ratcliffe, COO van INEOS Hygienics. 

    7 minuten gelezen Nummer 21
  • PP.jpg

    PERFECTE PARTNERS

    INEOS is nog een samenwerking met een ander bedrijf aangegaan dat zal helpen om plastic afval te verminderen - en een milieubewuster publiek meer te geven van wat het wil. Door samen te werken, zijn INEOS Olefins & Polymers en Saica Natur erin geslaagd om hoogwaardige flexibele verpakkingen te creëren, gemaakt van meer dan 60% gerecycled polyethyleen met lage dichtheid en lineair polyethyleen met lage dichtheid.

    Rob Ingram, CEO van INEOS O&P Noord-Europa, zei dat daarvoor aan beide kanten aanzienlijke technische hindernissen waren overwonnen.

    "Saica is een expert in het recyclen van plastic folie na consumptie", zei hij. "En wij hebben de polymeerwetenschappelijke expertise om de kwaliteit, specificatie en prestaties van het eindproduct te verbeteren."

    De nieuwe polymeren van verpakkingskwaliteit, die onder meer kunnen worden gebruikt om flexibele zakjes voor wasmiddel te maken, zijn nu toegevoegd aan het nieuwe assortiment kunststoffen van INEOS, dat bij de lancering in oktober 2019 als baanbrekend werd geprezen.

    "We houden er niet van om veel ophef te maken totdat we weten dat we iets hebben om te laten zien," zei David Kirkwood, Polymer Business Manager, destijds aan INCH.

    Het Recycl-IN-assortiment werd gelanceerd met polyethyleen- en polypropyleenkwaliteiten met hoge dichtheid die tot 50% gerecyclede afvalkunststof bevatten.

    Het assortiment is nu uitgebreid met polyethyleen met lage dichtheid en lineaire lage dichtheid en bevat nu tot 60% gerecycled afvalplastic.

    De ontwikkeling en uitbreiding van het Recycl-IN-assortiment is een belangrijke stap in de richting van een efficiënter gebruik van hulpbronnen. Het helpt om de consument te laten zien dat kunststoffen een waardevolle hulpbron zijn, die weer tot leven moet worden gewekt, en niet slechts één keer gebruikt en dan weggegooid.

    "Het gebruik van afvalplastics als grondstof voor onze producten helpt om het gebruik van nieuwe gas- en olievoorraden te verminderen", zei Rob.

    De beslissing van INEOS O&P om een partnerschap aan te gaan met Saica, een toonaangevend Spaans afvalverwerkingsbedrijf, betekent dat het nu kan beschikken over een betrouwbare aanvoer van gerecycled product. Dit kan op zijn beurt worden gecombineerd met hoogwaardige polymeren, die in de eigen INEOS-vestigingen worden geproduceerd, om polymeerkwaliteiten te vervaardigen waarmee flexibele verpakkingen kunnen worden gemaakt, die net zo goed zijn als het origineel.

    "Dit is een voorbeeld van toewijding aan het bereiken van duurzame groei op lange termijn", zei Victor Sanz, General van Saica Natur.

    "Het laat zien dat we op weg zijn naar een circulair economiemodel door grondstoffen op een duurzamere en efficiëntere manier te gebruiken.”

     In 2019 - om dit nieuwe assortiment hybride kunststoffen te helpen lanceren - ondertekende INEOS langetermijnovereenkomsten met een aantal recyclingbedrijven, waaronder Viridor, de grootste kunststofrecycling- en opwerkingsfabriek van het Verenigd Koninkrijk.

    De nieuwe fabriek in Avonmouth, nabij Bristol, zal worden aangedreven door Viridors energieterugwinningsinstallatie van 252 miljoen pond, die niet-recycleerbaar afval  inzet om elektriciteit en warmte te produceren.

    "Partnerschappen, zoals die met INEOS, zijn van cruciaal belang voor de overgang naar de circulaire economie, waar elk product voor het grootste deel uit gerecycled plastic bestaat", zei Keith Trower, algemeen directeur van Viridor Resource Management.

    In 2019 bleek uit de recyclingindex van het bedrijf, dat de houding van het publiek ten opzichte van recycling volgt, dat negen op de tien ondervraagden van mening zijn dat bestaand plastic opnieuw moet worden gebruikt.

    "De boodschap van het publiek kan niet duidelijker zijn als het gaat om recycling en hergebruik van gerecyclede inhoud in de economie", zei Viridor-directeur Phil Piddington. Waar anderen afval zien, zien wij grondstoffen.“

    • INEOS Olefins & Polymers is een samenwerkingsverband aangegaan met het toonaangevende afvalverwerkingsbedrijf Saica Natur in de vorm van een leveringsovereenkomst voor gerecycled ldpe en lldpe. De langetermijnovereenkomst zal INEOS helpen om te voldoen aan de groeiende vraag naar meer gerecyclede producten in duurzame, hoogwaardige en flexibele verpakkingen.
    • Het partnerschap kan hoogwaardige flexibele verpakkingen creëren, gemaakt van meer dan 60% gerecycled plastic
    • Saica Natur is een toonaangevend Spaans afvalverwerkingsbedrijf en is expert in het recyclen van plastic folie na consumptie
    • Dit gerecyclede materiaal zal worden toegevoegd aan het RECYCL-IN-assortiment en kan worden gebruikt om flexibele zakjes te maken voor onder andere wasmiddelen en persoonlijke verzorgingsproducten.

    7 minuten gelezen Nummer 21
  • INEOS-builds-plants.jpg

    INEOS bouwt fabriek in 10 dagen

    INEOS produceert nu handreinigers op industriële schaal om het kritieke tekort in heel Europa te verhelpen. Het heeft een nieuwe fabriek gebouwd in Newton Aycliffe in het Verenigd Koninkrijk, Herne in Duitsland, Lavera en Etain in Frankrijk en Arkansas en Pennsylvania in Amerika die allebei een miljoen flessen per maand produceren.

    "INEOS is een bedrijf met enorme middelen en productievaardigheden", zei voorzitter Sir Jim Ratcliffe. "Als we andere manieren kunnen vinden om te helpen in de strijd tegen het coronavirus, zijn we absoluut toegewijd om onze rol te spelen."

    De handreinigers worden gratis verstrekt aan woonzorgcentra en ziekenhuizen om COVID-19 te helpen bestrijden.

    Het publiek zal het INEOS-merkproduct bij apotheken en supermarkten kunnen kopen.

    INEOS, dat elk van deze fabrieken in minder dan 10 dagen heeft gebouwd, is Europa's grootste producent van de twee belangrijkste ingrediënten die nodig zijn voor handreinigers van ziekenhuiskwaliteit. De vestigingen in Grangemouth, Schotland, in Noord-Duitsland en Zuid-Frankrijk produceren normaal jaarlijks bijna een miljoen ton isopropylalcohol (IPA) en ethanol. En de meerproductie is omgeleid naar de nieuwe installaties voor handreinigers.

    We hopen dat deze drie fabrieken – in recordtijd gebouwd – helpen om het tekort op te vangen.

    INEOS plant de productie van zowel handreinigers in standaardverpakkingen als het steeds populairder wordende zakformaat.

    COVID-19 is een zeer besmettelijke ziekte en wordt meestal verspreid wanneer mensen met ongewassen handen hun eigen gezicht aanraken, vooral hun mond, neus en ogen. Handreinigers kunnen dit tegengaan.

    De INEOS-website voor handgel is nu geopend en noteert bestellingen van ziekenhuizen, nationale supermarktketens en groothandels:

    www.ineoshandgel.com

    3 minuten gelezen Nummer 19
  • essential-chemistry.jpg
    7 minuten gelezen Nummer 19
  • delivering-the-goods.jpg

    De goederen leveren

    Miljoenen flessen van de nieuwe INEOS-handreiniger worden nu gratis geleverd aan ziekenhuizen in heel Europa. Het Warrington & Halton Hospital in Engeland was het eerste Britse ziekenhuis dat 450 liter ontving om de eerstelijnsmedewerkers te beschermen in de strijd tegen COVID-19.

    "Het is gewoonweg fantastisch dat Britse fabrikanten zich inzetten voor de strijd tegen het coronavirus," zei adjunct-hoofdverpleegkundige John Goodenough.

    Het INEOS-project voor handreinigingsmiddel, op initiatief van voorzitter Sir Jim Ratcliffe, heeft de steun ingeroepen van Sir Dave Brailsford en zijn winnende Tour de France-wielerploeg.

    "Dit belangrijk initiatief heeft het allerbeste van INEOS en zijn teams samengebracht in een race tegen de klok," zei Sir Jim.

    Als leider van Team INEOS is Sir Dave gewend aan het managen van ‘s werelds beste wielerteam.

    Zijn logistieke team is zeer efficiënt in het transporteren van veel fietsuitrusting, benodigdheden en ondersteunend personeel over de hele wereld.

    Nu werken Dave en zijn team rechtstreeks samen met NHS-trusts en ziekenhuizen in heel Europa en coördineren ze leveringen naar waar de producten het meest nodig zijn.

    "Meestal zijn het de sportsterren die iedereen wil zien en steunen," zei hij. "Maar de rollen zijn omgekeerd. Nu zijn de gezondheidswerkers en eerstelijns-ziekenhuismedewerkers de sterren en zijn zij degenen die iedereen op dit moment bewondert. Wij zijn de fans."

    In nauwe samenwerking met NHS-trusts worden de INEOS-handreinigers geleverd aan 28 ziekenhuizen in heel het Verenigd Koninkrijk, waaronder in Grangemouth, Halton, Teesside, Derby en Londen.

    Een bredere distributie volgt wanneer de productievestiging in Newton Aycliffe, in het noordoosten van Engeland, op volle toeren draait.

    Vergelijkbare fabrieken in Herne, Duitsland en Lavera in Frankrijk leveren ook rechtstreeks gratis essentiële benodigdheden aan ziekenhuizen.

    De eerste prioriteit van INEOS is om te voorzien in de behoeften van eerstelijns medische diensten en zorgvoorzieningen, voordat er handreinigingsmiddel in zakformaat voor het publiek worden geleverd.

    Alles wordt geproduceerd volgens specificaties van de Wereldgezondheidsorganisatie.

    Hand-naar-mond-besmetting is een van de belangrijkste manieren waarop het virus zich verspreidt en er is een ernstig tekort aan handreinigingsmiddel in het VK en het Europese vasteland.

    "We wisten dat snelheid cruciaal was om dit tekort aan te pakken", zei Sir Jim. "Dit gezegd zijnde – het was een enorme teaminspanning om het handreinigingsmiddel in slechts 10 dagen in productie te krijgen en Team INEOS, geleid door Sir Dave Brailsford, heeft een geweldige bijdrage geleverd naast de rest van de INEOS familie."

    INEOS produceert chemicaliën voor antibiotica, paracetamol, ontstekingsremmers, antivirale middelen en aspirine, en de reagens chemicaliën die worden gebruikt in testkits.

    Het produceert ook de kunststoffen die gebruikt worden in medische apparatuur, gezichtsmaskers, steriele handschoenen en oog vizieren. De lijst gaat maar door.

    Het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Veiligheid (Homeland Security) heeft vele ervan omschreven als 'cruciaal voor de nationale veerkracht', van sanitaire basisvoorzieningen tot het zoeken naar een vaccin.

    Het nieuwste project combineert de knowhow van INEOS op het gebied van engineering, chemische productie en veiligheid met de logistieke expertise van Team INEOS.

    "Als we andere manieren kunnen vinden om te helpen in de strijd tegen het coronavirus, zijn we absoluut toegewijd om onze rol te spelen," zei Sir Jim.

    WWW.INEOSHANDGEL.COM

    4 minuten gelezen Nummer 19
  • three-of-the-greatest.jpg

    Drie van de grootste sportteams ter wereld werken nu samen om onverslaanbaar te worden

    Knappe koppen van het TEAM INEOS, de Britse uitdager voor The America’s Cup, en het F1-team van Mercedes werken nu samen om onverslaanbaar te worden.

    Wat INEOS aansprak bij het ondertekenen van het technische partnerschap, was de moed en vastberadenheid van Mercedes om te herdefiniëren wat menselijk mogelijk is.

    Wat het Mercedes-AMG Petronas F1-team leuk vindt aan INEOS is zijn dynamiek en ondernemende flair.

    "Wat ons verenigt, is ambitie en concurrentievermogen", zei Toto Wolff, teamleider en CEO van het Mercedes-AMG Petronas F1-team. "We zijn erg enthousiast over het potentieel van deze overeenkomst."

    De kern van deze drie teams is een gedeelde passie om sneller te rijden, zeilen en fietsen dan wie ook ter wereld. En het werk is al begonnen.

    Achttien technische ingenieurs van de afdeling toegepaste wetenschappen van Mercedes werken nu fulltime op het hoofdkantoor van het INEOS TEAM in het Britse Portsmouth om INEOS te helpen een raceboot te bouwen om volgend jaar, voor het eerst in de 170-jarige geschiedenis van de competitie, de America's Cup te winnen.

    Ze bundelen hun expertise en laten zien dat ze bijna net zo snel werken naast als op de piste.

    "De ontwikkelingssnelheid is verbluffend voor de topteams", zei Graham Miller, die de samenwerking aan de kant van Mercedes leidt. "Een van de dingen die we bieden, is de mogelijkheid om ontwikkelingen te versnellen."

    In het Britse Brackley heeft Mercedes een enorme productiecapaciteit met een aantal van's werelds beste productiemiddelen en de mogelijkheid om 170 aerodynamica rond een 16ft x 5ft (4,88 m x 1,52 m) auto te scharen.

    "Het voordeel voor het team is het tempo van ontwikkeling", zei Graham. "Een deel ervan is reactionair als het team met problemen wordt geconfronteerd, maar een ander deel is een proactieve en geplande ontwikkeling."

    Het Mercedes-team kijkt naar aerodynamica, simulatie en de planning nauwkeurigheid en -processen, die nodig zijn van concept en ontwerp tot de productie.

    "Je kunt het beste ontwerp ter wereld hebben, maar als je niet genoeg tijd overhoudt om het te produceren, heeft niemand er iets aan", zei Graham. "Je moet die balans vinden tussen het punt waarop je het concept moet vrijgeven om het ontwerp te detailleren, tot het punt waarop je die gedetailleerde ontwerptekening moet vrijgeven voor de productie en dan vrijgeven vanuit productie voor de montage."

    Eind vorig jaar lanceerde het America’s Cup-team hun eerste AC75-raceboot – een enkelpumps-foiling zeilboot die op vleugels vliegt.

    "Onze boot mag niet echt zeilen, want het is in feite een gebouw van tien verdiepingen dat op een salontafel vaart", zei INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe. Het was, zei hij, een technische uitdaging. Graham zei dat zijn Mercedes-team hier waardevolle lessen uit kan trekken.

    "Bij Formule 1 draait alles om het minimaliseren van het gewicht en het maximaliseren van de hardheid", zei hij. "Maar de hydrodynamische belastingen in de boot zijn enorm. Alleen al om in die omgeving te kunnen ontwerpen met zulke extreme belastingen is voor ons mogelijk nuttig in de toekomst, omdat je te maken hebt met verschillende materialen."

    Dit jaar wordt een tweede raceboot gelanceerd. Het wordt de meest technische ooit gebouwd met naar schatting 30.000 onderdelen die in perfecte symmetrie moeten werken, zodat de boot van bijna 23 meter lang en de 11-koppige bemanning tijdens de race kunnen vliegen.

    De kruising tussen luchtvaart en F1-racen bestaat al. "We beschrijven onze auto's soms als laagvliegende vliegtuigen", zei Graham.

    Simulatie zal ook van cruciaal belang zijn, zei Graham, zodat de Britse zeilploeg kan testen wat werkt en uiteindelijk met de boot kan leren zeilen, of liever vliegen.

    "Het is een platform dat nog nooit eerder heeft gevaren, dus simulatie is een cruciaal ontwikkelingsinstrument", zei Graham. "Hoe meer ze de simulator gebruiken en ontwikkelen, des te meer dit zal leiden tot prestatieontwikkeling op het water en snelheid."

    Aerodynamica is al jaren de focus van F1-teams in hun streven naar efficiëntie en prestaties. "Een Formule 1-auto uit 2004 ziet eruit als een volslagen steen in vergelijking met de moderne auto's", zei Graham.

    In de loop der jaren zijn de veranderingen teruggebracht tot minuscule, microscopische ontwikkelingen. "Vanwege de beperkte middelen die we altijd hebben gehad, hadden we de neiging om naar de grote rotsen in het veld te kijken en hoe we die konden manipuleren", zei Nick Holroyd, hoofdontwerper van het INEOS TEAM UK.

    "Mercedes heeft ons in staat gesteld, zowel door ons met middelen te helpen als door hun mentaliteit, om door te gaan tot een gedetailleerd niveau en ons te laten zien, dat wanneer je veel van die details goed hebt, ze zelfs een aanzienlijke winst kunnen opleveren". Hoewel de focus vooral op het America's Cup-team ligt, werkt Mercedes ook samen met het TEAM INEOS, het voormalige TEAM SKY, dat de Tour de France al jaren domineert.

    "We kunnen niet wachten om te beginnen", zei teamleider Sir Dave Brailsford. "Onze niet-aflatende vastberadenheid om de steeds beter wordende concurrentie te slim af te zijn, zal enorm profiteren van deze samenwerking."

    Ondertussen zei Sir Ben Ainslie, kapitein van de 75ft-monohull voor de America's Cup race van volgend jaar, dat de betrokkenheid van Mercedes zijn team een enorme boost heeft gegeven.

    "Er is ongelooflijk veel synergie tussen alle sporten, Formule 1, wielrennen en de America's Cup", zei hij. "Het is een fascinerende mix van grenzen verleggen voor technische innovatie en sportieve bekwaamheid."

    Wat Graham echter tot nu toe het meest heeft verrast, is hoe de regels veranderen van de ene America's Cup-race naar de volgende.

    "In de ene race mag de bemanning in een catamaran racen, de volgende in een 75ft-monohull", zei hij. "We hebben misschien grote regelwijzigingen in F1, maar uiteindelijk heb je altijd vier wielen, een voor- en een achtervleugel. Het zou zijn alsof we van een motor naar een auto en dan naar een vrachtwagen gaan."

    7 minuten gelezen Nummer 19
  • principle-partner.jpg

    INEOS tekent als hoofdpartner van het Formule-1 Team

    HET BESTE Formule 1-team ter wereld heeft ook een nieuwe partner aan het stuur. INEOS sponsort nu het Mercedes-AMG Petronas F1-team. INEOS-voorzitter en oprichter Sir Jim Ratcliffe zei dat het een fantastisch ingenieursbureau is. "Ze hebben consequent aangetoond dat ze voorop lopen op het gebied van technologische innovatie en menselijke prestaties", zei hij.

    INEOS, dat al eigenaar is van 's werelds meest succesvolle wielerteam en de Britse uitdager voor de 36e America's Cup, gelooft dat de twee bedrijven van elkaar kunnen leren om de prestaties op het circuit, op de weg en op het water te verbeteren.

    Lewis Hamilton is zesvoudig Formule 1-kampioen en een van de Mercedes-piloten, naast teamgenoot Valterri Bottas.

    Op een persconferentie om de samenwerking aan te kondigen, zei Sir Jim dat hij Lewis – en zijn hond – slechts vijf minuten had ontmoet.

    "Ik ken hem niet, maar ik ben een groot bewonderaar", zei hij. "Ik denk dat hij een van de beste piloten is die ooit de aarde hebben bewandeld", zei hij.

    Sir Jim en Toto Wolff, teamleider en CEO van Mercedes-AMG Petronas, begonnen een mogelijke samenwerking te bespreken toen ze elkaar vorig jaar ontmoetten tijdens een F1-test voorafgaand aan het seizoen in Barcelona.

    De nieuwe auto van het F1-team, met het INEOS-logo, werd onthuld op de persconferentie.

    De naam van INEOS staat op de luchtkamer boven het hoofd van de bestuurder, de voor- en achtervleugel, net als op de kleding van het team en de overall van de piloten.

    3 minuten gelezen Nummer 19
  • mercedes-f1.jpg

    Het Mercedes F1-team komt de gezondheidszorg te hulp

    Ingenieurs van het Mercedes-F1-team hebben – in minder dan 100 uur – geholpen met het ontwikkelen van een ademhalingshulpmiddel dat coronaviruspatiënten buiten de intensive care kan houden. Het team werkte de klok rond samen met ingenieurs van de University College London en clinici van het UCL Hospital om een bestaand ademhalingsapparaat dat in Chinese en Italiaanse ziekenhuizen is gebruikt, verder te verbeteren.

    Het resultaat is een ultramoderne versie, die is goedgekeurd voor gebruik door de Britse Gezondheidsraad en aangepast voor massaproductie.

    "We hadden het voorrecht een beroep te mogen doen op de bekwaamheid van de Formule 1", zei professor Tim Baker van de UCL-afdeling werktuigbouwkunde. "We waren in staat om een proces dat jaren in beslag kon nemen terug te brengen tot enkele dagen."

    Het toestel, dat zuurstof in de longen duwt om ze open te houden, vermindert de inspanning die nodig is om in te ademen, vooral wanneer de luchtzakjes in de longen zijn ingeklapt als gevolg van COVID-19.

    Het zal coronaviruspatiënten met ernstige longinfecties helpen ademen en maakt de noodzaak van invasieve mechanische beademing, waarbij patiënten zwaar verdoofd moeten worden, overbodig.

    "Vanaf het moment dat we de opdracht kregen, hebben we de hele dag door gewerkt met het demonteren en analyseren van een apparaat waarop geen octrooi rust", zei Tim. "Met behulp van computersimulaties hebben we het apparaat verder verbeterd om een ultramoderne versie te maken die geschikt is voor massaproductie."

    Mercedes-AMG-HPP zal binnenkort tot 1.000 toestellen per dag produceren.

    Het nieuwe apparaat zal levens helpen redden door er voor te zorgen dat de schaarse ventilatoren worden gebruikt om vooral de zwaarst getroffen patiënten te behandelen.

    Men denkt dat in het Verenigd Koninkrijk alleen al 20.000 extra ventilatoren nodig zijn om de pandemie het hoofd te bieden. Als onderdeel van het Pitlane Project werkte Mercedes ook samen met de zes andere in het VK gevestigde F1-teams om de Britse inspanningen voor de behandeling van COVID-19-patiënten met ernstige ademhalingsproblemen te ondersteunen.

    Ze gebruiken hun technische expertise om andere medische apparatuur te vervaardigen, die dringend nodig is op de intensive care.

    "De Formule 1-gemeenschap heeft indrukwekkend gereageerd op de oproep voor ondersteuning", zei Andy Cowell, algemeen directeur van Mercedes HPP.

    Wat alle F1-teams onderscheidt, is hun vermogen om snel complexe producten te ontwerpen en te vervaardigen.

    Ondertussen heeft het INEOS TEAM UK, dat gefocust was op het bouwen van hun raceboot voor de America's Cup-uitdaging van volgend jaar, vanuit hun basis in Portsmouth ook deelgenomen aan de strijd om de verspreiding van COVID-19 te helpen stoppen.

    "In deze omstandigheden moet het voorkomen van de verspreiding van COVID-19 ieders topprioriteit zijn", zei kapitein Sir Ben Ainslie. "Iedereen heeft een rol te spelen."

    Er is een nationaal initiatief om de druk op ziekenhuizen te verminderen door het creëren van 'rode zones', waar patiënten met een laag risico en die COVID-19-symptomen vertonen, kunnen worden onderzocht.

    Via zijn leveranciers levert het INEOS TEAM UK persoonlijke beschermingsmiddelen, waaronder ademhalingstoestellen, handschoenen en veiligheidsbrillen, aan zijn lokale 'rode zone'-afdeling.

    Het Team gebruikt ook zijn productiecapaciteit en 3D-printer in hun basis in Portsmouth om 50 PPE-herbruikbare maskers per week te produceren die naar dezelfde afdeling worden gestuurd.

    Daarnaast hebben Jonathan Nichols, de ontwerpcoördinator van het team, en James Roche, hoofd simulatie, een team van Imperial College London ondersteund bij het ontwerpen van nieuwe ventilatoren.

    "Hoewel hun project niet door de Britse regering is gekozen, zal Imperial College de ventilator blijven onderzoeken", zei een teamwoordvoerder. "En we hebben hen in contact gebracht met een lange lijst van leveranciers en experts om hen te helpen."

    MERCEDESAMGF1.COM

    INEOS TEAM UK vervaardigt PBM-gelaatsschermen ter ondersteuning van de strijd tegen COVID-19

    Het INEOS TEAM UK ondersteunt de strijd tegen de huidige COVID-19-pandemie door PBM-gelaatsschermen te vervaardigen voor belangrijke werknemers in de lokale omgeving nabij hun teambasis in Portsmouth.

    Gebruikmakend van de productiecapaciteit en middelen binnen de teamsbasis, waaronder 3D-printers en zeilmakers, samen met extra middelen van het bestaande team partnerschap met Mercedes-Benz Applied Science (MBAS), zullen INEOS TEAM UK en MBAS samen in eerste instantie in totaal meer dan 100 PBM-gelaatsschermen per dag produceren.

    6 minuten gelezen Nummer 19
  • climate-of-change.jpg

    Een klimaat van verandering

    ONS klimaat verandert – en we zijn allemaal verantwoordelijk. De wereldwijde vraag naar vers voedsel en water, kleding, elektronica, medicijnen, auto's, vliegtuigen en bouwmaterialen zorgen allemaal voor de continue verbranding van fossiele brandstoffen.

    Ze verbieden is een gemakkelijke uitspraak; het is moeilijker om dit te bereiken.

    "We kunnen niet zomaar de kraan dichtdraaien", zei dr. Peter Williams, technologisch directeur van de INEOS Group. "Veel van onze producten, gemaakt met gas en olie, worden gebruikt om windturbines, zonnepanelen en andere hernieuwbare technologieën te bouwen."

    Dit betekent niet dat INEOS blind is voor de problemen van de opwarming van de aarde die de planeet bedreigen. Verre van.

    Het begrijpt wat er op het spel staat. "Als bedrijf wordt INEOS gedreven door innovatie en de noodzaak om alternatieve grondstoffen en brandstof te vinden", zei dr. Greet Van Eetvelde, hoofd Energie- en Innovatiebeleid van de INEOS Group en leider van CEN (Carbon & Energy Network), het koolstof- en energienetwerk van INEOS. "En het personeel doet het niet omdat het moet, ze doen het omdat ze het willen."

    Op de INEOS Site in Zwijndrecht – de geboorteplaats van INEOS – verminderen medewerkers al jaren de uitstoot van broeikasgassen door het opvangen van kooldioxide voor hergebruik in andere plaatselijke processen. Dat werk gaat door.

    Maar INEOS WERKT ook samen met baanbrekende recyclingbedrijven zodat het minder middelen – gas en olie – moet gebruiken om zijn producten te maken.

    BEGINT, waar mogelijk, gas en olie te vervangen door hernieuwbare grondstoffen en

    HERINVESTEERT zijn winst in ultramoderne fabrieken om hun efficiëntie te verbeteren – en de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Op dat punt is het bedrijf trots op zijn prestaties.

    "Onze sites optimaliseren om ze efficiënter te maken, is iets waar we heel goed in zijn", zei Greet.

    Maar INEOS richt zich niet alleen op wat het heeft gedaan. Het gaat er om wat het van plan is om te doen, nu en in de toekomst.

    Het heeft zichzelf duidelijke doelen gesteld om tegen 2025 meer gerecycleerde kunststoffen te gebruiken om zijn producten te maken.

    En het boekt al goede vooruitgang met veel nieuwe producten die nu te koop zijn.

    "Dit alles brengt ons naar een circulaire economie die de hulpbronnenefficiëntie zal verhogen, de uitstoot van broeikasgassen verminderen en een uitweg voor plastic afval zal bieden," zei Peter.

    Voor wat de toekomst betreft, gelooft het bedrijf dat waterstof het antwoord zal zijn op de gebeden van veel mensen om schonere lucht, en zijn de vestigingen in het VK, Duitsland en België zijn nu allemaal betrokken bij projecten.

    Het gebruik verminderen

    Op de INEOS Site in Zwijndrecht – de geboorteplaats van INEOS – vangen medewerkers al jaren kooldioxide op voor hergebruik in andere on-site processen.

    Meer hernieuwbare energiebronnen

    Om zijn producten te maken, is INEOS waar mogelijk begonnen met het vervangen van gas en olie door hernieuwbare grondstoffen.

    Nieuwe technologieën

    INEOS werkt samen met baanbrekende recyclingbedrijven, zodat het minder middelen moet gebruiken om zijn producten te maken.

    Investering

    Het bedrijf herinvesteert zijn winst in ultramoderne fabrieken om hun efficiëntie te verbeteren en, als gevolg daarvan, de uitstoot van broeikasgassen te verminderen.

    Doelgericht

    INEOS heeft zichzelf duidelijke doelen gesteld om tegen 2025 meer gerecyclede kunststoffen te gebruiken om zijn producten te maken. En het boekt al goede vooruitgang met veel nieuwe producten die nu te koop zijn.

    Alternatieve energie

    De INEOS vestigingen in het VK, Duitsland en België zijn nu allemaal betrokken bij projecten om de weg te effenen naar een economie die gebaseerd is op waterstof en die geen uitstoot veroorzaakt.

    7 minuten gelezen Nummer 19
  • closing-the-loop.jpg

    We sluiten de cirkel

    HET CORONAVIRUS heeft plastic voor eenmalig gebruik mogelijk een uitstel gegeven, omdat we allemaal beseffen welke waarde ze voor de volksgezondheid hebben door de verspreiding van het virus te voorkomen. Maar als de crisis voorbij is, wat dan? INEOS hoopt dat mensen zullen inzien dat niet alle plastic het probleem is, maar hoe we plastic afval behandelen. Al jaren roept INEOS op tot een mentaliteitsverandering en probeert het zijn denken toe te lichten.

    Het bedrijf gaat nu samenwerken met recyclingbedrijven in Amerika, het VK, Italië en Oostenrijk.

    PLASTIC ENERGY, Forever Plast, Viridor, Agilyx, Pyrowave en GreenMantra – allemaal leiders op hun eigen gebied – werken nu samen met INEOS om de kring te sluiten en een circulaire economie te creëren waar niets verloren gaat.

    Als gevolg hiervan wordt plastic afval, waarvan ooit een groot deel naar de stortplaats ging, nu omgezet in een grondstof die INEOS kan gebruiken.

    INEOS heeft ook een manier gevonden om zijn afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen door een nieuwe generatie bio-gebaseerde kunststoffen te maken van een residu uit de pulpindustrie.

    In plaats van 100% gas en olie, gebruikt het bedrijf die hernieuwbare grondstof uit Finland. En het plastic gemaakt van deze bio-toegekende grondstof geeft een uitstootvermindering aan broeikasgassen van 90% in vergelijking met traditioneel plastic.

    INEOS staat ook op de drempel van een coöperatie met een fabriek die het plastic, dat niemand anders wil, zal innemen, – en met behulp van de gepatenteerde technologie van een Brits bedrijf – er een gerecyclede grondstof van maakt.  Hiermee kunnen nieuwe kunststoffen worden geproduceerd.  Het is cruciaal dat de interesse in al deze nieuw ontwikkelde, hoogwaardige kunststof producten uit alle hoeken van de wereld binnenstroomt. In het kader van zijn eigen engagement voor een nieuwe circulaire economie heeft INEOS zich vier ambitieuze doelen gesteld om tegen 2025 te verwezenlijken. Eén ervan was de belofte om 325.000 ton gerecycled polymeer in zijn producten te gebruiken. En dat doet het nu ook. Een andere belofte was het aanbieden van producten die ten minste 50% gerecycled materiaal bevatten. En dat gebeurt nu ook.

    "We wachten niet af om te zien wat er gebeurt", zei Tom Crotty, directeur Communicatie bij INEOS. "We maken het waar."

    3 minuten gelezen Nummer 19
  • solution-to-pollution.jpg

    De oplossing om vervuiling te stoppen

    INEOS werkt nu samen met een visionair bedrijf dat een uniek proces heeft ontwikkeld en dit momenteel gebruikt om plastic te recyclen, wat op dit moment niemand anders kan.

    Het heeft een overeenkomst gesloten met PLASTIC ENERGY voor het ontwikkelen van een recyclingfabriek om moeilijk te recyclen plastic afval om te zetten in schoon, gerecycled plastic. De productie gaat in 2023 van start.

    De twee bedrijven, die de visie delen van een wereld waar plastic wordt gewaardeerd, zullen hun expertise en branchekennis gebruiken om te beslissen wat de beste locatie is.

    "Dit zal ons echt helpen een verschil te maken in een wereld waar het gebruik van plastic niet langer een bedreiging vormt", zei Carlos Monreal, oprichter en CEO van PLASTIC ENERGY.

    Zijn bedrijf heeft de afgelopen 10 jaar de gepatenteerde recyclingtechnologie ontwikkeld die kunststoffen, traditioneel bestemd voor stortplaatsen of verbrandingslocaties, in TACOIL verandert.

    TACOIL is een gerecyclede olie die in petrochemische fabrieken kan worden gebruikt om ethyleen en propyleen te maken – de belangrijkste bouwstenen voor kunststoffen.

    Momenteel maken chemische bedrijven, zoals INEOS, deze bouwstenen met gas en olie om ze daarna om te zetten in polyolefinen.

    PLASTIC ENERGY bezit en exploiteert al twee fabrieken in Spanje, waar de technologie 24 uur per dag, 330 dagen per jaar wordt gebruikt.

    "Het is geen sciencefiction of een project of een droom", zei Carlos. "Het is een realiteit en iets dat we met de wereld willen delen."

    Rob Ingram, CEO van INEOS Olefins & Polymers, zei dat de overeenkomst om een geavanceerde recyclingfabriek te bouwen, een andere belangrijke mijlpaal markeerde in de duurzaamheidsstrategie van INEOS.

    "Plastic afval omzetten naar nieuw plastic is de ultieme definitie van recycling en helpt ons op weg naar een circulaire toekomst voor kunststoffen", zei hij.

    PLASTIC ENERGY

    TACOIL is een gerecyclede olie die in petrochemische fabrieken kan worden gebruikt om ethyleen en propyleen te maken – de belangrijkste bouwstenen voor kunststoffen.

    Thermische anaërobe conversie (TAC)
    Gepatenteerde TAC-technologie zet plastic afval aan het einde van zijn levensduur om in een TACOIL om schone gerecyclede kunststoffen of alternatieve koolstofarme brandstoffen te creëren.

    Het TAC-proces
    Plastic afval wordt verwarmd in afwezigheid van zuurstof totdat het smelt en de polymeermoleculen afbreken tot een rijke verzadigde koolwaterstofdamp.

    Als resultaat van dit TAC-proces worden de condenseerbare gassen omgezet in koolwaterstofproducten, terwijl de niet-condenseerbare gassen apart worden opgevangen en verbrand om energie te verwerken.

    TACOIL
    Met elke ton verwerkt kunststofafval aan het einde van zijn levensduur wordt 850 liter chemische TACOIL-grondstof geproduceerd.

    4 minuten gelezen Nummer 19
  • pulp-power.jpg

    De kracht van pulp

    INEOS is van plan om een nieuwe reeks kunststoffen te maken uit residu's van de pulpindustrie. Het heeft een langetermijnovereenkomst gesloten met een Fins bedrijf voor haar biobrandstof die als grondstof zal worden gebruikt, in plaats van enkel gas en olie, voor het maken van plastic voedselverpakkingen, medische benodigdheden en buizen.

    Het hout gebaseerde residu van UPM Biofuels wordt al gebruikt door INEOS O&P voor de productie van grondstoffen door de collega’s bij INOVYN, die onlangs 's werelds eerste commercieel verkrijgbare pvc onthulden, deels gemaakt met het residu dat anders als brandstof zou worden verbruikt.

    Deze laatste deal wordt gezien als een nieuwe grote stap op weg naar een groenere economie.

    "INEOS is geïnteresseerd in een koolstofarme, circulaire economie", zei Gabriella Isidro, Business Development manager bij INEOS O&P Noord-Europa. "De CO2-voetafdruk van onze producten wordt momenteel enorm onder de loep genomen, dus we kijken echt hoe we onze uitstoot van broeikasgassen kunnen verminderen en een positievere impact op het milieu hebben."

    Het nieuwe assortiment ‘bio-toegekende’ polyolefinen wordt geproduceerd op de INEOS-locatie in Keulen, Duitsland.

    En deze producten hebben al de zegen ontvangen van de wereldwijd gerespecteerde Roundtable on Sustainable Biomaterials.

    Het bedrijf heeft elke stap in het proces gecertificeerd: van UPM Biofuels, dat het hout gebaseerde residu omzet in koolwaterstoffen, tot het uiteindelijke polymeer.

    "INEOS heeft de lat voor de kunststofindustrie echt hoger gelegd", zei Nicola Noponen, technisch adviseur van de Roundtable on Sustainable Biomaterials.

    "Door het strengste duurzaamheidssysteem voor hun certificering te selecteren, tonen ze aan dat hun producten een hoog niveau van duurzaamheid hebben, dat deze leiden tot een uitstootvermindering van broeikasgassen en fossiele bronnen vervangen."

    Het resultaat zijn producten met een bewezen positieve impact op het milieu, zonder dat dit ten koste gaat van de productprestaties.

    Het andere mooie van UPM’s biobrandstof is niet alleen dat het hernieuwbaar is, maar ook dat het niet concurreert met de voedselketen.

    De biobrandstof wordt per binnenschip vervoerd naar de O&P-fabriek in Keulen, waar het in de bestaande kraker wordt omgezet in bio-ethyleen.

    "Door fossiele grondstoffen in de kraker te vervangen, zullen onze producten bijdragen tot een aanzienlijke vermindering van de koolstofemissies", zei Rob Ingram, CEO van INEOS O&P Noord-Europa. UPM, dat al meer dan 100 jaar producten van hout maakt op zijn locatie in Lappeenranta, is verheugd om samen te werken met INEOS.

    "Onze toewijding en die van INEOS voor RSB-certificering creëert een sterke gemeenschappelijke basis om op voort te bouwen", zei Maiju Helin, hoofd van de afdeling duurzaamheid en marktontwikkeling bij UPM Biofuels.

    Als bedrijf werd het gedwongen zichzelf op een gedurfde manier te transformeren en in 2008 op zoek te gaan naar nieuwe activiteiten toen de vraag naar krantenpapier begon te dalen.

    In 2012 bouwde het bedrijf de eerste bioraffinaderij ter wereld die op hout gebaseerde, hernieuwbare diesel produceerde en het heeft sindsdien niet achterom gekeken.

    UPMBIOFUELS

    De hernieuwbare grondstof voor UPM BioVerno nafta is ruwe tallolie, een residu van het pulp bereidingsproces. 

    UPM klimaatneutraal teelt
    Onze grondstoffen worden geteeld binnen bestaande landbouwsystemen en vereisen dus geen bijkomende landbouwgrond. De grondstoffen worden geïntroduceerd als een bijkomend hoogwaardig dekking gewas om zo af te wisselen met het hoofdgewas wanneer de landbouwgrond hier niet voor wordt gebruikt.


    If you would like further information on this range or need discuss any matter relating to these products please contact us at: sustainability.opeurope@ineos.com

    6 minuten gelezen Nummer 19
  • top-priority.jpg

    Topprioriteit

    MILJARDEN doppen van plastic drinkflessen – normaal bestemd voor de stortplaats – worden nu gerecycled tot perfect gevormde, kleurrijke nieuwe. INEOS, die achter deze beweging staat, zegt dat dit nog nooit eerder is gedaan.

    "Het is een stapsgewijze verandering, maar het was nodig", zei Bruce Debell, zakelijk directeur van INEOS Olefins & Polymers South. "We hebben de wereld bewezen dat je gerecyclede producten kunt gebruiken om producten van hoge kwaliteit te maken."

    De komende vijf jaar zullen 6,5 miljard doppen worden gerecycled.

    O&P werkt samen met een particulier Italiaans bedrijf, dat gespecialiseerd is in het recyclen van hogedichtheidspolyethyleen en dat een systeem heeft ontwikkeld waarmee de verschillende gekleurde flesdoppen worden gescheiden en gereinigd.

    In het verleden werd dit zeer veelzijdige plastic, dat in bijna elke vorm kan worden gegoten, naar de stortplaats gebracht of veranderd in dingen als plantenpotten en tuinmeubelen. Maar Bruce zei dat dit een verspilling was van een hoogwaardig plastic dat beter verdiende. "Daarvoor kunnen andere kunststoffen van mindere kwaliteit worden gebruikt", zei hij.

    INEOS en Forever Plast in Milaan hebben al populaire merken in de rij staan, die de nieuwe flesdoppen willen kopen.

    De veranderingen zijn een direct antwoord op de vraag naar gerecyclede producten van consumenten die bezorgd zijn over het milieu.

    "Daarbij gebruiken we minder fossiele brandstoffen om onze producten te maken", zei Bruce.

    Forever Plast mengt 50% van de gerecyclede flesdoppen met hoogwaardige technische chemicaliën ontwikkeld in de INEOS-fabriek in Toscane.

    Het eindresultaat weerspiegelt de kwaliteit van de INEOS HDPE “virgin grades”..

    Vanwege regelgeving kunnen de nieuwe doppen, die met 50% gerecycled materiaal zullen worden gemaakt, niet voor voedselverpakkingen of drinkflessen worden gebruikt. Maar dat is het uiteindelijke doel. "Het is moeilijk, maar we sluiten het niet uit", zei Bruce.

    "We werken er nu aan om deze producten te kunnen gebruiken, zodat ze in contact kunnen komen met voedsel, want als we dat kunnen, komt er een enorme markt vrij."

    In de loop der jaren zijn doppen lichter geworden zonder hun kwaliteiten te verliezen.

    Het lijkt misschien onbelangrijk, maar als voor de miljarden flesdoppen die elk jaar worden geproduceerd minder middelen moeten worden gebruikt, kan dit een enorm verschil maken.

    "Dit alles is bereikt door middel van wetenschap", zei Bruce.

    Forever Plast

    De komende vijf jaar zullen 6,5 miljard doppen worden gerecycled

    Het recyclingproces

    1. PET-recyclers Verzamelen flessen.
    2. De plastic flessen worden gesorteerd en tot grote balen geperst.
    3. Het plastic wordt versnipperd en in water geplaatst.
    4. De voormalige flessen, die van PET zijn gemaakt, zinken.
    5. De voormalige doppen, gemaakt van polyethyleen met hoge dichtheid, blijven drijven.
    6. De veelkleurige schilfers (de voormalige flesdoppen) kunnen dan van het oppervlak worden afgeschept.
    7. Die schilfers worden naar Forever Plast gestuurd, waar ze een machine ingaan voor kleursortering.
    8. Vervolgens worden ze gereinigd, tot pellets vermalen en tenslotte gemengd met hoogontwikkelde nieuwe chemicaliën van INEOS.

    7 minuten gelezen Nummer 19
  • gathering-steam.jpg

    Stoom verzamelen

    WATERSTOF heeft de kracht om de wereld te veranderen op manieren die nu alleen maar tot onze verbeelding spreken. Het geeft al energie aan de zon, die op haar beurt energie geeft aan de wereld. Maar het kan ook energie geven aan transport, bedrijven en zelfs huizen – en de uitstoot van schadelijke broeikasgassen verminderen.

    "De meeste mensen zijn het erover eens dat de waterstofeconomie een enorme boost moet krijgen als de samenleving een nul-emissie wil bereiken", zei dr. Peter Williams, technologisch directeur van de INEOS Group. "En INEOS heeft de vaardigheden, capaciteiten en de wens om dit te helpen bereiken."

    De INEOS-bedrijven in het VK, Duitsland en België zijn nu allemaal betrokken bij waterstofprojecten.

    In het Verenigd Koninkrijk bekijkt INEOS, eigenaar van INOVYN, dat duizenden tonnen waterstof per jaar als bijproduct produceert, hoe het gas kan worden gebruikt om bussen, auto's en vrachtwagens te laten rijden en de luchtkwaliteit in steden aanzienlijk te verbeteren.

    INEOS zou de co-geproduceerde waterstof op grotere schaal kunnen hergebruiken en ook zijn elektrolyse-technologie koppelen aan hernieuwbare energie om grotere hoeveelheden groene waterstof te produceren voor transport, industrie en woningen.

    INOVYN is lid van de in het VK gevestigde North West Hydrogen Alliance, die gelooft dat waterstof een werkbaar en economisch levensvatbaar alternatief is voor fossiele brandstoffen. "In tegenstelling tot fossiele brandstoffen raakt waterstof nooit op", zei een woordvoerder. Waterstof kan worden gemaakt door waterelektrolyse, dat zowel waterstof als zuurstof als bijproduct produceert.

    Het doel van de alliantie is om tegen het einde van dit jaar 25 waterstof aangedreven bussen, die geen emissie produceren, in de straten van Liverpool te hebben.

    Een aantal INOVYN-sites, waaronder Runcorn, hebben al decennialang bijgestookte (waterstof)ketels en gebruiken op die manier waterstof om stoom te maken.

    In de vestiging van INEOS in Keulen, Duitsland wordt de energiecentrale, naast het gebruik van aardgas, ook met waterstof gestookt. Medewerkers bekijken hoe de waterstof in het regionale elektriciteitsnet kan worden ingevoerd om te gebruiken voor het openbaar vervoer in de binnenstad.

    Dat past allemaal bij de wens van Duitsland om een op waterstof gebaseerde economie op te bouwen in plaats van op fossiele brandstoffen, zodat het zijn doelstellingen in het Akkoord van Parijs kan halen.

    Het Verenigd Koninkrijk bekijkt ook of het waterstof uit aardgas kan maken. In tegenstelling tot waterstof geproduceerd uit water, zou dit resulteren in een beetje koolstof, die direct moet worden afgevangen en vervolgens diep onder de grond opgeslagen. "Dat zou ons in staat kunnen stellen om de uitstoot in onze vestiging in Grangemouth, Schotland te halveren", zei Peter.

    Koolstof afvang en -opslag is niet altijd nodig bij de productie van waterstof, maar waar dat wel het geval is, is INEOS goed geplaatst.

    In de haven van Antwerpen in België werkt INEOS samen met een groot aantal bedrijven, waaronder BASF, Total en ExxonMobil, aan plannen voor koolstof afvang en -opslag. "INEOS kan zijn ervaring inbrengen omdat het nu al in Antwerpen de helft van de uitstoot van het oxideproces afvangt", zei dr. Greet Van Eetvelde, hoofd Energie- en Innovatiebeleid van de INEOS Group en leider van CEN (Carbon & Energy Network), het koolstof- en energienetwerk van INEOS.

    De technologie voor het afvangen van koolstof evolueert snel en staat op het punt economisch levensvatbaar te zijn. INEOS werkt ook aan de opslag.

    De Deense Raad voor Klimaatverandering is van mening dat in 2025 het afvangen van koolstof kan starten en dat opslag in 2030 een reële invloed kan hebben.

    "Dat is ook ons doel", zei Johan Byskov Svendsen, Developing Assets manager, INEOS Denemarken. "We werken vanuit de veronderstelling dat vanaf de tweede helft van dit decennium het mogelijk is om CO2 op te slaan." Hij voegde eraan toe: "Geen enkel ander bedrijf in het land heeft het zo ver geschopt met een CCS-project als INEOS."

    INEOS, dat van plan is de meest energie-efficiënte ethyleenkraker van Europa te bouwen, zal dus goed voorbereid zijn. Eenmaal gebouwd, zullen de INEOS-ethyleenkraker en de PDH-eenheid van wereldformaat in Antwerpen, samen € 3 miljard, de CO2-uitstoot gehalveerd hebben in vergelijking met soortgelijke, verouderde fabrieken elders in Europa, omdat in plaats van aardgas de co-geproduceerde waterstof als brandstof zal worden gebruikt. "Dit zal baanbrekend zijn op het gebied van de gebruikte technologieën, impact op het milieu en de efficiëntie", zei Peter.

    6 minuten gelezen Nummer 19
  • grenadier-axles-frame.jpg

    De bouw van de Grenadier - Chassis en Assen

    INEOS bouwt een supersterke 4x4 die de klus kan klaren, hoe zwaar de omstandigheden ook zijn. De wereld weet dat nu.

    Wat ze niet weet, is hoe de nieuwe Grenadier eruit zal zien. Die brandende vraag zal INEOS dit jaar proberen te beantwoorden.

    In de komende 12 maanden zullen voor het eerst delen van de 4x4 worden onthuld – beetje bij beetje.

    INEOS creëert het ladderchassis in samenwerking met een zeer ervaren autofabrikant met bewezen reputatie op het gebied van ladderframes die de zwaarste omstandigheden aankunnen.

    En voor het ontwikkelen van de voor- en achterassen werkt het bedrijf samen met Carraro, dat een lange geschiedenis heeft in het bouwen van stoere 4x4-voertuigen.

    Bekijk de video: ineosgrenadier.com/reveal/frame-axles

    LADDERCHASSIS

    Een goede offroad 4x4, gemaakt om het zwaarste terrein aan te pakken, heeft een box-sectie ladderframe nodig. Waarom zouden we dan voor iets anders kiezen? Supersterk, robuust, eenvoudig en stabiel.

    SERIEUS TREKVERMOGEN
    Een stabiel platform. Evenwichtige lastverdeling. Een capaciteit van 3,5 ton.

    MEERLAAGSE ANTICORROSIEBESCHERMING
    Bestand tegen water, sneeuw, strooizout en zand.

    PURE KRACHT
    Bomen, rotsen en termietenheuvels. Contact dat een unibody-SUV kan tegenhouden, mag bij de Grenadier niet gebeuren.

    UITSTEKENDE HARDHEID
    Hoogwaardig staal voor torsiesterkte. Tot 4 mm wanddikte. In staat om hoge belastingen te weerstaan.

    BALKASSEN

    Op de Grenadier horen balkassen. En daar zijn vele redenen voor. Sinds de allereerste 4x4's verschenen, hebben balkassen bewezen een betere bodemvrijheid, verbinding en draagvermogen te bieden dan onafhankelijke ophanging. Ze zijn eenvoudiger en gemakkelijker te repareren. Met de grootste sterkte en allround offroad-capaciteit.

    VERBETERD RIJCOMFORT
    In combinatie met de vering bieden balkassen meer rijcomfort op het ruigste terrein.

    TRACTIE WAAROP JE KUNT REKENEN
    Wanneer een uiteinde of een zijkant omhoog gaat, duwt het tegenovergestelde in de grond voor meer grip.

    LASTVERMOGEN
    Tractie, remmen en bandenslijtage veranderen niet omdat de vering gecomprimeerd is, in vergelijking met onafhankelijke vering Geweldig bij zware lasten.

    GROTERE BODEMVRIJHEID
    Kan gemakkelijk over grotere objecten bij het rijden over rotsachtig, offroad terrein.

    GEMONTEERD VOOR EN ACHTER
    Nog meer verbinding en kracht. Robuuste verbindingen met constante snelheid.

    De weg naar een nieuwe toekomst?

    INEOS is vastbesloten om ooit een waterstof aangedreven 4x4 te bouwen die het leven in de vrije natuur aankan. Het heeft de afgelopen negen maanden de beste manieren onderzocht om dit te doen zonder het vermogen van The Grenadier om te overleven in de zwaarste omstandigheden aan te tasten.

    "Al het werk dat we hebben gedaan, bevestigt opnieuw onze overtuiging dat een waterstof aangedreven voertuig de beste oplossing is voor het ontwikkelen van een emissievrije versie van een robuuste 4x4", zei Antony Walker, hoofd Financiën bij INEOS Automotive.

    "We zijn volledig van plan om door te gaan met onze ontwikkelingen."

    De haalbaarheidsstudie werd gefinancierd met een £ 124.000 subsidie van Innovate UK.

    "Er blijft nog een zeer lange weg te gaan van deze haalbaarheidsstudie naar een volwaardig en kostbaar ontwikkelingsprogramma voor een waterstofcel voertuig", zei Mark Tennant, commercieel directeur van INEOS Automotive.

    Het project, waarbij Duitse ingenieurs, Britse inkoop-, commerciële en financiële medewerkers, alsook technische experts van projectpartner AVL Powertrain UK betrokken waren, is in juli vorig jaar van start gegaan.

    Omdat er momenteel slechts 16 waterstofstations in het VK zijn, bevindt INEOS Automotive zich in een unieke positie om de infrastructuur te helpen ontwikkelen die nodig is om voertuigen op waterstof te ondersteunen.

    Het werkt nauw samen met de chemische bedrijven van INEOS, die in het VK en Europa jaarlijks ongeveer 250.000 ton waterstof produceren uit het vervaardigen van chloor en het kraken van gas en olie.

    INEOS gebruikt momenteel het grootste deel ervan, maar is van mening dat waterstof op grotere schaal kan worden gebruikt om de lucht te helpen zuiveren in steden waar vervuiling een probleem is.

    "Wereldwijd is er een belangrijke verschuiving geweest in de richting van een koolstofarme economie en de automobielsector biedt een grote kans om de uitstoot te verminderen", zei Antony.

    Het mooie van waterstof is, dat het bij gebruik als brandstof alleen water produceert dat zo zuiver is dat je het kunt drinken.

    En een tank vullen gaat bijna net zo snel als het vullen met benzine of diesel.

    Elektrische voertuigen worden nu aangeboden als alternatief voor benzine en diesel. Maar ze zijn zwaar, de batterijen gaan niet lang mee en het duurt uren om ze op te laden.

    "Door deze technologische tekortkomingen zijn accu-aangedreven voertuigen momenteel niet praktisch voor zwaar transport, de bouw en offroad gebruik", zei Antony.

    8 minuten gelezen Nummer 19
  • meeting-of-minds.jpg

    Een bijeenkomst van denkers – Redding van de Atlantische zalm

    WERELD experts zijn het erover eens dat ze moeten samenwerken om de wilde Noord-Atlantische zalm te laten overleven. Op een internationale conferentie in IJsland, georganiseerd door INEOS, werd het belang van het delen van kennis blootgelegd toen er werd gesproken over de alarmerende achteruitgang van de zalm en de inspanningen om de dreiging op uitsterven van deze iconische vis te verijdelen.

    Wetenschappers, academici en natuurbeschermers uit IJsland, het VK, Noorwegen, Ierland en Canada beseften dat er pas echt iets kan veranderen als ze samenwerken.

    "Ze doen allemaal geweldige dingen, dus ons doel was om ze allemaal samen te brengen", zei dr. Peter Williams, technologisch directeur van de INEOS Group.

    "Door een forum te hebben om te delen wat wij en andere onderzoekers doen, kunnen we elkaar helpen en een groter geheel creëren dat ons begrip vergroot en ons in staat stelt om ons werk te focussen en veel effectiever te communiceren."

    De hoeveelheid Noord-Atlantische zalm is in de afgelopen 30 jaar met 70% gedaald en wordt nu met uitsterven bedreigd.

    Tijdens de top zei dr. Colin Bull van The Missing Salmon Alliance, dat er een 'schreeuwende behoefte' was aan een initiatief om alle informatie die er al is te verzamelen.

    "Ik geloof dat er een manier is om alles over de verschillende disciplines heen bij elkaar te brengen, om de overvloed aan onderzoeks- en managementgegevens over zalm en zijn omgeving om te vormen tot een samenhangend hulpmiddel voor het concentreren en aansturen van onze collectieve inspanningen", zei hij.

    Gudni Gudbergsson, hoofd van de Zoetwaterdivisie van The Marine & Freshwater Research Institute in IJsland, zei dat er al een uitgebreide samenwerking was tussen ICIS en NASCO, maar dat beide organisaties specifieke taken hadden.

    "Als een ruggengraat organisatie is dat oké, maar er is een nieuwe manier van denken en samenwerken nodig en dat is wat we hier vandaag doen", zei hij.

    Dr. James Rosindell, een lector in de biodiversiteit theorie aan het Imperial College London, zei dat academische en praktische onderzoeksgegevens moesten worden gedeeld. "Het onderzoek wordt vaak uitgevoerd door verschillende groepen die het soms niet willen vrijgeven", zei hij. Hij riep op tot een herziening van het traditionele, academische systeem. "Het is stressvol en inefficiënt om tegen anderen te vechten om financiering te krijgen, vervolgens het wiel opnieuw uit te vinden en dan essays te publiceren die op de plank blijven liggen en stof verzamelen", zei hij.

    De top van januari in Reykjavik eindigde met een belofte om snel nieuwe instandhouding strategieën vast te stellen om de achteruitgang tegen te gaan.

    Veel van die strategieën worden al getest in IJsland, de thuisbasis van The Six Rivers Conservation Project, opgericht door INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe. "Het is een holistisch programma ondersteund door wetenschap", zei Peter.

    In het kader van het project hebben botanici bomen geplant om de grond rond de rivieren te verrijken, omdat gezondere vegetatie leidt tot een gezonder milieu voor de organismen die in de rivieren leven.

    Ongeveer 1.000 jonge rijpende zalmen zijn gemerkt, zodat wetenschappers ze kunnen traceren en hun gedrag volgen.

    En verder stroomopwaarts in de rivieren zijn miljoenen zalmeitjes in het grind geplant om een gezonder en sterker bestand te helpen kweken.

    Daarnaast hebben PhD studenten van The Marine & Freshwater Research Institute en Imperial College London nieuwe gegevens vergeleken met de oude, die het instituut in de afgelopen 75 jaar heeft verzameld. "We geloven dat het Six Rivers-project zal helpen bij het informeren van natuurbehoud in andere landen", zei Peter.

    Gisli Asgeirsson, CEO van de Strengur Angling Club, zei dat het werk van vitaal belang was om te helpen begrijpen waarom de Atlantische zalm aan het verdwijnen is – en wat er moet worden gedaan om dit te stoppen. "Zodra we deze informatie hebben, kunnen we beginnen met het invoeren van maatregelen die de zalm niet alleen zal helpen om te overleven, maar ook om te gedijen", zei hij.

    Sir Jim, die een expert in vliegvissen is, werkt al jaren samen met Strengur.

    Alle winsten van Strengur, dat de beste kwaliteit vliegvissen ter wereld biedt, worden nu opnieuw geïnvesteerd in het behoud van de zalm in Noordoost-IJsland.

    Voor meer informatie en foto's van het symposium ga naar: sixrivers.is/en/symposium

    Belangrijke sprekers tijdens het symposium

    23 januari, Het Hilton Nordica, Reykjavik, IJsland

    Peter S. Williams, B.A., D.Phil,
    Technologisch directeur van de INEOS Group

    Dr. Colin Bull,
    The Missing Salmon Alliance

    Prof. Guy Woodward,
    Hoogleraar Ecologie en plaatsvervangend hoofd Levenswetenschappen aan het Imperial College London

    Dr. Rasmus Lauridsen,
    Hoofd Visserijonderzoek bij de Game & Wildlife Conservation Trust

    Else Möller,
    Forester MSc bij Austurbru

    Prof. Nikolai Friberg,
    Directeur Biodiversiteitsonderzoek bij het Noorse Instituut voor Wateronderzoek NIVA in Oslo, Noorwegen

    Gudni Gudbergsson,
    Zoetwaterdivisie van The Marine & Freshwater Research in Reykjavik

    James Rvosindell,
    Lector in de biodiversiteitstheorie aan het Imperial College London

    Mark Saunders,
    Directeur, Internationaal Jaar van de Zalm – Noordelijk deel van de Stille Oceaan

    Philip McGinnity,
    Onderzoeksprofessor bij het Environmental Research Institute van de University College Cork

    Academici
    PhD studenten van The Marine & Freshwater Research Institute en Imperial College London hebben nieuwe gegevens vergeleken met de oude, die het instituut in de afgelopen 75 jaar heeft verzameld.

    Natuurbeschermers
    Verder stroomopwaarts in de rivieren zijn miljoenen zalmeitjes in het grind geplant om een gezonder en sterker bestand te helpen kweken. En er zijn zalmladders gebouwd, zodat de zalm nieuwe paaiplaatsen verder stroomopwaarts kan bereiken.

    Wetenschappers
    Ongeveer 1.000 jonge rijpende zalmen zijn gemerkt, zodat wetenschappers ze kunnen traceren en hun gedrag volgen.

    Botanici
    Botanici, gespecialiseerd in planten, hebben bomen geplant om de grond rond de rivieren te verrijken, omdat gezondere vegetatie leidt tot een gezonder milieu voor de organismen die in de rivieren leven.

    Strengur Angling Club
    Alle winst van Strengur, dat de beste kwaliteit vliegvissen ter wereld biedt, wordt nu opnieuw geïnvesteerd in het behoud van de zalm in Noordoost-IJsland.

    Het Six Rivers-project, nu in ontwikkelingsjaar 4, vordert goed.

    Ons doel: het beschermen van de bedreigde Noord-Atlantische zalm.

    De middelen: een zelffinancierende entiteit die initiatieven voor natuurbehoud op lange termijn onderneemt.

    De acties: het jaarlijks planten van zalmeieren, herbegroeiing en het aanplanten van bomen, het bouwen van zalmladders. Dit alles op een nooit eerder vertoonde schaal.

    De onderbouwing: wereldwijd toonaangevend onderzoek. Deze initiatieven zullen de zalmpopulatie in Noordoost-IJsland een echte boost geven. De natuur zal haar tijd nemen, maar we zien al positieve signalen.

    En er komt nog veel meer – Bill Reid, Six Rivers & Strengur Board.

    8 minuten gelezen Nummer 19
  • safe-hands.jpg

    Veilige Handen

    Vroeger keek INEOS naar de allerbesten binnen de chemische industrie, om inspiratie op te doen. Die ondernemingen hebben het bedrijf geholpen om zich te concentreren op waar het wilde – en moest – zijn als het ging om zijn veiligheidsreputatie. Vandaag INEOS naar zichzelf.

    "We kunnen niet meer naar anderen kijken, omdat wij nu de beste zijn", zei Simon Laker, Operations Directeur van de INEOS Group.

    Uit de OSHA-cijfers blijkt dat INEOS vorig jaar zijn beste prestatie ooit heeft neergezet, in 2019 nog 0,91 naar 0,16 nu.

    "We houden er niet van om te zeggen dat we de beste van de wereld zijn, maar we zijn wel wereldklasse", zei Simon.

    De beste presteerder binnen INEOS was de Oil & Gas UK business  die een nulscore noteerde.

    Wat de cijfers niet laten zien, is wat er voor INEOS nodig was om dat niveau van uitmuntendheid te bereiken. In de loop der jaren heeft het talrijke systemen ontwikkeld om elk probleem dat zich voordoet aan te pakken.

    INEOS heeft weinig systemen die binnen de hele Group toegepast worden, maar veiligheid is er één. Alle vestigingen worden regelmatig gecontroleerd aan de hand van de 20 principes die alles omvatten, van het beheersen van het werk tot het controleren van verandering.

    Medewerkers die naar oplossingen zoeken, kunnen de best presterende vestigingen, en dus de antwoorden, gemakkelijk vinden. "Dat is echt de kracht van INEOS", zei Simon.

    Er is een bonusstructuur die onlosmakelijk verbonden is met de veiligheidsprestaties van een vestiging, samen met hoe netjes het er is en hoe goed de installaties zijn onderhouden. "De deur naar de bonus gaat niet open als de house keeping van de Site niet in orde is", zei Simon.

    Deze verandering kwam er, nadat INEOS het AsCare-auditsysteem introduceerde na een slecht resultaat voor house keeping en onderhoud binnen een van zijn Franse vestigingen.

    "Als je vandaag op een Site komt, kun je zien welke onderdelen eigendom zijn van INEOS omdat ze brandschoon zijn", zei hij.

    INEOS heeft weinig systemen die binnen de hele Group toegepast worden, maar veiligheid is er één. Alle vestigingen worden regelmatig gecontroleerd aan de hand van de 20 principes die alles omvatten, van het beheersen van het werk tot het controleren van verandering.

    Vestigingen die slecht presteren – op het gebied van kwetsuren, lekken en milieuovertredingen – worden op een RODE lijst geplaatst. "We beschouwen een site op de RODE lijst als een onaanvaardbaar risico voor INEOS," zei Simon. Elke vestiging op de RODE lijst krijgt twee jaar de tijd om de problemen op te lossen. Als de Site niet tot op de vereiste standaard kan worden gebracht, wordt deze gesloten.

    "We willen geen Sites sluiten, maar we kunnen gewoon geen vestiging beheren die mogelijk schade aan mensen kan veroorzaken", zei Simon. "Het zou tot een ramp kunnen leiden en dat zou afschuwelijk zijn. Het zijn dit soort dingen waarvan we 's nachts echt wakker liggen."

    In 2012 introduceerde INEOS 20 basisveiligheid principes die betrekking hebben op processen en het gedrag van medewerkers.

    Dit alles heeft geholpen om het aantal gerapporteerde incidenten terug te dringen en resulteerden in de beste veiligheidsprestaties bij INEOS ooit.

    Maar niet iedereen volgt ze altijd.

    "Bij elk incident wordt er gekeken of een van de 20 principes is overtreden", zei hij.

    "Ik heb nog geen incident gevonden waar dat niet het geval was. Als we deze principes altijd zouden volgen, zouden we bij INEOS nooit meer een incident hebben."

    De veiligheidsprestaties laten zien dat er in de loop der jaren enorme verbeteringen zijn aangebracht. Er zijn echter enkele kritische activiteiten die zo belangrijk zijn, dat elke inbreuk leidt tot onmiddellijk ontslag. Dit zijn de Life Saving Rules.

    "Andere bedrijven geven misschien meer kansen, maar waarom zouden we mensen een tweede kans geven om zichzelf of een van hun collega's te doden?" zei Simon. "Zulke mensen horen niet thuis in onze organisatie."

    INEOS heeft zijn beste OSHA-prestaties ooit behaald, ondanks de overname van meer bedrijven waarvan de procedures en regels op het gebied van veiligheid en normen vaak verschillen.

    "We beoordelen het risico wel wanneer we nieuwe bedrijven willen kopen", zei Simon. "De meesten hebben een slechtere veiligheidsprestatie dan wij. De eerste prioriteit wanneer ze zich bij ons voegen, is om hun veiligheidsprestaties op het huidige niveau van INEOS te brengen."

    Maar dit gemengde erfgoed – er werken mensen bij INEOS die afkomstig zijn van BP, BASF, ICI en vele andere bedrijven – brengt ook bepaalde voordelen met zich mee.

    "Anderen zien het misschien als een zwakte", zei Simon. "Maar wij zien dat binnen de mix van verschillen in bedrijfscultuur het antwoord op elk probleem te vinden is."

    Elke maand krijgt INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe een gedetailleerd rapport met een aantal zaken zoals veiligheidskritische alarmen of achterstallige inspecties.

    Het is bekend dat sommige Sites die door INEOS zijn overgenomen, in een maand tijd honderden van dergelijke alarmen en gemiste inspecties hebben gemeld. "Binnen een of twee jaar zijn ze terug op het niveau dat we binnen INEOS verwachten", zei Simon.

    Voor INEOS houdt het werk echter nooit op. "Als de prestaties van een bedrijf verbeteren, verplaatsen we de targets om het aan te moedigen het nog beter te doen," zei hij. "Het komt allemaal neer op de angst voor zelfgenoegzaamheid. Zodra je denkt dat je er bent, ben je er niet meer."

    20 principes

    GEDRAGSVEILIGHEID

    1. We geloven dat alle incidenten en ongevallen voorkomen kunnen worden
    2. Eenieders eerste verantwoordelijkheid is om veilig te werken
    3. Iedereen heeft de plicht om het werk te stoppen als de situatie onveilig is
    4. De verwachtingen en standaarden zijn dezelfde voor iedereen op de Site
    5. Regels en procedures moeten gevolgd en gerespecteerd worden
    6. We moeten zorgen voor elkaars veiligheid en oog hebben voor onveilige situaties
    7. Alle kwetsuren, ongevallen, incidenten en bijna-ongevallen moeten gemeld en onderzocht worden
    8. Risico’s moeten beoordeeld worden alvorens het werk te starten, maar ook tijdens de uitvoering en het beëindigen ervan
    9. Alle lijnoversten en ploegleiders hebben de verantwoordelijkheid om deze principes te promoten en te ondersteunen
    10. We moeten steeds werken binnen de limieten van onze competentie en training

    PROCESVEILIGHEID

    1. Operatie is verantwoordelijk voor de integriteit van de installaties
    2. Operatie is verantwoordelijk voor het onderhouden van zijn installaties en de integriteit van de beveiligingssystemen
    3. De verantwoordelijkheden voor het vastleggen en up-to-date houden van de veilige operatielimieten moeten duidelijk zijn
    4. De operatieprocedures en veilige operatielimieten moeten worden nageleefd. Afwijkingen moeten gerapporteerd en onderzocht worden
    5. Alle wijzigingen moeten onderworpen worden aan een risico-onderzoek (management of change, MOC)
    6. Procesrisico’s moeten systematisch worden geïdentificeerd, onderworpen aan een risico-onderzoek, herzien en beheerd
    7. Alle installaties moeten onderworpen worden aan een periodieke inspectie om hun integriteit en de betrouwbaarheid van de beveiligingssystemen te verzekeren
    8. Operatie moet het veilig opereren of het stoppen van de installaties steeds laten primeren boven het produceren
    9. Bij twijfel moeten de installaties naar hun meest veilige toestand gebracht worden
    10. We hebben noodplannen, gebaseerd op onderzochte risico’s, die regelmatig getest worden

    8 minuten gelezen Nummer 19
  • INEOS NHS.jpg

    "Ik heb bijna 28 jaar gewerkt als onderhoudstechnicus op de Newton Aycliffe compounds site in het noordoosten van Engeland.

    Het is ook de locatie van een van de nieuwe INEOS-fabrieken voor handreinigers, die maandelijks een miljoen flessen handgel van ziekenhuiskwaliteit produceert.

    Mijn partner is verpleegster op de spoedafdeling van het Britse Darlington ziekenhuis en werkt nu harder dan ooit om mensen te beschermen tegen het COVID-19-virus.

    Gisteren schilderde mijn 15-jarige dochter een afbeelding om voor het raam te hangen om haar steun aan iedereen te tonen – en om te laten zien hoe trots ze is op wat de Veiligheidsraad en INEOS doen om COVID-19 te helpen bestrijden."

    Shaun James, Onderhoudstechnicus bij INEOS

    INEOS-NHS-heroes.jpg

    1 minuut gelezen Nummer 19
  • ENGLISH-1366x768.jpg

    Een 4x4 met een doel – een compromisloze terreinwagen die past in de hele wereld

    Terwijl INEOS zich opmaakt om zijn Grenadier zonder franjes in het vk te produceren, stellen ingenieurs het op de proef

    De nieuwe 4x4 zonder franjes van INEOS zal in Groot- Brittannië worden gebouwd – en de terreinwagen krijgt dezelfde naam als de Londense pub waar het idee werd geboren. De langverwachte aankondiging volgde na een maandenlange zoektocht naar de beste locatie.

    "We hebben lang en zorgvuldig gekeken naar mogelijke productielocaties over de hele wereld", zei Jim Ratcliff, voorzitter en oprichter van INEOS. Maar Bridgend in Zuid-Wales overtrof ze allemaal.

    "De beslissing om in het VK te produceren is een belangrijke uiting van vertrouwen in de Britse productie, die altijd centraal heeft gestaan in waar INEOS voor staat", zei Jim.

    Bij het ter perse gaan van INCH was de bouw van de productie- en assemblagefabriek in de kleine Welsh-marktstad al goed op weg.

    Ken Skates, de minister van Economie en Vervoer zei, dat de regering van Wales nauw met INEOS heeft samengewerkt om dit mogelijk te maken.

    "Dit is fantastisch nieuws voor Wales," zei hij. "En Bridgend heeft een lange geschiedenis van bekwame productie- expertise."

    De nieuwe fabriek wordt gebouwd op een stuk grond van 14 hectare in de buurt van de 40 jaar oude Ford Bridgend-fabriek, die in 2020 zal worden gesloten, met het verlies van 1.700 banen tot gevolg.

    De productie van de Grenadier – die zijn naam kreeg na een online peiling bij de volgers van INEOS Automotive – start in 2021 en zal naar verwachting tot 500 banen opleveren.

    De belangrijkste onderdelen voor de 4x4, inclusief de carrosserie en het chassis, worden gebouwd in een tweede subeenhedenfabriek in Estarreja, Portugal, waarna ze voor assemblage naar Bridgend worden gebracht.

    BMW levert de motoren en aan een ander Duits bedrijf, MBTech, een voormalige dochteronderneming van Mercedes Benz, werd het engineering contract toegekend.

    De Grenadier is beschreven als de spirituele opvolger van de Land Rover Defender, waarvan de productie in januari 2016 is gestopt.

    "Dit liet een serieus gat in de markt en we gaan die kloof dichten", zei Jim.

    De Grenadier zal robuust, capabel, duurzaam en functioneel zijn – en gemakkelijk te repareren op het veld.

    “Het wordt een werkinstrument om de klus te klaren", zei Dirk Heilmann, CEO van INEOS Automotive. “Geen franjes. Geen gedoe.

    Tot het uiterste gaan

    De Grenadier wordt ontworpen om de zwaarste omstandigheden ter wereld te weerstaan. De afgelopen 12 maanden heeft het ontwikkelingsteam een chassis en ‘muilezel’ voor de vering gebruikt om de duurzaamheid van deze cruciale onderdelen te testen. En tot nu toe gaat het goed.

    En – al maandenlang – doet het team zijn best om de zwakke plekken van de Grenadier te vinden. "Geloof me, we zoeken ernaar", zei Alex. We hebben de Grenadier, de franjeloze 4x4 van INEOS, inderdaad tot het uiterste gedreven.

    Het voertuig heeft al enkele duizenden kilometers op en naast de weg afgelegd.

    De meeste tests zijn uitgevoerd op het Graz Magna-proefterrein in Oostenrijk – een favoriete plek om militaire vrachtwagens en tanks te testen.

    "Het was de ideale omgeving voor ons, omdat we het voertuig tot ver boven de verwachting konden drijven," zei hij.

    Het prototype is ook op de proef gesteld op het Duitse Boxberg-testterrein, dat door alle grote Europese autofabrikanten wordt gebruikt.

    Maar, de meest recente test bracht het naar de 1400 m hoge top van de Schöckl-berg in Oostenrijk, die wordt gezien als dé locatie waar 4x4's zichzelf kunnen laten gaan, terwijl ze de zware klim over scherpe kalksteenrotsen naar de top aanpakken.

    "Historisch gezien is deze klim door Daimler gebruikt voor de G-klasse", zei Alex. "Maar de Grenadier kon het heel goed aan.”

    Ontdek meer op: www.ineosgrenadier.com

    4 minuten gelezen Nummer 18
  • eliud-inch18.jpg

    We hebben vandaag geschiedenis geschreven

    Ongeëvenaard

    SLECHTS 26 seconden hebben tussen Eliud Kipchoge en de geschiedenis gestaan. Maar, uiteindelijk had de grootste marathonloper aller tijden ze niet nodig. In een schijnbaar moeiteloze prestatie liep hij 42 km en 195 meter in 1:59:40 – een tijd waarmee hij zijn persoonlijke record met 45 seconden verbeterde. En hiermee werd hij de eerste man ter wereld die comfortabel een marathon liep in minder dan twee uur.

    Toen hij in Wenen over de eindmeet liep, verklaarde hij: "We hebben vandaag allemaal geschiedenis geschreven."

    De 34-jarige Keniaan verwees naar het team ondersteund door INEOS, dat 24 uur per dag en achter de schermen had gewerkt om dit mogelijk te maken.

    Het team van wetenschappers, onderzoekers, zijn coach, zijn manager, zijn voedingsdeskundige en fysiotherapeut, de bestuurder van de elektrische auto die de snelheid van de race controleerde – en de 41 gangmakers van wereldformaat met als taak om Eliud tegen de wind te beschermen.

    "Vandaag is het de dag van Eliud, maar iedereen viert dit moment mee", zei tweevoudig Olympisch kampioen Lopez Lomo, die een van de gangmakers was." We maken allemaal deel uit van de geschiedenis. We hebben het allemaal samen gedaan als één lopende gemeenschap."

    Maar er waren ook anderen.

    Naast het parcours stonden 120.000 toeschouwers hem aan te moedigen. Een van hen was de voorzitter en oprichter van INEOS, Sir Jim Ratcliffe, zelf een enthousiast sporter met meer dan 30 gelopen marathons op zijn palmares.

    "Tijdens de laatste halve kilometer leek het alsof Eliud’s voeten de grond niet raakten", zei Jim. "Hij zag er zo kalm en rustig uit."

    Samen heeft dit winnende team ervoor gezorgd dat alles werd ingezet om Eliud te helpen zijn doel te bereiken.

    Zijn prestatie op de dag zelf vatte de persoon van Eliud samen – kalm, consequent, geduldig en totaal onverstoorbaar.

    En voor het eerst waren ook zijn vrouw Grace en hun drie kinderen aanwezig om hem te zien lopen.

    Op de avond vóór zijn marathonpoging had ze hem gebeld met enkele woorden advies.

    "Ik vertelde hem dat hij zich gewoon moest ontspannen", zei ze.

    De mens en machines in perfecte harmonie

    DE AUTO

    Een elektrische auto regelde het tempo van de race om ervoor te zorgen dat Eliud de hele 42 km en 195 meter aan dezelfde snelheid liep. Maar tijdens het testen ontdekte het team dat cruise control-systemen van auto’s niet 100% nauwkeurig zijn. Kortom, het team realiseerde zich dat als de tempo-auto gedurende twee uur 0,1 km/ uur te traag reed, Eliud de marathon zou eindigen in 2:00:34.3. De RML Group, een Brits hoogwaardig bedrijf in automobieltechniek, werd ingehuurd om ervoor te zorgen dat dit niet gebeurde.

    LASERS

    De auto was ook uitgerust met lasers, die een patroon op de weg aanduidden om de gangmakers te helpen hun formatie te behouden – en een digitaal led-bord, zodat de lopers de tijd konden bijhouden.

    TRANSPONDER

    De lopers en de auto droegen een transponderchip die werd gelezen bij elke één-kilometermarkering om nauwkeurige feedback te geven over tussentijden en snelheden.

    DE MENIGTE

    Eliud Kipchoge wilde een grote menigte, want hoe meer drukte, hoe beter hij presteert. Zo’n 120.000 toeschouwers stonden langs de hele, met bomen omzoomde route, om Eliud aan te moedigen.

    DE MAN OP DE FIETS

    Valentijn Trouw, de manager van Eliud, overhandigde Eliud Kipchoge elke 5 km een fles van 215 ml Maurtenenergiedrank.

    DE TWEEDE AUTO

    Om zeker niets aan het toeval over te laten, stond een tweede auto – uitgerust met dezelfde software als de eerste – in stand-by voor het geval het team een probleem zou hebben.

    GANGMAKERS

    Eliud's gangmakers waren er in de eerste plaats om hem – zoveel mogelijk – tegen de wind te beschermen. Ze liepen in een nooit eerder geziene formatie, die een kleine luchtbel om hem heen creëerde. Om de paar kilometer nam een nieuw team van gangmakers het over, omdat geen enkele andere atleet ter wereld zonder te rusten in hetzelfde tempo als Eliud kan lopen.

    WENEN

    Wenen werd gekozen om de 1:59 Challenge van INEOS te organiseren, omdat het binnen een tijdsverschil van drie uur van het trainingskamp van Eliud in Kenia ligt, een lange, vlakke, beschutte, rechte baan heeft waar toeschouwers de race konden bekijken en de weersomstandigheden waarschijnlijk goed zouden zijn.

    De wereld keek toe

    INEOS 1:59 - De uitdaging in cijfers

    120.000 Toeschouwers stonden langs het parcours in de straten van wenen

    500 miljoen mensen keken naar de uitdaging via televisiekanalen wereldwijd en online via YouTube

    12.500 online pers artikelen

    2,9 miljard cumulatief lezerspubliek

    17 MILJARD impressies over alle sociale kanalen

    Niemand is begrensd - de campagne in cijfers

    850.000 volgers wereldwijd - #NoHumanIsLimited Werd het derde top trending onderwerp op Twitter op de dag van de INEOS 1:59 Challenge (na twee andere INEOS 1:59 gerelateerde hashtags)

    13 MILJARD - De campagne bereikte 13 Miljard op Twitter alleen, met 215.000 #nohumanislimited-berichten op Twitter en 30.000 berichten op Instagram

    8 of the Best -8 ambassadeurs met elk hun eigen verhaal over het doorbreken van barrières om het opmerkelijke te bereiken:

    1. Chris Froome
    2. Patrick Vieira
    3. Sir Ben Ainslie
    4. Hermann Maier
    5. Abdi Nageeye
    6. Elaine Wyllie
    7. Robby Ketchell
    8. Dame Tanni Grey-Thompson

    #No Human Is Limited

    ELIUD Kipchoge wilde niet alleen geschiedenis schrijven in de straten van Wenen. Door een marathon in minder dan twee uur te lopen, wilde hij de wereld iets anders laten zien. Dat niemand begrensd is. Toen hij in Wenen in 1:59:40 over de eindmeet liep, zei hij: "Na vandaag verwacht ik dat meer mensen over de hele wereld in minder dan twee uur gaan lopen."

    Jarenlang hebben experts volgehouden dat het menselijk lichaam simpelweg niet in staat was om 42 km en 195 meter in minder dan twee uur te lopen. Maar dat hadden ze al eerder gezegd, over de mijl (ca. 1,61 km) in vier minuten. In de jaren veertig van de vorige eeuw werd dit niet alleen als onmogelijk, maar ook als gevaarlijk beschouwd. Maar op 4 mei 1954 geloofde Roger Bannister dat hij het kon – net zoals Eliud geloofde dat hij de eerste man ter wereld kon zijn die op 12 oktober 2019 een marathon in minder dan twee uur zou lopen.

    Een tijdspanne van vijfenzestig jaar ligt tussen deze twee historische gebeurtenissen, maar beide mannen waren bereid om hun lotsbestemming te bereiken door de overwinning te visualiseren. Helaas was Roger Bannister niet meer bij ons om Eliud's ongelooflijke prestatie in Oostenrijk mee te maken. Hij stierf in maart 2018 op 88-jarige leeftijd aan de ziekte van Parkinson. En Eliud, die 34 jaar is, was nog niet geboren toen de 25-jarige Roger Bannister beroemd werd door een mijl in 3:59.4 te lopen op het Iffley Road-parcours in Oxford. Maar ze delen een gemeenschappelijke band. Geen van beide geloofde in het stellen van grenzen.

    Eliud – en het team dat heeft bijgedragen aan de INEOS 1:59-uitdaging – hoopt nu dat anderen worden geïnspireerd om grenzen te verleggen en zichzelf uit te dagen op een manier die ze misschien nooit eerder hebben aangedurfd.

    "Ieder mens kan zijn grenzen overstijgen," zei Eliud. "Ieder mens kan zijn gedachten overstijgen. Maar geloven in zichzelf is cruciaal."

    Het record van Roger Bannister werd slechts 46 dagen behouden. En in de afgelopen 50 jaar hebben meer dan 1.000 atleten een mijl afgelegd in minder dan vier minuten. "De lopers uit het verleden werden tegengehouden door een denkwijze die stelde dat ze de grens van vier minuten voor een mijl niet konden doorbreken", zei Bill Taylor, auteur van “Simply Brilliant: How Great Organisations Do Ordinary Things in Extraordinary Ways” (vrij vertaald - Gewoon briljant: hoe grote organisaties gewone dingen op een buitengewone manier doen).

    Eliud's erfenis kan er een zijn voor de geschiedenisboeken, maar hij is nu gericht op het voeren van een campagne om de wereld te inspireren. Zijn No Human Is Limited Campagne heeft al een leger aan prominente supporters uit de sport- en zakenwereld aangetrokken.

    Onder hen is viervoudig Tour de France-winnaar Chris Froome. "Om Eliud het record van twee uur te zien breken, heeft bewezen dat limieten kunnen worden uitgedaagd en eigenlijk, dat in de sport limieten nooit mogen worden vastgesteld," zei hij.

    8 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7683.jpg

    Britannia boven

    De britse uitdager voor De America's Cup kijkt naar het verleden en probeert de toekomst vorm te geven

    ELEANOR Roosevelt zei dat de toekomst toebehoorde aan degenen die geloofden in de schoonheid van hun dromen.

    Op de basis van het INEOS TEAM UK in Portsmouth zijn die dromen – ongeveer 18 maanden geleden op papier geschetst - net werkelijkheid geworden.

    De betrokkenheid van INEOS bij de America's Cup-uitdaging zou altijd iets spectaculairs opleveren. En dat heeft het ook. In de vorm van een futuristische wedstrijdzeilboot die kan 'vliegen'. "Dit is anders dan wat ooit eerder op het water is gezien", zei hoofdontwerper Nick Holroyd.

    De boot, met zijn torpedo-stijl romp, werd Britannia gedoopt ter nagedachtenis van de beroemde wedstrijdzeilboot van de Koninklijke Familie, die in zijn tijd een benijdenswaardige 231 overwinningen behaalde. Destijds was de Britannia, gebouwd voor koning Edward in 1893, echt heerser over de golven. De INEOS- boot – de eerste van het team – werd officieel onthuld in oktober.

    Sir Ben Ainslie, die in de 168-jarige geschiedenis van de America's Cup hoopt het allereerste Britse team naar de overwinning te leiden, sprak voor INEOS-oprichter Sir Jim Ratcliffe en zijn dochter Julia doopte de boot met de naam Britannia.

    "Ik ben natuurlijk bevooroordeeld, maar ik vind Britannia een prachtige erkenning van onze maritieme geschiedenis", zei Ben.

    De 22,86 m lange AC75 wordt nu op de proef gesteld op het water van de Solent, de zeestraat die het eiland Wight van het Britse vasteland scheidt. Vervolgens verhuist de boot naar Italië om de winterwind en het weer voor de kust van Sardinië optimaal te benutten. Hoe het jacht op zee presteert, zal bepalen welke wijzigingen worden aangebracht aan de tweede boot, die in februari 2020 wordt gelanceerd.

    "Dit is echt een cruciale periode in de campagne", zei Ben. "De geleerde lessen worden in onze tweede raceboot toegepast en ook in 2021 tijdens de America's Cup zelf.”

    Ondanks vele pogingen is het geen enkele Britse bemanning ooit gelukt om de meest begeerde zeiltrofee te bemachtigen. "De zoektocht om te winnen vereiste een nieuwe aanpak, een nieuwe strategie en de aanzienlijke steun van INEOS om zich volledig op de missie te kunnen concentreren", zei Ben.

    De eerste kans die het Britse team krijgt om zijn ontwerp te testen tegen hun vier belangrijkste rivalen, is in april 2020 in Cagliari, Sardinië, wanneer alle jachten zullen concurreren in de eerste van de America's Cup World Series-races. De America's Cup Match zelf wordt in maart 2021 gehouden.

    Hoewel het team, dankzij de simulators die het ontwerp- en zeilteam aan wal gebruiken, “een redelijk idee" heeft van wat ze van de AC75 kunnen verwachten, is de dynamiek moeilijk te voorspellen.

    "De zeilers zullen waarschijnlijk met nieuwe uitdagingen worden geconfronteerd", zei Ben.

    Lessen worden al geleerd door de bemanning die een gooi doet om in 2021 geschiedenis te schrijven. Wat precies geleerd is, wordt verborgen gehouden, maar het ontwerp van de tweede boot van het INEOS Team UK zal worden verfijnd.

    "We weten al veel dingen die we anders willen doen voor onze tweede boot", zei CEO Grant Simmer.

    Voor alle teams, die strijden om de felbegeerde America's Cup, begint de klok nu echt te tikken.

    Grant zei dat de Britse bemanning van Sir Ben Ainslie in een vroeg stadium een testboot wilde lanceren.

    "Onze eerste testboot T5 was echt goed, omdat het ons een programma en project gaf om vroeg in de campagne mee te werken", zei hij.

    "Het was goed om het wal- en zeilteam samen te brengen en een aantal systemen op hun plaats te krijgen. In deze configuratie hebben we geleerd van gewoon uitvaren en zeilen met een boot."

    Hun doel is nu om met hun eerste AC75 ‘Britannia’ de tijd op het water te maximaliseren en de boot ontwerpen van de andere teams te bestuderen.

    "Die twee gebieden zullen leiden tot het ontwerp van onze tweede AC75", zei hij.

    Een boot die ze tot voor kort niet konden bestuderen op het water was de New Zealand van het Emirates Team, omdat zij geen testboot bouwden en in plaats daarvan meteen hun AC75-programma lanceerden.

    "Sinds de laatste Cup vertrouwen ze veel op hun simulator – net als alle andere teams – maar ik denk niet dat hun strategie zo riskant was", zei Grant.

    Grant zei dat de indeling van het dek van de New Zealand heel eenvoudig was met een sterke nadruk op energieproductie. Maar met potentiële snelheden van meer dan 50 knopen is de wedstrijd helemaal open.

    "Er kan heel gemakkelijk iets fout gaan, omdat deze boten erg licht zijn en kunnen kapseizen," zei hij. “Een groot structureel probleem dicht bij de aanvang van de wedstrijd kan voor iedereen het verlies van de cup betekenen."

    AC75 Britannia

    Bouwuren: +50.000

    Ontwerpuren: +90.000

    Uren cnc-machine: +45.000

    Individuele onderdelen: 25.000

    Geschatte topsnelheid: 50 knopen 57.5mph 92,6 km/u

    Lengte: 22,74 m met boegspriet (20,7 m zonder)

    Max. Breedte: 5 m grootste breedte Gewicht: 6,45 ton

    Romp- en tuigage constructie: koolstofvezel

    Tuigage: dubbelwandig zacht-vleugelzeil

    Bemanning: 11

    Gewicht van de bemanning: maximaal 990 kg

    #ThereIsNoSecond | www.ineosteamuk.com

    6 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7684.jpg

    Trots om Brits te zijn

    IN de eerste collectie in zijn soort heeft Belstaff voor het Britse team kleding voor op het vasteland ontworpen.

    Het inspireerde zich op de kleding die door America's Cup-teams werd gedragen gedurende de 168-jarige geschiedenis van de competitie.

    "Alleen al het dragen van Belstaff maakt me trots, omdat het zo'n iconisch Brits merk is, avontuurlijk is en altijd de grenzen verlegt", zei schipper Sir Ben Ainslie.

    De 23-delige collectie, die iconische Belstaff Stukken combineert met hoogwaardige materialen die ontworpen zijn om lang mee te gaan, zal vanaf april volgend jaar te koop zijn voor het publiek. INEOS kocht Belstaff in oktober 2017.

    1 minuut gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7685.jpg

    Belstaff

    Onbetreden paden - Een originele podcastserie

    BELSTAFF wordt aangetrokken door risiconemers, degenen die gedijen op avontuur en niet bang zijn om van de gebaande paden af te wijken. Net zoals INEOS.

    Daarom passen de twee perfect bij elkaar. INEOS, dat in 2017 het iconische Britse kledingmerk kocht, en Belstaff begrijpen elkaar.

    Het publiek heeft nu de kans gekregen om te luisteren naar een originele podcastserie van Belstaff, waarin het leven van vijf verschillende getalenteerde zielen wordt verkend, die onbekende wegen in hun leven hebben bewandeld door de uitdaging aan te gaan met wie ze ‘bedoeld waren om te zijn’ en de bredere status quo.

    Hun verhalen worden gedeeld in de podcastserie, getiteld The Road Less Traveled, die door GQ Magazine is beschreven als het perfecte tegengif voor een ellendig ochtend-woon-werkverkeer.

    In de eerste serie interviewt gastheer Reggie Yates – voor wie hard werken en zijn eigen weg gaan geen vreemden zijn – acteurs Stanley Tucci (The Devil Wears Prada), Raleigh Ritchie (Game of Thrones), Naomie Harris (Moonlight), Andrew Scott (Fleabag) en Emma Mackey (Sex Education).

    Georganiseerd door Reggie Yates

    AFLEVERING 1 STANLEY TUCCI

    In deze aflevering praat acteur, schrijver en regisseur Stanley Tucci over zijn creatieve weg van de New Yorkse arbeidersklasse naar een verlegen radiostem op Frasier, voordat hij een Oscar-genomineerde rol speelde in de veelgeprezen film Spotlight.

    Stanley's leven, de personages die hij heeft neergezet en de verhalen die hij heeft verteld, zijn een weerspiegeling van zijn eigen opmerkelijke reis geworden – hij beschouwt dit als een essentieel onderdeel van zijn creatieve proces

    AFLEVERING 2 RALEIGH RITCHIE

    In deze aflevering ontmoeten we acteur en muzikant Jacob Anderson, alias Raleigh Ritchie. Raleigh ruilde zijn familie in Bristol voor een hostel in Londen – waar hij de hele dag audities deed, ‘s avonds zijn volgende album opnam en uiteindelijk met zijn monumentale rol als ‘Grey Worm’ in Game of Thrones in de Hollywood-stratosfeer terechtkwam.

    Raleigh’s persoonlijke strijd met identiteit, nieuwe roem en zijn gemengde afkomst geven hem een unieke kijk op de wereld - een visie die zijn verlangen om authentiek te zijn aanwakkert – in zijn optredens, muziek en leven.

    AFLEVERING 3 NAOMIE HARRIS

    In deze aflevering maken we kennis met Naomie Harris, de meermaals bekroonde actrice en de ster van de Oscar-winnende film Moonlight. Naomie bespreekt haar lokale toneelschool in Noord-Londen, haar ervaringen als buitenbeentje aan de universiteit van Cambridge en hoe haar cultuur de rug toekeren en op eigen benen staan – uiteindelijk tot haar filmsucces heeft geleid.

    Naomie's toewijding aan het spelen van krachtige vrouwelijke personages, van Eve Moneypenny tot Winnie Mandela, herdefiniëren de geschiedenis scripts en geven menselijkheid, complexiteit en persoonlijkheid aan iconen van de populaire cultuur.

    AFLEVERING 4 ANDREW SCOTT

    In deze aflevering ontmoeten we Andrew Scott, die het heeft over uit de holebi-kast komen in katholiek Ierland, het vergeven van de kerk en hoe zijn laatste rol in de veelgeprezen serie Fleabag de Britse perceptie over de priesters van vandaag mogelijk zal veranderen.

    Andrew's diepe liefde voor de menselijke natuur, of het nu gaat om speelsheid, onzekerheden of een verlangen naar succes – hebben echt invloed gehad op zijn leven als acteur, als vriend en als de beruchtste figuren van Groot-Brittannië in Spectre en Sherlock.

    AFLEVERING 5 EMMA MACKEY 

    In deze aflevering komen we Emma Mackey tegen, actrice en ster van de Netflix-serie Sex Education. Emma vertelt hoe het is om op het Franse platteland op te groeien, hoe ze probeerde zich op school aan te passen en hoe het is om een seksscène te spelen.

    Emma's eigen karakter, en het personage waardoor ze beroemd werd, belichamen allemaal een gevoel van individualiteit. Een eigenschap waar volgens haar de hele moderne samenleving naar verlangt.

    Locatie Locatie Locatie

    Belstaff's honger naar verandering vertoont geen tekenen van afzwakking, aangezien het zijn Londense flagshipstore naar een betere locatie verplaatst

    HET avontuur van Belstaff gaat verder in High Street. Sinds INEOS het iconische Britse kledingmerk in oktober 2017 heeft overgenomen, heeft het winkels heropend en verplaatst. Bij de laatste beslissing werd een nieuwe flagshipstore geopend in Regent Street in Londen, die jaarlijks meer dan 50 miljoen bezoekers trekt naar zijn eclectische mix van iconisch Britse en internationale merken.

    De afgelopen zes jaar was de flagshipstore van het bedrijf gevestigd in New Bond Street, maar met een nieuwe visie op winkelontwerp en een focus op gemeenschapsopbouw was het tijd om te verhuizen.

    De nieuwe winkel ligt dicht bij Soho, een van de meest levendige buurten van Londen, wat zijn weerklank zal vinden in de winkel.

    "De ruimte kan heel gemakkelijk worden getransformeerd van een winkelomgeving naar een community hub, omdat alle armaturen op wielen staan", zei CEO Helen Wright. En dat is wat Belstaff van plan is te doen.

    Het wil vorm geven aan een doorlopende reeks evenementen met gastheren, alsook speciale vertoningen, paneldiscussies en podcastopnames.

    Sleutelfiguren uit de Soho-gemeenschap waren betrokken bij het officiële openingsevenement, waarvoor zij het menu, de muziek en het entertainment organiseerden.

    Zoals in veel van de vernieuwde Belstaff-winkels is er genoeg ruimte voor klanten om te genieten van een kopje koffie of een gin & tonic, terwijl hun oude jas nieuw leven wordt ingeblazen in het eigen wax-station.

    Er zal ook opleiding worden gegeven aan klanten om hen te laten zien hoe ze hun gewaxte katoenen en leren Belstaff-jassen het beste verzorgen.

    Deze lessen worden gefilmd en gedeeld via de Belstaff-kanalen.

    "Ze zullen ook het belang benadrukken van duurzaam ontworpen producten, die voor het leven gemaakt zijn", zei Helen.

    Al bijna 100 jaar heeft Belstaff een aantal van de grootste waaghalzen ter wereld uitgedost, waaronder vliegenier Amy Johnson, avonturier TE Lawrence en revolutionair Che Guevara. “De jassen die zij droegen worden vandaag nog steeds door Belstaff gemaakt”, zei Helen. Het zijn opwindende tijden voor Belstaff.

    In maart heeft INEOS haar Spitalfields- winkel in Londen heropend.

    In mei verhuisde de winkel in München naar de Residenzstrasse, het levendige hart van de Duitse stad.

    En in juli werd de Belstaff-vestiging van Glasgow verplaatst van Princess Square naar een veel grotere locatie in Ingram Street.

    Maar er is één constante: de klant komt altijd eerst.

    7 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7686.jpg

    Innovators, geen imit ators

     

    Duurzaamheid door innovatie

    INEOS investeert in honderden actieve projecten op het gebied van koolstof, waterstof, warmte en elektriciteit, hernieuwbare energie, hulpbronnen en afval

    Hernieuwbare grondstoffen, gemaakt van duurzaam houtafval, worden gebruikt ter vervanging van traditionele grondstoffen die afkomstig zijn van producten op olie- en gasbasis. De resulterende polymeerproducten van INEOS dragen bij aan meetbare broeikasgasbesparingen (BKG).

    Innovatie gaat niet alleen over het hebben van ideeën. Het gaat erom die ideeën waar te maken...

    THOMAS Edison – misschien wel de grootste uitvinder in de geschiedenis – had een goed advies voor degenen die in zijn voetsporen wilden treden. "De waarde van een idee," zei hij, "ligt in het gebruik ervan.” Als bedrijf blinkt INEOS uit als het gaat om het realiseren van grootse dingen. Elke dag.

    Pete Williams, technologisch directeur van de INEOS Group, twijfelt daar niet aan.

    "INEOS blijft zijn duurzaamheid verbeteren en zijn producten helpen de duurzaamheid te verbeteren van veel dingen die we allemaal in ons dagelijks leven als vanzelfsprekend beschouwen", zei hij. “We willen klanten niet alleen vandaag, maar ook over 10, 20, 30 jaar en daarna waardevolle producten leveren. Dus, nu een groeiende wereld als doel stelt om naar een netto nul-koolstofuitstoot te evolueren, past INEOS zich aan en beweegt het mee om aan zijn behoeften te voldoen, zijn uitdagingen te overwinnen en nieuwe kansen te grijpen.”

    Om dit te doen, is innovatie essentieel. Bij INEOS zijn innovatie en duurzaamheid onlosmakelijk met elkaar verbonden.

    INEOS-producten leveren nu al een krachtige bijdrage aan een duurzamere wereld door een breed scala aan producten mogelijk te maken voor verschillende industrieën, waaronder de auto-industrie, gezondheidszorg, geneeskunde, lucht- en ruimtevaart, hernieuwbare technologieën, de bouw, elektronica, elektrische en huishoudelijke apparaten, en verpakkingen.

    Onafhankelijke rapporten hebben berekend dat, als polymeren maximaal vervangen zouden worden door de beste alternatieven, de uitstoot van broeikasgassen meer dan verdubbeld zou worden.

    "Vooruitblikkend, innoveren we om een nog grotere bijdrage te leveren", zei Pete.

    Elke dag richt het bedrijf zich op het verbeteren van de efficiëntie van zijn sites en het verminderen van emissies.

    Efficiëntere installaties zijn niet alleen beter voor het milieu, maar kunnen ook besparingen opleveren, die vervolgens elders kunnen worden geïnvesteerd.

    De polymeren die INEOS produceert, bevatten hoofdzakelijk koolstof. "We zien het als onze taak om te zorgen voor de koolstof," zei Pete. “We zien het als een zo efficiënt mogelijk gebruik en als een zo groot mogelijke terugwinning en hergebruik van de koolstof.”

    INEOS heeft al een reeks nieuwe polymeren gelanceerd die gerecycleerde kunststoffen bevatten.

    Het onderzoekt ook hoe we bio-koolstof kunnen gebruiken - koolstof uit natuurlijke bronnen in plaats van uit olie en gas – en heeft nieuwe bio producten gelanceerd, zoals Biovyn. "Al deze producten verminderen de uitstoot verder," zei Pete.

    Maar om echt duurzaam te zijn, moet INEOS voldoende winst maken om opnieuw te kunnen investeren in nieuwe ultra moderne productietechnieken en -apparatuur.

    "De analogie is dat we de oude, inefficiënte auto van 30 jaar geleden moeten kunnen vervangen door een nieuwe, veel efficiëntere versie," zei Pete. En dat is wat INEOS nu doet.

    In januari van dit jaar kondigde INEOS aan dat het van plan was € 3 miljard uit te geven aan een nieuw kraker- en propaan dehydrogenering complex in Antwerpen.

    De investering, door voorzitter Sir Jim Ratcliffe beschreven als de grootste in zijn soort in Europa sinds meer dan een generatie, maakt een stapsgewijze vermindering van de uitstoot mogelijk die gepaard gaat met de productie van olefinen, het belangrijkste tussenproduct voor een breed scala aan producten gebruikt in de automobiel-, bouw-, transport- en medische sector.

    Kortom, INEOS wil duurzaam blijven en de uitdagingen van de veranderende omgeving aangaan door middel van innovatie.

    En het maakt niet uit waar de ideeën vandaan komen. "Goede ideeën kunnen overal vandaan komen," zei Pete. "Onze medewerkers, onze klanten, onze leveranciers.”

    Die ideeën kunnen snel worden gedeeld via efficiënt beheerde netwerken, zoals het koolstof- en energienetwerk.

    Greet Van Eetvelde, hoofd van het energie- en innovatiebeleid van INEOS, zei dat INEOS betrokken is bij honderden actieve projecten op het gebied van koolstof, waterstof, warmte en elektriciteit, hernieuwbare energie, hulpbronnen en afval.

    Veel van deze projecten zijn innovatieprojecten gelinkt aan universiteiten en andere organisaties, omdat we expertise en samenwerking met sectoroverschrijdende bedrijven proberen te benutten om de aanzienlijke voordelen van onze industrie en daarbuiten te optimaliseren", zei ze.

    Kenners zijn op de hoogte van wat de chemische industrie al heeft gedaan om auto's en vliegtuigen lichter en zuiniger te maken.

    Ze begrijpen dat er zonder de chemische industrie geen windturbines en zonnepanelen zouden zijn.

    Ze erkennen de belangrijke rol die de chemische industrie heeft gespeeld bij de aanvoer van water naar enkele van de armste delen van de wereld.

    "We weten wat we hebben gedaan, wat we doen en wat we kunnen doen om een koolstofarme economie te creëren," zei Pete. "De moeilijkheid is, zoals altijd, het veranderen van de publieke perceptie op wat we doen."

    Innovatie in het recyclen van plastic

    INEOS is de drijvende kracht van vele nieuwe, innovatieve producten dankzij zijn vooruitstrevende en dynamische visie

    INOVYN geeft voeding aan een nieuwe, groenere pvc-generatie

    SINDS zijn uitvinding meer dan 100 jaar geleden, is pvc voornamelijk gemaakt van fossiele brandstoffen. Sommige landen, waaronder Brazilië, hebben in plaats daarvan suiker als grondstof gebruikt, maar dat is ook niet zonder controverse geweest.

    "Europa is bijzonder gevoelig voor het gebruik van land voor iets anders dan het verbouwen van gewassen om mensen te voeden", zei Dr. Jason Leadbitter, Sustainability & Corporate Social Responsibility Manager bij INOVYN.

    Maar de tijden veranderen – en INOVYN is de kern van een monumentale verandering.

    In plaats van puur gas en olie, is het INEOS-bedrijf gestart met het gebruik van biomassa om zijn nieuwste generatie pvc te maken. Het mooie hiervan, als grondstof, is dat het niet alleen hernieuwbaar is, maar ook niet concurreert met de voedselketen.

    "Niemand anders heeft dit al gedaan", zei Filipe Constant, bedrijfsleider van INOVYN. "Het is een wereldprimeur en het levert ook een broeikasgas besparing op van meer dan 90% in vergelijking met conventioneel geproduceerd pvc.”

    Het nieuwe product is BIOVYN™ – en de interesse stroomt nu vanuit alle hoeken van de wereld binnen, inclusief Australië, Amerika en Turkije.

    "We hebben veel aanvragen ontvangen en uit veel verschillende sectoren, waaronder de auto-industrie, medische leveranciers en raam- en buizen fabrikanten," zei Inna Jeschke, marketing manager voor General Purpose Vinyls bij INOVYN.

    Biomassa-PVC levert een broeikasgas besparing op van meer dan 90% in vergelijking met conventioneel geproduceerd PVC

    Om dit mogelijk te maken, moesten eerst verschillende sleutelstukken van de puzzel samenkomen.

    INEOS O&P in Keulen, Duitsland, heeft een belangrijke rol gespeeld bij het veiligstellen van de biomassa – de grondstof – om ervoor te zorgen dat deze naar tevredenheid kon worden omgezet in bio-ethyleen.

    En de omzetting van dit bio-ethyleen tot BIOVYN is alleen mogelijk gemaakt door een robuuste en transparante standaard ontwikkeld door de wereldwijd gerespecteerde Roundtable for Sustainable Biomaterials (RSB). Toen de puzzel was voltooid, had INOVYN klanten nodig.

    "Je kunt iets produceren, maar je hebt klanten nodig die bereid zijn het te kopen, omdat het duurder is," zei Inna.

    Tarkett, een bedrijf in vloerbedekking met kantoren over de hele wereld, was tevreden met wat het zag.

    "We geloven in samen het goede doen", zei bedrijfsdirecteur Fabrice Barthélemy. "En we zijn ervan overtuigd dat er een dringende noodzaak is om modellen te veranderen, zodat de eindige natuurlijke hulpbronnen van de wereld behouden blijven."

    Tarkett is van plan BIOVYN ™ te gebruiken voor de productie van een nieuwe vloer collectie die volgend jaar in Europa op de markt zal worden gebracht.

    "Gelukkig maken landen in Scandinavië een echt agendapunt van hernieuwbare energie", zei Inna.

    De grondstof op basis van biomassa wordt per binnenschip vervoerd naar de INEOS O&P-fabriek in Keulen, waar het in de bestaande kraker wordt omgezet in bio-ethyleen. Dit gaat dan via leidingen rechtstreeks naar de INOVYN-fabriek in Rheinberg, Duitsland.

    "We kunnen niet zeggen dat het biogebaseerd is, omdat het bio-ethyleen nog steeds gemengd wordt met fossiel-ethyleen," zei Jason. "Maar hier speelt de RSB-standaard een fundamentele rol door ervoor te zorgen dat het bio-ethyleen aan het BIOVYN-product wordt toegeschreven.”

    Hij beschreef het als een belangrijke stap voorwaarts in INOVYN's reis naar duurzaamheid.

    "Het toont duidelijk ons engagement aan om innovatieve oplossingen te ontwikkelen die tegemoetkomen aan de behoeften van de samenleving", zei hij.

    De Roundtable on Sustainable

    De rondetafelconferentie over duurzame biomaterialen, met als wereldwijde missie het ondersteunen van de beste praktijken voor duurzame productie van biomaterialen, is vol lof over INOVYN.

    "Dit product is een echte leider in de opkomende circulaire bio-economie", aldus uitvoerend directeur Rolf Hogan.

    Gerecycled plastic krijgt een nieuw leven

    PLASTIC afval, ooit bestemd om te worden gestort of verbrand, wordt nu gerecycled tot een reeks hoogwaardige kunststoffen. INEOS heeft veel geld besteed aan het onderzoek naar manieren om deze gerecycleerde kunststoffen samen met hun klanten te gebruiken.

    "We willen geen grote ophef maken totdat we weten dat we iets te tonen hebben", zegt David Kirkwood, Polymer-bedrijfsmanager. "Maar het gebruik van 50% of meer gerecycleerd plastic in onze producten is een grote prestatie."

    INEOS hoopt dat zijn langetermijnovereenkomsten met recyclingbedrijven, waaronder Viridor, het publiek zal aantonen dat plastic afval een waardevolle hulpbron is, die een nieuw leven moet krijgen in plaats van één keer gebruikt en dan weggegooid. En samen hebben ze een plan bedacht om dat te doen.

    Het huishoudelijk afval wordt ingezameld, gesorteerd en schoongemaakt voordat het wordt omgezet in gerecycleerde plastic pellets, die INEOS vervolgens op zijn eigen locaties verwerkt met een betere kwaliteit plastic om een product te maken dat net zo goed is als het origineel.

    "INEOS heeft uitgebreide materiaalwetenschap en proces expertise toegepast om dit volledig nieuwe assortiment te ontwerpen en produceren", aldus CEO Rob Ingram. INEOS-klanten zijn enorm positief over het Recycl-IN-productassortiment.

    In het verleden waren merkeigenaren of consumenten niet dol op gerecycleerd plastic omdat het tijdens het recyclingproces iets van zijn kwaliteit verloor en het eindproduct niet zo goed was. Maar Recycl-IN heeft dat obstakel overwonnen. Recycle-IN kan worden gebruikt om veel huishoudelijke producten op dezelfde manier te maken als met normale kunststoffen. "Het verschil in bijvoorbeeld een wasmiddelfles merk je niet", zei David.

    Het gebruik van 50% of meer gerecycleerd plastic in onze producten is een grote prestatie

    Om alles goed te laten verlopen, heeft INEOS een constante aanvoer van gerecycleerde plastic pellets nodig en daarom opent Viridor volgend jaar een ultramoderne recyclingfabriek in Avonmouth om aan de vraag te kunnen voldoen.

    "De moeilijkheid voor INEOS is dat we voor onze grondstoffen afhangen van anderen in de waardeketen en dat begint in de eerste plaats met het recyclen van plastic door ons allemaal", zei Gabriella Isidro, manager bedrijfsontwikkeling. “Iedereen in de waardeketen moet hiervoor samenwerken. Wij zijn slechts een van de raderen in dit wiel.“

    Wat er uiteindelijk uitkomt, hangt net als bij elk ander proces af van wat je er aan het begin in stopt. "Dus, als je met veel verschillende kleuren begint, is het eindproduct grijs", zei Gabriella.

    Omdat de industrie niet voor 100% kan controleren of er zeker van kan zijn hoe deze producten zijn gebruikt, zegt de Europese Unie dat ze niet in contact kunnen komen met levensmiddelen.

    Liz Rittweger, zakelijk directeur van INEOS Olefins & Polymers, zei dat het geen zin had om plastic te recyclen als de samenleving geen gerecycleerde producten gebruikt.

    "Dit is geen PR-oefening," zei ze. "Recycl- IN biedt uitstekende toepassingsmogelijkheden voor grote hoeveelheden gerecycleerd plastic."

    Pienter idee creëert kwaliteit

    TWEE innovatieve bedrijven, met een gedeelde visie over een circulaire economie, produceren nu commercieel hoogwaardige kunststoffen, met maximaal 70% gerecycleerde inhoud.

    INEOS Styrolution en het Oostenrijkse recyclingbedrijf bage plastic hebben de perfecte recepten ontwikkeld voor de allereerste gerecycleerde ABS-kwaliteiten, die net zo goed zijn als deze gemaakt met fossiele brandstoffen.

    "Deze samenwerking combineert hun recyclaten en eersteklas sorteertechnologie met onze productie-expertise en innovatieve mogelijkheden," aldus een woordvoerder van INEOS Styrolution. INEOS Styrolution zal gerecycleerd elektrisch en elektronisch afval gebruiken om de nieuwe kwaliteit te maken, die bekend staat als TERLURAN® ECO GP-22.

    Tot 70% gerecycled materiaal wordt nu gebruikt om hoogwaardige kunststoffen te produceren

    "Deze samenwerking brengt ons ook dichter bij de doelstelling van INEOS om minstens 325 kiloton gerecycleerd materiaal per jaar in zijn producten te verwerken", zei Sven Riechers, EMEA vice president, bedrijfsmanagement en standaardproducten bage plastics, dat plastic afval na gebruik omzet in hoogwaardige kunststof korrels en -verbindingen, zei dat beide bedrijven zoveel mogelijk materialen wilden terugwinnen en recyclen.

    "We willen allebei afval tot een minimum beperken en onze impact op het milieu verminderen", aldus algemeen directeur Philipp Baum.

    INEOS Styrolution heeft ongeveer 3.500 werknemers en 20 productie sites in 10 landen.

    Globaal denken, globale actie

    Bij INEOS wordt altijd hard gewerkt aan innovatie en de resultaten liegen er niet om

    Schonere brandstoffen

    De North West Hydrogen Alliance bekijkt momenteel om verschillende fondsen te exploiteren die gereserveerd zijn om het Verenigd Koninkrijk koolstofarm te maken. Het INEOS-bedrijf INOVYN heeft met de Britse regering samengewerkt in een poging ervoor te zorgen dat waterstof de weg is naar een koolstofarme toekomst. INOVYN, dat al meer dan 100 jaar waterstof als nevenproduct maakt, is bereid om te investeren als de lokale en centrale overheden en andere bedrijven mee aan boord zijn om de infrastructuur te helpen ontwikkelen.

    Industriële symbiose

    De laatste hand wordt gelegd aan een door INEOS gedreven plan om middelen te delen met verschillende industrieën in Hull, Verenigd Koninkrijk. Door middelen te delen, kunnen ze de CO2-uitstoot met ongeveer 4.100 ton per jaar verminderen. Tijdens het vierjarige EPOS-project gefinancierd door de EU is gekeken naar manieren voor vijf energie-intensieve industrieën – chemie, staal, cement, mineralen en engineering – om de efficiëntie te verbeteren, de kosten te verlagen en de CO2-uitstoot te verminderen.

    Partnerschappen

    INEOS gebruikt nu 50% of meer gerecycleerd plastic om een reeks hoogwaardige polymeren te produceren. Om ervoor te zorgen dat het een gestage stroom plastic afval heeft voor zijn Recycl-IN-assortiment, heeft het lange termijn overeenkomsten gesloten met recyclingbedrijven, waaronder Viridor. Samen hopen ze het publiek aan te tonen dat plastic afval een waardevolle hulpbron is, die een nieuw leven moet krijgen in plaats van één keer gebruikt en dan weggegooid.

    Onderscheidingen voor duurzame chemie

    INEOS moedigt innovatie van de volgende generatie ingenieurs aan via zijn Sustainable Innovation Awards. Voortbouwend op zijn onderzoeks- en innovatie contacten en -projecten met universiteiten heeft INEOS een beloningsprogramma gelanceerd voor masterscripties in engineering faculteiten. Veel van de studenten die de prijs winnen, werken uiteindelijk voor INEOS.

    Biomassa

    INOVYN is gestart met het gebruik van biomassa – naast puur gas en olie – om de nieuwste generatie pvc te produceren. Niemand anders heeft dit al gedaan. Het is een wereldprimeur en het levert ook een broeikasgas besparing op van meer dan 90% in vergelijking met conventioneel geproduceerd pvc. Het nieuwe product is BIOVYN™ – en de interesse stroomt nu vanuit alle hoeken van de wereld binnen.

    Netwerken

    Het groepsbrede netwerk van INEOS, CEN (Carbon & Energy Network), is actief in al zijn activiteiten en ondersteunt lokale beste praktijken, initieert nieuwe zakelijke kansen en wakkert innovatie aan.

    Volle stoom vooruit

    In het kader van een project, ECLUSE genaamd, heeft INEOS Phenol in Antwerpen geholpen bij de financiering van een 5 km lange pijpleiding om andere bedrijven te helpen. INEOS kon al stoom vanuit de afvalenergiecentrale van INDAVER/SLECO in Doel naar zijn eigen site leiden, maar andere chemische bedrijven konden dat niet. Nu kunnen ze dat wel dankzij de pijpleiding, die hen allemaal met INDAVER/SLECO verbindt. De pijpleiding zal ook de uitstoot van broeikasgassen met 100.000 ton per jaar verminderen.

    Investering

    De baanbrekende beslissing van INEOS om concurrerend Amerikaans gas naar Europa te verschepen, heeft de weg geëffend voor verdere investeringen in nieuwe, milieuvriendelijke en zuinige infrastructuur in Antwerpen.

    Globaal denken, globale beloften

    In het kader van zijn eigen engagement voor een nieuwe circulaire economie heeft INEOS zich vier ambitieuze doelen gesteld om tegen 2025 te verwezenlijken

    325,000 - INEOS wil minstens 325.000 ton gerecycleerd materiaal in zijn producten verwerken

    30% - Gemiddeld 30% gerecycleerd materiaal gebruiken in producten die bestemd zijn voor polystyreen verpakkingen in Europa

    50% - Een reeks polyolefine producten voor verpakking toepassingen in europa aanbieden die 50% of meer gerecycled materiaal bevatten

    100% - Ervoor zorgen dat 100% polymeerproducten kunnen worden gerecycleerd

    Ga voor meer informatie over het innovatieve en duurzame werk van INEOS naar: www.ineos.com/sustainability

    14 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7687.jpg

    De Juiste Chemie

    NA 20 jaar investeren en innoveren is INEOS niet alleen een belangrijke producent van chemicaliën en olieproducten geworden, maar ook een bedrijf dat zich toelegt op de circulaire economie, plastic afval aanpakt, beste praktijken toepast en het welzijn en potentieel van toekomstige generaties waarborgt.

    Door nieuwe technologieën, processen en partnerschappen is INEOS exponentieel gegroeid door verwerving van onbeminde bedrijven, de bouw van faciliteiten op wereldschaal en de verjonging van bestaande activa.

    De afgelopen jaren heeft het bedrijf gedurfde stappen gezet buiten zijn conventionele markten: van activiteiten in de automobielsector, het leiden van belangrijke sportteams tot het aanmoedigen van jong talent om hun potentieel te vervullen.

    INEOS’ overtuiging, inzet en sterke team ethiek is een winnende formule gebleken en blijft de hoeksteen van zijn strategie voor de toekomst.

    chemistry-NL.jpg

    4 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7688.jpg

    Het Six Rivers Project

    ONDERZOEKERS uit IJsland en het VK bundelen nu hun expertise als onderdeel van een breder plan om de Atlantische zalm te helpen redden. De teams van Imperial College London en het Marine & Freshwater Research Institute in IJsland werden samengebracht door INEOS- voorzitter, Sir Jim Ratcliffe.

    In de komende vier jaar zullen ze hun tijd en energie besteden aan het uitzoeken wat de overlevingskansen van de zalm bedreigt, zodra deze de veilige haven van de rivieren Selá, Hofsa, Miðfjarðará en Sunnudalsá in IJsland verlaat en naar de zee migreert.

    "De oorzaak van hun wereldwijde achteruitgang is niet helemaal bekend", zei professor Guy Woodward, de academicus die aan het project werkt en die de leiding ervan heeft.

    Olivia Morris, de doctoraatsstudente gesponsord door INEOS, die de nieuwe en oude gegevens zal analyseren samen met een promovendus uit IJsland, zei dat er een aantal mogelijke redenen zijn, waaronder klimaatverandering, vervuiling en de vernietiging van hun habitats.

    Maar ze zei dat in IJsland de toegenomen visteelt en de pelagische visserij waarschijnlijk grotere schuldigen zijn.

    "IJsland heeft nog steeds een relatief gezonde populatie, omdat vele uitdagingen waarmee de zalm elders geconfronteerd worden, daar geen groot probleem vormen," zei Guy. "Dit betekent dat vermoedelijke oorzaken in IJsland gemakkelijker te identificeren en te modelleren zijn, zodat we toekomstige veranderingen kunnen voorspellen voordat ze zich voordoen."

    De Strengur Angling Club, die onlangs is begonnen met het leasen van de vis rechten op de rivieren Miðfjarðará en Sunnudalsá, beschermt de Selá en Hofsa al tientallen jaren.

    In 2004 verminderde de club het materiaal die vissers mogen gebruiken en introduceerde in 2012 het principe van vangst en terugzetten. Onlangs hebben ze het vissen met grote haken in de Selá-rivier verboden.

    In de loop der jaren zijn er ook zalmtrappen gebouwd, opdat de zalm nieuwe paaiplaatsen verder stroomopwaarts kan bereiken.

    De meest recente – de Miðfjarðará-trap – is in 2017 geopend dankzij investeringen van Sir Jim.

    "Zonder hem hadden we dit niet kunnen doen", zei club directeur Gísli Ásgeirsson, die ook vertelde dat er plannen zijn om nog twee zalmtrappen te openen.

    Maar er moet meer gedaan worden.

    Het laatste onderzoek van het Imperial College en het instituut in IJsland zal op het werk van Strengur voortbouwen en zal informatie geven over de lopende inspanningen voor het behoud van de zalm.

    Tot nu toe hebben botanici, als onderdeel van het project, lariksen, berken en wilgen geplant om de bodem rond de rivieren te verrijken.

    "Dit project is heel nieuw en is nog nooit eerder geprobeerd in IJsland", zei botanicus Else Muller. “Maar meteen gezondere vegetatie rond de rivieren krijg je een gezondere omgeving voor de organismen die leven in de rivieren. Het is allemaal met elkaar verbonden."

    Tot een miljoen eieren van inheemse vissen zullen ook verder stroomopwaarts in vijf rivieren worden geplant. De eerste partij werd in het grind gegraven bij temperaturen van -10 °C.

    "Door eieren in de rivierte planten, hebben we hopelijk in de komende vijf of tien jaar een gezonder en sterker bestand", zei Jon Magnus Sigurdarson, voorzitter van de Hofsa River Association.

    Het team heeft ook 1.000 jonge (rijpende) zalmen gemerkt om te ontdekken waar ze naartoe gaan.

    Samen zullen de wetenschappelijke en academische teams proberen te begrijpen wat de oorzaak is van de daling in het zalm aantal en wat ze moeten doen om het tij te keren.

    Guðni Guðbergsson, hoofd van de zoetwater afdeling van het Marine & Freshwater Institute, zei dat het door INEOS gefinancierde onderzoeksproject een grote bijdrage levert aan het omkeren van het lot van de zalm in Noordoost-IJsland.

    "In de afgelopen 40 jaar hebben we de rivieren in Noordoost-IJsland gemonitord en dat zal, naast dit project, voortgezet worden, wat ons de mogelijkheid geeft om bestaande en nieuwe data verder te analyseren", zei hij.

    Een wonderbaarlijke vis

    Wat alle betrokkenen bij het project delen, is een enorme bewondering voor de Atlantische zalm – en de problemen die het moet overwinnen.

    Deze ongelooflijke vissen migreren duizenden kilometers in hun leven, maar keren terug naar dezelfde zoetwaterrivier, waar ze geboren zijn, om te paaien.

    "Soms zijn ze twee jaar op zee om volwassen te worden, maar ze gebruiken hun reukzin om hun weg naar huis te vinden", zei professor Guy Woodward van het Londense Imperial College.

    Ze kunnen niet alleen snel zwemmen, maar ze kunnen ook tot 3,7 m hoog springen.

    Jim raakt betrokken

    In samenwerking met de Strengur Fishing Club, die de beste kwaliteit vliegvissen ter wereld biedt, heeft INEOS voorzitter Sir Jim Ratcliffe een reeks investeringen geïnitieerd om het land, de rivieren en de zalm in Noordoost-IJsland te helpen beschermen.

    Eieren planten

    Verder stroomopwaarts in de rivieren zijn eieren in het grind geplant om een gezonder en sterker bestand te helpen kweken. De zalm zal zijn jonge leven in de zoetwater rivieren doorbrengen voordat hij richting zee trekt. Na een paar jaar keren de zalmen terug naar de plaats waar ze geboren zijn om te paaien.

    Aanplanting

    Botanici hebben lariksen, berken en wilgen geplant om de bodem rond de rivieren te verrijken. Een gezondere vegetatie rond de rivieren leidt tot een gezonder milieu voor de organismen die in de rivieren leven.

    Jonge zalmen

    1.000 jonge (rijpende) zalmen zijn gemerkt, zodat wetenschappers ze kunnen traceren en hun gedrag controleren.

    Zalmtrappen

    Tot nu toe zijn er drie zalmtrappen gebouwd, zodat de zalm nieuwe paaiplaatsen verder stroomopwaarts kan bereiken. De plannen liggen klaar voor de bouw van nog twee trappen.

    Het langetermijndoel voor de zalmvisserij in ijsland

    IJSLANDSE rivieren staan wereldwijd bekend om hun zalmvisserij – en trekken elk jaar liefhebbers van over de hele wereld aan.

    De voormalige Amerikaanse president George W. Bush, die ongeveer een jaar geleden stierf, behoorde tot degenen die in de Selá-rivier visten.

    "Het is onmogelijk om het magische van vissen op de Selá te beschrijven", zei hij. “Het is een wonderbaarlijke mooie rivier. De vissen, net uit de zee, zijn sterke vechtersbazen en opvallend mooi.“

    Maar als de IJslandse zalm op dezelfde wijze verdwijnt als die in Noorwegen, Schotland en Ierland, dan kunnen de inkomsten voor de boeren die in de afgelegen delen van Noordoost-IJsland wonen, waar de vis momenteel goed gedijt, opdrogen.

    De sportvisserij die vist op een respectvolle manier – waarbij vis zorgvuldig terug in de rivier gezet wordt – levert hen een goed inkomen op.

    INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe, zelf een ervaren vliegvisser, werkt al jaren samen met Strengur Angling Club, die de beste kwaliteit vliegvissen ter wereld aanbiedt.

    Samen hopen ze dat via zalmvisserij van wereldklasse er meer inkomen is voor de club , zodat Strengur zijn eigen activiteiten kan uitbreiden – en meer instandhoudingswerk kan financieren.

    8 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x7689.jpg

    De nieuwe ‘keeper’ van OGC

    Opwinding op en naast het veld wanneer INEOS een van de oudste voetbalclubs van Frankrijk overneemt

    EEN van de oudste voetbalclubs in de Franse geschiedenis is nu in handen van INEOS. INEOS Football heeft OGC Nice overgenomen, een van de oprichters van de Franse voetbalcompetitie.

    "Het heeft alle eigenschappen die we zochten in een goede voetbalclub", zei CEO Bob Ratcliffe. “Goede spelers. Een goede ploeg. Echt enthousiasme. En als we de INEOS- waarden toepassen, komen we op de juiste plaats terecht.”

    Met vier titels als landskampioen op zijn naam heeft de club ook een rijke geschiedenis. Maar hun laatste bekerwinst dateert van 1997.

    INEOS zal proberen een deel van zijn typische structuur en vastberadenheid bij te brengen om van de club opnieuw een Europese kanshebber te maken.

    "We hebben veel clubs onderzocht op de manier waarop we naar bedrijven binnen INEOS kijken – voor waarde en potentieel – en Nice voldoet aan die criteria", zei INEOS- voorzitter Sir Jim Ratcliffe.

    Solange Claude, voorzitter van CDS 1947, de Nice-supportersclub, zei dat de stad zich sterk identificeert met haar voetbalclub en hoge verwachtingen had na de overname van INEOS.

    "We zijn hoopvol voor dit seizoen", zei ze. "Hoewel we niet zo goed begonnen zijn, weten we met de komst van INEOS, dat we alle obstakels zullen overwinnen en beetje bij beetje zullen winnen.”

    Jean-Pierre Rivere, voorzitter van OGC Nice, zei dat iedereen zich positief voelde.

    "Wat er nu in het stadion gebeurt, is iets ongelooflijks", zei assistent-trainer Frederic Gioria. "Ik had nooit gedacht dat INEOS op een dag eigenaar van onze club zou worden.”

    Succes is iets vertrouwds voor Patrick Vieira, die sinds vorig seizoen hoofdcoach is.

    Hij speelde voor Juventus, Inter Milan, Manchester City en Arsenal.

    “De komst van INEOS bij onze voetbalclub is een enorme stap vooruit. Niet alleen voor ons, maar ook voor de Franse competitie”, zei hij. “Het merk INEOS is zo bekend. Het zal ons ambitieuzer maken. We hebben mensen die ervaren en succesvol zijn in het bedrijfsleven.”

    OGC, opgericht in 1904, speelt momenteel in Ligue 1, het hoogste niveau van het Franse voetbal. Het stadion, de ultramoderne Allianz Riviera, biedt plaats aan 35.000 fans. Eerder dit jaar werden hier wedstrijden van de FIFA Wereldbeker Dames gespeeld.

    De beslissing om OGC Nice te kopen, volgt op de overname van Lausanne Sports Football Club in november 2017.

    "We hebben bij Lausanne enkele fouten gemaakt, maar we leren snel", zei Jim. "Die fouten zijn rechtgezet en we zien nu al de positieve resultaten.”

    Hij zei dat clubs zowel naast als op het veld succesvol moeten zijn. "Voor OGC Nice zal het niet anders zijn", zei hij. "We hebben een plan opgesteld en dat gaan we volgen.”

    Patrick Vieira

    Hoofdtrainer bij OGC Nice en beschouwd als een van de beste spelers van zijn generatie. Hij heeft grote onderscheidingen behaald voor zowel de club als het land.

    Arsenal:

    • 3 x Premier League
    • 3 x FA Cup
    • 3x FA Community Shield

    Inter Milan:

    • 4 x Siere A
    • 2 x Supercoppa Italiana

    Manchester City:

    • 1 x FA Cup

    Frankrijk:

    • 1 x FIFA Wereldbeker
    • 1 x UEFA Europees Kampioenschap
    • 1 x FIFA Confederations Cup

    5 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x76810.jpg

    Tour de France challenge

    Meer dan 1.300 INEOS-medewerkers van vestigingen over de hele wereld hebben 625.387 km gefietst – en verzamelden € 104.000 voor tal van goede doelen.

    Hun gezamenlijke fietsinspanning in de Tour de France Challenge van het bedrijf kwam overeen met meer dan 15 keer de wereld rond.

    Als erkenning voor hun inspanningen heeft INEOS € 2.000 geschonken aan de lokale liefdadigheidsinstelling die door elk van de 52 teams werd gekozen.

    Elk team werd uitgedaagd om elke etappe van de wereldberoemde Tour de France-race te voltooien – en opnieuw hebben ze dit gedaan door hun kilometers vóór, tijdens of na het werk te rijden.

    1. 625.387 km Afgelegd
    2. 15 x rond de aarde
    3. +1.300 mensen verdeeld over 52 teams
    4. € 2.000 geschonken per team

    2 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x76811.jpg

    Blijf Veilig

    INEOS beschouwt gezondheid en veiligheid als zijn hoogste prioriteit. Maar hoe houd je dit fris en interessant? INEOS O&P in de vs luisterde naar een man die de everest heeft beklommen.

    ELK jaar worden honderden mensen naar de ‘doodszone’ op de Mount Everest gelokt. Een handvol is bereid om te sterven. Anderen verliezen bereidwillig vingers en tenen door bevriezing, als dat het offer is dat ze moeten brengen om de hoogste berg ter wereld te veroveren.

    "Dat kan hun mate van succes zijn", zei Rhys Jones, die op zijn 20e verjaardag op de 8850 m hoge top van de Mount Everest stond. "Maar het is niet die van mij.”

    Vandaag leidt Rhys een bedrijf dat gespecialiseerd is in het begeleiden van mensen naar enkele van de meest onherbergzame plekken op aarde. Hij is bereid om risico's te nemen. Maar alleen berekende.

    En als iemand die met onvoorstelbare gevaren te maken heeft gehad, wijst hij bedrijven regelmatig op het belang van veiligheid, risico's en teamwerk.

    "Er zijn veel parallellen tussen wat er gebeurt in een bedrijf, zoals INEOS, en op een berg", zei hij. “Maar zij werken altijd op een gevaarlijke plek. Ik loop alleen gevaar in de bergen.”

    Rhys, nu 33, werd onlangs uitgenodigd als spreker op het jaarlijkse veiligheids evenement van INEOS O&P USA op de Chocolate Bayou-site in Texas.

    "Bij het plannen van het evenement, moedigen we iedereen aan om creatief na te denken over onze veiligheid boodschappen", zei Michael Brocato, milieukundig ingenieur. “Met een frisse aanpak hopen we onze medewerkers te inspireren en te motiveren om veilig te zijn. Het maakt niet uit of je op een INEOS-site werkt of op de top van de Everest staat, veiligheid is veiligheid.“

    Tijdens zijn gesprek met het Amerikaanse team onderzocht Rhys de houding ten opzichte van risico’s en hoe veiligheid altijd de hoogste prioriteit moet hebben.

    "Een succesvolle bergbeklimming expeditie is volgens mij altijd een waarbij niemand gewond raakt", zei hij. Maar voegde toe, om dat te kunnen verwezenlijken, moet iedereen in het team diezelfde visie delen. "Als team moet je je mate van succes bepalen", zei hij. "En de mijne, zoals bij INEOS, is nul verwondingen.“

    De INEOS-medewerkers kregen te horen hoe hij onlangs een Everest-expeditie had geleid.

    "Ons doel was om zo hoog mogelijk te komen zonder bevriezing of verwondingen", zei hij. "We waren bereid om terug te keren als dat nodig was en de helft van het team deed dat ook.”

    Een tweede expeditieteam, dat ook van plan was om die dag de Everest te beklimmen, had echter een andere visie. Onder hen was een chirurg, die zei dat hij bereid was om vingers en tenen door bevriezing te verliezen. Die groep haalde de top, maar twee derde van hen kreeg te maken met bevriezing en één klimmer verloor al zijn tenen.

    "De Everest kan intelligente mensen domme risico's laten nemen," zei Rhys.

    Tijdens een andere expeditie – naar Aconcagua, de hoogste berg in Zuid-Amerika – begonnen de ogen van een mede klimmer te bevriezen, omdat hij vergeten was zijn bril op te zetten zodra de zon opkwam. "Het was een vermijdbare blessure, maar het werd een groot probleem voor hem en het hele team", zei Rhys. "Een omstander had hem kunnen helpen door te zeggen dat hij zijn bril op moest zetten." Teamwerk, zei hij, is cruciaal.

    Bij INEOS is het van essentieel belang om voor anderen in het team te zorgen. Het is bekend als ‘Brother's Keeper’. Rhys, die leeft in een wereld van touwen, stijgijzers en ijsbijlen, zei dat er ook geen ruimte was voor zelfgenoegzaamheid.

    "Als je voor het eerst begint te klimmen, controleer je je harnas. Je controleert het nog eens en dan nog een keer", zei hij. "Maar, nadat je het 1000 keer hebt gedaan, is het gemakkelijk om zelfgenoegzaam te worden. Het geheim is om elke dag te behandelen als je eerste dag als het gaat om veiligheid.“

    Michael zei dat het team van INEOS O&P USA zich door de toespraak van Rhys geïnspireerd en gesterkt voelde.

    "We gebruiken vaak de boodschap dat onze definitie van een succesvol project er een is waarbij er in de eerste plaats geen verwondingen zijn en de bedrijfsdoelstellingen komen op de tweede plaats", zei hij. "Rhys was in staat om deze visie weer te geven.”

    Hij zei dat verschillende personeelsleden ook geïnspireerd werden toen ze hoorden dat INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe in 2006 Rhys had gesponsord om hem te helpen de jongste persoon ter wereld te worden die de zeven hoogste toppen op de zeven continenten van de wereld heeft beklommen.

    Rhys Jones

    Een Engelse bergbeklimmer die als jongste persoon de hoogste berg op elk van de zeven continenten van de aarde heeft beklommen. Hij bereikte de top van zijn laatste berg, de Mount Everest, op zijn 20e verjaardag in 2006. Samen met zijn zakenpartner leidt hij nu Monix Adventures, dat gespecialiseerd is in luxe avontuurlijke reizen.

    monixadventures.com

    5 minuten gelezen Nummer 18
  • ENGLISH-1366x76812.jpg

    Trash-4-Treats

    INEOS daagde leerlingen van 10 basisscholen in de West-Kaap uit om het meeste plastic, glas, blikjes en papier te verzamelen en kans te maken om ongeveer € 3.000 te winnen.

    "Het idee was om van wat als een karwei wordt gezien, een leuke gewoonte te maken", zei Caroline Hughes, woordvoerster van INEOS SA. "En ook om de kinderen te laten zien dat afval waarde heeft.”

    De scholen die waren gekozen om deel te nemen aan de Trash 4 Treats-wedstrijd, werden eerst ingelicht door een lokaal recyclagebedrijf, Waste Want, dat zou helpen bij het wegen en verzamelen van het afval.

    Voorafgaand aan de wedstrijd organiseerde INEOS op elke school een afval opruimdag. Aan elk kind werd een starterkit gegeven, zodat hij of zij wist wat wel en niet gerecycleerd kon worden. Elke leerling kreeg ook vier vuilniszakken met verschillende kleuren, zodat ze het afval konden sorteren.

    Na afloop van de wedstrijd hadden de 13.094 kinderen in slechts zeven weken 5.328 kg afval verzameld. Het totaal omvatte 1.110 kg plastiek.

    Maar voor Caroline en het team van INEOS was het grootste voordeel een mentaliteitsverandering.

    "Velen van hen wisten gewoon niet waarom afval een probleem was", zei Caroline. "Maar de hoop is dat de kinderen – gezien de financiële en ecologische voordelen - hun buurten netjes blijven houden.”

    De winnende school was Mitchells Heights Primary, die 1.519 kg recycleerbaar afval vergaarde. "Ik heb een groot verschil in onze leerlingen opgemerkt sinds we met Trash 4 Treats zijn begonnen", zei een leerkracht.

    “Ze zijn nu trots op hun schoolterrein en bekritiseren anderen die rommel maken. Het was geweldig om te zien hoe kinderen zich actief inzetten om voor hun omgeving te zorgen. We hebben een schoonmaak revolutie ontketend bij Mitchells."

    Alle scholen zijn echter van plan om hun relatie met het recyclagecentrum, dat voor het afval betaalt, voort te zetten.

    Caroline zei dat er vooral lokaal veel vraag was naar gerecycleerd plastiek. "Veel leraren en kinderen waren verbaasd over wat er gebeurt met plastiek flessen die gerecycleerd worden”, zei ze.

    Volgend jaar is INEOS van plan om Trash 4 Treats en zijn populaire mascotte Trashy naar meer scholen in Zuid-Afrika te brengen.

    Trashy

    Met een nieuwe mascotte om de kinderen te inspireren, ziet alles er wat positiever uit.

    1.519 kg

    De winnende school was Mitchells Heights Primary, die 1.519 kg recycleerbaar afval vergaarde.

    3,75 Zwarte neushoorns

    Na afloop van de wedstrijd hadden de 13.094 kinderen in slechts zeven weken 5.328 kg afval verzameld. Het totaal omvatte 1.110 kg plastiek. Dat is het gewicht van 3,75 zwarte neushoorns!

    Meld je voor meer informatie aan op: trashfortreats.webtestsite.co.za

    3 minuten gelezen Nummer 18
  • tdm-ENGLISH-1366x768.jpg

    Twee miljoen kinderen

    EEN INITIATIEF om kinderen fit voor het leven te maken, heeft sinds de lancering in 2012 een enorme sprong gemaakt. De Daily Mile heeft nu 10.000 scholen in 71 landen bereikt – en groeit nog steeds.

    "Kinderen zijn er dol op en daarom werkt het", zei de oprichtster van de Daily Mile, Elaine Wyllie, wiens passie voor de gezondheid en het welzijn van kinderen heeft bijgedragen aan de wereldwijde campagne.

    De 10.000e school sloot zich in oktober bij de beweging aan, waardoor het totale aantal kinderen dat nu elke dag gedurende 15 minuten rent of loopt, op meer dan twee miljoen uitkomt.

    De focus voor volgend jaar van de Daily Mile Foundation die door INEOS wordt gefinancierd, is het vergroten van het aantal deelnemende scholen in Amerika.

    "Op dit moment hebben we minstens één aangemelde school in de helft van de staten, met meer dan 100 scholen in het hele land", zei John Mayock, directeur van het Daily Mile-project.

    Bill Russell, lid van het stichtings team, werkt van uit het INEOS O&P-kantoor in Houston en leidt de Amerikaanse campagne. Zijn doel is om partners te vinden die willen helpen om het programma in het hele land te implementeren.

    "Een van die partners is het Sports Institute van de Universiteit van Washington in Seattle", zei John.

    De Daily Mile Foundation werkt ook samen met haar bovenmenselijke ambassadeur Eliud Kipchoge, die geschiedenis schreef in de straten van Wenen door een marathon te lopen in minder dan twee uur.

    De stichting hoopt dat hij het woord zal verspreiden naar Kenia, waar hij woont en traint.

    "Het zou ook geweldig zijn als zijn internationale gangmakers, van wie velen ook ambassadeurs zijn voor de Daily Mile, het meenemen naar hun thuisland", zei John.

    En met alle ogen die naar verwachting gericht zullen zijn op de America's Cup in Nieuw-Zeeland in 2021 – wanneer Groot-Brittannië hoopt voor de eerste keer in de geschiedenis van de wedstrijd de trofee te winnen met de financiële spierkracht van INEOS – zal de stichting manieren zoeken om voorafgaand aan de race scholen in Australië en Nieuw-Zeeland in te schrijven voor de Daily Mile.

    "Het wordt een bijzonder jaar", zei John. "We streven naar wereldheerschappij."

    3 minuten gelezen Nummer 18
  • grff-ENGLISH-1366x7682.jpg

    330.629 kinderen. 11 landen

    VIER nieuwe landen zullen GO Run For Fun-evenementen organiseren in 2020. Spanje, Denemarken, Zweden en Brazilië springen allemaal op de kar voor de INEOS-campagne, die door voorzitter Sir Jim Ratcliffe werd gelanceerd om kinderen aan te moedigen gezonder en actiever te zijn.

    Sinds 2013 hebben meer dan 330.629 kinderen uit 11 landen deelgenomen aan 439 evenementen.

    "We vieren elk kind dat meedoet, of ze nu de eerste, de laatste of ergens tussenin zijn", zei Amy Tayler, manager van het INEOS GO Run For Fun-project.

    Ze merkt op dat alle evenementen alleen mogelijk werden gemaakt, dankzij een leger van vrijwilligers die hebben geholpen bij de organisatie en uitvoering.

    Sir Jim, die heel gepassioneerd is over hardlopen, vindt dat het nog nooit zo belangrijk is geweest om kinderen te inspireren meer te bewegen en gezonder te eten.

    De Wereldgezondheidsorganisatie zei dat uit de laatste cijfers bleek dat 41 miljoen kinderen van 0 tot 5 jaar in 2016 in de categorie overgewicht of obesitas vielen.

    “Dat is een stijging van 32 miljoen wereldwijd t.o.v. 1991”, zei een woordvoerder.

    Volgend jaar worden ten minste zes nieuwe GO Run For Fun-evenementen georganiseerd op nieuwe locaties in de buurt van INEOS-sites.

    3 minuten gelezen Nummer 18
  • inovyn-ENGLISH-1366x7683.jpg

    Het uiterste doorbreken

    INEOS juicht innovatie toe – waar het ook vandaan komt. Om de drie jaar beloont INOVYN, eigendom van INEOS, degenen die de grenzen verleggen met vinyl, waarbij bedrijven, architecten, academici, onderzoeksorganisaties en studenten van over de hele wereld meedingen naar erkenning.

    Dit jaar werden een recordaantal van 93 projecten uit meer dan 19 landen ingediend voor de INOVYN Awards 2019, die in Düsseldorf werden gehouden op hetzelfde moment als de ‘K2019’, de toonaangevende internationale kunststoffenbeurs, die een hele reeks leiders uit de sector samenbrengt.

    De vier onafhankelijke juryleden waren op zoek naar uitmuntendheid op vier gebieden – duurzaamheid, ontwerp, proces en nieuw product. En ze werden niet teleurgesteld.

    "De projecten die dit jaar hebben gewonnen, vielen op als echte voorbeelden van innovatie met vinyl", zei Leanne Taylor, jurylid van de INOVYN Awards.

    AGPU, Bilcare Research & Perlen Packaging wonnen goud in het onderdeel duurzaamheid voor hun project om farmaceutische verpakkingen te recyclen.

    Coperion kwam als winnaar uit de bus voor het vinden van een proces om het stof tijdens het snijden van pvc-pellets aanzienlijk te verminderen.

    Het Instituto Brasiliero do PVC won goud voor het ontwerpen van lichtgewicht meubilair, zoals douchestoelen, rollators en tafels voor kinderen met neuromotorische beperkingen. En Eurocell verdiende goud voor het creëren van een zeer duurzaam gevelbekledingssysteem voor vastgoed aan de kust, dat vaak het zwaarst getroffen wordt door slechte weersomstandigheden. Het product is 100% recyclebaar en heeft weinig onderhoud nodig.

    "Al deze producten helpen om aanzienlijke voordelen te leveren", zei Leanne.

    Filipe Constant, bedrijfsleider van INOVYN, zei dat innovatie het levensbloed van de vinyl industrie is.

    "Ik wil graag iedereen die aan de wedstrijd heeft deelgenomen feliciteren voor het voortdurend verleggen van de grenzen van wat mogelijk is met vinyl", zei hij. "Het is dit soort innoveren, dat vinyl tot een van de meest veelzijdige producten in de moderne samenleving maakt."

    Meer informatie is te vinden op de speciale INOVYN Awards-website via www.inovynawards.com

    4 minuten gelezen Nummer 18
  • eliud-ENGLISH-1366x7685.jpg

    Mijn droom is om van deze wereld een lopende wereld te maken

    GELOOF IN ZICHZELF is wat Eliud Kipchoge drijft. Hij zegt dat daar zijn innerlijke kracht vandaan komt. "Als je gelooft dat je succesvol wilt zijn, dan kun je met je geest praten en zal je geest jou sturen om succesvol te zijn", zegt hij.

    Eliud was pas 16 toen hij aan zijn reis begon om de grootste marathonloper aller tijden te worden. Zijn coach Patrick Sang herinnert zich hem als een jonge jongen die hongerig was om te leren.

    "Ik kende zijn naam niet", zei hij. "Maar, hij bleef maar naar me toekomen en naar trainingsprogramma's vragen." Eliud is nu een begrip.

    Maar roem en fortuin zijn nooit de motivatie geweest. Hij wil gewoon zijn status gebruiken om anderen aan te moedigen om te lopen.

    “Mijn droom is om van deze wereld een lopende wereld te maken”, zei hij. “Een lopende wereld is een gezonde wereld. Een lopende wereld is een rijke wereld. Een lopende wereld is een vredige wereld. Een lopende wereld is een vreugdevolle wereld.”

    Door het schijnbaar onmogelijke te bereiken door een marathon in minder dan twee uur te lopen, wil hij de wereld laten zien dat geen enkele mens begrensd is. En dat met geloven in zichzelf alles mogelijk is.

    Vóór de INEOS 1:59 Challenge zei Eliud dat hij hoopte hiermee minstens drie miljard mensen te inspireren. Dat is de helft van de wereld. Degenen die het dichtst bij hem staan, hebben misschien stiekem gedacht dat hij een beetje te ambitieus was. Maar toen de laatste kijkcijfers van zijn historisch parcours in Wenen werden onthuld, was hij op weg om zijn doel te bereiken.

    Niet alleen dat, maar de uitdaging had ook een Keniaanse vrouw geïnspireerd om haar pasgeboren meisje INEOS te noemen.

    3 minuten gelezen Nummer 18
  • challenge-ENGLISH-1366x7686.jpg

    1:59 Employee Challenge

    In de aanloop naar de INEOS 1:59 Challenge in Wenen namen INEOS-medewerkers deel aan hun eigen 1:59-uitdaging. Teams van acht personen zouden gedurende acht dagen een gecombineerde afstand van minstens 42 km per dag afleggen. Hier zijn de resultaten van hun prestaties.

    2419 Marathons gelopen

    2,5x rond de aarde

    1.405 mensen verdeeld over 192 teams

    8 dagen

    142/192 teams volbrachten de INEOS 1:59-uitdaging

    Teams die:

    • +150 km liepen 92%
    • 250km liepen 89%
    • 350km liepen 86%
    • 500km liepen 63%

    Teams uit de top 10 (per afgelegde afstand):

    1. Lavera Double M – 1233km
    2. ALTAMIRA 1 – 1128km
    3. Lavera Reliability Team 917km
    4. ALTAMIRA 5 – 913km
    5. Trading & Shipping 1 – 868km
    6. INEOS Compounds 2 – 863km
    7. GAS/SPEC – 860km
    8. Rolle One – 846km
    9. ALTAMIRA 8 – 811km
    10. Köln u5 - 794km

    Winnaar van de Eliud Kipchoge 1:59 Challenge Inspiring Award Cindy Gutierrez - Altamira 1, Mexico

    Leden van de 2:50 Club

    1. Pieter Verhees (2:40) Antwerp
    2. Weston Caceres (2:45) Chocolate Bayou
    3. Matt Robinson (2:45) ITUK, Portsmouth
    4. Florian Zunino (2:48) Lavera
    5. Fabio Robbiati (2:50) Rolle

    Winnaar van de elevation mini challenge Sebastien Fontaine - Lavera 1.672km

    Uitdaging Statistieken

    • Runs 6.296
    • Mannen 953
    • Gemiddelde afstand 531km
    • Stappen 89.196.319
    • Vrouwen 452
    • Hoogtewinst 374.156m
    • Energie 7,252,151,578 KCAL Verbrand

    3 minuten gelezen Nummer 18
  • Fuel for thought.jpg

    Brandstof tot nadenken

    Het grote voordeel van waterstof is dat het enkel water produceert als het als brandstof wordt gebruikt. Hierdoor worden CO² en andere schadelijke emissies niet meer geproduceerd. Dit zorgt ervoor dat waterstofvoertuigen veel beter zijn voor de luchtkwaliteit in stedelijke gebieden.

    Ook de chemische industrie blijft niet aan de zijlijn staan bij de ontwikkeling van een waterstofeconomie en engageert zich heel sterk.

    “We moeten een enorme bijdrage leveren”, zegt Peter Williams, technologisch directeur van de INEOS Group. “Maar dat is niet van de ene op de andere dag mogelijk. Het gaat niet om het vervangen van een gloeilamp.”

    Momenteel produceert INEOS jaarlijks 250.000 ton waterstof. Het is een bijproduct van de chloor-,  kraakgas- en olieproductie om olefinen en polymeren te maken.

    Het waterstof wordt op een aantal manieren gebruikt: om  zwavel uit ruwe olie te verwijderen, als grondstof voor andere chemische processen of als brandstof in de fabrieken.

    INOVYN, een dochterbedrijf van INEOS, gebruikte vroeger het  grootste aandeel van haar waterstof om haar boilers te voeden.  

    het bedrijf bekijkt nu hoe waterstof algemener gebruikt kan worden om te helpen bij het elimineren van luchtvervuilende stoffen in dorpen en steden - en thuiscentrales en bedrijven.

    Momenteel wordt ongeveer 95% van het waterstof over de hele wereld van methaangas gemaakt.

    “Daarom hebben we bij INEOS vaak gesproken over methaan als overgangsbrandstof,” stelt Peter. “Naast het feit dat het een lager aandeel aan koolstof bevat en schoner is dan de steenkool en olie die het vervangt, vormt het ook de brug naar een waterstofeconomie tothernieuwbare energie wijder verspreid raakt.”

    Schaliegas kan op dezelfde wijze als bij andere aardgasvoorraden omgezet worden naar groene waterstof. De sleutel hiervoor is koolstofdat tijdens de processen wordt geproduceerd, opgevangen en ondergronds  opgeslagen.

    Het is ook een van de redenen waarom INEOS een binnenlandse gasbron uit schalierotsen wil ontwikkelen voor het VK.

    “Het grootste deel van het aardgas in het VK is, met behulp van de Europese pijplijn, afkomstig uit Noorwegen en Rusland of wordt geïmporteerd als vloeibaar aardgas, waaronder Amerikaans schaliegas,” zei Peter. Lokaal geproduceerd gas zou de energiezekerheid van Groot-Brittannië vergroten en een brug vormen naar de emissiedoelen die het VK zich tegen 2050 heeft gesteld.

    Zodra het geproduceerd is, kan de waterstof ondergronds worden opgeslagen, net zoals vandaag gebeurt met aardgas. 

    Decennialang gebruikte INOVYN zoutholtes in het Britse Sheshire om koolwaterstoffen op te slaan. Daarvoor ontving het onlangs overheidsfinanciering om verder te gaan met een haalbaarheidsstudie (Project Centurion) voor nieuwe waterstofgeneratie- en opslagopties, waaronder een potentieel plan voor de bouw van een stroom-naar-gas-opslagfaciliteit van 100 MW in Runcorn. 

     “Opslag is een cruciaal element voor het leveren van een haalbaar waterstofenergiesysteem in het VK,” stelt Dr. Frank Rourke, VK-landmanager bij INOVYN. “We hebben de kans om een cruciaal stuk van de nationale energie-infrastructuur te ontwikkelen tegen sterk verlaagde kosten in vergelijking met bovengrondse opslag. Er kunnen op maat gemaakte zoutholtes gecreëerd worden als onderdeel van onze groene economie.” 

    Richard Stevenson, manager voor opslagprojecten bij INOVYN, merkt op dat INOVYN zich in een ideale positie bevindt om de innovatie in de sector te bevorderen.

    “Sinds vele jaren wordt in het noordwesten van Engeland waterstof geproduceerd, aangevoerd en gebruikt”.

    INOVYN werkt nu nauw samen met de andere leden van the North West Hydrogen Alliance om dit mogelijk te maken. 

    “Waterstof kan een omslag teweegbrengen in het noordwesten en INOVYN is verheugd dat het met andere leden van het verbond kan samenwerken om hier schot in de zaak te brengen,” voegt hij eraan toe. 

    Project Centurion onderzoekt hoe energieopslag koolstofarme waterstof kan produceren voor warmte, het bijdragen aan energiezekerheid en het koolstofvrij maken van de industrie- en transportbrandstoffen.

    “INOVYN bevindt zich in de voorhoede van de waterstofinnovatie in de regio en de beschikbare kennis, expertise en invloed is een groot voordeel voor ons werk,” meent Professor Joseph Howe, voorzitter van the North West Hydrogen Alliance. 

    Als waterstof in grotere mate beschikbaar wordt, kan het ook een levensvatbare en duurzame, groene brandstof worden voor huizen en bedrijven. 

    In het VK zijn meer dan 20 miljoen huizen door gasnetwerken verbonden met elkaar. Deze leveren gas voor verwarming en koken.

    Dit nationale netwerk kan worden gebruikt om waterstof in huizen te leveren. 

    Peter is enthousiast over wat de toekomst in petto heeft, maar zegt dat tests en investeringen in infrastructuur dringend nodig zijn. 

    Het is niet dat het onmogelijk is. Het op een economische manier doen, daar gaat het om. Als dat niet kan, is het niet duurzaam. Als dat wel kan, is het een doorbraak. 

    De nieuwe 4 x 4 van INEOS – of  tenminste een van de modellen – kan met waterstof worden aangedreven.

    Het team achter Projekt Grenadier heeft een Britse overheidssubsidie van £ 124,000 gekregen om het gebruik van waterstof-brandstofcellen te evalueren, die net als batterijen elektriciteit opwekken om de motor aan te drijven.

    Meer en meer waterstofvoertuigen worden over de hele wereld uitgerold

    1. Brandstofcelbus met nulemissie, Verenigd Koninkrijk
    2. Alstom waterstoftrein, Thüringen
    3. Waterstofpomp voor auto’s, Los Angeles
    4. De vrachtwagen van Toyota Motor Corp. aangedreven met een waterstof-brandstofcel
    5. De Linde H2-fiets aangedreven met waterstof
    6. Met waterstof aangedreven vorklift

    5 minuten gelezen Nummer 16
  • Hydrogen sites-1366x768-01.jpg

    Hoe werken voertuigen op waterstof-brandstofcellen?

    Net zoals een interne verbrandingsmotor wekken ze vermogen op door brandstof uit een tank te verbruiken (de brandstof is echter waterstofgas onder druk in plaats van benzine of diesel). Maar in tegenstelling tot een motor verbrandt een brandstofcel de waterstof niet. In plaats daarvan wordt het chemisch gefuseerd met zuurstof uit de lucht om water te maken. Tijdens dit proces, dat lijkt op wat er gebeurt in een batterij, wordt elektriciteit vrijgegeven en gebruikt om een elektrische motor (of motoren) van stroom te voorzien. Deze kan/kunnen op hun buurt een voertuig aandrijven. Het enige afvalproduct is water - en dat is zo zuiver dat je het kan drinken!

    Beschouw brandstofcellen als batterijen die nooit leeglopen. In plaats van de chemicaliën binnenin langzaam uit te putten (zoals bij normale batterijen), draaien brandstofcellen op een stabiele stroom van waterstof en blijven ze elektriciteit maken zolang er brandstof in de tank zit.

    1 minuut gelezen Nummer 16
  • inch-16-egan-bernal.jpg

    Egan Bernal wint de Ronde van Frankrijk

    Gedurende de drie weken zette het volledige team van renners en medewerkers schitterende prestaties neer. Geraint Thomas, de winnaar van 2018, vergezelde de jonge Bernal als tweede op het podium. Een opmerkelijke dubbelslag waarbij de twee elkaar omhelsden toen ze over de finishlijn in Parijs reden.

    De erelijst van het team in de Ronde van Frankrijk, met een opmerkelijke zeven eindzeges in de ronde, 17 etappeoverwinningen en 91 gele truien, oogt nu nog mooier door de zege van Bernal .

    De man van het moment was zichtbaar overmand door emoties aan het einde van de laatste etappe en verklaarde: "Wauw. Het is ongelooflijk. Het lijkt niet echt. Ik heb de Ronde van Frankrijk gewonnen, maar heb moeite om het te begrijpen.Ik heb mijn familie gezien na de finish en we hebben samen gevierd. Het is gewoon een ongelooflijk gevoel.”

    In wat pas zijn tweede jaar is op World Tour-niveau, is de overwinning van Bernal het hoogtepunt van een opmerkelijke 18 maanden voor de 22-jarige Colombiaan, die pas bij de start van het seizoen 2018 bij het team kwam.

    Mede door de winst in Parijs-Nice en de Ronde van Zwitserland dit jaar bezorgt deze zege hem de status van superster, zowel in de sport als in zijn thuisland Colombia.

    De zegevierende algemeen manager Sir Dave Brailsford voegde hieraan toe: “De eerste Colombiaanse winnaar van de Ronde van Frankrijk kunnen afleveren is iets heel speciaals - ik ben heel trots.

    We hadden twee leiders, dat is vaak in vraag gesteld. Het heeft echter perfect gewerkt en beter dan de eerste en tweede plaats is onmogelijk.

    Het is een voorrecht om met al deze mensen te werken - fantastische renners, fantastische medewerkers, fantastische nieuwe eigenaars.”

    Een Ronde met talloze onverwachte wendingen en eindeloos drama, die de wedstrijd sinds lang niet meer heeft gekend - maar aan het einde van een van de meest onvoorspelbare wedstrijden in jaren, wisten Bernal en het Team INEOS de zege te pakken.  Een eerste Grote Ronde-succes onder het eigendom van INEOS.

    Chapeau Team INEOS!

     

    Naam: Egan Bernal

    Geboortedatum:13 januari 1997 (leeftijd: 22 jaar)

    Geboorteplaats: Zipaquira, Colombia

    Renner bij Team INEOS: 2018

    2018 Zeges: Ronde van Californië, Ronde van Colombia

    2019 Zeges: Parijs-Nice, Ronde van Zwitserland, Ronde van Frankrijk

    4 minuten gelezen Nummer 16
  • HFW-INEOS.jpg

    Oorlog tegen plastic afval

    Bij de laatste aanval – die door miljoenen op tv werd bekeken in het VK – vroeg Hugh Fearnley-Wittingstall zich af of bedrijven zoals INEOS minder plastic moeten maken. Niet meer.

    “Hoe meer plastic deze industrie produceert, met hoe meer plastic we opgescheept zullen zitten, of we het nu willen of niet,” vertelde hij aan de kijkers.

    Maar de belangrijkste focus van de driedelige BBC-reeks War on Plastic lag op plastic wegwerpverpakkingen.

    “Het fundamentele uitgangspunt was dat plastic kwaadaardig is,” zei Tom Crotty, communicatiedirecteur bij INEOS. “Maar de voordelen voor het verminderen van voedselverspilling, omdat het voedsel langer vers blijft, werden niet erkend.”

     Nog verontrustender voor INEOS was dat het belang van plastic voor ons dagelijkse leven overschaduwd werd. Kijkers kregen het gevoel dat alle soorten plastic slecht zijn.

    “De groeiende vraag naar plastic in de wereld komt niet van verpakkingen,” zei Tom. Plastic wordt gevraagd door autobouwers, de bouwsector, de ingenieurs- en farmaceutische industrie en ziekenhuizen.

    Lichtgewicht plastic onderdelen in auto’s en vliegtuigen zorgen voor een lager brandstofverbruik, wat een vermindering van schadelijke emissies tot gevolg heeft.

    Isolatie maakt moderne gebouwen veel energie-efficiënter.

    Hartstents, katheters, injectienaalden, bloedzakken, protheses, medicijnhulzen, MRI-machines, incubatoren, dialysemachines, steriele farmaceutische verpakkingen en operatiezalen zijn allemaal van plastic gemaakt.

    En plastic leidingen, die eenvoudiger en goedkoper te installeren zijn, worden in sommige van de armste delen van de wereld gebruikt om voor het eerst zoet water naar de dorpsbewoners te brengen.

    “80% van ons plastic gaat naar dit soort toepassingen en niet naar verpakkingen,” zei Tom. “Dat is de motor van onze groei. Het gaat om veel meer dan alleen lepeltjes en rietjes.”

    Tijdens het programma van een uur stelde Hugh INEOS’ beslissing om schaliegas van de VS naar Schotland te verschepen, om zo meer plastic te maken, in vraag.

    Maar Tom verduidelijkt dat de productiebasis van China en het Midden-Oosten naar de VS is verschoven, omdat Amerika simpelweg concurrerender was geworden dankzij de enorme reserves aan goedkoop schaliegas.

    “Groei ontstaat niet door meer plastic te maken,” stelt hij. “Het komt van de vraag naar plastic door consumenten. Ik zou een fabriek kunnen bouwen om een miljard typemachines te maken, maar niemand zou ze kopen.”

    INEOS, dat jaarlijks miljarden doorzichtige plastic pellets maakt voor andere industrieën, heeft de filmcrew van de BBC vrije toegang gegeven tot de site in Grangemouth.

    Tijdens het filmen zei Tom dat 100% van de INEOS-polymeren gerecycled kunnen worden, maar momenteel wordt slechts ongeveer 14% van het plastic gerecycled. “Veel belandt op stortplaatsen, maar we vinden dit een verspilling,” zei hij. “We willen gerecycled plastic afval als grondstof gebruiken, omdat plastic steeds opnieuw moet worden gebruikt. En dan, aan het einde van zijn levensduur, kunnen we de nuttige energie die het bevat terugwinnen door het te verbranden.”

    INEOS werkt momenteel aan het chemisch recycleren van plastic. Een nieuw, baanbrekend, niet-mechanisch proces zou plastic terugbrengen naar zijn moleculaire basisniveau, zodat het als grondstof terug in het plasticproces kan worden ingevoerd.

    “Deze heilige graal van plasticrecycling wordt snel een realiteit en betekent dat we onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen kunnen verlagen om onze producten te maken,” zei hij.

    INEOS heeft overeenkomsten voor gezamenlijke ontwikkeling ondertekend met Pyrowave, Agylix en GreenMantra. Door gebruik te maken van hun gepatenteerde technologie en de productie-infrastructuur van INEOS, kan plastic afval opnieuw omgevormd worden tot chemische monomeer-bouwstenen.

    “Deze bouwstenen vervangen een deel van de onontgonnen grondstof in ons polymerisatieproces,” licht Tom toe.

    Op de begane grond heeft INEOS er zijn missie van gemaakt om geen enkele pellet verloren te laten gaan. Hierbij wordt er niet enkel gefocust op de eigen fabrieken, maar ook vervoerders en klanten. Dit kadert in Operation Cleansweep, het wereldwijde initiatief van de plasticindustrie om zorgvuldig om te springen met plastic pellets, zodat ze niet in de zee terechtkomen.

    Plastic Fantastic!

    Ontdek meer over plastic in de podcast van Mark op de BBC-website

    5 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-zero-pellet-loss-1-min.jpg

    Geen pellet gaat verloren

    Een vrijwillig initiatief om te voorkomen dat kleine plastic pellets verloren gaan in het milieu, werkt. INEOS zegt dat Operation Cleansweep een enorm verschil heeft gemaakt voor de manier waarop de sites in Antwerpen, Rønningen, Grangemouth en andere sites over de hele wereld worden geleid.

    En het bedrijf zegt dat zijn succes in grote mate te danken is aan intensieve training, het delen van optimale praktijken, een gedragsverandering doorheen de hele toeleveringsketen en aanzienlijke investeringen, met inbegrip van een nieuw ontwerp voor de stortkokers van polymeren.

    Het biedt hen ook een kader waarbinnen ze hun eigen prestaties kunnen beoordelen.

    Vandaag wordt zelfs een verloren pellet op een van de sites van INEOS als onaanvaardbaar beschouwd.

    “We zijn allemaal heel trots op wat we hier doen,” zei Inge Nilsen, productie-/procesingenieur bij INEOS Bamble, de polyolefineproductie-eenheid in de Rønningen Industrial area, nabij Rafnes in Noorwegen.

    INEOS maakt de kleine, doorzichtige pellets voordat ze in een complexe toeleveringsketen terechtkomen naar andere producenten die ze op hun beurt smelten, in mallen gieten en omzetten in allerlei soorten plastic producten.

    In het verleden gingen deze pellets wel ergens in de complexe toeleveringsketen verloren. Maar de tijden zijn veranderd.

    Op de INEOS-site in Noorwegen wordt verspilling geregistreerd om later te worden opgelost. “Verspilling wordt nu onmiddellijk aangepakt,” zei Inge.

    In Rønningen zijn dubbele schermen geplaatst aan elke goot om te voorkomen dat de doorzichtige pellets in de ondergrondse afvoeren worden gespoeld.

    Bovendien werd een speciale operator aangenomen om met een straatveger rond te rijden in de gebieden die het meeste risico lopen.

    Tobias Hannemann, CEO O&P UK, zei dat er wijzigingen zijn doorgevoerd in Grangemouth om het verlies van pellets te verminderen – zelfs vóór de site zich inschreef voor Operation Cleansweep. “We hebben een aantal maatregelen getroffen, waaronder rammelstroken en luchtblazers om achtergebleven pellets uit vrachtwagens en de pelletwaterafscheiders in de fabriek te verwijderen,” zei hij. Met Operation Cleansweep werden er echter nog meer maatregelen getroffen.

    Meer dan 200 gaaszeven werden in de afvoeren geïnstalleerd en extra reinigingsstations werden gecreëerd, zodat het personeel zich nooit meer dan 10 meter van de installatie bevindt.

    Ze werken ook met specialisten voor het herontwerpen van de stortkokers voor polymeren om het risico te verlagen dat pellets verloren gaan bij het vullen van de tankers.

    Bovendien is het aantal dagelijkse controles van het afvalwater van de polymeerfabrieken verhoogd en zijn er “OCS-kampioenen” in elke shift.

    “Als buurtbewoner en werknemer besef ik heel goed hoe belangrijk het is om onze impact op de lokale omgeving te minimaliseren,” zei OCS-kampioen Gemma Taylor. Maar Grangemouth wil niet enkel zijn eigen site op orde houden.

    “Dat is het minste wat we kunnen doen,” zei Peter Malley, Supply Chain Project Manager in Grangemouth.

    De Schotse site werkt ook met iedereen die betrokken is bij de toeleveringsketen om hen aan te moedigen zich in te schrijven voor Operation Cleansweep.

    “Het systeem van de toeleveringsketen is extreem complex en pellets worden door vele bedrijven behandeld,” zei Stuart Keillor, Supply Chain Manager.

    “We hebben het bewustzijn van de principes van OCS in de hele toeleveringsketen vergroot. Terwijl sommige van onze vervoerders vroeger een vrijblijvende aanpak tegenover OCS hebben aangenomen, hebben we ze nu verplicht om de principes in hun activiteiten te integreren.”

    Vrachtwagens worden nu gecontroleerd en chauffeurs zijn verantwoordelijk voor de netheid van hun voertuigen voordat ze de site verlaten.

    “INEOS is een leider in verandering voor Operation Cleansweep,” zei Chris Seagriff, Regional Operations Manager voor Haulier XPO Logistics. “Ze hebben duidelijk de principes overgenomen, naast degenen die al van kracht waren om hun activiteiten verder te verbeteren en het risico dat pellets buiten de toeleveringsketen terechtkomen, aanzienlijk te verminderen.

    Grangemouth heeft ook samengewerkt met milieugroeperingen zoals Fidra.

    “Plastic pellets op stranden zijn een volledig vermijdbare bron van vervuiling,” zei Madeleine Berg, projectmanager bij Fidra. “Als industrieleider heeft INEOS niet enkel de mogelijkheid, maar ook een plicht om voorop te gaan om dit vervuilingsprobleem praktisch op te lossen.”

    Aan de andere kant van het Kanaal is het personeel van de INEOS-site in Antwerpen ook vastberaden om hierbij te helpen als onderdeel van hun engagement voor Operation Cleansweep.

    INEOS Styrolution heeft zwaar geïnvesteerd in training en het verbeteren van installaties op de site om te garanderen dat pellets uiteindelijk niet in de oceaan terechtkomen, waar ze door vissen met voedsel verward kunnen worden.

    Het volgt ook het voorbeeld van Grangemouth en betrekt de volledige toeleveringsketen.

    “Als we allemaal betrokken kunnen raken, kunnen we echt een verschil maken,” zei de sitedirecteur Toon Van Melckebeke.

    INEOS Bamble, Rønningen, Noorwegen

    ACTIES

    • Alle operatoren en werknemers die pellets behandelen, zijn getraind.
    • Verspillingen worden onmiddellijk opgelost, niet enkel geregistreerd.
    • Dubbele schermen zijn geïnstalleerd bij goten om te voorkomen dat pellets verdwijnen in de ondergrondse afvoeren.
    • Speciale operatoren werden aangeworven om met een straatveger te rijden om te voorkomen dat pellets in het milieu terechtkomen.

    INEOS Styrolution, Antwerpen, België

    ACTIES

    • Mandfilters en verzamelbassins zijn geïnstalleerd om te garanderen dat pellets de site niet verlaten.
    • Personeel is zich nu meer bewust van de noodzaak om de site schoon te houden.
    • De site maakt deel uit van de ‘Zero Pellet Taskforce’ georganiseerd door de Haven van Antwerpen en personeel neemt regelmatig deel aan opruimevenementen.

    INEOS, Grangemouth, Schotland

    ACTIES

    • Meer dan 200 fijne gaaszeven geïnstalleerd in de afvoeren.
    • Extra reinigingsstations geïnstalleerd.
    • Specifieke, gespecialiseerde training voor alle personeelsleden.
    • Stortkokers worden ook opnieuw ontworpen.

    5 minuten gelezen Nummer 16
  • INEOS Signs agreements.jpg

    INEOS tekent overeenkomsten met drie bedrijven die de visie over een duurzame wereld delen

    Twee van deze bedrijven, Agilyx en Pyrowave, maken gebruik van depolymerisatietechnologie om polystyreenafval opnieuw om te zetten naar zijn oorspronkelijke styreenmonomeer-bouwstenen.

    “Dat is een waardevolle grondstof voor INEOS Styrolution,” vindt Cassie Bradley, Sustainability and Circular Economy Manager, Noord-Amerika. “We kunnen onze bestaande infrastructuur gebruiken om gerecycled styreen terug om te zetten in polymeer met eigenschappen die identiek zijn aan het primaire materiaal.”

    De laatste overeenkomst is met een gespecialiseerd chemisch bedrijf dat heeft ontdekt hoe polystyreenafval omgezet kan worden in hoogwaardige, synthetische polymeren en additieven.

    Via dat proces wint GreenMantra® Technologies Ltd ook styreenmonomeer terug, de bouwstenen die door INEOS Styrolution worden gebruikt.

    “Mensen zeiden dat het niet mogelijk was, maar het wordt gedaan,” weet Mohammed Abboud, productmanager bij INEOS Styrolution.

     Hij zei dat het partnerschap met de drie bedrijven belangrijk was, omdat het betekent dat INEOS Styrolution een waardevol, vernieuwbaar traject voor polystyreenafval kon creëren door gebruik te maken van gerecycled materiaal om zijn producten te maken.

    “Door dat te doen komen we almaar dichter bij een circulaire economie waar plastic hergebruikt wordt in plaats van op stortplaatsen terecht te komen,” zegt hij.

    Deze bedrijven hebben een grote invloed. De partners van INEOS hebben de technologische expertise; INEOS Styrolution heeft de knowhow in productie.

    Samen hebben ze het doel om het polystyreen dat naar stortplaatsen wordt gestuurd, te recycleren en de maatschappij te tonen dat het te waardevol is om gewoon weg te gooien.

    Maar eerst moet INEOS Styrolution ervoor zorgen dat het monomeer dat door elke partner wordt geproduceerd, zuiver genoeg is om te voldoen aan de strikte specificaties om de primaire grondstof te vervangen.

    Zodra dit het geval is, wordt de nieuwe grondstof in de polystyreenproductiefaciliteiten van INEOS Styrolution ingevoerd naast conventioneel geproduceerd primair monomeer.

    “Het is een plezier om samen te werken met bedrijven die ons engagement om een circulaire economie te creëren delen,” vertelt Ricardo Cuetos, VP Standard Products, INEOS Styrolution America LLC.

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • INEOS is investing in a new research facility.jpg

    INEOS investeert in een nieuw onderzoekscentrum voor de ontwikkeling van de volgende generatie herbruikbare plastics

    Het bouwt een nieuwe onderzoeksfaciliteit in Italië om de volgende generatie herbruikbare plastics te ontwikkelen op zijn site in Rossignano.

    Het is van plan zich te richten op de ontwikkeling van polypropyleen dat kan worden gebruikt in elektrische auto’s en geavanceerde verpakkingen.

    “Beiden willen meer hoogwaardige, lichtgewicht onderdelen die eenvoudig te recycleren zijn,” zegt Andrea Vittone, directeur en sitemanager bij INEOS Manufacturing Italia.

    Polypropyleen is eenvoudig opnieuw te gebruiken en te recycleren en is ideaal voor langdurige, duurzame toepassingen zoals autobumpers.

    Het is hard, flexibel, reageert niet met water en detergenten en kan gemakkelijk worden gesorteerd door recyclingbedrijven.

    Eenmaal gerecycled, kan INEOS het mengen met een nieuw materiaal zodat het een tweede leven als iets nieuws kan krijgen.

    Vandaag zijn veel verpakkingen gemaakt van een mengsel van verschillende soorten plastic die moeilijk te scheiden en hergebruiken zijn.

    “Iedereen is zich bewust van de problemen van plastic, maar nu moeten we aan de oplossingen werken,“ stelt Andrea.

    INEOS is vastberaden om nieuwe polymeerproducten te ontwikkelen die waarde toevoegen en ons dichter bij een circulaire economie brengen.

    “Niemand van ons kan zonder plastic leven,” voegt Andrea eraan toe. “Maar we beseffen dat we waarde moeten toevoegen aan plastic afval en het niet mogen weggooien.”

    2 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-altered-carbon-min.jpg

    Gewijzigde koolstof

    Tot nu toe werd door de Britse deelnemers aan The America’s Cup 1000 kg “afval” gebruikt in het bouwproces van de AC75-boot die in 2021 zal deelnemen in Auckland. “Het hergebruik van koolstofvezel is een echte doorbraak,” weet Alan Boot, nautisch architect voor het INEOS Team UK. “We leiden afval weg van stortplaatsen en sluiten waar mogelijk  de kringloop in onze productiemethoden.”

    Een aantal jaar geleden kon koolstofvezel, die eerder werd gebruikt, niet worden gerecycled. ELG Carbon Fibre heeft echter de technische barrières overwonnen en een methode ontwikkeld om gebruikte composieten te recycleren zodat ze niet bij het afval belanden. “Hun producten hebben zich naadloos in onze productieprocessen ingepast, wat aantoont hoe succesvol deze materialen kunnen zijn in een aantal commerciële markten,” zegt Alan. “Dit is echt een opwindende tijd voor de bootproductie en hopelijk volgen andere producenten snel.”

    ELG werkt sinds vorig jaar - toen de campagne om de meest begeerde zeiltrofee te winnen begon - samen met het INEOS Team UK. “We zien dit partnerschap allebei als een cruciale stap in het aanpakken van de wereldwijde koolstofconsumptie en het vergroten van het bewustzijn van de dringende noodzaak om naar een gesloten recyclingcircuit te gaan in de maritieme industrie,” zei Alan.

    ELG, een marktleider in gerecyclede koolstofvezelmaterialen, recyclet de teruggewonnen vezels voor het INEOS Team UK in zijn gespecialiseerde fabriek in de West Midlands. Daar worden deze vezels omgevormd tot gemalen en gehakte producten om thermohardende en thermoplastische samenstellingen en niet-geweven matten te maken.

    Hoewel precieze details over het INEOS-bootontwerp een goed bewaard geheim blijven, zegt ELG dat zijn gerecyclede, niet-geweven materialen zijn gebruikt om twee sledes te produceren, ter ondersteuning van de AC75 tijdens het transport, en voor de romp- en dekmallen.

    “Dit is een perfect partnerschap,” zei Frazer Barnes, algemeen directeur van ELG Carbon Fibre. “Onze producten helpen de cruciale boodschap van duurzaamheid in de topsport te ondersteunen en we zijn trots hiermee geassocieerd te worden.”

    Ondertussen zal de AC75-boot 1 van het INEOS Team UK later dit jaar worden gelanceerd.

    ELG Carbon Fibre

     

    “Onze producten helpen de cruciale boodschap van duurzaamheid in de topsport te ondersteunen en we zijn trots hiermee geassocieerd te worden.” Frazer Barnes, algemeen directeu

    Voor meer details over ELG ga naar de website www.elgcf.com

    T5

    In augustus 2018 lanceerde het INEOS TEAM UK zijn testboot, bekend als T5, en de Britse uitdager voor de 36e America’s Cup. Het was het eerste team dat een kleinschalige enkelromps-AC75-foiling zeilboot

    AC75

    Ineos-Still06-gs.jpg

    Bemanning:11 + gast

    Mastlengte: 26,50 m (87 ft)

    LOA: 22,86 m (75 ft)

    Giek: 5,00 m (16 ft)

    LOH: 20,70 m (68 ft)

    4 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-the-kingdom-min.jpg

    Welkom in het Koninkrijk

    Een nieuwe fabriek voor 425.000 ton acrylonitril - de eerste in zijn soort in het Midden-Oosten - zal gebruik maken van de vooraanstaande technologie van INEOS.

    “De wereldwijde vraag naar acrylonitril blijft groeien boven het BBP om te voldoen aan de vraag naar lichtere, sterkere, energie-efficiënte materialen zoals ABS, composieten en koolstofvezel, “ stelt Paul Overment, CEO INEOS Nitriles.

    INEOS is ook van plan een LinearAlphaOlefin (LAO)-fabriek voor 400.000 ton en een bijbehorende faciliteit voor PolyAlphaOlefin (PAO) van wereldniveau te bouwen.

    “We zijn een van de vooraanstaande marktleveranciers voor LAO en PAO in de wereld,” weet Joe Walton, CEO INEOS Oligomers. “De grootte en locatie van deze nieuwe fabrieken versterkt ons engagement om de groter wordende vereisten van onze klanten wereldwijd na te komen.”

    De drie fabrieken zullen de belangrijkste bouwstenen voor koolstofvezel, technische polymeren en synthetische smeermiddelen gaan produceren, die doorslaggevend zullen zijn voor de economische groei in de regio. Naar verwachting zullen ze in 2025 starten met produceren.

    De beslissing om te investeren in het Midden-Oosten volgt op recente investeringen in Antwerpen, het Verenigd Koninkrijk, China en Amerika.

    Zodra het gebouwd is, zal het petrochemisch complex Jubail 2 meer dan 4 miljard dollar downstream-derivaten en speciale chemische eenheden leveren.

    “De timing is goed voor ons om deze belangrijke overeenkomst in Saudi-Arabië met Saudi Aramco en Total aan te gaan,” zei Jim. “We brengen geavanceerde downstream-technologie die waarde zal toevoegen en meer banen zal creëren in het koninkrijk.”

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-vlec-min.jpg

    VLEC - Very Large Ethane Carrier

    Voor INEOS, dat de deal afsloot met SP Chemicals, is het de start van een historisch project om te doen wat het de Singaporese onderneming in november 2017 heeft beloofd.

    “Dit is nog een wereldprimeur,” zegt David Thompson, CEO van INEOS Trading & Shipping. “We zijn nu leider in het verschepen van ethaan over de hele wereld om te voldoen aan de behoeften van een groeiende chemische sector.”

    INEOS startte in 2015 met het verschepen van het Amerikaanse, concurrerend geprijsde ethaan naar Europa na het creëren van een zogenaamde virtuele pijplijn over de Atlantische Oceaan. Die baanbrekende beslissing redde de petrochemische fabriek in Grangemouth, Schotland van sluiting.

    Vandaag transporteren acht “drakenschepen” regelmatig ethaan naar INEOS-fabrieken in het VK en Noorwegen.

    De deal met SP Chemicals vereiste de bouw van een nog groter schip, bekend als VLEC (Very Large Ethane Carrier).

    “Het heeft ongeveer drie keer de laadcapaciteit van onze drakenschepen,” zei David.

     Op 7 mei werd het schip officieel door Aimee Ratcliffe gedoopt op de productterminal van het bedrijf in Morgon’s Point in Houston.

    Het wordt beheerd door Jaccar/Evergas en is de eerste VLEC in de bedrijfsvloot van gasschepen.

    SP Chemicals, dat al styreen- en VCM-fabrieken heeft, neemt momenteel een nieuwe gaskraker in gebruik die jaarlijks meer dan 650.000 ton ethyleen kan maken uit het geïmporteerde ethaan.

    “Dit is een belangrijke mijlpaal voor SP Chemicals om zelfvoorzienend te worden voor zijn ethyleenbehoeften,” weet CEO Chan Hian Siang.

    Producenten gebruiken ethyleen om alles te maken van kledij tot mobiele telefoons.

    INEOS maakt zich geen zorgen dat het zijn eigen concurrentiële voordeel in de wereld ondermijnt door goedkope grondstoffen aan China te leveren.

    “Er zijn nog verschillende andere gaskrakerprojecten gepland in China en het is opwindend dat INEOS het eerste bedrijf is dat ethaan naar China exporteert,” concludeert David.

    JS INEOS Marlin: werelds eerste type-C 85k VLEC

    85.000m3: capaciteit vloeibaar gas

    232 meter: lengte van het vaartuig

    -104 °C: -104 graden Celsius is de benodigde temperatuur om ethaan in een vloeibare toestand te houden

    3x: het heeft ongeveer drie keer de laadcapaciteit van onze INEOS-drakenschepen

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • 1366x768.jpg

    Supermensen

    Het mag dus geen verrassing zijn dat deze lijn wordt doorgetrokken naar geestverwanten met pit, vastberadenheid en de duidelijke focus waarmee INEOS het hele bedrijf tracht te inspireren.

    Door de jaren heen heeft INEOS miljoenen euro’s en dollars gedoneerd om, vooral bij jongeren, een gezonde interesse in sport, te helpen ontwikkelen. Rugby, voetbal, ijshockey, hardlopen: geen enkele sport wordt over het hoofd gezien.  Vrijwel elk land in de buurt van onze sites is hierbij de revue gepasseerd. 

    “INEOS heeft een revolutie ontketend bij onze club,” vertelt Sacha Weibel, Chief Executive Officer van Lausanne Hockey Club, aan INCH magazine.

    Recenter heeft INEOS echter zijn aandacht gericht naar topsporters. Zij die ondanks dat ze uitblinken in wat ze doen, nog steeds de honger, het verlangen en het geloof hebben dat alles mogelijk is.

    “Niemand hoeft INEOS ooit te zeggen dat het onmogelijk is,” stelt John Mayock.

    INEOS steunt nu de poging van Groot-Brittannië om voor het eerst in zijn 168-jarige geschiedenis de meest begeerde zeiltrofee te winnen.

    Via de INEOS 1:59-uitdaging biedt het bedrijf ondersteuning aan Eliud Kipchoge op zijn weg om de eerste persoon ooit te worden die een marathon in minder dan twee uur loopt..

    En het is ook de trotse eigenaar van Lausanne-Sport, een van de bekendste voetbalclubs in Zwitserland.

    Voorzitter en stichter van INEOS, Sir Jim Ratcliffe is uiteraard een groot sportfanaat. Hij loopt marathons, fietst en is zowel naar de Noord- als de Zuidpool getrokken. Hij begrijpt wat mannen en vrouwen drijft om de grenzen te verleggen van wat menselijk mogelijk wordt geacht. Hij begrijpt welke opofferingen gemaakt moeten worden om een winnaar te zijn, zoals Team INEOS-renner Egan Bernal - de 22-jarige Colombiaan die dit jaar de Ronde van Frankrijk won.

    2 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-159-challenge-min.jpg

    #No human is limited

    Op 6 mei 1954 presteerde Roger Bannister wat veel mensen dachten nagenoeg onmogelijk te zijn. De toen 25-jarige voltijdse student geneeskunde liep als eerste de mijl in minder dan vier minuten op het Iffley-wegparcours in Oxford in het VK.

    Het blijft een van de meest iconische gebeurtenissen in de sportgeschiedenis. Later dit jaar is Eliud Kipchoge aan de beurt.

    De grootste marathonloper aller tijden zal proberen om 42 km en 195 m in minder dan twee uur te lopen. Opnieuw denken velen dat dit onmogelijk is.

    Maar INEOS niet. En Eliud ook niet. Beide geloven dat het kan. En in oktober wordt het grote podium opgesteld als onderdeel van de INEOS 1:59-uitdaging.

    “Eluid heeft een grote rol te spelen,” verklaart INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe. “Wij kunnen het enkel makkelijker maken. Maar hoe goed we de details ook laten kloppen, het is nog steeds een bovenmenselijke prestatie.”

    Eliud schreef ei zo na geschiedenis bij zijn eerste poging toen hij in mei 2017 afklokte op 2:00:25 tijdens een speciaal gecreëerd evenement in Monza, Italië.

    “Dat was het meest trotse moment in mijn carrière,” zei hij. “Een nieuwe kans krijgen om de magische grens van twee uur te doorbreken is ongelooflijk spannend. Het geheim is geloven in mezelf dat ik het kan. En ik zeg altijd dat geen enkele mens beperkt is en ik weet dat ik deze barrière kan doorbreken.”

    De locatie voor de INEOS 1:59-uitdaging dit jaar is Wenen en vindt plaats tussen 12 en 20 oktober. De keuze voor Wenen als de locatie voor de INEOS 1:59-uitdaging van Eliud Kipchoge was de climax van een uitgebreide, wereldwijde zoektocht die begon met een wereldkaart en eindigde in de Oostenrijkse hoofdstad. Wenen biedt een perfect vlak lusparcours.

    Een grote marketingcampagne zal de loop bekendmaken en live verslaggeving  wordt wereldwijd uitgezonden.

    Er worden tienduizenden toeschouwers verwacht.

    Eluid gelooft dat hij met INEOS de perfecte partner heeft gevonden die zijn visie deelt en die hem en zijn team kan inspireren om de wereld te tonen dat geen enkele mens beperkt is.

    “Eluid is de grootste marathonloper aller tijden en de enige atleet in de wereld die kans maakt om de tijd van twee uur te kloppen,” concludeert Jim. “We geven hem onze volle ondersteuning en zullen hopelijk getuige zijn van sportgeschiedenis.”

    BASISNIVEAU:

    Twee door INEOS gesteunde initiatieven om kinderen aan te moedigen een actiever en gezonder leven te leiden, blijven de wereld stormenderhand veroveren.

    GO Run For Fun organiseert nu regelmatig wedstrijden van 2 km in zeven landen. Bij de laatste telling hadden 302.388 kinderen ergens in de wereld de finishlijn gehaald.

    Het initiatief werd in 2013 gelanceerd in het Verenigd Koninkrijk door INEOS-voorzitter Sir Jim Ratcliffe naar aanleiding van de bezorgdheid over de groeiende obesitascrisis bij kinderen.

    The Daily Mile, opgericht door het voormalige Schotse schoolhoofd Elaine Wyllie in 2012, is ook een overweldigend succes geworden dankzij de steun van INEOS.

    Het begon met één school in Schotland. Ondertussen wordt de mijl nu dagelijks gelopen in 8.888 scholen en kinderdagverblijven in 65 landen, waaronder - voor het eerst - Amerika.

    Bijna 2 miljoen kinderen over de hele wereld lopen dagelijks een mijl.

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-americas-cup-min.jpg

    De vlag voeren

    De teamleden geloven dat ze misschien al de boot hebben ontworpen die de 36e America’s Cup kan winnen. Maar omdat de race pas plaatsvindt in maart 2021 is het nog te vroeg om dat te bevestigen en is er geen ruimte voor zelfgenoegzaamheid.

    “Wanneer we aan de race beginnen, moeten we zeker zijn dat het team en de boot, niet beter gebouwd kunnen zijn,” weet Sir Ben Ainslie, schipper en teamleider van het INEOS Team UK.

    David Carr, een van de zeilers, meent dat het team nu in een nieuw tijdperk van de America’s Cup is ingegaan. "We drijven niet langer We vliegen.”

    Het doel is om hun boot in de lucht en uit het water te krijgen om één simpele reden. “Een boot door het water verplaatsen is moeilijker dan door de lucht,” zegt hij.

    Eenmaal in de lucht kan de nieuwe AC75-boot  bijna 100 km/h halen - ongeveer vier keer sneller dan de wind.

    De boot vertrouwt op dezelfde technologie als een vliegtuig en maakt gebruik van draagvleugels in plaats van vleugels om hem uit het water te tillen. Het geheim zit in de vorm.

    “Het is zo'n unieke bootklasse die we aan het ontwikkelen zijn en technisch is het een heel grote uitdaging,” zei CEO Grant Simmer, die vier keer The America’s Cup heeft gewonnen.

    “We zoeken echt onbekend terrein op met deze bootklasse.”

    Om te testen wat wel, wat niet en wat misschien zal werken, heeft het INEOS Team UK een 8,5 meter (28 ft) lange boot ontworpen, bekend als de T5.

    “Het mooie aan de T5 is dat we hem heel vroeg hebben gelanceerd, zodat we veel en snel hebben kunnen leren over dit nieuwe boottype,” stelt Grant. “En omdat het een relatief kleine boot is, hebben we alles vrij zuinig kunnen doen.”

    Ben voorspelt dat de daadwerkelijke raceboot iets ongezien in de hele wereld gaat worden.

    “Elke beslissing die we nemen zal de grenzen van de innovatie verleggen,” voegt hij eraan toe hij. “Maar we bouwen niet alleen een boot. We bouwen een team.”

    Het zeilteam is nu volledig. De 17 atleten zijn onderverdeeld in “afterguards” en “grinders”. De rol van de afterguards is technisch; ze zijn nodig om de boot aan te drijven.

    Daarom moeten ze lenig en licht zijn - en op hun gewicht letten. De grinders zijn in feite de motoren. Zij moeten eten. Veel eten.

    Ben Williams, manager menselijke prestaties, zei dat het belang van herstel na zware trainingssessies ook was veranderd om de nieuwe rollen in de boot weer te geven.

    Het team kreeg onlangs hoogwaardige, gespecialiseerde wegfietsen van INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe, die zelf een fervent fietser is.

    “In een fitness op een fiets zitten, kan heel monotoon en saai zijn, dus het is geweldig dat ze een wegfiets kunnen gebruiken, wat plezier kunnen maken en in de frisse lucht rijden,” zegt Ben. “Het enige verschil is dat de grinders cake moeten eten bij de koffiestop.”

    BASISNIVEAU:

    Kansarme kinderen krijgen de kans om voor het eerst te leren zeilen - dankzij INEOS.

    De 1851 Trust, het officiële liefdadigheidsfonds van het INEOS Team UK, heeft in het Verenigd Koninkrijk cursussen van 10 weken gefinancierd voor kinderen van binnenstedelijke scholen.

    Het liefdadigheidsfonds heeft ook geholpen om wetenschap en technologie tot leven te brengen in klaslokalen en heeft een gratis, digitaal opleidingsprogramma voor 11- tot 16-jarigen gelanceerd.

    4 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-team-ineos-min.jpg

    Het lot neemt het op voor de moedigen

    Hoewel Team INEOS eerder dit jaar renner Chris Froome moest missen door een blessure, had het team nog steeds één doel: dit jaar de Ronde van Frankrijk winnen.

    Het team werd in mei voorgesteld als Team INEOS.

    Bij de lancering zei ploegdirecteur Sir Dave Brailsford, dat de overname van Sky door INEOS een spannend nieuw begin inluidde.

    “We hebben een heel succesvol team en proberen dat te behouden,” zei hij. “Maar we proberen ook te groeien. Dit gaat over iets nieuws, iets baanbrekends en over het bouwen van iets groters en beters.”

    De eerste wedstrijd in de nieuwe teamkleuren was de vierdaagse Ronde van Yorkshire, die Team INEOS won.

    Chris Lawless rondde een ongelooflijk staaltje teamwerk af en ging met de eindoverwinning lopen.

    “Om INEOS op deze manier te belonen, in een wedstrijd in eigen land, is heel speciaal,” zei hij.

    Het team rijdt nu ook met een nagelnieuwe fiets - de Pinarello Dogma F12 - die als de beste fiets ter wereld wordt beschouwd.

    “Het is absoluut een wapen,” zei een woordvoerder van het Global Cycling Network.

    BASISNIVEAU:

    In 2017 haalde INEOS geen voldoening meer uit het kijken naar de Ronde van Frankrijk vanaf de zijlijn.

    Daarom daagde het zijn personeelsleden uit om de kilometers die de renners elke dag aflegden, te evenaren en geld te verzamelen voor het goede doel.

    Tegen het einde van de eerste Tour de France-uitdaging hadden meer dan 1.000 mensen in teams samen 324.393 km gefietst.

    Vorig jaar reden ze 400.000 km - het equivalent van 10 keer rond de aarde fietsen - waardoor een totaalbedrag van bijna € 100.000 voor het goede doel werd ingezameld.

    Deze zomer gingen 1.325 personeelsleden uit België, Frankrijk, Duitsland, Zwitserland, de VS en het VK zelfs nog een rondje verder.

    De 64 teams legden vóór, tijdens en na het werk 625.387 km af.

    In 23 dagen verbrandden de INEOS-fietsers meer dan 10 miljoen calorieën. Dat is het equivalent van 323 keer de Mount Everest beklimmen. Hierbij verloren ze bijna 20.000 liter zweet.

    Het winnende team – met de bijnaam Team Cool Colonia – klokte af op 25.449 km.

    De winnaar van de gele trui bij de mannen was Raymond Schmitt en Jordi Garner won de trui bij de vrouwen.

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-lausanne-min.jpg

    Stadionkoorts

    “Het wordt een prachtig stadion, vooral voor de spelers, het personeel en de supporters,” zegt een trotse Bob Ratcliffe, directeur en CEO.

    Het nieuwe trainingscentrum, dat volgens INEOS cruciaal is voor het succes van de club, wordt momenteel ook gebouwd.

    In november 2017 kocht INEOS de club, die toen in de hoogste klasse van Zwitserland speelde.

    Sindsdien is ze gedegradeerd, maar INEOS blijft erin geloven dat de club zijn weg terug naar de top kan banen.

    “We hadden gehoopt dit binnen één jaar voor mekaar te krijgen, maar dat is niet gelukt,” zegt Bob. “Zoals alle fans waren we teleurgesteld en gefrustreerd, maar de kansen bestaan en we zullen aan elke kans werken.”

    Hij voegt eraan toe dat INEOS de club wil ontwikkelen. “We gaan nieuwe dingen proberen en de zaken anders aanpakken,” stelt hij. “Misschien leidt niet alles tot succes, maar we zullen het proberen. Opnieuw en opnieuw”

    BASISNIVEAU:

    Jonge Afrikaanse voetballers krijgen binnenkort de kans om hun vaardigheden te ontwikkelen in een faciliteit van wereldklasse in hun eigen land.

    Twee voetbalacademies worden gebouwd en uitgebaat.

    David Thompson, CEO INEOS Trading & Shipping, weet dat de overeenkomsten tussen INEOS en de Tanzaniaanse en Rwandese voetbalbonden werden geïnspireerd door INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe.

    “Jim vond dat jonge mensen zo'n kans verdienden,” zegt hij.

    Elke academie zal ten minste drie velden van reglementaire grootte, vijf a-side-velden, een fitness met medische faciliteiten, leslokalen, kantoren, sanitaire ruimte, een keuken, een eetkamer en accommodatie voor 96 studenten hebben.

    De training wordt gericht op U15's, U17's en U19's met extra kampen voor de jongere spelers tijdens de vakanties.

    David, die vertelde dat er onderhandelingen lopen met de Botswaanse regering voor een mogelijke derde academie, zei ook dat voetbal nietde enige focus is.

    “Het concept heeft een structuur met drie pijlers,” “Van alle studenten wordt verwacht dat ze een voltijdse opleiding volgen en wij bieden advies en scholing over sociale en welzijnskwesties, waaronder het belang van voeding.”

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-belstaff-min.jpg

    Belstaff – Een avontuurlijke geschiedenis

    Belstaff is synoniem voor avontuur sinds het in 1924 werd opgericht door Harry Grosberg en zijn schoonvader Eli Belovitch, die de wereld afschuimden op zoek naar innovatieve technologieën.

    En dat label is blijven hangen.

    Er mag dan wel weinig zijn geweten over Eli Belovitch en zijn schoonzoon Harry Grosberg, maar hun namen zullen voor altijd verbonden zijn met een van de meest iconische kledingmerken in de geschiedenis. Want Belstaff, nu eigendom van INEOS, dankt zijn oorsprong aan de twee mannen die in 1924 een bedrijf oprichtten in Stoke-on-Trent - hetzelfde jaar waarin ontdekkingsreiziger George Mallory verdween op de Mount Everest.

    Als Mallory nog had geleefd, zou hij waarschijnlijk ook fan zijn geweest van hun ademende, waterdichte jassen van gewaxt katoen. Want hoewel de kleding hoofdzakelijk ontworpen was voor motorrijders, werd Belstaff al snel het favoriete merk van avonturiers. En dat label is blijven hangen.

    Pionier Amy Johnson droeg een Belstaff-jas toen ze in 1930 als eerste vrouw solo van Engeland naar Australië vloog. Bergbeklimmer Chris Bonington droeg een uitrusting van Belstaff toen hij voor het eerst “the Ogre”, een steile, ruige en uitdagende 7.285 m hoge top in het Pakistaanse Karakoram-gebergte beklom. En de favoriete uniformjas van de Britse legerofficier Lawrence of Arabia was een “koloniale jas” van Belstaff.

    Sterker nog, in de afgelopen 95 jaar heeft Belstaff daadwerkelijk een aantal van de avontuurlijkste mensen ter wereld uitgedost, waaronder de communistische revolutionair Che Guevara, die in 1967 in Bolivia door een soldaat werd doodgeschoten.

    “Belstaff is in wezen een merk voor wie grenzen wil verleggen,” dixit creatief directeur Sean Lehnhardt-Moore.

    De Trialmaster-jas van gewaxt katoen die Che Guevara en anderen droegen, wordt vandaag nog steeds door Belstaff gemaakt.

    Toen de jas werd geïntroduceerd, was hij ontworpen om de barre weers- en rijomstandigheden van de Schotse Six Days Trial te overleven. De eerste die de jas uittestte, was de 18-jarige Sammy Miller, die Belstaff in meer dan 1.000 races droeg. een jassenlijn draagt nu ter ere van hem zijn naam.

    Maar, het is wellicht acteur Steve McQueen die de eer mag opstrijken voor de uitbreiding van de Belstaff-aantrekkingskracht.

    Hij droeg een Belstaff-jas in de klassieke oorlogsfilm uit 1963, The Great Escape, en kort daarna werd de jas een cultsymbool bij rijken en beroemdheden.

    Vandaag worden Belstaff-jassen gedragen door Ewan McGregor, Kate Moss, Will Smith, David Beckham, Angelina Jolie, Johnny Depp, Brad Pitt en Hilary Swank.

    En ze zijn verschenen in tal van Hollywood-films zoals Mission Impossible III, The Curious Case of Benjamin Button, Wall Street 2, Harry Potter and The Half Prince en Eastern Promises.

    Toen INEOS in 2017 Belstaff kocht, zei INEOS-voorzitter en stichter Sir Jim Ratcliffe dat hij iconische, prestigieuze Britse merken wilde steunen.

    “We hebben heel wat gemeen” zei hij. “We zijn Brits, we zijn ondernemend, recht door zee, avontuurlijk en bovenal, we zijn succesvol.”


    Steve McQueen

    Een Amerikaanse acteur met de bijnaam The King of Cool. Zijn personage van de antiheld in films ontwikkelde zich op het hoogtepunt van de tegencultuur van de jaren 60 en maakte hem tot een publiekstrekker tijdens de jaren 60 en 70.

     

    belstaff_5.jpgErnesto "Che" Guevara

    Een Argentijnse, marxistische revolutionair, arts, auteur, activist, guerrillaleider, diplomaat en grote figuur van de Cubaanse revolutie.

     

    belstaff_4.jpgAmelia Earhart

    Een Amerikaanse luchtvaartpionier en auteur. Earhart was de eerste vrouwelijke piloot die solo over de Atlantische Oceaan vloog.

     

    belstaff_7.jpgDoreen Evans

    Een van de toonaangevende vrouwelijke autocoureurs in de jaren 1930. Doreen Evans was het jongste kind in een autosportfamilie waarvan het bedrijf, de Bellevue Garage in Wandsworth, een vooraanstaand MG-agentschap was.

     

    belstaff_3.jpgLevison Wood

    Brits legerofficier en ontdekkingsreiziger, die bekend stond om zijn uitgebreide wandelexpedities in Afrika, Azië en Centraal-Amerika.

     

    belstaff_6.jpgDavid Beckham OBE

    Voormalig Engels profvoetballer, huidig voorzitter van Inter Miami CF en mede-eigenaar van Salford City.

     

    belstaff_1.jpgTracey Curtis-Taylor

    Britse piloot die meerdere vliegexpedities met historische vliegtuigen in Azië, Europa, Afrika, Australië en Amerika heeft georganiseerd en geleid.

     

    belstaff_2.jpgSir Ben Ainslie

    Een van de succesvolste zeilers in de Olympische geschiedenis. Hij won vanaf 1996 medailles op vijf opeenvolgende Olympische Spelen, waaronder goud tijdens de vier Spelen tussen 2000 en 2012.

    4 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-belstaff-store-min.jpg

    Ontmoeten Opfrissen Bijtanken

    Het bedrijf investeert in het iconische merk, omdat het wil dat mensen de winkels zien als meer dan alleen plaatsen waar ze kleding kunnen kopen.

    En in het Verenigd Koninkrijk - waar Belstaff in februari zijn Spitalfields-winkel in East London heropende - is dat niet onopgemerkt gebleven.

    “Waar andere winkels in grotere aantallen sluiten dan ooit tevoren, innoveert en heropent Belstaff links, rechts en in het centrum,” stelt Natasha Colyer, hoofdredacteur van Seen in the City.

    De industriële erfenis van Belstaff stond model voor de Spitalfields-winkel en heeft nu een ruimte waar klanten elkaar kunnen ontmoeten, zich opfrissen en bijtanken.

    “Klanten kunnen nu genieten van een warm drankje of, als ze er zin in hebben, van iets sterkers, zoals een perfect gemixte gin-tonic,” zegt Belstaff Sean Lehnhardt-Moore, creatief directeur van Belstaff.

    Maar de Spitalfields-winkel is nog maar de eerste winkel die deze nieuwe look kreeg aangemeten. Alle Belstaff-winkels over de hele wereld zullen dit voorbeeld volgen.

    In mei verhuisde Belstaff zijn flagship store in Duitsland naar Residenzstrasse 25 in München en opende het Café@Belstaff op de eerste verdieping. Het café zelf is altijd een trekpleister geweest, dankzij de indrukwekkende muurschildering achter de bar.

    Café@Belstaff serveert koffie, thee, Duitse wijnenbieren en cocktails, en wordt geleid door de eigenaars van Frank, een heel populair restaurant aan de overkant van de straat.

    2 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-brutal-brilliant-min.jpg

    Brutaal en briljant

    Brutaal en briljant is hoe een van de groepsleden de In Nam 19-uitdaging beschreef. we kunnen het alleen maar met hem eens zijn. Met

    een combinatie van trekken, mountainbiken en lopen hebben de INEOS-afgestudeerden de Skeleton Coast, Damaraland en de Kaokaveld-wildernis in Noordelijk Namibië doorkruist.

    Ze trokken langs drie oude vulkaankraters (caldera’s), beklommen de hoogste top van Namibië, veroverden te voet het meedogenloze basaltlava van de Ugab, overbrugden twee grote tijdelijke riviersystemen in een dag van 100 km in de woestijn en staken de laatste grens van de Grote 3 - de zwarte neushoorn, woestijnolifant en Dryland-leeuwen van Afrika - over.

    www.in-nam19.com

    Quotes

    Er zijn geen woorden voor de verbazingwekkende schoonheid van de zonovergoten landschappen in de Namibische woestijn. En er zijn geen woorden om de vastberadenheid, pit en positieve energie van alle afgestudeerden te beschrijven.

    - Hans Casier, CEO INEOS Phenol

    Alles is mogelijk als je er je best voor doet. Voorbereiding is de sleutel. Ik leerde verder te kijken dan de strijd en te focussen op de leuke dingen van elke dag - een pintje bier wetende dat ik de uitdaging van die dag met succes had afgerond.

    - Davidson Ching, Procesingenieur (Asia Pacific)

    Mijn teamgenoten hielpen me te beseffen dat een extreem moeilijke taak eenvoudiger en misschien zelfs leuk wordt met de steun van je team.

    - Cara Lauber, Procescontrole-ingenieur, Chocolate Bayou, Amerika

    Ik heb geleerd dat zelfs als het moeilijk wordt - en dat was het geval in Namibië - de enige gevoelens die overblijven trots, dankbaarheid en vreugde zijn over wat je hebt bereikt.

    - Benedikt Kannenberg, Veiligheidsingenieur , INEOS O&P Europe North

    Teamwerk is het allerbelangrijkste. Alleen ga je misschien sneller, maar als groep kun je verder gaan.

    - Nicolas Monino, Optimalisatie- & planningsingenieur, PetroINEOS, Lavera, Frankrijk

     

    4 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-ripple-effect-min.jpg

    Rimpeleffect

    Jongeren leren voor het eerst te zeilen en leraren gebruiken lessen, aangeleerd door de succesvolste Olympische zeiler ter wereld, om de liefde voor wetenschap en technologie aan te moedigen.

    En dat alles wordt gedaan met de zegen en financiële steun van INEOS via de 1851 Trust, het officiële liefdadigheidsfonds van INEOS Team UK, dat als eerste Britse team ooit de meest prestigieuze trofee in de 168-jarige geschiedenis van de wedstrijd wil winnen.

    “We zijn heel gedreven om meer jonge mensen aan het zeilen te krijgen die normaal niet de kans zouden krijgen om het te proberen,” begint Ben.

    “En dankzij de steun van INEOS kunnen we onze programma’s naar meer jonge mensen brengen en een grotere impact hebben - zowel in de klas als op het water.”

    De 1851 Trust en het team dat zal strijden om de overwinning, zijn gevestigd in Portsmouth, maar de educatieve programma’s van de Trust verspreiden zich wijd en zijd.

    De gratis online leermiddelen van de STEM Crew, gesponsord door INEOS, helpen leraren op middelbare scholen om wetenschap tot leven te brengen.

    Meer dan 1.100 middelbare scholen in het Verenigd Koninkrijk en daarbuiten gebruiken deze middelen nu om het enthousiasme rond The America’s Cup te benutten en de ogen van de studenten te openen voor de grote verscheidenheid aan mogelijkheden in wetenschap en sport.

    Met wereldwijd onderzoek waaruit blijkt dat jonge vrouwen regelmatig een carrière in de wetenschap, technologie, ingenieurswetenschappen en wiskunde uit de weg gaan, organiseert de 1851 Trust ook roadshows die specifiek op meisjes gericht zijn.

    Maar het enthousiasme stopt hier niet. De 1851 Trust heeft onlangs 10 weken durende programma’s gelanceerd om kansarme jongeren van 11 tot 16 jaar in steden de kans te geven om voor het eerst te zeilen.

    Naast de passie voor zeilen richt het INEOS Rebels Crew-programma zich op het ontwikkelen van het karakter en de weerstand van jongeren. “Er nemen al meer dan 1.000 jongeren deel,” weet Ben Cartledge, CEO van The 1851 Trust.

    Tot nu toe hebben 45 scholen zich ingeschreven voor het programma dat in heel het Verenigd Koninkrijk wordt uitgerold. Het programma loopt in samenwerking met 12 vooraanstaande zeilcentra, waaronder locaties nabij de INEOS-sites in Grangemouth, Hull, Runcorn en Seal Sands.

    Usman Muhammed, een van de instructeurs die de sessie in Birmingham leidt, is enthousiast over INEOS Rebels Crew, omdat hij de levensveranderende voordelen van zeilen zelf heeft ervaren.

    “Toen ik op de middelbare school zat, was ik erg passief tijdens de lessen door mijn moeilijke en stressvolle thuissituatie,” zei hij. “Toen ik verplicht terechtkwam in een naschoolse zeilclub, veranderde dit echter allemaal. Ik begon vertrouwen in mezelf te krijgen, wat een cruciale rol speelde in mijn GCSE-succes.”

    leraren beoordelen het programma ook. “Het is een fantastische ervaring geweest voor leerlingen en ze willen dolgraag terug om het nog eens te proberen,” zei Michael O’Donnell, een leraar aan de Bo’ness Academy in Falkirk, Schotland.

    “We hebben gezien dat ze nieuwe vaardigheden ontwikkelen en hun veerkracht en vertrouwen verbeteren. Ik kan INEOS niet genoeg bedanken voor alles wat het heeft gedaan om onze jongeren zo’n lonende ervaring te geven.”

    Dit jaar daagt INEOS Rebels Crew 3.000 kinderen uit om actief te worden, te leren zeilen en geïnspireerd te raken door de sport.

    4 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-dont-give-up-min.jpg

    Geef niet op

    Luke Wigman en Ibi Ali kwamen samen met de kinderen aan de start van de races georganiseerd door de liefdadigheidsorganisaties INEOS GO Run For Fun en The Daily Mile.

    Eerder hadden de mannen, wier levens en lichamen door oorlog waren verbrijzeld, de 2.500 kinderen kort toegesproken over het belang van volharding, tegenslagen overwinnen en jezelf uitdagen.

    Dat is zeker wat zij in 2017 deden toen de twee ambassadeurs van The Defence and National Rehabilitation Centre in Loughborough zeven marathons in zeven dagen op zeven continenten aflegden.

    Voor het eerst waren scholen die zich hadden ingeschreven voor The Daily Mile, ook uitgenodigd, zodat hun leerlingen de race van 2 km in Londen konden lopen.

    “De twee initiatieven hebben tot nu toe twee miljoen kinderen over de hele wereld geïnspireerd om actief te worden,” weet Elaine Wyllie, oprichtster van The Daily Mile.

    Het evenement van dit jaar werd gepresenteerd door de Britse atleet Jazmin Sawyers en voormalig Blue Peter-presentator Radzi Chinyanganya.

    En op het podium trad de winnaar van The Voice Kids UK Jess Folley op. “De kinderen vonden het geweldig,” vertelt Elaine.

    Tijdens het evenement, dat GO Run London werd gedoopt, kondigde The Daily Mile Foundation een partnerschap aan met het Imperial College London.

    Het driejarige onderzoeksproject, dat door INEOS wordt ondersteund, voert dieper onderzoek uit bij lagereschoolkinderen naar de voordelen van elke dag gedurende 15 minuten te lopen of wandelen.

     

    Voormalig para Luke Wigman liep een ernstige beenblessure op in Afghanistan toen hij in 2011 op een bom stapte.

    Het ongeluk betekende het einde van zijn militaire carrière, maar maakte hem sterker als persoon.

    Hij werd tweede in twee van ‘s werelds meest mentaal en fysiek veeleisende marathons - op de Noordpool en Antarctica.

    Hij vertegenwoordigde ook Groot-Brittannië in de Invictus Games 2014 en 2016 en won twee keer goud op de 1500 m.

    Ibi Ali was kapitein in het Britse leger toen hij in 2007 ernstig gewond raakte door een bermbom in Irak.

    Hoewel hij zijn rechterhand verloor in de ontploffing en verwondingen opliep aan zijn linkerhand en rechterbeen, bleef hij zijn manschappen leiden en werd hij later onderscheiden met het Military Cross.

    Na zijn behandeling keerde hij 18 maanden later terug naar het front en bleef hij zijn land dienen tot 2013. Toen verliet hij het leger om geld in te zamelen voor Walking With The Wounded door de Kilimanjaro te beklimmen en met prins Harry en 12 andere gewonde soldaten naar de Zuidpool te skiën.

    Sindsdien heeft hij de vaak geroemde Marathon des Sables in 2015 uitgelopen en medailles gewonnen op de Invictus Games in Orlando 2016.

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-quick-off-the-mark-min.jpg

    Snel van start

    Eerder dit jaar bezocht de Keniaanse vader van drie kinderen een school in Oxford, VK om samen met de kinderen The Daily Mile te lopen.

    Nadien konden de kinderen hem vragen stellen over schoeisel, voeding, slaap en Eliuds passie voor hardlopen.

    Zijn bezoek aan de John Henry Newman Academy, die sinds april 2018 The Daily Mile loopt, vond plaats kort nadat hij had aangekondigd dat hij met de steun van INEOS een poging zou wagen om als eerste persoon ooit een marathon in minder dan 2 uur te lopen.

    The Daily Mile, die door Eliud wordt ondersteund, is een eenvoudig initiatief dat in 2012 door een Schotse schooldirectrice in het leven werd geroepen omdat zij zich zorgen maakte over haar onfitte leerlingen.

    Vandaag is het initiatief actief in 65 landen, waaronder Amerika, dat onlangs zijn eerste Daily Mile-teamlid aanwierf in het kantoor van INEOS O&P in Houston, Texas. Momenteel hebben 122 Amerikaanse scholen zich ingeschreven, maar The Daily Mile Foundation is enthousiast om er meer te rekruteren en werkt aan partnerschappen om de boodschap te verspreiden.

    Terug in het VK namen 250 kinderen van 35 basisscholen, allemaal met een sportief Daily Mile T-shirts, deel aan de Westminster Mile van de London Marathon.

    Het was de derde keer dat The Daily Mile deelnam aan de race, waarvoor het startschot dit jaar werd gegeven door oprichtster Elaine Wyllie en atleet Mo Farah, die ook ambassadeur van The Daily Mile is.

    Onderzoek heeft aangetoond dat kinderen die The Daily Mile lopen of stappen niet alleen fitter, slanker, gezonder en gelukkiger zijn, maar ook leergieriger wanneer ze naar hun schoolbank terugkeren.

    Vandaag lopen ongeveer 1,8 miljoen kinderen van 8.600 scholen over de hele wereld regelmatig gedurende 15 minuten per dag - deels dankzij INEOS, dat heeft geholpen om de boodschap te verspreiden.

    “We weten hoe belangrijk het is om kinderen aan te moedigen fit en gezond te worden en beter voor zichzelf te zorgen, niet alleen vandaag, maar ook voor de komende jaren,” concludeert INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe.

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-brick-man-min.jpg

    De baksteenman

    Maar Mark Cranston denkt dat er nog meer schatten verborgen liggen binnen de omheining van de petrochemische fabriek.

    “Ik heb vele uren doorgebracht met zoeken in de Firth of Forth en de INEOS-fabriek in Grangemouth, maar ik zou graag de kustlijn en rivieroevers binnen de site zelf willen onderzoeken,” stelt Mark.

    Maar hij is niet op zoek naar goud; hij zoekt naar bakstenen die hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de baksteenindustrie in Schotland.

    “De nederige baksteen wordt zwaar onderschat, ondergewaardeerd en over het hoofd gezien,” gaat hij verder. “Hij heeft echter een enorme impact gehad op de economische, sociale en industriële geschiedenis van Schotland.”

    Gedurende de afgelopen negen jaar heeft Mark ongeveer 3.000 bakstenen verzameld, die hij allemaal bewaart in twee omgebouwde stallen in zijn tuin.

    “De kustlijn tussen de INEOS-site en Bonnybridge is bezaaid met oude bakstenen die vele decennia van baksteenproductie bestrijken,” zegt hij.

    Vele zijn vuurvaste stenen die Schotland over de hele wereld exporteerde omwille van de kwaliteit.

    “Scheepskapiteins en -eigenaars wilden deze bestellingen dolgraag verschepen, omdat de lading ook dienst deed als ballast om hun schepen te stabiliseren tijdens reizen op de ruwe oceanen,” weet Mark. “Dat is ook de reden waarom Schotse bakstenen opgedoken zijn in tientallen landen over de hele wereld.”

    De streek rond Falkirk was het centrum van de productie van vuurvaste stenen in Schotland. Veel industriële sites, zoals Carron Iron Works, gebruikten de vuurvaste klei en maakten bakstenen voor zichzelf.

    “Het is heel goed mogelijk dat de INEOS-raffinaderij in Grangemouth hetzelfde deed, omdat ze ongetwijfeld bakstenen nodig hadden,” stelt Mark.

    In de collectie van Mark bevindt zich een baksteen uit de deuropening van de executiecel van Barlinnie Prison in Glasgow.

    Hij heeft er ook een die werd gerecupereerd uit het wrak van de SS Politician, die in februari 1941 zonk en de inspiratiebron was voor de film Whisky Galore, en twee andere stenen uit een wrak voor de kust van Hawaï.

    Marks doel op korte termijn is bakstenen die in Schotland zijn gemaakt, vinden, herwinnen en registreren. Zijn langetermijndoel is echter het creëren van een Schotse nationale baksteencollectie en -databank voor toekomstige generaties, en het openen van een museum. “Dit is een enorm verhaal dat verteld moet worden,” stelt hij.

    Hij werkt al samen met lokale particulieren, erfgoedgroepen en archeologische organisaties en onderhoudt contacten met baksteenverzamelaars en academici van over de hele wereld.

    En zijn inspanningen zijn niet onopgemerkt gebleven. In 2016 kreeg hij de Scottish Angel Heritage Award van de Andrew Lloyd Webber Foundation. “Ik was dolblij dat ik deze prijs kreeg voor mijn inspanningen,” zegt hij trots.

    Zijn vrouw Karen steunt hem ook en is trots op wat hij tot nu toe heeft bereikt met zijn eigen geld. “Soms kan hij tot 70 uur per week besteden aan onderzoek of aan reizen door Schotland op zoek naar nieuwe exemplaren,” zegt ze. “Maar zijn collectie blijkt een onschatbare, educatieve tool te zijn voor mensen uit alle lagen van van de samenleving.”

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-help-for-heros-min.jpg

    Hulp voor helden

    “Er is geen betere drijfveer dan mensen helpen die bereid waren hun leven voor hun land op te offeren,” zegt INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe. “En je weet dat als mensen hier belanden met een trauma, ze mentaal in een niet al te beste toestand verkeren.”

    Voormalig korporaal Andy Reid zei dat de nieuwe vleugel - INEOS Prosthetics Wing genaamd - een enorm verschil zal maken voor de gewonden soldaten.

    “Ik weet uit eigen ervaring hoe belangrijk het is om de juiste faciliteiten en de juiste expertise te hebben om mensen te helpen bij hun revalidatie, omdat de weg terug van een zware verwonding hard is,” vertelt hij.

    Andy was in 2009 te voet op een routinepatrouille in Afghanistan toen hij op een bom stapte.

    Ik herinner me dat ik op mijn rug lag,” zegt hij. “Ik keek naar beneden en kon mijn benen niet zien. Maar onmiddellijk dacht ik dat ik een overlever was en geen slachtoffer.”

    De voormalige korporaal, die ook een arm verloor, is nu ambassadeur voor The Black Stork Charity, de organisatie die het nieuwe centrum heeft ontwikkeld.

    “Deze nieuwe vleugel is speciaal gebouwd om mensen uit hun rolstoel te krijgen, een paar benen te geven en ze aan het wandelen te krijgen,” stelt hij.

    De donatie van INEOS wordt beschouwd als een van de grootste giften van het bedrijf.

    Ze bouwt verder op het ongelooflijke werk van wijlen hertog van Westminster, die op het idee van een revalidatiecentrum voor gewonde soldaten kwam, met het potentieel om ook NHS-patiënten te helpen.

    Het voormalige lid van het Territorial Army gedurende 40 jaar leidde de inzamelingscampagne die £ 300 miljoen opbracht, waarvan hij £ 70 miljoen uit eigen zak doneerde, maar stierf helaas in 2016.

    Eind vorig jaar kwam het nieuwe centrum, dat het voormalige revalidatiecentrum op Headley Court in Surrey verving, onder de volledige bevoegdheid van het ministerie van Defensie.

    Tijdens de officiële overdrachtsceremonie vertelde zijn zoon Hugh aan de gasten: “Mijn vader was een man die graag dingen deed en voor elkaar kreeg. Het is onrechtvaardig en triest dat hij er niet bij is om zijn gift aan de natie geëerd en geformaliseerd te zien worden.. In een leven vol projecten betekende dit project het meeste voor hem.”

    Foto met dank aan het Defence Medical Rehabilitation Centre. Deze werd gebruikt als onderdeel van de campagne om het bewustzijn voor hun werk nationaal te vergroten. 

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-16-marvellous-mavis-min.jpg

    Wonderlijke Mavis

    Haar epische reis van 1900 kilometer bracht niet alleen £ 30.000 op voor Macmillan Cancer Support, maar leverde haar ook een plaats op in het Guinness Book of Records - en het respect van ‘s wereld grootste wielerteam.

    Tijdens hun training voor de Ronde van Frankrijk dit jaar stuurde Team INEOS via Twitter een ondersteunende boodschap naar Mavis.

    “We hoorden dat je een nog grotere uitdaging bent aangegaan en wilden je veel succes wensen,” zei Wout Poels tijdens een trainingsrit in Tenerife met teamgenoten Geraint Thomas en Chris Froome. “We geloven in je, verpletter ze.”

    INEOS ging akkoord om £ 10.000 te doneren aan een liefdadigheidsfonds naar keuze van Mavis, nadat het bedrijf geïnspireerd raakte door haar verhaal. En tijdens de wedstrijd stond Team INEOS klaar om te ondersteunen.

    Mavis fietste ter nagedachtenis van haar drie volwassen kinderen Sandy, Katie en Bob, die binnen een periode van vier jaar na elkaar stierven. Ze waren alle drie tussen 40 en 50 jaar oud. “Het is ongelooflijk hard om van een gezin van vijf naar alleen zijn te gaan,” zegt ze. “Maar uitdagingen zoals deze aangaan, houden me op de been.”

    Toen ze John o’Groats binnenreed, in de Team INEOS-uitrusting, was ze duidelijk opgelucht dat het voorbij was.

    Eerder had ze BBC Breakfast verteld: “Ik heb zo vaak willen opgeven. Het is echt zo lastig geweest. Ik wist niet dat het zo moeilijk zou worden.”

    Ze had niets dan lof voor INEOS, dat haar ook een reservenavigatiesysteem voor haar fiets had bezorgd, zodat ze niet zou verdwalen. “Ik kan INEOS niet genoeg bedanken voor de steun die ze ons hebben gegeven,” zei ze. “Het zijn geweldige mensen.”

    Als u een donatie wilt doen, volg dan de onderstaande link en zoek naar Mavis Paterson:

    www.justgiving.com

    2 minuten gelezen Nummer 16
  • 1366x7682.jpg

    De alternatieve Ronde van Frankrijk-uitdaging

    INEOS is nog maar eens zijn eigen Tour De France-uitdaging aangegaan. Terwijl de echte Ronde dwars door België en Frankrijk raasde, evenaarden 1325 INEOS-werknemers over de hele wereld in 64 teams gedurende drie weken elke dag en elke kilometer. De teams die de etappes aflegden, verzamelden € 2000 om te doneren aan een lokaal goed doel voor kinderen. Veel van de teams volbrachten de uitdaging en velen hebben de uitdaging meerdere keren voltooid.

    Hierna enkele statistieken:

    • 625.387 km afgelegd
    • 15 x rond de wereld
    • 1325 personen in 64 teams
    • 23 dagen

    Deelnemers die:

    • meer dan 50 km aflegden 94%
    • meer dan 100 km aflegden 87%
    • meer dan 500 km aflegden 38%
    • meer dan 1000 km aflegden 11%

    526.825 m totaal aantal hoogtemeters = 323 x de MOUNT EVEREST

    STATISTIEKEN VAN DE UITDAGING

    • ritten 21.168
    • zweet 19.272 liter
    • meeste km door 1 team in 1 dag 2010 km
    • gemiddelde snelheid 24 km/u
    • gemiddelde afstand 26,5 km
    • Rijtijd 1070 uur

    Winnend Team

    Seal Sands Slipstreamers

    Geloot uit teams die alle etappes hebben afgelegd

    Energie

    10.151.058 VERBRANDE KCAL

    De winnaar van de INEOS interne teamtruicompetitie is:

    Kurt De Keersmaeker van INEOS in België

    € 104.000 ingezameld voor liefdadigheid uit 52 van de 64 teams die de uitdaging hebben voltooid

    3 minuten gelezen Nummer 16
  • inch-15-investment-min.jpg

    INEOS-investeringen

    Dankzij de INEOS-investeringen blijft het bedrijf over de hele wereld groeien en niets duidt op een stagnatie.

    Verenigde Staten

    In de VS verhoogt INEOS zijn capaciteit. Na de opstart van zijn joint-venture voor hogedichtheidspolyethyleen met Sasol in LaPorte, bestudeert O&P USA hoeveel meer het uit de 470.000 ton/jaar-fabriek kan halen. Het bedrijf is ook begonnen aan een ethyleenuitbreiding in Chocolate Bayou, Texas - met opstart gepland in 2020. Oligomers bouwt 's werelds grootste single-train laagviskeuze PAO-eenheid in Chocolate Bayou en de 420.000 ton/jaar lineaire alfa-olefineninstallaties gaan dit jaar van start.

    Chocolate Bayou

    De nieuwe PAO-fabriek van INEOS Oligomers in Chocolate Bayou, Texas wordt dit jaar operationeel. De grondstoffen voor de fabriek komen van een nabijgelegen lineaire alfa-olefinenfabriek, die ook gebouwd werd.

    LaPorte

    INEOS O&P USA verhoogt de capaciteit van de Sasol joint venture HDPE-fabriek.

    Golfkust

    INEOS Oxide plant de bouw van een ethyleenoxide- en derivatenfabriek aan de Amerikaanse Golfkust.

    Alabama

    INEOS Phenol is van plan de capaciteit van zijn fabriek in Alabama uit te breiden tot 850.000 ton per jaar, waarmee het de grootste fenolfabriek ter wereld wordt.

    Azië

    INEOS heeft zijn allereerste productielocaties in China gekocht. De overeenkomst tussen INEOS Styrolution en het Franse bedrijf Total voor zijn twee polystyreenproductielocaties werd in februari afgerond en maakt nu de weg vrij voor verdere investeringen in Azië. Kevin McQuade, CEO van INEOS Styrolution, zegt dat Azië een groeimarkt is en hij voorspelt verdere investeringen. Historisch gezien heeft China grondstoffen geïmporteerd en de eindproducten geëxporteerd. Dat is nu aan het veranderen.

    Shanghai

    INEOS opende een nieuw kantoor in Shanghai, zodat al zijn Chinese business- en verkoopteams vanuit één vestiging kunnen werken.

    Ningbo

    De Ningbo-site produceert 200.000 ton per jaar aan polystyreen.

    Foshan

    Polystyreen van de nieuwe INEOS-productiesite in Foshan en deze van Ningbo zal voornamelijk bestemd zijn voor de Chinese markt.

    Europa

    België geniet van een investering van 3 miljard euro waarmee INEOS meteen de grootste investering in de Europese chemische industrie ‘sinds een generatie’ doet. Op zijn site in Antwerpen is INEOS van plan een gaskraker te bouwen om ethaan af te breken tot ethyleen en om een propaandehydrogenatie (PDH)-eenheid te ontwikkelen voor de productie van propyleen. Jim Ratcliffe, voorzitter en stichter van INEOS, zei dat de investering de jarenlange achteruitgang binnen de Europese chemiesector zal doen keren. INEOS Oxide is ook van plan een aanzienlijke investering te doen in de ethylideen-norborneen (ENB)-capaciteit. De locatie hiervoor wordt nog bevestigd.

    Stenungsund

    INOVYN investeert in chlooralkali-elektrolyseconversie naar membraantechnologie.

    Marl

    INEOS Phenol plant de bouw van een cumeenfabriek van wereldformaat in het geïntegreerde Chemiepark in Marl.

    Een 10e oven wordt ook gebouwd in de fabriek in Selas-Linde GmbH om de efficiëntie te verbeteren en de ethyleenproductie te verhogen.

    Keulen

    Uitbreidingen van propyleenoxide (PO) in Keulen.

    Nieuwe INOVYN chlooralkali- electrolyse-celkamer.

    Lavéra

    INEOS Oxide kocht de ethoxylatiefabriek van Wilmar in Lavéra, Frankrijk. De deal maakt deel uit van de groeistrategie van het bedrijf om de toenemende vraag naar ethyleenoxide te ondersteunen. INEOS heeft nu alkoxyleringsactiva op drie geïntegreerde INEOS-sites.

    Antwerpen

    Een investering van € 3 miljard. De grootste ooit door INEOS gemaakt. De eerste kraker die in 20 jaar tijd in Europa wordt gebouwd, in Lillo.

    Een zesde operationele alkoxylatie-eenheid met een geplande uitbreiding van 2000 ton opslagcapaciteit voor ethyleenoxide (EO) op de site in Zwijndrecht.

    De grootste butaanopslagtank in Europa wordt dit jaar operationeel. Door deze tank kan INEOS op de wereldmarkten butaan kopen als grondstof voor zijn vestiging in Keulen en dit opent nieuwe handelsmogelijkheden voor zijn activiteiten in heel Europa.

    £ 1 miljard voor het Verenigd Koninkrijk

    INEOS is van plan om 1 miljard pond te investeren in het VK - ondanks de onzekerheid over het vertrek van Groot-Brittannië uit de EU. Voorzitter Jim Ratcliffe zei dat het wat hem betreft ‘business as usual’ was. “Het is een onzekere tijd voor het land,” zei hij. “Maar INEOS heeft vertrouwen in zijn bedrijven en wil blijven investeren in de productie en in hooggekwalificeerde banen in het VK.”

    Grangemouth

    Een investering van £ 350 miljoen voor een nieuwe, uiterst efficiënte energiecentrale in Grangemouth, Schotland om stroom en stoom te leveren aan zijn petrochemische fabriek, raffinaderij en Forties-pijpleidingensysteem.

    INEOS is ook van plan de kraakcapaciteit te verhogen tot meer dan 700.000 ton ethyleen.

    Hull

    Een investering van £ 150 miljoen in een nieuwe vinylacetaatmonomeerfabriek in Hull voor de productie van 300.000 ton van een chemische stof die veel wordt gebruikt in gelaagde voorruiten, gehard glas, lijmen, coatings, films, textiel en koolstofvezel. Eenmaal geopend, brengt de fabriek de productie van deze belangrijke grondstof terug naar het VK.

    Noordzee

    Een investering van £ 500 miljoen om het bestaan van een van de belangrijkste pijpleidingen in het Verenigd Koninkrijk tot ver in de jaren 2040 te verlengen. Het 43 jaar oude Forties-pijpleidingensysteem vervoert dagelijks de hoeveelheid van 600.000 vaten ruwe olie van de Noordzee naar het Britse vasteland.

    Ten noorden van Schotland neemt INEOS Trading & Shipping binnenkort de gasvoorziening in het westen van de Shetlandeilanden over.

    4 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-grangemouth-min.jpg

    Grangemouth bouwt een nieuwe energiecentrale

    Die beslissing veranderde het lot en zorgde voor een herleving van de chemische productie op de site in Grangemouth.

    Het recentste goede nieuws is dat dankzij een investering van £ 350 miljoen een verouderde energiecentrale wordt vervangen door een zeer efficiënte krachtcentrale, die ook de betrouwbaarheid van de site zal verbeteren.

    “Het maakt allemaal deel uit van onze bredere plannen om een mooie toekomst voor de productie in Schotland te verzekeren”, aldus Tobias Hannemann, CEO O&P UK.

    De nieuwe energiecentrale zal niet alleen stoom en stroom leveren aan de Petroineos ruwe olieraffinaderij, de petrochemische productie-installaties van INEOS O&P en het INEOS Forties-pijpleidingensysteem, maar ook aan andere industrieën, die aangetrokken zijn om te verhuizen en te profiteren van de locatie, infrastructuur bieden en de aanvoer van Amerikaanse schaliegasethaangrondstof.

    De nieuwe energiecentrale is bevorderlijk voor aanzienlijk lagere SOX-, NOX- en CO2-emissies, waardoor de ecologische voetafdruk van Grangemouth wordt verbeterd.

    "Deze investering is goed voor het bedrijfsleven en het milieu, omdat lagere energiekosten de concurrentiepositie van de site verbeteren", zei Tobias. "De nieuwe fabriek zal zeer efficiënt zijn en zorgen voor veilige energie en voorzieningen naarmate de site de komende decennia groeit."

    INEOS wil zijn petrochemische faciliteit van wereldklasse in Grangemouth ontwikkelen tot een centrum van uitmuntendheid en een chemisch wetenschappelijke productiehub.

    Deze visie heeft het bedrijf gedeeld sinds 2016, toen de eerste ladingen schaliegas vanuit de VS aankwamen en de voorbereidingen voor de realisatie van deze visie zijn al aan de gang.

    Oude fabrieken en lege gebouwen worden gesloopt om plaats te maken voor toekomstige ontwikkelingen en investeringen.

    Getuigen hiervan zijn de enorme tank op de site waar het Amerikaanse ethaangas wordt opgeslagen en het nieuwe INEOS-hoofdkantoor met vier verdiepingen, dat 450 mensen in dienst van INEOS O&P heeft samengebracht.

    Tegen 2022 zal de nieuwe energiecentrale deel uitmaken van de steeds veranderende skyline van de site.

     

     

    2 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-hull-plant-min.jpg

    Hull gekozen voor een fabriek van £ 150 miljoen

    CEO Graham Beesley zei dat INEOS Oxide er trots op is om de productie van deze belangrijke grondstof terug te brengen naar het Verenigd Koninkrijk.

    "Het is geweldig nieuws voor de productie in de regio," zei hij. “De fabriek zal niet alleen de Britse industrie versterken, maar ook de export vanuit het VK naar Europa en de rest van de wereld stimuleren.”

    Ongeveer zes jaar geleden zag INEOS zich gedwongen zijn vinylacetaatmonomeerfabriek in Hull te sluiten als gevolg van de goedkope invoer die het VK overspoelde, voornamelijk uit Saoedi-Arabië en de VS, die beide profiteerden van goedkope grondstoffen.

    Maar de beslissing van INEOS om goedkoop schaliegas afkomstig van ethaan uit de VS te importeren naar zijn Schotse site in Grangemouth heeft alles veranderd.

    Het ethaan zal in Grangemouth worden omgezet in ethyleen en vervolgens via een pijpleiding naar de nieuwe fabriek van £ 150 miljoen in Hull worden vervoerd.

    In maart vorig jaar zei INEOS dat het twee mogelijke locaties voor zijn nieuwe fabriek in overweging nam. De ene was Hull, de andere Antwerpen in België.

    "We hadden het geluk dat we twee geweldige opties hadden in Antwerpen en Hull," zei Graham.

    Het werk aan de nieuwe fabriek in Saltend, Hull start later dit jaar.

    2 minuten gelezen Nummer 15
  • Kinneil-min.jpg

    £ 500 miljoen in de pijplijn voor FPS-modernisering

    Het werk aan het Forties pijpleidingensysteem, dat dagelijks tot 600.000 vaten ruwe olie uit de Noordzee naar het vasteland kan voeren, verlengt de levensduur met meer dan 20 jaar.

    “Exploitanten in de olie- en gasindustrie in de Noordzee vertellen ons dat ze tot ver in de jaren 2040 in de Noordzee zullen zijn, dus we engageren ons om er ook voor hen te zijn", zei Andrew Gardner, CEO van INEOS FPS.

    De beslissing van INEOS om de levensduur van de 43 jaar oude pijpleiding te verlengen, die 40% van de olie en het gas transporteert van het VK naar het vasteland, wordt door exploitanten in de Noordzee verwelkomd.

     "We zijn van plan de milieusystemen te moderniseren en de nieuwste technologie in die systemen te implementeren", zei Andrew. "En we zijn ervan overtuigd dat we het kunnen doen zonder de werking van pijplijn te verstoren."

    1 minuut gelezen Nummer 15
  • inch-15-3-billion-min.jpg

    Een boost van € 3 miljard

    Frank Beckx, algemeen directeur van essenscia Vlaanderen, zei dat de beslissing om een nieuwe kraker en een PDH-fabriek op wereldschaal te bouwen van groot strategisch belang is voor de haven van Antwerpen.

    "Het is ongetwijfeld het belangrijkste economische nieuws in lange tijd," zei hij. "Sinds de jaren negentig van de vorige eeuw is zo'n installatie in West-Europa niet meer gebouwd."

    De INEOS-investering van € 3 miljard zal voor een ommekeer zorgen in de jaren van achteruitgang binnen de Europese chemiesector.

    “We hopen dat dit een impuls geeft aan investeringen en vernieuwingen in de Europese petrochemische markt, die al meer dan een generatie stagneert,” zei John McNally, CEO van INEOS Project One, de INEOS-organisatie opgericht om het project te realiseren.

    Gehoopt wordt dat andere Europese chemiebedrijven dit voorbeeld zullen volgen en de oude, verouderde technologie vervangen door energie-efficiënte systemen met lage emissies. "Dit gebeurt in Amerika sinds de schaliegasrevolutie," zei John. "Het is hoognodig dat dit ook in Europa gebeurt."

    Maar eerst, aldus INEOS, moet de EU haar ‘absurde’ groene belastingen schrappen, die investeringen buiten de grenzen van Europa naar Amerika, China en het Midden-Oosten hebben gedreven.

    “De VS zijn volop bezig met het investeren van $ 200 miljard in 333 nieuwe chemische fabrieken,” schreef voorzitter Jim Ratcliffe in een open brief aan de voorzitter van de Europese Commissie, Jean-Claude Juncker.

    "De VS hebben geen groene belastingen, maar vereisen wel naleving van de strengste milieunormen voordat ze vergunningen voor nieuwe bouw afgeven."

    Hij zei dat Europa al 's werelds duurste energie- en arbeidswetgeving had die niet uitnodigend was voor werkgevers.

    "Het is niet langer concurrentieel", zei hij. "En alleen kiezen voor groene belastingen voorkomt vernieuwing omdat investeringen worden afgeschrikt. Het duwt ook de productie naar andere delen van de wereld die minder om het milieu geven.”

    De beslissing van INEOS om te investeren in Europa gaat in tegen de stroom, maar het is financieel zinvol.

    In de nieuwe krakerinstallatie en PDH-fabriek in Antwerpen, gaan we enorme hoeveelheden schaliegas - geleverd door INEOS vanuit de VS - omzetten in twee miljoen ton propyleen en ethyleen per jaar voor eigen bedrijven in Europa.

    Verwacht wordt dat zo’n 3.000 mensen gaan meewerken aan de bouw van de nieuwe fabrieken. Wanneer ze ongeveer in 2024 operationeel worden, bieden ze werk aan circa 400 mensen.

    Hans Casier, CEO van INEOS Phenol, zei dat het vrij toepasselijk was dat INEOS ervoor gekozen had om sinds 20 jaar de eerste gaskraker in Europa in de haven van Antwerpen te bouwen.

    "Dit is eigenlijk de bakermat van INEOS," zei hij. "Dit is de plaats waar het allemaal begon in 1998.”

    Bart De Wever, burgemeester van de stad Antwerpen, zei zich nederig te voelen door de beslissing van INEOS.

    "Dit zijn de momenten waarvoor je leeft en werkt," zei hij. "Dit is een investering voor een hele generatie."

    Hij zei dat dit ook aantoonde dat investeerders, zelfs in deze tijden van brexit-onzekerheid, nog steeds geloven in economische groei, internationalisering en duurzame technologie.

    John McNally zei dat 100 nieuwe ingenieurs nodig zullen zijn om de fabrieken te exploiteren en dat mensen - zowel jonge afgestudeerden als ervaren ingenieurs en technici - al in de rij stonden.

    "We hebben enorm veel belangstelling gehad," zei hij. "Voor elke vacature ontvangen we 20 of meer sollicitaties. Het is een opwindende tijd.“

    4 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-enterprising-min.jpg

    Ondernemend bedrijf plukt de vruchten van slim denken

    Eén van de kleinste INEOS-ondernemingen laat op een spectaculaire manier haar spierballen zien. In iets meer dan een jaar heeft INEOS Enterprises haar omzet verdubbeld tot meer dan $ 3 miljard voor het boekjaar.

    CEO Ashley Reed zei dat de beslissing om twee van haar bedrijven te verkopen - en drie andere te kopen - transformerend was.

    "We kunnen nog steeds niet helemaal geloven dat het gebeurd is," zei hij. "En we zijn bijna verdrievoudigd in omvang."

    INEOS Enterprises bestaat uit een aantal kleine en diverse bedrijven. Vorig jaar verkocht de onderneming INEOS ChloroToluenes en INEOS Baleycourt aan Valtris Specialty Chemicals. Maar het kocht ook drie andere bedrijven. De deal met Flint Hills Resources, met zijn activiteiten op het gebied van chemische tussenproducten, werd net vóór Kerstmis afgerond. De andere twee worden naar verwachting dit jaar gesloten.

    Ashley zei dat INEOS Enterprises in alle drie groeipotentieel zag. "We zijn niet bewust op zoek gegaan naar deze bedrijven," zei hij. "Maar we zagen manieren om ze te verbeteren."

    Het is een beproefde formule. INEOS heeft zijn fortuin opgebouwd door onbeminde activa te kopen en om te zetten in betrouwbare, productieve en winstgevende bedrijven. De activiteiten van Flint Hills, dat gezuiverd isoftaalzuur, trimellietzuuranhydride en maleïnezuuranhydride produceert in de faciliteit in Joliet, Illionois is omgedoopt tot INEOS Joliet.

    Het bedrijf, dat ook kantoren en distributiecentra heeft in Amerika, Europa en Azië, verkoopt zijn producten over de hele wereld aan anderen die ze gebruiken om kleding, verven en benzineadditieven te maken. De deal voor de overname van Ashlands gehele composietenactiviteiten zal naar verwachting binnenkort worden goedgekeurd.

    INEOS ging in november akkoord $ 1,1 miljard te betalen voor 20 productielocaties in Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Azië en het Midden-Oosten, die 1.300 mensen tewerkstellen. De harsen van Ashland zijn licht, sterk en vuurbestendig en worden daarom al 30 jaar lang wereldwijd door scheepsbouwers geprezen.

    De composieten vervangen ook steeds vaker de aluminium of stalen frames in auto's omdat ze lichter zijn. Dat bespaart op zijn beurt brandstof en verhoogt de efficiëntie.

    INEOS Enterprises hoopt de deal met Tronox af te ronden voor twee Amerikaanse fabrieken die titaandioxide produceren, een stof die wordt gebruikt in zonnebrandcrème, cosmetica, tandpasta, verf, zeep, kleurstoffen voor levensmiddelen en textiel.

    "Het maakt dingen wit en het is er heel goed in," zei Ashley.

    2 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-centralise-shanghai-min.jpg

    INEOS centraliseert Shanghai-teams

    INEOS opende een nieuw kantoor in Shanghai, zodat al zijn Chinese verkoop- en business teams vanuit één vestiging kunnen werken.

    Tot vorige maand had INEOS drie kantoren in de stad. Een daarvan erfde het bedrijf in 2005 toen het BP Chemicals kocht, het tweede kantoor volgde na de fusie van BASF en INEOS Styrenics in 2011 en het derde kwam er onlangs bij toen INEOS de Chinese styreenactiviteiten van Total verwierf.

    "Door één nieuwe locatie te creëren kunnen we onze medewerkers extra kansen bieden om zich te ontwikkelen en vooruitgang te boeken in een groter gecoördineerd team", aldus David Thompson, CEO van INEOS Trading & Shipping.

    De officiële opening van het nieuwe kantoor werd georganiseerd door Kevin McQuade, CEO van Styrolution en bijgewoond door Minhao Zhou, burgemeester van de gemeentelijke volksregering van Shanghai, district Putuo.

    1 minuut gelezen Nummer 15
  • inch-15-eastern-promise-min.jpg

    Oosterse belofte

    “Azië is een groeimarkt voor ons, zei Kevin McQuade, CEO van INEOS Styrolution.

    "We zien de recente acquisitie als een platform om op verder te bouwen."

    Historisch gezien heeft China grondstoffen geïmporteerd en de eindproducten geëxporteerd. Dat is nu aan het veranderen door een snelgroeiende consumentenmarkt in het thuisland.

    Naar verwachting zal ongeveer 70% van de toekomstige groei voor styrenics afkomstig zijn uit China, waar meer dan een miljard mensen wonen, van wie velen nu moderne consumptiegoederen eisen naarmate hun levensstandaard verbetert.

    Als de grootste leverancier van styrenics in de wereld gelooft INEOS Styrolution dat investeren in China het bedrijf zal helpen groeien en zijn nummer één positie in de markt zal versterken.

    "We willen niet alleen onze leidende positie in de wereld behouden," zei Kevin. "We willen deze versterken."

    INEOS Styrolution, dat kunststoffen maakt voor auto's, elektronica, de speelgoed- en bouwindustrie, exporteert momenteel producten naar zijn klanten in China, voornamelijk vanuit Korea en Thailand.

    Door een vaste voet voor productie in China te hebben, kan het zijn bestaande kernklanten beter bedienen, China's groeiende productie-industrie helpen ontwikkelen en sterke, wederzijds voordelige relaties in China opbouwen.

    De polystyreen uit de nieuwe productievestigingen in Foshan en Ningbo, die beide 200.000 ton per jaar kunnen produceren, zal grotendeels bestemd zijn voor de Chinese elektronische, huishoudelijke en verpakkingsmarkten.

    Dit zijn allemaal kernmarkten voor INEOS Styrolution, dat wereldwijd ongeveer 5,6 miljoen ton styreenmonomeer, ABS-standaard en specialiteiten produceert, waarvan 1,8 miljoen ton polystyreen.

    Medewerkers van beide fabrieken - en de twee verkoopkantoren in Guangzhou en Shanghai - werken nu voor INEOS Styrolution.

    "We hebben een zeer positieve reactie ontvangen van onze nieuwe collega's," zei Kevin. "En we zijn vastbesloten om de integratie zo soepel mogelijk voor hen te maken.” INEOS is ook verheugd een bedrijf te hebben overgenomen dat geleid wordt door zeer goede en ervaren mensen.

    De overname in China volgt op een eerdere acquisitie in Korea. In 2017 verwierf het bedrijf de K-Resin® SBC-business gevestigd in Yeosu aan de Zuid-Koreaanse kust. SBC- of styreen-butadieen-copolymeer is een flexibele, heldere en sterke kunststof die vooral in de medische en verpakkingsindustrie wordt gebruikt.

    Kevin legt uit dat beide overnames onderdeel waren van de ambitieuze 'Triple Shift'-groeistrategie van het bedrijf en een investering in producten met een hogere marge, sterk groeiende klantensectoren en opkomende markten over de hele wereld.

    4 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-all-power-min.jpg

    Alle ogen gericht op BMW

    De ambitieuze plannen van INEOS om een no-nonsense, robuuste 4x4 te bouwen, hebben een andere wending genomen. Onlangs kondigde het bedrijf aan dat zijn nieuwe terreinwagen wordt aangedreven door de nieuwste generatie TwinPower Turbo-benzine- en dieselmotoren van BMW. Dirk Heilmann, CEO van INEOS Automotive, zei: "Simpel gezegd, BMW bouwt de beste motoren ter wereld. Zijn benzine- en dieselmotoren bieden een uitstekende duurzaamheid en onbetwistbare kwaliteit, om nog maar te zwijgen van de hoge prestaties en efficiëntie. We bouwen een compromisloze functionele 4x4 en er is geen betere keuze onder de motorkap dan een BMW-motor. “

    "Deze technologische samenwerking is een zeer belangrijke mijlpaal voor Project Grenadier," voegde Mark Tennant, commercieel directeur van INEOS Automotive hieraan toe. "Het is een partnerschap dat duidelijk onze intentie te kennen geeft. BMW aan onze zijde hebben, vormt een sterke verklaring naar de rest van de industrie.”

    Na deze aankondiging begin april hield INEOS Automotive een opendeurdag voor leveranciers in Stuttgart, Duitsland, met als doel het bedrijf, zijn waarden en het verhaal van Project Grenadier tot op heden te introduceren. "Na de krachtige beslissing gaan we nu verder met de nominatie van leveranciers voor andere belangrijke componenten", zei Oliver Frille, inkoopdirecteur bij INEOS Automotive. "Deze leveranciersdag, bijgewoond door onze engineering partners, MBtech en Magna, evenals BMW, stelde ons in staat om de ambitie van het project te demonstreren aan een zaal vol met potentiële partners van wereldklasse in de toeleveringsketen van de automobielindustrie."

    Het evenement werd bijgewoond door meer dan 200 mensen uit 100 verschillende bedrijven die alle belangrijke delen van het voertuig vertegenwoordigen. Naast het delen van de 'Project'-filosofie en -planning, introduceerde Tom Crotty, Group Communications Director, de INEOS Group en trakteerde het publiek, op de zo eigen INEOS-manier, op het verhaal van de Dragon Ships (drakenschepen), als een geweldig voorbeeld voor partnerschappen in de toeleveringsketen.

    Sinds de plannen om een eigen 4x4 te bouwen in 2016 voor het eerst uitgebroed werden bij een pint in The Grenadier, de Londense pub dicht bij het INEOS-hoofdkantoor, is INEOS Automotive uitgegroeid tot een volwaardig internationaal bedrijf met een basis in het Verenigd Koninkrijk en in Duitsland. Met een vaste staf van 50 medewerkers (en groeiende) in zijn basis in Londen heeft het team in april een nieuw kantoor geopend in het autocentrum van Böblingen, Duitsland, om zijn ontwerp-, engineering- en inkoopteams te herbergen. Het kantoor van INEOS Automotive grenst aan dat van MBtech, engineering-hoofdpartner voor Project Grenadier en een voormalige dochteronderneming van Mercedes Benz. MBtech heeft nu ongeveer 200 ingenieurs die fulltime aan Project Grenadier werken.

    Met nog twee jaar te gaan tot de lancering, moet er nog veel worden gedaan, maar het project maakt aanzienlijke vorderingen op een groot aantal fronten. Dirk Heilmann zegt: "Werkzaamheden aan het chassis en de ophanging zijn aan de gang in Oostenrijk met ons eerste ‘muilezelvoertuig’. Het ontwerp voor de buitenkant is bijna voltooid en het interieurconcept vordert nu ook goed. Na BMW beginnen de nominaties van leveranciers nu serieus en we staan op het punt om onze keuze voor de productielocatie aan te kondigen.”

    inch-15-all-power-inline-min.jpgGenodigden van de Project Grenadier-leveranciersdag hadden de kans om meer te weten te komen over Project Grenadier, INEOS Automotive, en de oorspronkelijke terreinwagens die de nieuwe 4x4 inspireerden.

    Blijf online op de hoogte van het Project Grenadier-traject

    Twitter | LinkedIn | Facebook | Instagram

    3 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-waste-not-min.jpg

    Waste not, want not

    Watplastic afval betreft, is INEOS van mening dat dit moet veranderen - en het bedrijf heeft een zeer duidelijke visie over hoe dit gerealiseerd kan worden. Maar het kan het niet alleen.

    "We werken samen met recycleerders en met onze klanten om kunststoffen te recyclen en in nieuwe producten te verwerken", aldus Peter Williams, Group Technology Director.

    In 2000 bezweken de Australische organisatoren van de Olympische Spelen van Sydney onder de druk van milieugroeperingen en werd PVC er verboden. Het materiaal werd effectief bestempeld als een publieke bedreiging.

    Bijna 20 jaar later heeft PVCmeer dan bewezen dat het geschikt is voor de 21e eeuw.

    Het resultaat is dat het materiaal, dat bestand is tegen gietende regen, wildezeeën en felle zonneschijn, veel gebruikt wordt in de bouwsector en een belangrijkebijdrage levert aan de moderne sportwereld.

    Elk jaar wordt 640.000 ton PVCgerecycleerd in Europa via het VinylPlus-initiatief en INEOS verwacht tegen 2020 die hoeveelheid te verhogen tot 800.000 ton.

    Polyolefinen - de plastics die te vinden zijn in melkflessen, voedselverpakkingen en medische toepassingen - kunnen ook worden gerecycleerd.

    Ook hier werkt INEOS samen met recycleerders en klanten om een manier te vinden om nieuwe soorten kunststof te maken, die gemengd kunnen worden met gerecycleerd materiaal om een eindproduct van hoge kwaliteit te maken.

    "De volgende stap is om gekleurde materialen beter te hergebruiken om producten van topkwaliteit te maken," zei Peter.

    Maar het huidigemechanisch recycleren is beperkt, omdat elke keer dat plastic wordt gerecycleerd het een deel van zijn kwaliteit verliest.

    "We zijn ook beperkt in ons vermogen om zuiver en puur plastic afval te kunnen terugwinnen," zei Peter.

    Wanneer plastic niet kan worden gerecycleerd, dan kunnen we wel de energie in het product terugwinnen.

    INEOS doet iets vergelijkbaars in zijn fabriek in Runcorn in het Verenigd Koninkrijk.

    Maar INEOS wil meer uit het proces halen. Binnenin elk stukje plastic zitten  waardevolle grondstoffen - in hoofdzaak koolwaterstoffen - en INEOS wil ze terugwinnen.

    INEOS evalueert nu technologieën die in staat zijn om alle kunststofafval - hoe verontreinigd ook - terug om te zetten naar de oorspronkelijke grondstof, zodat het opnieuw geleverd  kan worden aanr de fabrieken van INEOS om er daar nieuwe, hoogwaardige producten van te maken.

    "Het belangrijkste voordeel is dat met deze benadering al het plastic afval, zelfs het gemengde afval met de laagste kwaliteit, kan worden gerecycleerd", aldus Peter.

    Voor polystyreen kan de huidige chemische recyclage bijzonder effectief zijn, omdat de werkwijze ervoor zorgt dat het polystyreen de-polymeriseert en een styreenmonomeer produceert dat teruggevoerd kan worden naar de polymerisatiereactor.

    "Hoewel we nog in de kinderschoenen staan en de technische uitdagingen aanzienlijk zijn, wordt er vooruitgang geboekt, vooral bij INEOS Styrolution, waar teruggewonnen monomeervloeistoffen al worden getest op pilootschaal" zei hij.

    Peter zei dat er naast de ontwikkeling van nieuwe polymeren en nieuwe werkwijzenom kunststoffen te recycleren, door overheden over de hele wereld grote investeringen nodig zijn in de infrastructuur voor het inzamelen, sorteren en beheren van afval. "Om echte verandering in recyclage te bereiken, maar ook om het probleem van zwerfvuil op het land en in de oceanen op te lossen, moet ieder van ons - de chemische industrie, de overheden en andere organisaties, en het publiek - zijn steentje bijdragen.

    4 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-pvc-min.jpg

    PVC fit verklaard voor de 21e eeuw

    "We zijn redelijk optimistisch dat VinylPlus voor 2018 opnieuw een toename van de gerecycleerde volumes zal laten zien, maar de tonnages moeten nog worden gecontroleerd," aldus Dr. Jason Leadbitter, Sustainability & Corporate Social Responsability Manager bij INOVYN.

    Dit gezegd zijnde, vertrouwt hij erop dat de cijfers zullen aantonen datPVC, een van de meest gebruikte kunststoffen ter wereld, in de kern van de kringloopeconomie hoort.

    Sinds 2000 heeft Recovinyl - de recyclageafdeling van VinylPlus - meer dan vier miljoen ton raamkozijnen, buizen, vloeren, kabels, verpakkingen, dekzeilen, meubels en medische hulpmiddelen uit PVC gerecycleerd.

    Jason zei dat het mogelijk was omdat iedereen in de waardeketen - de PVC-fabrikanten, de producenten van additieven, de verwerkers en de recycleerders - betrokken was.

    Bovendien is de belofte van VinylPlus om 900.000 ton PVCte recycleren tegen 2025 en tegen 2030 minstens één miljoen ton, een vrijwillig engagement dat niet aan de industrie werd opgedrongen.

    "Vrijwillige toezeggingen zijn een enorme stimulans om win-win-mogelijkheden te creëren voor zowel de industrie als de regelgevers, omdat ze besparen op administratieve rompslomp," zei hij.

    Een ander initiatief van het VinylPlus-programma is de recente lancering van een label dat klanten helpt producten te identificeren die op een verantwoorde manier zijn vervaardigd.

    Tot nu toe hebben zes raamfabrikanten toestemming gekregen om het nieuwe VinylPlus®-productlabel - Vinyl Verified - op hun producten weer te geven.

    "Het label onderscheidt zich in de markt", zei Jason. "Het heeft zeven jaar geduurd om het te bewerkstelligen, maar het is opwindend dat het eindelijk is gelanceerd en al is goedgekeurd."

    Het initiatief, oorspronkelijk gericht op de bouwsector, is ontwikkeld door VinylPlus, met hulp van BRE Global en The Natural Step, en INOVYN is er trots op daar deel van uit te maken.

    "Het label zelf biedt bedrijven de mogelijkheid om vanuit een duurzaamheidsperspectief de lat hoger te leggen," zei Jason.

    Om aan de veeleisende criteria te voldoen, heeft INOVYN ook zijn rol gespeeld bij het aantonen van een verantwoorde productie van de PVC-hars zelf.

    3 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-circular-economy-min.jpg

    Wat is circulaire economie?

    Maar een verschuiving in het mondiale denken zou ons kunnen helpen om een circulaire of kringloopeconomie te creëren. Een economie waarin we producten maken en deze verkopen aan consumenten, die ze vervolgens terugbrengenzodat de componenten kunnen gerecycleerd worden tot nieuwe producten.

    "Recyclage zal niet alle afval elimineren", zegt Peter Williams, Group Technology Director. "Het weggooien van afval stoppen heeft in veel delen van de wereld een beter afvalbeheer nodig, maar het vergt ook een collectieve gedragsverandering. We moeten nadenken over wat er in verschillende delen van de wereld nodig is, dan enkel  oorlog voeren tegen plastic afval en niet tegen het plastic zelf - dat ons op veel manieren nuttig is..” Peter zei dat er geen zilveren kogel was.

    "De recyclagetechnologie van vandaag is te beperkt", zei hij. "Nieuwe technologieën en een mix van benaderingen zijn nodig, maar we weten nog niet wat die mix zal zijn.”

    Wet- en regelgevers zouden dit moeten begrijpen en mogen geen voorkeur hebben voor de ene technologie boven de andere.

    "We hebben een kader nodig dat de ontwikkeling van verschillende benaderingen aan kan moedigen waaruit dan de meest effectieven naar voren zullen komen ," zei hij.

    Hetzelfde geldt voor de NGO’s, waarvan hij zegt dat ze het meest tot hun recht komen als ze rechtstreeks met de industrie samenwerken, zodat uitdagingen en praktische zaken kunnen gedeeld en begrepen worden voordat er een visie wordt gecreëerd.

    "Ze spelen een belangrijke rol bij het oproepen van vragen, maar meestal moeten de antwoorden van elders komen en vooral van de betrokken industrieën. Belanghebbenden die weigeren deel te nemen, benaderen het probleem met gesloten ogen.”

    We hebben allemaal een rol te spelen, zegt INEOS

    INEOS is van mening dat de inspanningen om een circulaire economie te creëren - en om plastic uit de oceaan te houden - de participatie van alle industrieën nodig heeft om te slagen.

    "Iedereen heeft een rol te spelen bij het aanpakken van dit probleem. De overheid, de industrie, de NGO's en het publiek", zei Peter Williams, Group Technology Director van INEOS.

    INEOS werkt nauw samen met andere bedrijven wereldwijd die de moderne ‘maken-gebruiken-dumpen’ economie willen veranderen in een economie waarin kunststoffen worden ontworpen om steeds opnieuw te worden gebruikt.

    Helaas zal de Ellen MacArthur Foundation, die onlangs haar Global Commitment-programma (wereldwijde betrokkenheid), als onderdeel van het New Plastics Economy, heeft geïntroduceerd, geen partner zijn.

    INEOS kreeg eind vorig jaar te horen dat een aantal belanghebbenden van de stichting niet wilden worden geassocieerd met een industrie die grondstoffen uit de aarde haalde.

    "Ik was verrast, omdat we hard hadden gewerkt aan een zinvolle belofte", zei Peter.

    INEOS en de stichting hadden ambitieuze recyclagedoelstellingen afgesproken, die zouden worden opgenomen in de Global Commitment van de stichting.

    "De stichting was op zoek naar toezeggingen voor de circulaireeconomie, in de vorm van harde doelen, van alle deelnemers aan de waardeketen van polymeren," zei hij, "dus ik was teleurgesteld dat we op het laatste moment werden uitgesloten. Om een circulaire economie te realiseren, waarin we allemaal geloven, moet onze sector worden betrokken. Onze sector heeft de motivatie, de knowhow en het vermogen om een verschil te maken.“

    De stichting vertelde INEOS, een van de grootste polymeerproducenten ter wereld, dat het een moeilijke beslissing was, maar het was slechts een 'tijdelijke blokkering'.

    Omdat INEOS niet op de teleurstelling wilde staren, lanceerde het snel zijn eigen wereldwijde belofte om te evolueren naar een meer circulaire economie voor plastic verpakkingen.

     "We denken dat het mogelijk is - door innovatie en partnerschap - om de waarde van onze polymeren te behouden door opnieuw na te denken over de manier waarop we ze produceren en terugwinnen aan het einde van hun levenscyclus," zei Peter.

    Als onderdeel van zijn inzet voor een nieuwe circulaireeconomie heeft INEOS zichzelf vier ambitieuze doelen gesteld om tegen 2025 te bereiken. Dit is onze belofte:

    Onze belofte

    1. Een reeks polyolefineproducten voor verpakkingstoepassingen in Europa met 50% of meer gerecycleerde materiaal
    2. Gemiddeld 30% gerecycleerd materiaal gebruiken in producten die bestemd zijn voor polystyreenverpakkingen in Europa
    3. Ten minste 325 kiloton per jaar gerecycleerd materiaal integreren in producten
    4. Ervoor zorgen dat 100% van de polymeerproducten kan worden gerecycleerd

    6 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-renew-min.jpg

    Vernieuw je denken

    ONZE wereld verandert. En niemand is immuun. Afnemende natuurlijke hulpbronnen, groeiende bevolking, armoede en klimaatverandering dwingen ons om enkele van de meest complexe vragen die de mensheid ooit heeft gesteld onder ogen te zien.

    Het publiek ziet heel vaak geen rol toebedeeld voor de chemische industrie bij het creëren van een duurzame economie. Het wordt gezien als een tanende industrie. Een industrie die niet meer van deze tijd is. Fossiele brandstoffen - gas en olie - behoren tot het verleden. Wat de wereld nodig heeft, is hernieuwbare energie.

    "Het kan frustrerend zijn," zei Peter Williams, INEOS Group Technology Director. "Mensen zien geen verband tussen de chemische industrie en zonnepanelen, windturbines, lichter en zuiniger transport. Maar we kunnen niet gewoon blijven zitten en hierover klagen. "

    Windturbines, zonnepanelen, elektrische, lichtere en zuinigere auto's zouden gewoonweg niet bestaan zonder de chemische industrie.

    "We moeten allemaal onze communicatie over wat we doen verbeteren, waar materialen vandaan komen, waarom ze worden gebruikt en welke de voordelen zijn die ze bieden," zei hij. "Voor ons is de maatstaf van een duurzame economie er een die het milieu onaangeroerd laat of verbetert, een economie die betaalbare en duurzame producten creëert en werkgelegenheid biedt aan gemeenschappen. "

    Naarmate de wereldbevolking blijft stijgen, zullen naar schatting 9,1 miljard mensen voedsel en water nodig hebben tegen het jaar 2050. Kunststoffen spelen een zeer sterke rol bij het leveren van effectieve producten en diensten die deze groeiende bevolking nodig heeft.

    De actuele oplossingen komen van bedrijven zoals INEOS, die de materialen leveren om toekomstige uitdagingen het hoofd te bieden - bijvoorbeeld de materiële infrastructuur zoals plastic leidingen die nodig zijn om vers water te vervoeren naar mensen die in een aantal van de armste delen van de wereld wonen. In tegenstelling tot stalen buizen zijn ze goedkoop, eenvoudig te installeren,  lekken ze zelden en kunnen tot 100 jaar meegaan.

    Kunststofverpakkingen die vaak als onnodig worden beschouwd, verlengen de houdbaarheidsperiode van verse groenten en fruit, en verminderen op die manier drastisch het voedselafval.

    Het Environmental Protection Agency (milieubeschermingsagentschap) in Amerika heeft onlangs onthuld dat door de voedselresten op stortplaatsen er methaan vrijkomt, een broeikasgas dat 21 keer krachtiger is dan koolstofdioxide.

    De VN schat dat elk jaar 30% van het voedsel dat over de hele wereld wordt geproduceerd, wordt verspild.

    De kostprijs hiervan is het kleinhandelequivalent van $ 1 triljoen - tweemaal het bbp van Noorwegen.

    Een grote Britse supermarkt stopte onlangs met het verkopen van losse groenten en fruit omdat er zoveel verspild wordt.

    De Voedsel- en Landbouworganisatie zei dat dit ook ten koste gaat van de natuur, met $ 172 miljard verspild water voor de productie van het ongewenste voedsel.

    "De producten die we produceren en leveren aan andere industrieën en de maatschappij, zorgen voor een aanzienlijke besparing van middelen en energie", zegt Petra Inghelbrecht, Global Sustainability Manager van INEOS Styrolution.

    INEOS produceert ook chemische producten die worden gebruikt voor woningisolatie. In de huidige situatie produceren slecht geïsoleerde huizen tonnen aan broeikasgassen

    Maar INEOS is niet alleen gericht op zijn klanten. Het is altijd op zoek naar nieuwe manieren om dingen te doen die ervoor zorgen dat het bedrijf een stap vóór blijft.

    Energie besparen is altijd van fundamenteel belang geweest voor de manier waarop INEOS werkt. "Onze inspanningen op het gebied van duurzaamheid omvatten een breed scala aan projecten die gericht zijn op het verbeteren van de procesefficiëntie in al onze productie-installaties," aldus Petra.

    Ze zei dat INEOS altijd probeert 'meer voor minder' te verkrijgen door de hoeveelheid grondstoffen en energie die het gebruikt om producten te maken te verminderen - en de hoeveelheid water en afvalbijproducten, zoals CO2, te beperken.

    Het is logisch dat INEOS als bedrijf de kosten laag houdt. Tegenwoordig zijn het de klanten die willen en verwachten dat alle maatregelen worden genomen om de negatieve impact op het milieu te minimaliseren.

    En er wordt al een heleboel gedaan op veel van INEOS-sites over de hele wereld.

    In Thailand wordt water gerecycleerd uit de centrifuges zodat het opnieuw kan worden gebruikt in het productieproces.

    In India zijn regenwateropvangfaciliteiten gebouwd om regenwater op te vangen voor hergebruik op de site.

    In het Verenigd Koninkrijk wordt huishoudelijk afval nu omgeleid van een stortplaats naar de INEOS-site in Runcorn, waar het wordt verbrand in een warmtekrachtcentrale om elektriciteit en stoom te produceren.

    Kortom, INEOS houdt nooit op met het zoeken naar manieren om dingen efficiënter te doen.

    Daarom bevinden de INEOS-bedrijven zich vaak op enkele van de grootste geïntegreerde chemische sites ter wereld, of het nu in België, Duitsland, Zweden, China of Frankrijk is, waar zij ideeën en middelen met andere bedrijven kunnen delen.

    Vorig jaar werd INEOS gekozen voor het leiden van een vierjarig project om verschillende industrieën te helpen begrijpen hoe energie, materialen en diensten efficiënter gedeeld kunnen worden. Het idee is dat iemands afval de schat van een ander is.

    "Voor mij gaat dit project om het creatief nadenken over hoe een duurzamere toekomst te bouwen", zegt Hélène Cervo, Research Engineer en promovendus in Lavéra in Frankrijk.

    INEOS is van mening dat een circulaire en duurzame economie haalbaar is. En de chemische industrie, met de drijfveer, de knowhow en het vermogen om een verschil te maken, is de sleutel.

    Waarom we belangrijk zijn

    Onze producten verbeteren bijna elk aspect van het moderne leven.

    Zonder ons zou de samenleving zoals wij die kennen, niet functioneren.

    We helpen het pad te effenen naar een koolstofarme economie, te beginnen bij onze processen en producten.

    En we doen er alles aan om te evolueren naar een circulaire conomie.

    Hoe we werken

    Wij handelen op een verantwoorde, veilige en efficiënte manier.

    We praten met lokale gemeenschappen en ondersteunen hen waar we kunnen.

    We werken samen met andere industrieën om kostbare, natuurlijke hulpbronnen te delen.

    We werven de beste mensen aan, zodat we samen de beste oplossingen voor de grootste uitdagingen van de samenleving kunnen vinden.

    VLIEGTUIG
    INEOS speelde een belangrijke rol bij het project om de 787 Dreamliner van Boeing, het 'plastic vliegtuig', van de grond te krijgen. De 787, die overwegend van plastic is, is veel lichter dan de Airbus 380 en vliegt daarom veel verder met dezelfde hoeveelheid brandstof. Maar terwijl het nieuwe commerciële vliegtuig van Boeing tot bloei is gekomen, is de superjumbo van Airbus, het grootste passagiersvliegtuig ter wereld, vanwege een gebrek aan belangstelling afgedankt. De 787 was het eerste commerciële vliegtuig met een romp en vleugels van koolstofvezel. Acrylonitril van INEOS is essentieel voor de productie van koolstofvezel voor deze en nog vele andere toepassingen. De geavanceerde materialen staan bekend als composieten, die ook een hogere cabinedruk op grotere hoogte kunnen weerstaan dan detraditionele aluminium-gebouwde vliegtuigen. Dus passagiers zullen waarschijnlijk minder last hebben van jetlag. Het vliegtuig verbruikt ook 20% minder brandstof dan vliegtuigen van vergelijkbare afmetingen en de onderhoudskosten zijn 10% lager.

    ZONNEPANELEN
    INEOS maakt veel van de grondstoffen die in zonnepanelen gaan, inclusief voor de montageonderdelen en behuizingen. Allemaal gemaakt met behulp van gas. De productie van zonnecellen is zelfs vrij chemisch en gasintensief. Fabrikanten gebruiken een hele reeks gas- en chemische producten, waaronder ammoniak, stikstofoxide, methaan, waterstoffluoride, fosfine en diboraan. Velen geloven dat de groei van de zonnecelmarkt een nieuwe golf van groei voor de gassenindustrie zou kunnen genereren.

    WINDTURBINES
    Kunststofcomposieten en koolstofvezel zijn nu de voorkeursmaterialen voor windturbinewieken omdat ze licht en ongelooflijk sterk zijn. INEOS is 's werelds grootste leverancier van acrylonitril - de belangrijkste component in koolstofvezel. Veel van de windmolenwieken worden langer. Metaal biedt de sterkte, maar het is te zwaar. Met kunststofcomposieten kunnen wieken in grootte groeien, maar blijven ze licht, sterk en flexibel. Omdat ze uit kunststof zijn gemaakt, zijn windturbines ook sterk genoeg om ruw weer, zowel op het land als op zee te weerstaan. Ze zijn ook lichter en sterker, en hebben zo de weg vrijgemaakt voor grotere en efficiëntere turbines. De hoogwaardige smeermiddelen van INEOS worden ook gebruikt om de tandwielkasten efficiënt te laten werken. Traditionele materialen, zoals staal, kunnen de nu bereikte prestaties niet bieden.

    AUTO’S
    Er zijn ongeveer 1,4 miljard auto's op de weg. Omdat de regelgeving een constante brandstofefficiëntie vereist, is kunststof steeds meer het materiaal bij uitstek voor dashboards, bumpers, carrosseriepanelen, motoronderdelen en brandstoftanks, omdat het lichter en sterker is, gerecycleerd kan worden en niet corrodeert. De vraag naar een lager brandstofverbruik en beter presterende motoren heeft ook geleid tot een toename van de belangstelling voor motoroliën met lage viscositeit. INEOS Oligomers biedt de fabrikanten van synthetische oliën en additievenleveranciers de hoogwaardige basisoliën die helpen om de algehele efficiëntie van een auto te verbeteren. En pvc wordt gebruikt om de bedrading van elektrische componenten in auto's te coaten, omdat het vlambestendig is en, in tegenstelling tot rubber, niet vergaat. Het wordt ook gebruikt om autocarrosserieën te tectyleren om corrosie te stoppen.

    PLASTIC BUIZEN
    Plastic buizen voeren nu zoet water naar mensen die in sommige van de armste delen van de wereld wonen. In tegenstelling tot stalen buizen zijn ze goedkoop, eenvoudig te installeren,  lekken ze zelden en kunnen tot 100 jaar meegaan. Voor de miljoenen mensen die geen toegang hebben tot schoon water, zijn ze een godsgeschenk

    8 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-sweden-min.jpg

    Zweden creëert een klimaat voor verandering

    Onder de bedrijven die momenteel actief zijn in Sustainable Chemistry 2030 (duurzame chemie), is INEOS Sverige AB.

    Sinds 2010 hebben de vijf bedrijven in Stenungsund zich stilletjes gericht op meer recyclage van plastic en gebruiken ze plastic, in plaats van olie en gas, om producten te maken.

    "Het is belangrijk voor ons om de volledige waarde van kunststoffen te benutten", zei Elin Hermansson, projectmanager Duurzame Chemie 2030.

    Chemische bedrijven werken samen met academici, politici en wetenschappers om de beste manier te vinden om afval als een hulpbron te gebruiken – en hun afhankelijkheid van de reserves van olie en gas te doorbreken. Verhoogde recyclage van plastic zal helpen.

    De groep heeft ook een concept ontwikkeld waarmee gerecycleerde kunststoffen zouden kunnen worden verwerkt tot nieuwe grondstoffen en nieuwe producten.

    "Dit concept zou de lus voor kunststoffen kunnen dichten en 100% recycleren", zei Elin. "Voorstudies hebben ook aangetoond dat er een groot potentieel is voor een vermindering van de CO2-uitstoot.”

    Er zijn ook lopende projecten gerelateerd aan energie-efficiëntie binnen de chemische cluster.

    Een site-analyse, uitgevoerd door de Chalmers University of Technology en gefinancierd door het Zweedse energiebureau, toonde een groot besparingspotentieel - een vermindering van de CO2-uitstoot met 10% - toen alle vijf bedrijven in aanmerking werden genomen. Vervolgprojecten hebben ook aangetoond dat het mogelijk is.

    "De chemische cluster voldoet al aan meer dan 97% van de vraag naar stadsverwarming in Stenungsund," zei Elin. "Maar desondanks is er nog steeds een enorme hoeveelheid overtollige warmte die verloren gaat."

    Een oplossing zou kunnen zijn om een 30 km lange pijpleiding te bouwen, zodat deze kan worden gebruikt voor stadsverwarming voor mensen in Göteborg.

    "Dit zijn allemaal grote uitdagingen, maar we willen helpen bouwen aan een toekomstige samenleving waarin we hernieuwbare bronnen gebruiken om duurzamere producten te ontwikkelen", zei ze.

    2 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-ineos-inspires-min.jpg

    INEOS inspireert een nieuwe generatie vrouwen

    Als onderdeel van de Internationale Vrouwendag, maakte een van de liefdadigheidsinstellingen van INEOS, de 1851 Trust, gebruik van de kracht van sport om de verbeelding van 120 jonge meisjes te prikkelen - en de wetenschap tot leven te brengen.

    De meisjes waren uitgenodigd in Portsmouth, de thuisbasis van het INEOS Team UK, het team achter de Britse weddenschap om 's werelds oudste en meest begeerde trofee, de America's Cup, te winnen.

    "Gebruik maken van het enthousiasme rond de America's Cup was een geweldige manier om kinderen aan te spreken," zei Amelia Gould, stafchef bij BAE Systems, die op het evenement was om schoolmeisjes te laten zien dat STEM (Science, Technology, Engineering, Maths: wetenschappen, technologie, techniek, wiskunde) niet alleen de vakken voor jongens zijn.

    Gedurende de dag werd aan de meisjes van 11 tot 13 jaar getoond hoe het INEOS-team wetenschap en technologie heeft gebruikt om een 'vliegende' boot te ontwerpen en te bouwen die een snelheid van 60 mph (ca. 95 km/u) kan halen en enkel door de wind wordt aangedreven.

    De meisjes ontmoetten ook jonge vrouwelijke stagiaires en afgestudeerden die in STEM- industrieën werken en opmerkelijke vrouwelijke zeilers, Dee Caffari, MBE (lid van de Orde van het Britse Rijk) en 1851 Trust-ambassadeur Annie Lush, die beide de wereld rond zijn gevaren.

    De 1851 Trust, de officiële liefdadigheidsinstelling van het INEOS Team UK, maakte van de gelegenheid gebruik om zijn programma Next Generation Roadshow for Girls (roadshow voor de volgende generatie meisjes) te lanceren.

    Het programma, dat gericht is op het inspireren van een nieuwe generatie vrouwelijke STEM-rolmodellen, wordt dit jaar in het hele Verenigd Koninkrijk uitgerold dankzij financiering van het Britse ministerie van Verkeer.

    Onderzoek over de hele wereld heeft aangetoond dat jonge vrouwen regelmatig een carrière in wetenschap, technologie, techniek en wiskunde uit de weg gaan.

    “We willen dat veranderen want we begrijpen volledig de noodzaak voor het aantrekken van nieuw en divers talent in de chemische industrie,” zei Anne-Gret Iturriaga Abarzua, hoofd communicatie bij INEOS in Keulen, die vanuit Duitsland naar het evenement in Groot-Brittannië vloog.

    INEOS in Keulen heeft met succes de belangstelling voor wetenschap van alle jongeren aangesproken gedurende de afgelopen 11 jaar via het programma TuWaS! Het programma moedigt kinderen in het basis- en voortgezet onderwijs aan om vragen te stellen in plaats van kant-en-klare antwoorden te krijgen.

    Hun kampioen is Anne Gret en INEOS Keulen is de grootste financiële ondersteuner in het Rijnland, waar het 34 scholen sponsort.

    In het Verenigd Koninkrijk is slechts 22% van de jonge vrouwen vertegenwoordigd in een STEM-loopbaan. Met naar schatting 174.000 STEM-functies die volgend jaar moeten worden ingevuld, is het echter van essentieel belang dat de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen wordt aangepakt om de kloof te dichten.

    Ben Cartledge, CEO van de 1851 Trust, zei dat het geweldig was om een nieuwe generatie meisjes geïnspireerd te zien om de mogelijkheid van een STEM-carrière te onderzoeken - en de basis van het INEOS Team UK was de perfecte plek om dit te doen, want hier wordt geavanceerde technologie ingezet om de snelste zeilboot ter wereld te ontwerpen en bouwen.

    "STEM heeft al een cruciale rol gespeeld in de America's Cup-campagne", zei Anne-Gret. Ze voegde hieraan toe: "We onderzoeken nu manieren om de inspanningen in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland te overbruggen door van elkaar te leren."

    Je kunt meer te weten komen over de wetenschap achter de uitdaging van het INEOS TEAM UK op de 1851 Trust STEM Crew-website, die wordt ondersteund door INEOS.

    De website bevat boeiende video's en hulpmiddelen ontwikkeld voor schoolkinderen. Vorig jaar werden de hulpmiddelen gebruikt om STEM tot leven te brengen voor meer dan 85.000 studenten. www.stemcrew.org

    inch-15-ineos-inspires-inline-min.jpgDe schoolgroepen proberen het nieuwe 'tech-deck' van het INEOS Team UK uit.

    inch-15-ineos-inspires-inline2-min.jpgVR-headsets transporteren studenten naar de America's Cup-boten.

    4 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-daily-mile-min.jpg

    The Daily Mile

    1. Fitter, slanker, gezonder, gelukkiger.

    Tot op heden lopen meer dan 1,7 miljoen kinderen in 61 landen regelmatig The Daily Mile, een eenvoudig initiatief dat werd bedacht door een Schots schoolhoofd, die zich zorgen maakte over de slechte conditie van haar leerlingen.

    "Ik kan het zelf nauwelijks geloven", zei oprichtster Elaine Wyllie.

    Sinds die dag in 2012, toen Elaine getuige was van hoe kapot haar leerlingen waren na een poging om zonder stoppen het schoolterrein rond te lopen, heeft haar eenvoudige campagne wereldwijde erkenning en steun gekregen van mensen zoals Wimbledon-kampioen Sir Andy Murray, atleet Sir Mo Farah, Manchester United voetballer Jesse Lingard en recent de hertogin van Cambridge.

    Onderzoek heeft aangetoond dat kinderen die lopen niet alleen fitter, slanker, gezonder en gelukkiger zijn, maar ook leergieriger wanneer ze naar hun lessenaar terugkeren.

    Kortom, het was absoluut fenomenaal. Toch hadden maar weinigen van Elaine gehoord tot 2015, toen ze uitgeroepen werd tot Leerkracht van het Jaar in de Pride of Britain-prijsuitreiking. Tijdens die met sterren bezaaide prijsuitreiking in Londen was Elaine zo weg van al die bekende mensen om haar heen en zo bezig met het nemen van selfies met vips zoals Ozzy Osbourne, dat ze haar laatste bus terug naar het hotel miste.

    Maar de volgende dag begonnen andere scholen aandacht te schenken aan wat ze aan het doen was, net zoals INEOS-voorzitter, Sir Jim Ratcliffe.

    Hij had een soortgelijk initiatief opgericht, GO Run For Fun, en besloot Elaine te ontmoeten om te zien of INEOS financieel kon helpen voor de verspreiding van het programma.

    Het werd een ontmoeting tussen verwante geesten. INEOS was aan boord.

    In maart 2016 werd The Daily Mile Foundation officieel gelanceerd en het sneeuwbaleffect begon.

    Onderzoek werd gedaan naar de effecten als een kind elke dag even een pauze neemt, weg van de lessenaar.

    Kinderen van een basisschool in Surrey in het VK hebben bekendgemaakt dat ze 58.522 mijl (ca. 94.182 km) hebben gelopen sinds The Daily Mile op hun school werd gelanceerd. Dit betekent dat ze effectief de wereld rond zijn gelopen. Twee keer zelfs.

    In mei vorig jaar prees de Britse premier, Theresa May, The Daily Mile in het House of Commons (Lagerhuis) als een 'uitstekend programma' en riep scholen op om zich aan te melden.

    Twee maanden later werd de overheidsstrategie tegen obesitas bij kinderen gepubliceerd en het 'fantastische The Daily Mile-initiatief' opgenomen als een manier om 'het fysieke, sociale en mentale welzijn van onze kinderen te verbeteren ongeacht leeftijd, vaardigheden of omstandigheden'.

    Vorig jaar werd ITV partner van The Daily Mile, lanceerde haar allereerste advertentiecampagne en bood redactionele aandacht.

    Het resultaat was verbazingwekkend. Het aantal schoolinschrijvingen steeg met 150%.

    Dit jaar hebben Hollywood-filmmakers 20th Century Fox bijgedragen aan de lancering van een innovatieve, nieuwe advertentiecampagne om kinderen tot bewegen aan te moedigen en The Daily Mile te lopen.

    Een ‘spoof trailer’ van The Kid Who Would Be King, een film over een moderne schooljongen die het legendarische zwaard van koning Arthur vindt, werd op ITV vertoond enkele dagen vóór de film in de Britse zalen kwam.

    Daarin zegt de ster van de film, Angus Imrie, aan leerlingen van de fictieve Dungate academie: "Jullie moeten een team van ridders samenstellen. Jullie missie is om lid te worden van The Daily Mile en fit te worden voor het leven. Wie zweert trouw en loopt met ons mee?“

    Dagelijks wordt het team van The Daily Mile Foundation, gevestigd in het kantoor van Hans Crescent, INEOS Londen,  gecontacteerd door een school die The Daily Mile wil toepassen

    Voor Elaine, die aan het begin van dit jaar een MBE-onderscheiding in de nationale orden kreeg, kon het niet meer stuk.

    Maar zoals keer op keer is gebleken, is het toch nog mogelijk.

    2. Filmster

    Hollywood-ridders werpen kinderen overal ter wereld de handschoen toe.

    Een SPOOF-trailer voor de film The Kid Who Would be King moedigt kinderen aan om te bewegen en de verantwoordelijkheid over hun gezondheid op te nemen door het lopen van The Daily Mile.

    Slechts enkele dagen vóór de film (over een moderne schooljongen die het legendarische zwaard van koning Arthur vindt) in de Britse bioscopen kwam, werd de trailer met de zegen van 20th Century Fox op ITV vertoond.

    In de film spelen echte sterren, onder wie Angus Imrie (Merlijn de tovenaar), Louis Ashbourne Serkis (de jongen die het legendarische zwaard van koning Arthur vindt) en Rebecca Ferguson (een boosaardige tovenares en oude vijand van Merlijn).

    Daarin zegt Angus aan de leerlingen van de fictieve Dungate academie: "Jullie moeten een team van ridders samenstellen. Jullie missie is om lid te worden van The Daily Mile en fit te worden voor het leven. Wie zweert trouw en loopt met ons mee?“

    Maria Buttaci, Partnerships Manager bij 20th Century Fox, zei dat ze blij waren om samen te werken met ITV, INEOS en The Daily Mile.

    "The Daily Mile is een prachtig initiatief dat perfect past bij het centrale thema van de film: kinderen aanmoedigen om samen te werken voor een epische zoektocht," vertelde ze.

    inch-15-tdm-2-min.jpgDe sterren van The Kid Who Would Be King namen even pauze van het filmen om een trailer te maken die kinderen overal ter wereld oproept om te bewegen en The Daily Mile te lopen.

    The Kid Who Would Be King helpt de boodschap van The Daily Mile te verspreiden.

    3. Focus op academische prestaties

    DE universiteit, die de wereld penicilline, synthetische kleurstoffen en holografie heeft gegeven, onderzoekt nu de waarde van The Daily Mile.
    Het Imperial College in Londen heeft ermee ingestemd om samen te werken met The Daily Mile Foundation om al het onderzoek te verzamelen dat al is gepubliceerd of dat zal worden gepubliceerd in de komende drie jaar. Vervolgens zal het een gestructureerd onderzoek uitvoeren om de impact van het initiatief op de mentale en fysieke gezondheid van kinderen te testen, dat overal ter wereld op grotere schaal kan worden toegepast.

    Als secundaire dataset zal het onderzoek ook het National Childhood Measurement Programme (NCMP) ondersteund door de Britse regering omvatten.

    Door de jaren heen is er veel anekdotisch bewijs geleverd over de voordelen van het lopen - of wandelen - van The Daily Mile voor de gezondheid en het welzijn van een kind. Het lijkt logisch.

    Studies en enquêtes hebben aangetoond dat kinderen meer energie en zelfvertrouwen hebben en beter presteren in de klas na een pauze van 15 minuten weg van hun lessenaar.

    Het initiatief is ook lovend ontvangen door bekende mensen, zoals Sir Mo Farah, Sir Andy Murray en Paula Radcliffe.

    Wat nog ontbreekt, is het wetenschappelijke bewijs.

    "We zijn erg enthousiast over de groeiende hoeveelheid onderzoek naar The Daily Mile over de hele wereld. Onze samenwerking met de Londense Imperial College is van onschatbare waarde, omdat ze ons kunnen helpen de impact onafhankelijk te verifiëren,“ zei Emily Carson, onderzoekscoördinator bij The Daily Mile Foundation.

    Aan het einde van het Imperial College onderzoek zullen academici een uitgebreid rapport publiceren over alles, gaande van mentale gezondheid en fitheid tot de sociaaleconomische effecten van de implementatie van The Daily Mile.

    Gehoopt wordt dat het niet alleen de positie van de stichting zal versterken wanneer het beleidsmakers, toekomstige partners en belangrijke besluitvormers benadert, maar ook meer scholen motiveert om het initiatief te nemen.

    inch-15-tdm-3-min.jpg

    4. £ 1,5 miljoen biedt een solide basis voor The Daily Mile

    SPORT Engeland heeft 1,5 miljoen pond aan nationale loterijfinanciering toegezegd om The Daily Mile-boodschap te verspreiden.

    De nieuwe samenwerking met The Daily Mile Foundation betaalt voor 11 plaatselijke, een noordelijke en een nationale coördinator om meer schoolkinderen in Engeland aan te moedigen om - in hun eigen tempo - gedurende 15 minuten per dag te lopen.

    Maar dat is niet alles.

    London Marathon Events Ltd heeft ook zijn krachten met de Foundation gebundeld.

    Vanaf volgende maand werken een strategische leider en twee parttime medewerkers in de London Marathon-kantoren om elke lagere school in de 32 stadsdelen van Londen aan te moedigen om The Daily Mile te lopen.

    Sir Mo Farah, die op zondag 28 april van dit jaar de marathon van Londen loopt, zei dat The Daily Mile een briljante en gemakkelijke manier was om kinderen in beweging te krijgen.

    "Ik ben een vader van vier en ik moedig mijn kinderen aan om elke dag actief te zijn," zei hij.

    Tot nu toe doen ongeveer 3.500 scholen in Engeland mee aan The Daily Mile. Maar, de visie is dat elke school - alle 20.000 - erbij betrokken zijn.

    "Dit zal de campagne raketsnelheid geven," zei Elaine Wyllie, oprichtster van The Daily Mile. "Het is absoluut ongelooflijk en we zijn erg dankbaar voor de steun. Ze gaan ons helpen om The Daily Mile te verspreiden en proberen elk kind in Engeland te bereiken."

    Sport Engeland besloot zijn aanzienlijke gewicht te geven aan de campagne om gezondere, fittere en slankere kinderen op te voeden na het publiceren van de grootste metingenquête voor kinderen in zijn soort - de Children's Active Lives Survey 2018 - waaruit bleek dat meer dan 2,3 miljoen kinderen in Engeland minder dan 30 minuten fysieke activiteit per dag uitoefenen.

    "Het is het sterkste bewijs tot nu toe dat er nog niet genoeg gedaan wordt om onze jongeren te ondersteunen en dat verandering nodig is, als we het activiteitenniveau willen verhogen", aldus Tim Hollingsworth, CEO van Sport England.

    inch-15-tdm-4-min.jpg‘De steun van Sport England zal raketsnelheid aan de campagne geven'
    – Elaine Wyllie

    5. Koninklijke zege

    DOOR de jaren heen zijn duizenden ouders getuige geweest van de positieve effecten van The Daily Mile.

    Vorige maand was het de beurt aan de koninklijke familie om te zien hoe de lichamelijke gezondheid van een kind zijn of haar mentale welzijn kan beïnvloeden.

    De hertogin van Cambridge was op de Lavender Primary School in Londen toen de leerlingen naar buiten gingen om 10 rondjes rond de speelplaats te lopen tijdens hun pauze van 15 minuten buiten de klas.

    Ter gelegenheid van de Week voor mentale gezondheid van kinderen in Groot-Brittannië was de hertogin aanwezig in haar rol als beschermster van Place2Be, een vooraanstaande Britse liefdadigheidsorganisatie voor de mentale gezondheid van kinderen.

    Op de Kensington Palace Twitterpagina vertelde de hertogin over haar ervaring en onderschreef de positieve voordelen van The Daily Mile (@KensingtonRoyal).

    Schoolhoofd Jodie Corbett, wiens school al enige tijd The Daily Mile loopt, zei dat het een unieke ervaring was.

    "Het is er een die we nog lang zullen koesteren," zei ze.

    FEITEN:

    1,78 miljoen en meer
    Aantal kinderen dat The Daily Mile wereldwijd lopen.

    0
    Wat het kost om lid te worden van The Daily Mile. Het is gratis, eenvoudig te implementeren en de kinderen zijn er dol op.

    15
    Het aantal minuten dat kinderen buiten zouden moeten zijn om The Daily Mile te lopen of wandelen, op hun eigen ritme.

    2030
    De Britse regering wil de zwaarlijvigheid bij kinderen halveren tegen 2030 en gelooft dat The Daily Mile de sleutel is om dit te helpen bereiken.

    7 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-the-wind-min.jpg

    Met de wind in hun zeilen

    Dus het was slechts een kwestie van tijd voordat het op zoek ging naar een even opwindend avontuur om te laten zien waartoe ze echt in staat waren - op zee.

    De uitdaging was de kans om tegen 16 andere schepen te racen van Liverpool naar Dublin aan boord van een 125ft (ca. 38 m) lang schip.

    De Apprentice Ship Cup van de Merseyside Adventure Sailing Trust hoort een levensveranderend avontuur te zijn. Een ervaring die het karakter, de vastberadenheid en het zelfvertrouwen versterkt - en met de avontuurlijk ingestelde Jim Ratcliffe aan het INEOS-roer kon dit niet anders dan aantrekkelijk zijn.

    "Het beklimmen van de 95ft (ca. 29 m) hoge masten terwijl het schip op zee is, doet het bloed gegarandeerd sneller stromen," zei Jacob Dossett, een van de drie INOVYN- graduates die aan de race deelnamen.

    Om zijn graduates een voorproefje te geven van wat er in de race kon worden verwacht, had INOVYN een ontmoeting geregeld met de kapitein van een groot schip, dat aangemeerd lag in de haven van Liverpool.

    "We wilden dat ze zelf het schip konden zien, waar ze een kleine week op zouden doorbrengen", zei Brian Turner, INOVYN Learning & Development Manager.

    Toen ze terugkwamen op kantoor, wilden ze voor de uitdaging allemaal graag bij de bemanning van het schip horen.

    "Helaas betekende het qua timing dat sommige van onze graduates al verplichtingen hadden die niet konden worden veranderd," zei Brian. "Maar drie van onze graduates hebben zich ingeschreven.”

    Gedurende bijna een week werkten Rob Raven, 25, Jacob Dossett, 24 en Josh Murray, 24, met de andere bemanningsleden dag en nacht in shifts om het schip stabiel en op koers te houden, en gemotiveerd (wat betekent dit?) te blijven.

    "Het was leuk om de krachten te bundelen, vooral als het weer uitdagend was," vertelde Jacob. "We werkten alle drie een periode van twaalf uur aan een stuk om op koers te blijven toen veel andere bemanningsleden zeeziek waren."

    De grootste uitdaging voor Rob was zich aanpassen aan het samenwerken met een team  metgemengde vaardigheden en motivatie.

    "Het was moeilijk, maar door in zo'n gemengd team te worden gegooid, heb ik teamwork, netwerken en leiderschapsvaardigheden kunnen ontwikkelen," zei hij.

    Ze zijn nu alle drie terug op het droge - en hebben zichzelf en INEOS trots gemaakt.

    Ze waren aan boord van de TS Morgenster, een 99 jaar oud voormalig diepzeeschip, dat de race - de eerste etappe van de Tall Ships Regatta - op de eerste plaats beëindigde.

    "Het was fantastisch om te winnen", zei Jacob. "Maar we hadden dit niet kunnen doen zonder de steun van INOVYN. Het werd betaald, georganiseerd en gestuurd door het INOVYN-team."

    De drie deelden ook de prijs voor de beste stagiair aan boord.

    "Normaal is er maar één prijs, maar de kapitein en de professionele bemanning konden geen onderscheid maken tussen hen, dus kregen ze er elk één", aldus Tony Moorcroft, INOVYN HR Director.

    Maar het goede nieuws eindigde hier niet.

    De Merseyside Adventure Sailing Trust was niet alleen onder de indruk van de kwaliteit van de INEOSGraduates Ze bewonderden ook het ethos van het bedrijf - en tijdens de recente prijsuitreiking in het Merseyside Maritime Museum in Liverpool ontving INOVYN de Apprentice Ship Cup voor 2018. "Dat was een grote verrassing", zei Brian.

    De beker erkent het belang van de rol die de sponsors spelen - en het werk dat ze achter de schermen doen om hun graduates te ondersteunen en het evenement te promoten.

    INOVYN won het voor een combinatie van de houding van de graduates en de professionele omgang met Brian en Procurement Manager, Joanne Skyner.

    INEOS verwerft een behoorlijke reputatie onder graduates - zowel binnen als buiten het bedrijf.

    Degenen die zich bij INEOS aansluiten, weten vanaf de eerste dag dat een echte baan, training en ongelooflijke ervaringen op hen wachten.

    "Het onderscheidt ons van andere bedrijven", zei Brian.

    In mei van dit jaar neemt INEOS opnieuw een groep van zijn 3de jaars graduates naar Afrika om te beginnen aan een 250 km lange loop- en fietstocht door de ongerepte Namibische woestijn.

    "We houden van dergelijke uitdagingen, omdat het een kans is om graduates naar een heel andere omgeving te brengen en hun vermogen om zich snel aan te passen te testen," zei Brian. "Deze kansen helpen hen ook om te ontdekken welke unieke eigenschappen ze hebben en laten zien wat ze kunnen bereiken door in teamverband te werken.”

    Niet alleen heeft de ervaring aan boord van de TS Morgenster de INOVYN- graduates het belang van communicatie en teamwerk getoond, ze hebben ook iets geleerd over zeilen en dat eten en drinken de beste manier is om een bemanning gelukkig te houden.

    "De hele ervaring heeft ons zeker allemaal dichter bij elkaar gebracht," zei Josh. "En dat komt goed van pas aangezien we een kantoor delen."

    5 minuten gelezen Nummer 15
  • Momo-min.jpg

    Go Team Momo

    Dit voorjaar volgde INEOS Phenol in Gladbeck gretig de voortgang van stagiair Mohamed 'Momo' Chahine op 'Deutschland sucht den Superstar', de beste Duitse tv-talentenjacht, waar hij zich heeft gekwalificeerd voor de stemrondes van de liveshows.

    Momo is een getalenteerde zanger, maar begon het zingen pas echt serieus te nemen op 18-jarige leeftijd en heeft zowel zichzelf als zijn collega's verrast door het al zo ver te schoppen in de moeilijke competitie. Hij heeft een zeer grote fanclub op het werk, waar hij INEOS T-shirts heeft gemaakt voor zijn vele vrienden en familie om hem in en uit de schijnwerpers te ondersteunen.

    Hij zegt: ik ben INEOS ongelooflijk dankbaar - het bedrijf heeft me op alle mogelijke manieren ondersteund. In het bijzonder wil ik mijn trainer, Christian Schulz en mijn manager, Benie Marotz bedanken, die er altijd voor mij zijn geweest en me hebben gesteund.

    We wensen hem geluk en juichen hem toe tijdens de live-rondes.

    1 minuut gelezen Nummer 15
  • inch-15-grff-min.jpg

    GO Run For Fun van INEOS terug op tournee

    Als de lente begint en het weer warmer wordt, start het hardloopseizoen. Hoog tijd dus voor INEOS GO Run For Fun om weer op tour te gaan en er dit jaar een nog groter en beter evenement van te maken.

    Kijk daarom uit naar evenementen op scholen in jouw omgeving, waarvan vele nog een keertje om de hulp van INEOS en lokale vrijwilligers zullen vragen om de kinderen tijdens het 2 km lopen te begeleiden en aan te moedigen. De tour van dit jaar vindt plaats op dezelfde internationale locaties als de voorbije jaren, met nog steeds groeiende deelnamecijfers en nieuwe evenementen in Tavaux, Frankrijk (24 mei) en Stavanger, Noorwegen (5 september).

    Sommige evenementen zullen dit jaar recordaantallen deelnemers hebben. In Frankrijk zal het INEOS GO Run For Fun Sarralbe-evenement op 28 mei meer dan 4.000 deelnemende kinderen hebben, tijdens het Lavera-evenement in oktober zullen meer dan 3.000 kinderen lopen en de Belgische evenementen in Lillo en Feluy in juni en september trekken allebei al 2.000 kinderen aan.

    Op 20 juni wordt het jaarlijkse ambassadeursevenement gehouden in het Londense Battersea Park, waar meer dan 4.000 kinderen uit de hele hoofdstad en daarbuiten een leuk loopparcours zullen lopen. Hiermee zullen ze proberen een record te behalen als aanmoediging voor andere kinderen wereldwijd. Een paar weken eerder zal het GO Run For Fun-team in Italië de 300.000ste deelnemer hebben gevierd tijdens een evenement in Rosignano.

    Te midden van dit aanhoudende succes, is de liefdadigheidsorganisatie er vervolgens op uit om het deelnamebereik te vergroten door een "Event in a Box"-programma te testen, waarmee scholen hun eigen GO Run For Fun-evenementen kunnen organiseren. INEOS GO Run For Fun is ook een partnerschap aangegaan met het Solomon Trail Running Festival om jeugdtochten in heel het Verenigd Koninkrijk toegankelijk te maken.

    Meer informatie en het volledige evenementenprogramma is te vinden op

    www.gorunforfun.com

    2 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-team-sky-min.jpg

    Team Sky wordt Team INEOS

    Vanaf 1 mei wordt INEOS de enige eigenaar van het team, dat ongekend veel succes heeft gehad en miljoenen mensen heeft geïnspireerd om regelmatig te fietsen.

    In een tweet zei Chris Froome, die sinds 2013 vier keer de Tour de France won voor het Sky-team: 'Zo enthousiast dat we als renners en medewerkers samen verder kunnen gaan in 2020 en daarna. Ik kijk uit naar verder succes als het INEOS-team.’

    INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe zei dat INEOS verheugd was om de verantwoordelijkheid op zich te nemen voor het leiden van zulk een professioneel team, dat 327 overwinningen behaalde, waaronder acht Grote Rondes.

    Die verantwoordelijkheid wordt naar INEOS overgedragen vóór de Tour de Yorkshire, die op 2 mei in Doncaster begint.

    Teambaas Dave Brailsford zei dat het de start was van een enorm opwindend nieuw hoofdstuk voor het team.

    "Ik weet dat we met INEOS de juiste partner hebben gevonden wiens visie, passie en pioniersgeest ons kunnen leiden naar nog meer succes op en naast de fiets," zei hij.

    INEOS heeft de afgelopen jaren een eigen Tour de France Challenge voor zijn personeel gehouden.

    Elk jaar worden teams van maximaal 20 deelnemers uitgenodigd om elke fase van de beroemdste wielerwedstrijd ter wereld te voltooien.

    Het enige verschil is dat wanneer de echte renners elkaar door het Franse platteland najagen voor de felbegeerde titel, de INEOS-teams hun kilometers voor, tijdens of na het werk rijden. Nu hebben ze ook een gevestigd belang om een team op de weg van nabij te volgen.

    3 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-the-desert-min.jpg

    Terug naar de woestijn

    De 29 geselecteerde graduates zullen de grootste groep tot nu toe zijn en hebben het afgelopen jaar hard getraind om zich voor het avontuur voor te bereiden. Tijdens hun training in Europa en Noord-Amerika is het team verschillende omstandigheden tegengekomen, voornamelijk deze winter, maar zal gegarandeerd 7 dagen van intense hitte en wind moeten trotseren als ze vechten tegen het zand, de berg en de elementen.

    De reis begon echter al een hele tijd geleden. De voorbereiding is grondig geweest, waarbij elke graduate ten minste twee trainingsmarathons en twee mountainbike-evenementen heeft voltooid - naast maanden hardlopen, gym, kracht- en conditietraining. De graduates werden ondersteund door John Mayock, sportmanager van INEOS, en mentor van het evenement van vorig jaar, evenals voedingsdeskundigen CorePerformance en Afrikaanse gidsen Gregg Hughes en Phill Steffny, die hen door de woestijn zullen leiden. Dit jaar zal de groep ook worden ondersteund door senior managers Hans Casier (CEO INEOS Phenol) en Gordon Milne (operationeel directeur INEOS Grangemouth), die samen met hen aan elke kilometer van de uitdaging zullen deelnemen.

    Ga naar www.in-nam19.com voor meer informatie over de tocht en volg de dagelijkse blog vanaf de aankomst van de  graduatesop 15 mei.

    3 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-energy-station-min.jpg

    Een pak van hun hart

    Allan verloor 89 kg in drie jaar; Mely verloor meer dan 22 kg in slechts zes maanden. "We zijn trots op beiden omdat verandering lef, vastberadenheid en doorzettingsvermogen vraagt", zegt John Mayock, die het Energy Station oprichtte.

    Maar het doel van Mely was nooit om af te vallen, ondanks dat ze ongeveer 96 kg woog.

    "Ik was slank toen ik jonger was, dus ik had er geen probleem mee om dik te zijn," zei ze. "Ik voelde me prima zoals ik was.”

    Maar haar mentaliteit veranderde na een rampzalige reis met haar dochter en neef naar Machu Picchu in het Andesgebergte in Peru.

    "Toen ik daar aankwam, besefte ik hoe slecht mijn conditie was," zei ze. "Het was zo erg dat ik bijna moest betalen om naar Lima te worden teruggevlogen."

    Het was de impuls die ze nodig had. Op 63-jarige leeftijd en vol plannen voor als ze met pensioen zou gaan, besefte ze dat ze fitter moest worden.

    Energy Station-coach Bram Boeve, die nu ook voor INEOS Football SA werkt, kwam in actie om te helpen. "Het leek alsof de sterren op één lijn stonden", zeiden Mely en Bram. De levensstijl van Mely was de schuldige.

    Hoewel ze niet rookte, zelden alcohol dronk en gedurende de dag geen snacks nam, at ze gewoon te veel - en te veel van het verkeerde voedsel op het verkeerde moment.

    "Ontbijten deed ik niet vaak en als ik thuiskwam van mijn werk at ik snel en gemakkelijk voedsel", zei ze.

    Bram gaf haar tips over hoe ze haar dieet in balans kon houden: minder koolhydraten zoals pasta en aardappelpuree, minder eiwitten eten en kiezen voor meer groenten.

    Ze sportte ook drie keer per week gedurende 30 minuten in de INEOS-sportschool in Rolle, Zwitserland, waar ze een senior financieel accountant is voor de INEOS Group.

    Het advies- en beweegprogramma, samengesteld door Bram, werkte. Binnen enkele weken begon Mely te snakken naar gezond voedsel in plaats van pasta en kocht, kookte en genoot ze van vers voedsel van lokale boerderijen, waarbij ze haar bevindingen deelde met iedereen die maar wilde luisteren.

    Andere voordelen volgden. Haar gezondheid, conditie en kijk op het leven verbeterde en oude kleren, die ze had gedragen toen ze slanker was, werden uit de kast gehaald. "Haar transformatie was fantastisch", zei Bram.

    Ondertussen was Allan zijn zoektocht om af te vallen in 2015 begonnen. Eerst bekeek hij hoeveel hij at en besloot om zout en suiker te elimineren.

    Maar het was pas einde 2017 toen hij gebruik begon te maken van de INEOS-gym in Grangemouth, Schotland, waar hij werkt in technische ondersteuning, omdat hij bang was dat hij te zwaar was om oefeningen te doen.

    "Ik dacht werkelijk dat beweging op dat moment veel schadelijker voor mijn gezondheid was geweest," zei hij.

    Vandaag zijn zowel Allan als Mely schaduwen van hun vroegere zelf - en veel gelukkiger.

     

    Mely verloor meer dan 22 kg in slechts zes maanden tijd

    Allan verloor 89 kg in drie jaar tijd

    3 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-fitness-initiative-inline-min.jpg

    Fitness-initiatief verloopt op rolletjes

    De afgelopen vier jaar hebben ze geregeld GO Run For Fun-evenementen gefinancierd en georganiseerd.

    "De allereerste Go Run For Fun werd zo goed onthaald door de proefscholen dat INEOS besloot het programma voort te zetten, maar helaas konden we geen bedrijf vinden dat de evenementen voor ons kon leiden", zegt Kathryn Shuler, die werkt op de O&P-site van INEOS in Texas.

    Dus voerde INEOS O&P USA de volgende beste optie uit. Het richtte een liefdadigheidsorganisatie voor kinderen en gezondheid op, die nu geld inzamelt om de loopwedstrijden te organiseren en te houden, scholen in staat stelt om materiaal te kopen voor speciale projecten en helpt bij lokale rampen, zoals bij de gevolgen van de orkaan Harvey.

    Tot nu toe hebben INEOS-leveranciers en -medewerkers $ 650.000 bijgedragen door fondsenwervingsevenementen en directe donaties, waarvan de opbrengst wordt gebruikt voor GO Run For Fun en andere evenementen. Teams van INEOS Oligomers, O&P USA, Oxides en Styrolution hebben meer dan 70 fun runs georganiseerd voor meer dan 45.000 kinderen. De stichting heeft ook $ 75.000 aan scholen geschonken ter ondersteuning van educatieve programma's en meer dan $ 15.000 voor rampenhulp.

    "We willen dat onze gemeenschappen gevuld zijn met gezonde, goed opgeleide kinderen", zei Kathryn. "Onze missie is dus om met leerkrachten en scholen samen te werken om kinderen te helpen meer fysiek actief en opgeleid te worden."

    Ongeveer 20% van de kinderen in Texas hebben overgewicht.

    "Lokale werknemers zijn de sleutel tot de inspanningen van de stichting om fondsen te werven," zei Kathryn, uitvoerend directeur van de stichting.

    Sommigen doen een eenmalige gift aan een specifieke campagne, anderen dragen maandelijks bij via hun loon.

    Andere medewerkers brengen komende evenementen voor fondsenwerving onder de aandacht van verkopers en een andere groep medewerkers doet regelmatig vrijwilligerswerk om geld in te zamelen.

    Lori Ginsburg en Sara Cassells werken nauw samen met Kathryn. De taak van Lori is voornamelijk marketing en fondsenwerving, Sara heeft de leiding over logistiek.

    "Inactiviteit heeft een historisch hoogtepunt bereikt en onze kinderen moeten bewegen", zei Kathryn. "INEOS-medewerkers, verkopers en de ICAN-stichting zijn er om te helpen.”

    3 minuten gelezen Nummer 15
  • inch-15-petes-story-min.jpg

    Het verhaal van Pete

    "Iedereen heeft ergens een genetische tweeling," zei hij. "Ik ben nog steeds op zoek naar de mijne."

    Pete, die woont in de gemeente Bunbury in Cheshire, waar ook Tom Crotty, communicatiemanager van INEOS woont, werd in maart 2017 gediagnosticeerd met myeloom - slechts zes maanden nadat hij een van de zwaarste triatlons ter wereld had voltooid.

    Hij sprak met artsen over zijn rugpijnklachten na de Ironman-triatlon in Wales en kreeg te horen dat hij nog zeven jaar te leven had.

    "Dit had ik niet zien aankomen," zei hij. “Ik ben nooit ziek geweest. En zelfs tot op de dag van vandaag kijk ik naar mezelf in de spiegel en erken dat aan de oppervlakte alles normaal lijkt, maar onder dit uiterlijk is er binnenin een strijd gaande. Mijn lichaam valt zichzelf aan. '

    De ziekte heeft het immuunsysteem van de 41-jarige Pete aangetast.

    Maar gezonde stamcellen van een donor kunnen in zijn lichaam worden getransplanteerd en zijn leven effectief veranderen.

    "Wat je je realiseert is dat we allemaal verbonden zijn, niet alleen met onze directe vriendenkring, maar met iedereen op deze planeet," zei hij. "We hebben zoveel meer wel dan niet met elkaar gemeen."

    Iedereen tussen de 18 en 55 jaar en met een algemene goede gezondheid kan een potentiële donor van bloedstamcellen worden.

    Ga voor meer informatie over DKMS, een internationale organisatie zonder winstoogmerk, naar:

    www.dkms.org/en

    2 minuten gelezen Nummer 15
  • inch14_global-thinking-min.jpg

    Wereldwijd Denken

    INEOS heeft zijn aanzienlijke gewicht in de schaal gegooid voor wereldwijde inspanningen om een economie te creëren waarin plastics keer op keer worden hergebruikt.

    Het is samengegaan met andere vooraanstaande bedrijven en overheden over de hele wereld, die de consumptie-economie van vandaag willen transformeren in een economie waar plastics ontworpen worden om keer op keer te worden hergebruikt - en zodoende waarde behouden en uit de oceanen blijven.

    INEOS is akkoord gegaan met vier belangrijke beloftes die tegen 2025 vervuld moeten zijn.

    "Dit is niet zomaar een PR-oefening," zei Peter Williams, Group Technology Director bij INEOS. "We zijn wereldleiders die werken aan oplossingen om een deel van de hoofdoorzaken van plasticafval en -vervuiling aan te pakken. Iedereen heeft een rol te spelen om dit probleem aan te pakken, de overheid, industrie, Ngo's en de gewone man, overal ter wereld. Wij dragen ons steentje bij."

    Plastics spelen een cruciale rol in het moderne leven. Plastic heeft heel wat toepassingen waarin het wordt gebruikt, getransformeerd - en beter gemaakt.

    Lichtere, sterkere voertuigonderdelen, bijvoorbeeld, betekenen een veiliger transport dat minder brandstof of vermogen vereist.

    Verpakkingen die voedsel beschermen en bewaren, waardoor er minder verspilling en nood aan bewaarmiddelen is. Steriele verpakkingen helpen bij het verbeteren van de gezondheidszorg in steden en ontoegankelijke gebieden van onze wereld, terwijl isolatie onze moderne gebouwen veel energie-efficiënter maakt.

    INEOS produceert hoogwaardige plastics die levens ten goede veranderen.

    De polymeren van INEOS zijn 100% recycleerbaar, maar momenteel wordt slechts 14% van alle plastics gerecycleerd. Veel komt op vuilnisbelten terecht.

    De kost voor het milieu is enorm en is veelvuldig gerapporteerd.

    Maar volgens een rapport van het Wereld Economisch Forum en de Ellen MacArthur Stichting kost afval van plasticverpakkingen de wereldeconomie ook ongeveer 80 miljard dollar per jaar.

    Als onderdeel van zijn engagement voor een nieuwe circulaire economie, heeft INEOS zichzelf vier ambitieuze doelen gesteld die het tegen 2025 wil behalen.

    We denken dat het via innovatie en partnerschap mogelijk is om de waarde van plastic te behouden, maar ook om nog eens na te denken over de manier waarop we het produceren, gebruiken en recupereren op het einde van de levensduur.

    "We willen anderen inspireren en geven het goede voorbeeld," vertelde Tom Crotty, Director of Corporate Affairs van INEOS.

    INEOS boekt al vooruitgang.

    Het werkt momenteel samen met merkeigenaars om het verpakkingsontwerp te vereenvoudigen, zodat het makkelijker kan worden gerecycleerd.

    En het werkt samen met afvalbedrijven om de opportuniteiten van mechanische en chemische recyclage van plastics te ontdekken en ook met zijn eigen polymeerwetenschappers om nieuwe producten te vinden die, zonder kwaliteitsverlies, met grotere hoeveelheden gerecycleerd product kunnen worden gemaakt.

    "Plastic heeft geen plaats op een vuilnisbelt en al zeker niet in onze zeeën," zei Tom. "Het heeft niet enkel een verwoestend effect op het milieu, maar het is ook een verschrikkelijke verspilling van een waardevolle grondstof die verzameld moet worden, zodat we ze kunnen recycleren."

    In deze editie focust INCH op de manier waarop plastic de wereld ten goede veranderd heeft, wat de plasticindustrie doet om plasticvervuiling te bestrijden en de innovatieve inspanningen van INEOS om te garanderen dat plastic het voorkeursmateriaal voor de 21ste eeuw blijft.

    Sir Ben Ainslie werkt samen met INEOS aan de belofte inzake plastic Pagina's 6/7


    De beloften van INEOS voor 2025 

    TEGEN 2025 zal INEOS: 

    Een gamma van polyolefine producten voor verpakkingen in Europa aanbieden dat 50% of meer gerecycleerde inhoud bevat. 

    Gemiddeld 30% gerecycleerde inhoud gebruiken in producten die bestemd zijn voor polystyreenverpakkingen in Europa.

    Integreer ten minste 235 kiloton gerecycleerd materiaal per jaar opnemen in producten. 

    Garanderen dat 100% van de polymeren kunnen worden gerecycleerd.

    3 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_plastics-pledge.jpg

    Sir Ben werkt samen met INEOS aan de belofte inzake plastic

    Sir Ben Ainslie gelooft dat het de industriële bedrijven zijn, zoals INEOS, die het probleem van vervuiling door plastic zullen oplossen. 

    "Ze begrijpen het probleem beter dan wie dan ook en ze kunnen echt een verschil maken," zei hij tijdens een tv-interview bij Good Morning Britain in het VK. "En ik weet dat ze alles doen wat ze kunnen om dit aan te pakken."

    Sir Ben, die onlangs met zijn vrouw Georgie een campagne startte voor beter onderwijs om onze zeeën te redden, antwoordde op een vraag van tv-presentatrice Susanna Reid over de reden waarom hij met INEOS een team heeft gevormd om The America’s Cup binnen te halen.  

    "Het is een vreemde situatie waarin je je bevindt, aangezien je sponsor, INEOS, een chemisch bedrijf en plasticproducent is," zei ze. “En zowel Friends of the Earth als Greenpeace willen dat INEOS van The America’s Cup gebannen wordt.” 

    Maar Sir Ben, die de succesvolste Britse zeiler in de geschiedenis van de Olympische Spelen is, zei dat dit een van de hoofdredenen was om met INEOS samen te werken. 

    "Hoe kunnen we dit probleem beter aanpakken dan rechtstreeks naar de fabrikanten te stappen," zei hij. "Ik weet dat INEOS zich engageert voor een "circulaire economie", waar alle plastics gerecycleerd en hergebruikt kunnen worden. En ik geloof dat met INEOS samenwerken een aanzienlijk verschil kan maken."  

    Hij voegde hieraan toe: "Ik denk dat ik de beste kans maak om The America’s Cup voor het eerst in de geschiedenis naar hier te halen en tegelijkertijd weet ik dat ik iets kan doen om het plastic in onze zeeën te helpen aanpakken." 

    De vrouw van Sir Ben, Georgia, vertelde mevrouw Reid dat innovatie en technologie deze wereldwijde uitdaging zouden oplossen. 

    "Het gaat niet enkel over de mensen die thuis geen plastic strootjes of plastic zakken gebruiken," vertelde ze. "Het zal aan bedrijven zoals INEOS en grote organisaties zijn om groots te denken en dit probleem echt te willen aanpakken. We weten ook dat ze dat doen, wat een hele opluchting is." 

    Sir Ben gaat voor goud: Pagina 14

    2 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_plastic-fantastic-min.jpg

    Plastic kan iets fantastisch zijn

    PLASTICS zijn cruciaal voor het moderne leven, maar plasticafval is een probleem dat als nooit tevoren onder de aandacht komt. 

    Campagnes die oproepen tot schonere zeeën, gaan de wereld rond. 

    De noodzaak om afval in de zeeën aan te pakken, is nu tot iedereen doorgedrongen. 

    Krachtige beelden van kinderen die spelen op bergen van weggegooide plastic flessen en zeeschildpadden die plastic met voedsel verwarren, zijn overal te vinden. 

    Als een van de grootste producenten van plastic in de wereld is INEOS, net als iedereen, geschokt door deze beelden en de groeiende massa plastic in onze oceanen. 

    Maar plastic is niet slecht. Plasticafval is slecht, vooral als er slecht mee wordt omgegaan.

    Plastic opgeven is dus niet het antwoord.

    Een golf van verandering is wat we nodig hebben.

    We geloven dat het niet gaat over nee zeggen tegen plastic, maar over nee zeggen tegen plastic weggooien.

    We moeten ook praten over de manier waarop plastic in de rivieren, op stranden en in de oceanen terechtgekomen is en wat we eraan kunnen doen.

    Plastic is waardevol. Net zoals glas, metaal en papier Als geen ander materiaal heeft het de wereld veranderd  en het is cruciaal voor het dagelijkse leven.

    Maar het wordt nauwelijks in verband gebracht met duurzaamheid en hoe het levens heeft gered. En dat is frustrerend. 

    Plasticverpakkingen, die voedsel vers houden zonder bewaarmiddelen en beschermen tegen bacteriën , hebben ook de voedselindustrie getransformeerd door mensen in ontwikkelingslanden de mogelijkheid te geven hun levensstandaard te verhogen via goedkopere export van voedsel naar de ontwikkelde wereld, met aanzienlijk voordeel van hun economieën. Handel, die groeit dankzij plastic, is beter dan hulp.

    Chassisonderdelen, dashboards, bumpers, motoronderdelen en brandstoftanks voor wagens worden van plastic gemaakt zodat ze hun stevigheid behouden, maar tegelijkertijd ook het gewicht van de wagen verminderen.

    Gelijkaardige producten maken het voor bedrijven mogelijk om vliegtuigen, treinen en vrachtwagens lichter en efficiënter te maken. Dat betekent dat transport minder brandstof vereist, waardoor er minder vervuiling ontstaat en de uitstoot van koolstofdioxide en kosten worden verlaagd.

    Zelfs elektrische wagens verbruiken minder energie naarmate ze lichter zijn.

    Een ander resultaat is minder doden en gewonden op de weg door het gebruik van plastic bij zaken zoals carrosserieonderdelen die gebruikt worden als "kreukelzones" en in airbagtechnologie.

    Uw gsm, uw iPad, uw computer is lichter, intelligenter, kleiner en duurzamer, alweer te danken aan plastic. Hartstents, katheters, injectiespuiten, bloedzakken, protheses, medicijncapsules, MRI-toestellen, incubatoren, dialysetoestellen, steriele farmaceutische verpakkingen en operatiezalen zijn allemaal van plastic gemaakt.  Dit geldt ook voor muggennetten, sets voor het behandelen van ziektes en waterzuiveringszakken die nodig zijn bij natuurrampen.

    De rotorbladen en onderdelen voor windturbines zijn stevig genoeg om ruwe weersomstandigheden aan te kunnen, on- en offshore, omdat ze van plastic gemaakt zijn.

    Traditionele materialen, zoals staal, zijn simpel niet zo efficiënt.

    In de begindagen van de industrie gingen stalen bladen al stuk na slechts enkele honderden bedrijfsuren.

    In sommige delen van de wereld, zoals Mexico City, waren plastic buizen een godsgeschenk die nu schoon, drinkbaar water tot bij de mensen brengen via duurzame buizen die goedkoop en eenvoudig te installeren zijn.

    Plastic is overal om ons heen. In gebouwen. In elektrische goederen. In ondergrondse leidingen. In kledij en schoenen. In speelgoed. In contactlenzen. In inhalatoren. In het cash in uw portefeuille. Zelfs in mensen.

    Plastics boeken nu ook vooruitgang bij het verbeteren van de levenskwaliteit via implantaten, het vervangen van versleten heupen, knieën en zelfs tanden.

    Plastic vervangen door alternatieve materialen zou een stap terug zijn die slecht zou zijn voor het milieu.

    Het vergt meer energie om bijvoorbeeld iets van staal of glas te maken dan van plastic.

    Dat heeft een verhoging van broeikasgassen tot gevolg. 


    Met anderen samenwerken 

    Al het plastic dat INEOS maakt, kan worden gerecycleerd. Maar recyclage wordt moeilijk als verschillende soorten plastic - en er zijn meer dan 50 verschillende polymeertypes - door fabrikanten worden gecombineerd om uiterst efficiënte maar complexe verpakkingen te maken. 

    Dat moet vereenvoudigd worden als we de hoeveelheid plastic die gerecycleerd kan worden, groter willen maken.

    We werken nu samen met verpakkingsontwerpers die deze polymeren mengen omwille van hun superieure eigenschappen, maar waardoor het moeilijker wordt om hun producten te recycleren.

    De kwaliteit van gerecycleerd plastic verbeteren

    Er zijn ook problemen met gerecycleerd plastic. Het kan gebruikt worden om afvoerbuizen, bruggen, hekken, verkeersborden, stoelen, vuilniszakken en stoepranden te maken, om er maar enkele te noemen, maar de kwaliteit ervan kan een probleem zijn. Vaak ziet het er niet zo goed uit, voelt het niet zo goed aan of presteert het niet zo goed als niet-gerecycleerd plastic. Mensen houden er niet van. Bovendien is het voor toepassingen, zoals verpakkingen die in contact komen met voedsel of drank, belangrijk te weten waar het plastic vandaan komt.

    We werken aan deze aspecten, zodat op een dag gerecycleerd plastic of producten gemaakt van gerecycleerd plastic, dezelfde of gelijkaardige eigenschappen hebben als nieuw  polymeer. 

    De bergen plasticafval in de wereld aanpakken

    Jammer genoeg wordt slechts een fractie van de tonnen plastic dat momenteel in de wereld geproduceerd wordt, gerecycleerd of verbrand om de energie te recupereren. 

    De rest eindigt op vuilnisbelten.

    En dat, vooral in Azië, is een belangrijke oorzaak voor afval in oceanen.

    Verleden jaar heeft China, dat vroeger 's werelds grootste importeur van plasticafval om te recycleren was, zijn grenzen gesloten.

    Om het probleem dichter bij huis aan te pakken, moeten Europa en de europese lidstaten nu opnieuw richtlijnen en beleid uitdenken om investeringen in de eigen technologie voor plastic recycling aan te moedigen.

    Maar er zijn al bergen afval van Europa naar China en andere delen van Azië geëxporteerd, waar er geen infrastructuur is om hun eigen afval te verwerken, laat staan afval van andere landen.

    Het afval wordt opgeslagen op enorme, open vuilnisbelten in dichtbevolkte gebieden nabij rivieren, waar het vaak in terechtkomt voordat het naar de oceaan wordt gevoerd.

    In december 2017 kwam aan het licht dat slechts 10 rivieren een aanzienlijk deel plasticafval meevoeren dat onze oceanen vervuilt.

    Twee bevinden zich in Afrika; de rest in Azië.

    De ergste is de Yangtze-rivier in China, die volgens onderzoekers tot 1,5 miljoen ton plastic per jaar naar de zee kan voeren.

    Overheden over de hele wereld moeten Azië helpen om dit groeiende probleem aan te pakken.

    En Europa moet stoppen met het exporteren van zijn afval naar deze landen, omdat het gewoonweg onverantwoord is.

    We moeten onze eigen oplossingen vinden voor het probleem van wat we willen doen met al ons ongewenste plastic.

    De heilige graal

    Een van de spannendste projecten waaraan INEOS nu werkt, kan het plasticafval de wereld uithelpen door het van  vuilnisbelten naar chemische fabrieken te leiden waar het als grondstof kan worden gebruikt.

    Momenteel kunnen enkel bepaalde types plastic gerecycleerd worden. Bovendien moeten deze schoon zijn. Maar we proberen samen met anderen de technologie te ontwikkelen om plastic naar zijn oorspronkelijke, chemische vorm terug te brengen. In essentie de molecule die het ooit was.

    Dat betekent dat plasticafval een waardevolle grondstof zal worden.

    Als het eenvoudig was, zou het nu al gedaan zijn. We hebben het al geprobeerd. In 2012 hebben we honderden miljoenen dollar geïnvesteerd in INEOS Bio in een poging om huishoudelijk afval om te zetten in ethanol, wat ethyleen kon produceren voor de productie van plastic.

    Maar INEOS is een bedrijf dat gedijt op innovatie en een geschiedenis heeft waarin het onmogelijke wordt gerealiseerd.

    Dit gezegd zijnde, mag niemand het belang onderschatten van wat we proberen te doen. Het wordt beschouwd als de heilige graal omdat het betekent dat we een echt duurzame wereld kunnen creëren.

    Nultolerantie

    Uiteraard zullen er altijd mensen zijn die afval achterlaten, zelfs als elk stukje plastic  kan worden gerecycleerd.

    We moeten dus allemaal een rol spelen om ervoor te zorgen dat plastic niet als afval eindigt en overheden moeten overtreders streng aanpakken. Een beleid van nultolerantie aannemen.

    Het is een wereldwijd probleem en overheden moeten samenwerken.

    We hebben een culturele verandering nodig - en onderwijs staat daarin centraal.

    We moeten ons allemaal bewust zijn van de schade die we aan de oceanen van de wereld toebrengen.

    In tussentijd, terwijl we oplossingen zoeken voor deze wereldwijde uitdaging, zetten we ons eigen huis op orde via Operation Clean Sweep®. Dit is ontworpen om te garanderen dat plastic korrels op onze productieplaatsen of in de toevoerketen niet in de oceaan terechtkomen. 

    Het is een ambitieuze "to-do-lijst". We zijn van plan het te doen.

    4 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_wave-min.jpg

    INEOS zorgt voor een golf van verandering

    INEOS wordt gedreven door innovatie. 

    Het wil de wereld tonen wat er mogelijk is, vooral als anderen zeggen dat het niet mogelijk is.

    In 2012 bouwde het de eerste commerciële fabriek ter wereld met behulp van technologie die het had ontwikkeld  om huishoudelijk afval om te vormen tot hernieuwbare energie en geavanceerde biobrandstof. De bio-ethanol uit afval kon ook gebruikt worden voor de productie van plastic.

    Het Indian River County BioEnergy Centre in Florida produceerde ook voldoende energie om de fabriek te laten draaien en tot 1400 huizen in de omgeving van energie te voorzien.

    De technologie werkte op laboratorium- en pilootschaal, maar INEOS Bio kon het  economisch niet haalbaar maken op commerciële schaal.

    Peter Williams is Group Technology Director bij INEOS.

    "INEOS heeft altijd de waarde gezien om afval te nemen en er iets anders van te maken," zei hij. "Maar we doen iets niet als we meer energie nodig hebben om het afval te recycleren dan om het product in de eerste plaats te maken. Als het niet beter is voor het milieu, doen we het niet. Het moet de test doorstaan."

    In een ander project gaat meer dan 70% van het huishoudelijk afval in de ruime omgeving van Manchester niet langer naar vuilnisbelten. Het wordt afgevoerd naar de INEOS-vestiging in Runcorn in het VK, waar het gebruikt wordt in een gecombineerde warmte- en krachtcentrale om elektriciteit en stoom te produceren. 

    "Als we het niet kunnen recycleren, kunnen we er ten minste energie uit recupereren," zei Peter. "Maar dat is een tijdelijke oplossing. We willen efficiëntere manieren vinden om het afval te recycleren."

    En dat staat nu op de agenda.

    INEOS werkt op dit moment met vijf of zes technologieën die zouden betekenen dat elke molecule plasticafval kan worden omgevormd tot zijn oorspronkelijke, chemische vorm.

    "We werken samen met een aantal bedrijven om een oplossing te vinden", zegt Peter.

    INEOS is even bezorgd over plastic in het milieu als de maatschappij. Dit is een manier om de waarde van plastic keer op keer te realiseren. Als plasticafval als grondstof gewaardeerd wordt, is het minder waarschijnlijk dat het wordt weggegooid.

    "We bekijken een aantal oplossingen met enkele raakvlakken", zegt Peter. 

    De druk op INEOS om snel te handelen komt echter ook van bovenaf. Van Jim Ratcliffe, manager en stichter van INEOS. 

    "Hij is er erg op gebrand om op de hoogte te blijven van wat wij, en de branche, eraan doen", vertelt hij. 

    INEOS doet heel wat. Via partnerschappen en innovatie is het op zoek naar oplossingen voor de problemen.

    Het werkt samen met verpakkingsbedrijven en merkeigenaars om het verpakkingsontwerp opnieuw uit te denken en de recyclagecijfers te helpen verbeteren. Momenteel kan het moeilijk zijn om verpakkingen te recycleren, omdat het een mengsel van verschillende polymeren is.

    Het probeert de kwaliteit van gerecycleerd plastic te verbeteren via innovatie met zijn polymeerexperts. Het ontwikkelt polymeerkwaliteiten die groeiende hoeveelheden gerecycleerd materiaal aankunnen zonder de eigenschappen aan te tasten.

    Het bedrijf is van plan plastic van topkwaliteit te produceren met 50% olie en gas - in plaats van 100% - en dit te mengen met 50% plasticafval, waardoor de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen wordt gereduceerd.

    “Plastic is 100% recycleerbaar,” zegt Peter.

    INEOS is een hevige voorstander van een transitie naar een circulaire economie, waarbij de voordelen van plastics (en andere producten) gemaximaliseerd en de negatieve milieueffecten geminimaliseerd worden.

    "Het is zowel nuttig voor het milieu als voor het bedrijf", zegt Peter. "We engageren ons om deze transitie te ondersteunen, waarbij plastics niet langer als afval worden weggegooid, maar als een waardevol materiaal worden behandeld dat met succes gerecycleerd kan worden."

    Petra Inghelbrecht, Global Sustainability Manager bij INEOS Styrolution, zegt dat de cruciale bijdrage die plastic aan de moderne wereld heeft geleverd, vaak over het hoofd wordt gezien.

    "Plastic heeft de wereld ten goede veranderd, zoals geen enkel materiaal ooit tevoren," zei ze. "Maar het wordt nauwelijks in verband gebracht met duurzaamheid of hoe het levens heeft gered. We geloven dat het niet gaat over nee zeggen tegen plastic, maar over nee zeggen tegen plastic weggooien."

    Maar, Peter voegt toe dat anderen ook een rol te spelen hebben. 

    "We hebben meer collectie-, scheidings- en sorteringsfaciliteiten nodig," zegt hij

    5 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_to-do-list-min.jpg

    De ambitieuze "to-do-lijst" van de plasticindustrie

    Ze hebben beloofd om 60% van alle plastic verpakkingen recycleerbaar of herbruikbaar te maken tegen 2030 met als doel 100% tegen 2040.

    Als onderdeel van een vrijwillig engagement hebben ze  ook beloofd om meer te doen om te voorkomen dat plasticafval in het milieu terechtkomt en alternatieve grondstoffen voor olie en gas te vinden.

    Als onderdeel van Plastics2030 heeft PlasticsEurope drie Europese platforms opgericht – Vinyls Circular Solutions, Styrenics Circular Solutions en Polyolefin Circular Economy Platform – om organisaties samen te brengen die deze verandering kunnen verwezenlijken. 

    Een onafhankelijk panel dat bestaat uit vertegenwoordigers van de academische wereld, de Europese Commissie en het Europese Parlement, zal regelmatig controles houden en over de vooruitgang rapporteren. 

    INEOS, een van de meest vooraanstaande producenten van plastic, wacht niet om de wereld te tonen wat het al doet en wat het van plan is te doen.

    “Het publiek denkt vaak dat we ons niets van plastic aantrekken, maar we zijn enorm begaan,” zegt Tom Crotty, Director of Corporate Affairs van INEOS. "Plasticafval in de oceaan is totaal onaanvaardbaar. Maar plastic is niet slecht. Plasticafval is slecht. En dat moet gezegd worden. Misschien is het nu wel het moment om vuur met vuur te bestrijden. We moeten naar buiten treden en de mensen vertellen wat we doen."

    Naarmate de publieke verontwaardiging over afval in de oceanen groeit, neemt ook de frustratie bij INEOS toe dat zijn stem vaak ongehoord blijft en zijn boodschap van hoop  overstemd wordt door mensen die oproepen tot het bannen van alle plastic.

    "Het kan echt frustrerend zijn als politici goedkope politieke punten verdienen, want zelfs bij producenten van plastic is plasticvervuiling het enige gespreksonderwerp op het moment," aldus Tom.

    Hij denkt dat de doelen die door de plasticproducenten in Europa zijn bepaald en overeengekomen, haalbaar zijn.

    "Dat wil niet zeggen dat ze geen uitdaging vormen," zei hij. "Maar het heeft geen zin om eenvoudige doelstellingen te bepalen. Het toont ook aan dat we het juiste willen doen. Hier is de industrie aan het woord. Dit wordt ons niet opgelegd door overheden."

    INEOS O&P, INOVYN en INEOS Styrolution werken al aan oplossingen voor de problemen die in Plastics 2030 worden vermeld.

    Maar ze gaan ook een stap verder en doen hun eigen belofte dat het tegen 2025 zal worden behaald.

    "INEOS is heel goed in het vinden van innovatieve oplossingen voor grote problemen,"   zei Tom. "Als organisatie zijn we in staat om heel snel beslissingen te nemen, want we hoeven niet langs honderden commissies te gaan."  

    Het bedrijf heeft al een van de doelen bereikt. Alle plastics van INEOS kunnen nu gerecycleerd worden dankzij een beslissing die enkele jaren geleden werd genomen om bepaalde additieven te verwijderen.

    Voor INEOS zijn de moeilijkste gebieden die waarover het geen controle heeft - wat gebeurt er met het plastic zodra mensen ermee klaar zijn.

    "Plasticafval is slecht als er slecht mee wordt omgegaan," zei hij. 

    En momenteel is dit het geval in sommige delen van Azië. 

    "Daarop moeten we ons focussen," zei Tom. "We bekijken hoe we industriële initiatieven kunnen ondersteunen om te helpen voorkomen dat afval de rivieren bereikt. Zelfs het plaatsen van hekken rond deze vuilnisbelten als tijdelijke maatregel zou al helpen." 

    Een ander onderdeel van de industriedoelstellingen is het beperken van afval in de oceanen, een van de grootste milieu-uitdagingen van vandaag. 

    INEOS neemt al deel aan de Operation Clean Sweep® van de wereldwijde plastic industrie, een internationaal initiatief om het verlies van korrels in de oceanen en rivieren in de wereld te stoppen.

    Onlangs werkte het doorheen de hele industrie en toeleveringsketen in de haven van Antwerpen, waar er een gecoördineerde opruimactie plaatsvond in de hele haven. 

    Het project heeft effect gehad en naar verwachting zullen andere EU-havens het voorbeeld van Antwerpen volgen.

    Nu plasticafval hoog op de politieke agenda staat, hoopt Tom dat de waarde van plastic voor de samenleving niet vergeten wordt in de haast om bepaalde soorten plastic te verbieden.

    "Plastic is overal en we vertrouwen er in grote mate op," zegt hij. "Het zit in wagens, computers, telefoons, kledij, medische apparatuur en vliegtuigen."

    Plastic buizen, zegt hij, hebben enkele van de armste delen van de wereld veranderd door voor schoon water te zorgen via buizen die goedkoop en eenvoudig te installeren zijn.

    "Voor deze mensen was plastic een godsgeschenk," vertelde hij.

    INEOS Olefins & Polymers Europe

    INEOS Olefins & Polymers Europe heeft zichzelf een even moeilijke opdracht gegeven. 

    Alle plastics die INEOS momenteel produceert, kunnen  worden gerecycleerd. 

    Maar recyclage wordt moeilijk als verschillende soorten plastic - en er zijn meer dan 50 verschillende polymeertypes - worden gecombineerd om uiterst efficiënte maar complexe verpakkingen te maken.

    INEOS is vastberaden om het probleem te helpen aanpakken door verpakkingsontwerpers aan te moedigen hun producten te vereenvoudigen en recycleerbaar te maken.

    "We kunnen de doelstelling om slechts één polymeer te gebruiken behalen als we samenwerken," zei Jacques Breulet, Regulatory and External Affairs Manager, INEOS Olefins & Polymers Europe. "We hebben een gezamenlijke aanpak nodig."

    En dat is de drijfveer van de oprichting van het Polyolefins Circular Economy Platform, dat harsproducenten, veredelaars, recycleerders en merkeigenaars verenigt, die allemaal moeten samenwerken.

    INEOS zet zijn polymeerexpertise in om de kwaliteit en specificatie van gerecycleerde plastics te verbeteren om de vraag aan te moedigen.

    Gerecycleerd plastic kan gebruikt worden om kledij, afvoerbuizen, bruggen, hekken, verkeersborden, zetels, vuilniszakken en stoepranden te maken, om er maar enkele te noemen.

    Tot nu toe was de kwaliteit een probleem.

    "Op voorwaarde dat de kwaliteit OK is, is er absoluut niets verkeerds met gerecycleerd plastic," zei Jacques. 

    INOVYN

    Pvc-producenten hebben ook beloofd om meer te doen.

    Het onlangs opgestarte PlasticsEurope-initiatief wil dat de zes toonaangevende Europese producenten van pvc-hars de levensduur van pvc-verpakte producten verhogen en meer pvc recycleren.

    Hier zet INEOS’ INOVYN al grote stappen in het recycleren van pvc dankzij VinylPlus, een gelijkaardig, vrijwillig sectorengagement dat in 2011 werd aangegaan.

    “Met betrekking tot het vrijwillige engagement VinylPlus is INOVYN zowat de leider in het hele proces,” zei dr. Jason Leadbitter, Sustainability & Corporate Social Responsibility Manager bij INOVYN.

    Pvc was een plastic dat ooit door velen werd verketterd. Om te bewijzen dat het gerecycleerd kon worden, investeerde en blijft INOVYN investeren in Recovinyl – de recyclagetak van VinylPlus, die nu jaarlijks bijna 640.000 ton pvc recycleert uit oude raamkozijnen, vloeren, kabels, buizen en andere afgedankte toepassingen.

    “Dit levert ons financieel niet meteen iets op,” zei Jason. "In feite neemt het een hap uit de marges van een van onze kernactiviteiten. Maar het is een mes dat langs twee kanten snijdt, omdat het aantoont dat pvc deel uitmaakt van de circulaire economie en wordt beschouwd als materiaal van de 21ste eeuw."

    In tegenstelling tot andere kunststoffen wordt het meeste pvc momenteel gerecycleerd in Europa, waar nieuwe markten voor de gerecycleerde producten werden gezocht - en gevonden.

    "Als wij het kunnen, kunnen andere polymeerproducenten het ook, want plastic is een waardevolle grondstof en moet als zodanig worden behandeld," zei Jason.

    Voor Jason zijn vrijwillige engagementen beter dan wettelijk bindende voorschriften. 

    "Ze bieden een enorme stimulans om win/win-opportuniteiten te creëren voor zowel de industrie als de regelgevers omdat ze administratieve rompslomp uitsparen," zegt hij. 

    INEOS STYROLUTION

    INEOS Styrolution vormt ook de kern van een groot project om het aantal polystyreenverpakkingen dat op vuilnisbelten terechtkomt te  verminderen.

    Het heeft zijn krachten gebundeld met ReVital Polymers en Pyrowave om de hoeveelheid wegwerppolystyreen, dat voor recyclage wordt verzameld , te verhogen en op zijn beurt bij te dragen aan het oplossen van een groeiend wereldwijd milieuprobleem.

    ReVital recycleert al heel wat verschillende types plasticafval in zijn fabriek in Canada, maar het zal binnenkort ook voor het eerst in staat zijn om polystyreenafval te behandelen - hoe vervuild het ook is - met behulp van Pyrowave's technologie.

    De microgolfmachine, ontwikkeld door Pyrowave gedurende acht jaar, zet de polystyreenverpakking in de fabriek van ReVital in Sarnia, Ontario, om tot een hoogwaardige styreenmonomeer.

    INEOS Styrolution maakt van dit vloeibare monomeer  een zuivere hars om het te gebruiken voor nieuwe producten en verpakkingen.

    "We zijn zeer enthousiast over dit project," zei Ricardo Cuetos, Vice President Americas, Standard Products, INEOS Styrolution America LLC. "Het brengt grote spelers in de waardeketen samen met een intelligente oplossing voor het recycleren van polystyreen via nieuwe, innovatieve technologieën."

    Het proces staat bekend als chemische recyclage en is een grote stap op weg naar een circulaire economie waar niets wordt verspild.

    Slechts 8% van de vandaag geproduceerde plastics  wordt gerecycleerd en de materiaal- en milieukosten voor het vervoeren, opslaan, sorteren en verwerken van plastics zijn enorm.

    "Polystyreenschuim is een van de meest uitdagende materialen omdat het 95% lucht bevat en vaak vervuild is door voedsel of drank. Tot nu toe is het heel moeilijk om op een economische manier te recycleren met traditionele methodes," zei Mohammed Abboud, Product Manager, Standard Products bij INEOS Styrolution.

    Maar dat gaat allemaal veranderen. Zeker in Canada en Noord-Amerika.

    Eerst moeten de drie bedrijven echter alles doen wat ze kunnen om het bewustzijn te verhogen over wat ReVital nu kan doen in zijn verwerkingsfabriek.

    "Hoewel we weten dat er veel polystyreenafval om ons heen is, is de uitdaging waarvoor we staan verrassend genoeg het gebrek aan beschikbaar materiaal omdat het niet correct wordt gerecupereerd," zei Jocelyn Doucet, CEO van Pyrowave.

    En recuperatie van polystyreen - van de kant van de weg, vuilnisbelten, restaurants, kantoren, scholen en universiteiten - is cruciaal.

    Keith Bechard, Chief Commercial Officer bij ReVital, zei dat de installatie van Pyrowave's technologie van  het verschil zal maken.

    "We zijn heel trots dat we onze jarenlange expertise in grootschalige kunststofrecyclingoperaties kunnen inzetten om de commercialisering van de technologie van Pyrowave te ondersteunen," zei hij.

    4 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_second-to-lose-min.jpg

    Er valt geen tijd te verliezen

    DE succesvolste zeiler in de Olympische geschiedenis  leidt de Britse uitdaging om een van de oudste trofeeën te winnen voor de meest competitieve zeilrace ter wereld.

    INEOS zal er zijn om ervoor te zorgen dat hij toegang heeft tot de beste technologie voor het bouwen van de beste boot aan de start binnen drie jaar.

    Maar dan is het aan Ben Ainslie om de beker terug te brengen naar Groot-Brittannië.

    Sir Ben, die vier Olympische gouden en een zilveren medailles won en acht keer wereldkampioen werd, omschreef het aanbod van INEOS om het team te ondersteunen, met inbegrip van twee boten die nodig zijn om deel te nemen aan The America's Cup in 2021, als een fantastische stimulans voor de Britse sport.

    Met de steun van INEOS en het team dat werd samengesteld, vertelde hij, heeft Groot-Brittannië de grootste kans ooit om de felbegeerde trofee in het zeilen voor het eerst in de 167-jarige geschiedenis van de race te winnen.

    "Groot-Brittannië heeft de trofee nooit gewonnen, ondanks dat het de wedstrijd heeft opgericht en vaak geprobeerd heeft," zei Jim Ratcliffe, manager van INEOS. "Met het team dat we hebben verzameld, geloven we dat we een uiterst competitieve boot aan de start kunnen brengen. Uiteindelijk komt het aan op de fijne kunst van het zeilen."

    INEOS TEAM UK zal het Royal Yacht Squadron vertegenwoordigen, dezelfde club die de New Yorkers uitdaagde voor die eerste race in 1851.

    "We kijken er heel erg naar uit om de oudste, internationale trofee voor zeilraces terug te winnen," zei Jamie Sheldon, Commodore, Royal Yacht Squadron.

    De beslissing van INEOS om 110 miljoen pond te investeren werd genomen nadat een gemeenschappelijke vriend een ontmoeting tussen Jim en Ben had geregeld in een café in Londen.

    Onvermijdelijk kwam de ongrijpbare America's Cup ter sprake,  vaak beschreven als de Formule 1 van het zeilen.

    Later die avond - na wat de duurste gin-tonic ooit bleek te zijn - scheidden hun wegen. 

    De volgende dag belde Jim Ben op om hem al het geld aan te bieden dat hij en zijn crew nodig hadden om de oudste trofee van de sport terug te winnen.

    "Het was fantastisch", zei Ben. "Maar ik was een beetje verrast."

    De uitdaging was voor INEOS een te grote kans om te laten schieten.

    En Jim had het gevoel dat Ben de volharding, de vaardigheden en het verlangen had om te winnen.

    Met het geld in handen kan het team nu focussen op het bouwen van een boot die de rivalen overtreft en te slim af is.

    "Er is heel wat druk," zegde Ben. "Maar er is een verlangen binnen het team om deel uit te maken van iets succesvols, een verlangen om te winnen. Iedereen voelt dat het erom gaat de klus te klaren."

    De investering van INEOS is de grootste ooit door Groot-Brittannië in een uitdaging voor The America's Cup.

    "We hebben in het verleden heel wat serieuze projecten op ons genomen, maar geen enkel dat even spannend is als dit," zei Jim.

    Tijdens een persconferentie in The Prospect of Whitby, Londens oudste kroeg aan de  rivier, beschreef Jim Ben  als de Usain Bolt van het zeilen.

    "Om succesvol te zijn in The America's Cup heb je een geweldige roerganger, een heel ervaren ontwerper en een volledig gesubsidieerd team nodig," zei hij. "Het is een huwelijk tussen heel gesofisticeerde technologie en sport."

    INEOS zal de knowhow van 's werelds beste ontwerpers, bootbouwers, ingenieurs en productie bij elkaar brengen om Ben te ondersteunen, terwijl hij en zijn team proberen het snelste jacht ter wereld met een enkele romp van koolstofvezel te ontwikkelen.

    En dat doet ertoe. Want wat alle vorige winnaars gemeenschappelijk hadden, waren de middelen om te innoveren.

    De uitdaging van Groot-Brittannië zal bestaan uit twee jachten van 23 meter ontworpen door de Nieuw-Zeelander Nick Holroyd, een van de architecten achter de winnende boot voor zijn land bij de laatste America’s Cup.

    Ben voert het gezag over het jacht, dat snelheden tot 95 km/u kan bereiken , en de Britse Olympische zeilkampioen Giles Scott wordt de tacticus van het team.

    De CEO van het INEOS TEAM UK is de America's Cup-legende Grant Simmer,  die 10 keer deelnam en vier keer won. Zijn recentste overwinning dateert van 2013 toen het Oracle Team USA – met Ben als tacticus – erin slaagde terug te vechten na een 8-1 achterstand om de trofee te winnen.

    "We willen er alles aan doen om deze trofee naar Groot-Brittannië terug te brengen, waar hij thuishoort," zei Jim.

     

    Ouder en wijzer

    Nieuw-Zeeland is het decor voor de America's Cup in 2021.

    Sir Ben Ainslie zal 43 jaar zijn als hij het roer van de INEOS-boot overneemt in een reeks 40-minuten durende races voor de kust van Auckland.

    Wordt dat als te oud beschouwd?

    Nee, zegt Ben. Wat ertoe doet, is ervaring. Hoe het jacht te besturen als het moeilijk gaat.

    "De jongens die al het harde werk doen, moeten fit zijn en zullen midden tot achteraan de 30 zijn," zei Ben.

    Voor Ben is het de ultieme teamsport, waarbij iedereen een duidelijke en belangrijke rol speelt.

    Dit gezegd zijnde, er is  nog plaats voor één persoon. En het is heel goed mogelijk dat Jim Ratcliffe deze plaats krijgt aangeboden.

    "Jim zou zonder twijfel een geweldig zeiler zijn geweest," zei Ben. "Hij is fysiek sterk, gefocust en heeft een verlangen om te winnen."

    Gelukkig hoeft het 12e bemanningslid niets anders te doen dan de 11 andere crewleden in actie te zien.

    Jim hoeft zich dus enkel vast te houden. Stevig. 

    Hoe Amerika de beker won

    DE VS heeft The America’s Cup jarenlang gedomineerd.

    Maar Ben Ainslie vertelde dat dit geen wonder was, want de winnaar kan de regels  veranderen - en dat is wat Amerika deed. Vaak.

    "Ze stonden erop dat alle deelnemers naar de start van de race moesten zeilen, wat betekende dat de Atlantische oceaan moest worden overgestoken," zei Ben. "Daarvoor had je een zwaardere boot nodig om de reis aan te kunnen, dus ze hadden de concurrentie in een wurggreep."

    Amerika heeft The America's Cup gedurende 132 jaar met succes verdedigd.

    De reeks eindigde uiteindelijk in 1983 toen Amerika de trofee voor het eerst verloor nadat Australia II de Liberty uit Newport, Rhode Island versloeg.

    "Sindsdien hebben de Zwitsers, Australiërs en Kiwis The America's Cup in hun bezit gehad, die liefkozend bekend staat als de 'Auld Mug'", zegt Jim. "Maar we denken dat het tijd is dat hij naar huis komt." 

    4 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_geared-for-change-min.jpg

    Gericht Op Verandering

    INEOS' plan om 's werelds beste 4x4 te bouwen, werd uitgedokterd bij een pintje op café. 

    INEOS-voorzitter  Jim Ratcliffe betreurde het heengaan van de Land Rover Defender in The Grenadier pub, op wandelafstand van het hoofdkantoor van INEOS in Londen, toen het gesprek overging naar de mogelijkheid om er zelf één te bouwen. 

    Deze droom is nu heel reëel. 

    “Het is een avonturenverhaal op zichzelf geworden,” zei Jim. 

    INEOS Automotive – een onafhankelijk bedrijf opgericht binnen de INEOS-familie om het project en daarmee ook de groei te stimuleren – heeft nu een senior managementteam van experts en offroad-fans van over de hele wereld met tientallen jaren ervaring in productie, engineering en avonturen. 

    Ze hebben ook een waardige missie: een volledig nieuwe, compromisloze 4x4 en spirituele opvolger bouwen voor de uit productie genomen Land Rover Defender.  

    "We willen het zo eenvoudig mogelijk houden in de moderne wereld, zodat je hem ter plaatse kunt repareren," zegt Jim. "Maar wat we willen doen, is een beetje werken aan de kwaliteit van de engineering en betrouwbaarheid." 

    INEOS is niet van plan om de Land Rover Defender opnieuw tot leven te brengen. Het bouwt vanaf nul een volledig nieuw 4x4-voertuig op, dat voldoet aan alle huidige veiligheids- en wettelijke vereisten. Het zal een robuust, no-nonsense bedrijfsvoertuig zijn met de nadruk op betrouwbaarheid, duurzaamheid en ongeëvenaarde offroad-capaciteiten. Het krijgt een eigen naam, meer hoeken dan rondingen en een wiel op elke hoek. Het zal geen Defender zijn. 

    Jim en zijn team hebben een Brits-geïnspireerd, door Duitsers ontworpen, echt werkend voertuig voor ogen dat door het land kan rijden, een ploeg kan trekken, een safaritocht kan leiden, een mijnenveld kan ontruimen, een rivier van oversteken en comfortabel naar Buckingham Palace kan rijden.  

    "Klasselozer kan het niet worden," zei hij. "Een compromisloze offroad 4x4 zonder franjes. Idealiter wordt het een voertuig dat je langs binnen en buiten kunt afspuiten, zoals de oorspronkelijke Land Rover." 

    Tot nu toe is er nog geen beslissing genomen waar het gebouwd zal worden. Maar de locatie zal vroeg in het nieuwe jaar bekend zjjn. 

    "We nemen dit niet licht op omdat het cruciaal is voor ons bedrijf en voor de lokale gemeenschappen die zouden profiteren van de nieuwe banen die gecreëerd worden," zei Dirk Heilmann, CEO van INEOS Automotive en leider van Projekt Grenadier. "We zullen ons niet laten verleiden tot een overhaaste beslissing." 

    Tom Crotty, Director of Corporate Affairs, zegt dat INEOS gebombardeerd werd met aanbiedingen van autobouwers uit heel Europa. 

    "Sommige hebben locaties beschikbaar of capaciteit op overschot," zegt hij. "En er zijn andere autobedrijven, die een bestaande fabriek en ruimte in die fabriek hebben en het voertuig voor ons zouden kunnen maken. Alles wat we weten is dat het een unieke kans is en dat alles voor het grijpen ligt."

    Vorig jaar lanceerde INEOS Automotive, onder leiding van Dirk Heilmann, voormalig hoofd van engineering en  technologie, officieel de website voor het nieuwe Projekt Grenadier in The Grenadier Pub in Londen.

    "We hebben een opmerkelijk aantal e-mails ontvangen van mensen over de hele wereld die het project steunen," zei Jim. "Dat was vrij verrassend."

    Er is een modelgamma gepland voor verkoop over de hele wereld, waaronder verschillende wielbasisopties en diesel-, benzine- en hybride motoren voor verschillende markten. En het doelpubliek is ontdekkingsreizigers, landbouwers en offroad-fans, evenals stadsbewoners en avonturiers.

    De interactieve website nodigt 4x4-fans uit om hun eigen visie te delen over de perfecte offroader.

    www.projektgrenadier.com 

     

    Let op, Cedric 

    Jim Ratcliffe hoopt dat Cedric, de beruchte geest van The Grenadier pub, het recentste avontuur van INEOS genegen is.

    Volgens de legende werd de jonge soldaat daar ongeveer 300 jaar geleden vermoord nadat hij werd betrapt op bedrog tijdens een spelletje guards.

    Door de jaren heen hebben bezoekers geld aan het plafond gehangen om hem te helpen zijn schulden af te betalen en in ruil daarvoor krijgen ze hopelijk veel succes.

    Bij de officiële lancering van Projekt Grenadier vorig jaar, hing Jim een briefje aan het plafond om de start van een nieuw Grenadier-verhaal te symboliseren.

    3 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_stream-of.jpg

    Jims stortvloed van gedachten

    IJSLAND is een plaats waar de natuur het voor het zeggen heeft.

    Het is een vulkanisch eiland aan de rand van de poolcirkel, schrijlings op de Noord-Atlantische rug die Amerika en Europa van elkaar wegduwt.

    Het is opvallend mooi, wild, ongerept en de thuisbasis voor sommige van de beste vliegvissers op zalm ter wereld.

    INEOS-voorzitter en stichter Jim Ratcliffe, een ervaren vliegvisser, ontdekte dat zelf toen hij jaren geleden voor  het eerst voet aan land zette in IJsland.

    Wat hij echter ook ontdekte, was dat de Noord-Atlantische zalm een bedreigde diersoort is.

    Sindsdien is het beschermen van de Atlantische zalm in een van de laatste gebieden waar hij nog gedijt, zijn passie geworden.

    "Iedereen weet wat een zalm moet doorstaan om te overleven," zei hij. "De omvang van zijn reis door de Atlantische Oceaan en door enkele van de meest intimiderende rivieren ter wereld valt nauwelijks te geloven. Hij overleeft in zeewater en zoet water. Hij ontwijkt alle soorten hongerige roofdieren op zee, van zeehonden en dolfijnen tot haaien, enkel om terecht te komen in rivieren waar hij geconfronteerd wordt met stroomversnellingen, watervallen en rotsen."

    In samenwerking met de Strengur Fishing Club, die vliegvissen van de hoogste kwaliteit ter wereld aanbiedt, is Jim een reeks investeringen begonnen om het land, de rivieren en de zalm in het noordoosten van IJsland te beschermen.

    "Strengur beschermde deze rivieren al vele jaren als een schat," zei hij. "Maar ze hadden financiële hulp nodig om meer te kunnen doen. Ik ging gewoon mee in het verhaal. Zij zijn degenen die al het echte werk doen. Ik voorzag gewoon wat fondsen om hen te helpen doen wat gedaan moest worden."

    Hij zei dat Strengur jarenlang het belang van het behoud van het zalmbestand had erkend, maar bovendien dat de oplossing op lange termijn om deze iconische en bewonderde soort te redden, duurzaam moest zijn.

    "Een paar giften uit liefdadigheid zijn het antwoord niet," zei hij.

    Om de ongereptheid van het landschap en de rivieren te helpen behouden, heeft Jim langs een aantal van deze rivieren boerderijen verworven en eind vorig jaar kocht hij 70% van Grímsstaðir á fjöllum, een uitgestrekt IJslands landgoed met de bovenloop van enkele van de meest ongerepte zalmrivieren in IJsland.

    Hoewel hij nu een landeigenaar in IJsland is en een stem heeft in de lokale rivierverenigingen, wil hij niet dat er iets verandert voor de boeren die al generaties lang voor dit afgelegen deel van IJsland hebben gezorgd.

    "Als we nauw samenwerken met boeren en lokale gemeenschappen, kunnen we iets duurzaams en milieuvriendelijks opbouwen," zei hij.

    Samen met zijn Strengur-partners Gisli Asgeirsson en Johannes Kristinsson hoopt hij lokale landbouw in harmonie met de rivieren aan te moedigen en een duurzame exploitatie te ontwikkelen met de meest opwindende zalmvisserij en het meest progressieve natuurbehoud ter wereld.

    "Als je een exploitatie van topkwaliteit rond deze ervaring wikkelt, wordt de wilde Atlantische zalm een product met grote waarde," zei Jim. "Behoud is daarom van cruciaal belang en Strengur vormt de voorhoede van dit instandhoudingswerk."

    Sportvissen met respect, waarbij alle vissen voorzichtig teruggezet moeten worden in de rivier, en de rivier niet overbevist mag worden of tijdens het broedseizoen, zorgt voor een goed inkomen.

    "Het zorgt ook voor een aanvullend inkomen voor de lokale boerderijen en bovendien financiert het meer instandhoudingswerk aan de rivieren," zei Jim.

    De controle van rivieren, hun visbestanden, de kwaliteit en het gebruik van land over honderden vierkante kilometers rond de rivieren is een minutieus werk.

    Naast het IJslandse Milieuagentschap heeft Strengur deze taak jarenlang op zich genomen.

    "Door deze nieuwe samenwerking willen we deze inspanningen versnellen," zegt Jim.

    Met meer geld dat in de koffers stroomt van zalmvisserijen van wereldklasse, zal Strengur kunnen investeren in meer zalmladders - om de broedplaats voor de zalm verder uit te breiden - evenals in zijn eigen aanbod van kwaliteitsvolle zalmvisserij  met  lodges van topklasse langs de zes rivieren in het noordoosten.

    "We weten dat we weinig kunnen doen om de overbevissing van zalm op zee te voorkomen," zei Jim. "De autoriteiten moeten die verantwoordelijkheid op zich nemen. Maar we kunnen een natuurlijke thuishaven voor de zalm creëren in deze heel speciale hoek van IJsland."

     


    Stroomopwaarts de weg wijzen 

    ZALMLADDERS zijn belangrijk omdat ze de omvang van de broedplaatsen voor de vissen vergroten, die hun eieren in zoet water leggen en  vervolgens naar de oceaan zwemmen.

    Jim Ratcliffe en zijn twee IJslandse partners bij de Strengur Angling Club hebben onlangs de bouw voltooid van een ladder waarmee de zalm voor het eerst de middenstroom van de rivier Hofsa kan bereiken.

    Een waterval van ongeveer 6 meter voorkwam dat de vissen 8 km verder stroomopwaarts konden reizen omdat ze gewoonweg niet zo hoog konden springen. 

    De nieuwe ladder werd verleden maand onder water gezet nadat 15.000 stenen werden verwijderd en binnen enkele uren was ze in gebruik.

    De hoop is dat zalmbroedsel en jonge vissen, die enkele jaren geleden in de rivier werden uitgezet en de rivier stroomafwaarts naar de zee zijn gevolgd, op een dag via de nieuwe ladder terugkeren naar de rivier waar ze geboren zijn.

    De ladder is echter slechts een van de vele instandhoudingsprojecten op lange termijn die worden gestimuleerd door Jim, Johannes Kristinsson en Gisli Asgeirsson.

    4 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_africa.jpg

    De trots van Afrika

    ZUID-TANZANIA herbergt meer leeuwen dan waar ook ter wereld.

    Het is de plek bij uitstek om wild te zien.

    Maar slechts enkele doorwinterde reizigers hebben ooit voet gezet in deze uitgestrekte wildernis.

    “Ze weten gewoon niet wat er hier te vinden is,” zei Katie Fewkes, Commercial Manager van Asilia Africa, een van de toonaangevende safaribedrijven van het land.

    Asilia opende zijn eerste kamp in het hart van het Selous Game Reserve, met de hulp van een ietwat verrassende investeerder – Jim Ratcliffe. 

    De voorzitter en stichter van INEOS gelooft dat de ontwikkeling van het toerisme in Zuid-Tanzania de ogen van de wereld zal openen voor een plaats van immense schoonheid en belang – en zal helpen om jobs en welvaart te creëren.

    "Dit is een enorme kans om een duurzame, ecologische safaritoerismebranche op lange termijn te creëren," zei hij.

    Vaak over het hoofd gezien door toeristen, heeft Zuid-Tanzania jarenlang vele obstakels overwonnen, waaronder stroperij, logistieke uitdagingen en een gebrek aan inkomsten uit toerisme in vergelijking met de bekende nationale parken.

    Jim en Asilia hopen daar verandering in te brengen.

    Ze hebben nu een kamp en een privélodge geopend in Ruaha National Park en een kamp gebouwd in het Selous Game Reserve.

    "Beide zijn uitzonderlijke en nauwelijks bezochte gebieden met wilde dieren," zei Jim. "Door ze open te stellen, geloven we dat we een duurzame exploitatie kunnen ontwikkelen die de wilde dieren en lokale gemeenschappen zal helpen ondersteunen."

    Er wordt verwacht dat elke toerist bijna 100 dollar per dag zal genereren voor het behoud.

    Het meer Roho ya Selous, met zijn acht canvastenten met airconditioning, ligt in het midden van het Selous Game Reserve, een wild en ongerept wildreservaat dat groter is dan Zwitserland.

    Het Ruaha National Park is nog groter en meer afgelegen maar, ondanks dat het feit dat het zo groot is als New Jersey in Amerika, wordt het slechts door een handvol reizigers per jaar bezocht.

    "Jammer genoeg is geen van beide ooit zo beroemd geweest als de bekendere parken, zoals de Serengeti, wat betekent dat ze achtergebleven zijn," zei Katie.

    De ebola-uitbraak  van 2014 tot 2016 in West-Afrika hielp hierbij niet.

    "Kenia en Tanzania in Oost-Afrika lagen ver van alle risicogebieden, maar door de angst werd de kloof alleen maar groter omdat mensen nog minder geneigd waren om naar minder bekende gebieden te reizen," zei Katie.

    Dat maakte de regio op zijn beurt  kwetsbaarder om zich te verdedigen tegen stroperij en andere uitdagingen.

    Maar Asilia en Jim hadden een visie en zagen hierin een kans om een verschil te maken.

    "We geloven allebei dat de regio het best veilig gesteld wordt via duurzaam toerisme", zei Katie. "Dit creëert banen en levert inkomsten uit het toerisme op in de vorm van park- en concessievergoedingen die rechtstreeks worden besteed aan de bescherming van het park of reservaat en de wilde dieren en hun leefgebieden."

    Ze vertelde dat het ook 'cruciaal' zou leiden tot een groter bewustzijn van de regio wereldwijd .

    "Er zou internationale verontwaardiging zijn als iemand zou zeggen dat we alle olifanten in de Serengeti zouden kunnen verliezen, maar als iemand hetzelfde zou zeggen over het Selous Game Reserve, zouden de meeste mensen niet eens weten waar het is," zei Katie. "Ons doel is om daar verandering in te brengen."

    Jim, die de laatste 20 jaar talloze safari's ondernomen heeft, koos ervoor in Asilia te investeren omwille van het werk dat het doet om lokale mensen en plaatsen sterker te maken.

    "We zien mensen en natuur als onafscheidelijke partners," zei Clarissa Hughes, Positive Impact coördinator bij Asilia Africa. "De ontwikkeling van de ene moet de ontwikkeling van de andere betekenen."

    De twee kampen en de lodge – hoewel ontworpen door een Zuid-Afrikaanse architect – werden gebouwd door lokale werkkrachten.

    Lokaal geproduceerd voedsel en goederen  worden waar mogelijk ook gebruikt en ongeveer een derde van de meer dan 600 personeelsleden van het bedrijf woont in de afgelegen, landelijke dorpen in de buurt van de safarikampen.

    Het bedrijf, dat graag samenwerkt met gemeenschappen, autoriteiten, niet-gouvernementele organisaties en andere toerismebedrijven zodat iedereen er voordeel bij heeft, voorziet ook scholen van bureaus, boeken en pennen.

    Dit jaar is het ook op missie gegaan om lokale studenten, die geen hoger onderwijs kunnen betalen, te helpen om studiebeurzen te krijgen voor het Veta Hotel & Tourism Training Institute.

    "We geloven dat onderwijs de sleutel is om mensen uit de armoede te halen en hen alternatieve broodwinningen te bieden in plaats van stroperij en niet-duurzame landbouw," zei Clarissa.

     

    Er wacht een nieuwe wereld...

    DOORWINTERDE reizigers vinden het grootste avontuur dat ze zich maar kunnen voorstellen in Zuid-Tanzania.

    Katie Fewkes, Commercial Manager van het safaribedrijf Asilia Africa, twijfelt daar niet aan.

    “Selous en Ruaha zijn voor mij de ultieme safaribestemmingen. Ze bieden een echte wilderniservaring, met ongerepte landschappen en spectaculaire dieren in het wild om te ontdekken," zei ze.

    De drie kampen worden tegen het einde van het jaar geopend.

    De keuze

    • Roho ya Selous, Selous Game Reserve
      Kamp aan het meer met acht canvastenten met airconditioning. En-suite badkamers, warm stromend water op zonne-energie, douches en toiletten die doorspoelen. Er is ook wifi voor degenen die niet te lang van de digitale wereld losgekoppeld willen zijn, en een zwembad. Elke dag kunnen gasten kiezen hoe ze deze prachtige wildernis willen verkennen, of het nu gaat om te voet wilde dieren spotten en op zoek gaan naar leeuwen of per boot om tot bij de nijlpaarden te komen. Drankjes rond het kampvuur voor een driegangendiner dat meestal onder de sterren wordt geserveerd.
    • Jabali Ridge, Ruaha National Park
      Acht suites verborgen tussen de rotsen. Een infinity pool, kuuroord en voldoende plaats om te luieren garanderen dat deze pauze even memorabel is als de tijd in de Afrikaanse wildernis. Gasten kunnen het Ruaha National Park ontdekken, een van Afrika's wildste nationale parken, overdag of 's nachts in open voertuigen of een wandelsafari voor een waar avontuur. Drankjes voor het avondmaal worden geserveerd aan de Jabali-ginbar voordat u geniet van een driegangenmenu.
    • Jabali Private House, Ruaha National Park
      Geraffineerd verblijf met een eigen privéchef, gids en voertuig. Biedt absolute privacy en exclusiviteit voor gezinnen en koppels die samen reizen. Hoewel dieren waarnemen hier gangbaar is, zal je hier geen andere bezoekers zien. 

    3 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_bridging-the-gap.jpg

    De kloof overbruggen voor een betere wereld

    EEN STAD die een sleutelrol heeft gespeeld in de Engelse burgeroorlog staat op het punt de wereld te laten zien wat mogelijk is als verschillende industrieën samenwerken.

    Jarenlang hebben industrieën binnen hun eigen sectoren gewerkt om de efficiëntie te verbeteren, kosten te verlagen en de uitstoot van koolstof te verminderen.

    Wat ze niet gedaan hebben, is kijken naar andere energie-intensieve industriesectoren om te bekijken hoe ze beter kunnen samenwerken en daarbij de beleidmakers tevreden stellen die de industrie platknijpen in hun streven naar een koolstofarme economie.

    Nu is dit mogelijk - en dat doen ze in Hull in het VK - dankzij EPOS, een vierjarig door de EU gesubsidieerd project onder leiding Greet Van Eetvelde, hoofd van het energie- en innovatiebeleid bij INEOS en professor in energie- en clusterbeheer aan de Universiteit van Gent, België.

    "EPOS heeft wetenschappers en ondernemers samengebracht om de industrie te helpen de uitdaging aan te gaan," zegt ze. "Het is een manier om de industrie efficiënter, kostenefficiënter, concurrentiëler en duurzamer te maken."

    De afgelopen twee jaar heeft EPOS de software geperfectioneerd om hoofdingenieurs en plantmanagers in vijf doelgerichte industrieën - chemicaliën, cement, staal, mineralen en engineering - te helpen bij het identificeren van mogelijkheden om gebruik te maken van afval van industriële buren, zijstromen, activa of diensten.

    Met de software kunnen regionaal verbonden bedrijven informatie met anderen delen over wat ze doen, hoe ze het doen en welke bijproducten ze produceren of eenheden die ze hebben - zonder handelsgeheimen prijs te geven.

    "Het begon met INEOS, omdat we nieuwe zakelijke kansen voor zijstromen wilden creëren," zegt Greet. "We zijn ook overtuigd van de potentiële kansen die worden geboden door in alle procesindustrieën samen te werken."

    Promovendi in het VK, Zwitserland, België en Frankrijk hebben virtuele profielen - sectorblauwdrukken - ontwikkeld voor de verschillende procesindustrieën, zodat ze een generische kijk kunnen delen op bijvoorbeeld hoeveel warmte en elektriciteit ze genereren, gebruiken en verspillen, en welke grondstoffen ze nodig hebben. 

    Hélène Cervo, een onderzoeksingenieur en promovendus bij Lavera in Frankrijk, is een van hen.

    "Bij het EPOS-project gaat het om buiten vaste stramienen denken om een duurzamere toekomst op te bouwen," zei ze. "Voor mij is het enorm inspirerend omdat het ons uiteindelijk doel is om een verschil te maken voor het leven van mensen."

    Ze heeft gekeken naar samenwerking met andere bedrijven bij Lavera om te zien hoe energie, materialen en diensten efficiënter kunnen worden gedeeld.

    "De blauwdrukken zullen heel nuttig zijn", zegt ze. "We geloven al dat er kansen zijn voor samenwerking tussen INEOS en ArcelorMittal, omdat sommige van Arcelor's gassen energetisch of chemisch door INEOS kunnen worden gevaloriseerd."

    Bij de lancering van de EPOS-projectresultaten in het Saltend Chemicals Park in Hull was het verschil dat EPOS kon maken voor INEOS en CEMEX, een cementfabrikant die zich ook aan de Humber-delta bevindt, duidelijk.

    Momenteel is 80% van de brandstof van CEMEX afkomstig van afval, maar dit kan verhoogd worden als INEOS een deel van de hoogcalorische, vloeibare afvalbrandstof zou leveren die het naar zijn nutsaanbieder stuurt.

    De vloeibare brandstof bevat componenten die mogelijk kunnen worden gescheiden en teruggevoerd naar het INEOS-proces. Maar de rest, dat momenteel als gevaarlijk afval wordt behandeld, zou door CEMEX als brandstof kunnen worden gebruikt om cement te maken.

    "Als dat het geval zou zijn, schatten we dat de CO2-uitstoot met 1400 ton CO2 per jaar zou kunnen dalen", aldus Hélène. "Dat staat gelijk met 280 auto's van de weg halen."

    Naast CEMEX 20% minder afhankelijk maken van primaire brandstoffen, zou dit ook de werking van de cementovens verbeteren en de werkingskosten voor zowel INEOS als CEMEX verlagen.

    Het EPOS-project, dat het eerste in zijn soort is, heeft ook kansen geïdentificeerd voor een ander bedrijf aan de Humber-delta: OMYA, dat mineralen produceert.

    Het verworpen kalkmateriaal van OMYA zou door CEMEX als grondstof kunnen worden gebruikt in plaats van kalksteen en CEMEX kan in ruil daarvoor cementovenstof leveren aan OMYA voor continue terugwinningsactiviteiten in steengroeves.

    Sinds de lancering heeft INEOS geen tijd verloren laten gaan en het initiatief genomen.

    Dave Skeldon, manager procestechnologie bij INEOS manufacturing in Hull, stelde dat er een geheimhoudingsovereenkomst werd gesloten met CEMEX.

    "Dat is altijd de eerste stap om iets te bereiken", zei hij. "Vervolgens gaan we verder met het oplossen van alle technische problemen die zich als het ware onder het EPOS-niveau bevinden."

    Elk project vereist samenwerking en investeringen van beide bedrijven. INEOS verwacht £ 900.000 te investeren in het project  en break even te draaien na twee jaar. Het engagement van CEMEX en een investering van £ 400.000 pond zouden zichzelf na drie jaar moeten terugbetalen.

    Stephen Elliott, CEO van de Chemical Industries Association, juichte beide bedrijven toe omdat ze snel handelden.

    "Dit is een goed voorbeeld van de koolstof- en kostenbesparingen die kunnen worden bereikt door industriële symbiose in een cluster," zegt hij.

    En hij hoopt dat het Chemical Sector Decarbonisation and Energy Efficiency Action Plan met BEIS binnen het Chemistry Growth Partnership voor verdere verbetering zal zorgen, zonder schade toe te brengen aan de concurrentiekracht van de chemische industrie op wereldniveau.

    Maar voordat INEOS en CEMEX hun industriële symbiose kunnen beginnen, zijn nieuwe vergunningen nodig omdat sommige materialen, die momenteel worden geclassificeerd als gevaarlijk afval, opnieuw  moeten worden geclassificeerd, zodat ze kunnen worden vervoerd en hergebruikt.

    "Het zal niet aan de investeringen liggen dat de implementatie van EPOS wordt belemmerd," zegt Greet. "Het zal aan de afvalwetgeving liggen, dus we hebben beleidsmakers nodig die in ons verhaal meegaan."

    Ironisch genoeg, zegt ze, kan de beslissing van Groot-Brittannië om de Europese Unie te verlaten het VK helpen om een voorsprong te nemen, omdat wijzigingen in de wetgeving eenvoudiger zullen zijn.

    "Hoe dan ook, deze sectoroverschrijdende managementtool biedt een enorm potentieel om de concurrentiekracht en energie-efficiëntie in de Britse productiesector te verbeteren," vertelt ze.

    3 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_buried-treasure-min.jpg

    De verborgen schatten van INEOS

    Dankzij een jaarlijkse financiële bijdrage – en logistieke ondersteuning – van het bedrijf, verrijst langzaamaan een antieke nederzetting aan de kust, ooit verbonden met een van de beroemdste Romeinse steden in Toscane.

    De gedeeltelijk opgegraven Romeinse haven bediende de antieke stad Volterra en bevindt zich letterlijk op de drempel van de productieplaats van INEOS' Manufacturing Italia in Rosignano.

    "Hoewel alle opgravingen op onze site plaatsvinden, verstoren ze onze werking niet", zei dr. Juna Cavallini, HR-manager van de INEOS-fabriek in Rosignano.

    De werkzaamheden op de archeologische site San Gaetano di Vada, een van de belangrijkste handelshavens van de Noord-Etruskische kusten, gingen in de jaren tachtig van start in de schaduw van de enorme opslagtank voor ethyleen van INEOS.

    Doorheen de jaren hebben opgravingen een groot magazijn, een klein thermaal bad voor de werknemers van het magazijn, een fontein, een grote watertank, een openbaar thermaal bad en het hoofdkantoor van de haven blootgelegd.

    Romeinse kruiken, aardewerk, munten en marmeren tegels, die allemaal wijzen op intensieve handelsactiviteit, zijn ook opgegraven.

    "Alle soorten goederen arriveerden uit het hele Middellandse Zeegebied voor distributie van de haven naar het platteland en de stad Volterra, en hier werden lokale producten verscheept", zei dr. Cavallini.

    De fondsen van INEOS worden meestal gebruikt om graafwerkzaamheden te betalen die door de universiteit van Pisa worden georganiseerd.

    De universiteit staat ook aan de leiding van de Vada Volterrana Summer school, die buitenlandse en Italiaanse archeologiestudenten de kans biedt om aan een realistisch project te werken.

    De werkzaamheden nemen echter tijd in beslag. Letterlijk, jaren.

    Veldonderzoek wordt vaak gebruikt om nieuwe sites te identificeren. Onderzoekers die naast elkaar lopen, kammen velden letterlijk uit op zoek naar keramische materialen die mogelijk naar boven zijn gekomen toen de velden werden geploegd.

    Onderzoek met bodemradars, dat effectief een momentopname maakt van hoe de aarde er onder hun voeten uitziet, wordt ook uitgevoerd.

    Zodra ze een duidelijker beeld hebben, beginnen ze pas met de graafwerkzaamheden.

    Tijdens de Vada Volaterrana Harbour Project campagne van deze zomer hebben de studenten een beetje van beide gedaan.

    "We voelen dat dit voor INEOS een praktische manier is om aan te tonen dat het deel uitmaakt van de gemeenschap waarin het werkzaam is," zegt dr. Cavallini.

    4 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_oiled-machine.jpg

    Een goed geoliede machine

    Dankzij een jaarlijkse financiële bijdrage – en logistieke ondersteuning – van het bedrijf, verrijst langzaamaan een antieke nederzetting aan de kust, ooit verbonden met een van de beroemdste Romeinse steden in Toscane.

    De gedeeltelijk opgegraven Romeinse haven bediende de antieke stad Volterra en bevindt zich letterlijk op de drempel van de productieplaats van INEOS' Manufacturing Italia in Rosignano.

    "Hoewel alle opgravingen op onze site plaatsvinden, verstoren ze onze werking niet", zei dr. Juna Cavallini, HR-manager van de INEOS-fabriek in Rosignano.

    De werkzaamheden op de archeologische site San Gaetano di Vada, een van de belangrijkste handelshavens van de Noord-Etruskische kusten, gingen in de jaren tachtig van start in de schaduw van de enorme opslagtank voor ethyleen van INEOS.

    Doorheen de jaren hebben opgravingen een groot magazijn, een klein thermaal bad voor de werknemers van het magazijn, een fontein, een grote watertank, een openbaar thermaal bad en het hoofdkantoor van de haven blootgelegd.

    Romeinse kruiken, aardewerk, munten en marmeren tegels, die allemaal wijzen op intensieve handelsactiviteit, zijn ook opgegraven.

    "Alle soorten goederen arriveerden uit het hele Middellandse Zeegebied voor distributie van de haven naar het platteland en de stad Volterra, en hier werden lokale producten verscheept", zei dr. Cavallini.

    De fondsen van INEOS worden meestal gebruikt om graafwerkzaamheden te betalen die door de universiteit van Pisa worden georganiseerd.

    De universiteit staat ook aan de leiding van de Vada Volterrana Summer school, die buitenlandse en Italiaanse archeologiestudenten de kans biedt om aan een realistisch project te werken.

    De werkzaamheden nemen echter tijd in beslag. Letterlijk, jaren.

    Veldonderzoek wordt vaak gebruikt om nieuwe sites te identificeren. Onderzoekers die naast elkaar lopen, kammen velden letterlijk uit op zoek naar keramische materialen die mogelijk naar boven zijn gekomen toen de velden werden geploegd.

    Onderzoek met bodemradars, dat effectief een momentopname maakt van hoe de aarde er onder hun voeten uitziet, wordt ook uitgevoerd.

    Zodra ze een duidelijker beeld hebben, beginnen ze pas met de graafwerkzaamheden.

    Tijdens de Vada Volaterrana Harbour Project campagne van deze zomer hebben de studenten een beetje van beide gedaan.

    "We voelen dat dit voor INEOS een praktische manier is om aan te tonen dat het deel uitmaakt van de gemeenschap waarin het werkzaam is," zegt dr. Cavallini.

    2 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_just-the-job-min.jpg

    Leren op de werkplek

    DOORHEEN de jaren zijn stageplaatsen in veel landen in en uit de gratie geraakt.

    Maar als bedrijf heeft INEOS het belang ervan nooit onderschat.

    Stagiairs worden vanaf dag één gezien als een integraal en waardevol onderdeel van het team.

    "Ik kan me niet voorstellen dat we hier geen stageprogramma aanbieden," zegt dr. Anne-Gret Iturriaga Abarzua, hoofd Communications bij INEOS in Keulen, Duitsland. "Ze zijn zo geïntegreerd en zo essentieel voor onze toekomst."

    Duitsland is echter een land dat wereldberoemd is vanwege zijn beroepsopleidingsprogramma's.

    Andrea Hain is hoofd van de opleiding bij INEOS in Keulen.

    "Door de jaren heen zijn stagiairs nog belangrijker geworden voor ons toekomstig succes," zegt hij. "En hun belang groeit."

    In september zijn 65 jonge mensen - gekozen uit een startgroep van ongeveer 1400 sollicitanten - aan hun stage bij INEOS Köln begonnen.

    Daarvan worden er 12 opgeleid voor ASK Chemicals in Hilden, Momentive Performance Materials in Leverkusen, Kiel in Dormagen en AkzoNobel in Keulen.

    Drie anderen worden opgeleid om op een dag in aanmerking te komen voor beroepsopleiding voor latere opleiding.

    "Onze eisen zijn hoog en de training is intensief, maar ons team van trainers helpt op zoveel gebieden dat ze allemaal hun volledige potentieel kunnen bereiken", aldus Andreas.

    "Vandaag hebben we 240 jonge mensen die een opleiding volgen - meer dan ooit tevoren", zegt Andreas.

    Duitsland is nu goed thuis in het aantrekken en houden van de allerbeste leerlingen - en andere landen, waaronder het Verenigd Koninkrijk en de VS, willen het werktrainingsmodel kopiëren.

    "We hebben veel belangstelling gehad van andere landen die van ons willen leren", zei Anne-Gret. "We hebben bijna 20 jaar voorsprong." In het VK zijn stageplaatsen in de loop der jarenbij veel bedrijven in en uit de gratie geraakt.

    Maar dat is een scenario dat Duitsland niet begrijpt.

    "Het heeft geen nut om dit plan in- en af te voeren," zegt Anne-Gret. "Dat werkt niet en zo'n aanpak heeft de productie in het Verenigd Koninkrijk in de loop van de jaren waarschijnlijk negatief beïnvloed."

    INEOS heeft echter overal waar het in de wereld actief is, altijd geprobeerd om deze trend te doorbreken - en beschouwde stageplaatsen als onmisbaar voor zowel het bedrijf als de jongere.

    In september kwamen er nog eens 10 moderne stagiaires van topklasse - uitgekozen uit honderden kandidaten - bij op de O&P-site van INEOS in Grangemouth, Schotland.

    "Ze bieden een van de beste stageplaatsen in Schotland en ik wilde daar deel van uitmaken", zegt Alex Burnett, 16 jaar oud toen hij vorig jaar solliciteerde als procestechnicus.

    Collega-stagiair Euan Meikle (19) wordt opgeleid tot procesoperator. Hij ontdekte snel dat INEOS probeert om de besten aan te werven.

    "Ik kreeg te horen dat ik mijn stage als een vierjarig sollicitatiegesprek moest bekijken, zodat ze er zeker van konden zijn dat ze de juiste persoon kregen," zegt hij.

    Euan, Alex en de vijf andere stagiairs zijn nu een jaar ver in hun stage.

    Gedurende de resterende drie jaar zullen ze geld verdienen terwijl ze leren, werken in de INEOS-fabriek en studeren voor de SVQ en HNC in engineering aan de Forth Valley College.

    Het is een partnerschap dat goed werkt en langs beide kanten wordt gewaardeerd.

    "Naast hun expertise in het begrijpen van de vaardigheden die we nodig hebben, begrijpt Forth Valley College ook het bedrijf dat we zijn en dat is belangrijk," aldus een woordvoerder van INEOS.

    Wat INEOS in elke stagiair zocht voor zijn site in Grangemouth, was iemand met interesse in wetenschappelijke en technologische onderwerpen en een praktische, hands-on aanpak bij het oplossen van problemen.

     

    Stagiair Aaron Baxter was een van degenen die verleden jaar werden uitgekozen. Hij droomt er nu al van om een eigen huis te bezitten en gelooft dat hij het met de hulp van INEOS niet alleen zal kunnen kopen, maar ook waardevolle vaardigheden voor het leven zal leren.

    "Ik hoop dat ik mijn vaardigheden kan gebruiken voor taken in het hele bedrijf," zegt hij.

    In dezelfde week dat de 10 INEOS O&P UK Modern Apprentices in het bedrijf arriveerden, begonnen zes stagiairs hun carrière bij Petroineos, de enige olieraffinaderij voor ruwe olie in Schotland.

    Zij zullen ook academische studies aan het Forth Valley College combineren met praktische ervaring.

    "Ik was een van de gelukkigen die vorig jaar deze geweldige kans  hebben gekregen om voor een van de grootste technische bedrijven van het VK te werken," aldus Andrew Wilson.

     

    Zaadjes geplant in de basisschool

    INEOS in Keulen begon ongeveer 10 jaar geleden te zoeken naar zijn toekomstige sterren - in basisscholen.

    Het ging gesprekken aan met leraren over het belang van geïnformeerd wetenschapsonderwijs om de hersenen van kinderen van 6 tot 12 jaar te prikkelen.

    INEOS hoopt dat deze vroege zaadjes weldra hun vruchten zullen afwerpen.

    Maar INEOS ging niet enkel met leraren in gesprek. Het voerde het TuWas!-programma in en stimuleerde het ook. Dit is een methode die kinderen dwingt om vragen te stellen in plaats van voorgekauwde antwoorden te krijgen en wordt nu succesvol toegepast in 130 basis- en middelbare scholen.

    Dr. Anne-Gret Iturriaga Abarzua, communicatiemanager bij INEOS in Köln, is sinds het begin betrokken.

    "We geloven echt dat deze PR-programma's opgericht in 2008, ons als bedrijf, als industrie en ook als ontwikkeld industrieel land zullen helpen om jongeren aan te trekken - vooral meisjes - die nieuwsgierig, enthousiast en gemotiveerd zijn om van de wereld een betere plaats te maken via wetenschap," zegt ze.

    INEOS in Keulen is de grootste financierder in het Rijnland en sponsort bijna de helft van de scholen die het TuWas!-programma hebben ingevoerd.

    Leraren nemen deel aan een eendaags seminarie, waarbij eerst de natuurlijkwetenschappelijke en technische experimenten worden onderwezen. Vervolgens keren ze terug naar het klaslokaal, gewapend met een arsenaal aan experimenten voor een volledig schooljaar en het vertrouwen om ze te onderwijzen.

    Bovendien treden INEOS-werknemers op als ambassadeurs, als aanvulling op het schoolcurriculum door de kinderen op hun sites welkom te heten of ze in de klas te bezoeken.

    Tot nu toe heeft het TuWas!-programma 2500 leraren opgeleid en hopelijk 74.000 kinderen geïnspireerd om een carrière in de wetenschap te overwegen.

    Anne-Gret neemt deel aan STEM Professionals Back to School-webinars over de behoeften van bedrijven om aan jonge mensen te tonen hoe opwindend het leven in de wetenschappelijke sector kan zijn.

    "We hebben de rolmodellen van morgen nodig", zegt ze. “En TuWas! is een geweldige manier daarvoor. Van vier scholen in 2007 hebben we nu 130 scholen bereikt."

    5 minuten gelezen Nummer 14
  • inch14_its-a-jungle-min.png

    IT security: het is een jungle daarbuiten

    De personeelsleden hebben 10 gouden IT-veiligheidsregels ontvangen.

    INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe steunt een campagne die werknemers eraan herinnert dat ze nooit verdachte e-mails of bijlagen mogen openen.

    "Een simpele muisklik kan verwoestende gevolgen hebben", zegt Barry Pedley, Group IT Director, die zich in de voorlinie bevindt om infectie van bedrijfsservers te stoppen.

    INEOS is zich al jarenlang bewust van het groeiende probleem. Het bedrijf ontvangt elke maand meer dan 25 miljoen e-mails.

    "Ongeveer 80% daarvan wordt geblokkeerd omdat ze spam, virussen, malware of kwaadaardigelinks bevatten," zegt Barry. "Maar we kunnen geen 100% blokkeren, het is dus van cruciaal belang dat onze personeelsleden alert zijn en niet op iets ongewoons of verdachts klikken."

    INEOS heeft ook een stijging van het aantal 'man in the middle'-aanvallen via e-mail opgemerkt, waarbij personen legitiem e-mailverkeer tussen INEOS en een ander bedrijf proberen te onderscheppen en vervolgens wijzigingen aan bankgegevens maken om frauduleuze betalingen te ontvangen.

    "We hebben nog geen financieel verlies geleden, maar het heeft niet veel gescheeld," aldus Barry.

    De WannaCry ransomeware cyberaanval van vorig jaar was een van de meest verwoestende ooit. Er wordt aangenomen dat binnen een dag 230.000 computers in 150 landen besmet zijn geraakt.

    "Ik heb weet van verschillende bedrijven die zelfs vandaag nog hun systemen aan het opruimen zijnen nog steeds niet volledig hersteld zijn van de aanval," zegt hij.

    In 2017 moest een hoogoven in een Duitse staalfabriek uitgeschakeld worden nadat cyberaanvallers de inloggegevens van personeelsleden hadden gestolen en toegang tot het besturingssysteem van de fabriek hadden verkregen.

    INEOS, dat de beveiliging van zijn IT-systemen heeft verstrengd naarmate het bedrijf gegroeid is,weet dat het een doelwit kan zijn.

    "De vraag is niet of we worden aangevallen, maar wanneer," zegt Barry.

    Een aantal jaar geleden werd de bedrijfswebsite gehackt.

    "Er werden geen specifieke, kwaadaardige acties tegen ons ondernomen," aldus Barry. "De website werd gebruikt als een tussenstation om spam te versturen. Maar nu voeren we penetratietests tegen de website uit om te garanderen dat de beveiliging effectief is."

    INEOS heeft de uitrol van een nieuw e-mailsysteem in de hele groep voltooid.

    "Voor ons is dit het juiste moment om mensen te herinneren aan het belang van de veiligheidsregels en personen en IT-systemen bij INEOS veilig te houden," aldus Barry.

    2 minuten gelezen Nummer 14
  • inch-1-10-banner.jpg

    INEOS USA is van plan om de wereld af te helpen van een verwoestende ziekte, die ongeveer een half miljoen mensen in Amerika treft.

    Een team van Olefins & Polymers fietste dit jaar voor de allereerste keer 280 kilometer van Houstin naar Austin in Texas om onderzoek naar multiple sclerose te helpen financieren.

    “Ik had de BP MS 150 al talloze keren gereden,” zegt John Caffey, Business Development Manager voor de Feedstocks groep binnen O&P USA. "Maar ik besloot om de lat hoger te leggen door als kapitein een team collega's aan te voeren."

    Het was zijn taak om hen te leiden - en te inspireren - om door te gaan als het lastig werd tijdens het tweedaagse evenement.

    "En het werd lastig," aldus John. "Je benen, laat staan je achtwerk, proberen te overtuigen om nog eens op de fiets te kruipen na 180 kilometer op de eerste dag, is niet eenvoudig."

    Voor de fietsers was de tweede dag gevuld met heuvels , afgewisseld met wegen door de Bastrop en Buescher State parken.

    "Het was een hele uitdaging voor vermoeide benen," zegt hij.

    John, wiens tante in de jaren 90 met MS werd gediagnosticeerd, werd bij de start - en later bij de finish - vergezeld door 31 collega's.

    "Als team hadden we een inzameldoel van 25.000 dollar vastgelegd, maar uiteindelijk behaalden we 25.280 dollar ," zegt hij trots.

    Wat John betreft stopt zijn engagement dit jaar niet.

    "Ik zal deze race blijven steunen tot er een remedie is gevonden".

    De organisatoren hopen dat de rit dit jaar ongeveer 14 miljoen dollar heeft opgeleverd om het onderzoek naar een remedie voor MS te versnellen.

    0 minuten gelezen Nummer 14
  • iain-min.jpg

    Een BRITSE gymnast, die een zilveren medaille won op zijn eerste internationale wedstrijd, strijdt in 2019 voor de overwinning op het wereldkampioenschap in Londen.

    Iain Foster was net 16, toen hij de prestatie van zijn leven leverde en tweede werd op het wereldkampioenschap Tumbling en Trampoline in de Bulgaarse hoofdstad Sofia.

    "Hij kwalificeerde zich net voor de finale op een achtste plaats in de middagsessie, maar zette 's avonds een reeks neer, die ik nog nooit gezien had en won de zilveren medaille," zegt zijn vader Brian, directeur van INEOS Property en INEOS Aviation.

    Tumblingcoach Anne Bidmead zegt dat Iain, nu 17, regelmatig trainde bij de Basingstoke Gymnastics Club en bekend stond om zijn verbluffende kracht op de baan.

    Maar zijn talent werd al vele jaren eerder opgemerkt toen hij als driejarige deelnam aan de wekelijkse turnsessies voor jonge kinderen in de club.

    Op vijfjarige leeftijd werd hij uitgenodigd voor het artistiek ontwikkelingsteam voor jongens en begon hij twee keer per week te trainen. Zijn coach toen was de internationale tumblinggymnast David Roy-Wood.

    Al snel trainde hij vier dagen per week en hij begon in regionale competities medailles te winnen op de grond en de bok, om uiteindelijk  als achtjarige deel te nemen aan zijn eerste nationale wedstrijd.

    Rugby werd meer een passie toen hij naar de middelbare school ging, maar het was zijn voortdurende betrokkenheid bij  gymnastiek die hem zijn bedrieglijke kracht en snelheid opleverde - en daarmee verdiende hij zijn plaats in het Hampshire rugbyteam.

    "Zijn leraar lichamelijke opvoeding zei vroeger dat Iain ervan hield om door mensen te lopen," aldus Brian.

    Die snelheid en kracht zorgden er ook voor dat hij van richting veranderde in de gymnastiekwereld.

    "Ze dachten dat hij beter geschikt zou zijn voor tumbling," zegt Brian.

    En ze hadden gelijk.

    Al in zijn tweede seizoen kwalificeerde hij zich voor het tweedaagse Britse kampioenschap in Liverpool - en eindigde als zesde. Nu, ongeveer een jaar later is hij een medaillehouder op het wereldkampioenschap.

    Iain jongleert nu met de eisen voor de studies chemie, biologie en geschiedenis op A-niveau, terwijl hij opties voor hoger onderwijs overweegt die zijn gymnastiekcarrière het beste kunnen ontwikkelen.

    "Hij heeft een verstandige keuze gemaakt om rugby aan de kant te zetten voor de nabije toekomst," aldus Brian.

    0 minuten gelezen Nummer 14
  • inch-1-10-banner.jpg

    Personeelsleden van INEOS zijn nog maar eens ingegaan op de vraag om een stap verder te gaan voor het goede doel.

    In totaal hebben 900 werknemers van sites over de hele wereld de Ronde van Frankrijk van het bedrijf uitgereden en € 31.000 opgehaald om kinderen te helpen.

    "De reactie was inspirerend," zegt John Mayock, de Olympische atleet bij INEOS. "We hebben niet alleen veel geld ingezameld voor het goede doel, maar velen werden ook aangemoedigd om voor het eerst in vele jaren te gaan fietsen. Dit was een enorme teamprestatie."

    Teams bij INEOS werden uitgedaagd om het aantal kilometers te rijden dat elke dag door de renners tijdens de Ronde van Frankrijk, 's werelds bekendste wielerwedstrijd, wordt afgelegd.

    Maar aangezien het om INEOS gaat, overtroffen ze zichzelf.

    Op het einde van de uitdaging, hadden de 900 fietsers samen 400.000 km gereden, het equivalent van 10 keer fietsen rond de aarde.

    Terwijl de echte renners elkaar achterna zaten doorheen het Franse landschap op weg naar de begeerde titel, reden de INEO-teams van België, Frankrijk, Duitsland, Zwitserland, de VS en het VK hun kilometers voor, tijdens en na het werk.

    INEOS doneerde € 1.000 aan het lokale goede doel naar keuze voor elk team dat de uitdaging had voltooid.

    0 minuten gelezen Nummer 14
  • homepage-styrolution.jpg

    Wereldleiders

    In onze huidige wereld, die steeds dynamischer en veranderlijker is, is er niets dat innovatie kan vervangen.

    Innovatie is een cruciale motor van economisch groei, een garantie tegen irrelevantie, en het opent de deur naar echte vooruitgang.

    Nu natuurlijke hulpbronnen steeds meer onder druk staan, toepassingen veeleisender worden en duurzaamheid allang geen modewoord meer is, is de behoefte aan innovatie groter dan ooit.

    INEOS Styrolution begrijpt dat.

    Daarom concentreert het bedrijf zich op de klant en zijn wensen.

    Maar INEOS Styrolution werkt niet alleen aan zijn innovatieve R&D-activiteiten.

    Het bedrijf heeft samen met organisaties als Washington State University, Fraunhofer LBF Darmstadt, Neue Materialien Bayreuth GmbH en de universiteit van Bayreuth een wereldwijd innovatienetwerk opgezet om de best mogelijke oplossingen voor klanten te ontwikkelen. Dit levert hen binnen hun respectievelijke markt een concurrentievoordeel op.

    INEOS Styrolution werkt al bijna vier jaar nauw samen met het Duitse Neue Materialien Bayreuth GmbH, een R&D-bedrijf dat gespecialiseerd is in materiaalwetenschap, ealsook met de universiteit van Bayreuth. 

    De universiteit voert de elementaire onderzoeken uit, NMB onderzoekt de innovatieve productieprocessen en INEOS Styrolution, aanvoerder van het hele onderzoeksproces, is de eindverantwoordelijke voor de productie en lancering van alle innovatieve oplossingen.

    “Het is een fantastisch, uniek partnerschap”, aldus dr. Norbert Niessner, international head of R&D INEOS Styrolution. “We hebben niet alleen heel veel ideeën, we hebben samen met onze innovatieve partners ook de middelen om ze uit te voeren.”

    En daar plukt de klant de vruchten van.

    “Als je je met R&D bezighoudt, denken mensen vaak dat je in een ivoren toren aan het werk bent, maar dat is hier absoluut niet het geval”, zegt Niessner. “We betrekken de onderzoekers van Bayreuth bij de projecten alsof ze onze eigen medewerkers zijn. Ze leren de uitdagingen kennen waar klanten in de praktijk mee worden geconfronteerd en dat maakt de samenwerking zo geslaagd. Vastberadenheid en intelligentie werken samen aan oplossingen.”

    Het einddoel is volgens INEOS Styrolution altijd hetzelfde: het gaat erom dat de klant de concurrentie altijd net een stap voor is.

    “We doen er alles aan om onze klanten een concurrentievoordeel te geven op hun markten”, zegt CEO 

    Kevin McQuade. “Als we de beste oplossing voor hen willen, moeten we nauw met hen samenwerken. Het innovatienetwerk is een win-win voor iedereen. Klanten krijgen toegang tot de beste oplossingen en hulpmiddelen. De partners zijn ook tevreden, want ze voeren onderzoek uit dat een praktische toepassing heeft.”

    De automobielindustrie is één van de sectoren waar INEOS Styrolution sterk op inzet.

    Het bedrijf onthulde eerder dit jaar samen met NMB een spiksplinternieuwe oplossing die de automobielindustrie een hele reeks mogelijkheden biedt. StyLight, zoals deze innovatie wordt genoemd, is een composiet dat is gebaseerd op de styreenmaterialen die het bedrijf produceert. Dit wordt verschillende autofabrikanten geëvalueerd.

    “We verwachten de eerste bestellingen binnenkort”, aldus Norbert.

    Maar de automobielindustrie is niet de enige sector die kan pro teren van de wijsheid en denkkracht van de academische partners van INEOS, en de expertise en motivatie van het team van INEOS Styrolution.

    Samen zijn ze onlangs begonnen aan een project dat tot doel heeft innovatieve oplossingen te ontwikkelen voor het recyclen van polystyreen. 

     

    “Duurzame kunststof is vandaag de dag een hot topic”, zegt Norbert. “Dus we willen echt dat dit een succes wordt. Het zal misschien een paar jaar duren, maar we hebben er vertrouwen in dat het ons gaat lukken.”

    Wat INEOS Styrolution onderscheidt, is dat het bedrijf belang hecht aan het ontwikkelen van oplossingen waarmee klanten de concurrentie een stap voor kunnen zijn, maar die ook voordelen opleveren voor de samenleving.

    “Ik denk dat alleen bedrijven die klanten echte toegevoegde waarde bieden – en daar vallen ook duurzaamheidsaspecten onder, zoals het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen en het zuinig omgaan met natuurlijke hulpbronnen – hun positie op de markt kunnen handhaven”, zegt Norbert.

    Niet alleen INEOS Styrolution is onder de indruk van de partnerschappen die het bedrijf in de afgelopen jaren heeft ontwikkeld.

    “De samenwerking vindt plaats op onderzoeksgebieden met een praktische focus, die aantrekkelijk zijn voor studenten en onderzoekers”, zegt professor dr. Hans-Werner Schmidt van de afdeling Macromoleculaire chemie van de Universiteit van Bayreuth.

    Door samen te werken aan innovatieve ideeën voor de klanten die INEOS Styrolution heeft in de automobiel-, elektronica-, huishoudelijke apparatuur-, bouw- en verpakkingsindustrie en in de gezondheidszorg, zijn de partners ervan overtuigd dat ze de styreenmaterialen van morgen kunnen creëren.

    “Die op de klant gerichte innovatie staat centraal binnen onze groeistrategie”, zegt Kevin McQuade.

    Het bedrijf organiseert regelmatig innovatiedagen om klanten de mogelijkheid te geven een “verlanglijstje” in te leveren met de dingen die ze de komende drie tot vijf jaar nodig hebben. Kort gezegd doet INEOS Styrolution er alles aan om te begrijpen wat klanten nodig hebben, om hun vervolgens een concurrentievoordeel te kunnen bieden.

    Alles wat INEOS Styrolution doet, is bedoeld om de zogenaamde Triple Shift-strategie in de praktijk te brengen: drie gebieden die het bedrijf als cruciaal beschouwt om op winstgevende wijze te kunnen groeien.

    Ten eerste werken teams die gespecialiseerd zijn gespecialiseerd in de speci eke industrie van de klant nauw samen met de klant om de best mogelijk oplossingen te bieden, of het nu om de automobiel- of een andere industrie gaat.

    Ten tweede spant het bedrijf zich in om meer hoogwaardige, gespecialiseerde producten van styreen te vervaardigen.

    En ten slotte wordt het bedrijf constant uitgebreid in regio’s die rijp worden geacht voor groei, zoals Azië. 

    En wat dat betreft is INEOS Styrolution goed op weg.

    Eerder dit jaar werd het eerste bedrijf overgenomen. Door de overname van de internationale styreenbutadieencopolymeren (SBC)-tak van K-Resin®, met een productiefaciliteit in Korea, heeft INEOS Styrolution zijn positie in de Aziatische groeimarkt en de positie van het bedrijf als enige fabrikant van styreenproducten die echt wereldwijd opereert, weten te versterken.

    “We hadden al faciliteiten voor de productie van SBC in Amerika en Europa, maar nog niet in Azië en Oceanië”, zegt Kevin. “K-Resin heeft daar verandering in gebracht.”

    Het bedrijf heeft momenteel 3.200 mensen in dienst en heeft 16 productiefaciliteiten en zes R&D-locaties in negen landen.

    Kevin ziet de toekomst rooskleurig in en is enthousiast.

    “In de beginperiode van de joint venture tussen BASF en INEOS concentreerden we ons op de synergieën”, zegt hij. Nu we de juiste structuur hebben bereikt, willen we de groei gaan versnellen. We zijn echt overal ter wereld aanwezig en daardoor hebben we inzicht in wat er overal ter plaatse gebeurt, 24 uur per dag, zeven dagen per week. Het zijn spannende tijden.” 

    7 minuten gelezen Nummer 13
  • energised-inch13.jpg

    Vol energie – en klaar voor de uitdaging

    Trainees van INEOS gaan op zoek naar nieuwe werkwijzen en manieren om écht een verschil te maken in de wereld

    NU is het moment om de planeet te veranderen.

    Er zijn radicaal nieuwe werkwijzen nodig als bedrijven als INEOS, die hongerig zijn naar energie, een toekomst willen hebben in een wereld die snel verandert.

    Niet alleen het klimaat verandert, de machthebbers in de Europese Unie zijn
    ook steeds meer vastberaden om emissies terug te dringen en het energieverbruik te verminderen om de overstap te maken naar een koolstofarme economie.

    Amerika heeft dankzij president Donald Trump misschien enig respijt, maar de EU wil uiterlijk in 2030 een daling van 40% in de uitstoot van broeikasgassen, een plafond voor energieverbruik in de industrie en een energiemix die ten minste voor 27% uit hernieuwbare bronnen komt.

    “We verdrinken echt in de streefcijfers”, aldus Greet Van Eetvelde, manager Schone technologie-initiatieven bij INEOS. “En daarom staat het concurrentievermogen van de Europese chemische industrie op het spel.”

    Maar daar houdt het pessimisme op. De Europese Unie heeft tientallen miljarden opzijgezet om innovatie in de industrie te ondersteunen terwijl deze streefwaarden worden gerealiseerd en Greet is ervan overtuigd dat, als er één organisatie is die antwoorden kan vinden op een aantal van de grote maatschappelijke vraagstukken, dat INEOS wel is.

    “We zien altijd kansen in elke uitdaging”, zegt Greet. “En de Europese Unie weet dat zij, door de industrie te stimuleren en samen te werken, de grote maatschappelijke uitdagingen het hoofd kan bieden.”

    Buiten Europa zijn er voor INEOS ook steeds meer nancieringsmogelijkheden voor nieuwe projecten, dankzij steunregelingen, belastingvrijstellingen en subsidies voor innovatie en investering.

    “Het is winstgevend om mee te werken aan een koolstofarme economie”, zegt ze.

    Greet voert het Koolstof- en Energienetwerk van INEOS aan, dat regelmatig informatie en beste werkwijzen op het gebied van allerlei koolstof- en energiegerelateerde kwesties deelt met alle bedrijven van INEOS.

    “Het netwerk volgt alles wat op beleidsgebied gebeurt en gevolgen kan hebben voor INEOS op de voet”, zegt ze. “Daarom zijn er binnen het netwerk ook nieuwe, creatieve initiatieven ontstaan om grote uitdagingen aan te pakken, samen te werken met universiteiten en industriële onderzoeksprojecten te starten.”

    Greet vindt dat creativiteit voorop moet staan in de transitie-economie.

    “Innovatie is de belangrijkste drijfveer van INEOS”, zegt ze.

    INEOS is inderdaad goed geworden in het vinden van EU- nanciering voor projecten die niet alleen voordelen opleveren voor het bedrijf, maar ook voor de samenleving. 

    “Het gaat erom dat je alle kansen opmerkt en benut”, zegt Greet. “Het mogen dan grote uitdagingen zijn, maar ze vormen ook een geweldige kans voor ons om samen te werken met universiteiten en studenten.”

    En dat doet INEOS momenteel dan ook.

    Eerder dit jaar kregen zes trainees de kans om te zien hoe INEOS nu werkt en aanbevelingen te doen over hoe het bedrijf zou kunnen werken in een radicaal andere toekomst.

    “De doctoraalstudenten voegen waarde toe op gebieden binnen INEOS waar we normaal misschien geen aandacht aan kunnen besteden door een gebrek aan tijd en middelen”, zegt Greet.

    De trainees zullen zich richten op zes gebieden binnen INEOS die een uitdaging vormen, waaronder energie-ef ciëntie, elektrische exibiliteit, koolstofafvang, circulaire hulpbronnen en industriële symbiose.

    “We zijn ervan overtuigd dat zij INEOS zullen laten zien hoe het bedrijf koolstof en afval kan gebruiken, hergebruiken en recyclen op een manier die ons voordelen oplevert”, zegt Greet. “Ze zullen ongetwijfeld geheel nieuwe ideeën hebben over de toekomst, want zij zijn de toekomst. Soms zullen die ideeën misschien een beetje wild zijn, maar dat is nou eenmaal nodig. Dit is een unieke kans voor hen om zich in de kijker te spelen en serieus te worden genomen. Zij laten ons zien wat de weg naar de toekomst is.” 

     

    Deze trainees hebben hun taken toegewezen gekregen 

     

    IN verschillende productiefaciliteiten van INEOS wordt nu waardevol onderzoek gedaan.

    De doctoraalstudenten of INEOS-trainees stellen lastige vragen en zetten hun vraagtekens bij processen om zo nieuwe manieren te ontdekken om ef ciënter te werken met minder hulpbronnen. 

     

    Sander Marchal, , een commerciële trainee die in Keulen werkzaam is, zal zich bezighouden met de overgang naar een circulaire economie.

    Hij zal onder andere kunststof verpakkingen onder de loep nemen, aangezien de EU het gebruik ervan met 75% wil terugdringen voor 2030.

    “We zijn een fabrikant van kunststof”,zegt hij, “maar het
    is beter mee te werken aan de oplossing dan om buitenspel te worden gezet.” 

     

    Benedikt Beisheim, een “Energy Optimiser” bij INEOS Keulen, hoopt manieren te vinden om de processen van de al wat oudere productiefaciliteit in Duitsland te verbeteren en zo energie of grondstoffen te besparen.

    Hij zal zich ook concentreren op het nabijgelegen energiepark om te zien hoe afgassen en aardgas ef ciënter kunnen worden gebruikt om stoom en elektriciteit te produceren. 

     

    Cindy Jaquet werkt voor het Koolstof- Energienetwerk in Rolle, Zwitserland. Het is haar rol om ruchtbaarheid te geven aan duurzame werkwijzen en anderen te laten zien dat duurzaamheid niet onmogelijk is.

    “Ik moet het grote publiek, onze partners, onze klanten en onze concurrenten laten zien dat duurzaamheid echte zakelijke kansen biedt”,zegt ze. 

     

    Jens Baetens is ook een doctoraalstudent. Zijn project zal INEOS hopelijk helpen een betrouwbare energietoevoer te waarborgen wanneer wind- en zonne-energie gas en elektriciteit beginnen te vervangen.

    Hij richt zich met name op de 10 INEOS-locaties in België.

    “We proberen de vraag naar energie op onze locaties te begrijpen en te kijken hoe we weerbaarder kunnen worden”, zegt hij. 

     

    Helene Cervo is een doctoraalstudente die hoopt de lessen van de natuur te kunnen toepassen in een project op de INEOS-locatie in het Franse Lavéra.

    “Al het afval dat door één organisme wordt geproduceerd, kan door een ander organisme weer worden gebruikt”, zegt ze. Afval bestaat dus eigenlijk niet.”

    Ze zal op zoek gaan naar manieren om samen te werken met andere bedrijven op de locatie om te zien hoe energie, materialen en diensten ef ciënter kunnen worden gedeeld. 

     

    En ten slotte hoopt Gabby Isidro overheden te kunnen helpen de consequenties te begrijpen die hun regelgeving
    op het gebied van CO2- emissies heeft voor het Europese concurrentievermogen, door de algehele kosten en effecten ervan aan te tonen.

    “Als je precies weet wat je huidige en toekomstige standpunt is, kun je goede zakelijke beslissingen voor de lange termijn nemen en invloed uitoefenen op de investeringsstrategie”, zegt ze. 

    5 minuten gelezen Nummer 13
  • grff-inch13.jpg

    We zijn niet meer te stoppen

    ALS je op zoek bent naar succesverhalen, kijk dan maar eens naar de gezichten van deze kinderen die door INEOS zijn aangemoedigd om hard te lopen.

    Ze renden in juni 2 km in het iconische Queen Elizabeth Olympic Park in Londen – en hadden heel veel plezier.

    Olympische sporters Denise Lewis en Colin Jackson waren die dag het gezicht van de INEOS-campagne.

    “GO Run For Fun is sinds september 2013 enorm gegroeid”,aldus Colin. “De campagne heeft een geweldige mijlpaal bereikt met meer dan 200.000 deelnemende kinderen uit zeven landen.”

    Directievoorzitter van INEOS Jim Ratcliffe is GO Run For Fun gestart met slechts één doel voor ogen: kinderen aanmoedigen de tv even uit te zetten en naar buiten te gaan.

    Denise Lewis, die een paneldiscussie leidde over hoe belangrijk het is om kinderen aan te moedigen actiever te zijn en over de rol die ouders, onderwijzers en de overheid hierbij spelen, beschreef GO Run For Fun als een ontzettend goed en leuk initiatief.

    “Ik sport al mijn hele leven, maar ik ben ermee begonnen omdat het leuk was”, zegt ze. “Het is heel goed dat INEOS dit doet.” 

    Scholen melden gezonde start van INEOS-proefproject

     De campagne van INEOS voor een gezondere generatie valt goed op scholen.

    In februari werden 65 scholen in het VK geselecteerd om deel te nemen aan het proefproject.

    “We wilden iets leuks opzetten voor de kinderen, maar met een serieuze boodschap”, zegt John Mayock.

    De resultaten van het proefproject zijn nu binnen en de feedback van leerlingen en leraren is ongeloo ijk positief.

    “Het is heel motiverend”, zegt John.

    “We zijn de resultaten nu aan het analyseren om de vervolgstappen te bepalen zodat we dit geweldige programma kunnen uitbreiden naar andere internationale locaties.”

    Als onderdeel van het onderwijsproject GO Run For Fun, werden twee kinderen van elk van de 65 scholen aangewezen als “speciale agenten” die hun 19.500 klasgenoten aan zullen moedigen om gezonder te eten en meer te bewegen.

    De “agenten” kregen als taak hun vrienden elke week te helpen met verschillende missies in de aanloop naar een GO Run For Fun-evenement van 2 km.

    “Het idee was om kinderen de echte voordelen te laten zien van een gezonde en actieve levensstijl”, aldus John.

    Een deel van de boodschap was om kinderen aan te moedigen suiker te snel af te zijn en meer water te drinken.

    De missies konden worden uitgevoerd tijdens de (lunch)pauze of in de klas.

    “Dat was belangrijk omdat het onderwijzers exibiliteit bood”, zegt John.

    INEOS besloot dit project op het gebied van gezondheid en welzijn te lanceren omdat scholen die wilden deelnemen aan het GO Run For Fun-evenement het bedrijf vaak om advies vroegen over gezond leven en eten.

    Jim Ratcliffe, directievoorzitter van INEOS, gaf in eerste instantie de opdracht tot 12 korte lms, met de GO Run For Fun- mascotte Dart.

    Daarna bleef het bedrijf contact houden met onderwijzers om het goede werk in de klas voort te zetten, nog lang na de wedstrijd.

    “GO Run For Fun is inmiddels zo veel meer dan alleen een hardloopwedstrijd”, aldus John. 

    4 minuten gelezen Nummer 13
  • debate-inch13-min.jpg

    Hoe kun je kind eren overhalen voeding met veel suiker te laten staan?

    WE zien dat er steeds meer initiatieven zijn om kinderen aan te moedigen om gezonder te eten. Scholen nemen langzaamaan hun verantwoordelijkheden en de grote supermarkten hebben ook initiatieven gelanceerd (extra bonuspunten voor klanten die groente en fruit kopen). Op die manier worden kinderen en ouders gemotiveerd om de juiste keuzes te maken. Wij zorgen ervoor dat we partnerschappen aangaan met “gezonde alternatieven” voor massale sportevenementen wanneer we hardloopwedstrijden voor kinderen organiseren.Het zijn belangrijke stappen voorwaarts, maar uiteindelijk is er toch meer nodig om kinderen en ouders aan te zetten om gezond te leven. Ten eerste moet de mentaliteit van de ouders veranderen, en dat is nog steeds lastig. Het aantal kinderen met obesitas is nooit hoger geweest dan nu.

    Jeroen Plasman, The Energy Lab

    TERWIJL het bewijs over het verband tussen obesitas en suiker zeer complex is, zijn de gevolgen van suiker voor het gebit volledig duidelijk. De wetenschap is onomstotelijk: suiker voedt bacteriën, die zuur produceren en de tanden aanvallen. En tandbederf is momenteel de belangrijkste oorzaak van ziekenhuisopnames van kinderen in Groot-Brittannië. We hebben de leiding genomen bij urgente oproepen om de suikerconsumptie in het land te verminderen en hebben maatregelen voorgesteld die variëren van het verlagen van de dagelijkse aanbevolen hoeveelheid tot actie op het gebied van marketing, etikettering en verkoopbelastingen. Het is belangrijk om de conversatie op gang te brengen om duidelijk te maken hoeveel suiker er zit in populaire voedingsmiddelen, waaronder diegene die op de markt worden gebracht als “gezond”, en iedereen aan te moedigen zijn tanden gezond te houden. 

    Graham Stokes, voorzitter van de commissie Gezondheid en Wetenschap van de British Dental Association

    TOEN Theresa May premier werd, beloofde zij voor de zieken en armen te zullen zorgen. Maar nog geen drie werken later kortte haar voormalige adviseur Nick Timothy het op feiten gebaseerde obesitasplan van David Cameron in van 37
    tot 13 pagina’s, waarbij veel belangrijke beleidslijnen werden geschrapt. Ik was zeer verbaasd dat er na de uitgeklede “Queen’s speech” van de premier, de Britse troonrede, met geen woord meer werd gerept over het intensiveren van het overheidsplan om obesitas bij kinderen te bestrijden. En dat terwijl het op dit moment de grootste crisis in de volksgezondheid is. Er zijn, gezien de kosteneffectiviteit, veel te weinig middelen beschikbaar voor volksgezondheid. Het is ongeloo ijk dat Theresa May wel miljarden ponden kan vinden om een regering te vormen, maar niet één miljoen pond om te voorkomen dat miljoenen Britse burgers zwaarlijvig worden of diabetes type 2 of een hoge bloeddruk ontwikkelen

    Graham MacGregor, professor in de cardiovasculaire geneeskunde, Queen Mary University of London

    Bijna een kwart van de toegevoegde suiker in ons eetpatroon komt uit frisdrank en kinderen van 11 tot 18 halen maar liefst 40% van de toegevoegde suikers die zij consumeren uit frisdrank. We voeren al jaren campagne voor een suikerbelasting op frisdrank en zijn ervan overtuigd dat zo’n belasting grote voordelen voor de mondhygiëne zou hebben. We zijn blij dat de overheid een hef ng heeft aangekondigd op frisdranken die veel suikers bevatten vanaf 2018, maar roepen op tot maatregelen die verder gaan en gelden voor meer voedingsmiddelen en dranken die veel suiker bevatten. We vinden bovendien dat de opbrengsten van de suikerbelasting moeten worden geïnvesteerd in initiatieven ter bevordering van een goede mondhygiëne bij kinderen.

    British Dental Association 

    BEWIJS toont aan dat het langzaamaan verschuiven van de balans van ingrediënten in alledaagse producten en het aanpassen van de grootte van producten geslaagde manieren zijn om gezondere eetgewoonten te bevorderen. Dit komt doordat de veranderingen universeel zijn en niet afhankelijk zijn van individuele gedragsveranderingen. Wij voeren een gestructureerd programma aan voor de reductie van suikerconsumptie, met als doel om suiker uit die producten te halen die het meest door kinderen worden geconsumeerd. Alle sectoren van de voedingsmiddelen- en drankenindustrie zullen uiterlijk in 2020 het suikergehalte van een reeks producten die een belangrijke bijdrage leveren aan de suikerconsumptie van kinderen, met minimaal 20% moeten verlagen.

    Britse ministerie van Volksgezondheid

    PROBEREN minder suiker te eten lijkt vaak een onmogelijke taak, omdat suiker in heel veel producten verstopt zit. Je kan echter nog heel veel doen om je dagelijkse suikerconsumptie te verlagen. Het is belangrijk om te proberen kleine aanpassingen in je eetgewoonten en levensstijl te doen om de hoeveelheid suiker die je elke dag consumeert, te verlagen. Het is interessant om te zien dat onze smaakpapillen zich snel aanpassen aan voeding met minder suiker. Als dat eenmaal gebeurt, lijken de dingen die we daarvoor aten, ineens veel te zoet.

    Action On Sugar

    WE hebben overtuigend bewijs dat een consumptie van vrije suikers die minder dan 10% van de totale energie-inname bedraagt, de kans op overgewicht, obesitas en tandbederf verkleint. Het is cruciaal dat landen hun beleid veranderen om
    dit te bevorderen als zij hun beloften willen nakomen om de effecten van niet- overdraagbare aandoeningen terug te dringen.

    Dokter Francesco Branca, directeur van de afdeling Voeding voor gezondheid en ontwikkeling van de Wereldgezondheidsorganisatie 

    4 minuten gelezen Nummer 13
  • tour-inch13-min.jpg

    De “tour de force” van INEOS

    INEOS daagt zijn medewerkers graag uit om een stapje extra te zetten, voor zichzelf en voor anderen. En dat is dit jaar niet anders.

    Maar zelfs INEOS stond versteld van de overweldigende reactie van medewerkers over de hele wereld bij de laatste oproep.

    Een week voor de start van de Tour de France van dit jaar werden teams van maximaal 20 personen uitgenodigd om elke etappe van de beroemdste wielerwedstrijd ter wereld ook zelf af te ronden in het kader van de eerste Tour de France-uitdaging van INEOS.

    “We hadden niet verwacht dat er zich meer dan 15 teams zouden aanmelden”, zegt Fred Michel, die samen met Jeroen Plasman en Richard Longden op het idee kwam.

    Maar binnen een week hadden meer dan 1.000 wielrenners in meer dan 40 teams meer dan 300.000 km gereden – zeven keer de omtrek van de aarde.

    Terwijl de professionele wielrenners elkaar achtervolgden over het Franse platteland om de felbegeerde titel in de wacht te slepen, legden de teams van INEOS voor, tijdens en na het werk vele kilometers af.

    Het enige criterium was dat elk teamlid elke dag zelf zou beslissen hoever hij of zij wilde fietsen.

    “Een van onze doelstellingen was om mensen meer te laten bewegen dan ze gewend waren”, zegt Fred, die e-mails ontving van medewerkers die hem bedankten voor het organiseren van het evenement. 

    “Normaal gingen mensen niet met de ets naar hun werk, maar dankzij de uitdaging besloten ze dat wel te doen en genoten er echt van”, zegt hij. “Anderen gingen in het weekend met het hele gezin op de ets, ook weer iets dat ze normaal nooit deden.”

    Er stonden dit jaar ongeveer 15 miljoen toeschouwers langs de route van de Tour de France, om een glimp van de wielrenners op te vangen op hun tocht naar de nish op de Champs-Élysées.

    De teams van INEOS moesten het, zelfs bij de nish, met minder toeschouwers (voornamelijk teamleden) doen.

    Toen zij klaar waren hadden ze samen bijna twee miljoen calorieën verbrand.

    Maar INEOS is een competitief bedrijf, dus er waren natuurlijk prijzen.

    Het team Antwerpen-5 had de grootste afstand afgelegd. Ze reden in totaal 17.481 km.

    “Wat zo geweldig is aan de Tour de France is om te zien hoe mensen zichzelf overtreffen en hoe belangrijk het is om deel uit te maken van een team, omdat je samen echt sterker bent”, zegt Fred Michel, die het concept samen met Jeroen Plasman en Richard Longden bedacht. “Dat is voor ons de loso e van INEOS.”

    De felbegeerde gele trui van INEOS werd gewonnen door Stéphane Frigiolini, 31, uit Tavaux. Hij legde de hele afstand van 3.540 km in 23 dagen alleen af. 

    De roze trui ging naar Jane Kinsella, de vrouw die de grootste afstand a egde. Ze reed in totaal 1.275 km. Haar collega Christina Schulte won ook een roze trui, omdat ze de grootste afstand bergopwaarts reed: ze steeg 1.365 meter.

    De witte trui was voor Stef Raets, die de grootste afstand a egde van alle personen onder de 25, namelijk 804 km.

    De “King of the Mountain”- trui, die was gereserveerd voor de persoon die het zichzelf het moeilijkst had gemaakt door het meest bergopwaarts te rijden, was voor Matthew Rimmer. Hij steeg in totaal 2.953 meter.

    Het team Grangemouth-3 won de halve teamsprint.

    Maar de echte winnaars van de INEOS- uitdaging waren mensen in nood. Bij aanvang had INEOS beloofd voor elk team dat de afstand in 21 dagen a egde, 1.000 pond te schenken aan het goede doel van hun keuze.

    Toen de uitdaging was afgelopen, hadden 1.037 mensen uit 41 teams 324.393 km ge etst en 40.049 pond verdiend voor goede doelen. 

    3 minuten gelezen Nummer 13
  • action-inch13-min.jpg

    ACTIESTATIONS

    Voormalig Olympisch sporter lanceert online  tness-hub om de toekomst van INEOS-medewerkers te helpen vormgeven

    IEMAND zei ooit dat sporten niet alleen het lichaam verandert, maar ook je geest, houding en je humeur.

    Het maakt niet uit wie die iemand was. Maar iemand die deze mentaliteit zeker begrijpt, is John Mayock, een voormalig Olympisch sporter die heeft meegeholpen met de lancering van het Energy Station, de online tness-hub van INEOS.

    John kwam ongeveer een jaar geleden bij het bedrijf in dienst, en leerde al snel dat gezondheid en welzijn centraal stonden binnen het ethos van INEOS om beter te zijn, en scherper te blijven, dan de concurrentie.

    “Ik wist dat INEOS zich vol passie inzette om de gezondheid van kinderen te verbeteren, omdat ik had meegewerkt aan Go Run For Fun en de Daily Mile”, zegt hij. “Maar daar hield de passie duidelijk niet mee op.”

    INEOS is er altijd van overtuigd geweest dat een gezonde levensstijl goed is voor de geest en het lichaam van alle medewerkers– en doet er alles aan om hen te helpen gezonder te leven.

    Je hoeft maar naar het nieuwe hoofdkantoor van INEOS in Londen te kijken, waar een van de grootste particuliere sportscholen in het VK is te vinden, of naar het nieuwe kantoorpand van drie verdiepingen in Duitsland, waar ook een sportschool gevestigd is.

    “INEOS ziet goede medewerkers niet alleen als medewerkers die hun taken naar behoren uitvoeren”, zegt John. “Goede medewerkers zijn gezond, energiek, doen hun uiterste best en genieten van hun tijd op het werk.”

    Deze man, die ooit werd gedreven door de wens om zijn eigen prestaties te verbeteren, wil nu iets anders bereiken.

    “We zijn bezig met een missie om onze 17.000 medewerkers wereldwijd te helpen hun gezondheid en welzijn te verbeteren, ongeacht de functies die ze bekleden, de doelstellingen die ze hebben en hoe t ze zijn”, zegt hij.

    En de eerste stap die wordt gezet om dat te bereiken is het Energy Station, ontwikkeld door John en
    door Golazo, een bedrijf dat is opgericht door de voormalige Belgische langeafstandloper Bob Verbeeck, die ervan overtuigd is dat deelname aan sport tot een betere wereld leidt.

    Zodra het Energy Station in de hele INEOS- groep is geïmplementeerd, zal het de plek zijn waar medewerkers informatie kunnen vinden over aankomende hardloopwedstrijden, wielerwedstrijden en triatlons en alles wat hun collega’s in de hele wereld zoal hebben ondernomen.

    Medewerkers op alle INEOS-locaties kunnen hun prestaties registreren, contact houden met anderen, hun avonturen delen en anderen en zichzelf uitdagen nog beter te presteren.

    Ook zal er hulp worden geboden en kennis worden gedeeld op het gebied van training en voeding. En daarbij maakt het niet uit of iemand gewoon elke week wat meer wil lopen of voor een marathon aan het trainen is.

    “Dit is voor iedereen”, aldus John. “Het is absoluut niet elitair.”

    INEOS heeft ook zijn krachten gebundeld met bekende sportmerken om kortingen op sportkleding te krijgen, waardoor weer geld kan worden verdiend voor de gemeenschapsinitiatieven van INEOS op het gebied van gezondheid.

    “We willen de bestaande initiatieven die in heel INEOS worden uitgevoerd samenbrengen en de groei van nieuwe initiatieven stimuleren”, zegt John 

    4 minuten gelezen Nummer 13
  • graduates-inch13-min.jpg

    Trainees melden zich aan voor een verhitte strijd

    DE voorbereidingen voor de IN NAM-uitdaging van volgend jaar zijn al in volle gang.

    “Iedereen komt in aanmerking voor deelname”, zegt projectleider John Mayock. “Niemand wordt uitgesloten. Alle 48 trainees krijgen de kans om te gaan, maar 30 is een realistisch aantal.”

    Hij geeft aan dat er tot nu toe veel interesse is, met name onder trainees in de VS.

    Jennifer Niblo, een 24 jaar oude technische ondersteuningsingenieur die gespecialiseerd
    is in processen en in Grangemouth, Schotland, werkzaam is, gaat weer naar Namibië. Maar nu als ambassadrice. 

    Het is haar taak om de volgende groep te adviseren, inspireren en trainen.

    “Het is mijn taak om hen aan te moedigen om het maximale te halen uit deze ervaring, die je leven op zijn kop zet, en hen eraan te herinneren dat al het harde werk en de vele trainingen vruchten af zullen werpen”,zegt ze.

    De ervaring was zo ingrijpend voor Jennifer dat ze hoopt dat meer trainees zich aan zullen melden en zullen ontdekken dat je alles kunt bereiken als je je zinnen er maar op zet.

    “Ik kan niet wachten om terug te gaan”, zegt ze. “Het was een geweldige kans om alles wat je denkt dat je kunt en niet kunt op de proef te stellen en je grenzen te verleggen, in een land met een geweldig landschap en prachtige ora en fauna.”

    Jennifer keerde tter en gezonder naar het VK terug.

    “Vorig jaar rond deze tijd kon ik nog geen kilometer rennen, maar nu ga ik na een drukke dag op het werk lekker hardlopen om mijn hoofd leeg te maken. Daarna voel ik me meestal beter, gelukkiger en heb ik meer energie. Ik begrijp nu ook dat lastige problemen op het werk niet altijd een vanzelfsprekende oplossing hebben. Je moet doorzetten en stukje bij beetje naar een oplossing toewerken.” 

    2 minuten gelezen Nummer 13
  • out-of-africa-inch13-min.jpg

    Terug uit Afrika – en overal klaar voor

    Trainees doorstaan de hitte van de Namibische woestijn en ontdekken dat ze, als het even tegenzit, veel meer kunnen dan ze ooit hadden gedacht

    EEN kleine groep bevoorrechte trainees kreeg een korte, heftige les in wat er echt toe doet in het leven.

    Lucht. Eten. Water. En een dak boven je hoofd.

    Dat zijn volgens de Amerikaanse psycholoog Abraham Maslow de basisbehoeften van elk mens. Zodra we die vervuld hebben, kunnen we op zoek gaan naar meer.

    In de moderne wereld van vandaag de dag hebben- en eisen – we heel wat meer. We hebben alles wat we nodig hebben binnen handbereik. We kunnen, als we dat willen, groente bestellen in de sportschool, een sms’je sturen naar iemand aan de andere kant van de wereld en de verwarming uitzetten vanuit de kroeg.

    Dus wat gebeurt er als aan deze “behoeften” ineens niet meer wordt voldaan? 

    Negenentwintig trainees van INEOS ontdekten het toen ze zich aanmeldden voor een hardloop-, ets- en wandelparcours door de meedogenloze, snikhete Afrikaanse woestijn in een van de meest unieke en zware teambuildinguitdagingen die een bedrijf ooit heeft georganiseerd.

    Ze kwamen er al snel achter dat bonussen geen morele motivatie bieden. Maar een zeldzame zwarte neushoorn, een verkoelend briesje, het geweldige uitzicht vanaf de top van de Brandberg, de hoogste berg van Namibië, of de aankomst in het basiskamp na een lange, vermoeiende dag in de woestijn wel.

    De trainees werkten samen als team en hielpen elkaar terwijl ze over het uitdagende en ruige terrein klauterden.

    “Soms duwden we elkaar de rots op en soms trokken we elkaar naar boven”, aldus Gabby Isidro, een 26 jaar oude energie- en CO-handelaar die op het Hans Crescent-kantoor van INEOS in Londen werkt.

    Voor de directievoorzitter van INEOS, Jim Ratcliffe, was het een geslaagde missie.

    Kort voordat hij naar Namibië vertrok, zei hij tegen INCH: “Het is verbazingwekkend wat mensen kunnen doen en bereiken wanneer ze de rem er in hun hoofd afhalen.”

    Daar kan Gabby nu volledig mee instemmen.

    “Ik denk dat je je niet volledig bewust bent van je fysieke en mentale kracht totdat je gedwongen wordt je grenzen te verleggen”, zegt ze. 

    Gabby geeft gelijk toe dat zij absoluut niet het type was om zich vrijwillig op te geven voor een avontuur van zes dagen naar het onbekende. Ze was niet echt sportief en haar moeder Julia vond het maar niets dat haar dochter zou gaan rennen, wandelen en etsen in de zinderende hitte van de ongerepte Namibische woestijn.

    “Ik was te zwaar, had geen goede conditie en mijn moeder maakte zich zorgen om mijn rechterpols, die deels van metaal en deels van kunststof is”, zegt ze. “Ik ben tussen mijn 18e en 22e vijf keer geopereerd en ze dacht dat al die hersteloperaties misschien voor niets zouden zijn geweest als ik zou gaan.”

    Maar de voorwaarde om mee te doen was eenvoudig: als je denkt dat je het kan, mag je meedoen.

    En Gabby dacht dat ze het kon.

    Ze had ook een voorgevoel, herinnerde ze met een glimlach, dat het feit dat ze half Portugees was haar in de zinderende hitte misschien wel een voordeel zou opleveren ten opzichte van de trainees met een lichtere huid.

    “Ik wilde het per se doen”, zegt ze. Ik wilde gezond zijn en een goede conditie hebben. Ik wist dat ik tijdens de etstocht een omhulsel van titanium en een compressiekous zou moeten dragen, maar dat laat alleen maar zien dat alles uiteindelijk mogelijk is.”

    De training vooraf was intensief maar enorm nuttig.

    “Ik reis elke week en heb veel verantwoordelijkheden, wat ik geweldig vind. Maar ik weet nog dat ik, toen ik in de koude wintermaand januari in Noorwegen, België en Zwitserland zat, het lastig vond mijn trainingen in mijn agenda in te passen. Maar het indelen van mijn tijd ging al snel beter en ik raakte eraan gewend mijn sportkleding altijd bij te hebben, waar ik ook heenging.”

    In mei stapten zij en haar 28 INEOS-collega’s uit de hele wereld op een vliegtuig naar Windhoek, wat misschien wel de kleinste internationale luchthaven ter wereld is.

    Kasper Hawinkel, een productie-ingenieur van INEOS Oxide in België, herinnert zich de reis nog goed.

    “Ik weet nog dat ik zo mijn twijfels had over mijn vermogen om het hele parcours af te ronden”, zegt hij. “Ik dacht dat het onmogelijk was om in één week 190 km te etsen en twee halve marathons en een hele te lopen. Maar ik had het bij het verkeerde eind.”

    Gabby was ook best nerveus, maar voordat ze zich echt kon concentreren op de uitdaging die voor haar lag, kreeg ze nog een paar telefoontjes van potentiële leveranciers met aanbiedingen voor een elektriciteitscontract van INEOS. 

    “Thuis heb ik mijn telefoon altijd bij me, maar hier heb je helemaal niets: geen telefoon, geen e-mail, geen computer”, zegt ze. “Ik dacht dat ik het daar moeilijk mee zou krijgen, maar het was heerlijk om me eens helemaal te kunnen afsluiten van mijn werk en de wereld om me heen.”

    Elke trainee mocht 15 kg bagage meenemen.

    Naast de onmisbare items - verschillende schoenen om te rennen, etsen en wandelen - pakte Gabby wat make-up in. De stijltang bleef thuis.

    Elke dag waren er nieuwe uitdagingen.

    Maar de trainees doorstonden ze allemaal met glans, als team.

    “Je laat alles elke dag maar over je heen komen”, zegt Gabby. “Je kunt het toch niet echt plannen. Je zit midden in de woestijn, hebt geen keus en moet van A naar B komen, dus klagen heeft geen zin.”

    Maar de trainees voelden zich ook trots en begrepen dat ze dit samen moesten doen.

    “Dat was een grote motivatie voor mij”, zegt Kasper. Ik had meerdere moeilijke momenten, zowel mentaal als fysiek, maar ik wilde niet opgeven en het team teleurstellen.”

    Jill Dolan van de HR-afdeling van INEOS zond de trainees voordat ze weggingen een bericht om hun namens het projectteam van In Nam’17 succes te wensen.

    “Uitdagingen brengen het beste in mensen naar boven, want ze laten je zien dat je dingen kunt waarvan je dacht dat je ze niet kon”, zegt ze. “De trainees maken ook vrienden voor het leven tijdens dit gezamenlijke avontuur vol uitdagingen en prestaties, zowel individueel als in teamverband.”

    Kasper en Gabby zeggen dat er vriendschappen voor het leven zijn ontstaan.

    “We hebben allemaal een onvergetelijke tijd gehad”, zegt ze.

    De trainees werden gewaarschuwd voor de hitte.

    “Wanneer je eraan terugdenkt, was het eigenlijk best beangstigend”, zegt Gabby. “Maar op dat moment zet je gewoon door. Iedereen was vastbesloten om elke dag tot een goed einde te brengen.”

    De wind vergezelde hen ook altijd en was soms ondraaglijk.

    “Een van de dagen stond er zo veel wind dat we er, bij een temperatuur van 47 graden, drie uur over deden om 10 km te etsen”, vertelt ze. “Dat was heel zwaar.”

    Bijna de helft van haar collega’s moest aan het einde van die dag worden behandeld omdat ze uitgedroogd waren. Gabby ging door, maar viel 3 km voor aankomst in het basiskamp van haar ets.

    “Ik dacht eerst dat ik een schedelfractuur had, want ik kon door al het bloed niet goed zien”, zegt ze. “Maar het bleek uiteindelijk dat ik wel behoorlijk bloedde, maar alleen een klein wondje op mijn voorhoofd had.”

    De ervaring heeft haar veranderd, en niet alleen omdat ze nu een klein litteken op haar voorhoofd heeft.

    “Het heeft me geholpen de dingen in perspectief te zien en beter om te kunnen gaan met lastige of gespannen situaties”, zegt ze. “Als ik me overdonderd voel op het werk, kan ik even terugdenken aan een van de momenten tijdens de uitdaging in Namibië en herinner ik me dat we het toen ook gered hebben.”

    Ze is ook vastberaden om t te blijven, hoe druk ze het ook heeft.

    “Ik realiseer me nu dat ik, als ik gezond, t en in optimale conditie ben, alles aankan dat op mijn weg komt”, zegt ze.

    Phill Steffny, een safarigids uit Kaapstad, was een van de gidsen tijdens de tocht.

    “Het is een overweldigende ervaring die je leven verandert”, zegt hij. “En iedereen is veranderd.”

    Hij vond de motivatie en de vastberadenheid van de trainees erg inspirerend.

    “Dat soort mensen werken er voor INEOS”, zegt hij. “Het zit in hun DNA.”

    Phill zal de trainees van volgend jaar ook weer door de woestijn heen loodsen.

    “Ik denk dat iedereen geweldige dingen kan”, zegt hij. “Je hebt misschien geen idee hoe je het voor elkaar kan krijgen. Maar als je de kans krijg, zie ik niet in waarom je het niet zou doen.”

    Hij voegt hieraan toe: “Als je er daar alleen voor zou staan, zou het heel anders zijn. Maar je bent met een team. Iedereen zit in hetzelfde schuitje. Iemand kan zich één dag geweldig voelen, en de dag erna verschrikkelijk slecht. Net als in het gewone leven. Het is eigenlijk hetzelfde.” 

    3 minuten gelezen Nummer 13
  • ineos-vision-inch13-min.jpg

    De visie van INEOS maakt de weg vrij voor nieuwe mogelijkheden in Europa

    De revolutionaire beslissing van INEOS om schaliegas te verschepen uit Amerika heef de weg vrijgemaakt voor nieuwe investeringen in Europa.

    Deze competitief geprijsde grondstoffen zullen nu worden gebruikt om de productie van ethyleen en propyleen voor de bedrijven van INEOS in Europa te verhogen.

    De opbrengst van de nieuwe productie zal worden gebruikt voor de bedrijven van INEOS die afgeleide producten vervaardigen en het ethyleen en propyleen vervangen dat momenteel van andere bedrijven wordt gekocht.

    In totaal zal bijna 2 miljard euro worden geïnvesteerd in nieuwe petrochemieprojecten in Europa, die waarschijnlijk in België, Noorwegen en Schotland zullen worden geïmplementeerd.

    “Zonder toegang tot grondstoffen tegen een aantrekkelijke prijs, zouden deze investeringen niet mogelijk zijn”, aldus Gerd Franken, CEO van INEOS Ole ns & Polymers North.

    Naar verwachting zal in 2019 worden gestart met de uitbreiding van de krakers in Rafnes, Noorwegen, en Grangemouth, Schotland, en zodra dit is gebeurd, zal INEOS 900 kt meer ethyleen kunnen produceren. 

    In aanvulling op de investeringen in ethyleen, is INEOS ook van plan een nieuwe productiefaciliteit te bouwen om 750 kt propyleen te produceren. Deze faciliteit zal mogelijk in Antwerpen komen te staan.

    “Het gebruik van competitief geprijsde grondstoffen om de zelfstandigheid van onze Europese ondernemingen te vergroten zal onze positie in Europa versterken en onze ondernemingen helpen minder afhankelijk te zijn van importproducten”, zegt Gerd. “Dit zal steeds belangrijker worden aangezien er in de VS in de komende jaren aanzienlijke nieuwe capaciteit zal worden ontwikkeld.”

    Het besluit om de capaciteit in Grangemouth uit te breiden is met name goed nieuws voor het personeel. In 2013 zag het er nog naar uit dat de ethyleeninstallatie zou worden gesloten als gevolg van de krimpende gasvoorraden in de Noordzee.

    “Dat was onze enige bron en die begon leeg te raken”, aldus John McNally, CEO van INEOS Ole ns & Polymers UK. “De installatie draaide toen op 50% van de capaciteit.”

    Directievoorzitter Jim Ratcliffe van INEOS zegt dat dit de eerste aanzienlijke investeringen in de Europese petrochemische industrie in jaren zullen zijn.

    “Samen staan deze investeringen gelijk aan het bouwen van een nieuwe kraker van wereldformaat in Europa”, zegt hij.

    Pete Williams, hoofd Investor Relations, zegt dat de investeringen, die in totaal tot wel 100 nieuwe banen kunnen scheppen,
    laten zien dat INEOS er alles aan doet om een competitieve productiebasis in Europa aan te houden.

    INEOS produceert momenteel bijna 4,5 ton ethyleen en propyleen – de belangrijkste bestanddelen voor veel petrochemische producten – maar blijft in de regio ook de grootste koper. 

    4 minuten gelezen Nummer 13
  • drive-inch13-min.jpg

    Op zoek naar een productielocatie

    INEOS is begonnen met de zoektocht naar een locatie voor de productie van wat volgens het bedrijf de beste 4x4 ter wereld zal worden.

    Groot-Brittannië lijkt een ideale locatie, maar er zijn ook aantrekkelijke aanbiedingen binnengekomen van de Europese buurlanden.

    “We zouden het geweldig vinden als het een auto van Britse makelij zou worden, maar dit is een zakelijk project en we kunnen ons niet door emoties laten leiden”, zegt Tom Crotty, directeur Interne zaken van INEOS.

    Directievoorzitter Jim Ratcliffe van INEOS, die in Noord-Engeland werd geboren, heeft de laatste jaren zijn bezorgdheid uitgesproken over de langzame dood van de industrie in het VK en heeft betoogd dat het tij moet worden gekeerd.

    Maar de toekomst zal uitwijzen of het VK de beste plaats voor INEOS Automotive is om honderden miljoenen ponden te investeren in de productie van de Grenadier. 

    Jim merkte onmiddellijk op dat er een gat in de 4x4- markt was ontstaan toen Jaguar Land Rover vorig jaar ophield de iconische Defender te produceren in zijn productiefaciliteit in Solihull, in de regio West Midlands.

    In een interview met het tijdschrift INCH vorig jaar, zei hij dat de Grenadier van INEOS wel door de Defender was geïnspireerd, maar geen replica zou worden.

    “Qua stijl lijken ze misschien op elkaar”, zegt hij. “Maar het zal een enorme verbetering zijn ten opzichte van eerdere modellen.”

    Dirk Heilmann, CEO van INEOS Automotive, zegt dat de zoektocht naar een productielocatie de laatste stap is in een fantastisch, spannend project.

    “Onze plannen voor de auto zijn in een vergevorderd stadium en het is nu tijd om te beslissen waar we hem gaan maken”, zegt hij.

    INEOS heeft een locatie nodig waar ten minste 25.000 auto’s per jaar kunnen worden geproduceerd op basis van extreem hoge kwaliteitsnormen. 

    Geheel nieuwe locaties, productiefaciliteiten waar in het verleden auto’s zijn gefabriceerd en zelfs bestaande productielijnen die kunnen worden aangepast voor een nieuw voertuig: alle opties zullen worden overwogen.

    “We hebben al uitgebreid gesproken met de Britse regering en er is ook veel internationale interesse”, zegt Tom.

    INEOS zegt dat landbouwers, bosbouwers, ontdekkingsreizigers, avonturiers en liefhebbers de doelgroep van de nieuwe 4x4 zijn.

    “Het moet een compromisloze offroadauto worden die niet alleen voor avontuur staat, maar ook als werkpaard kan worden gebruikt”, aldus Jim.

    INEOS is ervan overtuigd dat deze nieuwe auto een echt, puur alternatief vormt voor de gestandaardiseerde “kant-en-klare” SUV’s die momenteel verkrijgbaar zijn. 

    4 minuten gelezen Nummer 13
  • ineos-continues-inch13.jpg

    INEOS blijft de markten verbazen met goede resultaten

    De resultaten van INEOS vertraagden iets na een recordstart dit jaar.

    In het eerste kwartaal bedroeg de winst (EBITDA) 753 miljoen euro, 199 miljoen euro meer dan in dezelfde periode vorig jaar.

    Het tweede kwartaal, dat 115 miljoen euro lager werd afgesloten dan het eerste, was toch indrukwekkend met een winst van 638 miljoen euro, vergeleken met 570 miljoen in dezelfde periode vorig jaar.

    Financieel directeur John Reece zegt dat de Noord- Amerikaanse markt dankzij zijn exibiliteit in staat was te pro teren van goedkopere grondstoffen en dat Europa het goed deed dankzij de nog steeds relatief zwakke euro.

    Hij geeft aan dat de Aziatische markten het dit kwartaal ook behoorlijk goed deden.

    O&P North America rapporteerde een EBITDA van 227 miljoen euro ten opzichte van 225 miljoen in dezelfde periode vorig jaar.

    “De markt voor krakers in de VS was solide, met gezonde winstmarges en hoge bezettingsgraad gedurende het hele kwartaal”, aldus John. 

    De vraag naar polymeren was groot, met name in bepaalde productsectoren, zoals die voor buizen en spuitgietprocessen.

    O&P Europa rapporteerde een EBITDA van 210 miljoen euro, 20 miljoen euro hoger dan in dezelfde periode vorig jaar.

    “De vraag naar ole nen was solide in een krappe markt met optimale winstmarges”, zegt John.

    De prijzen van butadieen zijn gedaald en staan niet meer zo hoog als in het eerste kwartaal van het jaar. De vraag naar polymeren in Europa was dit kwartaal sterk en de markt was goed in evenwicht, met solide volumes en gezonde winstmarges.

    Chemical Intermediates rapporteerde een EBITDA van 201 miljoen euro ten opzichte van 155 miljoen euro in dezelfde periode vorig jaar.

    “De verbetering in de resultaten van alle bedrijfsonderdelen zette zich in dit kwartaal voort, met een aanhoudende sterke vraag naar hun producten in combinatie met een strakke aanbodzijde als gevolg van geplande en ongeplande productieonderbrekingen bij de concurrentie”, aldus John.

    De algehele vraag in het segment van oligomeren vertoonde in de meeste productsectoren en -markten een gunstige trend.

    De vraag op de oxidemarkt was stabiel en zelfs bijzonder sterk voor ethylacetaat en butanol.

    De omstandigheden op de markt voor nitrillen waren gunstig als gevolg van een combinatie van een hoge onderliggende vraag, met name naar acrylvezel, en een beperkt aanbod als gevolg van productieonderbrekingen in de sector.

    De markt voor fenol bleef evenwichtig, met een licht zwakke trend in Europa als gevolg van aanpassingen aan de klantzijde.

    John geeft aan dat de groep de aandacht is blijven richten op kasbeheer en liquiditeit en daardoor de nettoschuld in slechts drie maanden met 500 miljoen euro wist terug te dringen. Aan het eind van de maand juni bedroeg de nettoschuld ongeveer 5,2 miljard euro. 

    4 minuten gelezen Nummer 13
  • staff-move-inch13-min.jpg

    Personeel van INEOS verhuist naar een nieuw kantoor

    ONGEVEER 400 medewerkers van INEOS in Keulen, Duitsland, zullen binnenkort verhuizen.

    INEOS heeft ongeveer 30 miljoen euro geïnvesteerd in een nieuw kantoorpand van drie verdiepingen - in de vorm van de O van het logo van INEOS – om al het administratieve personeel voor het eerst op één plek te hebben.

    “We zien deze investering als een duidelijk teken van de richting die we inslaan voor onze toekomst en een afspiegeling van het belang van deze locatie voor de INEOS-groep”, aldus dr. Patrick Giefers, commercieel directeur en projectleider.

    Het is een kantoor dat uit grote open ruimtes bestaat, een relatief nieuw concept in Duitsland.

    “Dit is niet alleen een nieuw gebouw”, zegt dr. Anne-Gret Iturriaga Abarzua, hoofd Communicatie bij INEOS in Keulen. “Het is een nieuwe manier van werken, communiceren en je tijd op het werk doorbrengen. Als ik vroeger de deur van mijn kantoor dichtdeed, wist niemand of ik er was.”

    Dat zal veranderen wanneer de medewerkers van hun individuele kantoren verhuizen naar het nieuwe kantoor.

    “Het zal even duren voordat iedereen eraan gewend is, maar het zal veel beter werken”, zegt Anne-Gret.

    Medewerkers kunnen elkaar zien, aangezien alle kantoren een glazen wand hebben. 

    Maar INEOS heeft niet alleen aanzienlijk geïnvesteerd in het nieuwe gebouw. Er is ook geld uitgegeven aan een optimale indeling van de werkplekken, zodat de nieuwe afdelingen niet alleen goed samenwerken, maar mensen ook tevreden zijn. En voorafgaand aan de aanschaf testten medewerkers verschillende soorten bureaus.

    “Dat soort dingen zijn heel belangrijk”, zegt Anne-Gret. “Door de manier waarop het kantoor is georganiseerd, kunnen medewerkers nu kiezen of ze willen werken aan hun bureau, in de kof ebar, in de cafetaria of in wat door INEOS ‘communicatiezones’ worden genoemd.”

    Het personeel kan ook gebruikmaken van een moderne cafetaria, gerund door gekwali ceerde voedingsdeskundigen die advies kunnen geven over gezond eten, en een sportschool op locatie waar zij t kunnen blijven.

    Tijdens de ceremonie ter ere van de oplevering van het gebouw vorige maand prees Hermann Gröhe, de Duitse minister van Volksgezondheid, INEOS voor alles wat het bedrijf doet om zijn personeel gezond en tevreden te houden.

    Het is nog niet bekend wat er met de lege kantoren zal gaan gebeuren.

    Het nieuwe kantoorpand is slechts een deel van een investeringspakket ter waarde van 211 miljoen euro voor de locatie, waar ook een nieuwe tankerbrug, energiecentrale en toeleveringstunnel tussen de westelijke en oostelijke gedeelten zal worden gebouwd. 

    2 minuten gelezen Nummer 13
  • gas-hob.jpg

    INEOS wacht op uitspraak over schaliegasbronnen

    De zoektocht van INEOS Shale naar schaliegas in het VK gaat door Het bedrijf heeft twee planningsaanvragen ingediend om in verticale “core”-bronnen nabij Shef eld te boren om monsters van het gesteente te analyseren.

    Operationeel directeur Tom Pickering blijft geloven dat er begin volgend jaar in de eerste bron kan worden geboord en denkt dat het publiek steeds positiever denkt over schaliegas.

    “Landeigenaren maken zich natuurlijk zorgen om demonstranten, maar het panorama ziet er nu anders uit”, zegt hij. “Er is heel veel veranderd sinds we drieënhalf jaar geleden de eerste stappen op dit pad zetten. De stemming is veranderd. Brexit heeft iedereenop scherp gesteld. Mensen zien nu in dat we moeten nadenken over de energiezekerheid van het VK.”

    De kosten van de boringen in de bron kunnen oplopen tot 12 miljoen pond.

    INEOS Shale beschikt momenteel over de rechten om in een gebied van bijna 500.000 hectare in het VK op zoek te gaan naar schaliegas.

    In januari dit jaar verkreeg INEOS vergunningen om een groter gebied te exploreren toen het bedrijf Moorland Energy kocht, een onderneming die licenties had om exploratieactiviteiten uit te voeren in een gebied van Helmsley tot East Ayton, in East Yorkshire. 

    1 minuut gelezen Nummer 13
  • homepage-oxide.jpg

    INEOS Oxide is van plan de productie op te schroeven

    ENKELE maanden nadat het bedrijf het aandeel van 50% van Arkema in Oxochimie heeft overgenomen, wil INEOS Oxide al gaan uitbreiden.

    Het bedrijf overweegt een nieuw assortiment van oxo alcohol afgeleide producten te gaan vervaardigen, inclusief 2-ethylhexaanzuur en hoogwaardigere alcoholen, ter aanvulling op het bestaande productportfolio.

    Oxo-alcoholen worden met name gebruikt om acrylesters, additieven voor diesel en verf te vervaardigen en smeermiddelen te produceren. 

    De nieuwe productiefaciliteit zal waarschijnlijk op een van de grotere INEOS-locaties komen te staan: Zwijndrecht, in België, Dormagen, in Duitsland, of Lavéra in Frankrijk.

    “Dit is een belangrijk groeiproject voor INEOS”, zegt CEO Graham Beesley.

    Oxochimie was een joint venture tussen INEOS Oxide en het Franse chemieconcern Arkema waarin beide bedrijven 50% van de aandelen bezaten. In maart dit jaar nam INEOS het bedrijf volledig over. 

    1 minuut gelezen Nummer 13
  • Paint-can-color2.jpg

    Wereldwijde vraag stimuleert investeringen in Europa

    INEOS Oxide staat op het punt te pro teren van de stijgende vraag naar vinylacetaatmonomeer (VAM), een essentieel chemisch bestanddeel dat wordt gebruikt voor de productie van verf, voorruiten, brandstoftanks, PVC en kleefstoffen.

    Het bedrijf is van plan honderden miljoenen euro’s te investeren in de bouw van een nieuwe installatie op een van zijn geïntegreerde Europese locaties in Saltend, Hull, Keulen of Antwerpen.

    CEO Graham Beesley beschrijft het als een boeiend project voor INEOS.

    “De vraag naar VAM in Europa blijft gestaag groeien, maar de markt is momenteel sterk afhankelijk van invoer uit verre landen om
    aan de vraag te kunnen voldoen”
    , zegt hij.
    “De uitbreiding van de capaciteit is bedoeld om die kloof te dichten en de betrouwbaarheid van de levering voor onze klanten te vergroten.”

    Alle drie de locaties krijgen via pijplijnen of terminals
    de grondstof ethyleen toegeleverd en pro teren van aantrekkelijk geprijsde logistiek voor de toevoer van een andere belangrijke grondstof: azijnzuur. Daarnaast zijn alle drie de sites ook gevestigd op locaties die het mogelijk maken de VAM-markt op ef ciënte wijze te bedienen. 

    1 minuut gelezen Nummer 13
  • germany-headline-inch13.jpg

    Duitsland gekozen als locatie voor nieuwe cumeeninstallatie

    INEOS gaat een eigen cumeeninstallatie van wereldformaat bouwen in Duitsland, met de beste technologie.

    Dit besluit werd genomen als reactie op de vraag van klanten en om een veilige toelevering van cumeen te garanderen. Dit is een essentiële grondstof voor de fenol- en acetoninstallaties van INEOS in Gladbeck en Antwerpen.

    “Uit ons plan wordt duidelijk dat we vol inzetten op onze Europese productielocaties van fenol en volop in ons bedrijf investeren”, aldus Hans Casier, CEO van INEOS Phenol.

    Naar verwachting zal de nieuwe installatie in 2020 operatief zijn.

    INEOS Phenol is de grootste producent van fenol en aceton ter wereld en de grootste afnemer van cumeen.Het bedrijf bezit en exploiteert al een van de grootste “single train”-cumeeninstallaties ter wereld op zijn locatie in Pasadena, Texas. 

    1 minuut gelezen Nummer 13
  • shutterstock_178061960-CMYK.jpg

    RECORDJAAR VOOR INEOS

    HOOGSTE WINSTEN OOIT DOOR GOEDE PRESTATIES VAN ALLE BEDRIJVEN EN TERUGKEER VAN DE HOOFDZETEL NAAR GROOT-BRITTANIË

    Toen de wereldmarkten het moeilijk hadden, verhuisde INEOS zijn hoofdzetel in 2010 van het Verenigd Koninkrijk naar Zwitserland om concurrerend te blijven. Zeven jaar later keert het bedrijf weer terug naar huis en gaan de zaken beter dan ooit

    Vorig jaar behaalde INEOS een recordwinst.

    Het registreerde een onderliggend resultaat van ¤ 4,3 miljard, een cijfer waarmee enkel de grootste namen in de industrie kunnen concurreren.

    Het bedrijf zei ook dat het een schuld van ¤ 1,2 miljard uit eigen middelen had terugbetaald en een schuld van ¤ 4 miljard had geherfinancierd, waardoor meer dan 100 miljoen euro per jaar wordt bespaard.

    “Dit is fantastisch nieuws,” zei INEOS-voorzitter en -stichter Jim Ratcliffe. “INEOS is in topvorm. Deze cijfers bevestigen dat het beter gaat dan ooit tevoren. Alle bedrijven presteren goed en onze succesvolle herfinanciering toont duidelijk aan dat de markt dit ook zo ziet.”

    Financieel directeur John Reece zei dat INEOS de afgelopen drie maanden aan het financieringspakket had gewerkt, wat resulteerde in een verlaging van de kosten en een verlenging van de looptijden tot ten vroegste 2022.

    “Niet alleen dat, maar we waren ook met 50% overtekend, wat aantoont hoe sterk het vertrouwen van de markt is,” zei hij.

    Jim vertelde dat INEOS een uniek bedrijf is.

    “We hebben het bedrijf maar 18 jaar geleden opgezet en het is nooit naar de beurs getrokken,” zei hij. “Het is dankzij iedereen die erbij betrokken is - management en personeel - dat we het nu zo goed doen.”

    Het nieuws over het recordjaar viel samen met de officiële opening van het nieuwe Britse hoofdkantoor in Knightsbridge, Londen.

    Jim zei dat de verhuis een weerspiegeling was van de INEOS-groei in het Verenigd Koninkrijk, waar het meer dan $ 2 miljard investeert, alsook het immense vertrouwen in de economische toekomst van Groot-Brittannië.

    “We zijn terug in Groot-Brittannië, omdat er hier heel wat gebeurt,” vertelde hij op 7 december vorig jaar aan de gasten tijdens de officiële opening van het hoofdkantoor in Hans Crescent. “Het Verenigd Koninkrijk is een veel betere plaats dan 10 jaar geleden en de Conservatieve regering is erg bedrijfsgericht.”

    INEOS voorziet een groot aantal Britse gezinnen van aardgas en exploiteert een groeiende handels- en scheepvaartonderneming. Het INEOS-bedrijf ChlorVinyls, nu bekend als INOVYN, is dubbel zo groot geworden, de Grangemouth-site herleeft en het bedrijf is van plan om in het noorden van Engeland schaliegas te winnen.

    De beslissing van Groot-Brittannië om uit de Europese Unie te stappen, maakte geen verschil, zei hij.

    “We zijn niet bezorgd over de brexit,” zei hij. “Uiteindelijk is het Verenigd Koninkrijk de vijfde grootste markt ter wereld, zoiets kun je niet zomaar negeren.”

    4 minuten gelezen Nummer 12
  • iStock-598252246 (1) cmyk.jpg

    DE GEBOORTEPLAATS VAN INEOS

    HOOGSTE WINSTEN OOIT DOOR GOEDE PRESTATIES VAN ALLE BEDRIJVEN EN TERUGKEER VAN DE HOOFDZETEL NAAR GROOT-BRITTANIË

    Toen de wereldmarkten het moeilijk hadden, verhuisde INEOS zijn hoofdzetel in 2010 van het Verenigd Koninkrijk naar Zwitserland om concurrerend te blijven. Zeven jaar later keert het bedrijf weer terug naar huis en gaan de zaken beter dan ooit

    Vorig jaar behaalde INEOS een recordwinst.

    Het registreerde een onderliggend resultaat van ¤ 4,3 miljard, een cijfer waarmee enkel de grootste namen in de industrie kunnen concurreren.

    Het bedrijf zei ook dat het een schuld van ¤ 1,2 miljard uit eigen middelen had terugbetaald en een schuld van ¤ 4 miljard had geherfinancierd, waardoor meer dan 100 miljoen euro per jaar wordt bespaard.

    “Dit is fantastisch nieuws,” zei INEOS-voorzitter en -stichter Jim Ratcliffe. “INEOS is in topvorm. Deze cijfers bevestigen dat het beter gaat dan ooit tevoren. Alle bedrijven presteren goed en onze succesvolle herfinanciering toont duidelijk aan dat de markt dit ook zo ziet.”

    Financieel directeur John Reece zei dat INEOS de afgelopen drie maanden aan het financieringspakket had gewerkt, wat resulteerde in een verlaging van de kosten en een verlenging van de looptijden tot ten vroegste 2022.

    “Niet alleen dat, maar we waren ook met 50% overtekend, wat aantoont hoe sterk het vertrouwen van de markt is,” zei hij.

    Jim vertelde dat INEOS een uniek bedrijf is.

    “We hebben het bedrijf maar 18 jaar geleden opgezet en het is nooit naar de beurs getrokken,” zei hij. “Het is dankzij iedereen die erbij betrokken is - management en personeel - dat we het nu zo goed doen.”

    Het nieuws over het recordjaar viel samen met de officiële opening van het nieuwe Britse hoofdkantoor in Knightsbridge, Londen.

    Jim zei dat de verhuis een weerspiegeling was van de INEOS-groei in het Verenigd Koninkrijk, waar het meer dan $ 2 miljard investeert, alsook het immense vertrouwen in de economische toekomst van Groot-Brittannië.

    “We zijn terug in Groot-Brittannië, omdat er hier heel wat gebeurt,” vertelde hij op 7 december vorig jaar aan de gasten tijdens de officiële opening van het hoofdkantoor in Hans Crescent. “Het Verenigd Koninkrijk is een veel betere plaats dan 10 jaar geleden en de Conservatieve regering is erg bedrijfsgericht.”

    INEOS voorziet een groot aantal Britse gezinnen van aardgas en exploiteert een groeiende handels- en scheepvaartonderneming. Het INEOS-bedrijf ChlorVinyls, nu bekend als INOVYN, is dubbel zo groot geworden, de Grangemouth-site herleeft en het bedrijf is van plan om in het noorden van Engeland schaliegas te winnen.

    De beslissing van Groot-Brittannië om uit de Europese Unie te stappen, maakte geen verschil, zei hij.

    “We zijn niet bezorgd over de brexit,” zei hij. “Uiteindelijk is het Verenigd Koninkrijk de vijfde grootste markt ter wereld, zoiets kun je niet zomaar negeren.”

    4 minuten gelezen Nummer 12
  • INEOS-5720 cmyk.jpg

    DE GROEIENDE INDUSTRIE IN BELGIË

    De Belgische chemische industrie doet het niet gewoon goed. Ze groeit ook.

    Volgens Essenscia, de Belgische vereniging voor de chemische industrie, is dat dankzij de drang om de concurrentie steeds een stap voor te zijn en te innoveren: op het gebied van nieuwe producten, kwalitatief hoogstaande infrastructuur, energieefficiëntie of het aanwerven van de allerbeste mensen.

    “We krijgen te maken met uitdagingen, maar we weten dat we ze het hoofd kunnen bieden,” zei algemeen directeur Yves Verschueren.

    De industrie stelt rechtstreeks ongeveer 90.000 mensen tewerk en dat aantal neemt elk jaar toe.

    “Dat is in schril contrast met andere industriesectoren, die banenverlies hebben geleden,” zei hij.

    De jaarlijkse bijdrage aan het BBP van België bedraagt ongeveer 16 miljard euro.

    “Deze industrie is echt van het allergrootste belang voor dit land,” zei Yves.

    En dus heeft de sector ook invloed.

    “Succesvolle bedrijven zoals INEOS spelen een belangrijke rol om onze overheid te helpen begrijpen dat verdere investeringen alleen in de juiste omstandigheden mogelijk zijn,” zei hij. “En dat betekent lagere energiekosten.”

    De Belgen krijgen echter met andere problemen af te rekenen, net zoals de rest van West-Europa.

    “Tot op zekere hoogte hebben jongeren de interesse in wetenschap, wiskunde en techniek verloren,” zei Yves.

    Iemand die dit voelt, is Holger Laqua, fabrieksmanager van INEOS Oxide in Zwijndrecht, Antwerpen.

    “Onze site is erg technisch georiënteerd en goede technische mensen vinden, is een uitdaging,” zei hij. “We gaan naar scholen en leggen uit wat we doen en wat we maken, want we moeten kinderen van 12 jaar over dit beroep doen nadenken.”

    Essenscia bezoekt ook scholen en heeft wetenschapsparken en musea opgezet, om het beeld van de chemische sector te veranderen en om kinderen te tonen dat de antwoorden op de grote vragen van vandaag uit de chemie zullen komen.

    “We moeten hen laten zien wat de chemische industrie al doet om een duurzame samenleving te creëren en de klimaatverandering aan te pakken,” zei Yves.

    De komende jaren zullen er jaarlijks naar schatting 2.600 vacatures zijn om de werknemers te vervangen die met pensioen gaan, dus wordt rekrutering steeds belangrijker.

    2 minuten gelezen Nummer 12
  • INEOS-5720 cmyk_cropped.jpg

    INEOS BOUWT EEN ENORME BUTAANGASOPSLAGTANK

    Gas is het levensbloed van INEOS. Zonder competitieve gasprijzen kan het bedrijf onmogelijk met de rest van de wereld concurreren. Daarom wordt er nu actie ondernomen

    Eens te meer heeft INEOS een moedige stap gezet om zijn wereldwijde positie te versterken.

    Vorige maand kwam de bevestiging dat het de grootste butaangasopslagtank ooit in Europa gaat bouwen.

    Eens gebouwd, kan INEOS met de grootst mogelijke schepen goedkoop butaangas importeren vanuit Amerika en andere wereldmarkten, om de naftakraakinstallaties in Keulen, Duitsland en Lavéra in Frankrijk competitief te kunnen bevoorraden.

    Dankzij de tank, die in Antwerpen wordt gebouwd, kan INEOS Trading & Shipping ook butaan verkopen in Europa.

    De gaskraakinstallaties van INEOS – in Noorwegen en Schotland – plukken al de vruchten van de INEOS-beslissing om goedkoop ethaan van de VS naar Rafnes en Grangemouth te verschepen, waar het wordt opgeslagen in enorme, speciaal hiervoor gebouwde tanks.

    Deze ontwikkeling versterkt de belangrijke positie die België in de petrochemische wereld inneemt.

    Dankzij INEOS kan de haven van Antwerpen nu al bogen op de grootste ethyleenterminal in Europa, de tweede grootste ter wereld.

    Zeven jaar geleden investeerde INEOS 100 miljoen euro in de nieuwe terminal van 1 miljoen ton, zodat het vanuit de hele wereld goedkoop ethyleen kon importeren voor zijn Europese fabrieken en fabrieken die verbonden zijn met de ARG-pijpleiding.

    “Deze nieuwe tank en terminal geeft INEOS meer flexibiliteit en aanbodzekerheid, waarmee ons concurrentievermogen in Europa aanzienlijk zal verbeteren,” zei David Thompson, CEO van INEOS Trading & Shipping.

    “Het positioneert INEOS ook als een belangrijke speler op de wereldwijde lpg-markten.”

    Holger Laqua, fabrieksmanager van INEOS Oxide, is van mening dat INEOS de chemische industrie in Europa aandrijft.

    “Enkele jaren geleden gingen er stemmen op dat de Europese chemische industrie dood was, maar we hebben enkele goede beslissingen genomen,” zei hij.

     

    3 minuten gelezen Nummer 12
  • inch12-bp-sale.jpg

    BP VERKOOPT HET FORTIES-PIJPLEIDINGSYSTEEM AAN INEOS

    INEOS heeft met BP een overeenkomst ter waarde van $ 250 miljoen gesloten voor de aankoop van het Forties-pijpleidingsysteem, dat bijna 40% van de Britse volumes aan Noordzeeolie en -gas levert.

    De verkoop van het 380 kilometer lange pijpleidingsysteem werd deze maand overeengekomen, behoudens goedkeuring door regelgevende en andere instanties.

    Toen de pijpleiding in 1975 in gebruik werd genomen, transporteerde ze olie uit het Forties-veld – destijds het eerste grote Britse offshore olieveld – voornamelijk naar de raffinaderij en petrochemische fabriek in het Schotse Grangemouth.

    BP was toen de eigenaar van zowel de raffinaderij als de chemische fabriek, maar verkocht beide in 2005 aan INEOS.

    Vandaag verbindt de pijpleiding 85 olie- en gasactiva in de Noordzee met het Britse vasteland en de INEOS-site in Grangemouth, waar 20% van die olie de raffinaderij voedt om 80% van de brandstof in Schotland te voorzien.

    INEOS-voorzitter en -stichter Jim Ratcliffe omschreef het Forties-pijpleidingsysteem als een strategische troef voor Groot-Brittannië.

    “INEOS zal efficiënter kunnen werken en een competitieve, langetermijntoekomst helpen garanderen voor deze belangrijke schakel in de Britse olieen gasinfrastructuur,” zei hij.

    Vorig jaar was de gemiddelde dagelijkse doorvoer van de pijpleiding 445.000 vaten olie en 3.500 ton ruw gas. Maar de leiding kan per dag 575.000 vaten olie vervoeren.

    De 300 mensen die de FPS-activiteiten in Kinneil, Grangemouth, Dalmeny en offshore exploiteren en ondersteunen, zullen naar verwachting de Upstream-medewerkers van INEOS worden.

    INEOS levert al gas aan vele duizenden Britse gezinnen, sinds het de zuidelijke Noordzeevelden Breagh and Clipper South in 2015 van LetterOne kocht.

    Als de deal eenmaal is afgesloten, worden het Forties-pijpleidingsysteem, de Kinneil-terminal en -gasverwerkingsfabriek, de Dalmeny-terminal, de sites in Aberdeen, het Forties Unity Platform en bijbehorende infrastructuur aan INEOS overgedragen.

    “Dit is weer een zeer belangrijke deal voor INEOS,” zei Jim. “De aankoop verenigt de Noordzee- en Grangemouth-activa onder het eigendom van INEOS. INEOS is nu het enige Britse bedrijf met raffinaderij- en petrochemische activa die rechtstreeks in de Noordzee zijn geïntegreerd.”

    3 minuten gelezen Nummer 12
  • Doe Green-5.jpg

    INEOS SHALE ZET DE EERSTE STAP

    INEOS heeft in het Verenigd Koninkrijk nu zowat 5000 vierkante kilometer grondgebied voor de exploratie van schaliegas en hoopt dit jaar in actie te kunnen komen. Derbyshire komt als eerste in het vizier

    INEOS blijft streven naar schaliegasexploratie in het Verenigd Koninkrijk.

    Het bedrijf hoopt dit jaar een eerste keer te boren op een terrein in de buurt van het dorp Marsh Lane in Derbyshire, om het gesteente duizenden meters onder het oppervlak te testen.

    In maart besliste de districtsraad van Derbyshire dat INEOS geen milieueffectbeoordeling moest uitvoeren voordat het een gedetailleerde planningsaanvraag indiende om in Bramleymoor Lane te boren.

    “We waren erg blij met deze beslissing,” zei Tom Pickering, Operations Director van INEOS Shale. “Maar terwijl uit de screening deze keer bleek dat er geen beoordeling nodig was, zullen we deze natuurlijk uitvoeren als hiertoe een duidelijke behoefte bestaat.”

    Ondanks de uitspraak wilde hij de dorpsbewoners, die bezorgd zouden kunnen zijn over de impact op het milieu, ervan verzekeren dat met hun standpunten rekening wordt gehouden.

    “Hoewel er geen formele impactbeoordeling is vereist, worden alle relatieve milieuvragen samen met onze planningsaanvraag behandeld,” zei hij.

    De plannen, die na een bijeenkomst met de lokale gemeenschap zullen worden opgesteld, zullen een verslag bevatten over watergebruik, ecologie, lawaai, landschap, visuele effecten en het culturele erfgoed.

    “We willen ervoor zorgen dat de belangrijke problemen besproken, overwogen en begrepen zijn vooraleer we onze planningsaanvraag indienen,” zei Tom.

    Als de put geboord is, worden de grondstalen geanalyseerd in een laboratorium.

    “We moeten de geologische kenmerken van het gesteente en de gasproducerende eigenschappen identificeren,” zei Tom.

    INEOS is van mening dat Groot-Brittannië moet nadenken over waar het zijn energie vandaan zal halen wanneer kool- en kerncentrales sluiten. De laatste Britse steenkoolmijn, Kellingley Colliery in het noorden van Yorkshire, sloot zijn deuren in december 2015, meteen het einde van eeuwen steelkoolontginning in het Verenigd Koninkrijk.

    “Schaliegaswinning gaat niet over het gebruik van meer fossiele brandstoffen,” zei Tom. “Het gaat erom dat we steenkool vervangen en ons eigen gas gebruiken in plaats van dit in te voeren.”

    Eerder dit jaar gaf de organisatie Friends of the Earth (Vrienden van de Aarde) toe dat het de bevolking had misleid rond fracking.

    De Advertising Standards Authority vond dat de groep geen bewijzen had dat de vloeistof die bij fracking wordt gebruikt chemicaliën bevat die gevaarlijk zijn voor de volksgezondheid.

    Het 14 maanden durende onderzoek kwam ook tot het besluit dat de milieugroep geen bewijs kon leveren voor de bewering dat een Amerikaanse frackingsite de oorzaak was van een toename in het aantal gevallen van astma, en dat wie in Groot-Brittannië in de buurt van een frackingsite woont of werkt, hetzelfde risico zou lopen.

    Friends of the Earth beweerde ook onterecht dat fracking zou leiden tot dalende vastgoedprijzen en het risico op kanker zou vergroten.

    “Deze valse beweringen vormen de kern van de het onterechte verzet van Friends of the Earth tegen fracking,” zei Tom.

    Hij zei dat INEOS een ‘volwassen, wetenschappelijk gefundeerde discussie’ wilt, gebaseerd op waarheid.

    “De Britse energie- en productiesectoren zijn te belangrijk om het debat door valse feiten te laten beïnvloeden,” zei hij. “Helaas willen Friends of the Earth en Friends of the Earth Scotland niet met ons rond de tafel zitten.”

    3 minuten gelezen Nummer 12
  • 01212017_2017uschamps_sen_l_fs_14_Mariah Bell_0045 x.jpg

    MARIAH KOMT DICHTER BIJ OLYMPISCHE ROEM

    Succes leidt tot succes. Kijk maar naar Andy Bell van INEOS, vader van twee schaatsers van wereldformaat

    SPORT vormt ons niet, ze haalt het beste in ons naar boven.

    Andy Bell van INEOS is het vast eens met de woorden van wijlen basketbalspeler John Wooden.

    Hij is de vader van twee meisjes – beide schaatsers van wereldklasse.

    “Het belangrijkste was dat ze betere mensen werden,” zei hij. “We wilden geen prima donna’s opvoeden.”

    Zijn oudste dochter Morgan (25) schaatst voor Disney on Ice en reist de wereld rond om Anna uit de film Frozen te vertolken. Zijn jongste dochter Mariah (20) maakt grote kans om volgend jaar tot het Amerikaanse olympische team te behoren.

    Andy en zijn vrouw Kendra begrijpen het belang van een sterke werkethiek. En dat is iets dat ze aan hun kinderen hebben doorgegeven.

    “Je moet houden van de training en het harde werk,” zei Andy. “Je moet passie hebben voor wat je doet. We hebben ons nooit gefocust op hun resultaten, maar eerder op hun werkethiek en de inspanningen. Het is een marathon, geen sprint. Veel ouders van jonge atleten begrijpen dit niet en pushen hun kinderen. Helaas houden de meesten het niet lang vol.”

    Andy is even gepassioneerd over zijn werk bij INEOS.

    Hij leverde een onmisbare bijdrage toen INEOS grensverleggende deals sloot met Amerikaanse bedrijven om schaliegas van de VS naar Europa te verschepen.

    Bijna zes jaar lang werkte hij onvermoeid aan wat bekend werd als het Mariner Project en leidde hij de onderhandelingen voor de 15 jaar durende terminal- en leveringscontracten.

    “In het begin kregen we veel scepticisme vanuit de sector, waar mensen zich afvroegen of we het ons wel zou lukken,” zei hij. “Maar veel van die relaties, die begonnen met een spontaan telefoontje, zijn nu zeer strategische partnerschappen.”

    Er waren best moeilijke momenten. Om ze de baas te kunnen, liet Andy zich inspireren door zijn dochter.

    “Toen de zaken niet goed gingen, dacht ik vaak aan de weg die Mariah in het schaatsen heeft afgelegd, de hoogte- en laagtepunten, en hoe je, als je met opgeheven hoofd blijft doorzetten, uiteindelijk zult slagen,” zei hij.

    Het enige nadeel van zijn werk is dat hij het grootste deel van de week doorbrengt in Houston, Pittsburgh of Philadelphia – op zo’n 1.600 kilometer van zijn gezin in Monument, Colorado.

    “Het is moeilijk, maar mijn rol is om haar dromen zo goed mogelijk te financieren, en te zorgen voor de beste coaching en training die we ons kunnen veroorloven,” zei hij.“Mijn vrouw neemt de ondersteuning van dag tot dag op zich, en dat doet ze echt geweldig goed.”

    Hij vertelde dat er offers zijn gemaakt.

    “Er zijn er veel geweest, maar ons doel als ouders is altijd geweest om onze meisjes te helpen hun dromen waar te maken,” zei hij. “En ik kan niks belangrijkers bedenken.”

     

    3 minuten gelezen Nummer 12
  • Namibia-132 (1) cmyk.jpg

    DE ULTIEME TEAMBUILDING

     250 KM LOPEN, FIETSEN EN TREKKEN DOOR DE AFRIKAANSE WOESTIJN

    In mei nam INEOS zijn getalenteerde derdejaars afgestudeerden mee op het avontuur van hun leven, waar ze hun grenzen konden aftasten en verleggen, fitter konden worden en konden ontdekken waar ze echt toe in staat zijn

    Het is een teambuildingactiviteit zoals enkel INEOS die had kunnen bedenken.

    Maar voorzitter Jim Ratcliffe is van mening dat met de juiste ingesteldheid alles mogelijk is. Daarom kregen ze de vreemdste en zwaarste uitdagingen voorgeschoteld.

    “Het is fantastisch wat mensen kunnen presteren en bereiken als ze de remmen in hun hoofd loslaten,” zei hij.

    Zes dagen lang liepen, fietsten en trokken de 29 afgestudeerden 250 km door de zinderend hete, ongerepte Namibische woestijn, de laatste plaats op aarde waar je de grote 3 kunt vinden: de leeuw, de zwarte neushoorn en de woestijnolifant.

    Ze trokken over oude vulkanische kraters, beklommen met de Brandberg de hoogste berg in Namibië, en veroverden te voet de meedogenloze basaltlava van de Ugab.

    “Hoewel ze fysiek zwaar op de proef werden gesteld, en op zand moesten lopen en fietsen, zullen ze daar goed voor beloond worden,” zei projectleider John Mayock.

    De afgestudeerden, waaronder acht vrouwen, begonnen hun reis op zaterdag 6 mei vanuit Cape Cross aan de Skeleton Coast.

    “Ik zag dat enkelen van hen een beetje nerveus waren, maar de kameraadschap was fantastisch,” zei John.

    Gevaar is Jim niet onbekend. Hij is een de weinige mensen die zowel de Noord- als de Zuidpool hebben bereikt. Hij ging met de afgestudeerden mee, net als Simon Laker, Operations Director van de INEOSgroep, en ook fitness- en medische deskundigen.

    “INEOS wil iedereen steeds aanmoedigen om meer te doen,” zei hij. “Als je dat kunt, vind ik dat je het aantal onvergetelijke dagen in je leven moet maximaliseren.”

    Het volledige verslag van de reis lees je in de volgende editie van INCH, die in juli verschijnt.

    BLIK VOORUIT ALS HET WARM WORDT ONDER DE VOETEN

    INEOS-afgestudeerden Hannah Salter en Kasper Hawinkel vreesden vooral de intense hitte.

    Maar de gedachte dat ze zouden moeten lopen, klimmen en fietsen bij 43 °C zorgde ervoor dat ze allebei gefocust waren op hun training.

    “Die bezorgdheid was best nuttig om ervoor te zorgen dat ik me voldoende voorbereidde,” zei Hannah (30).

    Afgezien van de hitte trok veel in de reis hen aan: boven op een berg onder de sterrenhemel slapen en de kans om vrienden voor het leven te maken.

    “Veel van mijn vrienden zijn jaloers,” zei Kasper (28). “Hun teambuildingsactiviteiten waren hindernisparcours en go-karting.”

    Kasper en Hannah beschouwen zichzelf niet bepaald als atletisch, maar beide houden van het buitenleven. Hannah houdt van kajakken en Kasper speelt waterpolo.

    “Deze reis is voor mij een geweldige vakantie, zij het een extreme versie,” zei Hannah, inkoopspecialiste bij Polymer Additives, Catalyst & Chemicals voor O&P Europe.

    Kasper is productie-ingenieur bij INEOS Oxide in Antwerpen, België.

    “Dit is een unieke kans en een grote uitdaging om onze grenzen af te tasten en te verleggen,” zei hij.

    4 minuten gelezen Nummer 12
  • ZQ2X4899-cmyk.jpg

    INZETTEN OP VEILIGHEID

    INEOS TEKENT VOOR DE BESTE VEILIGHEIDSCIJFERS OOIT TERWIJL HET BLIJFT GROEIEN EN MEER SITES TOEVOEGT

    De chemie is een van de meest dynamische en vooruitstrevende sectoren. Dat heeft al geleid tot medische doorbraken, veranderde de manier waarop energie wordt gebruikt en helpt om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Maar het grote publiek ziet het niet altijd zo, wat frustrerend kan zijn voor wie bij INEOS werkt, vooral als het bedrijf net zijn beste veiligheidscijfers ooit heeft kunnen voorleggen

    ONGEVALLEN waren schering en inslag tijdens de industriële revolutie. Arbeiders, waaronder heel wat kinderen, zwoegden vaak urenlang in vreselijke omstandigheden.

    In 1842 merkte een Duitse bezoeker aan het noorden van Engeland op dat hij in Manchester veel mensen zonder armen en benen had gezien. Het deed hem denken aan ‘een leger dat pas was teruggekeerd van een veldtocht’.

    Gelukkig zijn die donkere dagen al lang voorbij.

    Ongevallen gebeuren nog steeds, maar de gevaren van blootstelling aan asbest, lood, silica, koolmonoxide en katoenstof zijn bekend, en er zijn overheidsinstellingen die ervoor zorgen dat bedrijven zich aan de wet houden.

    Maar het lijkt alsof de bevolking de chemische sector nog steeds als een inherent onveilige industrie beschouwt.

    “Het is frustrerend, want we weten dat dit niet het geval is,” zei Simon Laker, Operations Director van de INEOS-groep.

    Onlangs gaf Simon een presentatie voor de verzekeringssector over de INEOS-aanpak rond veiligheid, activiteiten en risicobeheer.

    Tijdens zijn presentatie verwees hij naar de recente cijfers van de OSHA (Occupational Health and Safety Administration), het strikte registratiesysteem voor ongevallen, verwondingen en ziekte op het werk, dat specifiek voor de VS werd ontwikkeld maar intussen wereldwijd wordt toegepast.

    Uit de resultaten blijkt dat in sommige sectoren aanzienlijk meer ongevallen gebeuren. Boven aan de lijst stond productie, op de voet gevolgd door de bouwsector, waar vier op de 100 werknemers gewond raakten.

    De petrochemie in het algemeen deed het veel beter – en de prestatie van INEOS was nóg beter.

    “Men was erg onder de indruk van onze aanpak rond veiligheid en risicobeheer, en er was erkenning voor de cijfers die we in de loop der jaren konden voorleggen,” zei Simon.

    Vorig jaar haalde INEOS zijn beste veiligheidscijfers ooit, met een OSHA-cijfer van 0,32 (0,32 verwondingen per 100 voltijdse werknemers).

    Wat dit nog indrukwekkender maakte, was dat INEOS dit klaarspeelde terwijl het bedrijven overnam die de zaken anders deden.

    “We hebben nu meer dan 80 locaties in 16 landen met verschillende technologieën, processen en duizenden procedures, die op honderdduizenden punten worden gecontroleerd,” zei Simon. “Maar het is door onze focus op veiligheid dat we verbetering blijven zien, ondanks onze groei. De verzekeringssector lichtte zelfs uit hoe goed we erin slagen nieuwe bedrijven naadloos te integreren in onze operationele en veiligheidsprocessen.”

    Simon vertelde INCH dat van het personeel wordt verwacht dat zij elk incident melden, want voor INEOS is dit de beste en enige manier om ervoor te zorgen dat er telkens waardevolle lessen worden geleerd.

    “Het grote publiek zou meer vertrouwen moeten hebben in een bedrijf dat problemen meldt, zelfs het kleinste probleem, dan in een onderneming die zegt dat ze niets te vertellen heeft,” zei hij. “In dat voorbeeld is het ons wel duidelijk wie de gezondheid en veiligheid serieus neemt en wie niet.”

    Het grootste gevaar is dat de aandacht verslapt, en dat is waar we bij INEOS voor op onze hoede zijn.

    “Ons doel is altijd om voortdurend te verbeteren zodat we helemaal ongevallenvrij kunnen worden,” zei Simon. Pas dan zullen we tevreden zijn.

    GERAFFINEERDE PRESTATIES

    BETROUWBAARHEID is van levensbelang om investeringen aan te trekken en vertrouwen op te bouwen, vertelde een manager van de Petroineos-raffinaderij in het Schotse Grangemouth vorige maand aan INCH-magazine.

    Reliability and Integrity Manager Neil King zei dat sterke prestaties en materiaalbetrouwbaarheid ongetwijfeld fundamenteel zijn om het vertrouwen van aandeelhouders te winnen en om het uitstekende werk op de site te consolideren.

    “De aandeelhouders houden ons terecht goed in de gaten, want het helpt om te tonen hoe belangrijk het is om de dingen vanaf de eerste keer goed te doen,” zei hij.

    Neil sprak met INCH na de tweede editie van de Reliability Days.

    Zes dagen lang vertelden sportlui hun eigen verhaal. Ze vergeleken hun eigen inspanningen om hun prestaties te verbeteren met wat werknemers kunnen doen om de raffinaderij beter te laten werken.

    Olympisch hordeloper Colin Jackson sprak over het gevaar dat de aandacht kan verslappen na successen. Hij zei dat hij tijdens de Olympische Spelen van Barcelona in 1992 de raad van zijn coach om zich goed op te warmen, had genegeerd.

    “Ik dacht dat ik niet op mijn best moest zijn om te kwalificeren voor de finale,” zei hij.

    De olympische favoriet kwalificeerde zich, maar liep een blessure op die zijn prestatie beïnvloedde, waardoor hij naast een medaille greep.

    “Elke collega is een tandwiel in het grote mechanisme en speelt een belangrijke rol om de raffinaderij goed te laten draaien - zodat wij de medailles behalen, en niet onze concurrenten,” zei Neil.

    En er waren uitdagingen.

    “Drie jaar geleden hadden we een ongewoon personeelsverloop en daarmee verloren we veel vaardigheden en kennis,” zei Neil.

    Ondanks de robuuste procedures bleek al snel dat de verloren kennis heropgebouwd moest worden. Hierdoor daalde de operationele betrouwbaarheid, al was dat maar even het geval.

    Hij zei dat de raffinaderij immens was verbeterd sinds de minder goede prestaties van 2014.

    Neil schreef dit onder meer toe aan de betrouwbaarheidsdagen die al de raffinaderijprocessen en verbeteringen op het gebied van betrouwbaarheid op gang helpen brengen, en die ook de kans bieden om Petroineos-medewerkers en aannemers positief te betrekken.

    “We weten dat er nog werk aan de winkel is,” zei hij. “Maar we weten ook dat onze betrouwbaarheidsdagen binnen het bedrijf worden gewaardeerd. Het personeel ziet dat ze een verschil kunnen maken en dat problemen waar ze mee te maken krijgen, worden erkend en aangepakt.”

    De betrouwbaarheidsdagen zijn hier slechts één element van. Op fundamenteel niveau helpen ze de bedrijfscultuur veranderen in de Grangemouth-raffinaderij, wat essentieel is om de langetermijnperspectieven en het concurrentievermogen te waarborgen.

    Partners PetroChina en INEOS evalueren momenteel een aantal opties voor de Grangemouth-raffinaderij om die alle kansen op succes te geven.

    Grangemouth is de enige olieraffinaderij van Schotland, die meer dan 80% van de brandstof in Schotse tankstations levert, en alle luchtvaartbrandstof voor de Schotse luchthavens. De toekomst van de installatie op de lange termijn is dus van cruciaal belang voor de Schotse economie, de werknemers en iedereen die belang heeft bij het succes van het bedrijf.

    “De raffinaderij moet blijven bewijzen dat ze consequent betrouwbaar kan zijn. En dat is de verantwoordelijkheid van ons allemaal,” zei Neil.

    4 minuten gelezen Nummer 12
  • DAILY-MILE-inch12.jpg

    DE DAILY MILE GEEFT KINDEREN EEN VOORSPRONG

    Uit een nieuwe studie blijkt dat kinderen die deelnemen aan de Daily Mile fitter, alerter, zelfbewuster en veerkrachtiger zijn

    KINDEREN die elke dag ongeveer een mijl (1600 meter) lopen op school, presteren beter in de klas.

    Een nieuwe studie heeft aangetoond dat kinderen die drie maanden lang 15 minuten per dag lopen, 25% beter dan verwacht presteren voor lezen, schrijven en wiskunde. De kinderen waren ook fitter, zelfverzekerder en minder storend tijdens de les.

    De resultaten werden bijzonder positief onthaald bij INEOS, dat heel wat tijd, energie en geld heeft geïnvesteerd om het gepensioneerde Schotse schoolhoofd Elaine Wyllie te helpen het Daily Mile-programma te promoten en kinderen een leven lang fitter te maken.

    “Deze eerste gegevens lijken te tonen dat Daily Mile een positief effect heeft op de conditie, de gezondheid en het welzijn van kinderen,” zei Holly Eager, Assistant Communications Officer in het Londense hoofdkantoor van INEOS.

    Het rapport werd opgesteld in opdracht van de London Playing Fields Foundation voor Public Health England en Sport England om de impact van de Daily Mile te evalueren in Coppermill Primary School Londen. Twaalf weken lang volgden de onderzoekers 76 kinderen van de school terwijl ze elke dag 12 minuten liepen.

    “Het was gewoon een gelukkig toeval dat ze ervoor kozen om de Daily Mile te evalueren,” zei Holly. “We wisten van niets totdat het onderzoek bijna klaar was.”

    De leerkrachten waren verbijsterd over de resultaten: de kinderen presteerden aanzienlijk boven de nationale en regionale verwachtingen in de SAT-proeven voor wiskunde, schrijven en lezen. Op nationaal niveau wordt verwacht dat 66% van de leerlingen het nationale gemiddelde voor lezen haalt, maar bij Coppermill was dat maar liefst 92%.

    “Het is verbazingwekkend,” zei schoolhoofd Figen Bektasoglu. “De Daily Mile maakt de kinderen niet alleen slimmer, maar ook meer gefocust, aandachtiger en klaar om te werken.”

    Ursula Heath, Group Communications Officer bij de INEOS-groep, zei dat kinderen in meer dan 2.500 basisscholen in het Verenigd Koninkrijk, Europa en de VS nu deelnemen aan de Daily Mile, wat betekent dat ze in hun uniform de klas verlaten om 15 minuten te lopen, wandelen of joggen.

    Dat zijn 500.000 leerlingen die wekelijks bijna 2,5 miljoen kilometer afleggen. En met de steun van INEOS groeit het initiatief nog steeds.

    3 minuten gelezen Nummer 12
  • GRFFinch12.jpg

    ‘GO RUN FOR FUN’ DOET SCHOLEN NADENKEN

    De succesvolle ‘GO Run For Fun’-campagne van INEOS inspireert een gezondere generatie in het klaslokaal.

    De campagne om kinderen weer aan het lopen te krijgen, werd in de zomer van 2013 gelanceerd en is een klinkend succes geworden. Maar INEOS gelooft dat het nog meer kan doen om kinderen aan te moedigen een gezond en actief leven te leiden.

    Het team wil nu vooral scholen ondersteunen, aanvankelijk in het Verenigd Koninkrijk, door het belang van een goede conditie en de juiste voeding te promoten.

    De scholen krijgen onder meer video’s en activiteiten aangeboden die tijdens de les kunnen worden ingezet. Leerkrachten worden ook aangemoedigd om loopclubs op te zetten in de school. Leerlingen krijgen de kans om ambassadeurs te worden en de campagne zo op school te promoten.

    Het Go Run For Fun-team blijft gratis evenementen organiseren in het Verenigd Koninkrijk – minder vaak, maar groter opgezet.

    “We willen dat de boodschap lange tijd blijft hangen,” zei Ursula Heath, communicatiemedewerker voor de groep.

    Go Run For Fun werd opgericht door INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe, naar aanleiding van de groeiende obesitascrisis bij kinderen.

    De Wereldgezondheidsorganisatie beschouwt dit als een van de grootste uitdagingen van de 21ste eeuw. In het VK alleen al heeft bijna een vijfde van de vier- tot vijfjarigen te kampen met overgewicht.

    Sinds het eerste evenement hebben meer dan 190.000 kinderen van 5 tot 10 jaar deelgenomen aan de evenementen in het VK, Frankrijk, Duitsland, België, Noorwegen, Italië, Zwitserland en Houston, VS.

    “En we groeien nog steeds,” zei Ursula. Vorig jaar organiseerde het team 40 evenementen in het VK.

    Dit jaar staan slechts enkele evenementen op het programma. “Maar ze zullen nog groter zijn,” zei Ursula.

    De evenementen op het Europese vasteland en in Amerika gaan gewoon door zoals voorheen

    2 minuten gelezen Nummer 12
  • shutterstock_606639425 x.jpg

    INEOS GAAT MEE DE STRIJD AAN TEGEN PLASTICVERVUILING

    Kunststoffen bieden heel wat voordelen voor de bouw-, zorg-, auto- en verpakkingsindustrie, maar er gaan stemmen op dat ingrijpende veranderingen nodig zijn om de zee niet te laten verdrinken in plasticafval.

    INEOS ondersteunt officieel een internationaal initiatief om de stroom plasticafval in de oceanen en rivieren van deze planeet een halt toe te roepen.

    Voorzitter en stichter Jim Ratcliffe zetten zijn handtekening onder Operation Clean Sweep® van de wereldwijde kunststoffenindustrie en beloofde plechtig alles te doen wat hij kan.

    De beslissing om te ondertekenen werd genomen toen het VN-milieuprogramma bekendmaakte dat er jaarlijks ongeveer acht miljoen ton plastic in zee belandt.

    “Tenzij nu wereldwijd actie wordt ondernomen, zullen onze oceanen gevuld zijn met overblijfselen van de menselijke consumptie,” zei een woordvoerder in een recent rapport.

    “Dit zijn echt alarmerende statistieken. Cijfers zoals deze blijven hangen, zeker bij politici, ngo’s, milieugroeperingen en het grote publiek,” zei dr. Jason Leadbitter, Sustainability & Corporate Social Responsibility Manager bij INOVYN.

    In het kader van zijn ambitieuze campagne wil het VN-milieuprogramma de komende vijf jaar $ 6 miljoen investeren opdat niemand het probleem nog zal kunnen negeren.

    Jason werkt bij een van ‘s werelds grootste plasticproducenten is, zij het in pellet- of poedervorm, maar hij zegt dat INEOS zich hier al jaren bewust van is en probeert het probleem aan te pakken.

    “We hebben al tal van procedures om ervoor te zorgen dat onze sites en processen zorgvuldig worden beheerd, en om te voorkomen dat plasticpoeder en -pellets verloren gaan,” zei hij. “Zo gebruiken we overal absorptiepakketten en zorgen we altijd voor degelijk beheer om lekken te voorkomen.”

    Een van de kernbeloften van Operation Clean Sweep® is dat het INEOS-personeel extra training en verantwoordelijkheid krijgt, en dat er regelmatig audits zullen worden uitgevoerd.

    “We moeten positieve actie ondernemen, omdat we hier in de komende jaren op beoordeeld zullen worden,” zei hij. “Het is ook in ons eigen belang omdat dergelijke verliezen, hoe klein ook, een economische waarde hebben voor het bedrijf.”

    Jason herinnert zich hoe hij 10 jaar geleden op een strand in Sardinië zat, toen zijn dochter plastic pellets uit het zand viste en hem vroeg wat dit was.

    “Ik schaamde me bijna om haar te vertellen dat het bedrijf van papa zulke pellets maakt,” zei hij.

    Jason zei dat de sector een weinig rooskleurige toekomst tegemoet gaat als ze er niet in slagen dit probleem aan te pakken.

    “Als we niets doen, dan dreigt plastic langzaam te verdwijnen: sommige ngo’s pleiten er nu al voor bepaalde soorten plastic voor eenmalig gebruik te verbieden,” zei hij.

    “Gelukkig begint Operation Clean Sweep® aan kracht en ook geloofwaardigheid te winnen bij een aantal ngo’s, omdat meer en meer bedrijven de belofte aangaan.”

    Fidra, een Schotse liefdadigheidsorganisatie, schat dat alleen al in Groot-Brittannië jaarlijks zo’n 53 miljard plastic pellets verloren gaan.

    “Als je je kunt voorstellen dat een tanker van 24 ton ongeveer 1,5 miljard pellets bevat, dan kun je de grootte van het probleem begrijpen,” zei Jason.

    Gelukkig wil Fidra met de sector en handelsorganisaties samenwerken, en niet tegen hen.

    “Fidra begrijpt het belang van plastic binnen de samenleving en probeert het probleem collectief aan te pakken,” zei Jason. “Het ziet Operation Clean Sweep® als de sector die zijn verantwoordelijkheid opneemt.”

    Maar plastic pellets zijn slechts een deel van het probleem.

    De kleine plastic bolletjes in sommige douchegels en gelaatsscrubs zijn ontworpen om via riolen weg te spoelen. Maar de deeltjes drijven in het water en kunnen een grote afstand afleggen. Er zijn talrijke campagnes die oproepen om deze microbeads te verbieden, maar ondertussen eten vissen ze op omdat ze denken dat het voedsel is.

    “Persoonlijk vind ik microbeads volledig onhoudbaar,” zei Jason. “De lekkage naar de natuur is onvermijdelijk en ze tasten duidelijk de reputatie van de kunststoffenindustrie aan.”

    De komende vijf jaar plant het VN-milieuprogramma grootse strandschoonmaken over de hele wereld om het probleem onder de aandacht te brengen.

    “Dit is niet alleen een probleem van de industrie, maar van de hele samenleving,” zei Jason.

    ELLEN MACARTHUR WAARSCHUWT VOOR DE STORM AAN DE HORIZON

    DAME Ellen MacArthur, die geschiedenis schreef toen ze in 2005 de snelste solozeiler rond de wereld werd, is een drijvende kracht voor verandering geworden.

    Zij is van mening dat de wereldeconomie fundamenteel tekortschiet en ze gelooft dat mensen van de natuur, waar niets verloren gaat, kunnen leren.

    “Hoe kan onze economie echt op lange termijn blijven draaien, als we daarvoor eindige grondstoffen ontginnen, er iets mee produceren en het vervolgens gewoon weggooien?” zei ze. “We moeten een economie opbouwen waarin we dingen gebruiken en niet verbruiken.”

    In een nieuw rapport, dat in januari gepubliceerd werd door de Ellen MacArthur Foundation en het World Economic Forum, werden de plasticproducenten opgeroepen om betere verpakking te ontwerpen, recyclingcijfers te verhogen en nieuwe modellen te introduceren om verpakking beter te benutten.

    Slechts 14% van de plasticverpakkingen wordt momenteel gerecycleerd. Ellen is van mening dat dit gemakkelijk naar 70% kan stijgen door het o ntwerp te herbekijken.

     

    6 minuten gelezen Nummer 12
  • shutterstock_92222593.jpg

    EEN KLIMAAT VAN VERANDERING

    Tot dusver is de industrie erin geslaagd om de CO2-uitstoot te verminderen door efficiënter met energie om te springen, maar op een bepaald moment zal er meer moeten gebeuren om de opwarming van de aarde tegen te gaan. Daarom is INEOS betrokken bij een project dat de wereld kan veranderen

    INEOS is begonnen met een initiatief dat de wereld zou kunnen veranderen.

    Het is lid geworden van ELEGANCY, een Noors onderzoeksproject om een betere, gemakkelijkere en goedkopere manier te vinden om koolstof op te vangen, het broeikasgas waarvan wordt aangenomen dat het de opwarming van de aarde veroorzaakt.

    Als de EU er dit jaar mee instemt om dit project te financieren, zal INEOS een promovendus van Imperial College in Londen sponsoren om voornamelijk te onderzoeken hoe de Grangemouth-site in Schotland koolstof kan opvangen en opslaan.

    “In de toekomst zal de Britse economie aan veel strengere uitstootnormen moeten voldoen, dus is dit een heel goede samenwerking,” zei professor Nilay Shah, hoofd chemische technologie van de universiteit.

    “We zullen de student een heleboel middelen aanreiken om de analyse uit te voeren en het team in Grangemouth zal hem of haar laten zien wat al dan niet mogelijk is op de site.”

    INEOS, zei hij, is het perfecte bedrijf om mee samen te werken aan een project dat nauw aan het hart van de universiteit ligt.

    “Het is een toekomstgericht bedrijf en heeft een aantal geweldige faciliteiten, niet alleen in Grangemouth, maar ook op het Europese vasteland, en het is zeer geïnteresseerd in wat we proberen te doen rond de opvang van waterstof en koolstof,” zei hij. “Alles wijst erop dat ze sterk openstaan voor deze samenwerking, om uitgedaagd en gepusht te worden om milieuvriendelijk te werken en snel te handelen.”

    Onlangs heeft de universiteit een proefinstallatie gebouwd om beter te begrijpen hoe koolstofopvang werkt.

    “We willen bedrijven als INEOS tonen dat het mogelijk is om in een koolstofarme omgeving te blijven functioneren,” zei hij.

    De industrie heeft tot nu toe de emissies verminderd door energie-efficiëntie, hoewel daar geen wettelijke verplichting toe bestaat.

    Maar professor Shah zei dat bedrijven als INEOS er goed aan doen om meer plannen te maken voor de toekomst voordat de wet wel degelijk verandert.

    “Dit toont niet alleen hun engagement om hun CO2-voetafdruk te verminderen, maar ook dat ze erkennen dat ze een maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben,” zei hij.

    Professor Shah zei dat de beslissing van INEOS om nauw samen te werken met een promovendus ook verfrissend was, omdat het bedrijf wist dat de student misschien moeilijke vragen zou kunnen stellen en knelpunten binnen het bedrijf kan blootleggen.

    “De student kan wellicht manieren vinden om de dingen beter te doen, dus moeten de mensen aan de andere kant zich op hun gemak voelen om open te zijn over wat ze doen,” zei hij. “Deze samenwerking toont ons dat INEOS sterk inzet op schone productie.”

    Regeringen zijn van mening dat de opvang en opslag van koolstof deel uitmaakt van een groenere economie.

    Maar in sommige opzichten is de sector sceptisch. Er wordt gezegd dat de technologie momenteel niet alleen te duur is om te bouwen en te exploiteren, maar dat niemand echt heeft nagedacht over hoe ongewenst gas zou kunnen worden gedistribueerd aan wie het nodig heeft of zou willen.

    INEOS, dat koolstofdioxide produceert als een bijproduct van zijn processen, zegt dat de promovendus het grootste deel van zijn tijd in Grangemouth en de kraakinstallaties in Rafnes, Noorwegen en Keulen zal doorbrengen.

    “Dat is wat INEOS aantrok,” zei Colin Pritchard, Energy and Business Manager in Grangemouth. “Dit wordt geen zuiver academische oefening. De oplossingen moeten kunnen worden toegepast in de industrie.”

    De student zal zelf kunnen beoordelen hoe goed zijn ideeën in de werkelijkheid zouden werken.

    INEOS raakte betrokken bij het project via het O&O-netwerk van Greet Van Eetvelde, via professor Mazzotti van de ETHZ-hogeschool in Zürich en professor Shah, die beide partners van ELEGANCY zijn. Als het doorgaat, zal INEOS in juli de voor- en nadelen van koolstofopvang en -opslag onderzoeken in het kader van het consortium van zorgvuldig geselecteerde industriële partners en academische instituten binnen Europa.

    “Het is een groot project dat misschien wel de wereld kan veranderen, maar zelfs een bedrijf zo groot als INEOS moet samenwerken met partners om dit mogelijk te maken, want de uitdagingen gaan dieper dan alleen technologie,” zei Colin, die ervoor moet zorgen dat de Grangemouth-fabriek wordt voorzien van voldoende stoom en energie.

    Greet, die het overkoepelende INEOS Carbon & Energy Network voorzit, stuurt verschillende O&O-projecten aan in de INEOS-bedrijven. Haar doel is om oplossingen voor de industrie te begrijpen en mogelijk te maken, om ons zo op weg te zetten naar een koolstofarme economie.

    “Door onze industriële ervaring en operationele kennis hopen we te kunnen helpen die toekomst mee op te bouwen,” zei ze.

     

    4 minuten gelezen Nummer 12
  • siriwo9x4493-x.jpg

    INEOS VERSTERKT ZIJN NOORDZEEPROFIEL

    In minder dan twee jaar tijd is INEOS een belangrijke speler geworden in de sector van Noordzeeolie en -gas. Maar voor wie INEOS kent, is dat geen verrassing

    INEOS koopt de volledige olie- en gasactiva in de Noordzee van een Deens bedrijf voor meer dan $ 1 miljard.

    DONG Energy zei dat het zich wou focussen op duurzame energiebronnen, met name windparken.

    “We hebben hard gewerkt om het best mogelijke resultaat te behalen. En daar zijn we in geslaagd: door het bedrijf in zijn geheel te verkopen is de ontwikkeling ervan op de lange termijn verzekerd,” zei Henrik Poulsen, CEO van DONG Energy.

    Voor INEOS is de acquisitie van een portfolio van goed beheerde, langlopende activa met een zeer succesvol en ervaren team een perfecte match, terwijl de groep haar Upstream-business blijft uitbreiden.

    “Deze business is heel belangrijk voor ons in dit stadium van onze groeiplannen, en we zijn opgetogen over de expertise die we hiermee aan boord krijgen,” zei INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe.

    “We zien al heel wat kansen binnen dit indrukwekkende portfolio.”

    Door de aankoop van de volledige DONG Oil & Gas Business staat INEOS nu in de top tien grootste bedrijven die in de Noordzee actief zijn, en wordt het het grootste particuliere exploitatie- en productiebedrijf in dit energiegebied.

    De deal omvat ook Ormen Lange, het tweede grootste gasveld in Noorse wateren, Laggan-Tormore, een nieuw gasveld ten westen van Shetland, en olie- en gashubs in Denemarken.

    Het bedrijf produceert momenteel ongeveer 100.000 vaten olie-equivalent per dag, waarvan ongeveer 70% van Noorse velden komt.

    Maar INEOS Upstream gelooft dat het meer kan doen.

    “We denken dat we deze business veel te bieden hebben,” zei Jim.

    INEOS heeft zich al bewezen op het gebied van complexe activa die de economische terugwinning van koolwaterstoffen maximaliseren.

    Het Upstream-bedrijf werd opgericht in oktober 2015, toen het alle gasvelden van de DEA-groep in de Britse Noordzeegebieden kocht. Enkele dagen later verkocht Fairfield Energy Holdings Ltd zijn 25% van het Clipper South-platform aan INEOS.

    Recenter tekende INEOS om het 380 kilometer lange en strategisch belangrijke Forties-pijpleidingsysteem voor $ 250 miljoen van BP te kopen.

    Behoudens goedkeuring door regelgevende instanties worden de 440 DONG- en FPS-personeelsleden medewerkers van INEOS.

    3 minuten gelezen Nummer 12
  • iStock-538866188-x.jpg

    OPKOMST VAN SCHALIEGAS LEIDT TOT MEER JOBS

    EEN TOEKOMSTGERICHTE gemeenschap heeft geholpen om een snelgroeiend, dynamisch Amerikaans bedrijf te overtuigen miljoenen te investeren in een nieuwe fabriek in hun stad.

    Toen ze hoorden dat WL Plastics een nieuwe fabriek wilde openen om polyethyleenpijpleidingen te vervaardigen ter ondersteuning van infrastructuur (water, leidingen, riolering, afvoering) en de Amerikaanse schaliegasindustrie, omarmden ze de plannen van het bedrijf en hielpen om het project sneller te realiseren.

    Toen de gemeenschap zich achter het project schaarde, stelden gemeenschapsleiders en politici een pakket stimuleringsmaatregelen ter waarde van $ 2,9 miljoen samen om het bedrijf aan te moedigen zijn fabriek in het Amerikaanse Statesboro, Georgia te bouwen.

    De Development Authority van Bulloch County, het district en de staat beloofden om 12 hectare grond te geven voor de fabriek en een spoorweg naar de nieuwe locatie aan te leggen.

    In ruil daarvoor vroegen ze onder meer de creatie van 50 goedbetaalde banen voor mensen die uiteindelijk voor de fabriek zouden werken, evenals een verbintenis om de grondstoffen en diensten voor de productie lokaal aan te kopen.

    De maatregelen hebben gewerkt. De fabriek werd gebouwd en de productie startte in januari dit jaar. “Dit is een echte win-win voor iedereen,” zei Dennis Seith, CEO van INEOS O&P USA, dat WL Plastics eind vorig jaar kocht.

    WL Plastics was volop bezig met de bouw van zijn zevende productiesite in Statesboro toen INEOS het volledige bedrijf in november kocht.

    De fabriek vervaardigt pijpleidingen van hogedichtheidpolyethyleen (HDPE), die nodig zijn voor de ontwikkeling van infrastructuur en om water naar en van frackingsites in de VS te vervoeren.

    “Dit is een uitstekend voorbeeld van de investering die volgt op de schaliegas- en infrastructuurontwikkeling,” zei INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe die miljoenen heeft geïnvesteerd om de schaliegasindustrie in het VK te lanceren. Pijpleidingen die van HDPE zijn gemaakt, lekken of roesten niet.

    En hebben, indien goed ontworpen en geïnstalleerd, 100 jaar lang geen onderhoud nodig. Daarom zijn ze veelgevraagd door de olie- en gasproducenten.

    Tijdens de officiële opening van de nieuwe fabriek vorige maand prees Benjy Thompson, woordvoerder van de Development Authority van Bulloch County de investering van $ 13 miljoen door INEOS-bedrijf WL Plastics.

    “Dit type project voegt diversiteit toe aan een industriële basis,” zei hij. “In plaats van een of twee grote industriële werkgevers hebben we een aantal middelgrote tot kleine producenten. En dat is goed voor de algemene gezondheid van onze economie.”

    En daar ging Dennis mee akkoord. “Ik geloof dat dit het verhaal is achter schaliegas. Nieuwe banen die voortkomen uit de ontwikkeling van goedkope energie. En elke grote samenleving, elke gemeenschap heeft dit type productiejobs nodig om te overleven.”

    4 minuten gelezen Nummer 12
  • STEP-Ahead---Kendra-Carter-compressor (1).jpg

    Kendra in de spotlight

    EEN van de meest inspirerende vrouwelijke managers van INEOS wordt volgende maand in de bloemetjes gezet.

    Kendra Carter, Olefins Business Manager bij INEOS O&P USA, zal een Women in Manufacturing STEP Ahead Award ontvangen ter erkenning van haar voorbeeldige leiderschap.

    Elk jaar selecteert het Manufacturing Institute 100 vrouwen die een verschil hebben gemaakt in hun vakgebied.

    Kendra’s baas Dennis Seith is in de wolken met deze erkenning.

    “Kendra is uitgegroeid tot een van onze grote leiders die een grote impact heeft door het goede voorbeeld dat ze geeft met haar manier van coachen en leiden,” zei hij. “En ze is een van de redenen waarom ons bedrijf in de VS een toppresteerder is binnen de INEOS-groep.”

    Onder leiding van Kendra is het olefinenbedrijf 300% gegroeid. Ze zette haar schouders onder projecten die niet alleen de productie hebben verhoogd, maar ook de impact van het bedrijf op het milieu hebben verminderd.

    “Wat we doen, verbetert de levenskwaliteit van mensen over de hele wereld en dat is echt inspirerend,” zei ze. “De producten die we vervaardigen, raken mensen via hun kleding, huisvesting, voeding en transport.”

    Het Manufacturing Institute hoopt dat vrouwen zoals Kendra zullen helpen om de volgende generatie vrouwen te inspireren tot carrières in de productie.

    1 minuut gelezen Nummer 12
  • INOVYN AWARDS 2017 (v1.2).jpg

    INOVYN beloont visionaire bedrijven

    INNOVATIEVE bedrijven die INOVYN’s visie van voortdurende productieverbetering en duurzame ontwikkeling delen, lieten eind vorig jaar zien wat de industrie te bieden heeft.

    En de beste bedrijven ontvingen alle lof. De allereerste INOVYN Awards voor innovatie met vinylproducten waren een succes.

    “Pvc wordt vaak beschouwd als een volwassen product, maar de innovatie staat in onze sector nooit stil,” zei Chris Tane, CEO van INOVYN, Europa’s toonaangevende vinylproducent. “Innovatie is de hartslag van onze industrie.”

    Pvc mag dan al bestaan sinds de jaren 30, er wordt nog voortdurend ontwikkeld om de veranderende wereld bij te blijven. Tijdens het laatste decennium alleen al werden zo’n 70.000 pvc-gerelateerde patenten geregistreerd en dat aantal gaat elk jaar in stijgende lijn.

    INOVYN heeft fabrikanten, distributeurs, architecten, ontwerpers, studenten, academici en onderzoeksorganisaties van over de hele wereld uitgenodigd om tijdens dit eerste evenement mee te dingen naar de prijzen.

    De reacties waren overweldigend. In totaal dienden organisaties uit 17 landen over de vijf continenten 72 projecten in rond innovatie, duurzaamheid en industrieel ontwerp.

    “Het niveau en de kwaliteit hebben duidelijk aangetoond dat onze sector nog steeds bruist van innovatie,” zei Chris.

    Na een moeilijke deliberatie door de vijf onafhankelijke juryleden won Chemson Pacific Pty Ltd uit Australië de prijs voor innovatie met zijn 3D-vinyl voor geavanceerd industrieel 3D-printen.

    “Het was een hele eer om door INOVYN erkend te worden voor onze bijdrage aan pvc,” zei Greg Harrison, algemeen directeur van Chemson.

    Het Britse Axion Consulting won de duurzaamheidsprijs voor een recyclagesysteem van pvc, voor gebruik in de gezondheidszorgsector.

    En het Zweedse bedrijf Bolon AB won in de categorie industrieel ontwerp voor zijn interactieve ontwerptool, waarmee mensen hun eigen geweven vinylvloerbekleding kunnen ontwerpen.

    Chris zei dat de wereldwijde vinylindustrie zich sterk bewust is van de nood aan duurzame producten.

    “Het is van doorslaggevend belang voor het toekomstige succes van de sector,” zei hij.

    De volgende prijsuitreiking wordt in 2019 gehouden.

    2 minuten gelezen Nummer 12
  • OXOCHIMIE-LAVERA-PLANT-PHOTO-(2)-min.jpg

    INEOS OXIDE KOCHT HET OXO-ALCOHOLBEDRIJF VAN ARKEMA

    De overname was onder voorbehoud van goedkeuring van de Europese Commissie, die vorige maand werd gegeven.

    CEO Graham Beesley beschreef de verkoop van oxo-alcoholen, die voornamelijk worden gebruikt voor de productie van acrylester, dieseladditieven, verven en smeermiddelen, als een kernactiviteit voor INEOS Oxide.

    Door de deal verkrijgt INEOS ook het volledige eigendom over Oxochimie, de 50:50 joint venture met de Franse chemiegroep.

    Oxochimie heeft een site in Lavéra, waar het butanol en 2-ethylhexanol produceert.

    “We kijken uit naar de integratie van de Oxochimie joint venture en de groei van onze wereldwijde aanwezigheid in oxo-alcoholen, aldehyden en derivaten,” zei Graham.

    1 minuut gelezen Nummer 12
  • INEOS5466.jpg

    Grangemouth houdt opties open

    INEOS O&P UK is in gesprek met verschillende bedrijven die geïnteresseerd zijn om te verhuizen naar Grangemouth - de thuisbasis van het nieuwe INEOS-hoofdkantoor van £20 miljoen dat onlangs een architectuurprijs heeft gewonnen.  

    De business development manager van de site, Ian Little, zei dat er nog geen overeenkomsten werden ondertekend, maar dat hij alle vertrouwen had in de vernieuwde aantrekkingskracht van de site na de baanbrekende beslissing van INEOS om ethaan uit de VS naar de Schotse haven te verschepen.

    “Het is nog maar het prille begin,” zei hij. “We hebben de eerste besprekingen met een klein aantal chemische productiebedrijven afgerond.”

    De INEOS-visie voor de site in Grangemouth is dat ze in 2020 een toonaangevende wereldwijde hub voor chemische productie en een expertisecentrum zal zijn.

    Het nieuwe hoofdkantoor helpt zeker om zelfvertrouwen te projecteren.

    In maart dit jaar werd dit nieuwe vertrouwen gevoeld toen het gebouw van vier verdiepingen, ontworpen door een toonaangevend Schots architectenbureau, een prijs wegkaapte tijdens de vierde jaarlijkse Scottish Property Awards in Edinburgh.

    “Voor ons symboliseert het gebouw onze voortdurende inzet om van Grangemouth een productiesite van wereldklasse te maken,” zei John McNally, CEO van INEOS Olefins & Polymers UK.

    De nieuwe kantoren, waar de 450 personeelsleden van INEOS Olefins & Polymers nu voor het eerst samenwerken sinds INEOS de site in 2005 van BP kocht, zijn slechts een onderdeel van de £ 450 miljoen die INEOS in de 690 hectare grote site in Grangemouth investeert.

    De ladingen schaliegas die eind vorig jaar in Grangemouth begonnen aan te komen, hebben nieuw leven in de site geblazen en hebben een hergeboorte binnen de petrochemische productie teweeggebracht.

    2 minuten gelezen Nummer 12
  • P06 Why shale gas....jpg

    WAAROM SCHALIEGAS UIT DE VS NOG ALTIJD EEN GOED IDEE IS MET EEN OLIEPRIJS VAN 30 DOLLAR

    De instorting van de olieprijzen vormt geen probleem voor INEOS dat net 2 miljard dollar heeft geïnvesteerd om Amerikaans schaliegas naar Europa te vervoeren.

    Tom Crotty, de Group Communications Director van INEOS, zegt dat buitenstaanders vragen hadden gehad over de levensvatbaarheid van de invoer van Amerikaans gas op een moment dat de olieprijzen zo laag stonden.

    Maar hij verklaart dat het geen belang heeft, omdat INEOS zowel gas- als oliekrakers bezit.

    “Voor ons hebben de veel lagere olieprijzen helemaal geen invloed op de levensvatbaarheid van de invoer van dat gas vanuit Amerika”, zegt hij. “Integendeel: het verbetert de rendabiliteit van onze krakers die op olie zijn gebaseerd.”

    Tom zegt dat er verkeerde informatie werd verspreid.

    “Sommigen beweerden dat ondernemingen als INEOS wel gek moesten zijn om ethaan uit de VS in te voeren op een moment dat de olieprijzen zo laag waren, maar zij begrijpen het niet”, zo zegt hij. “Als je een gaskraker hebt, kun je geen nafta gebruiken. Dan moet je gas gebruiken. Het is dus geen kwestie van gas of nafta. Het gaat om gas of gas.”

    De beschikbaarheid van goedkoop ethaan, een aardgas dat afgeleid wordt uit schaliegas, heeft nieuw leven geblazen in de Amerikaanse chemische industrie. Het gaf deze industrie een voordeel op de concurrentie over de hele wereld die gebruikmaakt van nafta, een duurdere grondstof op basis van olie.

    Maar door de instorting van de olieprijzen is dit voordeel kleiner geworden.

    “De Europese petrochemische industrie heeft het heel, heel goed gedaan dankzij de lage olieprijzen, omdat de prijs van nafta de dieperik inging”, zo zegt Tom. “De marges zijn dus in grote mate teruggekeerd bij de naftakrakers. Als je zoals wij beide soorten krakers hebt, dan heb je alle redenen om heel blij te zijn.”

    INEOS gebruikt ethaangas voor zijn krakers in Noorwegen en Grangemouth en zegt dat het nog altijd goedkoper is om gas in te voeren uit de VS dan het in te kopen in Europa.

    “De andere kwestie is dat we geen gas kunnen krijgen in Europa”, aldus Tom. “De voorbije drie jaar draaide onze kraker in Grangemouth op een output van 40 % omdat we geen ethaan hebben. De ethaanvoorraad in de Noordzee slinkt fel. Dus is de keuze snel gemaakt. Je moet een kraker draaiende houden of niet.”

    STILGELEGDE INSTALLATIE OPNIEUW OPEN

    Een productie-installatie op de INEOS-site in Grangemouth zal acht jaar nadat ze werd stilgelegd opnieuw worden geopend.

    De fabriek heeft met succes de strenge proeven voor de heringebruikname doorstaan om klaar te zijn voor de komst van Amerikaans ethaan uit schaliegas.

    INEOS kondigde het nieuws aan kort nadat de eerste lading van Amerikaans schaliegas was aangekomen in zijn naburige gaskraker in het Noorse Rafnes. De eerste leveringen worden in de herfst in Grangemouth verwacht.

    “We zijn nu helemaal klaar om de fabriek van Grangemouth eindelijk op volle capaciteit te gebruiken”, zegt Gordon Milne, Operations Director in INEOS Grangemouth.

    INEOS moest in 2008 de tweede productie-installatie in de KG-ethyleenkraker wel sluiten, omdat die niet meer op volle capaciteit kon draaien.

    De komst van Amerikaans ethaan verandert alles.

    “Als het gas uiteindelijk hier is, wordt deze fabriek een van de voornaamste petrochemische fabrieken in Europa”, zegt Gordon.

    Het Amerikaanse vloeibare gas zal worden opgeslagen in een speciaal gebouwde ethaantank – de grootste in Europa – en zal de dalende leveringen van Noordzeegas compenseren.

     

    5 minuten gelezen Nummer 10
  • P08 who dares wins.jpg

    WIE WAAGT, DIE WINT

    De wereld is net getuige geweest van een echt belangrijk moment in de geschiedenis van de petrochemie.

    Deze leveringen van vloeibaar ethaan dat uiteindelijk in maart aan wal kwam in het Noorse Rafnes, zal nieuw leven inblazen in de Europese activiteiten van INEOS.

    Maar vergeet alle jaren, de vele miljoenen manuren en de 5000 arbeiders die nodig waren om de eerste twee ‘Dragon ships’ te bouwen die deze kostbare lading vervoeren. Want deze schepen vormen maar een onderdeel van dit ongelooflijk inspirerende verhaal met een internationale dimensie en een adembenemende visie.

    Het is ook het verhaal dat veel mensen aan beide zijden van de Atlantische Oceaan afdeden als pure fantasie.

    “Het was nog nooit uitgevoerd en velen zeiden dat het onmogelijk was”, zegt Chad Stephens, Senior Vice President of Corporate Development van Range Resources dat aan INEOS het gas levert dat het nodig heeft.

    De komst van deze meest toonaangevende vaartuigen ter wereld die in China werden gebouwd, luidt een nieuw tijdperk in het vervoer van ethaangas in.

    “We zijn niet vaak getuige van revolutionaire momenten in onze industrie, maar dit is er zeker een van”, zegt Peter Clarkson, hoofd van Investor Relations bij INEOS.

    Dit ethaan met een competitieve prijs zal een verbluffend verschil maken voor de Europese petrochemische activiteiten van INEOS, zowel op het vlak van energie als op dat van de grondstoffen. INEOS zal het gebruiken om zijn fabrieken aan te drijven en het daarbij omzetten in ethyleen, een van de belangrijkste petrochemische producten ter wereld.

    “Door Amerikaans ethaangas te verschepen naar Europa zijn we voor de komende jaren verzekerd van onze petrochemische activa in Europa”, zegt John McNally, CEO van INEOS Olefins & Polymers UK.

    Het verhaal begint echter zes jaar terug toen INEOS het ondenkbare durfde te denken. In 2010 wankelde Europa door de gevolgen van de financiële crisis. De energieprijzen waren hoger dan ooit en de voorraden Noordzeegas slonken. In Amerika was een revolutie aan de gang. Schaliegas had gezorgd voor lage energie- en grondstoffenprijzen en dat had nieuw leven in de productie-industrie geblazen. Maar Amerika had een probleem. Het had zoveel ethaan dat het niet wist wat ermee aan te vangen.

    In de kantoren van INEOS in het Zwitserse Rolle ontstond een plan: een virtuele, trans-Atlantische pijplijn maken om het gas te vervoeren dat het dringend nodig had om de toekomst van zijn Europese krakers veilig te stellen.

    Maar hoe zou INEOS dat doen?

    Niemand had ooit iets op deze schaal geprobeerd.

    Er was geen enkele manier om het gas uit de schaliegasbronnen in het zuidwesten van Pennsylvania te brengen naar Philadelphia aan de Oostkust van de VS dat 460 kilometer verderop lag.

    Er was geen uitvoerinfrastructuur in de VS en niemand had ooit eerder geprobeerd om dergelijke grote hoeveelheden ethaangas per schip te vervoeren.

    Maar voor Jim Ratcliffe, de voorzitter van INEOS, deed dat er niet toe.

    “Mensen zeiden dat we het niet konden”, zegt hij. “Maar bij INEOS hebben we er altijd in geloofd dat alles mogelijk is.”

    INEOS zette zijn ambitieuze plannen voort en stelde een team van internationale partners op drie continenten samen, terwijl anderen bij de pakken bleven zitten en een afwachtende houding aannamen.

    “De technologie bestond nog niet, dus moesten we die zelf maken”, zegt Andy Currie, Director bij INEOS.

    David Thompson, Chief Operating Officer van INEOS Trading & Shipping, kreeg de opdracht om het project te leiden.

    “Het is gewoon een van de grootste technische projecten ter wereld geweest”, zegt hij. “Wij zijn pioniers op dit vlak. We zijn betrokken geweest bij de pijpleidingen, de fractionering, de terminals, de infrastructuur en de schepen. We moesten het allemaal doen.” Dat gedurfde, vernieuwende plan is nu werkelijkheid geworden.

    Om dit te doen sloot INEOS 15-jarige overeenkomsten met ethaanleveranciers, waaronder Range Resources, om het gas te leveren, met MarkWest om het gas te verwerken en met Sunoco om het via een pijpleiding honderden kilometers te vervoeren naar het Marcus Hook Industrial Complex. Daar wordt het gas afgekoeld tot -95 °C voor het naar Noorwegen en later dit jaar naar het Schotse Grangemouth wordt verscheept.

    Bij geen van de betrokkenen was er sprake van twijfel. Dit was geen probleem. Dit was een kans. Een kans om de toekomst van de activiteiten in Europa veilig te stellen en nieuw leven te blazen in de ooit zo bloeiende gemeenschappen in Amerika.

    In Amerika werd begonnen aan het ombouwen van een vroegere pijpleiding voor olieproducten. Daarmee zou het ethaan voor het grootste deel van het traject worden vervoerd van de Marcellus Shale naar Marcus Hook, een ooit bruisende olie- en gasraffinaderij die in 2011 gesloten werd.

    Sunoco, die nog altijd de eigenaar was van de roestende raffinaderij, begon miljarden dollars te pompen in de conversie ervan tot een centrum voor chemische productie, gasopslag en distributie van wereldklasse. Daar kon de vloot van ‘Dragonschepen’ van INEOS dan hun vracht laden. Op andere plekken werd 75 kilometer nieuwe leidingen aangelegd en er werd een nieuw pompstation geïnstalleerd.

    In Europa ging INEOS een partnerschap aan met de grote Deense vervoerder Evergas om schepen te ontwerpen die opgewassen waren tegen zo’n enorme taak.

    “Het was een gigantische taak, maar Evergas begreep misschien beter dan wie ook wat nodig was om ethaan te vervoeren in de hoeveelheden die INEOS wou over de vereiste afstand”, zegt Chad.

    En Evergas begreep dat maar al te goed.

    “Er bestaan ethaanschepen”, zo zegt CEO Steffen Jacobsen. “Maar samen met zijn belanghebbenden creëerde Evergas de grootste en meest verfijnde ethaangastankers die er bestaan. Die ambitieuze visie van INEOS en Evergas maakt dit scheepsproject mogelijk.”

    In het Duitse Hamburg werkte HSVA aan een verbeterde romp die aan de speciale behoeften voldeed om ethaan te kunnen transporteren. Het Finse Wärtsilä vond motoren uit die volledig konden werken op ethaan: daardoor was er niet alleen meer ruimte voor de lading, maar dit beperkte ook de uitstoot van schadelijke stoffen.

    Zodra de ontwerpen klaar waren, kreeg Sinopacific Offshore and Engineering, een van de grootste scheepsbouwers ter wereld, het laatste stukje van de puzzel. Het moest de schepen bouwen.

    Terwijl in China de werkzaamheden begonnen, begon TGE Gas Engineering, een van ‘s werelds grootste aannemers voor de technische uitvoering en het projectbeheer van gasopslag, met het bouwen van nog een ethaanopslagtank en ethaaninfrastructuur op de site van INEOS in Rafnes. Daarmee kon het ethaan invoeren uit de Noord-Amerikaanse schaliegasvelden.

    Er werd ook begonnen met de bouw van nieuwe verschepings- en opslaginfrastructuur om de invoer van ethaan in de fabriek van INEOS in Grangemouth te verwerken.

    Na maanden van onzekerheid was het vooruitzicht op een schitterende nieuwe toekomst bij het personeel van Grangemouth voelbaar. Enkele maanden eerder was die verlieslatende petrochemische fabriek bedreigd met sluiting: na een bitter arbeidsconflict verwierp het personeel in een eerste fase het overlevingsplan van de onderneming.

    Het personeel herzag echter zijn mening en dat maakte de weg vrij voor grote investeringen en een leninggarantie van 230 miljoen van de Britse regering. Daarmee kon INEOS de fondsen bij elkaar brengen die nodig waren om een van de grootste ethaanopslagtanks in Europa te bouwen. Zodra die klaar is, zal de ethyleenkraker de productie kunnen verdubbelen.

    Het is een gigantische opdracht geweest. Maar toen Jim op de brug van het eerste ‘Dragonship’ stond dat de gepaste naam ‘INEOS Ingenuity’ had gekregen, kon hij zijn tevredenheid niet verbergen.

    “Het is geweldig als je plan gerealiseerd wordt”, zegt hij. “En het vult je met heel veel trots als je iets hebt verwezenlijkt wat nog nooit eerder iemand heeft gedaan.”

    8 minuten gelezen Nummer 10
  • P10 A world first.jpg

    EEN WERELDPRIMEUR VOOR INEOS

    De noordelijke Atlantische Oceaan is geen plek voor watjes.

    Het is een potentieel gevaarlijke omgeving voor elk schip, en vooral voor een schip dat vloeibaar ethaan vervoert.

    INEOS weet dat en daarom deed het een beroep op Evergas, een wereldleider in het vervoer van gas.

    De opdracht van INEOS was op het eerste gezicht heel eenvoudig. Het had een schip nodig dat grote hoeveelheden vloeibaar ethaangas op -90 °C kon transporteren over een afstand van meer dan 1600 kilometer, in een diepe, koude oceaan die geplaagd wordt door ijsbergen, dichte mist, golven van 15 meter hoog en hevige stormen. En dat schip moest dat dan ook nog eens doen op een efficiëntere manier dan ooit eerder gedaan was.

    Het antwoord was allesbehalve eenvoudig. Maar het resultaat was de grootste, meest flexibele, milieuvriendelijkste multigastanker die ooit is gebouwd.

    “In de hele wereld bestaat er geen schip zoals dit”, zegt Hans Weverbergh, Operations Manager van de Deense scheepvaartonderneming Evergas. “Er waren geen schepen met druktanken die deze hoeveelheid ethaan konden vervoeren. Het was iets wat nog nooit eerder was gedaan.”

    Al decennia lang wordt vloeibaar aardgas over de hele wereld getransporteerd. Ethaan is echter iets helemaal anders. Dat werd tot nu toe alleen maar verscheept in kleine vaartuigen over een kleine afstand. Om de Atlantische Oceaan over te steken waren veel grotere schepen nodig. Andere bedrijven hadden het idee dat het gewoon niet levensvatbaar was. Maar INEOS zag er een kans in en had de visie om het uit te voeren.

    “Deze vaartuigen zijn echt uniek”, zegt Steffen Jacobsen, CEO van Evergas, die al 35 jaar in de scheepvaartindustrie werkt. “Niemand heeft ooit eerder geprobeerd ethaan in die hoeveelheden en over die afstand te verschepen. Om dit te doen moesten we een volledig nieuwe manier van handelen uitvinden.”

    INEOS wou dat de ‘Dragonships’ konden worden aangedreven door de lading die ze vervoerden.

    Daarvoor deed het een beroep op de Finse onderneming Wärtsilä dat een nieuwe norm in brandstofflexibiliteit instelde. Het ontwierp dualfuelmotoren die in staat waren om moeiteloos over te schakelen tussen vloeibaar aardgas, ethaan, lichte stookolie of zware stookolie zonder vermogensverlies.

    “Het was een technologische doorbraak”, zegt Timo Koponen, Vice President, Flow and Gas Solutions, Wärtsilä Marine Solutions.

    Als de motoren van INEOS op ethaan draaien, dan is er niet alleen meer ruimte voor de lading.De vaartuigen zullen ook 25 % minder CO2 produceren, 99 % minder zwaveldioxide en voldoen aan de reglementering van Tier III van de International Maritime Organisation.

    Elk schip is ook uitgerust met twee motoren die ervoor zorgen dat de lading alles kan doorstaan.

    De schepen zijn de grootste in hun soort die ooit zijn ontworpen. Om het voor leken begrijpelijk te maken: elk schip heeft de lengte van twee voetbalvelden en als je de opslagtanks weghaalt, is er ruimte voor 5.750 Mini Coopers.

    De tanks liggen in de romp van elk vaartuig en kunnen elk de hoeveelheid van 11 zwembaden in vloeibaar ethaan opslaan.

    HSVA, de Duitse specialisten in het ontwerpen van rompen, zorgde voor een maximale efficiëntie van deze reusachtige vaartuigen en voerden met schaalmodellen van de schepen tests uit in realistische omstandigheden.

    Sinopacific Offshore and Engineering, een van de grootste scheepsbouwers ter wereld, bouwde de eerste twee schepen in een droogdok in Qidong, nabij Sjanghai.

    “SOE is een van de weinige bedrijven die de vaardigheden en bouwinfrastructuur hadden om de taak van het bouwen van deze enorm complexe vaartuigen op zich te nemen”, zegt CEO/Voorzitter Simon Liang.

    “Toen ik die eerste twee schepen echt neus aan neus zag staan in het dok, dacht ik: ‘Deze kerels weten echt waar ze mee bezig zijn’”, zegt Chad Stephens, Senior Vice President of Corporate Development van Range Resources, die uitgenodigd was voor de doopplechtigheid van de schepen.

    Het was ook een groot moment voor Evergas.

    “Ik voelde me trots op alle mensen die er intern en extern aan hadden meegewerkt, alle mensen die deze vaartuigen tot leven hadden gewekt”, zegt Steffen.

    De doopplechtigheid was nog een mijlpaal in het wereldwijde project van INEOS van 2 miljard dollar om schaliegas van de VS te transporteren naar zijn productiefaciliteiten in Noorwegen en Schotland.

    INEOS is de eerste onderneming ter wereld die kiest voor het verschepen van ethaan dat afgeleid is van schaliegas uit Amerika, waar het gas heeft geleid tot een heropleving van de productie.

    6 minuten gelezen Nummer 10
  • P12 the gift.jpg

    EEN GESCHENK WAAR JE NIET GENOEG VAN KRIJGT

    Niemand had kunnen voorspellen hoe de vastberadenheid van één man de loop van de geschiedenis zou kunnen veranderen.

    Maar de rimpeleffecten van het werk van ingenieur Nick Steinsberger in het schaliegasveld van Barnett, waar hij 20 jaar terug eindelijk de perfecte vloeistofmix ontdekte om gas te halen uit de schalie die 3 kilometer onder de grond zat, worden ook vandaag nog gevoeld. Niet alleen in Amerika, maar over de hele wereld.

    “Ik vind niet dat alleen ik er aanspraak op kan maken en oorspronkelijk had ik nooit gedacht dat dit zou gebeuren”, zo zegt hij aan INCH magazine vanuit zijn kantoor in Fort Worth, Texas. “Ik deed toen alleen maar mijn best om iets te laten lukken. Na verloop van tijd besefte ik echter het grote belang van wat we hadden bereikt. Het geeft me een goed gevoel dat ik ertoe heb bijgedragen dat de wereld nu over zoveel goedkoop gas kan beschikken.”

    Deze revolutie die beschreven wordt als het opmerkelijkste succesverhaal in de energiesector in de Amerikaanse geschiedenis, heeft tot enorme voordelen in de VS geleid. Voor de petrochemische industrie, een van de grootste gasverbruikers ter wereld. Voor het productieapparaat dat een heropleving heeft gekend. Voor de gemeenschappen die het hardst werden getroffen door de recessie. En wat misschien nog het meest verbaast, voor het milieu.

    Twintig jaar terug waren er in het gasveld van Barnett 250 boorputten waar op zoek werd gegaan naar schaliegas en olie. Vandaag zijn er meer dan 200.000.

    Voor de petrochemische industrie van Amerika is de ontdekking van deze ruime, onaangeboorde reserves van schaliegas van fenomenaal belang.

    “De Amerikaanse investeringen in de chemische industrie voor schaliegas bedragen nu al meer dan 158 miljard dollar”, zegt Cal Dooley, Voorzitter en CEO van de American Chemistry Council.

    In januari van dit jaar waren 262 projecten aangekondigd, waaronder nieuwe fabrieken, uitbreidingen en proceswijzigingen om de capaciteit te verhogen.

    De petrochemische industrie heeft aardgas nodig om haar productiefaciliteiten te verwarmen en aan te drijven. Maar gas is niet alleen een brandstof voor energie. Het is ook een grondstof waarmee we duizenden essentiële producten maken waar we elke dag op vertrouwen. Zonder gas zouden er geen kunststof, auto-onderdelen, verpakking, medische producten, banden, glas, kleren of iPad-schermen zijn.

    “Dat wordt vaak vergeten wanneer we getuige zijn van hevige debatten over de verdiensten van het aanhoudende gebruik van gas”, vertelt Greet Van Eetvelde, Head of Energy and Innovation Policy van INEOS. “Veel onderdelen van hernieuwbare producten, zoals de wieken van windturbines en de smeermiddelen in hun tandwielkasten, kunnen ook niet worden gemaakt zonder gas en olie.”

    En dankzij schaliegas is dat allemaal veel goedkoper.

    “De heropleving van de Amerikaanse chemische industrie is nog maar net begonnen”, zo schrijft Kevin Swift, hoofdeconoom van de American Chemistry Council, in de ‘Year-End 2015 Chemical Industry Situation and Outlook’ van de handelsgroep. “Er is een sterke basis. Belangrijke binnenlandse eindgebruikersmarkten zijn uitgebreid, de consumentenbestedingen gingen in een hogere versnelling, de jobmarkt sloeg weer aan en de huishoudens beschikten over extra geld door de lagere energiekosten.”

    En met zijn 17 productievestigingen in de VS deelt INEOS in dat grote geluk.

    Later dit jaar zal de nieuwe fabriek van INEOS en SASOL in het INEOS Battleground Manufacturing Complex in LaPorte, Texas al winstgevend zijn.

    De fabriek, een 50/50 joint venture, zal elk jaar 470.000 ton hogedichtheidspolyethyleen produceren voor de Amerikaanse markt. INEOS verwacht ook dat de vestiging zal groeien en daarmee zal het de laatste hand kunnen leggen aan de plannen om te investeren in een warmtekrachtkoppelingssysteem met een betere brandstofefficiëntie dat ook de CO2-uitstoot zal helpen verminderen.

    In december publiceerde The Boston Consulting Group een rapport, Made In America, Again.

    “Het aantal bedrijven dat actief hun productie terug naar de VS brengt, blijft stijgen”, aldus een woordvoerder. “Eigenlijk heeft de VS China al voorbijgestoken als de meest waarschijnlijke bestemming voor nieuwe productiecapaciteit.”

    De reden is voor een deel te zoeken in de lagere energiekosten onder invloed van het schaliegas, in combinatie met de stijgende lonen in China.

    Apple, het grootste technologische bedrijf ter wereld, maakte melding van deze redenen voor zijn beslissing om de Mac Pro personal computer, beschreven als de krachtigste Mac die ooit is gebouwd, te produceren in Texas.

    We zijn een heel eind verwijderd van de situatie van een tiental jaren terug toen de VS bij de duurste plekken ter wereld hoorde voor de producenten van kunststof.

    “Vandaag is Amerika een van de aantrekkelijkste plaatsen ter wereld om te investeren in de productie van kunststof”, zo verklaarde Steve Russell, vicevoorzitter van de kunststofafdeling van ACC vorig jaar. “Zelfs na de recente dalingen in olieprijzen heeft ons land een doorslaggevend voordeel.”

    Amerika wil nu al deze investeringen benutten en verkopen aan de wereld. Vorig jaar beschreef Cal Dooley deze beweging als het ‘pad met de grootste garantie op een sterkere economie en nieuwe jobs’.

    Internationaal adviseur Nexant voorspelt een sterke groei in de Amerikaanse uitvoer van chemische producten in de komende 15 jaar.

    In zijn verslag van 2015 ‘Fuelling Export Growth’ maakte het gewag van een verkoop van 123 miljard dollar tegen 2030: meer dan het dubbele van wat de chemische producenten in 2014 uitvoerden.

    Maar bij de Amerikanen is er ook een groeiende honger naar producten die ‘Made in the USA’ zijn.

    Een persoon die dat heeft begrepen, is Harry Moser, een oudgediende van de productie-industrie en voormalig voorzitter van de gereedschapmaker GF AgieCharmilles. Hij richtte in 2010 het Reshoring Initiative op om bedrijven te helpen bij het beoordelen of ze opnieuw in de VS moeten produceren.

    “Vol ontzetting zag ik hoe steeds meer Amerikaanse jobs verdwenen, eerst naar Japan en daarna naar Mexico, Taiwan, Korea en uiteindelijk naar China”, zegt hij. “De impact op de Amerikaanse economie was vreselijk: miljoenen banen in de productie gingen verloren. De VS was vroeger de industriële grootmacht van de wereld en toen ik opgroeide, zag ik die in al haar glorie.”

    Sinds hij Reshoring Initiative oprichtte, zijn ongeveer 1000 bedrijven naar Amerika teruggekeerd: zij brachten bijna 100.000 banen mee.

    “Ik ben blij met de reactie van het land en van veel bedrijven”, zegt hij.

    “Helaas klampen veel ondernemingen zich nog altijd vast aan het motto ‘kopen tegen de goedkoopste prijs’ en hebben ze geen oog voor de totale kostprijs. Het zal tientallen jaren duren eer we die MBAmentaliteit volledig kwijt zijn.”

    De beslissing van Apple om zijn Mac Pro in Amerika te produceren was ook een onderdeel van het initiatief ‘Made in the USA’ van Chief Executive Officer Tim Cook waarmee 100 miljoen dollar is gemoeid.

    “We willen de Mac Pro niet alleen hier assembleren”, zegt hij. “We willen hem hier ook helemaal maken. Dat is heel wat.”

    In januari kondigde Bollman, de oudste hoedenmaker van Amerika, aan dat het 41 jobs uit China terughaalde naar zijn fabriek in Adamstown, Pennsylvania. Het lanceerde in november een oproep bij het publiek om 100.000 dollar in te zamelen voor het invoeren van 80 breimachines die in 1938 waren gebouwd en die stof weven voor zijn beroemde Kangol 504. ‘Hoedje af’, zo reageerde het publiek op de houding van de onderneming en het gaf gehoor aan de oproep.

    “Reshoring is de snelste en efficiëntste manier om de Amerikaanse economie te versterken, want het toont aan dat productie een groeicarrière is”, zegt Harry. “En zonder productie wordt een land geleidelijk armer.”

    Maar het is niet alleen de industrie die baat heeft bij goedkope grondstoffen en lage energieprijzen.

    Schaliegas heeft gemeenschappen nieuw leven ingeblazen. Sommige daarvan behoorden tot de gemeenschappen die het ergst getroffen waren door de recessie.

    De Associated Petroleum Industries of Pennsylvania verklaarde dat de ontwikkeling van aardgas honderdduizenden jobs in Pennsylvania had ondersteund. Daarmee had het jaarlijks 34,7 miljard dollar bijgedragen aan de staatseconomie en de omzet gestimuleerd in meer dan 1300 bedrijven van allerlei grootte in de hele energietoeleveringsketen.

    “Een veilige en verantwoorde ontwikkeling van aardgas is goed geweest voor de staatseconomie, voor de plaatselijke economieën en voor de inwoners van Pennsylvania”, aldus Executive Director Stephanie Catarino Wissman. “En zo willen wij het houden.”

    In Marcus Hook, de site van een vroegere raffinaderij van ruwe olie die in 2011 gesloten werd, met het verlies van 500 banen tot gevolg, heerst nu een gezonde spanning.

    De vroegere raffinaderij die 109 jaar lang benzine, diesel en kerosine had geproduceerd, werd omgevormd tot een belangrijk centrum voor de verwerking en de verscheping van vloeibaar aardgas dankzij de banden met de industrie van de Marcellus-schalie.

    “Het stilleggen van de Marcus Hook Refinery was een moeilijke tijd voor de provincie Marcus Hook, voor de Sunocofamilie en voor de hele streek”, zegt Hank Alexander, vicevoorzitter, business development van Sunoco Logistics Partners LP. “Maar nu zit de stad opnieuw vol leven: het is overal druk, zowel in de restaurants in het centrum als in de infrastructuur van de plaatselijke aannemers. En sommige arbeiders die in 2011 hun baan verloren waren, werken nu opnieuw in de fabriek.”

    Sunoco Logistics had de oude raffinaderij in 2013 gekocht, met de bedoeling om een verbinding te maken met de Marcellus-schalie die nu bijna 20 % van het aardgas van Amerika produceert, in vergelijking met helemaal niets zo’n 10 jaar geleden.

    Het management was ervan overtuigd dat het met de bestaande infrastructuur voor schepen, treinen, vrachtwagens en pijpleidingen een uitstekende positie had als hub voor vloeibaar aardgas.

    “We wilden productie-ondernemingen aantrekken die opnieuw voor jobs zouden zorgen en de productie in de regio nieuw leven zouden inblazen”, zegt Hank. “De schaliegasboom heeft steden zoals Marcus Hook een nieuw elan gegeven.”

    Mario Giambrone is eigenaar van het restaurant Italiano in Marcus Hook. “Of ik nu meer broodjes of pizza’s verkoop of niet, je kunt wel zeggen dat het een godsgeschenk is voor deze stad en voor mijn zaak”, verklaarde hij aan de Pennsylvania Manufacturers’ Association.

    David Taylor is voorzitter van die vereniging die de voornaamste spreekbuis is van de productiesector in Pennsylvania. “De energiesector heeft bijna op haar eentje de economie van Pennsylvania overeind gehouden tijdens de recessie en in de afgelopen jaren”, zegt hij.

    De ontwikkeling van energie uit de Marcelusschalie heeft ook het naburig gelegen Williamsport laten uitgroeien tot de op zes na snelst groeiende metropool in Amerika.

    Dr. Vince Matteo, voorzitter en CEO van Williamsport Lycoming Chamber of Commerce and Industrial Properties Corporation, zegt dat het grootste deel van de plaatselijke bevolking de schaliegas “boom” graag zag komen.

    “Het heeft alles voor ons veranderd”, zegt hij. “Ik had nog nooit zoiets gezien. Op een bepaald moment kwamen 85 bedrijven naar het district. Daardoor gingen talloze restaurants en vier nieuwe hotels open.”

    Ondertussen werd Williston, ooit een slaperig stadje in Noord-Dakota, plots de snelst groeiende kleine stad in Amerika dankzij de olie “boom”. Opnieuw met nieuwe restaurants, nieuwe winkels en nieuwe mensen tot gevolg.

    Gemeenschappen haalden ook hun profijt uit de onverwachte inkomstenstromen van bedrijven die boorden naar schaliegas. Hierdoor konden ze verbeteringen aanbrengen die anders niet mogelijk zouden zijn geweest.

    “Die bron van inkomsten heeft ons een geweldige “boom” bezorgd”, vertelt Lisa Cessna, uitvoerend directeur van de plaatselijke planningcommissie in Washington County, net buiten Pittsburgh, aan The Associated Press. “Daarmee kwamen een vissteiger, speelruimten en wandelroutes tot stand.”

    Ze vertelt The Associated Press dat er klachten zijn geweest over boorlocaties in de openbare ruimte, maar zegt dat het eindresultaat positiever doorwoog dan de negatieve elementen.

    “Je kunt ervoor zorgen dat het lukt”, zegt ze. “Er zullen altijd wel hindernissen zijn. Je zult altijd wel mensen tegen de borst stoten. We drongen aan op een speciaal wettelijk kader dat ons de controle geeft over veel aspecten van het boorproces. We keuren elke pijpleiding, boorpad, toegangsweg goed. Het is arbeidsintensief, maar het is het waard. De belangrijkste boodschap is om de volledige controle te behouden.”

    Maar een van de grootste verrassingen is het effect geweest dat het schaliegas heeft op de lucht die we inademen: de CO2-uitstoot was in 2012 in Amerika op zijn laagste niveau in 20 jaar.

    De reden daarvoor? Gas, dat de geliefkoosde brandstof was geworden om elektriciteit op te wekken, in plaats van steenkool waarvan de CO2- uitstoot twee keer zo hoog is.

    Ondanks alle voordelen zijn niet alle mensen, zelfs zij die op de hoogste posities zitten, voorstanders van schaliegas.

    “President Obama is gekant tegen fossiele brandstoffen en daardoor erkent hij niet het opmerkelijkste succesverhaal op het vlak van de energie in de Amerikaanse geschiedenis, misschien wel in de wereldgeschiedenis”, zegt dr. Mark Perry, een geleerde bij het American Enterprise Institute en professor economie aan de Universiteit van Michigan. “Maar we hebben een president nodig die dat wil erkennen.”

    Dr. Perry zegt dat schalieolie: De afhankelijkheid van Amerika van buitenlandse olie en petroleum uit vaak onstabiele delen van de wereld aanzienlijk heeft verminderd.

    Ertoe heeft bijgedragen om de benzineprijzen naar beneden te halen en heeft voorkomen dat de grote recessie nog erger was geweest en nog langer had geduurd.

    “De binnenlandse energieproductie zorgt voor Amerikaanse jobs en geeft aandelen in de opbrengsten voor landeigenaars en belastinginkomsten voor regeringen en de staats-, plaatselijke en federale overheden”, zegt hij. “En de daling van de Amerikaanse gasprijzen naar het laagste peil in zeven jaar zal de Amerikaanse consumenten dit jaar meer dan 100 miljard dollar aan lagere energiekosten doen besparen.”

    8 minuten gelezen Nummer 10
  • P16 -the $64 question.jpg

    DE HAMVRAAG

    Voor een atheïst heeft professor Peter Atkins heel veel geloof.

    Maar geloven doet hij niet in God, maar wel in de chemische industrie. En de belangrijke bijdrage die ze kan leveren aan de wereld van vandaag en morgen.

    “Zonder de chemische industrie zou de wereld heel wat minder kleur hebben”, zegt hij. “Dan zouden we in een stenen tijdperk leven, ondervoed, met huiden als kleren en zonder de vele apparaten die ons leven gemakkelijk maken en ons vermaken. Onze levens zouden kort en pijnlijk zijn.”

    De professor chemie op rust van de Britse Oxford University zegt dat chemie uiterst belangrijk is voor ons allemaal.

    Het probleem is dat ze vaak verkeerd begrepen wordt.

    “De meeste mensen weten absoluut niets over hoe de producten die ze elke dag gebruiken, gemaakt worden”, zegt Lawrence D. Sloan, voorzitter en CEO van de Society of Chemical Manufacturers and Affiliates. “En omdat ik mijn hele professionele leven deel heb uitgemaakt van de chemische industrie, is dat heel erg frustrerend.”

    De petrochemische industrie zet grondstoffen zoals water, olie, aardgas, lucht, metalen en mineralen om in waardevollere producten die producenten dan gebruiken om vooral alle producten te maken die wij willen, nodig hebben en elke dag gebruiken. Om een idee te geven: meer dan 96 % van alles wat in de wereld wordt gemaakt, heeft chemische producten als basis.

    Maar de chemische industrie worstelt voor een deel met het probleem dat het publiek ze niet beschouwt als één van de belangrijkste industrieën ter wereld. En precies die perceptie moet veranderen.

    “Hoe dat kan worden veranderd, blijft de hamvraag”, zegt Lawrence. “Net als vele andere organisaties staan wij voor een grote PR-uitdaging: we moeten regelmatig onze verkozen ambtenaren informatie geven, zodat zij ons kunnen verdedigen. Alleen zo kunnen zij begrijpen hoe groot de impact van onze industrie op de maatschappij is. Want geen enkele industrie draagt zoveel bij tot de moderne wereld als wij.”

    Hij beschrijft de chemische industrie als de ‘miskende held’.

    “Te veel mensen denken dat de industrie geen verantwoordelijkheid opneemt voor de gezondheid en het welzijn van haar medewerkers of voor het milieu”, zegt hij. “Maar het is overmoedig om te denken dat de industrie zichzelf schade wil berokkenen door haar marges met een of twee incrementele procentpunten te willen verhogen.”

    Op het jaarlijkse diner van de Chemical Industries Association verklaarde Tom Crotty, Communications Director van INEOS, aan de aanwezigen: “Als de regering echt achter een heropleving van de productie staat, dan moet ze begrijpen dat een bloeiende chemische industrie hier een essentiële rol in speelt.”

    Want met de producten en technologieën van de chemische industrie wordt alles gemaakt: van verf tot kunststof, van textiel tot technologie, van geneesmiddelen tot mobiele telefoons.

    Maar als een energie-intensieve industrie moet zij ook toegang hebben tot energievoorraden tegen een competitieve prijs. Want anders kan de industrie niet overleven. In Amerika vormt dit geen probleem: daar kent het productieapparaat momenteel een heropleving dankzij de overvloedige voorraden van goedkoop schaliegas. Dit heeft geleid tot een daling van de grondstoffen die de producenten nodig hebben.

    In Europa is de situatie helemaal anders. Daar rijzen de energiekosten de pan uit. Europese producenten hebben het daarom moeilijk om de concurrentie aan te gaan op de internationale markten.

    Tom, die ook voorzitter is van de CIA, zegt dat Groot-Brittannië dringend zijn energiebasis moet aanpakken als het een bloeiende Britse chemische industrie wil.

    Tijdens een recent onderzoek van de Britse glas- en beglazingsindustrie door Pilkingtons UK vormden de stijgende kosten voor grondstoffen (te wijten aan de energiekosten) de ‘grootste hindernis’ die haar ondernemingen momenteel moeten overwinnen. En ze zeiden ook dat dit ook in de komende twee jaar de grootste uitdaging zou blijven.

    Het belang van de chemische industrie die de grondstoffen levert aan de producenten, mag daarom niet worden onderschat. De twee zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. En het is vaak de plaats waar innovatie begint.

    “De mensen vinden het vanzelfsprekend dat ongelooflijke wetenschappelijke ontdekkingen worden gedaan door de gespecialiseerde chemische industrie. Het zijn precies die ontdekkingen die zorgen voor de elektronica, de geneesmiddelen die mensenlevens redden en huizen met slimme energie waar wij zo van genieten en waar wij zo op vertrouwen”, zegt Lawrence.

    INEOS, dat 17.000 mensen tewerkstelt in 65 vestigingen in 16 landen, is trots op wat het doet om het leven van de mensen makkelijker en comfortabeler te maken.

    INEOS maakt zelf:

    Oplosmiddelen die worden gebruikt in de productie van insuline en antibiotica.

    Efficiënte en doeltreffende biobrandstoffen om de duurzaamheid van modern transport te verbeteren.

    Chloor om drinkwater te zuiveren.

    Synthetische oliën die de CO2-uitstoot helpen te verminderen.

    Moderne, sterke, maar lichte kunststoffen om voeding en dranken te verpakken, te beschermen en te bewaren.

    Materialen om huizen, kantoren, elektrische en telecommunicatiekabels te isoleren.

    Producten die autoproducenten hebben geholpen om auto’s sterker, lichter en brandstofzuiniger te maken en die op hun beurt bijdragen tot een kleinere CO2-uitstoot.

    De lijst gaat maar door, net als al het werk dat achter de schermen wordt uitgevoerd om vernieuwende oplossingen te zoeken voor de vele uitdagingen waarmee de maatschappij vandaag wordt geconfronteerd.

    “Chemische producten en technologieën worden bijna in elke sector van de wereldeconomie gebruikt”, zegt een woordvoerder van de International Congress and Convention Association (ICCA), de internationale spreekbuis van de chemische industrie. “Naarmate de wereldwijde economie groeit, zal de vraag naar producten van de chemische industrie stijgen. Deze groei stimuleert de innovatie van producten en de industrie zorgt elk jaar voor nieuwe producten. Ondertussen tracht ze de productieprocessen te verbeteren en middelen efficiënter te gebruiken.”

    In 2014 investeerde American Chemistry 59 miljard dollar in onderzoek en ontwikkeling: dit betekent meer dan 185 dollar per persoon in de Verenigde Staten.

    “We investeren meer in innovatie dan de elektronica-, automobiel- of gezondheidszorgindustrieën”, aldus Cal Dooley, CEO en voorzitter van de American Chemistry Council. “De chemische industrie blinkt uit in het voortdurend brengen van nieuwe, vindingrijke en vernieuwende ideeën naar de markt. Morgen zal dat niet anders zijn.”

    Om het pionierswerk van de chemische industrie voort te zetten, zal de VS volgens de American Chemistry Council ook een energiestrategie moeten aannemen die de binnenlandse energiebronnen, waaronder zijn grote voorraden schaliegas, benut.

    Die mening is ook Steve Elliott, Chief Executive van de CIA, toegedaan.

    Hij wil dat de Britse chemische industrie (die goed is voor 50 miljard dollar) de energie benut die onder de Britse grond zit en zich niet verlaat op ingevoerd gas.

    “De eigen schalievoorraden van het VK zullen bijdragen tot een meer verzekerde gasaanvoer en jobs en groei ondersteunen”, zegt hij. “Gebeurt dit niet, dan zal de gasinvoer naar verwachtingen 75 % van de behoeften uitmaken tegen 2030. Het Britse schaliegas zal helpen te zorgen dat de lichten blijven branden en ondertussen kan het VK de overgang maken naar een groene economie.”

    Als één van de grootste industrieën ter wereld (met een omzet van meer dan 5,4 biljoen dollar in 2014) heeft de chemische industrie een grote invloed op de wereld waarin wij leven en zal ze die blijven hebben: de maatschappij streeft immers naar een gezondere, veiligere en duurzamere wereld.

    “Helaas betekent het woord ‘groen’ voor veel mensen niet hetzelfde”, zegt Lawrence. “Voor sommigen kan een chemische fabriek nooit ‘groen’ zijn omdat het omgaat met chemische producten die volgens hen slecht zijn.”

    De chemische industrie beseft dat zij haar imago bij het algemene publiek moet veranderen: anders kan ze er nooit in slagen om dat publiek te laten inzien welke rol de industrie speelt in het moderne leven.

    “Sterke, competitieve chemische industrieën ondersteunen alle grote producerende landen in de ontwikkelde wereld: chemische producten en materialen vormen nu eenmaal de essentiële component waarop het productieapparaat steunt”, zegt Steve. “Zonder deze processen en deze producten die de ‘bouwstenen’ vormen, zou het grootste deel van de overige productie niet mogelijk zijn.”

    Hij verklaart dat de industrie dan wel energie-intensief mag zijn, maar dat de producten tijdens hun levensduur meer dan twee keer de energie besparen die zij nodig hebben om te worden gemaakt.

    “Wij bieden de groene toekomst”, zegt hij.

    7 minuten gelezen Nummer 10
  • P18 troubled times.jpg

    WOELIGE TIJDEN

    Voor een natie die het pad effende voor de industrialisering en de massaproductie in de 18e en 19e eeuw, valt de waarheid zwaar.

    Voor de eerste keer in de geschiedenis zakte het Britse productieaandeel in de Britse economie tot 9,4 procent: het laagste cijfer dat ooit werd opgetekend.

    Jim Ratcliffe, de oprichter en voorzitter van INEOS die opgroeide in het industriële noorden van Engeland, maakt zich hierover grote zorgen.

    “We zijn getuige van de trage doodsstrijd van de productie in dit land”, zegt hij. “In slechts één generatie zijn we de helft van onze productiecapaciteit verloren.”

    “Twintig jaar geleden stond het Britse productieapparaat op gelijke hoogte van het Duitse”, zegt hij.“In Duitsland is de productie nog altijd sterk.

    Deze aardverschuiving in de Britse productie betekent misschien maar een kleine wijziging in het dienstenrijke Londen en in de meeste districten in het zuiden, maar het kan met vertraging een ramp veroorzaken in vele noordelijke delen van Engeland, Wales en Schotland”, zegt hij.

    In oktober vorig jaar ging de staalfabriek van Redcar in de streek Teesside dicht nadat Sahaviriya Steel Industries UK, de Thaïse eigenaars van de fabriek, failliet ging. 2200 banen gingen daarbij verloren. Anna Turley, parlementslid voor Labour, beschreef het in de krant The Northern Echo als een ‘menselijke en industriële tragedie’.

    “Het is gedaan met de staalindustrie in Teesside”, aldus een arbeider die 30 jaar in de fabriek had gewerkt.

    In de jaren 1970 werkten nog meer dan 200.000 mensen in de Britse staalindustrie. Vandaag zijn ze nog met ongeveer 30.000 arbeiders, maar ook die banen zijn in gevaar.

    In januari werd nog meer banenverlies aangekondigd. Tata Steel bevestigde dat 750 banen verloren gingen in het Welshe Port Talbot en honderden andere banen zijn bedreigd in zijn vestigingen in Scunthorpe, Trostre, Corby en Hartlepool. Een toestroom van goedkope invoer vanuit China (waar de staalproductie overheidssubsidies krijgt), de sterke Britse pond en de hoge energiekosten in het VK worden als de redenen aangehaald.

    Wat de reden ook is, het is een trend die zorgen baart.

    “Als we de daling in de productie een halt willen toeroepen of zelfs opnieuw willen groeien, dan moeten we ervoor zorgen dat bedrijven een reden hebben om te investeren in Groot-Brittannië”, zegt Jim. “Wat we nodig hebben, zijn energie tegen een competitieve prijs, vakkundig personeel, een aantrekkelijk belastingregime en een regering die daarvoor wil zorgen.”

    Hij zegt dat Groot-Brittannië nood heeft aan wat marketingmensen ‘USP’s’ noemen: unique selling points of unieke verkoopargumenten.

    “Duitsland heeft die”, zegt hij. “Het beschikt over hoogopgeleide arbeidskrachten, ligt in het hart van Europa en heeft een geweldige productie-infrastructuur en deskundige leveranciers. Amerika heeft goedkope energie dankzij het schaliegas, opgeleide arbeidskrachten en de grootste markt ter wereld. China heeft groei, goedkope arbeidskrachten en een enorme markt.”

    Het is niet de eerste keer dat Jim verklaart dat Groot-Brittannië er niet in slaagt om zichzelf aan investeerders te verkopen.

    Drie jaar terug waarschuwde hij al dat Groot-Brittannië geen aantrekkelijke plaats was om te produceren. In een interview met Alistair Osborne, de economieredacteur van The Daily Telegraph, noemde hij de hoge energiekosten. Daar heeft hij alle redenen toe. Zo verbruikt de fabriek van Runcorn van INEOS dat 95 % van het chloor levert voor het Britse water, evenveel energie als de stad Liverpool.

    Hij verklaarde dat het VK moet nagaan wat het te bieden heeft: alleen op die manier kan het begrijpen waarom het jammerlijk achteroploopt.

    “Het zou leuk zijn als daar een simpel en duidelijk antwoord op was, maar dat is er nu eenmaal niet”, zegt hij. “Om de productie te behouden of te laten groeien is een constante stroom van investeringen nodig, want fabrieken en producten verouderen. Om nieuwe fabrieken en nieuwe producten te krijgen, zijn er investeringen nodig.”

    Groot-Brittannië heeft volgens hem goedkope energie nodig of tenminste energie met een competitieve prijs.

    “Dat kunnen we op dit moment niet bieden. En omdat de gasvoorraad uit de Noordzee slinkt, zal onze positie nog verslechteren”, zegt hij. “Tegelijk zitten we boven op grote schaliegasafzettingen die alles zouden kunnen veranderen.”

    In de 18e eeuw bouwde Groot-Brittannië zijn rijkdom op zijn steenkoolvoorraden die overvloedig aanwezig waren en die makkelijk konden worden ontgonnen. En het zette de industriële revolutie in gang, een veranderingsproces waarin Groot-Brittannië een pioniersrol vertolkte.

    Voor het Britse productieapparaat is toegang tot goedkope energie echter vandaag niet de enige kopzorg.

    Jim benadrukt ook de nood aan vakkundige arbeidskrachten.

    “Vroeger hadden we uitstekende opleidingsprogramma’s met leercontracten en uitstekende polytechnische en technische hogescholen”, zegt hij. “Maar de regering besloot dat alle jongeren academici moesten worden.”

    Velen delen die bezorgdheid met hem. Uit een recent onderzoek van Britse producenten dat werd gepubliceerd in het Annual Manufacturing Report 2016, blijkt dat een tekort aan vaardigheden hun grootste vrees blijft.

    ”Om het ronduit te zeggen: ons onderwijssysteem helpt onze jongeren niet en bijgevolg zorgt dit voor problemen in de industrie”, zegt Callum Bentley, redacteur van The Manufacturer.

    “Niemand verwacht dat een jongere die pas van school komt, dezelfde vaardigheden en ervaring heeft als een oudere werknemer, maar die jongere is nu slecht voorbereid op de arbeidsmarkt. En dat duurt nu al enkele decennia”, zegt hij. “Hoe langer dit blijft duren, hoe meer dit onze concurrentiekracht zal aantasten. De kloof in het begrip tussen de scholen en de arbeidsmarkt moet worden overbrugd in het belang van onze productiebasis en onze mensen zelf.”

    Jim vindt het ‘bemoedigend’ dat hij hoort praten over een ‘Northern Powerhouse’: een initiatief van de overheid om het economische onevenwicht tussen het noorden en het zuiden te herstellen. Volgens hem is het vele jaren geleden dat er nog een regering is geweest die het productieapparaat zo goedgezind is geweest als de huidige Britse conservatieve regering.

    Maar om eigenlijk het verschil te kunnen maken, moet Groot-Brittannië volgens hem investeerders aantrekken.

    “In de heel competitieve wereld van vandaag kunnen beleggers het zich veroorloven om erg kieskeurig te zijn”, zegt hij. “INEOS heeft gekozen om een groot deel van zijn kapitaal te investeren in de Verenigde Staten. Veel andere bedrijven hebben het Verre Oosten gekozen.”

    Jim roept de Britse regering op om 100 % kapitaalfaciliteiten te bieden voor investeringsuitgaven voor het productieapparaat en een belastingtarief onder 10 % voor productie.

    “In de geglobaliseerde wereld van vandaag worden investeringsbeslissingen altijd vergeleken en geplaatst naast alternatieve locaties in het buitenland. Het VK is momenteel geen doel voor investeringen in productie omdat het geen USP’s heeft, die zijn broodnodig.”

    Eind vorig jaar verklaarde ResPublica, een onafhankelijke, onpartijdige denktank uit Westminster, dat een grote stijging in de uitvoer nodig was om de Britse productie nieuw leven in te blazen en de economie weg te brengen van een ‘gevaarlijke afhankelijkheid van dienstenindustrieën’.

    Directeur Phillip Bond zei dat buitenlanders die Britse eigendommen kopen, de waarde van het pond hadden opgedreven. Hierdoor was het voor de producenten moeilijker om te exporteren.

    “De recente instorting van de Britse staalindustrie heeft gewezen op een verontrustend feit dat onze economie al te veel afhankelijk is van diensten en externe financiering”, zei hij. “De groei moet komen van de lang verwaarloosde productiesector waar de uitvoer het hard te verduren kreeg door het sterke pond. De munt heeft een belangrijke rol om de uitvoer te helpen en we moeten het probleem van de wisselkoersen die ongunstig zijn voor Britse bedrijven, aanpakken.”

    Jim zou het daarmee eens zijn.

    “Elke evenwichtige economie moet tot op een bepaalde hoogte de manier weerspiegelen waarop de inwoners ervan het geld in hun zakken spenderen. Als de inwoners ‘spullen’ kopen met hun inkomsten, moeten we ‘spullen’ maken in onze binnenlandse economie. Doen we dit niet, dan moeten we alle geproduceerde goederen invoeren vanuit het buitenland en ervoor betalen in vreemde valuta.”

    EEN NIEUWE INDUSTRIËLE EVOLUTIE VOOR GROOT-BRITTANNIË

    Een vroegere journalist van de Financial Times zegt dat Jim Ratcliffe, de voorzitter van INEOS, zich met reden zorgen maakt over de staat van het productieapparaat in het VK.

    Peter Marsh zegt dat zowel de staal- als de chemische industrie extreme problemen hebben gekend.

    “De de-industrialisering, het verminderde aandeel van de productie in de Britse economische output, is ver genoeg gegaan”, zegt hij. “Als we een duurzame economische groei en een betere levensstandaard willen, dan moet Groot-Brittannië opnieuw industrialiseren.”

    Maar de heer Marsh, een vroegere productieredacteur bij de FT, zegt dat Groot-Brittannië dan wel terrein mag hebben verloren, het toch nog altijd een grote producent is van nicheproducten, zoals gespecialiseerde analyse-instrumenten en goederen waarvan het geen zin heeft dat die worden ingevoerd.

    “Dat kan gaan van voedingsmiddelen tot matrassen en bouwmaterialen”, zegt hij.

    Volgens de laatste cijfers van de VN is Groot-Brittannië de 10e grootste producent ter wereld: het maakt net iets minder dan 2% van de goederen die op de wereld worden geproduceerd. Een vergelijking: in 1895 maakte het 18 % van alle goederen.

    “Groot-Brittannië mag dan niet zo groot zijn als vroeger, maar voor een land dat 1 % van de wereldbevolking uitmaakt, doet het land het toch nog niet onaardig”, zegt hij. “China is vanuit een lagere positie in de voorbije 20 jaar opgeklommen en maakt nu ongeveer 20 % van alle geproduceerde goederen. Maar het heeft ook 20 % van de wereldbevolking binnen zijn grenzen.”

    De heer Marsh is nu docent en auteur van The New Industrial Revolution: Consumers Globalization and the End of Mass Production (‘De nieuwe industriële revolutie: de globalisering van consumenten en het einde van de massaproductie’). Hij richtte onlangs ook een website op over produceren in het VK: www.madeherenow.com

    10 minuten gelezen Nummer 10
  • P20 keeping the lights on.jpg

    LAAT DE LICHTEN BRANDEN: INEOS WIL DE MYTHEN OVER SCHALIEGAS DE WERELD UIT

    INEOS is nu één van de grootste bedrijven in de schaliegasindustrie in het VK.

    Maar het weet dat het makkelijk is om de grootste te zijn.

    Het is heel wat anders om de beste en de betrouwbaarste te zijn.

    Omdat het vertrouwen in de wereld van de grote bedrijven, banken en politici op een historisch laagtepunt staat, is het nooit belangrijker geweest om het respect van de mensen terug te winnen.

    INEOS Shale beschikt nu over overheidsvergunningen om ruim 4.000 vierkante kilometer in het VK te exploiteren voor schaliegas. In april vorig jaar begon het met zijn campagne om de gemeenschappen te overtuigen van zijn eerbare bedoelingen.

    “We zien dit op de lange termijn”, zegt CEO Gary Haywood. “Het draait niet alleen om geld. We willen onze bijdrage leveren tot een heropleving van de productie in Groot-Brittannië en wij denken dat een binnenlandse schaliegasindustrie daarin een rol kan spelen.”

    Het begon al gesprekken met gemeenschappen in Schotland waar het vergunningen heeft om tientallen vierkante kilometer in de buurt van zijn productiefaciliteiten in Grangemouth te exploiteren.

    Maar INEOS wacht tot Schotland in afwachting van meer onderzoek zijn huidige verbod op fracking opheft. Ondertussen heeft het zijn activiteiten naar het zuiden verhuisd, naar Engeland. Daar hoopt het de mensen in Cheshire, Yorkshire, Derbyshire en de East Midlands te overtuigen van de voordelen die een binnenlandse schaliegasindustrie met zich kan brengen.

    “We begrijpen dat de mensen in deze gebieden zich zorgen maken”, zegt Gary. “En dat is gedeeltelijk omdat er zoveel mythen bestaan rond de extractie van schaliegas. Maar we willen laten zien dat dit goed en veilig kan gebeuren en we willen de mensen uit de gebieden waarvoor we vergunningen hebben, ontmoeten.”

    Er worden exposities georganiseerd waar de plaatselijke mensen de mogelijkheid hebben om in een rechtstreekse dialoog te treden met INEOS – en alle vragen te stellen – over wat de plannen zijn in de buurt van hun huizen.

    INEOS Shale heeft ook een aantal films gemaakt om elke vrees die de mensen kunnen hebben, uit de wereld te helpen. Die zullen worden getoond bij de exposities waar deskundigen zullen uitleggen wat het betekent voor de gemeenschappen. Aan hen is 6 % van de inkomsten uit schaliegas van INEOS beloofd om de plaatselijke faciliteiten te verbeteren.

    Bij het ter perse gaan van INCH plande INEOS grondige 2D- en 3D-studies van het gesteente in elk district om na te gaan of gas aanwezig en toegankelijk is. Als de resultaten veelbelovend blijken te zijn, zal toelating worden gevraagd om verticale boorputten van 180 meter diep te boren om kernmonsters van het gesteente van 7,6 cm breed te nemen. Daarmee moet de kwaliteit en de kwantiteit van olie en gas in de schalie worden bepaald.

    “Het is echt alsof je het klokhuis uit een appel haalt”, zegt Tom Pickering, Operations Director van INEOS Upstream. “Het is een voorzichtige aanpak die aangedreven wordt door de wetenschap. Maar het is wel belangrijk dat we het bij het juiste eind hebben.”

    Zodra INEOS alle gedetailleerde gegevens heeft die het nodig heeft, zal worden beslist of het economisch gezond - en veilig - is om de bron te fracken met 98 % water, 1,5 % zand en 0,5 % additieven, wat kalkvorming zal voorkomen en de bron steriliseren.

    “Sommige mensen zeggen dat bij fracking 600 giftige chemische stoffen worden gebruikt, maar dat is niet waar”, zegt Tom. “De meeste bronnen vereisen zes tot twaalf chemische producten. Alle gebruikte chemische producten zullen openlijk moeten worden beschreven in planningsaanvragen en vergunningen.”

    INEOS Shale weet dat zijn beslissing om schaliegas te exploiteren niet goed gevallen is bij natuurbeschermers die beweren dat fracking gevaarlijk is, aardbevingen veroorzaakt, het drinkwater vergiftigt en de lucht die we inademen, aantast.

    Maar het bedrijf is nooit weggevlucht van een uitdaging, vooral als het denkt dat het een economisch sterke en milieuvriendelijke zaak heeft.

    “Een binnenlandse bloeiende schaliegasindustrie zal niet alleen een revolutie ontketenen in de productie in Groot-Brittannië, maar het zal het VK voor het eerst in vele jaren energiezekerheid geven en duizenden banen creëren in sectoren die het hardst getroffen zijn geweest”, zegt Gary. “Als we dat kunnen doen en de mensen verzekeren dat de industrie kan draaien zonder schade op lange termijn te berokkenen aan het milieu of hun levenswijze, is het voor iedereen een win-winsituatie.”

    Professor Peter Styles, één van de drie deskundigen die door de Britse regering in 2011 de opdracht kreeg om een onafhankelijk verslag te schrijven nadat het fracken door een andere onderneming kleine trillingen veroorzaakte in Lancashire, meent dat de toekomst op lange termijn van Groot-Brittannië afhangt van de ruime voorraden schaliegas die diep onder de grond zitten.

    “Ik denk niet dat mensen beseffen hoe extreem kwetsbaar we zijn in het VK”, zegt hij. “Op dit moment is 80% van de energie voor de verwarming en het koken van de huishoudens in Groot-Brittannië afkomstig van gas. Daarvan voeren we de helft in. Een deel ervan komt uit Noorwegen en dat vormt geen probleem, maar veel ervan komt uit Siberië en dat is in de voorbije jaren niet de meest zekere vorm van bevoorrading gebleken.”

    In januari 2009 zorgde een conflict tussen Oekraïne en Rusland over de aardgasprijzen ervoor dat de leveringen naar een aantal Europese landen volledig werden stopgezet.

    “We hadden maar een voorraad voor twee dagen”, zegt hij. “En als dat gebeurt, worden bedrijven als INEOS ChlorVinyls in Runcorn, de derde grootste verbruiker van gas in Groot-Brittannië, afgekoppeld om de binnenlandse voorraden te beschermen.”

    INEOS gebruikt echter niet alleen gas om zijn productiefabrieken te verwarmen en aan te drijven. Gas is ook een essentiële grondstof waarmee we duizenden essentiële producten maken waar we elke dag op vertrouwen. Zonder gas zouden er geen kunststof, geneesmiddelen, gebouwen, auto’s, computers, kleren of iPad-schermen zijn.

    “Dat wordt vaak over het hoofd gezien wanneer we getuige zijn van hevige debatten over de verdiensten van het aanhoudende gebruik van fossiele brandstoffen”, zegt Greet Van Eetvelde, INEOS Manager van Cleantech Initiatives. “Veel hernieuwbare elementen, zoals de belangrijke onderdelen voor windturbines en zonnepanelen, kunnen niet worden gemaakt zonder gas. We hebben nog altijd gas nodig om dingen te maken, ook al zijn we overgeschakeld naar koolstofarme energie.”

    INEOS Shale dat meer vergunningen heeft dan eender welke andere onderneming in Groot-Brittannië, is van mening dat de meeste mensen openstaan voor de ontwikkeling van schaliegas.

    “Meer willen we niet”, zegt Tom. “We zijn niet zelfingenomen. We begrijpen dat mensen zich zorgen maken, maar vele dingen die zij lezen over schaliegas, zijn gewoon niet waar. We gaan graag de uitdaging aan als men denkt dat wij het mis hebben. We hopen dat we mensen meer informatie kunnen bieden tijdens deze bijeenkomsten.”

    Het wordt een lastige klus, want de groeperingen tegen het fracken hebben zich meester gemaakt van de sociale media.

    Maar INEOS hoopt toch aan te tonen dat wie het hardst roept, niet altijd het meeste kennis van zaken heeft.

    WAAROM INEOS DE JUISTE ONDERNEMING IS OM SCHALIEGAS IN HET VK TE WINNEN

    Weinig ondernemingen hebben zoveel kennis als INEOS.

    Naast haar knowhow die ze boven de grond heeft opgebouwd bij het omgaan met brandbare gassen in haar 65 productievestigingen over de hele wereld, beschikt de onderneming ook over knowhow onder de grond.

    In november verwierf INEOS gasplatformen in de Noordzee en daarmee beschikt het ook over een team van boordeskundigen die voldoende gas leveren om 1 op de 10 gezinnen in het VK van warmte te voorzien.

    INEOS stelt ook het team tewerk dat pionierswerk verrichtte bij de ontwikkeling van schaliegas in de VS. Het team beschikt over meer dan 20 jaar ervaring in de industrie beschikt.

    Voorzitter Jim Ratcliffe zegt dat hij niet kan begrijpen waarom het nog altijd zo moeilijk is om mensen ervan te overtuigen dat de extractie van schaliegas veilig is.

    “Er is zoveel ervaring opgebouwd in het boren en fracken van schalie in Noord-Amerika dat alle zorgen en spookbeelden zouden moeten zijn weggewerkt”, zegt hij. “In Amerika hebben we in de voorbije 10 jaar nu meer dan een miljoen boorputten geboord en gefrackt en het heeft een reusachtige hoeveelheid koolwaterstoffen voortgebracht.”

    In de begindagen van de exploitatie van schaliegas in Amerika werden fouten gemaakt.

    Door een verkeerde constructie van de boorputten raakte water verontreinigd en het water uit gefrackte olieboorputten kwam terecht in open, onafgebakende putten.

    “We hebben al die gevallen bestudeerd om ervoor te zorgen dat wij de dingen anders zouden doen”, zegt Tom Pickering, Chief Operating Officer van INEOS Shale.

    Sommige Amerikaanse bedrijven hadden slechts één laag staal in de boorput gebruikt.

    INEOS zal tot vier lagen staal gebruiken die in elkaar zijn gebetonneerd.

    Andere bedrijven hergebruikten oude boorputten. INEOS zal alleen nieuwe boorputten gebruiken.

    Het afvalwater werd achtergelaten in open poelen.

    Het afvalwater van INEOS zal worden opgeslagen in tweelagige opslagtanks, voor het zal worden gerecycleerd.

    “Het is belangrijk om te erkennen dat er problemen zijn geweest, maar die gebeurden in de begindagen van de exploitatie van schaliegas in Amerika en wij leven niet in Amerika”, zegt Tom. “Dit is Groot-Brittannië, dat een van de meest strenge reguleringen ter wereld heeft.”

    De Royal Society and Royal Academy of Engineering bekeek het beschikbare bewijsmateriaal en concludeerde dat schaliegas veilig kan worden geëxtraheerd als er een gepaste regelgeving is. Schaliegasextractie is niet zonder risico’s en moet voorzichtig gebeuren, maar de risico’s zijn beheersbaar en vergelijkbaar met andere praktijken.

    12 minuten gelezen Nummer 10
  • P22 EXPERTISE COMES TO THE SURFACE.jpg

    KNOWHOW KOMT NAAR BOVEN

    INEOS Upstream zou de nieuwste activiteit van INEOS kunnen worden.

    Maar voor de mensen achter de nieuwe energieactiviteiten is fracking geen onbekende, on- of offshore.

    Onshore werkt INEOS met de drie Amerikanen die pionierswerk hebben verricht bij de ontwikkeling van schaliegas in de VS. Dit leidde tot een heropleving van de productie.

    Offshore hebben ze een team samengesteld dat al jaren veilig boort en frackt naar aardgas.

    INEOS bouwde bovengronds knowhow op door in zijn 65 productievestigingen om te gaan met brandbare gassen. Dat maakt de onderneming ervan overtuigd dat ze de eerste onderneming in het VK kan worden om de ruime voorraden schaliegas te extraheren dat momenteel honderden meters onder de grond in gesteente vastzit. INEOS wil daarbij ook de perceptie van de publieke opinie veranderen.

    “We denken dat we de opkomende schaliegasindustrie iets unieks kunnen bieden”, zegt Tom Pickering, Chief Operating Officer van INEOS Shale die jarenlang heeft gewerkt op een olieboorplatform in de Noordzee.

    Doug Scott is hoofd van de boorafdeling bij INEOS Breagh, een dochteronderneming van INEOS Upstream.

    “In de voorbije vier jaar zijn we een van de meest actieve exploitanten van fracking in gasvelden in dicht zandsteen in het zuiden van de Noordzee geweest”, zegt hij. “We hebben de techniek gebruikt om het gas er sneller uit te krijgen en toegang te krijgen tot het gas dat vroeger niet rendabel was voor extractie.”

    Schaliegas is hetzelfde als Noordzeegas. Het gaat telkens om aardgas. Het enige verschil is dat het Noordzeegas wordt geëxtraheerd uit zandsteen dat zich op ongeveer 3 kilometer onder de zeebodem bevindt, en onshore zou INEOS het extraheren uit schalie die zich tot 5 kilometer onder de grond bevindt.

    Doug en zijn team werkten tot oktober voor DEA. Dat veranderde toen INEOS de Duitse onderneming voor enkele honderden miljoenen dollars kocht en daardoor de verantwoordelijkheid kreeg om de gasbevoorrading te verzekeren voor 1 op de 10 huizen in het VK.

    INEOS Breagh exploiteert vier platformen in het zuiden van de Noordzee en heeft belangen in 16 exploitatievergunningen.

    De beslissing van INEOS om te kopen (op een moment dat iedereen leek te verkopen) wordt beschouwd als een baanbrekende stap naar de energiesector.

    Anderen zagen niets dan problemen door de stijgende kosten en de dalende winsten, maar INEOS zag hier een grote opportuniteit in.

    Die opportuniteit om een enorme kennis te verwerven – en tegelijk het leven en de efficiëntie van deze platformen te verbeteren zonder in te boeten aan veiligheid – mocht niet worden gemist.

    Om de activiteiten te laten groeien zal INEOS rekenen op zijn nieuwe team van geologen, geofysici en deskundigen in boorputconstructie die nu werken voor INEOS Breagh.

    Het nieuwe team werkt goed samen met INEOS Groep omdat zij dezelfde ethos delen.

    “Veiligheid en efficiëntie zijn heel belangrijk voor ons”, zegt Doug. “De werkzaamheden voor het opstellen en plannen die we uitvoerden voor we onze allereerste boorput frackten, was van essentieel belang voor het succes ervan. Het kan niet worden overschat. De tijd die je besteedt om alles precies juist te hebben, betaalt zichzelf terug tijdens de operationele fase.”

    Hij zegt dat, dankzij een goede planning en het inspelen op onvoorziene gebeurentenissen, het team goed kon omgaan met de onzekerheden die altijd gepaard gaan met het boren en fracken van boorputten.

    “Zoals altijd tijdens de operationele fase kreeg veiligheid altijd de voorrang als er een conflict ontstond tussen de operationele vooruitgang en de veiligheid”, zegt hij.

    Doug vertelt dat veilige en efficiënte werkzaamheden alleen mogelijk zijn als het team competent is en er een efficiënte communicatie is tussen de personen die de booruitrusting, het frackvaartuig en het platform bedienen.

    “Dat is van essentieel belang om ervoor te zorgen dat iedereen op het juiste moment doet wat hij moet doen”, zegt hij.

    Het team van INEOS Breagh heeft ook altijd de gewoonte om te zoeken naar manieren waarop nog efficiënter kan worden gewerkt of gewoon naar nieuwe manieren van werken.

    Bij INEOS Breagh brachten ze in wezen een filter in de boorput om te voorkomen dat het opvulmiddel (voornamelijk zand) tijdens de gasproductie de oppervlakte bereikt. Dit betekende dat de gefrackte boorput 12 maanden voor er een alternatieve technische oplossing werd gevonden, online kon worden gebracht.

    “De schermen in de boorputten waren een primeur voor gefrackte boorputten in het Britse continentaal plat in het zuiden van de Noordzee”, zegt Doug. “Maar met deze eenvoudige technologie zijn allerlei kansen mogelijk voor de toekomstige ontwikkelingen van gefrackte gasvelden.”

    En in Clipper South verkochten ze het gesaneerde gas van de bron in plaats van het te fakkelen.

    “Dat was ook een primeur voor ons”, zegt Doug. “Het vroeg een enorme inspanning en veel samenwerking binnen de organisatie om de veiligheids- en productiesystemen te integreren, maar hierdoor konden we niet alleen 300 ton CO2 recupereren, maar het zorgde ook voor4,3 miljoen inkomsten uit de verkoop van gas.”

    De platformen die INEOS erfde als onderdeel van de deal, zijn relatief nieuw, goed beheerd en bestuurd vanop afstand.

    “Dat maakte hen voor een deel zo aantrekkelijk”, zegt Geir Tuft, CEO van INEOS Breagh.

    INEOS zet steeds meer stappen in de energiesector en INEOS Shale zal waardevolle lessen kunnen leren van het team bij INEOS Breagh.

    “We willen ons voordeel halen uit de nieuwe familiebanden in alle gebieden en daarbij middelen en ervaringen delen”, zegt Geir.

    Sedert de overname is hij bezig aan een stevig plan om de activiteiten efficiënter te maken, vooral gezien de dalende olie- en gasprijzen.

    Drie jaar geleden kostte een vat olie 110 dollar. Vandaag is die prijs onder de 40 dollar gezakt.

    “We moeten kunnen omgaan met een verminderde kasstroom om ervoor te zorgen dat de onderneming in alle omstandigheden stabiel blijft”, zegt hij.

    6 minuten gelezen Nummer 10
  • P24 EVEREST.jpg

    MOUNT EVEREST. INEOS OP HET DAK VAN DE WERELD

    Als je op het dak van de wereld hebt gestaan, is het moeilijk om de voeten terug op de aarde te krijgen.

    Iemand die dat uit eigen ervaring weet, is Rhys Jones. Hij bedwong Mount Everest, de hoogste berg ter wereld, op zijn 20e verjaardag.

    Acht jaar lang had hij van dat moment gedroomd, nadat hij als een 12-jarige scout had geluisterd naar een lezing. Op een bepaalde manier was zijn werk nu af en voelde hij niet meer de aandrang om de berg nogmaals te beklimmen.

    “Om verschillende redenen was één keer genoeg”, zegt hij. “Maar op een bepaalde manier is het alsof ik die berg nooit ben afgekomen. Als ik mijn ogen sluit, dan kan ik nog elk deel van de klim opnieuw beleven. Het is iets wat ik nooit zal vergeten.”

    Samen met zijn vrouw Laura heeft Rhys nu zijn eigen bedrijf dat luxe-expedities organiseert. Enkele jaren terug kreeg hij de vraag om een expeditie te leiden naar de ‘death zone’ en naar de top van Mount Everest.

    “Dat heb ik geweigerd, want op die ervaring kan ik geen bedrag plakken”, zegt hij. “Je moet echt de ontbering en het gevaar willen verdragen en ik weet niet of een cheque voldoende is om mij daarvoor te motiveren.”

    In 2006 kwam hij echter op de top dankzij een ‘cheque’.

    “Ik weet niet wat me ertoe bracht om zoveel jaren terug INEOS te benaderen om mij te sponsoren”, zegt hij. “Het was eigenlijk toevallig. Maar ik had zoveel mogelijke sponsors aangeschreven, waaronder Stannah Stairlifts dat me 100 (dollar) gaf.”

    Hij stond op het punt om het op te geven toen Jim Ratcliffe, de voorzitter van INEOS, erin toestemde om de toen 19-jarige te ontmoeten. Na een gesprek van een uur wandelde Rhys naar buiten met in zijn zak het geld dat hij nog nodig had om de expeditie af te maken... en een vlag van INEOS om op de top te plaatsen.

    “Zonder de hulp van INEOS was het mij niet gelukt”, zegt hij. “Het was het geld dat ik nog nodig had, maar het betekende veel meer voor mij. Dat Jim in mij geloofde, wakkerde mijn vertrouwen enorm aan en dat is wat mij op de berg moed gaf. Ik herinner me nog levendig dat ik enkele maanden later de laatste stappen naar de top zette en het enige waar ik maar aan kon denken, was dat ik Jim had beloofd om een foto te nemen van de vlag van INEOS op de top.”

    Rhys keerde terug naar het VK met vertrouwen en een grote vastberadenheid. Maar hij voelde dat er iets ontbrak.

    “Het was zo lang een doel geweest dat ik het miste om dat doel te hebben”, zegt hij.

    Hij begon lezingen te geven op diners en evenementen en begon samen te werken met scholen.

    “Ik voelde dat het belangrijk was om aan kinderen uit te leggen dat ik maar een gewone jongen was toen ik die doelstellingen voor mezelf stelde”, zegt hij. “Ik was geen hoogvlieger. Ik was éénvan de 80 % van de studenten die opdagen op school, het minimum doen om niet in de problemen te raken en opnieuw naar huis gaan. Ik was heel anoniem en kon niet wachten tot het weekend was om te kunnen gaan klimmen. Maar ik slaagde in wat ik wou bereiken omdat ik de juiste aanpak had.”

    Hij herinnert zich nog hoe verbaasd zijn leraars waren toen hij de Denali beklom, de hoogste top van Noord-Amerika, 12 maanden nadat hij zijn eindexamen had afgelegd.

    “In een van mijn oude schoolrapporten kreeg ik de raad om aan mijn conditie te werken, zodat ik meer zou genieten van de lessen lichamelijke opvoeding”, zegt hij. “Normaal dus dat zij verbaasd waren.”

    Hij leidde ook expedities voor reisbureaus en goede doelen.

    “Het was wel leuk, maar ik vond altijd dat ik mijzelf tekortdeed door te werken voor een tussenpersoon”, zegt hij.

    Dus stapte hij op en hij richtte zijn eerste onderneming op, RJ7 Expeditions, vanuit een kantoor in Dubai in het Midden-Oosten.

    Nu is hij terug in het VK en leidt hij een nieuwe onderneming, Monix Adventures. Zijn specialisatie is de begeleiding van mensen naar enkele van de moeilijkst te bereiken plaatsen op de aarde.

    En voor wie op zoek is naar zulke sensaties, is zijn ervaring van onschatbare waarde.

    “Ik heb tijdens expedities ook wel tegenslagen gekend”, zegt hij. “In Groenland viel ik in een kloof en brak ik mijn arm. Maar we krijgen allemaal te maken met uitdagingen in ons leven. Als het lastig wordt, dan denk ik eraan dat niets blijft duren, hoe steil, hoe ingewikkeld of hoe moeilijk het ook lijkt.”

    Hij hoopt dat de vlag van INEOS die hij plaatste tijdens de vijf minuten die hij op 17 mei 2006 doorbracht op de top van de 8.848 m hoge berg ergens ter wereld in een kantoor van INEOS omhoog hangt.

    “Wie weet kan de vlag iemand anders inspireren om in mijn voetstappen te treden”, zegt hij.

    7 minuten gelezen Nummer 10
  • P26 DO WE NEED GAS.jpg

    DEBAT: HEBBEN WE GAS NODIG?

    Regeringen zijn het erover eens dat de opwarming van de aarde momenteel de grootste bedreiging vormt voor het leven op aarde. Waar ze het echter niet over eens kunnen raken, is de manier waarop zij dit probleem het best kunnen aanpakken. Het debat over het verschil tussen hernieuwbare energie en fossiele brandstoffen is nog helemaal niet voorbij. INEOS, een van de grootste verbruikers van energie ter wereld, is van mening dat hernieuwbare energiebronnen nog altijd niet het probleem kunnen oplossen. Maar zijn ook anderen die mening toegedaan?

    De energiestrategie in Groot-Brittannië heeft drie grote doelstellingen: de lichten brandende houden, de energierekeningen laag houden en de stap zetten naar een toekomst met schone energie. We moeten voorzien in de behoefte aan energie in het VK met schone en koolstofarme energiebronnen om te blijven strijden tegen de klimaatverandering en om de economie te laten groeien. Maar dat is niet iets wat gewoon van de ene op de andere dag kan veranderen. De stap naar meer hernieuwbare en koolstofarme energiebronnen zal tijd vergen. De stap van steenkool naar gas zou een grote bijdrage leveren tot de vermindering van de koolstofvoetafdruk en is de ‘brug’ die we voor vele toekomstige jaren nodig hebben. De lobby die tegen het fracking gekant is, lijkt te denken dat er een onuitputtelijke voorraad van geld is van de mensen die het opwekken van hernieuwbare energie financieren. Die voorraad is niet onuitputtelijk en ook als dat zo was, dan zouden we nog altijd gas nodig hebben: namelijk als een betrouwbare bron van elektriciteit als de zon niet schijnt of als er geen wind is.

    Andrea Leadsom, minister van Energie en Klimaatverandering, Britse regering

    Het nastreven van schaliegas is een nutteloze onderneming als hernieuwbare energiebronnen kunnen bieden wat er nodig is voor een energierevolutie. Dit is vooral waar voor de 1,3 miljard mensen die geen enkele toegang tot elektriciteit hebben en voor alle mensen die ‘zonder aansluiting’ leven en die gedecentraliseerde en plaatselijk toegepaste technologieën nodig hebben. Dit is echter ook waar voor de energiesystemen in het globale noorden. Net als nieuwe steenkool en nieuwe kernenergie is het investeren in onconventioneel gas een ernstige afleiding van broodnodige investeringen in hernieuwbare energie. Uit onderzoek in de VS is gebleken dat de extractie van schaliegas via fracking een grotere totale broeikasgasvoetafdruk zou kunnen hebben dan steenkool. Naast de invloeden op het klimaat is gasextractie de bron van ernstige milieu- en sociale conflicten over de hele wereld. De ontwikkeling van gaspijpleidingen en -infrastructuur stimuleert landverwerving en volgens ons bedreigt dit op vele plaatsen waterbronnen en biodiversiteit. Bovendien denken wij dat er grote risico’s zijn op waterverontreiniging en luchtvervuiling door fracking.

    Internationale Vrienden van de Aarde

    Het is zo dat we op lange termijn moeten evolueren naar technologieën met een koolstofafdruk die zo laag als praktisch mogelijk is. De middelen die we hiervoor hebben (afvang en opslag van kooldioxide en technologieën voor hernieuwbare energie) zijn momenteel niet klaar om te voldoen aan de globale vraag naar energie en de behoeften voor armoedeverlichting. Sommige ervan zijn mogelijk nooit rendabel of uitvoerbaar. Als het met toewijding en autoriteit wordt beheerd en gereguleerd heeft schaliegas het potentieel om een deel van de nodige vermindering van CO2 te bieden en ondertussen energie te leveren aan een snel groeiende, maar koolstofarme wereld.

    Professor Peter Styles, Brits geoloog en professor Toegepaste en Milieugerichte Geofysica aan de Universiteit van Keele

    Alternatieve energiebronnen kunnen een bevredigend alternatief vormen voor fossiele brandstoffen, als we voldoende inspanningen en kennis aanwenden zoals we hebben gedaan bij het maken van de eerste atoombom. Het meest aanvaardbare alternatief zou waterstoffusie zijn, maar dat bijna-mirakel kan buiten onze mogelijkheden liggen. Misschien ontdekken we dat we het voorlopig met de combinatie van wind, zon, biomassa enzovoort het moeten zien te stellen. Maar of dat tot een succes leidt, kan misschien een inspanning vergen, die reeds een generatie terug is gestart. Wat essentieel is om al dan niet te slagen, is ons besef dat we alles kunnen doen maar dat houdt ook de mogelijkheid tot mislukken in.

    Alfred W. Crosby, Professor Emeritus Geschiedenis, Geografie en Amerika-studies aan de Universiteit van Texas.

    De voorbije vier maanden heeft aardgas dat schoner is dan steenkool, het grootste deel van de elektriciteit in Amerika opgewekt. Maar sommigen, waaronder het Amerikaanse Environmental Protection Agency, zijn van mening dat de tijd nu al gekomen is om aardgas te beginnen vervangen door wind- en zonne-energie. Deze hernieuwbare bronnen zijn in volle ontwikkeling, maar vormen wel een heel kleine basis. Bovendien is die ontwikkeling pas mogelijk dankzij miljarden dollars aan subsidies waar de belastingbetaler voor moet opdraaien. Wind- en zonne-energie hebben nog andere problemen: de wind waait niet altijd en de zon schijnt niet altijd. Hernieuwbare energiebronnen hebben dus een reservebron van energie nodig, vooral van aardgas. In plaats van te vertrouwen op de opdrachten van de regering om onze energiesector om te vormen, kunnen we beter de markt zijn gang laten gaan. De enorme goedkope voorraad aardgas in Amerika is het product van innovatie en ondernemerschap. Deze Amerikaanse manier van het aanpakken van problemen heeft een marktcompetitieve oplossing voortgebracht die energiekosten en emissies hebben teruggebracht: die zitten nu op hun laagste niveau van de afgelopen 27 jaar. Geen enkel ander land is in staat geweest om dit Amerikaanse succesverhaal te herhalen. Natuurlijk willen veel voorstanders van hernieuwbare energie graag dat wij de marktprincipes volledig overboord gooien. Als we dat doen, jagen we niet alleen de energieprijzen de hoogte in: we zullen dan ook de innovatie op een lager pitje zetten.

    Dr. J. Winston Porter, vroegere assistent-bestuurder van de EPA in Washington DC. Nu is hij actief als energie- en milieuconsultant vanuit Savannah, Georgia, VS.

    Meer dan een jaar lang heeft de Task Force on Shale Gas onderzoek verricht naar de mogelijke positieve en negatieve invloeden van het ontstaan van een schaliegasindustrie in het VK. In december hebben we onze eindaanbevelingen gepubliceerd. We zijn ervan overtuigd dat gas deel moet uitmaken van de Britse energiemix op de korte en middellange termijn. Het is gewoon niet haalbaar om een industrie rond hernieuwbare energie te creëren die op korte tijd kan voldoen aan al onze energiebehoeften. Gas vormt een milieuvriendelijker alternatief voor steenkool. De nadelige invloed op het klimaat van schaliegas is vergelijkbaar met die van conventioneel gas en kleiner dan LNG. Uit alle bewijsmateriaal dat we in het voorbije jaar hebben verzameld, kunnen we maar één duidelijke conclusie trekken: het risico van schaliegas voor het plaatselijke milieu of de volksgezondheid is niet groter dan het risico dat gepaard gaat met vergelijkbare industrieën in de veronderstelling (zoals bij alle industriële werkzaamheden) dat de operatoren de bestpractices volgen.

    Lord Chris Smith, Voorzitter van de Task Force on Shale Gas = werkgroep rond schaliegas

    Het International Energy Agency verwacht dat hernieuwbare energiebronnen een steeds groter deel van de internationale energievoorraad zullen leveren, maar fossiele brandstoffen zullen niet meteen verdwijnen. In het centrale scenario van onze belangrijke World Energy Outlook stijgt de globale vraag naar energie tegen 2040 met ongeveer een derde. Hernieuwbare energiebronnen zullen zeker bijdragen tot die stijging, maar aardgas zal dat ook doen: in alle scenario’s van de WEO zorgt gas eigenlijk tenminste voor een vierde voor de wereldwijde energie in 2040. Schaliegas heeft de verschuiving van een deel van de opwekking van elektriciteit van steenkool verhoogd, en samen met hernieuwbare energiebronnen is de verdere ontwikkeling van aardgas van essentieel belang voor een gevarieerde, veilige en duurzame energiebevoorrading in de komende tientallen jaren.

    Laszlo Varro, Hoofdeconoom, The International Energy Agency = het Internationaal Energiebureau

    Het Amerikaanse experiment met schaliegas heeft aangetoond dat de juiste middelen en grote boorinspanningen belangrijke hoeveelheden aardgas kunnen produceren. Het heeft echter ook aangetoond dat de productie op korte termijn is gericht (de bronnen zijn snel uitgeput), dat de bronnen erg variëren in kwaliteit (alleen de ‘sweet spots’ zijn rendabel), dat het boren kan leiden tot water- en luchtvervuiling en dat methaanlekken alle klimaatvoordelen van schaliegas ten opzichte van steenkool tenietdoen. Hernieuwbare energiebronnen daarentegen vormen de toekomst van energie, met dalende kosten en een veel kleinere impact op het milieu.

    Richard Heinberg, Senior Partner, Post Carbon Instituut

    We willen heel duidelijk zijn: zonnecellen, windturbines en biomassateelten voor de productie van energie, kunnen nooit ook maar een klein deel van de heel betrouwbare, constant werkende kerncentrales, waterkrachtcentrales en centrales op fossiele brandstoffen vervangen. Het is populair om het omgekeerde te beweren, maar dat is ook onverantwoord. We leven in een koolwaterstofarme wereld, brengen te veel CO2 voort en de belangrijkste kansen om waterkracht te benutten, zijn over de hele wereld uitgeput.

    Tad W. Patzek, voorzitter van de afdeling Petroleum en Geosysteem Engineering aan de Universiteit van Texas in Austin

    Het Clean Power Plan van President Barack Obama is een regelgeving van het Environmental Protection Agency om de CO2-uitstoot van de Amerikaanse krachtcentrales terug te brengen tot 32 % onder het niveau van 2005. Omdat elke staat zijn eigen energiemix heeft, bepaalt het Clean Power Plan per staat doelstellingen voor reductie en geeft het de flexibiliteit om aan die doelstellingen te voldoen via individuele nalevingsplannen. Ongeacht de manier waarop de staten het plan implementeren, is het duidelijk dat aardgas de meest kostenefficiënte manier is om onze doelstellingen voor een schone energie in de hand te werken en tegelijk ook de economische groei veilig te stellen. Daarom zal aardgas nog vele jaren een essentieel onderdeel blijven van de Amerikaanse productie van energie. De Energy Information Administration meldde overigens dat de koolstofemissies van de energieproductiesector in april op het laagste niveau stond sinds 1988. Het is niet toevallig dat in april voor het eerst in de geschiedenis aardgas de eerste plaats overnam van steenkool als grootste leverancier voor elektriciteit.

    Amerikaanse Nationale Gas Alliantie

    7 minuten gelezen Nummer 10
  • P27 THE DAILY MILE.jpg

    DE DAGELIJKSE MIJL WINT TERREIN

    De visie van een vroeger schoolhoofd om elk kind in elke Britse school elke dag gewoon voor het plezier een mijl te laten lopen, heeft een nieuwe dimensie aangenomen. Voor een deel is dit te danken aan de GO Run for Fun Foundation.

    Vier jaar geleden was de basisschool van Elaine Wyllie in het Schotse Stirling de enige Britse school die zich bezighield met wat zij ‘The Daily Mile’ (de dagelijkse mijl) had gedoopt.

    Haar campagne om een gezondere en fittere generatie voort te brengen, heeft vandaag de formele steun van de Schotse regering: haar loopactiviteit wordt nu ingevoerd in alle Schotse basisscholen. En steeds meer scholen uit alle hoeken van het VK sluiten zich elke dag bij dit initiatief aan.

    “We willen een nationaal netwerk uitbouwen en via de sociale media weten we dat al honderden scholen er aan meedoen”, aldus Ursula Heath, Group Communications Officer, die ook samenwerkt met de GO Run for Fun Foundation.

    “Met Elaine en ons GO Run for Fun netwerk proberen we er nu een nationaal programma van te maken”, zegt Ursula. “Het is enorm boeiend om te zien hoe dit groeit en om te weten dat dit de gezondheid en het welzijn van de Britse kinderen voor vele jaren ten goede zal komen.”

    Elaine is nu met pensioen, maar blijft leerkrachten aansporen om zich achter deze actie te scharen.

    “Uiteindelijk zijn het de schoolhoofden die het voortouw moeten nemen om The Daily Mile succesvol te maken. Het roemrijke cv van Elaine als leerkracht, en de passie voor haar goede zaak inspireren anderen om het initiatief toe te juichen”, zegt Ursula.

    Op 17 maart werd The Daily Mile Foundation officieel gelanceerd in de Hallfield Primary School in Westminster, Londen, met de steun van de GO Run for Fun Foundation.

    “Het is onze droom om elk kind in het VK ooit de kans te geven om elke dag op school te lopen”, zegt Ursula.

    Op korte termijn hoopt men dat de Britse regering ook de voordelen zal inzien om The Daily Mile op te nemen in het nationale lessenpakket als een manier om het groeiende probleem van obesitas in het VK aan te pakken.

    Naar verluidt kan een op de drie kinderen in het VK momenteel als te zwaar of zwaarlijvig worden beschouwd.

    “We denken dat deze campagne een groot verschil kan maken om dat probleem aan te pakken”, zegt Ursula.

    Neem een kijkje op de website van The Daily Mile: www.thedailymile.co.uk. Volg de campagne ook op Twitter @thedailymile en Facebook www.facebook.com/thedailymileforschools

    Video

    THE DAILY MILE

    00:00

     

    6 minuten gelezen Nummer 10
  • P28 RUNAWAY SUCCESS.jpg

    GROOT SUCCES

    Een wereldwijde campagne om kinderen aan het lopen te krijgen, heeft vaste voet aan de grond gekregen in Amerika.

    De reacties op de eerste evenementen van GO Run For Fun in Texas vorig jaar waren zo positief dat de organisatie uit het VK een speciaal team heeft opgericht om de loopactiviteiten in de VS te organiseren.

    Dit jaar hoopt het Amerikaanse team om 10.000 kinderen uit 17 scholen te overtuigen om deel te nemen aan een van de 34 loopactiviteiten in de streek rond Houston.

    “Dat is ons doel, maar omdat de vraag zo groot is, kunnen het er dit jaar ook makkelijk 20.000 worden”, zegt Kathryn Shuler, Manager van Community Relations and Special Projects bij INEOS Olefins & Polymers USA. “Maar dit zal ons eerste officiële jaar zijn en we moeten ervoor zorgen dat we een kwaliteitsvol programma kunnen brengen zoals iedereen dat verwacht van GO Run for Fun.”

    Het Amerikaanse team krijgt ook de opdracht om de campagne naar Chicago te brengen, in de buurt van de vestigingen van Styrolution and Technologies van INEOS.

    Bijna een op de vijf humaniorastudenten in Texas wordt nu als te zwaar beschouwd. Maar GO Run For Fun helpt al om dat probleem aan te pakken.

    Karla Klyng, onderdirecteur van de Alvin Elementary School in Alvin, Texas, vertelt INEOS dat 155 kinderen – in plaats van de verwachte 65 – lid werden van de naschoolse loopclub Mighty Milers nadat ze vorig jaar deelnamen aan een evenement van GO Run for Fun.

    “De kinderen zitten vol ongeduld te wachten om dit jaar opnieuw een GO Run for Fun te lopen”, zegt ze.

    GO Run For Fun werd in het VK opgericht door Jim Ratcliffe, voorzitter van INEOS en zelf een fervent loper. Hij wou met dit initiatief kinderen aansporen om voor het plezier te lopen en tegelijk fit te worden.

    Het programma zette al zijn eerste stappen in het VK en op het Europese continent: duizenden kinderen hebben al deelgenomen in een van de honderden korteafstand-loopwedstrijden. Amerika, dat zich bewust is van de gewichtsproblemen bij kinderen, volgt nu in dezelfde voetsporen.

    “Fastfoodrestaurants vermelden op hun menu’s nu het aantal calorieën van elk gerecht en de overheid beseft dat kinderen elke dag 60 minuten moeten bewegen”, zegt Kathryn.

    Maar voeding is niet het enige probleem waarover de leerkrachten lichamelijke opvoeding in de VS zich zorgen maken.

    “Zij zeggen dat videospelletjes ook een gevaarlijke afleiding vormen”, zegt Kathryn.

    Mary Meyer, leerkracht LO op Longfellow Elementary in Alvin, Texas, vertelt aan INEOS: “De kinderen zijn het zo gewend om videospelletjes te spelen dat ze gewoon ergens gaan zitten als ze tijdens de speeltijd naar buiten gaan. Ze weten niet meer wat het is om te rennen en te spelen.”

    Maar de teams achter wat stilaan het grootste loopinitiatief voor kinderen ter wereld aan het worden is, geloven in het motto ‘waar een wil is, is een weg’.

    De Amerikaanse campagne heeft al een heleboel inspirerende supporters overtuigd, zoals Bernard Lagat, de kampioen van de 1.000 meter, Wallace Spearman, de Olympische spurter, en Mario Runco, de astronaut die in de jaren negentig deelnam aan drie missies met de spaceshuttle.

    Vorig jaar woonde Wallace Spearmon, momenteel de zevende snelste man ter wereld, verscheidene evenementen van GO Runfor Fun in Texas bij. Hij vertelt kinderen hoe hij twee keer geen plaatsje had gekregen in de atletiekploeg van zijn middelbare school. “Alleen maar door de aanmoedigingen van mijn vader bleef ik lopen en trainen”, zegt hij. “Het was moeilijk, maar ik bleef werken.” Uiteindelijk bemachtigde hij een plek in de Amerikaanse Olympische ploeg.

    Om te zorgen dat de Amerikaanse GO Run for Fun campagne een succes op lange termijn blijft, heeft het ook een liefdadigheidsfonds opgericht.

    Het belangrijkste initiatief van de INEOS ICAN Foundation, een vrijwilligersorganisatie voor fitheid- en gemeenschapsprogramma’s, zal GO Run for Fun zijn, maar de Foundation zal ook het jaarlijkse Amerikaanse golftoernooi van INEOS Olefins & Polymers ondersteunen. Dit golftoernooi wordt georganiseerd door de werknemers, met de bedoeling om geld in te zamelen. De Foundation zal scholen ook beurzen toekennen waarmee ze de opleiding wetenschap, technologie, engineering en wiskunde in de klaslokalen kunnen uitbreiden.

    De Houston Marathon Foundation biedt al zijn officiële steun, samen met het professionele vrouwenvoetbalteam, de Houston Dash, die deze lente inspirerende ambassadrices stuurde naar de evenementen.

    “Op die manier kunnen we de kinderen laten zien dat lopen niet alleen een goedkope en leuke bezigheid is op zich, maar dat het ook een onderdeel vormt van zoveel geweldige sporten”, zegt Kathryn.

    Veel ouders zijn ook enthousiast en werken mee aan de campagne.

    “Helaas tellen sommige van onze doelscholen niet zoveel vrijwilligers bij de ouders als andere”, zegt Kathryn. “En vele van deze scholen liggen in gebieden waar ouders meer dan één job hebben om de eindjes aan elkaar te kunnen knopen. Maar het is echt belangrijk om alle ouders te laten inzien dat goede gewoonten om te bewegen op deze plaatsen moeten worden ondersteund.”

    Om de boodschap over de voordelen van lopen en beweging voor lichaam en geest te laten doordringen, zal INEOS informatiefolders in het Engels en het Spaans maken.

    Dit jaar zullen de evenementen worden georganiseerd in 17 openbare lagere scholen in de schooldistricten Alvin, Clear Lake en La Porte. In april vonden al gedurende 9 dagen loopactiviteiten plaats in het schooldistrict Alvin.

    Maar INEOS kijkt al naar de toekomst: het wil tegen 2017 15.000 kinderen bereiken en tegen 2018 20.000 kinderen. Met de passie die in het team heerst, zou dit geen probleem mogen vormen.

    “Ik ben heel enthousiast over de kans die ik krijg om kinderen te helpen motiveren om meer te bewegen”, zegt Dennis Seith, CEO van INEOS Olefins & Polymers USA. “Gezonde, actieve kinderen tonen een betere betrokkenheid en hebben meer succes op school”, zegt hij. “Door actief te zijn in de atletiekactiviteiten leren ze ook de waarden van teamwork, verantwoordelijkheid, fair play en inspanningen om het beste van jezelf te geven.”

    Bernard Lagat, ambassadeur van GO Run for Fun, treedt deze mening van harte bij. “Dankzij het lopen heb ik de fantastische gelegenheid gekregen om de wereld rond te reizen”, zegt hij. “Maar bij deze campagne gaat het om meer dan alleen lopen voor je plezier. Het leert kinderen hoe belangrijk een gezonde levensstijl is.” 

    Video

    GRFF IN TEXAS

    00:00
     

    7 minuten gelezen Nummer 10
  • P30 YOUTH CULTURE.jpg

    JEUGDCULTUUR

    Niemand kan zich zo sterk achter een goede zaak zetten als INEOS.

    Het is niet iets wat INEOS zelf verklaart, maar het is wel gevoel dat leeft op het terrein: INEOS doet immers zoveel om een gezonde interesse in sport, vooral bij jongeren, te helpen ontwikkelen.

    En dat mag om het even welke sport zijn. IJshockey. Voetbal. Rugby. Lopen. En blijkbaar doet INEOS dat in elk land waar het activiteiten ontplooit. De VS, Groot-Brittannië, Duitsland, Frankrijk, Zwitserland en België.

    “INEOS heeft voor een revolutie in onze club gezorgd”, zegt Sacha Weibel, Chief Executive Officer van de Lausanne Hockey Club. “We staan nu in de eerste klasse en behoren tot de top tien clubs van het land.”

    INEOS benaderde de club in 2010. In dat jaar verhuisde het zijn hoofdkwartier, samen met 80 gezinnen, van het VK naar Rolle in Zwitserland.

    “Ze wilden zich integreren in de gemeenschap en dat was prachtig”, zegt Sacha. “Hadden maar meer mensen die wens.”

    Maar het ging niet alleen om financiële ondersteuning.

    “INEOS wou volledig betrokken zijn”, zegt Sacha.

    Dus woonde INEOS regelmatig wedstrijden bij in het stadion met 8.000 zitjes, en organiseerde het zijn eigen vriendschappelijke wedstrijden vóórr de officiële wedstrijden van de club.

    En zijn ze goed?

    “Neen, ze zijn vreselijk”, zegt hij met de glimlach. “Maar dat valt ook te verwachten. Zodra kinderen kunnen stappen, beginnen ze hier te schaatsen.”

    IJshockey is de sport die de meeste toeschouwers trekt in Zwitserland en het is een van de moeilijkste sporten om onder de knie te krijgen. Je moet niet alleen goed kunnen schaatsen (en daar moet je al behoorlijk handig voor zijn), maar in wedstrijden moet je ook op hoge snelheid kunnen bewegen, schieten, passes geven en shots tegenhouden.

    INEOS is dan misschien geen kei op het ijs, maar naast het ijs is de steun van de onderneming van onschatbare waarde gebleken.

    “Het heeft ons echt geholpen om de hele club te veranderen”, zegt Sacha.

    In de voorbije vier jaar heeft de club een spectaculaire comeback gemaakt: nu speelt ze in de topklasse van het Zwitserse ijshockey. En elk seizoen wordt de club beter.

    “Onze samenwerking met INEOS heeft ons echt geïnspireerd”, aldus Sacha. “Hun manier van werken straalt af op ons allemaal.”

    Natuurlijk is dat niet alles.

    Als onderneming produceert het ook de ruwe chemische producten waarmee de onderdelen worden gemaakt van hockeyhelmen en –sticks, en waarmee de ijsbanen koud worden gehouden.

    INEOS is ook een grote supporter van sportclubs waar zijn eigen medewerkers of de kinderen van medewerkers hun vrije tijd doorbrengen, hetzij met trainen, coachen of spelen.

    “We zijn altijd trots op onze medewerkers die een actieve rol spelen in clubs om andere mensen te helpen”, zegt Dr. Anne-Gret Iturriaga Abarzua, hoofd van de communicatieafdeling van INEOS Keulen.

    In januari ging de vestiging een partnerschap aan met een van de grootste atletiekclubs van Duitsland.

    Een deel van zijn werk met ASV Keulen zal de organisatie van de evenementen van GO Run for Fun in juni zijn.

    De door INEOS geïnspireerde GO Run for Fun is nu een wereldwijde loopcampagne. Meer dan 1000 scholen in Groot-Brittannië, het Europese vasteland en de VS hebben een plezierloop van 2 km georganiseerd dankzij de oorspronkelijke investering van INEOS van 1,5 miljoen pond (€1,9 miljoen, $ 2,5 miljoen).

    En dat werk – om een gezonde aanpak van beweging en voeding te promoten – gaat door.

    Anne-Gret zegt dat INEOS talloze sportclubs voor kinderen die dicht bij de vestiging van Keulen liggen, financieel ondersteunt.

    “INEOS wil graag iedereen ondersteunen die de gemeenschap een handje wil helpen”, zegt ze.

    Iemand die er in weer en wind steeds bij is, is Bill Faulds, de trainer van de U16-rugbyploeg van het Schotse Falkirk.

    De Infrastructure Technical Manager van de vestiging van Grangemouth van INEOS werkt al met de club sinds hij een student was in 1985. Drie avonden per week traint hij de jonge spelers.

    “Het is dankbaar om te zien hoe kinderen hun vaardigheden en vertrouwen opbouwen”, zegt hij. “En INEOS is een grote steun met een jaarlijkse toelage die perfect van pas komt. Dankzij hun steun konden we trainingsmateriaal kopen.”

    INEOS zal altijd manieren vinden om de mensen te steunen die sport promoten en die begrijpen hoe belangrijk het is voor de ontwikkeling van jongeren.

    Of zoals de vroegere Amerikaanse president John F. Kennedy het zei: ‘Fysieke fitheid is niet alleen een van de belangrijkste elementen voor een gezond lichaam, het is ook de basis van een dynamische en creatieve intellectuele activiteit.’

    5 minuten gelezen Nummer 10
  • P31playmobil.jpg

    Voor PLAYMOBIL slaat INEOS het beste figuur

    PLAYMOBIL, de grootste speelgoedmaker van Duitsland, zocht hulp bij INEOS. En het werd niet teleurgesteld.

    De onderneming had een slijtvast, flexibel materiaal nodig voor drie nieuwe speciale figuren: een ijsdraak, een doorzichtige roze robot en een piraat.

    PLAYMOBIL wist waartoe INEOS in staat was, want ze hebben al jaren met de onderneming samengewerkt. Maar deze keer hadden ze een materiaal nodig dat niet alleen sterk en makkelijk in vorm te brengen, maar ook doorzichtig was.

    INEOS Styrolution, de wereldleider in styreen, stelde Zylar voor, een van zijn gespecialiseerde chemische producten. De combinatie was perfect.

    “Het waren strikte vereisten, maar we proberen altijd de juiste oplossing te vinden, wie de klant ook is”, zegt Julia Herzog, Marketing Communications Manager.

    De figuren van PLAYMOBIL zagen in 1974 het daglicht. Toen waren het er nog maar drie: een bouwvakker met een gestreepte trui, een ridder met een zilveren helm en een indiaan met een veer in zijn haar.

    Sindsdien liepen er meer dan 4.000 verschillende figuurtjes van de productielijnen in Malta: in totaal werden bijna 3 miljard figuurtjes in kunststof gemaakt.

    “Zylar wordt steeds populairder als materiaal voor speelgoed”, zegt Peter Rath, Director Sales Construction, Distribution, Compounding & Others, INEOS Styrolution. “Zonder kunststof zouden veel speelgoed- en allerlei soorten sportmateriaal niet bestaan.”

    Hij zegt dat INEOS zich vereerd voelde om met zo’n beroemde speelgoedmaker samen te werken.

    Zylar wordt momenteel gebruikt voor medische apparaten, maar we vinden het ook terug in tal van huishoudtoestellen, zoals waterfilters of de waterhouders van koffiemachines.

    1 minuut gelezen Nummer 10
  • bilbao-spain-manufacturing-plant-min.jpg

    INEOS koopt een fabriek aan de Spaanse kust

    INEOS heeft een zwavelzuurfabriek gekocht in een van de belangrijkste logistieke centra in Europa. De verwerving van de fabriek in het Spaanse Bilbao betekent een aanvulling van het bestaande zwavelverbindingsbedrijf van INEOS in Runcorn in het VK en verdubbelt effectief de productiecapaciteit van INEOS.

    Zwavelzuur is een van de belangrijkste basisverbindingen die de chemische industrie produceert. Het wordt gebruikt om letterlijk honderden samenstellingen te maken die bijna elke industriële sector nodig heeft, zoals meststoffen, detergenten, waterbehandeling en batterijen.

    “Vroeger was de zwavelzuurconsumptie een maatstaf van het BBP van een land”, zegt Ashley Reed, CEO van INEOS Enterprises. “De vraag was nauw verbonden met de economische gezondheid van een land.”

    Dat kan vandaag ook nog waar zijn.

    Vorig jaar was Spanje de op een na snelst groeiende economie in Europa met een groei van het BBP van 3,2 %. Het Internationaal Monetair Fonds is van mening dat het herstel van Spanje zich zal doorzetten.

    “Dat is goed nieuws voor ons en het zou ons een sterk platform moeten geven voor omzetgroei in de plaatselijke markten”, zegt Ashley.

    De Spaanse fabriek maakt elk jaar ongeveer 340.000 metrieke ton zwavelzuur. Ze is een van de modernste in Europa en ligt vlak bij de raffinaderij van Bilbao dat het grootste deel van de belangrijkste grondstof van de fabriek, zwavel, levert.

    “Zwavel is vaak een ongewenst nevenproduct bij de productie van raffinageproducten. Dit is dus een manier om zich ervan te ontdoen”, zegt Ashley.

    Ongeveer 25 % van de inkomsten van de fabriek komt van de warmtekrachtkoppeling met elektriciteit, die voortkomt uit de verbranding van zwavel in de lucht. De elektriciteitsprijzen behoren tot de hoogste ter wereld en volgens de nieuwe Spaanse wetgeving om de productie van hernieuwbare energie aan te moedigen, zal de Spaanse regering de elektriciteitsprijs voor de onderneming voor de volgende 25 jaar verzekeren.

    “Dat was een van de redenen waarom INEOS geïnteresseerd was in de fabriek”, zegt Ashley.

    De fabriek is strategisch gelegen in de haven van Bilbao: een ideale plaats om te exporteren naar de hele wereld.

    “Binnen een straal van 400 kilometer rond de haven is er geen enkele andere zwavelproducent”, zegt Ashley. “En omdat de transportkosten een belangrijk deel vormen van de prijs van zwavelzuur is de juiste locatie van levensbelang voor het succes van een onderneming in de zwavelsector.”

     

    2 minuten gelezen Nummer 10
  • merger-creates-winning-banner.jpg

    INEOS gaat het alleen doen

    Een joint venture tussen INEOS en Solvay zal later dit jaar eindigen, twee jaar eerder dan gepland.

    De twee ondernemingen hebben zoveel bereikt sinds ze in juli 2015 INOVYN vormden, dat Solvay erin heeft toegestemd om de controle over deze activiteiten met een waarde van 3,5 miljard euro over te laten aan INEOS.

    “Dankzij de snelle en efficiënte integratie van zijn teams en activa is INOVYN nu een gezonde en duurzame speler in de wereld van chloorvinyl”, zegt Jean-Pierre Clamadieu, CEO van Solvay.

    De Belgische onderneming Solvay had altijd de bedoeling om de activiteiten aan INEOS over te laten, maar dat was oorspronkelijk pas gepland voor juli 2018.

    Jim Ratcliffe, de voorzitter van INEOS, zegt blij te zijn met de vroege exit van Solvay.

    “Bedrijven die actief zijn op het vlak van chloorvinyl zijn van groot belang voor grote petrochemische bedrijven zoals wij”, zegt hij. “En door deze geplande overname krijgt INOVYN een eigenaar met een langetermijnvisie die stabiliteit biedt voor zijn activiteiten en medewerkers.”

    De beslissing van de twee ondernemingen in 2015 om hun chloorvinylactiviteiten te combineren, zorgde voor een winnende combinatie. Het pas genoemde INOVYN werd hierdoor een van de top drie pvc-producenten ter wereld en dit betekende dat de onderneming uitstekend geplaatst was om snel te reageren op de veranderende Europese markten.

    INOVYN, met hoofdkwartier in Londen, stelt 4.300 mensen tewerk in 18 productievestigingen in acht landen.

    Elk jaar maakt het 40 miljoen ton chemische producten die gebruikt worden in bijna elk aspect van het moderne leven, die zorgen dat de mensen een dak boven hun hoofd hebben, gezond zijn en met elkaar verbonden zijn.

    1 minuut gelezen Nummer 10
  • unchartered-waters-banner.jpg

    Onbekend terrein

    Het zijn spannende tijden voor INEOS – zowel aan land als op zee – zo ontdekt INCH tijdens een gesprek met Geir Tuft, CEO van de nieuwe olie- en gasvestiging INEOS Breagh

    VELEN vragen zich af waarom INEOS zich inlaat met olie en gas. Sommigen fronsen de wenkbrauwen omdat het bedrijf zijn pijlen op de Noordzee richt, terwijl anderen zich er net uit terugtrekken.

    De onderneming is ervan overtuigd dat ze de frisse wind is waar de olie- en gasindustrie op zit te wachten. Dat ze de verouderende activa (die niet meer winstgevend en ongeschikt zouden zijn) nieuw leven kan inblazen.

    Die mening is ook Geir Tuft toegedaan. INEOS heeft de man aangetrokken als hoofd van de nieuwe gasbusiness op zee, INEOS Breagh. Die opereert vier boorplatforms in de Noordzee en heeft aandelen in zestien exploratievergunningen.

    INCH sprak met Geir kort nadat hij als CEO van de nieuwe dochteronderneming van INEOS zijn intrek had genomen in zijn nieuwe kantoor in Londen.

    “Ik weet niet waar dit avontuur mij of INEOS uiteindelijk zal brengen, maar we kunnen zeker een groot verschil maken in de Noordzee”, aldus Geir. “Voor ons is dit namelijk geen kortlopend project.”

    In oktober kocht INEOS alle twaalf gasvelden van de Duitse firma DEA, deel van de LetterOne Group, in het Britse Noordzeegebied. De gasvelden liggen dicht bij de activa van INEOS in het noordoosten van Engeland en Schotland. Ze leveren ongeveer 8 % van het gas in het VK, genoeg om 10 % van de woningen te verwarmen.

    “Dat is niet niks en daar denk ik ook aan als ik ‘s avonds naar huis ga. Wat is het fijn om aan het roer van zo’n schip te staan”, aldus Geir.

    De Russische miljardair Mikhail Fridman verkocht de gasvelden op vraag van de Britse overheid, uit angst voor sancties tegen Moskou voor de rol van Rusland in Oekraïne.

    Een paar dagen nadat INEOS had beslist om DEA (VK), waaronder het Clipper South platform over te kopen, heeft Fairfield Energy Holdings Ltd zijn aandeel van 25 % in de Clipper South verkocht. Zo kwam het boorplatform voor 75 % in handen van INEOS. Fairfield wou zich naar eigen zeggen toeleggen op ontmanteling.

    Maar het is onwaarschijnlijk dat INEOS het hierbij laat en stopt met de aankoop van gasvelden in de Noordzee.

    “Hoegenaamd alles in de Noordzee is te koop en wij zijn de enige kopers in een zee van verkopers”, aldus Geir.

    Ook al is dit onbekend terrein voor INEOS, toch voelt de onderneming er zich klaar voor.

    “INEOS is dan wel een nieuwkomer in de Noordzee, maar ons bedrijf heeft heel wat ervaring met chemische fabrieken die even complex of zelfs complexer zijn dan deze platforms op zee”, licht Geir toe. “Onze belangrijkste aandachtspunten (milieu, gezondheid en veiligheid; betrouwbaarheid; hoge bezetting en competitieve vaste kosten) zijn allemaal aspecten die de mature Noordzeemarkt nodig heeft om de levensduur van de activa te verlengen en om zo veel mogelijk koolwaterstof te ontginnen. We twijfelen er niet aan dat we deze activa betrouwbaarder kunnen maken en investeren daar waar nodig.”

    De problemen van de Britse olie- en gasbedrijven, die al sinds 1964 in de Noordzee naar olie en gas boren, zijn uitvoerig beschreven.

    In 2014, waarschuwde Pricewaterhouse Coopers dat er dringend nood was aan een nieuwe visie en nieuwe werkmethodes om de positie van die industrie als wereldwijde olie- en gashub veilig te stellen.

    “Een meer strategische en geïntegreerde benadering dringt zich op, om het leven van de Noordzee voor alle betrokkenen en de toekomstige generaties te helpen verlengen”, benadrukt Kevin Reynard, Senior Partner bij PwC in Aberdeen. “Als we niet gaan voor verandering, zou het doek weleens heel vroeg kunnen vallen voor het project.”

    In juni 2015 borrelde dit alles weer op toen de olie- en gasproducenten opnieuw werden aangespoord om het voorbeeld te volgen van de andere Britse industrieën. Ook zij moesten wel veranderen om te overleven.

    “We kunnen er niet omheen: de exploratie en productie zijn gedaald tegenover de vorige jaren”, geeft Kevin toe. “Ook al gaan alle geplande boringen door, het tempo waarin wordt geboord blijft nu eenmaal te laag om zelfs maar een deeltje van de mogelijke middelen te recupereren. Dat is de harde realiteit.”

    PwC heeft opgeroepen om de strategie drastisch bij te sturen. “Bedrijven moeten innoveren, samenwerken en hun kosten en prestaties verbeteren”, zo klinkt het.

    De Britse overheid heeft er ook sinds begin 2014 bij de industrie op aangedrongen om de werkingskosten te beperken, de efficiëntie te verhogen, onaangeroerde reserves te ontginnen en meer te investeren in exploratie.

    “Onze ervaring is van onschatbare waarde in deze context”, zegt Geir opgetogen. “We hebben een ruime ervaring met de aankoop, de verbetering en het beheer van zogenaamd ‘niet-winstgevende’ activa. Als er één bedrijf dit kan, dan is het INEOS wel.”

    Er zijn naar schatting nog grondstoffen voor dertig tot veertig jaar productie – of nog ongeveer 24 miljard vaten met olie – maar volgens het Britse Office for Budget Responsibility zouden de olie-inkomsten tegen 2017-2018 met 38 % dalen.

    Om de dalende Noordzeeproductie tegen het einde van het decennium met 15 % op te krikken, heeft de Britse kanselier George Osborne onlangs voor bijna £ 1,3 miljard aan maatregelen aangekondigd voor de komende vijf jaar. Ook is hij van plan om nieuwe exploratieoperaties gedeeltelijk te financieren om de reserves van de regio te verhogen.

    De olie- en gasindustrie weet dat ze haar werkingskosten met miljarden moet terugdringen en haar productie-efficiëntie moet opdrijven om de concurrentie de baas te blijven.

    De hoge werkingskosten van deze activa werden meteen een hot item toen de olieprijzen plots zakten van ongeveer $ 110 per vat naar $ 60, en naar nog geen $ 40 tegen het einde van het jaar (2015).

    Geir, die de voorbije drie jaar in de vestiging in Grangemouth werkte, ziet 2016 erg opgewekt tegemoet.

    “Eerst en vooral moeten we inzicht krijgen in deze nieuwe activiteit”, zegt hij. “Enerzijds heb ik het gevoel dat we vaste voet aan de grond hebben, want INEOS heeft al heel wat bereikt. Anderzijds moeten we toch voorzichtig blijven en bijleren, want dit is deels nieuw voor ons. Denk maar aan de exploratie, de ondergrondse lagen, geologie en seismologie.”

    Tegen eind januari 2016 zal hij een sterk groeiplan voor de activiteiten aan INEOS Capital kunnen voorleggen.

    Ook de medewerkers – mee overgenomen bij de verkoop van de LetterOne Group – zien de toekomst positief tegemoet.

    “Na al die onzekerheid voelt iedereen zich vandaag echt opgelucht”, vertelt hij. “We zien alles bijzonder rooskleurig in, want iedereen weet dat we onze nieuwe activa willen benutten en uitbouwen. We gaan ervoor en kijken naar de toekomst.”

    Dat vindt ook Adrian Coker, Head of Exploration and New Business bij INEOS Breagh.

    “Eigenlijk hebben we net een verkoopproces van twee jaar achter de rug”, zo luidt het. “Eerst was er LetterOne en dan de doorverkoop aan INEOS ... We zijn dus blij dat we eindelijk vooruit kunnen en opnieuw zoals anders aan de slag kunnen.”

    Jim Ratcliffe, Chairman van INEOS heeft het team al ontmoet.

    “Hij gaat in tegen de grote stroom van mensen die de Noordzee verlaten. Maar voor durvers met een sterke ondernemingszin, liggen hier nochtans mooie kansen”, vertelt Adrian.

    Het managementteam van de vestiging van DEA in het VK heeft heel wat ervaring en blijft dus aan het roer. Ze zullen deze afdeling op dezelfde manier leiden zoals dit bij de andere businesses van INEOS gebeurt.

    “De hoofdzetel zal vooral van op een afstand toekijken”, benadrukt Jim. “Het managementteam beslist namelijk eigenhandig over het bestuur van de vestiging.”

    INEOS zet hiermee een gedurfde stap in een nieuwe wereld. Deze onderneming heeft hoe dan ook het potentieel om de activiteiten van INEOS te transformeren zoals de overname van INNOVENE in 2015 dat deed. Alles hangt af van hoe ze zich ontwikkelt.

    Video

    INEOS Breagh

    00:00

    7 minuten gelezen Nummer 9
  • billion-deal-banner.jpg

    De deal van $ 9 miljard

    De aankoop van gasvelden in de Noordzee is een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van INEOS. Maar INEOS maakte eerder al het onmogelijke mogelijk. Het bedrijf zamelde tien jaar geleden bijna $ 9 miljard in voor de aankoop van INNOVENE, de gigantische chemische afdeling van BP. Deze deal veranderde het gezicht van INEOS in één klap. Van een transformatie gesproken!

    WE schrijven 2005.

    De wereld vreesde een pandemie van de vogelgriep nadat de ziekte zich al van Azië naar Europa had verspreid. Miljoenen mensen treurden om het overlijden van paus Johannes Paulus II. Saddam Hoessein moest voor de rechter verschijnen.

    INEOS deed het goed. Het bedrijf had een jaarlijkse omzet van meer dan $ 8 miljard en stelde 7500 mensen te werk in 20 vestigingen over de hele wereld.

    INEOS Capital had evenwel grotere ambities en zocht interessante investeringen.

    BP was van plan om zijn gigantische chemische vestiging INNOVENE naar de beurs van New York te brengen. Maar INEOS wist het managementteam te overtuigen om de olefins-, derivaten- en raffineringsafdeling door te verkopen voor $ 9 miljard.

    De deal was een sprong in het duister, want INEOS had veel sites nog niet eens gezien.

    Maar deze gedurfde stap heeft INEOS wel gelanceerd als een van de grootste petrochemische bedrijven ter wereld.

    INNOVENE had 8000 medewerkers en 26 productiesites in Amerika, Canada, het VK, Frankrijk, België, Duitsland en Italië.

    “INEOS had destijds een opvallend bescheiden profiel, maar werd door deze deal meteen naar de internationale top van de chemische industrie gekatapulteerd”, aldus Patricia Short, een journaliste van het vakblad Chemical & Engineering News.

    Na de overname haalden de gecombineerde ondernemingen een omzet van meer dan $ 30 miljard. INEOS werd zo het op drie na grootste petrochemische bedrijf van de wereld.

    Jim Ratcliffe omschrijft de deal – de grootste verkoop ooit door BP – als een “overname die ons bedrijf veranderde”.

    Zijn bedrijf was van de ene dag op de andere dubbel zo groot geworden.

    De overname (waaronder ook de raffinaderijen in Lavéra en Grangemouth) vulde de portefeuille van ethyleen- en propyleenderivaten van INEOS verder aan.

    David Anderson, voorzitter van het consultancybureau Chemical Market Resources Inc uit Houston, herinnert het zich nog goed.

    “Een klein bedrijfje nam het op tegen de grote jongens”, zegt hij. “David tegen Goliath, zeg maar. Niemand hield er rekening mee dat het misschien zou mislukken. De vraag was vooral of het team van INEOS alle puzzelstukjes in een samenhangend operationeel geheel zou kunnen leggen.”

    Het had ook verschrikkelijk slecht kunnen aflopen. Maar dat was het geval niet.

    INEOS was het immers gewend om ongewilde grondstoffenbedrijven van ICI, BASF en BP op de kop te tikken wanneer deze chemiereuzen hun activiteiten herstructureerden.

    Als er één bedrijf dit kon, dan was het INEOS wel. En INEOS vroeg zich alleen maar af of het de brutowinst (EBITDA) van de overgenomen vestigingen op vijf jaar tijd kon verdubbelen.

    Deze aanpak waren de toenmalige werknemers van INNOVENE niet gewoon.

    Bob Sokol, de huidige Chief Financial Officer van C2 Derivatives, had al van INEOS gehoord, maar zag het als een chemisch bedrijfje dat alleen binnen de Europese grenzen dacht.

    “Ik had in INEOS nooit een onderneming gezien die INNOVENE voor $ 9 miljard zou overnemen”, licht hij toe.

    Volgens hem wist het personeel van INNOVENE wel dat er veranderingen op til waren.

    “De onzekerheid onder de werknemers was groot. De onderneming zou eerst naar de beurs gaan, maar werd uiteindelijk overgenomen door een weinig bekend chemiebedrijf met 100 % schuldfinanciering”, aldus Bob.

    Dennis Seith, de huidige Chief Executive Officer van INEOS O&P USA, maakte deel uit van het managementteam dat BP had uitgekozen om INNOVENE op te richten.

    “Ik had nog nooit van INEOS gehoord. Die naam klonk de meesten in de VS en bij INNOVENE zeker niet bekend in de oren”, zegt Dennis.

    Maar het ijltempo van de veranderingen na de overname gaf de werknemers weinig tijd om zich vragen te stellen over de kleine garnaal die zonet een grote vis uit de chemiesector had binnengehaald.

    “De angst voor het onbekende is altijd een beetje verontrustend, maar we moesten de klus klaren. Het was zo intens dat we niet veel tijd hadden om stil te staan bij alle gebeurtenissen”, gaat hij verder. “Ik herinner mij alleen dat het spannend en eng tegelijk was. We kregen de kans om de bureaucratie weg te werken, ideeën uit te proberen, ondernemend te zijn en onze verantwoordelijkheid te nemen voor het welslagen of mislukken van de activiteiten.”

    In het kader van de deal erfde INEOS een uitvoerend team van twaalf mensen. Slechts één van hen is binnen het jaar vertrokken.

    “Dat was ik”, lacht Dennis. “Er schoten maar heel weinig juristen meer over en de verantwoordelijkheid lag in de handen van zij die zich daarvoor openstelden. Veel mensen voelden zich niet goed bij de inkrimping en de beperking van de kosten of de benadering van ondernemende verantwoording in een privébedrijf.”

    BP was uitgegroeid tot een zeer slome, bureaucratische organisatie met een obsessie voor meervoudige peer reviews. Een onderneming waarin besluiteloosheid hoogtij vierde.

    Onder INEOS werden de delegaties ingeperkt en op alle niveaus beslissingen genomen. De bedrijfsuitgaven werden teruggedrongen, de kapitaalsuitgaven strenger gecontroleerd. Het personeel moest de kosten met minstens 25 % verlagen. Het management introduceerde stilaan een nieuwe cultuur waarin de werknemers ‘als eigenaar’ moesten handelen en waarbij de kosten en beslissingen mee de toekomst uittekenden.

    “We raakten gedreven en ontwikkelden de bedrijfsvisie die we ook vandaag nog hebben”, aldus Dennis.

    Hij was – en is – ervan overtuigd dat de overname het beste is wat hen ooit is overkomen.

    “BP Chemicals deed het goed, maar was de weg kwijt door de zware matrixaanpak”, zegt hij. “INEOS gaf ons de kans om echt een onderneming te leiden en met zeer getalenteerde mensen naar gezamenlijke doelen toe te werken. Iedere werknemer telt en maakt een verschil. Onze enige beperking was onze eigen creativiteit en de manier waarop we onze middelen rangschikten naargelang van hun prioriteit.”

    Joe Walton, huidige Business Director van INEOS Oligomers, werkte ook bij BP INNOVENE.

    “Een aantal van mijn BP-collega’s zaten er erg mee om de zogenaamde stabiliteit van een grote onderneming (BP) in te ruilen voor een bedrijf met een schuldenlast (INEOS)”, gaat hij verder. “Maar als je tien jaar terugkijkt in de tijd en INEOS vergelijkt met BP, dan was er duidelijk geen reden tot paniek.”

    Bij BP was Joe verantwoordelijk voor de wereldwijde optimalisatie van alleen de LAO- en PAO-activiteiten.

    Na de overname kreeg hij meer bevoegdheden en de algemene verantwoordelijkheid voor het management, de verkoop en de technologie van INEOS Oligomers.

    “Veel klanten wilden weten hoe het was om niet langer voor BP maar voor INEOS te werken”, lacht hij. “Ik vertelde hen meestal dat ik als businessmanager bij BP 60 % van mijn tijd bezig was met mijn vestiging en 40 % met het beantwoorden van vragen van de centrale werkgroepen. Dit laatste leverde uiteraard geen toegevoegde waarde op. Bij INEOS spendeer ik daarentegen meer dan 90 % van mijn tijd actief aan het beheer van de vestiging.”

    Amper een paar weken na de overname richtte INEOS zeven nieuwe activiteiten op: raffinage, olefinen, polyolefinen, olefinen en polymeren in de VS, nitrilen, technologieën en oligomeren.

    INNOVENE bestond niet langer. Het was nu INEOS Nitriles, INEOS Olefins en INEOS Polyolefins in Europa, INEOS Olefins & Polymers in de VS, INEOS Oligomers, INEOS Refining en INEOS Technologies, allemaal met hun eigen specifieke team.

    Datzelfde jaar werd Jim door Management Today uitgeroepen tot de beste ondernemer van Groot- Brittannië, vóór Charles Dunstone van Carphone Warehouse en Simon Nixon, oprichter van Moneysupermarket.com.

    Het vakblad omschreef Ratcliffe als “het antwoord van de chemische industrie op staalmagnaat Lakshmi Mittal”.

    In de eerste tien jaar heeft INEOS meer dan twintig overnames gedaan.

    Maar de overname van INNOVENE blijft de deal die het gezicht van INEOS voor altijd heeft veranderd.

    Als je in een glazen bol zou kijken, zie je wellicht dat de aankoop van de gasvelden in de Noordzee weleens een erg vergelijkbaar effect kan hebben.

    7 minuten gelezen Nummer 9
  • flying-start-banner.jpg

    Een vliegende start

    INEOS heeft bewondering voor gemotiveerde zielen, vooral als ze het groots durven te zien

    Dit project was een mooie kans voor de studenten van het Velocipede Team van de universiteit van Liverpool (VK) om de snelste fiets ter wereld te bouwen. En zo’n kans wou INEOS voor geen geld van de wereld laten schieten.

    Terwijl de ingenieursstudenten rustig werkten aan hun racefiets – de ARION 1 – maakte INEOS zich klaar om hen en hun ongelooflijke ontwerp naar Amerika over te vliegen voor de World Human Powered Speed Challenge.

    “Ik wist dat INEOS dit project graag zou steunen, want het was een combinatie van sport, techniek, ondernemerszin en een klein team dat het ondanks zijn beperkte ervaring toch groots zag”, zegt Iain Hogan, CEO van INEOS O&P South. “De studenten hadden voldoende sponsoring om de fiets te ontwerpen en bouwen. Maar omdat ze niet zeker waren van hun recordkansen, wilden ze onze steun eerst niet aanvaarden.”

    Naarmate de tests op het terrein van Bruntingthorpe vorderden, raakten de zestien studenten (onder wie teamleider Ben, de zoon van Iain), er steeds meer van overtuigd dat ze het wereldrecord van 133,78 km per uur weleens zouden kunnen breken. En dus namen ze de draad met INEOS weer op.

    De studenten hadden dringend nood aan een bedrijf met de kennis en ervaring om de fiets en het hele team naar het hartje van de Nevadawoestijn en terug te brengen.

    “Zonder de steun van INEOS was het team niet tot op de wedstrijd geraakt”, zegt Ben.”INEOS zorgde voor de logistieke organisatie om onze enorme transportkist – of zeg maar ‘kleine caravan’ – veilig en wel van Liverpool naar het hart van de woestijn en terug te voeren. Onze transportkist, waarin de fiets en alle instrumenten zaten, moest vooral intact en op tijd aankomen. We hadden dus een bedrijf met kennis van zaken nodig.”

    David Thompson, Chief Operating Officer bij INEOS Trading & Shipping, werd opgetrommeld om het team te helpen. Zijn team organiseert dagelijks de import en export van materialen van en naar de VS.

    “Dit had een logistieke nachtmerrie kunnen zijn”, zegt hij. “Maar we wisten precies wat we bij de Amerikaanse en de Europese douanediensten moesten doen om de fiets, alle reserveonderdelen en de onderhoudsapparatuur zo snel mogelijk in de VS en later terug in Europa te krijgen.”

    Tijdens de tests haalde de ARION 1 – met een omhulsel van koolstofvezel om de lucht gemakkelijker te kunnen doorklieven – snelheden van meer dan 80 km per uur.

    “De samenstelling met koolstofvezel was ideaal, want je kunt er zowat elke vorm mee maken”, zegt Ben. “En dat hebben we dus gedaan.”

    De rijder ziet de weg alleen via een kleine camera boven op de capsule, wat het sturen bijzonder moeilijk maakt.

    “Beeld je eens in dat je een motorfiets moet besturen terwijl je door het schermpje van je gsm kijkt”, gaat Ben verder. “Een beperkt zicht op de buitenwereld en geen ventilatie ... dit kan weleens claustrofobisch gevoel opleveren. Gelukkig zit de rijder er maar zo’n zeven minuten in, dus blijft het draaglijk.”

    Hoewel de fiets bijna £150.000 kost, is de rit niet bepaald comfortabel te noemen.

    “Binnenin is er enorm veel lawaai, net alsof je in een straaljager zit”, vertelt Ben. “Alle geluiden van de ketting en de wielen worden weerkaatst in het omhulsel. Daardoor konden we de rijder vaak moeilijk horen via de radio.”

    De racefiets heeft zes versnellingen die op die van een normale fiets lijken, maar dan veel groter. “De ring van de voorketting had 104 tanden”, aldus Ben.

    Maar de rijder van de ARION 1 veranderde alleen van versnelling wanneer de fiets hem dat opdroeg.

    Het team had bijna twee jaar nodig om de fiets zo perfect mogelijk af te stellen.

    “Het werd een obsessie”, geeft Ben toe. “We hebben zelfs geen zomervakantie genomen. Alle teamleden bleven op de universiteit en werkten zeven dagen per week om hem af te krijgen.”

    Het wereldkampioenschap voor door de mens aangedreven voertuigen vindt elk jaar plaats op Route 305 – een 8 km lang stuk weg in het hart van de Nevadawoestijn.

    Teams uit de hele wereld nemen er deel met hun racefiets die ze zelf hebben ontworpen en gebouwd.

    Snelheid winnen om als eerste de eindstreep te halen, is één ding.

    Maar vertragen is nog een ander paar mouwen.

    “Eerst een snelheid van 120 km per uur halen en dan vertragen ... dat is geen lachertje”, legt Ben uit. “Na de eindstreep heb je nog 1,6 km om je fiets tot stilstand te brengen. Aangezien de rijder niet kan afstappen, moet het team de fiets als het ware in de vlucht vastgrijpen. Ook dat vergt enige behendigheid.”

    Het Britse team heeft het wereldrecord weliswaar niet gehaald, maar de twee rijders hebben wel drie keer het dertien jaar oude nationale record gebroken.

    Ken Buckley was de eerste die erin slaagde, met 112,17 km per uur. Daarna haalde zijn collega David Collins, een doctoraatsstudent, 113,62 km per uur. Ken trok deze snelheid nog op tot 120,75 km per uur. Daarbij wekte hij trouwens genoeg energie op om een ketel water aan de kook te brengen!

    “Dat we het Britse record met bijna 13 km per uur verbeterden, is een hele prestatie”, gaat Ben opgetogen verder.

    Het meest indrukwekkende aan de rit waarin Ken het record brak, is dat hij 120 km per uur haalde amper 15 uur na een lelijke crash. Door een plotse windstoot en een onverwachte bult in het wegdek verloor hij met 88 km per uur de controle over de fiets.

    “Weer en wind zijn twee grote risico’s”, verduidelijkt Ben. “Tijdens het lange traject kan de wind in totaal verschillende richtingen blazen en de rijder verrassen. Had Ken toen gezegd dat hij wou stoppen, dan hadden we dat begrepen. Maar hij wou en zou het opnieuw proberen.”

    Zijn vastberadenheid was dan ook een van de doorslaggevende factoren waarom hij uit de talrijke gegadigden werd geselecteerd.

    De rijders moeten ook liggend een uitstekend evenwicht hebben.

    “Ze moeten eigenlijk opnieuw leren fietsen, want dit is helemaal anders”, zegt Robert McKenzie, die het project heeft overgenomen nadat Ben is afgestudeerd.

    De rijders moeten ook over heel wat lef beschikken.

    “De ruimte in de fiets is krap en donker, wat veel mensen claustrofobisch zou maken. Bovendien zit je vastgebonden en moet je zo snel mogelijk op de pedalen trappen”, zegt hij.

    Ken kwam gelukkig ongedeerd uit de crash, maar de buitenzijde van het omhulsel en het stuur raakten beschadigd. Het Britse team moest de hele nacht doorwerken, zodat de rijders een nieuwe gooi naar het record konden doen.

    Hoewel de Britten er niet in slaagden om de Canadezen te kloppen – de medeontwerper en rijder Todd Reichert zorgde met 137,94 km per uur voor een nieuw wereldrecord – hebben ze hun zinnen al op de volgende editie gezet.

    De ARION 2 zal kleiner, lichter en stabieler zijn.

    “Bij onze allereerste poging hebben we al het Britse record aan diggelen gereden. Nu willen we het wereldrecord terug naar ons land brengen, dat zou echt ongelooflijk zijn”, besluit Ken.

    En INEOS zal er weer bij zijn om die tweede poging te ondersteunen.

    Video

    Arion 1

    00:00

    6 minuten gelezen Nummer 9
  • elements-of-danger-banner.jpg

    De uitdaging van het gevaar

    Wat drijft iemand ertoe om de beste van de wereld te willen zijn? INCH sprak met Steve Nash, een elektrisch ingenieur die in de vestiging in het Engelse Runcorn werkt. Jaar na jaar zoekt hij grote hoogtes op

    DIT was een unieke ervaring.

    Terwijl Steve Nash met zijn parapente over de 2478 m hoge Nufenenpas in Zwitserland vloog, kwam hij in turbulente ijslucht terecht.

    “Ik begon zo snel hoogte te verliezen, dat ik dacht dat ik niet meer vastzat aan de parapente”, zegt hij. “Het was alsof ik in een woeste waterval terechtgekomen was.”

    Terwijl hij met acht meter per seconde richting grond zoefde, moest hij het hoofd koel houden en zijn parapente weer onder controle zien te krijgen.

    “Gelukkig had ik in mijn opleiding geleerd wat je in zo’n situatie moet doen”, zegt hij. “Toch was ik achteraf ontzettend blij toen ik weer met beide voeten op de grond stond.”

    Die ervaring – die dodelijke gevolgen had kunnen hebben – weerhield hem er niet van om de volgende dag om 5 uur op te staan en zijn epische tocht door de Alpen verder te zetten. En daar zit het hem nu juist. Dit onderscheidt grote doorzetters van de rest. Of om het te zeggen met de woorden van sir Edmund Hillary, de man die als eerste de Everest bedwong: “Het is niet de berg die we overwinnen, maar onszelf.”

    Steve nam deel aan een van de zwaarste races ter wereld: de tweejaarlijkse Red Bull X-Alps.

    Slechts een 32-tal internationale paragliders beschikken over de durf en de fysieke conditie om mee te doen. Stortregens, turbulentie, stormweer, hevige wind, sneeuwstormen en vriestemperaturen zijn hun grootste tegenstanders wanneer ze stappen, lopen en vliegen van Salzburg (Oostenrijk) naar Monaco via Duitsland, Italië, Zwitserland en Frankrijk.

    Er wordt geen precieze route opgelegd. De atleten moeten voorbij tien controlepunten, meestal iconische bergtoppen. Maar ze beslissen zelf hoe ze daar geraken.

    De winnaar dit jaar was de Zwitserse paraglidinglegende Christian Maurer: hij landde 8 dagen, 4 uur en 37 minuten na zijn vertrek vanaf het Mozartplein (Salzburg) in Monaco. Hij mocht deze trofee al voor de vierde keer in ontvangst nemen.

    Achtenveertig uur later was de race officieel ten einde, ook al was Steve (de enige Brit en met zijn 52 jaar de oudste deelnemer) amper 178 km van de finish verwijderd.

    “Het was een unieke kans om mezelf te meten met de allerbeste vliegers van de wereld”, is zijn commentaar.

    Nadat hij in oktober 2014 was geselecteerd, vroeg Steve advies aan fitnessexperts, voedingsdeskundigen en voormalige deelnemers aan de race.

    “Iedereen die meedoet, ongeacht op welk niveau, wil zijn allerbeste beentje voorzetten”, vertelt hij.

    Maar een voorliefde voor bergen en hoogtes volstaat niet.

    “Het echte gevaar is het weer”, aldus Steve. “Ruwe turbulentie door thermiek kan de stoffen vleugels doen scheuren. De gigantische cumulonimbuswolken zijn zo gevaarlijk dat passagiersvliegtuigen ze steevast mijden.”

    Wat de deelnemers anders maakt? Ze zijn in staat om te vliegen in omstandigheden die de meeste paragliders totaal onveilig zouden vinden.

    “De echte topvliegers zijn zo bedreven dat ze zelfs de meest ongunstige weersomstandigheden trotseren en in hun voordeel benutten”, aldus Steve. “En dat telt, want deze race win of verlies je in de lucht.”

    Steve nam vier jaar geleden al eens deel, maar werd gediskwalificeerd nadat hij acht meter in verboden luchtruim rond de luchthaven van Locarno had gevlogen.

    “Ik had nooit eerder in verboden gebied gevlogen. Maar wanneer je fysiek en mentaal tot het uiterste gaat, denk je soms niet helemaal helder meer na”, gaat hij verder.

    Dit jaar wou hij die fout niet meer maken. En dat is hem gelukt.

    Op een goede dag schoot hij letterlijk vooruit en legde hij meer dan 130 km in de lucht en 70 km te voet af.

    Op een slechte dag moest hij stappen of lopen met een rugzak 9 kg op de rug.

    “De slechtste dag om te vliegen was toen we uit Zermatt vertrokken. De omstandigheden waren heel moeilijk, met harde wind die me letterlijk naar de verkeerde kant duwde, weg van de finish”, herinnert hij zich.

    De Red Bull X-Alps eist zijn tol van je lichaam, want het slaapgebrek leidt tot zware vermoeidheid.

    “Ze vroegen mij eens wat ik wou eten en ik kon daar niet eens een antwoord op verzinnen”, vertelt hij.

    Hij verloor zowat 5 % van zijn lichaamsgewicht, ook al kreeg hij per dag 4500 calorieën binnen.

    De deelnemers mogen stappen tussen 5 en 22.30 uur. Vliegen mag tussen 6 en 21 uur.

    “Ik stond vaak al om 6 uur boven op een heel hoge bergtop, klaar om uit te vliegen”, merkt hij op.

    Een van de unieke aspecten van de race is dat de toeschouwers elke beweging van de atleten online kunnen volgen.

    Dus ook toen Steve ergens in een tuin dicht bij de Zwitsers-Franse grens landde.

    “De eigenaar kwam zijn chalet uit om te zien of ik in orde was en iets te drinken wou”, weet hij nog.

    Steve begon in 1990 met paragliding in Noord-Wales, waar de hoogste piek amper 1085 m hoog is.

    “Paragliding staat voor mij synoniem met vrijheid”, zegt hij. “Je kunt meer dan 100 km afleggen zonder dat je enig idee hebt waar je zult landen of hoe je terug naar je vertrekpunt geraakt.”

    Hij houdt zijn conditie op peil door bijna elke dag naar het werk (Runcorn) te lopen of te fietsen.

    Als werkgever begreep INEOS zijn passie. Steve kreeg onbetaald verlof, zodat hij in de winter kon gaan trainen in Brazilië en twee maanden in de Alpen kon doorbrengen om zich ten volle op de race voor te bereiden.

    “Niet veel werkgevers zouden zich zo flexibel opstellen”, geeft hij toe. “Maar INEOS gelooft dat een goede fysieke conditie voor iedereen goed is, want zo lopen de werknemers minder risico om ziek te worden.”

    En wil hij in 2017 weer meedoen?

    “Zeker en vast!”, antwoordt hij. “Deze race spreekt tot de verbeelding van iedere vlieger die er ooit van heeft gedroomd om een adembenemende bergketen zoals de Alpen over te steken. Je kunt dit gewoon met geen enkele andere uithoudingsrace vergelijken.Ik heb het nu twee keer geprobeerd en deze keer was ik er bijna. Derde keer, goede keer, denk ik dan!”

    Video

    Profiel Van Steve Nash Te Bekijken

    00:00

    www.redbullxalps.com

    www.redbullxalps.com/athletes/profile/steve-nash

    6 minuten gelezen Nummer 9
  • ineos-gets-licence-banner.jpg

    INEOS krijgt een licentie om naar schaliegas te zoeken in het vk

    INEOS is tegenwoordig de grootste speler in de Britse schaliegassector. Het gaat dus snel voor een bedrijf dat pas in 2014 het verkenningswerk startte en nu al toestemming van de Britse overheid heeft om gigantische lagen van Engeland te exploreren

    De aankondiging van het ministerie van Energie en Klimaatverandering betekent dat INEOS nu licenties heeft om meer dan 400.000 hectare aan potentiële schaliegasreserves te verkennen.

    “We zijn voortaan de grootste speler in de Britse schaliegassector en hebben duidelijk een reputatie van veilige partner opgebouwd”, aldus Gary Haywood, CEO van INEOS Shale.

    Groot-Brittannië is vandaag een van de duurste plaatsen ter wereld om petrochemische producten te maken.

    Maar INEOS gelooft dat de inlandse schaliegasproductie een revolutie kan ontketenen in de Britse industrie, het VK voor het eerst in jaren energiezekerheid kan bieden en duizenden jobs kan opleveren.

    “We hebben met onze eigen ogen gezien wat dit voor de Amerikaanse economie heeft gedaan”, zegt Gary. “Schaliegas is een unieke kans die het VK niet links mag laten liggen. De oliewinning uit de Noordzee heeft het VK veel rijkdom opgebracht en nu kan schaliegas hetzelfde doen.”

    De meeste van de 21 licenties– die INEOS in december heeft gekregen – zijn voor plaatsen met een mijnbouw- of industrieel verleden. Sommige gebieden liggen dicht bij de vestigingen van Runcorn, Hull en Newton Aycliffe.

    “We zijn heel blij dat de Britse overheid vastberaden is om verder te gaan in deze boeiende, nieuwe sector”, zegt INEOS voorzitter Jim Ratcliffe.

    INEOS Shale is de vestiging van INEOS voor de exploratie en productie van olie en gas op het land. De vestiging zette haar eerste stappen in de schaliegasexploratie in augustus 2014 met de aankoop van een aandeel in de licentie voor petroleumexploratie en -ontginning van Dart Energy.

    Sindsdien is de vestiging snel gegroeid. In maart 2015 sloot INEOS Shale een overeenkomst met IGas, waardoor de onderneming toegang kreeg tot iets meer dan 100.000 hectare aan potentiële schaliegasreserves in Schotland. Al snel volgde de goedkeuring van de regering om op zoek te gaan naar schaliegas in delen van de East Midlands.

    Maar de recentste aankondiging – de toekenning van 21 bijkomende licenties – was het beste nieuws voor het INEOS team.

    “Dit hoge aantal licenties sterkt ons in onze overtuiging dat we het meest geschikte bedrijf zijn om schaliegas te ontginnen in het VK”, gaat Gary verder. “Schaliegas is voor ons geen kwestie van speculeren op korte termijn. Wel willen we onze productiebasis veiligstellen, want die zorgt voor duizenden jobs op de plaatselijke arbeidsmarkt, vooral in het noorden van Engeland en in Schotland.”

    Maar de beslissing van INEOS om de exploratie van schaliegas in het VK verder te zetten, heeft zoals verwacht ook kwaad bloed gezet bij milieuactivisten en protestgroepen.

    Tegenstanders van fracking beweren dat het gevaarlijk en ontwrichtend is, aardbevingen teweegbrengt en het drinkwater en de lucht verontreinigt.

    Voorstanders zeggen dat – als het proces goed wordt uitgevoerd – het veilig is, landen een waardevolle binnenlandse grondstof biedt, banen schept en de productie-industrie ondersteunt. Als vervangmiddel voor steenkool helpt het bovendien om de uitstoot van koolstof terug te dringen. Dat laatste stoot namelijk tweemaal zo veel CO2 uit als gas.

    Eerder in 2015 sprak INEOS met de plaatselijke bewoners om de feiten rond de ontginning van schaliegas toe te lichten en een antwoord te geven op de vragen van mensen uit de Schotse gemeenschappen die in een van onze licentiezones wonen of werken.

    “Er zal altijd een harde kern zijn die op filosofische gronden tegen de ontginning van fossiele brandstoffen gekant is. Ook al is de koolstofvoetafdruk van schaliegas maar half zo groot als die van steenkool”, legt Gary uit. “Maar veel plaatselijke bewoners vrezen de schaliegasontginning om andere, plaatselijk gebonden redenen. Net die mensen wil INEOS spreken om ze gerust te stellen over de effecten van deze activiteit. De meeste mensen zijn volgens ons wel ruimdenkend, maar willen gewoon meer informatie.”

    Hij gaat verder: “Het is essentieel dat we die mensen kunnen geruststellen dat de industrie verantwoord tewerk zal gaan en geen schade zal berokkenen aan het milieu of hun levenswijze. We moeten ook aantonen waarom de ontginning van schaliegas gunstig is voor de gemeenschappen en voor het land.”

    INEOS verbindt zich ertoe om grondig te overleggen met alle lokale gemeenschappen. Bovendien gaat het bedrijf 6 % van de inkomsten delen met de huiseigenaars, landeigenaars en gemeenschappen in de buurt van zijn schaliegasbronnen.*

    “We zijn ervan overtuigd dat de gemeenschappen in de winst moeten delen. Alleen zo kan de ontginning een succes worden”, vertelt Jim.

    Vandaag staan de experts en pioniers die de leiding hadden over de eerste commerciële ontginning van schaliegas in de VS (de Barnett Shale) volledig ter beschikking van INEOS in Europa.

    Petroleumingenieur Nick Steinsberger en geologen Kent Bowker en Dan Steward hebben meer dan twintig jaar ervaring in de sector.

    “Ze hebben duizenden schaliebronnen aangeboord zonder noemenswaardige problemen en adviseren INEOS hoe we de grote Britse reserves het best kunnen ontginnen”, legt Gary uit.

    In tegenstelling tot veel andere exploratiebedrijven kan INEOS schaliegas als grondstof én als energiebron gebruiken. Dat betekent dat schaliegas ook jarenlang zou kunnen bijdragen tot de competitiviteit van de productiesites van INEOS in het VK.

    *4 % aan huis- en landeigenaars die net boven de bronnen zitten en 2 % aan de gemeenschappen in de ruimere omgeving.

    5 minuten gelezen Nummer 9
  • iron-will-banner.jpg

    Een ijzeren will

    Abraham Lincoln zei dat als je het karakter van een mens wou testen, je hem macht moest geven

    Sport is een al even goede maatstaf. INCH ontdekte dat je op weg naar een kampioenenstatus heel wat moet opofferen.

    Of dat denken buitenstanders toch.

    De Amerikaan Bart Connor, een van de grootste gymnasten die ooit aan de Olympische Spelen deelnamen, zag alles wat hij deed nooit als een opoffering.

    “Het is gewoon een kwestie van keuzes maken”, zegt hij. “Ik had nooit het gevoel dat ik iets miste, alleen dat ik ervoor koos iets anders te doen.”

    Josh Davis schreef op de OS van Atlanta in 1996 geschiedenis toen hij drie gouden medailles won, iets wat geen enkele man uit welk land en van welke discipline ook hem had voorgedaan. De olympisch kampioen heeft naar eigen zeggen maar één ding opgegeven: middelmatigheid.

    Eleanor Haresign, dochter van Cliff Haresign van INEOS, begrijpt zijn instelling maar al te goed. Ze won haar eerste irondistancewedstrijd – 1,9 km zwemmen, 90 km fietsen en 21 km lopen – al bij haar tweede poging, op 35-jarige leeftijd.

    “Wat voor sommigen een opoffering lijkt, is dat niet voor iedereen”, zegt ze. “Het betekent heel vaak vroeg opstaan, vroeg gaan slapen, een beperkt sociaal leven hebben, je zorgen maken om een verkoudheid, uitgeput zijn en je asociaal voelen. Maar het gevoel van de overwinning of van een goede prestatie maakt alles de moeite waard en geeft zin in meer.”

    Kortom: je moet de beste willen zijn.

    “Je moet jezelf afvragen hoe hevig je iets wilt, want ook professionele atleten hebben soms pijn”, zegt ze. “Maar veel mensen hebben geen keuze en lijden pijn zonder er iets te kunnen aan doen. Vaak helpt het om dat voor ogen te houden. Ik heb geluk. Ik kan tot het uiterste gaan tijdens een wedstrijd, de pijn aanvaarden en de grenzen van het mogelijke verleggen.”

    Maar ze voegt eraan toe dat willen alleen niet volstaat.

    “Om de beste te worden, kun je niet om een aantal zaken heen. En niet iedereen is bereid om de nodige inspanningen te leveren. Je moet fysiek uitblinken, maar fysieke kracht alleen volstaat niet om een winnaar te zijn. Je moet diep in je mentale reserves graven om de fysiologische ‘symptomen’ (vermoeidheid of pijn) te omzeilen.”

    Om de besten te verslaan, moet je doelgerichter, fitter, beter georganiseerd en beter voorbereid zijn. De vereiste ingrediënten: wilskracht, vastberadenheid, discipline, toewijding en focus.

    Als je ook deeltijds moet werken om de eindjes aan elkaar te knopen, zoals Eleanor, moet je bovendien je tijd efficiënt kunnen indelen.

    “Soms vragen mensen mij hoe ik erin slaag om mijn werk, privéleven en trainingen te combineren. Ze klagen dan dat ze niet genoeg tijd hebben om te sporten, maar dat geloof ik niet”, zegt Eleanor, een milieuconsultant. “Je moet het gewoon inplannen. Wat professionele sportlui van recreatieve sportbeoefenaars onderscheidt? Naast talent is dat de bereidheid om sport in te passen in elk aspect van hun leven. De training is er maar één van. Er zijn ook de voedingskeuzes, de zorg om je immuunsysteem, genoeg slapen, genoeg stretchen ... Ook alles wat je buiten de training doet, moet je afwegen: hoe helpt dit mij om sportieve successen te boeken?”

    Eleanors volgende doel is zich kwalificeren voor het wereldkampioenschap Ironman in Hawaï in 2016. Ze moet hiervoor de komende tien maanden drie volledige en twee halve Ironman-wedstrijden doen, wil ze genoeg punten hebben om in de top 35 van de wereld te staan.

    De Ironman, de meest iconische triatlonwedstrijd ter wereld, is een uitdaging voor de besten van de besten. In totaal zullen zowat 3000 atleten van over de hele wereld 3,86 km zwemmen, 180 km fietsen en een marathon van 42 km lopen ... zonder rustpauze.

    Eleanors vader Cliff zegt dat hij en zijn vrouw Carolyn al het mogelijke zullen doen om hun dochter van langs de zijlijn te steunen.

    “Toen Eleanor podiumplaatsen begon te halen, beseften we stilaan dat dit voor haar diepe ernst was”, vertelt hij. “Niemand neemt deze wedstrijden licht op. Alleen nog maar de finish halen vraagt heel veel mentale kracht. Ik kan me nauwelijks inbeelden hoe sterk je moet zijn om te winnen!”

    Dat weet Eleanor. Haar eerste triatlon legde ze af op een mountainbike met bagagedrager in de omgeving van St. Andrews in Schotland. Nu staat ze als een professionele triatleet aan de start.

    “Triatlon vergt evenveel mentale weerstand als fysieke kracht, maar dat is wat me telkens weer doet meedoen”, zegt ze. “Maar hoewel Ironman-wedstrijden lichamelijk veel eisen, word je je ook bijzonder bewust van wat je kunt doen met het oog op een gezonde levensstijl. Je kunt je lichaam gewoon niet vragen te presteren als je niet op je voeding, je slaap en je immuunsysteem let.”

    Ondanks de bikkelharde strijd om de titel, heerst er onder de atleten veel kameraadschap. Ze waarderen en respecteren elkaar oprecht.

    “Tijdens de race ontdek je enkele heel bijzondere trekjes van de menselijke geest”, besluit Eleanor.

    Charlie gaat een stapje verder

    DAT een Ironman-wedstrijd heelzwaar kan zijn, weet de INEOS GO Run For Fun ambassadrice Charlie Webster maar al te goed.

    De Britse televisiefiguur en sportcommentator werkte haar eerste volledige Ironman-triatlon – de Ironman UK – af in 6 uur, 20 minuten en 21 seconden.

    “Vergeet niet dat ik twee jaar geleden nog niet kon zwemmen en ik pas vorig jaar mijn eerste fiets had. Ik ben dus echt in de wolken”, zei ze na 3,86 km zwemmen, 180 km fietsen en 42 km lopen.

    “Het weer zat me langs alle kanten tegen”, vertelde ze. “Er stond een harde wind, het regende en het was koud. Maar de steun was fenomenaal. Ik had te doen met de fantastische toeschouwers, die drijfnat werden.”

    6 minuten gelezen Nummer 9
  • global-campaign-banner.jpg

    Wereldwijde campagne maakt furore

    GO Run For Fun haalt zijn streefcijfer zes maanden vóór de deadline!

    De initiatiefnemers van de wereldwijde loopcampagne hadden gehoopt dat de honderduizendste atleet in juli 2016 de eindstreep zou halen op een GO Run For Fun in het VK.

    Maar Jack Ryan werd de hoofdrolspeler in dit verhaal, toen hij met zowat 1000 lopertjes van 23 basisscholen deelnam aan de door INEOS geïnspireerde fun run op de piste van Wavertree Athletics in Liverpool.

    Wie er ook bij was om Jack – en de andere kinderen – aan te moedigen, was de wereldkampioen sprinten Richard Kilty.

    “Ik ben al naar zes van deze evenementen geweest, een beetje overal in het land. Het is prachtig hoe de campagne blijft groeien en hoe het enthousiasme toeneemt”, zegt hij. “Dit is een belangrijke dag voor GO Run For Fun.”

    Go Run For Fun in cijfers

    189 evenementen in het VK, op het Europese vasteland en in de VS

    106.288 lopers haalden de eindstreep

    1.061 scholen namen deel aan de campagne

    74 sportambassadeurs, zoals Colin Jackson en Tanni Grey-Thompson, hebben de campagne ondersteund

    2.443 vrijwilligers engageerden zich om de kleine kinderen te helpen aanmoedigen

    1 minuut gelezen Nummer 9
  • visionary-approach-banner.jpg

    Visionaire benadering

    Wat doe je wanneer je aan het einde van de weg bent gekomen? Of in het geval van INEOS: wanneer je je doel zes maanden eerder dan gepland hebt bereikt? Je legt nieuwe doelen vast 

    INEOS – geïnspireerd door het succes van zijn wereldwijde loopcampagne GO Run For Fun – breidt zijn horizonten nu uit om een generatie van gezonde kinderen te helpen grootbrengen.

    Zo vormde de campagne een perfect instrument in de visie van voormalig schoolhoofd Elaine Wyllie om ieder kind op elke school dagelijks te doen lopen en obesitas bij kinderen te helpen bestrijden.

    Het bedrijf gaat een educatief programma rond zijn bekroonde Dart-cartoons op poten zetten om kinderen het belang van gezonde voeding en beweging bij te brengen.

    Op haar basisschool in het Schotse Stirling legde Elaine de revolutionaire basis van wat nu als ‘The Daily Mile’ (de dagelijkse mijl) bekendstaat. De afgelopen drie jaar heeft ieder kind in de school elke dag een mijl gestapt of gelopen – puur voor het plezier.

    “Het lopen is de beloning”, zegt ze.

    In het begin zullen INEOS en Elaine zich toespitsen op het VK, waar één op de drie kinderen vandaag als zwaarlijvig of obees wordt beschouwd. Maar uiteindelijk hopen ze een wereldwijde impact te hebben.

    “Elaines passie, gedrevenheid en enthousiasme voor deze zaak werken echt aanstekelijk”, vindt Ian Fyfe, HR Director bij de INEOS Group. Hij ontmoette haar vorige zomer op het hoofdevenement van GO Run For Fun in het Olympic Park in Londen.

    De meeste van de bijna tweehonderd GO Run For Fun evenementen tot dusver georganiseerd vonden plaats in het VK, op het Europese vasteland en in de VS. Het zijn heel ludieke dagen in een feestelijke sfeer, in aanwezigheid van grote namen die de kinderen inspireren.

    “De Daily Mile is een soort dagelijks GO Run For Fun evenement op school”, aldus Ian.

    Maar het doel – en de gunstige effecten op de gezondheid en het zelfvertrouwen van de kinderen – zijn gelijk.

    “We hebben allebei bij de kinderen een zaadje geplant om hen te doen inzien hoe leuk het is om actief en in de buitenlucht te zijn, te bewegen en fitter en sportiever te worden”, besluit hij.

    Elaine is met pensioen en staat niet meer aan het hoofd van de St. Ninians School. Daar voerde ze haar schema – geniaal in zijn eenvoud – in nadat ze gehoord dat de leerlingen al uitgeput waren na de opwarming voor hun wekelijkse les lichamelijke opvoeding. Maar haar taak is nog lang niet volbracht.

    Het GO Run For Fun team hield onlangs een debat in het Queen Elizabeth Olympic Park rond de vraag wat er in het VK moet gebeuren om de steeds erger wordende obesitascrisis bij kinderen tegen te gaan.

    Elaine was een van de vier panelleden die televisiefiguur Charlie Webster, sportcommentator en ambassadrice van GO Run For Fun, voorstelde aan een publiek van journalisten en gasten.

    “We moeten kinderen van jongs af aan de juiste inzichten over een goede conditie en een gezonde voeding bijbrengen”, vindt een ander panellid, dr. Paul Sacher. Hij hielp INEOS bij een educatieve film voor kinderen. “Als we die kans missen, hebben we onze taak als ouders, leerkracht en maatschappij niet volbracht.”

    In het panel zaten ook de INEOS GO Run For Fun Director Leen Heemskerk en ‘Marathon Man’ Rob Young. De vier panelleden zijn het erover eens dat de lesroosters op de Britse scholen moeten veranderen en dat beweging vanaf de basisschool even belangrijk moet zijn als wiskunde en Engels.

    “We zitten met een groot probleem”, zegt Paul. “Overgewicht lijkt vandaag de normaalste zaak van de wereld.”

    Maar dat is niet het geval in de vroegere school van Elaine, waar geen enkele van de 420 leerlingen zwaarlijvig is.

    “Ze zien er slank uit en bruisen van energie”, vertelt ze. “En ze letten ook beter op in de andere lessen.”

    Maar ze legde aan het panel uit dat de school niet altijd een toonbeeld van gezonde kinderen is geweest.

    Toen ze in 2012 hoorde hoe slecht het gesteld was met de conditie van de kinderen, liet ze een klas rondjes lopen op het sportveld van de school. De meeste kinderen konden amper één rondje lopen.

    Vier weken later – na de invoering van de Daily Mile – konden ze het rondje allemaal in één keer uitlopen.

    “Ik wist dat het hun conditie ten goede zou komen”, zegt ze. “Maar daar bleef het niet bij. De kinderen straalden, waren minder prikkelbaar, gedroegen zich beter en leken gelukkiger. Het verbeterde hun mentale en fysieke welzijn zozeer dat onze kinderen het nu normaal vinden om te lopen.”

    Op de St. Niniansschool wordt er geen tijd verspild aan loopoutfits. De kinderen lopen 15 minuten met de kleren die ze in de klas dragen en gaan dan weer aan het werk.

    “Het kost niets en de kinderen zijn er dol op”, verzekert Eleanor. “Passie, dat heb je nodig. Geen dure infrastructuur.”

    De GO Run For Fun stichting ziet de dingen hetzelfde.

    INEOS lanceerde deze campagne in september 2013. Verspreid over drie jaar zet het bedrijf £1,5 miljoen in om kinderen aan te moedigen om te lopen ... gewoon voor de fun!

    Voorzitter Jim Ratcliffe, zelf een fervente loper, hoopte dat honderdduizend kinderen tegen het einde van juli 2016 aan een van de honderd geplande evenementen in het VK zouden hebben deelgenomen.

    Vandaag staat de teller al op 188 evenementen – niet alleen in het VK, maar ook op het Europese vasteland en in Texas (VS). De honderdduizendste loper haalde over de eindstreep op de piste van Wavertree Athletics in Liverpool (november) – dus zes maanden eerder dan verwacht!

    “We zijn verrast door de wereldwijde respons”, vertelt campagneleider John Mayock, drievoudig olympisch finalist en medaillewinnaar op de Commonwealth Games. “De vooruitgang is werkelijk fantastisch.”

    En die opwaartse beweging krijgt zeker een vervolg, want INEOS en zijn nieuwe partners blijven een tegengif zoeken tegen de moderne ziekten van vandaag.

    5 minuten gelezen Nummer 9
  • a-new-horizon-banner.jpg

    Een nieuwe horizon

    Nieuwe kansen dienen zich vaak aan wanneer je ze het minst verwacht. Het geheim is klaar te staan, want INEOS beseft maar al te goed dat het weleens op een nieuwe goudmijn zou kunnen zitte

    Eerst moet het bedrijf de EU wel overtuigen om een deel van de €80 miljard die ze onlangs heeft opzijgezet voor onderzoek en innovatie op wereldniveau, in zijn ideeën te investeren.

    “Dit is een fantastische kans voor ons, want de plannen van de EU passen bij veel dingen die wij nu al doen”, aldus Greet Van Eetvelde. Ze staat in voor het beheer van het Carbon & Energy Network van INEOS en voert het team aan dat zich bezighoudt met kwesties rond onderzoek en innovatie. “We moeten gewoon onze zichtbaarheid en onze betrokkenheid verhogen, want voor dit soort zaken is er veel publieke steun. Tegenwoordig kunnen deze organisaties een project in de industrie volledig financieren, wat een fantastische motivatie is om samen te werken.”

    INCH sprak met Greet nadat de EU haar jongste financiering in het kader van het Horizon 2020 project had aangekondigd, haar grootste programma ooit om onderzoek en innovatie aan te moedigen.

    “Met deze investering wil men de chemische industrie een nieuw elan geven”, zegt ze.

    De industrie speelt een centrale rol in de Europese economie. Ze is goed voor een jaarlijkse omzet van €7 triljoen en 30 miljoen rechtstreekse jobs. Maar de afgelopen jaren had Europa het door de stijgende energiekosten en de strenge wetgeving steeds moeilijker om competitief te blijven op wereldniveau. Veel bedrijven hadden het niet gemakkelijk en dus werd er flink gesnoeid in veel onderzoeks- en innovatiebudgetten.

    Carlos Moedas, eurocommissaris voor Onderzoek, Wetenschap en Innovatie, zegt dat de EU iets moest doen om de concurrentiekracht van Europa te versterken.

    “Onderzoek en innovatie zijn de drijvende krachten achter de vooruitgang van Europa. Ze zijn cruciaal als we willen inspelen op de nieuwe, dringende uitdagingen: immigratie, de klimaatverandering, schone energie en gezonde maatschappijen”, verklaarde hij.

    Horizon 2020 werd gelanceerd op 1 januari 2014. Gespreid over zeven jaar gaat de EU via dit programma €77 miljard investeren om de economische concurrentiekracht van Europa te verstevigen en de grenzen van de menselijke kennis te verleggen.

    Met dit onderzoeksbudget wil de EU hoofdzakelijk het dagelijkse leven verbeteren op gebieden zoals gezondheid, milieu, transport, voedsel en energie. Het wil het voor de overheids- en privésector ook gemakkelijker maken om samen te werken aan innovatieve oplossingen.

    INEOS is achter de schermen al druk bezig met een reeks initiatieven. Het bedrijf is aan Horizon 2020 verbonden doordat het lid is van heel wat organisaties, waaronder SPIRE (Sustainable Process Industry through Resource and Energy Efficiency), SusChem en PlastEU. Stuk voor stuk organisaties die INEOS een toegevoegde waarde bieden en zijn imago helpen te versterken.

    “Al deze platformen delen een vergelijkbare zienswijze en zoeken nieuwe denk- en werkpistes om de Europese industrie efficiënter met haar middelen en energie te doen omgaan”, zegt Greet.

    Bij INEOS staat ze aan het roer van het Carbon & Energy Network. Alle ondernemingen zijn erin vertegenwoordigd met in totaal meer dan honderd collega’s, die allemaal echt geïnteresseerd zijn om de efficiëntie op een zo duurzaam mogelijke manier te verhogen.

    In tegenstelling tot andere ondernemingen heeft INEOS – bewust – gekozen om geen aparte duurzaamheidsafdeling op te richten. In de plaats daarvan ziet de onderneming duurzaamheid als een fundamenteel aspect van haar bedrijfsvoering. INEOS wil dat iedereen nadenkt over manieren van zakendoen die de toekomst van de onderneming veiligstellen voor de volgende generaties.

    Hetzelfde geldt voor het netwerk van Greet. Alle leden werken elders in de onderneming.

    Maar voor Greet gaat het niet alleen om energie besparen.

    “Het is essentieel dat we de kansen rondom ons grijpen en niet aan onze neus laten voorbijgaan”, vindt ze. “Zoals altijd moet je veel proberen voor je slaagt. En wie niet waagt, niet wint. Als we goede prestaties op dit vlak kunnen voorleggen, trekken we hopelijk meer investeringen aan voor INEOS.”

    En met dat doel wordt een speciaal onderzoeks- en innovatieteam opgericht binnen het Carbon & Energy Network. In eerste instantie gaat het zich toespitsen op nieuwe kansen.

    In december sprak Greet op de zevende European Innovation Summit in het Europees Parlement in Brussel.

    “Het is heel belangrijk dat we diverse bedrijfsscenario’s en oplossingen verkennen”, zegt ze. “Waarom geen wegen van plastic maken? We willen van de traditionele denkpistes af en ook ‘outside the box’ denken.”

    Volgens Greet is het van essentieel belang dat alle kernindustrieën – chemie, staal, cement, mineralen, levenswetenschappen en techniek – manieren vinden om hun processen te optimaliseren door afvalstromen en grondstoffen te delen.

    Vandaag hindert het gebrekkige begrip van elkaars processen die ontwikkeling, die vogens Greet cruciaal is als de industrie de toekomstige uitdagingen degelijk wil aanpakken.

    “We moeten afstappen van de lineaire waardeketens en naar een industriële symbiose streven”, gaat ze verder. “Al deze industrieën hebben meer gemeen dan ze beseffen en samen kunnen ze efficiënter werken. Laat ze de oversteek wagen.”

    Greet zegt dat INEOS Technologies in Frnkrijk onlangs een vierjarenproject op Europees niveau is gestart om te onderzoeken hoe de zes globale verwerkende industrieën beter kunnen samenwerken om energie, geld en grondstoffen te besparen.

    Aan het EPOS-project is een bedrag van €5,1 miljoen verbonden, waarvan €3,7 miljoen wordt gefinancierd door de Europese Unie en €1,4 miljoen door de Zwitserse regering. Het project kwam tot stand via SPIRE.

    “Toen de vertegenwoordigers van de verschillende industrieën onlangs samenkwamen, dachten ze dat ze niets gemeen hadden. De bemiddelaar vroeg hen het als een oefening in speeddating op te vatten”, vertelt Greet. “Al na enkele minuten kregen ze door dat het wel degelijk de moeite loonde om samen te werken. Het ging zo van: Oh, jullie hebben dat! Wij hebben dat nodig!”

    Al deze platformen, programma’s en projecten – SPIRE, Horizon 2020 en SusChem – hebben een gemeenschappelijk doel: bouwen aan een duurzamere wereld.

    “De natuurlijke rijkdommen zijn beperkt”, zegt Greet. “Daarom moeten we onze denkpatronen nog meer dan ooit tegen het licht houden.”

    En dat zou weleens kunnen lukken, dankzij de recente boost van het EU-programma Horizon 2020.

    INEOS deelt in de gunstige conjunctuur

    INEOS viel al meerdere keren in de prijzen bij de Europese Unie.

    De samenwerking met anderen leverde de onderneming al miljoenen aan investeringen op in projecten die bijdragen tot een hogere energieefficiëntie, de verspilling van de natuurlijke rijkdommen tegengaan en de CO2-uitstoot verminderen.

    INEOS O&P (Keulen), INEOS Oxide in België, INEOS Paraform (een deel van INEOS Enterprises) in Duitsland, INEOS Chlor in het VK en onlangs INEOS Technologies in Frankrijk zijn hierin proactieve partners.

    “Al deze projecten werden met succes voltooid of zijn volop aan de gang”, vertelt Greet Van Eetvelde, manager van Cleantech Initiatives.

    INEOS Paraform verkreeg EU-financiering voor een innovatieve zuiveringstechniek om afvallucht in het productieproces van paraformaldehyde te behandelen.

    De fabriek in het Duitse Mainz, die sinds 1856 chemicaliën produceert, moest haar CO2-uitstoot drastisch inperken.

    “Indertijd bestond er geen haalbare technologie om de situatie te verbeteren en daarom werkte de fabriek met een vrijstellingsvergunning”, aldus projectmanager Horst Schmolt.

    INEOS voerde een reeks laboratoriumtests uit en in een testfabriek bleek dat men de emissieniveaus aanzienlijk kon terugdringen door een plasmakatalytische module voor de verwerking van afvallucht op grote schaal te installeren.

    “Niemand in onze sector had ooit zoiets geprobeerd”, zegt Horst. “Maar het werkte.”

    Ondertussen kon INEOS Chlor in het VK geld aantrekken voor de ontwikkeling van een nieuw computersysteem dat ondernemingen helpt efficiënter zaken te doen. En INEOS Oxide België werkte samen met vertegenwoordigers van zeventien bedrijven uit Frankrijk, Duitsland, Spanje, Noorwegen, Denemarken, Rusland, Italië en het VK om een investering vast te leggen voor de ontwikkeling van een nieuwe manier om vloeibare brandstoffen te produceren op basis van aardgas.

    Dr. Stefan Krämer, Site Energy Manager bij INEOS O&P (Keulen), is momenteel betrokken bij twee projecten die op in totaal € 5,5 miljoen aan EU-fondsen kunnen rekenen.

    Bij het eerste wordt een systeem uitgewerkt dat de uitbaters van grote, geïntegreerde chemische en petrochemische fabrieken in staat stelt om grondstoffen en energie efficiënter te beheren zonder dat de productie eronder lijdt. Dat systeem krijgt momenteel vorm, zodat ook andere industrietakken met vergelijkbare productie-installaties het kunnen gebruiken.

    Met het tweede project wil men grote, onderling verbonden systemen (elektriciteitssystemen, controletorens voor luchtverkeer, treinstations en grote industriële productievestigingen) betrouwbaarder en efficiënter maken.

    De recentste begunstigde is INEOS Technologies in Frankrijk. Dat is een vierjarenproject op Europees niveau gestart om te onderzoeken hoe de zes globale verwerkende industrieën beter kunnen samenwerken om energie, geld en grondstoffen te besparen.

    Volgens Greet is het van essentieel belang dat alle kernindustrieën – chemie, staal, cement, mineralen, levenswetenschappen en techniek – manieren vinden om hun processen te optimaliseren door afvalstromen en grondstoffen te delen.

    “Al deze industrieën hebben meer gemeen dan ze beseffen en samen kunnen ze efficiënter werken”, besluit ze.  

    11 minuten gelezen Nummer 9
  • safe-and-sound-banner.jpg

    Veilig en wel

    Wanneer bedrijven het over veiligheid hebben, gebeurt het al te vaak dat ze vast komen te zitten in statistieken en procedures. Maar dat is wel het laatste wat INEOS wil, zoals Simon Laker uitlegt

    THOMAS Edison zei het met de beroemde woorden: “Hier zijn geen regels, we proberen iets voor elkaar te krijgen!”

    Als onderneming kan INEOS zich wel in dit concept vinden. INEOS is er trots op dat het anders is en moedigt zijn personeel aan om berekende risico’s te nemen.

    Maar wanneer het op veiligheid aankomt, leven we alle regels strikt na. Die zijn er om mensen – zowel binnen als buiten de onderneming – te beschermen.

    “Niemand zou van bij INEOS naar huis mogen gaan met een letsel, laat staan een letsel met blijvende gevolgen. Of erger nog, helemaal niet naar huis gaan”, zegt Simon Laker, INEOS Group Operations Director, vanuit Lyndhurst in het VK.

    Veiligheidsregels moeten niet alleen door iedereen worden begrepen, maar ook verdedigd.

    “Het kan snel gebeuren dat we de geest achter wat we proberen te doen uit het oog verliezen”, aldus Simon. “We zijn geen machines. Beslissingen moeten door mensen worden genomen. En door elke dag opnieuw de juiste beslissingen te nemen, kunnen we letsels en ernstige procesincidenten voorkomen.”

    Hoewel elke onderneming van INEOS verantwoordelijk is voor haar eigen veiligheidsprogramma’s, pakt INEOS veiligheid ook op groepsniveau aan. Op elke site kunnen namelijk vergelijkbare incidenten gebeuren en beste praktijken met elkaar delen is essentieel.

    “We mogen niet op geluk vertrouwen”, gaat Simon verder. “Veiligheid is bewust risicobeheer. Onze inschatting van de risico’s en de beslissingen die we nemen om ze te beperken of weg te werken, zijn erg belangrijk. Alleen zo kunnen we verzekeren dat niemand gewond raakt. Als we ons vergissen, lopen er mensen gevaar.”

    De meest frequente en de ernstigste incidenten bij INEOS hebben aanleiding gegeven tot een aantal veiligheidsinitiatieven voor de hele groep, die meer dan 17.000 mensen tewerkstelt in 65 vestigingen in 16 landen.

    In 2012 voerde de onderneming de twintig veiligheidsprincipes in, gebaseerd op een analyse van acht jaar van incidenten bij INEOS en betekenisvolle voorvallen buiten INEOS. Denk maar aan de ontploffing in de olieopslagplaats van Buncefield in het VK in december 2005. Toen raakten 43 mensen gewond doordat duizenden liter olie uit een opslagtank liepen en in brand schoten.

    De essentiële oorzaken – en oplossingen – om te verzekeren dat een incident zich niet herhaalt, zijn in die twintig principes vervat. Om de drie jaar ondergaan alle sites ook een audit om te verzekeren dat wat moet gebeuren ook daadwerkelijk gebeurt.

    “We hebben alle ernstige incidenten sinds de invoering van de twintig principes doorgelicht. Zo kwamen we tot de bevinding dat de incidenten plaatsvonden omdat een of meerdere principes niet werden nageleefd”, verduidelijkt Simon. “Daarom geloven we dat als iedereen de twintig principes toepast en naleeft, we alle incidenten met mensen en processen bij INEOS kunnen voorkomen.”

    De beste praktijken worden gedeeld via de nota’s met richtlijnen op groepsniveau. Momenteel zijn er zestien nota’s. Daarin komt alles aan bod, van corrosiebeheer tot het herkennen van kritieke veiligheidssignalen. Nog drie nota’s worden momenteel opgesteld.

    “Deze laatste drie komen er naar aanleiding van herhaaldelijke incidenten rond deze kritieke activiteiten”, legt Simon uit.

    De nota’s met richtlijnen en de veiligheidsprincipes zijn een krachtig instrument dat de aandacht van het personeel houdt op wat moet gebeuren om te verzekeren dat iedereen ongedeerd blijft. Het is een constant proces van training, feedback en auditing.

    Maar nog altijd gebeuren er ongevallen.

    “We zijn nog niet perfect”, voegt Simon eraan toe. “Maar dat is wel waar we naar streven.”

    Specifieke zwakke punten – nl. gebieden waar INEOS merkte dat er nog altijd ongevallen gebeurden – werden aangepakt met zeven levensreddende regels. Die zijn ingevoerd omdat op die gebieden een risico op ernstige letsels bestond.

    Wie een van deze regels (bv. op het vlak van werken op hoogte of alcoholverbruik op het werk) overtreedt, kan op staande voet worden ontslagen.

    De voorbije zes jaar zijn de veiligheidsprestaties van INEOS driemaal beter geworden. Maar ook al is ons OSHA letselfrequentiecijfer van 1,13 gedaald naar 0,4, moeten we volgens Simon nog heel wat dingen leren.

    De SHE-mededelingen – eenvoudige beschrijvingen van één pagina van elk ongeval en welke maatregelen getroffen zijn om herhaling te voorkomen – worden wijd verspreid binnen de groep.

    Hetzelfde geldt voor de HIPO’s – high potential incident alerts (waarschuwingen over een grote kans op incidenten) – waar iets verkeerd had kunnen lopen, maar dit niet gebeurde. Ze zijn even belangrijk en worden over de hele groep gedeeld.

    De chemische industrie zal door haar aard altijd een potentieel gevaarlijke plaats zijn om te werken. Maar als de regels worden gevolgd, kunnen we ongevallen voorkomen.

    Simon kijkt de toekomst dan ook positief tegemoet.

    Kan INEOS alle letsels vermijden?

    “Absoluut”, luidt het antwoord. “Als de risico’s van een activiteit volledig door deskundige mensen worden geëvalueerd, deze risico’s worden beperkt en een bewuste beslissing wordt genomen om enig restrisico als tolereerbaar te aanvaarden, dan zou er nooit iets verkeerd mogen lopen.”

    Jammer genoeg hadden de werknemers niet eindeloos de tijd om de risico’s te evalueren. Dus moet er een bewuste beslissing worden genomen, zodat men niet langer moet zoeken zodra een aanvaardbaar risiconiveau was bereikt.

    “Wanneer dit een onbewuste beslissing is, wordt aan het toeval overgelaten of een risico blijft bestaan of niet”, zegt hij. “Als we iets over het hoofd hebben gezien, vertrouwen we op ons degelijke rapporteringssysteem van bijna-incidenten om het probleem te vinden voor zich daadwerkelijk een incident voordoet. Daarom is rapportering van bijna-incidenten zo belangrijk om de veiligheid van de mensen te blijven garanderen. We mogen niet op geluk vertrouwen.”

    En kan INEOS alle procesincidenten voorkomen?

    “Absoluut,” zegt Simon, “als we goed opgeleid mensen hebben die goed ontworpen, gecontroleerde en onderhouden fabrieken beheren, binnen bekende operationele portefeuilles. Als iets daarin niet klopt, door gebrek aan kennis of een verkeerde beslissing, zal zich op een gegeven ogenblik een procesincident voordoen. En dan kun je alleen hopen dat het geen erge gevolgen heeft. Als we merken dat een situatie onze kennissfeer te buiten gaat, moeten we stoppen, de omstandigheden veilig maken en deskundige mensen inzetten. We mogen niet op geluk vertrouwen.”

    6 minuten gelezen Nummer 9
  • debate.jpg

    Debat: Hoe kunnen we de economie echt koolstofarm maken?

    Terwijl de wereldleiders in Parijs overlegden over maatregelen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, vroeg INCH of het mogelijk is om de economie koolstofarm te maken.

    LATEN we de vraag of we de uitstoot van CO2 moeten terugdringen, even terzijde laten. Als we aanvaarden dat we daadwerkelijk actie moeten ondernemen, zijn er goedkope en dure mogelijkheden. De Britse overheid heeft de dure methode gekozen. Door technologische winnaars te kiezen en gigantische programma’s te subsidiëren, zoals de voorgestelde kernenergiecentrale, onderneemt de regering stappen die zullen leiden tot hogere rekeningen en de uitstoot minder zullen terugschroeven. In de plaats daarvan zouden we eenvoudige, doelgerichte maatregelen moeten treffen die een prijs plakken op de koolstofemissies, en bedrijven, gezinnen en energiemaatschappijen dan laten beslissen hoe ze de uitstoot het best verminderen.
    Professor Philip Booth, editoriaal- en programmadirecteur aan het Institute of Economic Affairs in Londen, VK

    ALS we een koolstofvrije economie willen, is een hervorming van het wereldwijde economische bestuur nodig. Om dat te doen, hebben we drie dingen nodig. Ten eerste moet er een wereldwijde koolstofprijs zijn. Een prijsverhoging voor goederen en diensten met een hoge koolstofvoetafdruk vormt een sterkere stimulans om de uitstoot te verlagen. De regels inzake internationale handel en investeringen moeten ook rekening houden met de klimaatverandering. Ondanks de beperkte vooruitgang de voorbije jaren blijft de Wereldhandelsorganisatie een forum waar wereldwijde reglementeringen worden opgesteld en ingevoerd. Als de Doha-ronde wordt afgesloten, kunnen er meer milieuthema’s op de huidige agenda worden geplaatst. Als we ten slotte koolstofarme investeringen op de lange termijn moeten aanmoedigen, moeten we het internationale financiële systeem zo hervormen dat de commerciële banken meer in koolstofarme projecten investeren. De huidige reglementeringen laten hier weinig ruimte voor. De overeenkomst van Parijs vol ambitie opvolgen, is maar een eerste stap. Maar dit zal niet voldoende zijn, aangezien het veel meer actoren zal vergen om het wereldwijde economische bestuur te hervormen. Na Parijs moeten we vooruit blijven gaan.
    Het Duitse Instituut voor Ontwikkeling

    IN de energievoorziening vinden dynamische veranderingen plaats, maar het tempo daarvan moet omhoog. Er zijn geen grote economische of technische barrières die ons belemmeren om tegen 2050 volledig op hernieuwbare energie over te schakelen. De sector van hernieuwbare energie biedt kansen om te veranderen, maar het vergt politieke actie om te verzekeren dat deze veandering tijdig plaatsvindt. Het is aan de politici en bedrijfsleiders om de industrie te sturen, de consumenten te beïnvloeden en de markten in de richting van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie te duwen.
    Greenpeace

    DE klimaatverandering is een groot probleem dat grote technologische inspanningen vraagt. Nieuwe kerncentrales, gascentrales en, als de kosten naar beneden gaan, nieuwe windenergieparken in zee: allemaal zullen ze de koolstofvrije uitdaging helpen waar te maken. Maar het is belangrijk om even stil te staan en deze vraag te beantwoorden: “Waarom willen we een koolstofvrije economie?” De toekomst van onze economie, daar draaien klimaatmaatregelen om. Maar de klimaatverandering is een probleem van de hele wereld, niet een lokaal probleem. Maatregelen door afzonderlijke staten zullen niet volstaan. Wat we samen doen, dat is wat telt. Dit probleem zal niet worden opgelost door een groepje oververmoeide politici in een congresgebouw. Het vergt actie door de bedrijven, de burgermaatschappij, de steden, de regio’s en de landen. Want laten we eerlijk zijn: vandaag hebben we nog niet alle oplossingen voor een koolstofvrije economie. We moeten technologieën ontwikkelen die groen én goedkoop zijn. We moeten streven naar een markt waarop succes afhangt van hoe goed je de concurrentiestrijd aankunt. Niet van hoe goed je kunt lobbyen bij de overheid.
    Amber Rudd, Brits Staatssecretaris voor Energie en Klimaatverandering

    DAT we de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen moeten terugdringen, weet iedereen. Maar wat we al tientallen jaren weten, wordt nu echt hoogdringend. We moeten overstappen naar een koolstofarme, groene economie die efficiënt met de natuurlijke rijkdommen omgaat. Alleen zo kunnen we het risico op een gevaarlijke klimaatverandering beperken. Maar blijkbaar is een van de sleutelactoren in deze overgang voorlopig grotendeels over het hoofd gezien: de financiële sector. Deze speelt een sleutelrol in de vermindering van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen aan het vereiste tempo en op de vereiste schaal, omdat eerst en vooral – hoe kon het ook anders – daar het geld zit. Er is heel veel kapitaal nodig om snel een koolstofarme energie-infrastructuur op poten te zetten, in het bijzonder in ontwikkelingslanden en opkomende economieën. Maar de mogelijke rol van institutionele investeerders in de aanpak van de klimaatverandering gaat veel verder dan het probleem van hoe we de infrastructuur gaan financieren. Institutionele investeerders zijn meer dan financierders van infrastructuur: ze zijn de eigenaars en crediteurs van grote segmenten van de wereldeconomie. En als zij niet systematisch kapitaal van koolstofrijke naar koolstofarme investeringsprojecten overplaatsen, vooral in aandelen en via schuldfinanciering, is een overgang naar een koolstofarme economie zo goed als onmogelijk.
    Achim Steiner, uitvoerend directeur van het UNEP en vicesecretaris-generaal van de VN

    5 minuten gelezen Nummer 9
  • merger-creates-winning-banner.jpg

    Topcombinatie dankzij fusie

    INEOS en Solvay hebben hun chloorvinylactiviteiten gebundeld om hun klanten beter te kunnen bedienen en in het hart van de Europese chemie-industrie te houden.

    INOVYN is voortaan een van de drie belangrijkste pvc-producenten ter wereld.

    “Het is nu echt een wereldwijde onderneming die goed gepositioneerd is om snel in te spelen op de veranderingen op de Europese markten”, aldus Chris Tane, CEO van INOVYN.

    Na het nieuws dat de Europese Commissie de joint venture had goedgekeurd, kwamen er in september al nieuwe aankondigingen. Het ging onder meer om de stillegging van de laatste overblijvende kwikcel in het Britse Runcorn om aan de EU-vereisten te voldoen, de geplande permanente sluiting van de pvc-fabriek in het Duitse Schkopau en de voorgestelde investering in een gigantische fabriek op het terrein in Antwerpen/Lillo.

    De productie in Schkopau lag al sinds december 2014 stil, omdat het VCM-leveringscontract met DOW verlopen was en jammer genoeg alle pogingen tot een nieuwe, competitieve overeenkomst op de lange termijn op niets waren uitgedraaid.

    Maar in België begon het werk aan een grote vestiging – met de modernste technologie – om de positie van INOVYN als grootste leverancier van kaliumhydroxide in Europa te versterken.

    INOVYN stelt 4300 mensen tewerk in 18 productievestigingen in 8 landen. De hoofdzetel bevindt zich in Londen. Deze afdeling haalt een jaarlijkse omzet van meer dan € 3,5 miljard.

    Elk jaar produceert ze veertig miljoen ton chemicaliën die in bijna elk aspect van onze moderne samenleving worden gebruikt en bijdragen tot de huisvesting, de gezondheid en de verbondenheid van de mensen.

    Als onderdeel van de deal zal Solvay, dat een lange geschiedenis in de chloorvinylindustrie heeft, de joint venture in 2018 verlaten. Daarna blijft INEOS over als enige eigenaar. De productie in Schkopau lag stil sinds. 

    2 minuten gelezen Nummer 9
  • runaway-winners-banner.jpg

    INEOS opent nieuw kantoor in het VK

    INEOS opent een nieuw kantoor in Londen om zijn groeiende activiteiten in het VK in onder te brengen.

    De kantoren zullen onderdak bieden aan een aantal activiteiten van INEOS VK, waaronder al zijn olie- en gasondernemingen, zijn transportactiviteiten en zijn handelsactiviteiten.

    Het gebouw wordt ook de thuis van de joint venture INOVYN, die veertien fabrieken over heel Europa beheert, waaronder de grote vestiging van Runcorn in Cheshire.

    “Het is allemaal heel logisch”, besluit Jim Ratcliffe, voorzitter en oprichter van INEOS. “Hoewel INEOS wereldwijd bedrijfsbelangen heeft, is de Britse olie- en gasactiviteit op dit ogenblik een van onze voornaamste aandachtspunten.”

    De INEOS Group en een aantal gevestigde INEOS-afdelingen behouden hun hoofdkantoor in het Zwitserse Rolle. INEOS zal zichzelf voortaan formeel een Engels-Zwitsers bedrijf noemen. 

    1 minuut gelezen Nummer 9
  • restart-us-reactor-banner.jpg

    INEOS start reactor in VS opnieuw op

    INEOS gaat binnenkort een reactor die drie jaar geleden in moeilijke marktomstandigheden tijdelijk werd stilgelegd opnieuw opstarten.

    Hoewel de situatie nog altijd niet rooskleurig is, wordt INEOS Nitriles gesteund door de stijgende wereldwijde vraag naar acrylonitril – het hoofdbestanddeel van acrylvezel en koolstofvezel – en zijn toegang tot goedkope grondstoffen uit de VS.

    INEOS Nitriles is de grootste producent van acrylonitril en acetonitril ter wereld. De fabriek in Green Lake (Texas) is een van de grootste en efficiëntste ter wereld en kan binnenkort opnieuw 545.000 ton acrylonitril per jaar produceren.

    Fabrikanten gebruiken acrylonitril om kunstvezels, plastic met hoogwaardige technische eigenschappen, koolstofvezel, kunstrubber en polymeren op waterbasis te maken. Die producten worden op hun beurt verwerkt in onder meer auto-onderdelen, kleding, bouwmaterialen, huishoudtoestellen en sportuitrusting.

    “Iedereen gebruikt elke dag vast wel iets waarin acrylonitril zit”, aldus commercieel directeur Gordon Adams.

    Er was ook goed nieuws voor de vestiging van INEOS Nitriles in Seal Sands, met name de belofte om te investeren in de geplande omschakeling volgend jaar.

    INEOS Nitriles baat vier fabrieken uit: twee in Noord-Amerika, één in Duitsland en één in het VK. In januari 2014 halveerde het de acrylonitrilproductie in de vestiging van Green Lake wegens onhoudbare marges.

    2 minuten gelezen Nummer 9
  • runaway-banner.jpg

    Met voorsprong de beste

    Het GO Run For Fun liefdadigheidsproject was op het filmfestival van Cannes in oktober genomineerd voor twee prijzen – en heeft ze ook gewonnen.

    Het project viel met zijn educatieve tekenfilmreeks (Dart TV) in de prijzen op de Cannes Corporate Media & TV Awards, een van de belangrijkste festivals in de audiovisuele industrie voor het bedrijfsleven.

    GO Run For Fun liet deze reeks maken, die gratis beschikbaar is voor scholen die kinderen willen aanmoedigen om een gezonder en actiever leven te leiden.

    Voorzitter Jim Ratcliffe, oprichter van het project en zelf een fervent loper, trok samen met het Londense productieteam van Dart TV (Media Zoo) naar het Palm Beach in Cannes om de prijzen voor het beste CSR-programma en het beste Webisode- programma in ontvangst te nemen.

    GO Run For Fun werd twee jaar geleden in het leven geroepen. Sindsdien namen al bijna hon derdduizend kinderen over de hele wereld deel. “Dit cijfer overtreft mijn stoutste verwachtingen”, zegt Jim. Alle Dart-filmpjes zijn te vinden op de website van GO Run For Fun: www.gorunforfun.com

    2 minuten gelezen Nummer 9
  • Fife Ethylene Plant.jpg

    Goed nieuws bij INEOS

    INEOS is overeengekomen om een derde gaskraakinstallatie in Europa te bevoorraden met het ethaan dat het uit Amerika gaat invoeren.

    De deal met ExxonMobil Chemical Ltd en Shell Chemicals Europe BV werd in november 2015 afgesloten.

    Vanaf halverwege 2017 zal INEOS zijn ethaan uit Amerikaans schaliegas via een pijpleiding van de nieuwe importterminal in Grangemouth naar de ethyleenfabriek van Fife in Mossmorran vervoeren.

    “Deze overeenkomst is een mijlpaal voor alle betrokken partijen”, verklaart Geir Tuft, Business Director bij INEOS O&P UK. “We weten dat ethaan uit Amerikaans schaliegas een revolutie heeft betekend voor de nijverheidssector in dat land en zien nu dat ook heel Schotland van dat voordeel profiteert.”

    INEOS gaat voortaan ethaan uit Amerikaans schaliegas leveren aan zijn sites in Rafnes (Noorwegen) en Grangemouth, net als aan de ethyleenfabriek van Fife in Schotland. 

    1 minuut gelezen Nummer 9
  • 02_axiall_logo_on_blue.jpg

    Het zoete aroma van succes

    Met deze deal neemt INEOS Phenol de cumeenfabriek van Axiall Corporation Pasadena in Texas over en verhuizen de fenol-, aceton- en alfamethylstyreenactiviteiten (AMS) van dat bedrijf naar de fenolfabriek van INEOS in Mobile, Alabama.

    Momenteel werken ongeveer 43 mensen in de fabriek van Pasadena, die in 1979 de deuren opende en 900.000 ton cumeen per jaar produceert. Cumeen wordt gebruikt om fenol en aceton te maken, die op hun beurt hun weg vinden naar een brede waaier van dagdagelijkse producten. Denk maar aan multiplex, plastic, farmaceutische producten, verf, acryl en vernis.

    Volgens CEO Casier is de overname van zo’n hoogstaand, goed gepositioneerd bedrijf voor INEOS Phenol een uitstekende kans om zijn concurrentiekracht te verhogen.

    “We zijn al een van de grootste producenten van fenol en aceton”, gaat hij verder. “Maar via selectieve investeringen in nieuwe activa en nieuwe technologieën willen we ons bedrijf verder uitbreiden en met onze klanten meegroeien.”

    2 minuten gelezen Nummer 9
  • nine-billion-banner.jpg

    Het probleem van negen miljard mensen

    De wereld raakt stilaan vol. Duurzaamheid moet bovenaan ieders agenda staan als we als soort willen overleven op een planeet met beperkte grondstoffen. Maar hoe spelen we dat klaar nu de wereldbevolking in 2050 naar verwachting de kaap van de negen miljard zal overschrijden? Negen miljard mensen is een probleem, al zijn de meningen verdeeld

    De bekendste natuurhistorische filmmaker van Groot-Brittannië, sir David Attenborough, neemt geen blad voor de mond. Toch zal hij ook niet snel overdrijven.

    De voorbije veertig jaar heeft hij vastgesteld hoe de mens sommige delen van de natuur zodanig heeft toegetakeld dat er geen dieren meer leven. Hij heeft de natuur voor zijn ogen zien veranderen, letterlijk.

    „En dat”, zegt hij, „is te wijten aan de toenemende bevolking.”

    „Ik twijfel er niet aan dat dit de fundamentele oorzaak is van al onze problemen en vooral onze milieuproblemen”, stelde hij onlangs in een interview met The Wellcome Trust. „Ik kan geen enkel probleem bedenken dat niet eenvoudiger op te lossen zou zijn als er minder mensen waren.”

    Tijdens zijn loopbaan heeft hij de wereldbevolking zien verdrievoudigen.

    „Mochten we de bevolkingsgroei kunnen afremmen, dan zouden we de problemen misschien beter kunnen oplossen. Maar zo is het helaas niet”, zei hij. „Het beste wat we kunnen doen, is het tempo van de aangroei vertragen. De beheerders van de Trust zijn gelukkig geen politici maar wetenschappers.”

    In een interview met INCH Magazine vorig jaar zei Jonathon Porritt, een van de meest vooraanstaande milieuactivisten ter wereld, dat hij hoopte dat de chemische industrie een doorslaggevende rol kon spelen in het vinden van een oplossing voor de uitdagingen in verband met duurzaamheid.

    En dat kan de sector inderdaad.

    Sinds de historische eerste Top van de Aarde in Rio de Janeiro in 1992 helpt de chemische industrie boeren wereldwijd om duurzame landbouwmethoden aan te nemen en biedt ze meer en meer mensen toegang tot schoner en veiliger drinkwater.

    De inspanningen van de sector leiden bovendien tot medische doorbraken, veranderen de manier waarop energie wordt gebruikt en helpen de uitstoot van broeikasgassen in te perken.

    De International Council of Chemical Associations, de internationale stem voor de chemische industrie, zegt dat deze vooruitgang het resultaat is van innovatieve ideeën, technologieën en processen die allemaal mogelijk zijn dankzij de chemie.

    INEOS is een van de bedrijven die zich toeleggen op de ontwikkeling van innovatieve, duurzame oplossingen voor complexe, uitdagende problemen. INEOS begrijpt namelijk dat hij een enorme invloed kan hebben op wat de wereld vandaag en in de toekomst doet.

    Een van zijn producten die een hemelsbreed verschil maken voor de voeding en de gezondheid in de wereld is acetonitrile. Deze stof wordt gebruikt bij de aanmaak van essentiële geneesmiddelen, zoals insuline en antibiotica, en speelt een belangrijke rol in kankerbehandelingen. Het heldere, vloeibare oplosmiddel wordt ook gebruikt bij de productie van agrochemicaliën die een hogere oogstopbrengst verzekeren. INEOS neemt momenteel ongeveer de helft van de wereldwijde vraag naar acetonitrile voor zijn rekening. Bovendien wordt een groot deel van zijn productie vervaardigd door andere bedrijven die een licentie hebben voor de technologie van INEOS.

    De mensheid staat hoe dan ook voor een belangrijke vraag: hoe kan de planeet na 2050 aan de behoeften van negen miljard mensen voldoen? De vraag naar voedsel stijgt, de natuurlijke rijkdommen worden schaarser en door de klimaatverandering is er dringend behoefte aan nieuwe, koolstofarme energiebronnen.

    Tim Benton, professor populatie-ecologie aan de universiteit van Leeds (Verenigd Koninkrijk) en expert in voedselzekerheid, zegt dat de mensen moeten begrijpen en aanvaarden dat er grenzen zijn aan het vermogen van onze planeet om ons te bieden wat we nodig hebben.

    „Alleen zo kunnen we echt werk maken van duurzaamheid”, aldus professor Benton. „De vraag is het allergrootste probleem. Als we de vraag niet inperken, zullen we het land en het water blijven overbelasten en de klimaatverandering nog meer versnellen.”

    Tegen 2050 zal de planeet voedsel moeten verstrekken aan 30 % meer mensen, maar de hoeveelheid bebouwbaar land is beperkt.

    „Door de technologische vooruitgang zullen we het land ongetwijfeld efficiënter kunnen benutten, maar we kunnen niet meer blijven halen uit steeds minder”, gaat professor Benton verder. „De enige manier om echt werk te maken van duurzaamheid, is door onze vraag te matigen.”

    Vandaag produceert de wereld genoeg calorieën voor twaalf miljard mensen, maar de bewoners van ontwikkelde landen eten te veel, een groot aandeel gaat naar het vee en de rest wordt verspild.

    „Het gaat hier niet om formulering en individuele voedingsstoffen, of om 3D-printers”, vervolgt professor Benton. „Het gaat om weerstand opbouwen, de afvalberg verminderen en ons voedingspatroon bijsturen. In de toekomst kan de agroindustrie de mentaliteit dat ‘de vraag groeit en daar moeten we tegen elke prijs op inspelen’ niet verder in stand houden. Deze mentaliteit moet veranderen.”

    Friends of the Earth voert al meer dan veertig jaar campagne voor het welzijn van de planeet en lanceerde onlangs een driejarenproject onder de titel ‘Big Ideas Change the World’.

    Volgens een woordvoerder van de organisatie moet we de extreme druk die de mens – vooral in de ontwikkelde landen – op onze planeet uitoefent, snel en sterk terugschroeven.

    „Het is een titanenwerk en als de wereldbevolking deze eeuw niet stagneert, zou het weleens onmogelijk kunnen zijn”, zo luidt het.

    Maar of de wereld nu tot de ondergang gedoemd is, daarover zijn de meningen verdeeld.

    „Het is een race tussen de uitputting van de grondstoffen en innovatie. Tot nu toe heeft innovatie de bovenhand”, verduidelijkt de hoofdeconoom van Citi, Willem Buiter, onlangs in INCH Magazine. „We worden hierin gesteund door meerdere duizenden jaren menselijke geschiedenis, dus ik ben vrij optimistisch.”

    Ook Robert Aliber, professor internationale economie en financiën aan de universiteit van Chicago, heeft er vertrouwen in.

    „Thomas Malthus voorspelde in 1798 dat een ongecontroleerde bevolkingsgroei tot de hongerdood zou leiden voor de aarde”, zegt hij. „De afgelopen tweehonderd jaar is gebleken dat hij ongelijk had, dus waarom zou hij de volgende honderd jaar zijn gelijk halen?”

    Overbevolking is in bepaalde delen van de wereld inderdaad een probleem. Zoveel staat vast.

    De bekroonde Deense fotograaf Mads Nissen trok negen jaar geleden naar Manila op de Filipijnen en zag er met eigen ogen wat het betekent als er te veel mensen in een te kleine ruimte wonen.

    In 1980 telden de Filipijnen 50 miljoen inwoners. Dit aantal zou tegen 2050 nog tot 180 miljoen stijgen.

    „Manila is nu al een van de meest overbevolkte plaatsen ter wereld”, legt Nissen uit. „De gezinnen wonen er in zelfgemaakte krotten op begraafplaatsen, tussen spoorwegen of onder bruggen. Ze wonen eender waar ze wat plaats vinden. Zelfs op de giftige vuilnisbelten van de stad wonen, eten en slapen mensen, omringd door rottend afval.”

    Maar de World Population Balance gelooft dat we de toekomst op een humane manier kunnen veranderen.

    „We kunnen een nieuwe visie, een nieuwe droom voor de planeet creëren”, aldus oprichter en voorzitter David Paxson.

    Volgens hem ligt de oplossing bij een wereldwijde campagne om mensen aan te moedigen minder kinderen te verwekken.

    „Vandaag spenderen we miljoenen aan onze strijd voor een duurzamere planeet, maar het enige resultaat is nog meer vervuiling”, gaat hij verder. „Duurzaamheid op een overbevolkte planeet is onmogelijk en de wereld is op dit ogenblik ernstig overbevolkt.”

    Volgens hem leven vandaag twee miljard mensen in armoede. „Dat zijn meer mensen dan er minder dan honderd jaar geleden op de hele planeet rondliepen.”

    Nog volgens Paxson zal het een loodzware opdracht zijn om het bevolkingscijfer terug te dringen, maar dat is nog niets in vergelijking met de strijd tegen de verwoestende gevolgen van de overbevolking.

    De vraag hoe we negen miljard mensen eten kunnen geven, zal tweedracht blijven zaaien.

    Maar ondertussen is het aan de chemiesector, die aan de basis ligt van bijna alle andere industrieën, om zijn inspanningen verder te concentreren op de productie van essentiële elementen waarmee we veel problemen van een wereld in constante verandering kunnen verhelpen. Dat moet de chemiesector niet alleen op een efficiëntere manier doen, maar ook op een manier die zijn eigen impact op het milieu en de impact van de andere sectoren die hij bedient beperkt.

    Het gaat ook niet alleen om geld besparen. INEOS is zich maar al te goed bewust van zijn enorme verantwoordelijkheid om de materialen die nodig zijn voor de technologieën van morgen te verstrekken en hierbij minder grondstoffen te verbruiken. Zo kan de onderneming de maatschappij helpen om minder energie te verbruiken in een wereld met beperkte grondstoffenvoorraden.

    Daarom is INEOS actief in het hart van de chemie die de basisbehoeften van de mens inlost: de behoefte aan voedsel, transport, communicatie, water en energie.

    Dit is het soort chemie die INEOS al jarenlang levert en het is de bedoeling om dat nog vele generaties te blijven doen.

    10 minuten gelezen Nummer 8
  • crowded-place-on-earth.jpg

    De dichtstbevolkte plaats ter wereld

    Als je graag naar mensen kijkt, dan is Mong Kok iets voor jou. Tenminste: als je geen last hebt van de mensenmassa.

    Deze wijk in Hongkong wordt beschouwd als de dichtstbevolkte plaats ter wereld.

    Met meer dan 130.000 inwoners per km² laat de wijk alle mogelijke concurrenten ver achter zich.

    Toch heeft Charles Reynolds, die al negen jaar in Hongkong woont en werkt, niet het gevoel dat het er overbevolkt is.

    „Ik ben al op andere plaatsen geweest, waar het een en al chaos is en de mensen niet kunnen bewegen”, zegt hij. „Maar in Mong Kok loopt het voetgangersverkeer behoorlijk vlot.” In Mong Kok wordt zowat alles gekocht of verkocht. Er zijn hele straten gewijd aan de verkoop van geluksbrengende goudvisjes, bloemen, keukengerei of badkuipen.

    1 minuut gelezen Nummer 8
  • clean-energy-banner.jpg

    Schone energie

    De vraag naar energie stijgt wereldwijd sinds de 18e eeuw, toen de mens de natuurlijke rijkdommen van de aarde begon te gebruiken om de industriële revolutie op gang te trekken. Deze leidde overal ter wereld tot grote veranderingen. Maar de recente, snelle industrialisering van landen zoals India en China blijft de vraag naar brandstof fel opdrijven. Wat heeft de toekomst in petto?

    JAN Modaal ligt wellicht niet wakker van de wereldwijde vraag naar energie, maar regeringen, wetenschappers, academici, milieuactivisten en energie-intensieve bedrijven (zoals INEOS) proberen constant om efficiënter om te gaan met energie. Het is een groot probleem.

    Vandaag voeden fossiele brandstoffen overal ter wereld fabrieken waar elke dag tonnen chemicaliën worden geproduceerd, zodat andere fabrieken alles kunnen vervaardigen wat we in het leven gebruiken. Van verf tot plastic, van medicijnen tot mobiele telefoons, van auto’s tot kleding.

    „Veel problemen die het voortbestaan van de mens op onze planeet bedreigen, komen voort uit het toegenomen verbruik van energie, water en grondstoffen”, aldus een woordvoerder van Friends of the Earth Europe.

    Maar wat zijn de alternatieven? Kunnen windmolenparken en zonne-energie het antwoord bieden?

    „Ja”, luidt het antwoord bij Friends of the Earth Europe.

    „Gedeeltelijk”, denkt INEOS. Ze maken deel uit van de energiemix, maar volstaan niet om aan alle behoeften van de mens te voldoen. Het zal nog enkele decennia duren om de manier waarop we in Europa elektriciteit en warmte produceren helemaal om te gooien. Tot die tijd hangt

    INEOS dus af van fossiele brandstoffen. De uitstoot van gas is hoe dan ook maar half zo groot als die van steenkool. Daarom is INEOS overtuigd van zijn plicht tegenover het milieu om het gebruik van gas in plaats van steenkool aan te moedigen.

    De producenten van hernieuwbare technologieën zijn belangrijke klanten van INEOS. INEOS vervaardigt grondstoffen voor windmolens en zonnecellen. Die grondstoffen worden gemaakt uit molecules die de onderneming uit gas haalt.

    „We hebben gas op lange termijn nodig als grondstof om de productie te ondersteunen”, zegt Leen Heemskerk, Chief Financial Officer van INEOS Olefins & Polymers Europe (North).

    Gas is voor INEOS dus niet gewoon een brandstof om energie op te wekken. Het is ook een grondstof van chemicaliën die nodig zijn voor heel wat essentiële producten (medicijnen, kleding, gebouwen, voertuigen, computers ...) en groene technologieën (windmolens en energie-efficiënte materialen ...).

    INEOS zal altijd gas nodig hebben om deze essentiële producten te vervaardigen, ook wanneer de onderneming de overstap naar koolstofarme energie heeft gemaakt. Daarom is het van cruciaal belang dat Europa over een zekere en competitieve gasbevoorrading op lange termijn kan rekenen om de toekomst van de verwerkende industrie veilig te stellen.

    „INEOS staat volledig achter het streven naar innovatie om alternatieve energiebronnen te vinden, maar we moeten realistisch blijven over het tempo waaraan we onze economie koolstofarm kunnen maken”, zegt Leen.

    Momenteel verbruikt de wereld zowat 529 biljard BTU per jaar. Fossiele brandstoffen leveren bijna 80 % van de energie wereldwijd. De grootste consument is de nijverheid, die de producten levert waarvan de maatschappij afhangt.

    De VS (slechts 5 % van de wereldbevolking) verbruikt vandaag ongeveer 20 % van de totale energiebevoorrading.

    Maar naar verwachting zal de wereldwijde vraag naar energie tegen 2040 verdubbelen. De mensen in India en China (samen meer dan 30 % van de wereldbevolking) worden namelijk rijker en willen meer energieverbruikende goederen, zoals computers.

    Volgens milieuactivisten moet de maatschappij haar gedrag wijzigen om een energiecrisis te vermijden en de hoop levend te houden dat we de klimaatverandering kunnen afwenden.

    De strengere regelgeving en de beperkingen op broeikasgassen hebben al geholpen, zeggen ze.

    Maar Friends of the Earth Europe vindt dat rijke landen ook hun energieverbruik moeten terugdringen en ook de Europese Commissie is deze mening toegedaan.

    Ze stelt ambitieuze streefdoelen voor Europa, die de industrie uiteindelijk zouden kunnen dwingen om drastisch in het energieverbruik te snoeien.

    Video

    Gas! Wie heeft dit nodig?

    00:00

    INEOS denkt dat dit onbedoelde gevolgen kan hebben. Zo zouden de investeringen en de groei van de industrie kunnen verschuiven naar regio’s buiten Europa.

    „Er bestaat een groot misverstand over de chemische industrie”, verduidelijkt Greet Van Eetvelde, INEOS Manager van Cleantech Initiatives. „We verbruiken veel energie, maar het is niet zo dat we dat inefficiënt doen. We zoeken constant naar manieren om minder energie te gebruiken. Dit komt niet alleen het milieu, maar ook onze cijfers ten goede. Daarnaast zijn we koolstofi ntensief. We gebruiken gasmolecules als grondstof. We hebben nog een lange weg af te leggen voor de ambtenaren begrijpen wat we doen. Voor hen is industrie gewoon industrie. Maar de verwerkende industrie is anders en zonder de chemische industrie in het bijzonder zou het moderne leven niet mogelijk zijn.”

    Volgens Dan Byles, voorzitter van de partijoverkoepelende parlementaire groep voor onconventionele olie en gas van de regering van het Verenigd Koninkrijk, is de vraag niet of de wereld koolstofarme energie wil. „Waar het over gaat, is de weg om daar te geraken”, zegt hij. „Gas moeten we zien als een overgangsbrandstof tussen een energiesysteem dat nog altijd door olie en steenkool wordt overheerst en de koolstofarme energiemix van de toekomst waarnaar we allemaal streven.”

    Hij pleit ervoor dat we niet zouden moeten kiezen tussen gas of hernieuwbare energiebronnen. „We hebben beide nodig”, zegt hij, „en dat zal nog een tijdje zo blijven.”

    Steenkool – de grootste boosdoener – is de brandstof van de duizelingwekkende klim van China van een kleine, opkomende markt tot de op één na grootste economie ter wereld. Aan dit succesverhaal hangt weliswaar een al even hallucinant prijskaartje voor het milieu, want vandaag stoot China meer CO2 uit dan eender welk land.

    Vorig jaar daalde de steenkoolafhankelijkheid van China voor het eerst deze eeuw, wat gepaard ging met een snelle stijging van het gebruik van hernieuwbare energie.

    Volgens Greenpeace Oost-Azië levert dit de planeet „nieuwe kansen” op.

    „Als het steenkoolverbruik zou blijven stijgen zoals de afgelopen tien jaar in China, zouden we alle hoop om de klimaatverandering onder controle te krijgen, mogen opbergen”, verklaart Lauri Myllyvirta van de energiecampagnes bij Greenpeace Oost-Azië. „De piek is misschien nog niet bereikt, maar het is wel een teken dat China stilaan afstand neemt van steenkool.”

    We moeten alternatieve energiebronnen vinden, want met een stijgende wereldbevolking zal ook de vraag naar energie blijven groeien.

    In de ontwikkelde wereld heeft de toegang tot veilige, betrouwbare en betaalbare energie het leven van de mensen veranderd. Ook voor wie in de armste landen ter wereld woont, zou dat het geval kunnen zijn.

    Dat vindt alvast Bill Gates, oprichter van Microsoft en een van de rijkste mensen op aarde.

    „In de rijke wereld maken we ons terecht zorgen om energiebesparing, maar in arme regio’s hebben de mensen net meer energie nodig”, blogde hij onlangs. „Landen die uit de armoede willen geraken, hebben verlichting nodig in de scholen zodat de studenten ook ‘s avonds kunnen studeren, koelkasten in gezondheidscentra zodat de vaccins koel blijven en pompen om de landbouwgrond te irrigeren en schoon water te leveren.”

    Volgens Bill Gates hebben de rijke landen, zoals de VS, de plicht om meer te investeren in onderzoek naar schone energie.

    „De bedoeling is om energiebronnen te ontwikkelen die helemaal geen koolstof produceren”, aldus nog de baas van Microsoft.

    De chemiesector slorpt dan wel een flinke hap van de wereldwijde energievoorziening op, maar is essentieel voor heel wat ontwikkelingen en helpt de wereldeconomie koolstofarm te maken.

    De uitstoot is wereldwijd teruggedrongen dankzij verbeteringen waaraan de chemische industrie een belangrijke bijdrage heeft geleverd. Denk maar aan isolatiematerialen voor de bouwsector, chemische meststoffen en producten die de oogsten beschermen, plastic verpakking, verlichting, antifoulingcoatings voor schepen, synthetisch textiel, kunststof voor de automobielsector, detergenten voor gebruik op lage temperatuur, efficiëntere motoren en polymeren voor leidingen.

    „Deze besparingen bewijzen de vitale rol van de chemische industrie in het koolstofarm maken van de economie”, zegt een woordvoerder van de International Council of Chemical Associations. „In werkelijkheid zou het niet mogelijk zijn om deze CO2-besparingen waar te maken zonder de voordelen van chemische producten en technologieën.”

    Het gebruik van chemie in energiebesparende producten, zoals isolatiematerialen voor de bouw, compacte fluorescentielampen en lichte, plastic auto-onderdelen, levert in de VS alleen al een besparing op van tot 10,9 biljard BTU energie en tot $ 85 miljard per jaar.

    In mensentaal betekent dit dat de VS zijn energieverbruik met 11 % teruggedrongen heeft en net zoveel energie heeft bespaard als er nodig is om 135 miljoen voertuigen een jaar lang aan te drijven.

    „Dat is 55 % van alle auto’s die vandaag op de weg rijden”, preciseert Ryan Baldwin, woordvoerder van de American Chemistry Council.

    De International Council of Chemical Associations liet onlangs weten dat chemische producten voor voertuigen vandaag 230 miljoen ton aan uitstoot van broeikasgassen per jaar helpen te besparen.

    INEOS is heel nauw betrokken bij de vooruitgang die fabrikanten hebben geboekt om auto’s lichter, sterker en zuiniger te maken. Het gebruik van plastic is daar een voorbeeld van, net als koolstofvezel. Maar er zijn ook een reeks andere grondstoffen die INEOS vervaardigt, met toepassingen in zuinige banden en synthetische oliën, die de motorefficiëntie verhogen.

    INEOS fabriceert ook onderdelen voor windmolens en de zonne-energiesector. Kortom, de onderneming stelt andere industrieën, in het bijzonder die van de hernieuwbare energie, in staat om energie te besparen en de CO2-uitstoot te verminderen.

    De overgang naar hernieuwbare energiebronnen zal hoe dan ook niet meteen voor morgen zijn. De hernieuwbare energiesector groeit dan wel snel, maar nog niet snel genoeg. Bovendien produceren de groene technologieën niet constant voldoende energie om aan de vraag te voldoen.

    Volgens de National Academies, adviseurs voor de VS op het gebied van wetenschappen, techniek en geneeskunde, is het voor de toekomst van onze energie even belangrijk om de hoeveelheid verloren energie terug te dringen als om nieuwe bronnen te vinden.

    „Elke minuut gaan reusachtige hoeveelheden energie verloren omdat we ze moeten omzetten in bruikbare vormen”, zegt een woordvoerder.

    Ook op dit vlak levert INEOS creatief werk. Dat moet ook als INEOS zijn activiteiten wil voortzetten in Europa, waar energie momenteel tweemaal zoveel kost als in de VS.

    „We moeten onze energie-efficiëntie constant maximaliseren”, zegt Jean-Noel Large, die de efficiëntie van Petroineos in Lavéra (Frankrijk) moet verbeteren. „Het is een topprioriteit, samen met de veiligheid van de vestiging.”

    13 minuten gelezen Nummer 8
  • shale-gas-path-banner.jpg

    Schaliegas, de weg naar de t oekomst

    De beslissing van INEOS om een deal voor schaliegasexploratie in het VK binnen te halen, leidde tot een conflict met milieuactivisten en protestgroeperingen. Maar INEOS gaat uitdagingen niet uit de weg, zeker wanneer de onderneming ervan overtuigd is dat hij het juiste doen.

    INEOS is nu officieel het op twee grootste schaliegasbedrijf van het VK.

    Dankzij onze deal met IGas (aangekondigd in maart en afgerond in mei) hebben we voortaan toegang tot meer dan 100.000 ha potentiële schaliegasreserves in Schotland en het noordwesten van Engeland.

    „Het gaat om activa van topkwaliteit die in de toekomst aanzienlijke hoeveelheden gas kunnen opleveren”, vertelt Gary Haywood, CEO van INEOS Shale.

    In augustus kende de Britse regering INEOS drie bijkomende schaliegaslicenties toe. Deze extra oppervlakte verstevigt de positie van INEOS als een van de belangrijkste schaliegasbedrijven van het VK.

    Volgens INEOS kan een inlandse schaliegasindustrie een revolutie teweegbrengen in de nijverheid in Groot- Brittannië (momenteel een van de duurste plaatsen ter wereld voor de productie van petrochemicaliën), het VK voor het eerst in jaren energiezekerheid bieden en duizenden banen creëren.

    Maar in heel het VK blijft de publieke ondersteuning een uitdaging voor deze opkomende industrie.

    In maart kreeg INEOS steun van een enquête die door Greenpeace werd gesponsord, waaruit bleek dat fracking in het VK meer voor- dan tegenstanders had.

    „Een duidelijk teken dat steeds meer mensen de potentieel gigantische voordelen inzien van schaliegas dat in het VK geproduceerd wordt”, zei Tom Crotty, INEOS Corporate Affairs Director, toen. „De ontginning van schaliegas in het VK is een unieke kans die we niet mogen laten schieten. De olie uit de Noordzee heeft het VK veel rijkdom opgeleverd en schaliegas kan hetzelfde doen.”

    Tegenstanders van fracking beweren dat het gevaarlijk en verstorend is, aardbevingen teweegbrengt en het drinkwater en de lucht verontreinigt.

    Voorstanders zeggen daarentegen dat fracking – indien deskundig uitgevoerd – veilig is, dat het de landen in kwestie kostbare binnenlandse middelen oplevert, banen creëert, de nijverheid ondersteunt en de CO2-uitstoot helpt terugdringen.

    Een voorbeeld daarvan zien we in de VS. Daar leidde fracking tot een herstel van de nijverheid, duizenden nieuwe jobs en voor meer dan $ 150 miljard aan investeringen. Bovendien daalde de CO2-uitstoot van de VS drastisch doordat steenkool meer naar het achterplan verdween. Steenkool stoot namelijk tweemaal zoveel CO2 uit als gas. Volgens gegevens van het National Energy Information Agency dook de CO2-uitstoot door energie in 2012 tot zijn laagste niveau sinds 1994, dankzij schalie.

    In april en mei dit jaar ontmoette INEOS voor het eerst de plaatselijke bewoners. De bedoeling: het winnen van schaliegas toelichten en een antwoord bieden op de vragen van de lokale Schotse gemeenschappen die rechtstreeks betrokken zouden zijn.

    „Er zal altijd een harde kern van tegenstanders zijn, met filosofische bezwaren tegen de winning van fossiele brandstoffen. Ook al is de koolstofvoetafdruk van schaliegas slechts de helft van die van steenkool”, zegt Gary Haywood. „Maar veel bewoners vrezen schalie om andere, lokale redenen. INEOS wil met deze mensen praten en hen geruststellen over de gevolgen van de schaliegaswinning. We denken dat de meesten ervoor openstaan, maar dat ze meer informatie willen. Ons werk bestaat voor een groot deel uit de feiten toelichten. Zo kunnen de mensen zelf beslissen of schaliegas veilig en succesvol kan worden gewonnen in hun gemeenschap. Daarvan zijn wij alvast overtuigd.”

    De gesprekken bleken een succes en de gemeenschappen waarderen deze kans om rechtstreeks met INEOS te praten en een antwoord op hun vragen te krijgen.

    In september zal het team in Schotland als vervolg op de eerste reeks openbare ontmoetingen evenementen opzetten, waaronder een tentoonstelling.

    „Het is essentieel dat we de mensen kunnen geruststellen dat de sector hier kan opereren zonder schade aan het milieu of aan hun levenswijze op lange termijn”, gaat Gary Haywood verder. „Het is ook cruciaal dat we hen kunnen laten zien waarom schaliegaswinning gunstig is voor de maatschappij en het land.”

    Schaliegas heeft een lage koolstofvoetafdruk (de helft van die van steenkool) en wordt daarom gezien als de belangrijkste tussenstap op de weg naar betaalbare, hernieuwbare energie.

    In de huidige situatie ondermijnen de stijgende energiekosten in Europa mogelijk het vermogen van producenten in de EU om op wereldniveau te concurreren.

    Het VK verliest momenteel banen ten voordele van de VS, waar de industrie over goedkoper schaliegas beschikt. In een poging om zijn petrochemische activiteiten in het VK te beschermen voor het te laat is, investeert INEOS nu al $ 1 miljard om schaliegas uit de VS te importeren en zo zijn vestiging in Grangemouth rendabel te maken en om de groei van zijn vestiging in Rafnes (Noorwegen) op lange termijn mogelijk te maken. Later dit jaar komen de eerste ladingen van vloeibaar gemaakt ethaan eerst in Rafnes en dan in Schotland aan – een wereldprimeur.

    „Ons succes in het VK hangt af van de toegang tot competitieve energie en grondstoffen”, zegt Tom. „Dankzij goedkopere grondstoffen en energie zou de petrochemicaliënindustrie in het VK de wind weer in de zeilen krijgen en opnieuw kunnen concurreren op de wereldmarkt.”

    Het is moeilijk te geloven dat Groot-Brittannië, grondlegger van de industriële revolutie, ooit de drijvende kracht achter de wereldhandel was.

    Vandaag wordt de nijverheid in het VK gezien als een industrie van het verleden. Een sector die langzaam is weggezakt en de voorbije twintig jaar alleen al meer dan drie miljoen banen heeft zien verdwijnen.

    Nochtans is de chemische industrie tegenwoordig relevanter en belangrijker dan ooit als we een groenere economie willen bouwen.

    Hoewel de fabrieken in deze sector nog altijd op fossiele brandstoffen steunen, sparen ze naar schatting voor elke gebruikte ton CO2 meer dan twee ton uit dankzij hun producten. Denk maar aan katalysatoren, isolatie en onderdelen voor windmolens en zonnecellen.

    Boren naar schaliegas mag dan wel een nieuwe uitdaging zijn voor INEOS in het VK, maar het INEOS team krijgt hulp van drie pioniers. Experts van wereldniveau die de ontwikkeling van het eerste commerciële schalieveld van de VS (Barnett Shale) in goede banen leidden. Sindsdien werkten ze ook al mee aan veel andere schalieprojecten in de VS en elders in de wereld.

    Petroleumingenieur Nick Steinsberger en geologen Kent Bowker en Dan Steward werken voortaan exclusief voor INEOS in Europa en hebben meer dan twintig jaar ervaring in de sector. Ze boorden al duizenden schaliebronnen aan, zonder noemenswaardige problemen, en zullen INEOS adviseren hoe je de grote reserves in Groot-Brittannië het best veilig kunt aanboren.

    „Onze kennis en ervaring met complexe petrochemische installaties, gekoppeld aan de topexpertise in ondergrondse winning waarmee we onlangs ons team hebben versterkt, maken van INEOS een heel veilige speler”, zegt Gary.

    Hij gaat verder: „We zien schaliegaswinning niet als speculatie op korte termijn. Waar het om gaat, is onze productiebasis veiligstellen. Duizenden banen in regionale economieën hangen er namelijk van af.”

    Ga voor meer informatie over schaliegas naar: www.ineosupstream.com

    6 minuten gelezen Nummer 8
  • energy-efficient-banner.jpg

    Bezoek aan Keulen: Energie Efficiënt

    De Europese Commissie wil drastisch snijden in het energieverbruik in Europa, want dit zou het milieu, de werkgelegenheid, de energiezekerheid en de economie ten goede komen. INEOS, dat per jaar € 1,3 miljard aan energie uitgeeft, denkt er anders over.

    De onderneming dringt er bij de Europese Commissie op aan om te kijken naar de aanzienlijke dagelijkse inspanningen van de chemische industrie om haar energie-efficiëntie verder te verbeteren, in de plaats van nog meer streefcijfers op te leggen. Voor de Commissie, die het energieverbruik tegen 2030 met 27 % wil terugschroeven, is het in elk geval positief dat energiebesparing al een fundamenteel aspect van de bedrijfsvoering vormt bij INEOS.

    „We hebben niet nog meer regels of doelstellingen nodig”, zegt Tom Crotty, INEOS Group Communications Director. „Energieefficiëntie is al een kernwaarde van onze bedrijfsvoering, omdat het economisch gezien heel interessant is. Op onze sites hebben we zo goed als alle beschikbare en betaalbare energiebesparende technologie geïnstalleerd. Om ons energieverbruik nóg te verlagen, zouden we in onze productie moeten beginnen snoeien.”

    De Commissie gelooft dat een ambitieus streefcijfer inzake energie-efficiëntie het milieu, de werkgelegenheid, de energiezekerheid en de Europese economie ten goede zal komen.

    INEOS geeft jaarlijks € 1,3 miljard uit aan energie. Voor onze onderneming is de doelstelling niet realistisch, niet haalbaar voor de chemische sector en een bedreiging voor de industrie in Europa, waardoor zes miljoen banen gevaar lopen.

    Volgens INEOS komt het probleem gedeeltelijk voort uit het onvermogen van de Commissie om het belang en de dagelijkse realiteit van de chemische industrie te begrijpen.

    „We kampen al met een concurrentieprobleem in Europa”, zegt Tom Crotty.

    In een gezamenlijke inspanning om te worden gehoord onder de miljoenen antwoorden op een raadpleging van de Europese Commissie over haar klimaat- en energiebeleid voor 2030, nodigden INEOS en CEFIC vertegenwoordigers van het Directoraat-Generaal voor Energie van de Commissie uit voor een bezoek aan de site in Keulen.

    „INEOS levert al jaren succesvolle inspanningen op het gebied van energiebesparing”, zegt Gerd Franken, CEO van INEOS O&P North. „We zijn ervan overtuigd dat onze vestigingen tot de meest energieefficiënte ter wereld behoren.”

    De chemiesite in Keulen (Duitsland) stelt 2000 mensen uit 28 landen tewerk en heeft een oppervlakte ter grootte van Monaco. Negentig procent van haar uitgaven gaan naar energie en grondstoffen. Bovendien verbruikt ze net zoveel energie als je nodig hebt om 200.000 huishoudens van verwarming, verlichting en elektriciteit te voorzien.

    Dat is dus heel wat, maar het betekent niet dat de vestiging niet efficiënt is. Stefan Krämer, Energy Manager van de site, toonde de afvaardiging van het DG Energie hoe iedereen in het bedrijf al samenwerkt om energie te besparen.

    „Het is een hele uitdaging, want de interne energienetwerken van de INEOS-site in Keulen moeten constant in evenwicht blijven”, legt hij uit. „Zo produceert het salpeterzuur- en acrylonitrilproces stoom. De productie van krakers en butadieen heeft dan weer warmte nodig en dus wordt de stoom daar gebruikt.”

    Het nevenproduct waterstof wordt niet verbrand, maar thermisch gebruikt in de energiecentrale in de plaats van aardgas. Die ingreep levert een besparing van 80.000 MWh aan aardgas per jaar op. Door enkele verbeteringen aan de koeltoren besparen we jaarlijks ook nog eens 13.000 MWh aan elektriciteit.

    „INEOS is vastbesloten om alles wat het produceert te gebruiken en te hergebruiken”, zegt Gerd. „Dit komt namelijk zowel ons bedrijf als het milieu ten goede.”

    Tijdens het bezoek riep ook Brigitta Huckestein, Communications & Government Relations bij BASF (het grootste chemische bedrijf ter wereld), de Commissie op om tot inkeer te komen.

    Voor de allereerste keer gaat BASF zijn Europese investeringen strategisch afbouwen. De redenen: de stagnerende markt, de dure energie en de hoge loonkosten.

    Brigitta Huckestein zei dat BASF de grootste moeite deed om meer mogelijkheden te vinden om zijn energieverbruik en CO2-uitstoot te verlagen.

    De vestiging van BASF in Ludwigshafen is de grootste en efficiëntste geïntegreerde fabriek van Duitsland. Maar als er vanaf 2017 een toeslag van toepassing wordt op de zelfgeproduceerde elektriciteit van een WKK-installatie, zal de efficiëntie van de geïntegreerde productie aanzienlijk dalen.

    „Dat zal ook de concurrentiekracht van deze uiterst energie-efficiënte installatie verminderen”, zegt ze. „Kortom, we voelen ons al verdreven. Als de regels de productie van basischemicaliën in Europa regelen als een middel om de Europese vraag naar energie te verminderen, denken wij dat dat gevaarlijk zal zijn voor de Duitse en de Europese economie, want de waardeketens zullen worden verbroken. Als de omstandigheden niet gunstig zijn, zullen we elders moeten investeren.”

    Alistair Steel is een vertegenwoordiger van CEFIC, de spreekbuis van de chemische sector in Europa. Volgens hem is betaalbare energie dé sleutel tot groei.

    Video

    Energie-efficiëntie is al een kernwaarde van onze bedrijfsvoering

    00:00

    „De concurrentiekracht van de sector hangt af van een competitieve, betrouwbare energievoorziening”, zegt hij.

    Momenteel kost het in Europa tweemaal zoveel om ethyleen te produceren als in de VS. Daar heeft goedkoop schaliegas de nijverheid doen heropleven. Terwijl de winst van INEOS in Europa de voorbije drie jaar gehalveerd is, is die in de VS verdrievoudigd.

    „We kunnen niet nóg meer energie besparen”, zegt Greet Van Eetvelde, Manager van Cleantech Initiatives, vanuit het hoofdkantoor van INEOS in het Zwitserse Rolle. „De Europese Commissie moet beslissen of ze wil dat de chemische industrie standhoudt in Europa. Het is onmogelijk om deze doelstellingen te halen zonder aanzienlijke investeringen. In het economische klimaat in Europa is dat heel moeilijk.”

    Zelfs al wou INEOS schone technologie financieren, dan nog zou het bedrijf voor een haast onmogelijke taak staan.

    „Banken willen zekerheid”, zegt Tom. „Ze houden niet van nieuwe technologieën. Vaak hangt de financiering van nieuwe technologieën ook af van de overheidssteun, wat een politiek risico inhoudt.”

    Volgens Stefan werkt de chemische industrie al jaren aan manieren om haar productievestigingen efficiënter te maken.

    „Het engagement van de industrie om energie-efficiënter te worden, dateert van lang voor de EU-richtlijnen van 1996”, zegt hij.

    Vorig jaar waarschuwde Jim Ratcliffe, bestuurder van INEOS, dat de Europese chemische industrie binnen tien jaar zou uitsterven.

    „Ik zie groene taksen. Ik zie hoe de nijverheid wordt verdreven”, schreef hij in een open brief aan José Manuel Barroso, destijds voorzitter van de Europese Commissie.

    Hij wou de Commissie wakker schudden.

    „De chemische sector is wereldwijd goed voor $ 4,3 triljoen aan inkomsten”, zei hij. „Dat is meer dan het bbp van Duitsland. In Europa staan chemicaliën en auto’s samen aan de top met elk $ 1 triljoen. De chemische industrie is een van de sterkhouders van de Europese economie.”

    INEOS hoopt dat het bezoek aan Keulen de beleidsmakers in Brussel de ogen heeft geopend.

    Paul Hodson, een lid van de afvaardiging van de Commissie, schreef in een e-mail aan INEOS dat het bezoek hen een waardevol inzicht in de chemische industrie had opgeleverd.

    Hij zei dat het welvaren van de Europese industrie een van de prioriteiten van de Commissie is en dat ze er in haar beleid naar zou streven om de concurrentiekracht ervan te verhogen.

    Wat de Europese Commissie wil tegen 2030

    • Een vermindering van het energieverbruik met 27 (niet bindend voor de industrie)
    • Een stijging van minstens 27% van het gebruik van hernieuwbare energie
    • Een vermindering van de CO2-uitstoot met 40 %

    7 minuten gelezen Nummer 8
  • question-mindset-banner.jpg

    Anders denken

    De werkplaats veranderen is gemakkelijk. Veranderen hoe mensen denken allerminst. Maar met de juiste aanpak is niets onmogelijk.

    NIEMAND houdt van verandering.

    Of zo luidt toch de theorie. In werkelijkheid zijn er sommige mensen die ervan houden en andere niet.

    Wanneer een bedrijf zijn medewerkers wil overtuigen, brengt een andere aanpak vaak soelaas.

    De meester van het management, wijlen Peter Drucker, was heel duidelijk over de beste manier om veranderingen door te voeren in een organisatie.

    „Je moet je hele organisatie doordringen met de gedachte dat verandering een kans is, geen bedreiging”, zei hij. „Mensen voelen zich veilig als ze beseffen dat deze periode van plotse, onverwachte en radicale verandering kansen biedt.”

    Dr. Fred Wadsworth, medisch directeur bij Corperformance in het VK, begrijpt maar al te goed dat verandering emotionele verwarring en slechtere prestaties kan veroorzaken. In het verleden werkte hij al nauw samen met INEOS.

    „Een slecht beheerd veranderingsproces kan als een bedreiging overkomen en klassieke stressreacties teweegbrengen”, zegt hij.

    Maar volgens hem mag de vrees om veranderingen door te voeren een onderneming nooit tegenhouden om verandering na te streven.

    „De honger naar verandering moet aanwezig zijn en aangemoedigd worden. Maar dat kan alleen door de personeelsleden reële doelstellingen op te leggen waarin ze zelf geloven. Wie zich door het proces bedreigd voelt, is vaak het moeilijkst te overtuigen.”

    Maar ook die mensen kun je over de streep trekken.

    John Reh, een ervaren Amerikaanse zakenman en auteur, zegt dat als de betrokkenen begrijpen wat ze moeten doen en hoe, de zaak al half gewonnen is.

    „Je moet je mensen helpen te begrijpen wat de verandering inhoudt, wanneer ze zal plaatsvinden en waarom ze nodig is”, stelt hij.

    Roberta Katz, vennoot en vicevoorzitter voor strategische planning aan de universiteit van Stanford in de VS, beschreef verandering als een terugkerend proces.

    „De individuen binnen de organisatie springen op verschillende ogenblikken op de trein van de verandering. De leider moet de visie en de strategie steeds weer herhalen. Wanneer iedereen uiteindelijk op dezelfde trein zit, hebben ze allemaal dezelfde boodschap gehoord en het gemeenschappelijke doel begrepen. Dit kan vervelend zijn voor de leider die de verandering aankondigt: je bent klaar om verder te gaan, maar moet hetzelfde blijven herhalen. Zelfs als iemand de boodschap al tien keer heeft gehoord, kan het dat hij ze pas de elfde keer begrijpt, wanneer er iets in zijn leven gebeurt dat de boodschap zinvol maakt.”

    Weerstand tegen verandering kan vaak gebaseerd zijn op de angst voor het onbekende.

    „We verzetten ons tegen verandering, maar de angst voor het onbekende kan ertoe leiden dat we ons aan het huidige gedrag vastklampen – hoe slecht dat ook is”, zegt dr. Stan Goldberg, een voormalige klinisch professor aan de staatsuniversiteit van San Francisco.

    Die vrees steunt vaak op de perceptie van het personeel. En die perceptie telt, want ze is hun realiteit.

    Maar het goede nieuws is volgens hem dat je percepties, net als persoonlijkheden, kunt veranderen.

    „De persoonlijkheid is flexibel”, legt hij uit. „Onze waarden kunnen in onze jeugdjaren gevormd worden en als een anker op de zeebodem fungeren. Volgens dezelfde beeldspraak zijn onze gedragingen flexibeler, als boeien die op het wateroppervlak drijven. Ze blijven verbonden aan onze ankers, maar zijn vatbaar voor verandering. Daarom hebben doelstellingen die zijn afgestemd op onze waarden meer kans op slagen.”

    Peter Drucker zei dat een verandering die mogelijkerwijs kansen biedt, moet gesteund worden door de onderneming. Daarom moet een bedrijf er één of twee goede krachten op zetten.

    „Je moet iemand aan de top hebben die van het onverwachte houdt”, verklaarde hij. „Dat is cruciaal. Er zullen namelijk veel verrassingen komen en als elke verrassing als een bedreiging wordt gezien, zullen we het niet lang uithouden.”

    Peter Drucker zei dat snelle veranderingen mogelijk zijn zonder de medewerkers te verontrusten als ze de onderneming vertrouwen.

    „Vertrouwen bouwen is geen ruimtevaarttechnologie”, benadrukt James Hec, docent aan de Harvard Business School. „Eigenlijk zou het vrij simpel moeten zijn. Schep geen verwachtingen die niet kunnen worden ingelost. Deel kennis. Zorg ervoor dat je de juiste mensen aanwerft, erkent en ontslaat. Wees consequent en voorspelbaar. Vermijd zo veel mogelijk grootschalige ontslagen.”

    Dr. John Kotter, professor aan de Harvard Business School, schreef al bijna twintig boeken over leiderschap en verandering.

    Vorig jaar richtte hij het Kotter International Center for Leaders op, een firma van topexperts die organisaties helpen veranderen.

    „De veranderingen gaan sneller dan we ze kunnen bijhouden”, zegt dr. Kotter, „Toch verwachten we van leiders op alle niveaus dat ze steeds betere en snellere resultaten leveren.”

    David Carder is engagementsleider bij Kotter International in de VS.

    „Veel ondernemingen zijn niet in staat om de technologie echt te benutten en om te veranderen zoals ze dat zouden willen, omdat hun hiërarchie en structuur een belemmering vormt”, zegt hij.

    Het punt volgens Peter Drucker is dat verandering pijnlijk en riskant is en heel wat inspanningen vraagt.

    „Jammer genoeg kun je verandering niet beheren”, aldus Drucker, „Je kunt enkel anticiperen. Je kunt het alleen maar doorvoeren.”

    Vijf toptips voor een onderneming die veranderingen wil doorvoeren:

    1. Houd je medewerkers op de hoogte: mensen weten graag wat er gaande is, vooral als het rechtstreeks iets te maken heeft met hun job
    2. Inspireer je personeel: doe een beroep op de ambities en wensen van de mensen Doelstellingen die verband houden met hun eigen waarden, hebben meer kans op slagen
    3. Denk vooruit: veranderingen moeten worden doorgevoerd in het beste belang van de onderneming op lange termijn, niet gewoon om op korte termijn geld te besparen
    4. Wees begripvol: medewerkers aanvaarden veranderingen sneller als ze de onderliggende redenen goed begrijpen
    5. Wees realistisch: onrealistische doelstellingen versterken de angst, wat dan weer het risico op falen verhoogt.

    6 minuten gelezen Nummer 8
  • changing-face-grangemouth-banner.jpg

    Het veranderende gezicht van Grangemouth

    Het gezicht van Grangemouth is aan het veranderen. Het is de voorbode van een nieuwe, opwindende toekomst.

    EEN van de grootste ethaanopslagtanks ooit in Europa krijgt vorm.

    Wanneer de tank van 60.000 m² af is, zal hij 30.000 ton vloeibaar gemaakt ethaangas kunnen bevatten. Een nieuw tijdperk in de productie van petrochemicaliën is aangebroken.

    „Het landschap van Grangemouth is veranderd sinds de bouw van de 40 m hoge tankwand”, zegt Alan MacMillan, O&P UK Ethane Project Manager. „Dit zijn opwindende tijden voor O&P UK. De tank is het tastbare bewijs van de investeringen die worden gedaan.”

    Video

    INEOS bouwt de grootste ethaantank van Europa

    00:00

    De bouw van de tank is maar één onderdeel van een aantal simultane projecten en activiteiten die de visie van O&P UK rond een duurzame, leefbare toekomst onderstrepen.

    INEOS stopt zowat £ 450 miljoen in de verlieslatende Schotse fabriek, die meer dan 1300 mensen rechtstreeks tewerkstelt, om ze om te vormen tot een van de beste ter wereld.

    „Het is de grootste investering in de Britse petrochemische industrie van de voorbije tijd”, vertelt John McNally, CEO van INEOS Olefins & Polymers UK. „Zo bewijzen we duidelijk ons engagement tegenover Grangemouth.”

    INEOS heeft het ethaan, dat vanaf volgend jaar uit de VS aankomt, nodig om de krimpende Noordzeevoorraden te vervangen. Alleen als er voldoende grondstoffen worden verzekerd om de productiesites optimaal en op volle capaciteit te laten werken – wat jarenlang niet mogelijk was – kan het tij keren voor de Schotse vestiging.

    Naast de opslagtank omvat het ethaanbevoorradingsproject ook grote infrastructuurwerken.

    De onderneming bouwt momenteel de aanlegpier en de losinstallaties om waar de ultramoderne schepen zullen aanmeren. Bovendien legt ze kilometers pijpleidingen aan om het ethaan naar de tank en de productiesite te vervoeren.

    Video

    Het stalen dak van de tank wordt op zijn plaats gezet

    00:00

    Er worden verschillende aannemers ingezet, zodat het project op tijd, veilig en binnen het budget wordt afgewerkt.

    „Met tal van verschillende ondernemingen en op uiteenlopende manieren samenwerken, is een complexe, uitdagende taak”, zegt Alan.

    Het plan in Grangemouth heeft veel gemeen met het project dat onlangs werd doorgevoerd op de site van INEOS in Rafnes (Noorwegen). Daar heeft de onderneming de infrastructuur gebouwd om dit jaar nog ethaan van de Noord-Amerikaanse schaliegasvelden te kunnen importeren.

    Er zijn langetermijncontracten met Amerikaanse leveranciers gesloten om het ethaan uit schaliegas via pijpleidingen naar de Amerikaanse oost- en golfkust te voeren. Van daaruit verschepen acht speciaal in opdracht van INEOS ontworpen schepen het dan over de Atlantische Oceaan naar Noorwegen en in 2016 ook naar Schotland.

    In afwachting van deze leveringen in Grangemouth werkt O&P UK verder aan zijn strategische overlevingsplan. Dat moet de waarde van de site op lange termijn beschermen door de oprichting van een internationaal, toonaangevend chemicaliën- en productieknooppunt met het potentieel om een centrum van uitmuntendheid en innovatie voor Schotland te worden.

    5 minuten gelezen Nummer 8
  • mighty-can-fall-banner.jpg

    Hoe ook machtige bedrijven kunnen vallen

    In de snel veranderende omgeving van vandaag groeien en verdwijnen bedrijven sneller dan ooit. De grootste bedreiging is wellicht zelfgenoegzaamheid. Wijlen Steve Jobs, de uitvinder van de iPhone, zei het ook al: „Dood zelfgenoegzaamheid voor ze jou doodt.” Deze zes bedrijven werden ooit beschouwd als de leiders van hun sector, tot ze een voor een op ongelukkige wijze het noorden kwijtraakten.

    Blockbuster

    Wie had kunnen voorspellen dat hun succesverhaal zo zou eindigen? Blockbuster was met een marktwaarde van $ 5 miljard ooit de onbetwistbare leider in videoverhuur. Het bedrijf stelde 60.000 mensen tewerk en had 9000 vestigingen verspreid over de wereld. Toen ging Netflix films via de post verzenden en begonnen de kabel- en telefoonmaatschappijen films rechtstreeks de huiskamer in te sturen. Blockbuster speelde niet in op de veranderende behoeften van de klanten.

    Kodak

    Bijna honderd jaar lang kwam geen enkele concurrent ook maar in de buurt van Kodak. Het bedrijf werd opgebouwd op basis van een cultuur van innovatie en verandering. Maar net zelfgenoegzaamheid betekende zijn ondergang. De meeste mensen hadden een Kodak-camera en gebruikten de gepatenteerde film van Kodak. Maar het bedrijf had zich nooit kunnen voorstellen dat het ten onder zou gaan aan de digitale fotografie, een technologie die het zelf had uitgevonden. Kodak handelde niet snel genoeg en zijn concurrenten gaven de genadeslag.

    Polaroid

    Er wordt gezegd dat de uitvinder van Apple, Steve Jobs, dweepte met de man die de weg baande voor de iconische Polaroid SX-70. Edwin Land was namelijk de eerste die spitstechnologie met design combineerde. Op zijn hoogtepunt in 1991 verkocht hij voor bijna £ 3 miljard van zijn hoofdzakelijk instant camera’s en films. Maar Polaroid liep de digitale fotografierevolutie mis en ging tien jaar later failliet.

    Motorola

    Het is vandaag moeilijk te geloven dat Motorola de eerste mobiele telefoon bouwde en verkocht. In 2003 bracht het bedrijf de destijds best verkochte mobiele telefoon ooit op de markt: de Razr. Maar Motorola besteedde te weinig aandacht aan smartphones met e-mail en camera, zodat zijn marktaandeel snel begon te krimpen.

    Commodore

    Commodore International was een van de eerste computerbedrijven die zich met succes op de markt van de pc’s begaven. Zijn relatief kleine toestellen waren goed gemaakt en goedkoop. In het begin van de jaren 1980 gingen jaarlijks twee miljoen exemplaren van de Commodore 64 over de toonbank en had het bedrijf bijna 50 % van de markt in handen. Toen bracht het de meer geavanceerde Commodore plus/4 uit. Een slimme zet, zo werd eerst gedacht. Maar Commodore had niet aan zijn vaste klanten gedacht. Het nieuwe model was niet compatibel met het vorige, waar ze dol op waren. Het bedrijf ging failliet in 1994.

    ICI

    ICI was ooit een symbool van de Britse industriële overmacht. Op zijn hoogtepunt stelde het bedrijf, dat het polytheen uitvond, 130.000 mensen tewerk en was het een van de grootste chemiebedrijven ter wereld. Maar in de jaren 1990 werd het te zelfgenoegzaam. Volgens Paul Hodges, een hoog kaderlid bij ICI tot 1995, werd het bedrijf steeds meer afkerig van risico’s en beslissingen. „Het verloor zijn voorsprong en de drang om nieuwe richtingen te verkennen”, zegt hij. „In de plaats daarvan werd het motto ‘geen verrassingen’.” ICI ging zich op chemicaliën voor specifieke toepassingen toeleggen en verkocht zijn bulkchemicaliën activiteiten aan INEOS. Onder onze vleugels groeiden ze stevig. Ondertussen bleven de winsten van ICI dalen. In januari 2008 werd het verkocht aan het Nederlandse bedrijf AkzoNobel en drie maanden later kocht het Duitse Henkel de secties kleefstoffen en elektronische materialen over.

    3 minuten gelezen Nummer 8
  • change-of-scene-banner.jpg

    Van de directiekamer naar het slagveld

    Niet iedereen wil in zijn comfortabele cocon blijven. Mensen als Tony Moorcroft al zeker niet. Voor hem is verandering altijd beter dan blijven hangen, zoals INCH vaststelde.

    Op 19 maart 2003 sprak de Amerikaanse president George Bush de wereld toe.

    In een live-uitzending op tv zei hij dat de campagne van de geallieerden om Irak te ontwapenen, het volk te bevrijden en de wereld tegen een groot gevaar te beschermen, begonnen was.

    Duizenden kilometers daarvandaan, maar in zekere zin toch niet zo veraf, zat de reservist Tony Moorcroft thuis in het VK.

    Deze specialist-scheepsmilitair was de eerste die verplicht voor dienst werd opgeroepen sinds de Tweede Wereldoorlog.

    Twee maanden eerder had hij via de post een brief in een verzegelde bruine enveloppe ontvangen.

    „Toen ik de brief snel doornam voor ik naar mijn werk vertrok, drong de inhoud niet echt tot me door. Pas uren later besefte ik plots dat het echt zou gaan gebeuren”, zegt hij.

    Zijn familie was begrijpelijkerwijze nog meer bezorgd dan hijzelf.

    „Je weet dat je hiervoor gekozen hebt en opgeleid bent. Dus ga je je helemaal concentreren op je dagelijkse taken, uur per uur. Dat helpt om je angst of ongerustheid te overwinnen”, vertelt hij. „Maar je moet op een zo normaal mogelijke manier voortdoen.”

    Een week nadat hij zijn oproepingspapieren had ontvangen (januari 2003), vertrok hij van thuis in het noorden van Engeland. In het kader van Operatie Telic 1 voegde hij zich bij het 165 Port and Maritime Regiment, een gespecialiseerde logistieke eenheid.

    Hun taak voor de volgende vijf maanden: de geallieerde strijdkrachten in leven houden wanneer ze op kritieke locaties in Irak en Koeweit terechtkwamen.

    Als onderofficier had Tony de bijkomende verantwoordelijkheid dat hij over een team van mannen moest waken.

    „Je gedachten zijn dan echt geconcentreerd op het ultieme doel dat iedereen nastreeft: veilig terugkeren naar familie en vrienden”, gaat hij verder.

    In het conflict kwamen duizenden mensen om het leven, maar Tony overleefde het en nam na afloop zijn job als HR-directeur voor INEOS ChlorVinyls en INEOS Enterprises weer op.

    „Na een korte verlofperiode wilde ik zo snel mogelijk terug naar het normale burgerleven”, vertelt hij. „Ik heb me vrij gemakkelijk aangepast, want op de werkvloer had ik meteen weer een drukke agenda. Ik heb veel steun gekregen van mijn familie, vrienden en collega’s. Ze vielen me niet lastig met eindeloze vragen en de steun van INEOS was fantastisch. Veel reservisten waren bezorgd om hun baan wanneer ze naar huis zouden terugkeren, maar ik had dat probleem niet. Zo kon ik me helemaal concentreren op mijn taak: ervoor zorgen dat alle jongens veilig thuiskwamen.”

    Toch was het een ervaring die zijn leven zou veranderen.

    „Ik leerde veel over mezelf en over anderen. Maar het is niet iets wat ik zomaar opnieuw zou doen, zonder zorgen”, vertelt hij. „Ik waardeer het leven nu meer en ik denk dat ik beter met moeilijke situaties overweg kan.”

    „Ik ging oorspronkelijk bij het leger om mijn ingenieursvaardigheden te verbeteren en mijn carrière een duwtje in de rug te geven”, zegt hij. „Maar mijn rol als reservist heeft mijn leven op verschillende manieren veranderd en INEOS had als werkgever niet beter kunnen doen. Bij de landmachtreserve leer je je voorbereiden op heel veeleisende situaties. Situaties waarin je geen andere keuze hebt dan doen wat je moet en je verantwoordelijkheid moet nemen voor je daden. In de chemische industrie komen we voor vergelijkbare uitdagingen en dilemma’s te staan. In de loop der jaren heb ik ondervonden dat beide rollen elkaar aanvullen: in beide functies moet je leiderschap, teamwerk, discipline, integriteit en respect aan de dag leggen.”

    En blijkbaar slaagt Tony daar heel goed in.

    Vorig jaar werd hij door zijn overste, luitenant-kolonel C. K. Thomas van het Royal Logistic Corps, genomineerd voor een ‘Queen’s Birthday Honour’, de koninklijke medaille voor vrijwillige reservisten, om de voorbeeldige en verdienstelijke uitvoering van zijn plichten.

    Deze eer valt elk jaar slechts dertien mensen te beurt.

    „Ik was eerst sprakeloos”, vertelt de intussen 55-jarige Tony. „Maar mijn verstomming sloeg al snel om in trots, want deze medaille wordt elk jaar slechts aan een beperkt aantal mensen uitgereikt. Ze is dus heel bijzonder.”

    Hij kreeg de medaille op Buckingham Palace uit handen van prins Charles, die zich nog herinnerde dat hij Tony in 1993 had ontmoet in Liverpool op de herdenkingsceremonie van de Slag om de Atlantische Oceaan.

    „Hij was in het bijzonder geïnteresseerd in mijn overstap van de zeemacht naar de landmacht, omdat we tijdens onze carrière allebei dienst hadden gedaan op hetzelfde type schip”, weet hij nog.

    ERETEKEN

    De koninklijke medaille voor vrijwillige reservisten is zowat de hoogste onderscheiding die Tony Moorcroft had kunnen ontvangen.

    De lofbetuigingen die hem deze prestigieuze erkenning opleverden, zijn dan ook niet van de minste.

    Zijn overste luitenant-kolonel Colin Thomas, die hem voor de medaille nomineerde, zegt dat Tony (intussen bijna op pensioenleeftijd) altijd heeft uitgeblonken als een voorbeeldige, onbaatzuchtige persoon.

    „Hij is een echte teamspeler en altijd bereid om zijn eigen comfort op te offeren als hij hiermee zijn collega’s kan helpen. Dat weet iedereen”, vertelt hij. „Iedereen die met hem werkt, en misschien in de eerste plaats zijn ondergeschikten, heeft het allergrootste respect voor hem. Zijn engagement is totaal: je kunt altijd op hem rekenen en zijn enthousiasme kent geen grenzen. Zelfs na drie decennia bij de zeeen de luchtmacht.”

    Luitenant-kolonel Thomas zegt dat Tony zich intens bekommerde om het welzijn van zijn soldaten toen ze in 2003 in Irak werden ingezet.

    „Naast zijn hoofdtaken stak hij ook veel energie in het herstellen of bouwen van geïmproviseerde basisinstallaties. Zo zorgde hij ervoor dat het moreel hoog bleef”, aldus Thomas.

    5 minuten gelezen Nummer 8
  • change-always-good-banner.jpg

    Debat: Is verandering altijd positief?

    Sommige mensen bloeien open bij verandering, andere doen juist al het mogelijke om zich ertegen te verzetten. Verandering zou volgens velen een goede zaak zijn. Maar klopt dat altijd? INCH polste naar de mening van mensen die het kunnen weten.

    Verandering is niet altijd positief. Het kan ons helpen vastgeroeste gewoonten af te schudden en betere aan te nemen, maar ook stresserend, duur en zelfs destructief zijn. Het belangrijkste is hoe we op verandering anticiperen en reageren. Verandering kan ons leren om ons aan te passen en weerstand te ontwikkelen, maar alleen als we ons eigen groei- en leervermogen kennen. Wanneer een verandering ons beter maakt, is dat omdat we geleerd hebben hoe we een uitdagende situatie naar onze hand moeten zetten. En dus niet zomaar ‘omdat veranderingen nu eenmaal plaatsvinden’.
    Rick Newman, auteur van ‘Rebounders: How Winners Pivot from Setback to Success’ en columnist voor Yahoo Finance

    Een van de constanten in het leven is verandering. Of we er klaar voor zijn of niet, ze gebeuren. We groeien. We worden ouder. De technologie evolueert elke dag opnieuw. Sommigen voelen zich goed bij verandering, anderen verzetten zich ertegen. Het liefst stellen we zelf de voorwaarden, maar we hebben niet altijd die keuze. Soms is aanvaarden en verwerken de enige optie. Wanneer we de kans krijgen om onze eigen wil te doen gelden, gaan we het best bedachtzaam te werk. Veranderen om te veranderen is een risico, want het gras is niet altijd groener aan de overkant. Het dwangmatige streven naar ‘beter’ leidt soms tot verbittering en spijt om veranderingen die we niet hadden moeten doorvoeren.
    Bob Tamasy, auteur en vicevoorzitter van Communications Leaders Legacy, Inc.

    Verandering is niet inherent goed of slecht. Het is iets onvermijdelijks. De problemen treden op door de snelheid waarmee verandering zich voordoet en de bedreiging die ze vormt voor de mensen die de vraag krijgen om te veranderen. Een handige stelregel: wanneer veranderen voor een persoon, organisatie of land even gemakkelijk is als niet veranderen, dan lopen de dingen het vlotst. Mensen die op verandering aandringen, zijn helaas vaak verontwaardigd wanneer er weerstand is. Zelfs een elementair begrip van de principes van verandering kan de overgang gemakkelijker maken. Of het nu gaat om een regeringsleider die een universele verzekering voorstelt, de CEO van een vennootschap die van zijn medewerkers meer verantwoordelijkheidszin verwacht of een vrouw die de wanorde van haar man beu is.
    Stan Goldberg, auteur van ‘I Have Cancer, 48 Things To do When You Hear the Words’ en acht andere boeken over de scherpe kantjes van het leven

    Verandering is onvermijdelijk. Maar zijn we altijd gedwongen om te veranderen omdat we in een geglobaliseerde wereld leven die steeds sneller draait en waar alles en iedereen verbonden is? Veranderen om te veranderen heeft niets te maken met ware innovatie, creativiteit stimuleren, nieuwe kennis verwerven of de vereiste vaardigheden leren om competitief te blijven. In elk bedrijf, klein of groot, heeft de minste verandering in de identiteit van een merk (bv. het logo of de slogan) een impact op het merkimago en de perceptie van de producten of diensten door de klanten. Trouwe fans van het merk hebben meestal een hekel aan veranderingen. Je moet je dus vooraf de vraag stellen: welke meerwaarde bied ik mijn klanten, medewerkers en andere betrokken partijen?
    Anne Egros, algemene coach voor kaderleden

    Veel mensen hebben een hekel aan verandering, anderen kijken er dan weer naar uit. Weerstand tegen verandering is normaal, maar kan heel destructief zijn. Sommige managers merken niet dat bepaalde symptomen van verandering (bv. een hoog personeelsverloop, confl icten, laatkomen, fouten, letsels, een zwak moreel of een lagere productiviteit) soms rechtstreeks in verband staan met de geplande of doorgevoerde veranderingen.
    Eve Ash, Australische psychologe en gedelegeerd bestuurder van Seven Dimensions

    Uitmuntende fi rma’s geloven niet in uitmuntendheid, wel in constant verbeteren en veranderen. Winnaars moeten leren even enthousiast en dynamisch van verandering te genieten als we ons daar vroeger tegen verzetten. Tom Peters, Amerikaans auteur van boeken over bedrijfsbeheer Verandering is goed, maar vaak ook hard. Het kan zoveel gemakkelijker zijn om de dingen bij het oude te laten. Maar om te slagen in het bedrijfsleven, moet je openstaan voor verandering. Nooit eerder veranderde het communicatie- en technologielandschap zo snel als nu. Twintig jaar geleden had je vast geen e-mailadres, nu is het moeilijk om je je leven of bedrijf zonder e-mail voor te stellen. Tien jaar geleden bestond Facebook niet, nu gebruiken 1,25 miljard mensen en miljoenen bedrijven het om te communiceren. Zelfs al ben je niet rechtstreeks bij de communicatie- of technologiesector betrokken, technologie speelt ongetwijfeld een gigantische rol in de veranderingen in je bedrijfstak. Deze veranderingen brengen met zich dat ook jij moet veranderen.
    Dave Kerpen, auteur van boeken als ‘Likeable Social Media’ en ‘Likeable Business’ (op de lijst van bestverkopende boeken volgens de New York Times)

    Vooruitgang is niet mogelijk zonder verandering. En wie zijn mening niet kan veranderen, kan niets veranderen.
    Wijlen George Bernard Shaw, Ierse toneelschrijver en medeoprichter van de London School of Economics.

    4 minuten gelezen Nummer 8
  • in-safe-hands-banner.jpg

    In veilige handen

    INEOS is intens met veiligheid begaan. Dat moet ook. Als er iets misgaat, kunnen mensenlevens op het spel staan. Maar als er fouten worden gemaakt, doet INEOS er alles aan om er waardevolle lessen uit te trekken.

    ZELFGENOEGZAAMHEID kan dodelijk zijn voor een bedrijf.

    In een potentieel risicovol bedrijf zoals INEOS kan zelfgenoegzaamheid ook mensenlevens kosten.

    Steve Yee, INEOS Group Safety Health & Environment Director, heeft de opdracht om zelfgenoegzaamheid te helpen bestrijden vanuit Runcorn (VK).

    „Het is ontzettend belangrijk dat iedereen constant aan veiligheid denkt”, zegt hij. „We weten allemaal dat de duurzame toekomst van onze bedrijven afhangt van onze prestaties op het vlak van veiligheid, gezondheid en milieu.”

    INEOS lijkt in elk geval goed op weg.

    Vorig jaar verbeterden de algemene veiligheidscijfers van INEOS met 23 % tegenover 2013. De milieuschendingen bereikten een historisch dieptepunt.

    „Nooit eerder waren onze veiligheids- en milieuprestaties zo goed”, vervolgt Steve, die de veiligheidsrapporten van de groep beheert.

    INEOS had al vaak vooruitgang geboekt, maar vorig jaar deed het bedrijf het beter dan ooit.

    „Het was bijzonder fijn om te zien dat vestigingen die niet meteen kampioenen waren qua veiligheid, erop vooruit waren gegaan”, gaat hij verder. „Hieruit blijkt dat we echt iets kunnen verwezenlijken als we er maar voor gaan.”

    INEOS schakelde onlangs over op OHSA (Occupational Health & Safety Administration), een strenger, Amerikaans systeem voor de registratie van ongevallen, letsels en ziekten op de werkvloer. Zo kunnen ook buitenstaanders de prestaties van INEOS vergelijken met die van de allerbesten.

    „We zien dat INEOS het heel behoorlijk doet in vergelijking met bedrijven zoals Shell en Dow Chemical”, zegt Steve. „Maar hoewel we onze achterstand aan het inlopen zijn, zijn we er nog niet.”

    INEOS beschouwt een OSHA-prestatie van 0,23 als ideaal.

    „Dow is een van de allerbesten”, vertelt hij. „Wij scoren momenteel 0,40.”

    In december bezochten Steve Yee en Simon Laker, Group Operations Director van INEOS, de hoofdkantoren van Dow in de VS om te zien hoe het bedrijf deze indrukwekkende prestaties neerzet.

    „Verschillende factoren spelen een rol. Een van de belangrijkste: ook al verbetert de OSHA-prestatie, het aantal letsels met gevolgen voor het leven volgt niet hetzelfde voorbeeld”, merkt hij op. „Hetzelfde gebeurt bij ons. We moeten ons dus duidelijk meer concentreren op maatregelen om ernstige letsels en sterfgevallen te vermijden.”

    Steve beseft nu ook dat de rapportering over alle landen heen van een hoog niveau moet zijn, wil INEOS ooit echte verbeteringen zien.

    „Als managementteam hechten we heel veel belang aan rapportering”, zegt hij daarover. „Het kan helemaal niet dat we pas iets horen wanneer er iemand overlijdt of een ledemaat verliest.”

    Om echt een verschil te kunnen maken, lanceerde INEOS vorig jaar een initiatief op groepsniveau. De aanleiding: een werknemer in een van de fabrieken had een veiligheidssysteem genegeerd om het werk sneller te kunnen uitvoeren.

    „We voeren altijd nieuwe initiatieven in wanneer we incidenten evalueren, omdat we dan zien hoe we herhalingen kunnen voorkomen”, aldus Steve. „Gelukkig raakte bij dat incident niemand gewond, maar toch was het goed dat we op de hoogte werden gebracht.”

    Dankzij de nieuwe levensreddende regels ziet iedereen gemakkelijker wat INEOS verwacht. Ze zorgen er ook mee voor dat de basiskennis inzake veiligheid overal aanwezig is.

    Steve vertelt dat die regels voor iedereen zichtbaar zijn.

    „De managementstructuur van INEOS maakt het ook gemakkelijker om te controleren of iedereen de berichten duidelijk heeft ontvangen en begrepen”, legt hij uit. „We hebben geen groot hoofdkantoor. Elke vestiging is in hoge mate aansprakelijk voor haar eigen daden.”

    DE REGELS

    Nadat een werknemer een veiligheidssysteem had genegeerd om zijn werk sneller te voltooien, voerde INEOS zeven levensreddende regels in.

    Die regels zijn:

    • Verboden om alcohol of drugs te gebruiken of onder invloed te zijn op het terrein van het bedrijf
    • Verboden te roken buiten de aangeduide rookzones
    • Verboden werk aan apparatuur of machines onder stroom te beginnen zonder toestemming
    • Verboden apparatuur of vergrendelingen die kritisch zijn voor de veiligheid zonder toestemming uit te schakelen of buiten dienst te stellen
    • Bij hoogtewerk is een degelijke valbescherming verplicht
    • Verboden toegang tot besloten ruimten zonder toestemming en gastest
    • Heffen en takelen: verboden toegang voor onbevoegde personen tot afgebakende gevarenzones waar voorwerpen kunnen vallen

    4 minuten gelezen Nummer 8
  • breaking-the-mould-banner.jpg

    Weg van de platgetreden paden

    Wijlen Steve Jobs had een welbepaalde strategie en visie voor Apple. Zijn uitgangspunt? De klant, niet de ingenieurs van de fantastische technologie van het bedrijf. De klemtoon lag altijd op de ongelooflijke voordelen die Apple zijn klanten kon bieden. Styrolution deelt die visie

    STYROLUTION heeft sinds 2011 een lange weg afgelegd.

    Voor de medewerkers is het een opmerkelijke reis geweest.

    Voor de klanten is het een bewijs dat de consolidatie van de industrie kan bijdragen tot een groter goed.

    Vandaag is Styrolution volledig eigendom van INEOS, dat vorig jaar het aandeel van 50 % van BASF in de in 2011 opgerichte joint venture voor styreenplastic overnam voor € 1,1 miljard.

    De toekomst ziet er voor de klanten zo mogelijk nog rooskleuriger uit.

    Onder meer de automobielindustrie zal volop de vruchten plukken van de recente beslissing van INEOS om twee van zijn activiteiten samen te brengen in één enkele styreenleverancier die plastic maakt voor auto-onderdelen, elektronische en huishoudelijke apparaten, medische toestellen, verpakking en speelgoed.

    „Geen enkel ander bedrijf is daar op een dergelijke schaal toe in staat”, zegt Andy Currie, Capital Director van INEOS en bestuurder van Styrolution. „Dat is fantastisch voor ons én voor onze klanten.”

    De beslissing om INEOS Styrolution en INEOS ABS samen te voegen, viel in maart van dit jaar. Enkele maanden voordien had INEOS het aandeel van BASF in Styrolution, de wereldwijde marktleider in styreen, gekocht.

    Volgens Andy Currie is de fusie een logische keuze die nog meer geweldige groeimogelijkheden biedt.

    INEOS ABS is de grootste producent van styreenacrylonitrilepolymeren in Noord-Amerika en staat daar bekend als vormgever van auto-interieurs. INEOS Styrolution, dat vijftien fabrieken in negen landen uitbaat, heeft al altijd een sterkere positie gehad in toepassingen voor de buitenzijde van auto’s.

    „Deze activiteiten vullen elkaar mooi aan”, zegt Kevin McQuade, CEO van INEOS Styrolution. „Topprestaties en luxueuze esthetische kenmerken zijn essentiële aankoopcriteria voor onze klanten in de automobielindustrie. En dat is wat onze producten anders maakt. Onze klanten de beste oplossing bieden is onze passie. Het zit in het DNA van ons bedrijf.”

    Hij gaat verder: „Vroeger waren de twee bedrijven misschien concurrenten in dezelfde sector. Maar voortaan steunen we op elkaars sterkten en kunnen we onze klanten een compleet gamma aanbieden.”

    Op de internationale NPE-beurs onlangs in Orlando (Florida) deelden INEOS Styrolution en INEOS ABS een stand. Klanten konden er een blik op de toekomst werpen.

    „We lieten hen de eindeloze mogelijkheden van styreen zien en ze waren laaiend enthousiast”, besluit Kevin. „Eigenlijk hebben we met ons styreen al altijd anderen geholpen om vorm te geven aan de toekomst van de automobielindustrie, de gezondheidszorg, de sector van de elektronische toestellen en huishoudelijke apparaten, de bouwsector en de verpakkingsindustrie.”

    INEOS en BASF sloten in oktober 2011 een joint venture in uitdagende marktomstandigheden. In een mum van tijd zetten ze een echt internationaal bedrijf op poten en stelden ze hun leiderspositie op de wereldwijde styreenmarkt veilig. Hoe? Met een fabricatieplatform van wereldklasse dat de klanten leveringszekerheid, toegang tot de allerbeste technologie en een uitgebreid producten- en dienstengamma biedt.

    Samen waren ze ook sterker en efficiënter. In amper twee jaar, een stuk sneller dan de voorziene vijf jaar, hadden ze al € 200 miljoen aan kosten bespaard.

    „We creëerden een heel andere, unieke onderneming”, legt Kevin uit. „Een bedrijf dat de sector op zijn kop zette.”

    In het kader van de jointventure-overeenkomst behield INEOS wel altijd het recht om BASF uit te kopen, wat het bedrijf in november vorig jaar dan ook deed.

    INEOS-bestuurder Jim Ratcliffe beschreef de overname als een nieuwe, belangrijke stap in de groei van Styrolution.

    „We zijn blij dat Styrolution voortaan een volwaardig deel is van de INEOS-familie”, zei hij toen.

    INEOS Styrolution is voortaan volledig in handen van INEOS en wil uitbreiden.

    „Styrolution heeft nu al productielocaties verspreid over de wereld, maar er komen nieuwe markten op”, aldus Kevin. „We willen onze aanwezigheid in Brazilië en Azië, en dan vooral China, uitbreiden. Dit is een uitloper van onze Triple Shiftstrategie, waarmee we onze positie willen versterken in de sectoren van onze klanten, in standaard ABS en styreenspecialiteiten, en op opkomende markten. Met fabrieken over de hele wereld is het niet nodig om goederen van Europa naar de VS of omgekeerd te vervoeren. We maken de producten gewoon bij onze klanten in de buurt. We zijn echt een internationale business binnen INEOS.”

    INEOS Styrolution verkoopt zijn producten aan de automobielindustrie in de vorm van korrels. Andere fabrikanten maken er vervolgens onderdelen van, bijvoorbeeld voor auto’s.

    „Ze kunnen zo alles maken waar ze ook maar zin in hebben!”, zegt Kevin.

    Een andere sector die nauw met INEOS Styrolution samenwerkt, is uiteraard de bouwsector.

    „Onze klanten in de bouwsector lopen altijd voorop op het gebied van innovatie. Ze worden constant uitgedaagd om sterkere, voordeligere en mooier ogende producten die langer meegaan op de markt te brengen”, vertelt Thomas Hazenstab, Specialities Business Director.

    Samen creëren ze producten zoals terrasplanken, schermen en leuningen die beter bestand zijn tegen slecht weer maar ook tegen hoge temperaturen.

    „We gaan er prat op dat we in nauw overleg met onze klanten nieuwe producten ontwikkelen op hun maat”, gaat Thomas verder. „De trends in de sector bepalen, daar gaat het om. We bieden hen de best mogelijke oplossingen aan die hen een concurrentievoordeel in hun eigen sector opleveren.”

    Volgens Kevin is innovatie de sleutel van het succes van het bedrijf en in de toekomst zal dat zelfs nog meer het geval zijn.

    „Om het goed te doen op gespecialiseerde markten, moeten we voor onze klanten meerwaarde creëren door innovatie”, legt hij uit. „Daarom ontwikkelen we samen met onze klanten vernieuwende styreenoplossingen voor de producten van morgen. Door geavanceerde oplossingen en toepassingen en door product- en procesinnovaties onderscheiden we ons van onze concurrenten en verstevigen we onze positie als voorkeurpartner.”

    Styrolution is ook de belangrijkste wereldwijde leverancier van styreen voor de elektronicasector. Zo dragen we bij tot de ontwikkeling van stevige, hittebestendige computerbehuizingen en -schermen. De meeste printers die vandaag worden gemaakt, bevatten polystyreen van Styrolution of producten van ABS.

    Naar verwachting zal zowel Styrolution als INEOS ABS door de onderlinge wisselwerking voordeel halen uit de fusie en zullen beide bedrijven efficiënter worden.

    Kernfuncties worden samengevoegd en de beste praktijken op dat vlak worden gedeeld. Denk maar aan marketing en verkoop, de klantendienst, onderzoek en ontwikkeling, de toeleveringsketen, de productie, financiën en de personeelsdienst. Dit zal niet alleen de hele organisatie ten goede komen, maar ook de klanten. Die kunnen voortaan voor al hun styreenbehoeften terecht op één plek.

    „De medewerkers hebben een hele reeks veranderingen meegemaakt”, zegt Kevin. „Maar voor onze klanten is continuïteit de kernboodschap. Als er veranderingen plaatsvinden, dan zullen die positief zijn. Dit bedrijf gaat ervoor en kijkt naar de toekomst.”

    www.styrolution.com

    Video

    Interview met Kevin Mcquade

    00:00

    14 minuten gelezen Nummer 8
  • ineos-gains-interest-banner.jpg

    INEOS wekt interesse bij kredietverstrekkers

    INEOS laat geen kansen liggen, vooral niet wanneer het zijn financiële zaken efficiënter kan beheren. Dit jaar is geen uitzondering geweest.

    Mede dankzij sterke prestaties en zijn reputatie als een winstgevend bedrijf kon INEOS in het eerste semester van dit jaar drie afzonderlijke deals regelen en nog eens € 80 miljoen van zijn jaarlijkse interestenrekening schrappen.

    „Hoewel de investeerders op die manier niet zoveel geld zullen verdienen aan interesten, betekent dit wel dat INEOS zich kan toespitsen op het versterken van het bedrijf. Bovendien wordt het als een beter ‘risico’ beschouwd, wat altijd goed is voor kredietverstrekkers”, zegt Peter Clarkson, Head of Investor Relations bij INEOS.

    Het geld dat wordt uitgespaard op de betaling van interesten op de jongste lening van € 4 miljard die moet worden geherfinancierd, wordt wellicht opnieuw in het bedrijf gestopt.

    „Het is voorlopig moeilijk te zeggen wat we precies met de extra cashflow gaan doen”, merkt Peter op. „Maar in elk geval geeft dit ons meer armslag wanneer we verbeteringen willen doorvoeren of zelfs enkele ‘bolt-on’ overnames willen uitvoeren. Daar zijn we altijd naar op zoek.”

    De voorbije vier jaar herfinancierde INEOS door een aantal slimme tactische zetten de $ 9 miljard die het in 2005 had geleend om Innovene te kopen. In die dochtermaatschappij van BP waren de olefinen- en derivatenactiviteiten alsook twee raffinaderijen samengebracht.

    Zo kon het bedrijf € 405 miljoen aan interesten besparen.

    „Sinds 2011 zijn we de schuldenstructuur van de groep aan het verbeteren, na de beperkingen die werden opgelegd naar aanleiding van de financiële crisis van 2008”, vertelt Chief Financial Officer Graeme Leask. „Zo konden we onze cash interestenrekening van € 763 miljoen in 2010 terugbrengen tot € 358 miljoen vandaag.”

    In april 2012 schreef INEOS geschiedenis in de financiële wereld door de grootste ‘covenant-lite’ lening ooit voor een Europese onderneming binnen te halen. Het was ook de grootste lening in haar soort ter wereld sinds het begin van de kredietcrisis in 2008.

    Michael Moravec, hoofd van European High-Yield Syndicate, beschreef de lening als een onvoorstelbaar succes voor een bedrijf.

    „Het management kan zich nu concentreren op wat het het beste kan: een chemiebedrijf leiden”, zei hij toen.

    INEOS heeft nu de meeste van zijn leningen die het einde van hun looptijd naderen geherfinancierd.

    „De opname van de volgende grote schuldenschijf betekent dat we nu een aanzienlijke premie moeten betalen, maar die zal dalen en kan volgend jaar een aantrekkelijkere optie zijn”, licht Peter toe.

    2 minuten gelezen Nummer 8
  • ineos-channels-energy-banner.jpg

    INEOS steekt energie in nieuw tv-programma

    INEOS heeft een nieuw televisiekanaal gelanceerd om zijn medewerkers op de hoogte te houden.

    De bedoeling is dat IN:TV (dat elke maand vanuit een andere vestiging zal worden uitgezonden) de band tussen het groeiende aantal werknemers overal ter wereld en het bedrijf verstevigt.

    Gastheer van het 15 minuten durende programma is Tom Crotty, de External Affairs Director van INEOS. Hij krijgt elke maand het gezelschap van een presentator van de gastvestiging.

    „In amper 17 jaar is INEOS gegroeid van niets tot een chemiereus met meer dan 53 productievestigingen over de hele wereld en bijna 20.000 medewerkers”, aldus Tom. „Soms is het een echte uitdaging om met zo veel mensen te communiceren.”

    De eerste aflevering is opgenomen in Grangemouth (Schotland). Gastpresentatrice Jennifer Prentice, een bekroonde chemisch ingenieur bij O&P UK, hielp Tom een handje.

    „Ik denk echt dat we met een innovatie als IN:TV trendsetters zijn in personeelscommunicatie binnen de petrochemische sector”, gaat Tom verder. „Beeld en sociale media zijn belangrijk voor de jongere generatie, die onze toekomstige werknemers en klanten zijn. Daarom willen we hen zo veel mogelijk informatie geven.”

    In elke aflevering komt het laatste nieuws rond de groep aan bod. Bovendien krijgen de medewerkers de kans krijgen om vragen te stellen aan bestuurder Jim Ratcliffe.

    Iedereen kan het programma bekijken op www.ineos.com.

    3 minuten gelezen Nummer 8
  • insight-and-ingenuity-banner.jpg

    Insight en Ingenuity, twee nieuwkomers in de vloot van INEOS

    De twee ultramoderne schepen die INEOS heeft laten bouwen voor het transport van tonnen vloeibaar gemaakt ethaangas van de VS naar Europa, hebben nu ook officieel een naam.

    JS INEOS Insight en JS INEOS Ingenuity zijn operatief sinds juli.

    Op de flank van een van de reusachtige schepen staat het embleem ‘Shale gas for manufacturing’, het andere schip draagt de slogan ‘Shale gas for chemicals’.

    De schepen werden gedoopt in Qidong bij Shanghai, waar in opdracht van INEOS het eerste schip van een hele vloot wordt gebouwd SINOPACIFIC Offshore and Engineering, een van de grootste scheepsbouwers ter wereld.

    Elk schip heeft de lengte van twee voetbalvelden en kan 40.000 vaten ethaan vervoeren.

    Steffen Jacobsen, CEO van Evergas (het Deense gastransportbedrijf dat de schepen ontwierp, verhuurt en beheert), werkt al 35 jaar in de sector.

    „Deze schepen zijn in veel aspecten een wereldprimeur”, zegt hij. „Nooit eerder probeerde iemand dergelijke hoeveelheden ethaan over zo’n grote afstand te vervoeren. Om dit te doen, moesten we totaal nieuwe werkwijzen uitvinden. Deze schepen zijn werkelijk uniek.”

    De scheepsdoop was de jongste mijlpaal in een internationaal project van INEOS ter waarde van $ 1 miljard om schaliegas van de VS naar de productievestigingen in Noorwegen en Schotland te verschepen.

    INEOS wordt het eerste bedrijf ter wereld dat ervoor kiest om van schaliegas afgeleid ethaan uit de VS te halen. Daar heeft het gas tot een heropleving van de nijverheid geleid.

    Volgens Jim Ratcliffe, oprichter en bestuurder van INEOS, gaat het om een uitzonderlijk groot project dat de Europese chemiesector op zijn kop zal zetten doordat het de Amerikaanse economie naar Europa haalt.

    „We zullen 15 jaar lang elke dag van het jaar meer dan 40.000 vaten gas per dag vervoeren van de VS naar Europa”, zegt hij. „Hoe je het ook bekijkt: dit is een uitzonderlijke prestatie.”

    Video

    INEOS namen de draak schepen

    00:00

    4 minuten gelezen Nummer 8
  • go-run-for-fun-banner.jpg

    GO Run For Fun breekt record

    Het INEOS GO Run For Fun team hield onlangs zijn grootste evenement ooit in het Queen Elizabeth Olympic Park in Londen. Maar liefst 6000 kinderen liepen de 2 km, samen met olympische atleten en tv-sterren.

    „We weten dat veel ouders bezorgd zijn dat hun kinderen te veel eten en niet genoeg bewegen”, zegt Leen Heemskerk, projectleider van de GO Run For Fun stichting. „GO Run For Fun wil dit probleem op een leuke manier aanpakken. Het grote aantal deelnemers bewijst dat veel mensen onze bezorgdheid delen.”

    De Brit Daley Thompson, winnaar van een olympische gouden medaille, schoot als eerste uit de startblokken en overhandigde enkele van de prijzen.

    „Het was voor alle kinderen een fantastische dag”, zegt hij. „Iedereen had het erg naar zijn zin en leerde wat meer over het belang van gezond eten en bewegen.”

    GO Run For Fun is momenteel de grootste liefdadigheidsorganisatie voor lopen voor kinderen.

    Naast de race zelf lanceerde GO Run For Fun ook een nieuwe tekenfilmserie voor kinderen. In de hoofdrol: Dart, de mascotte van de organisatie.

    Dart TV mikt op een publiek van 5- tot 10-jarigen en legt het belang van goede voeding en regelmatige beweging uit.

    Overdag leidde Charlie Webster, een voormalige presentator van Sky Sports, een rondetafelgesprek. Het onderwerp: we moeten kinderen al van op jonge leeftijd actiever laten zijn, wil Groot-Brittannië de zwaarlijvigheid bij kinderen aanpakken.

    „Het gebrek aan beweging is een belangrijke factor in de huidige zwaarlijvigheidsepidemie in het VK”, zegt dr. Paul Sacher, een internationaal erkende expert in gezondheid en zwaarlijvigheid bij kinderen. „Aangezien een op de drie kinderen zwaarlijvig is en zowat 80 % van de kinderen niet beantwoordt aan de regeringsrichtlijnen omtrent fysieke activiteit, is het essentieel dat we sportinitiatieven zoals GO Run For Fun steunen.”

    Daley kreeg het gezelschap van de olympische hordeloper Colin Jackson en Louise Hazel, die een gouden medaille won op de Commonwealth Games.

    Ook de Britse Marathon Man Rob Young steunde het evenement. Hij vestigde onlangs een wereldrecord door in 365 dagen 370 marathons te lopen.

    „Dit was echt belangrijk voor GO Run For Fun”, zegt Jim Ratcliffe, bestuurder van INEOS en oprichter van GO Run For Fun. „Enerzijds wilden we duizenden kinderen een leuke dag bezorgen en hen leren dat goede voeding en bewegen erg belangrijk zijn. Anderzijds wilden we de regering doen inzien dat ze veel meer moet doen om kinderen jonger dan 12 jaar te helpen om fit en actief te worden.”

    4 minuten gelezen Nummer 8
  • entrepreneurial-spirit-banner.jpg

    Ondernemingszin

    Als slimme ideeën weerklank vinden, kunnen en ongelooflijke dingen gebeuren. Dat ontdekte INCH toen het op zoek ging naar voorbeelden van ondernemerschap bij INEOS.

    Eleanor Roosevelt zei ooit dat zij die geloven in de pracht van hun dromen de toekomst in handen hebben.

    En dat geldt ook voor zij die bereid zijn om het heden ter discussie te stellen.

    Deze aanpak wordt bij INEOS actief aangemoedigd, in de schijnwerpers geplaatst en beloond. INEOS wil dat zijn medewerkers zelf mogelijkheden zien om de onderneming efficiënter te maken, vanuit elk standpunt, en zich gedreven voelen om veranderingen door te voeren.

    En dat deed INEOS ook in 2009, tijdens de ergste wereldwijde recessie in decennia. INEOS zag een kans, schakelde snel met een duidelijke strategische visie en schreef een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis van de Europese petrochemische sector.

    “Dit was een doorbraak”, zegt Bill Reid, business director voor Olefins & Polymers Europe (North).

    De vraag in Europa kelderde, de winst daalde zienderogen, Europese kraakinstallaties sloten de deuren en de grootste concurrent van INEOS ging failliet. En alsof dat nog niet genoeg was, werd de kloof tussen de energie- en grondstoffenprijzen in Europa en Amerika steeds groter omdat de VS een manier gevonden had om enorme reserves niet-aangeboord gas uit schalie te benutten.

    “Dit waren wellicht de donkerste dagen voor onze onderneming en voor de productiesector in het algemeen”, zegt Bill.

    Maar moeilijke tijden vragen om drastische maatregelen.

    Als we dan toch niets kunnen doen om de verlammende energiekosten in Europa te drukken, zo dacht INEOS, dan voeren we goedkoop uit schalie gewonnen ethaangas vanuit Amerika naar Europa in. Zo kunnen we onze werkingskosten verlagen en de wereldwijde bedrijfstak van olefinen en polymeren competitief houden.

    Het plan lukte. In 2012 sloot INEOS een schijnbaar onmogelijke reeks deals af die uiteindelijk uitmondden in vijftienjarige  contracten met de drie bedrijven die zouden instaan voor het boren, verdelen en verdichten van honderdduizenden tonnen ethaan die elk jaar vanuit Amerika aan Noorwegen en Schotland worden geleverd. Het bedrijf begon ook met de bouw van een gasopslagtank en terminal in de Olefins & Polymers fabriek in Rafnes.

    Als de eerste schepen volgend jaar in Rafnes aankomen, wordt INEOS het eerste petrochemische bedrijf in Europa dat goedkoop gas invoert uit de VS en zo dankzij ‘schalievoordelen’ een voorsprong neemt op zijn concurrenten.

    “Niemand had hier ooit aan gedacht”, zegt Gerd Franken, CEO van Olefins & Polymers Europe (North). 

    Dit baanbrekende idee zal ook voordelen opleveren voor de Schotse INEOS-vestiging in Grangemouth zodra er vanaf 2016 uit schalie gewonnen gas uit de VS wordt geleverd als aanvulling op de slinkende bronnen in de Noordzee. De investering van £ 300 miljoen in een nieuwe invoerterminal en een 40 meter hoge ethaantank met een capaciteit van 33.000 ton zal helpen om een verlieslatende vestiging om te vormen tot een winstgevende. 

    Dit baanbrekende denken zit verankerd in de bedrijfscultuur van INEOS. Medewerkers willen niet gewoon geld verdienen, ze willen een verschil maken. En, wat belangrijker is, ze weten dat dit kan.

    Obstakels overwinnen, nieuwe manieren van werken vinden, lateraal denken en de status quo geregeld ter discussie stellen: bij INEOS zijn dat gewoon enkele van de dagelijkse taken.

    Deze ondernemingszin legt het bedrijf ook aan de dag bij overnames en in zijn strategische visie. Bovendien stelt deze aanpak de onderneming in staat om snel cruciale beslissingen te nemen.

    INEOS stimuleert alle medewerkers op alle niveaus om niet alleen problemen, oplossingen en kansen te zien, maar ook om ideeën te bedenken om daar iets aan te doen, zo ontdekte INCH.

    5 minuten gelezen Nummer 6
  • ineos-difference-banner.jpg

    Het INEOS verschil

    INEOS is anders. Dat zie je aan de gezichten van de mensen die hier werken en dat hangt in de lucht. Hier heerst een bedrijvige drukte. In de loop der jaren is INEOS uitgegroeid tot het op twee na grootste chemische bedrijf ter wereld, maar het heeft nog niets van zijn ondernemingszin verloren

     

    Werken voor INEOS zet aan tot zelfstandig denken. Maar het is goed om te weten dat er een team achter je staat om te helpen als dat nodig is. Voor mij betekent ondernemerschap het initiatief nemen, anderen inspireren en resultaten nastreven.
    Stijn Dekeukeleire
    RTD Engineer
    INEOS Oxide, België

    In het verleden heb ik gewerkt voor meer traditionele chemische bedrijven met hoog genoteerde aandelen, waar het leven veilig en ‘knus’ was. Maar bij INEOS liggen de doelen verder en ligt de lat hoger. Daardoor voel ik me meer betrokken en kan ik een verschil maken. En zo beleef ik veel meer plezier aan mijn werk. INEOS wil altijd zo veel mogelijk zakelijke kansen grijpen via innovatieve oplossingen van technische, commerciële of financiële aard.  
    Dave Hart
    INEOS Nitriles, Seal Sands, VK 

    Dat iets op een bepaalde manier moet gebeuren, gewoon omdat dat altijd al zo geweest is, daar gelooft INEOS niet in. De onderneming breekt graag met oude gewoontes en probeert voortdurend om dezelfde resultaten te behalen en tegelijk de kosten te drukken. Ik werk graag voor een onderneming die je uitdaagt om zelf oplossingen te vinden. Ook al kan dat soms uitdagend, frustrerend en confronterend zijn. 
    Paul McNulty
    INEOS Nitriles, Seal Sands, VK 

    Door mensen aan te moedigen om zelf een oplossing te zoeken voor hun problemen, voelen ze dat ze hun eigen lot in handen hebben. En dat gevoel creëert een omgeving waarin we vlot stevige netwerken kunnen opbouwen met mensen binnen en buiten INEOS.  
    Johan Loots
    Sr. Production Engineer utilities + energy & carbon
    INEOS Oxide, België 

    Aan de manier waarop INEOS zijn activiteiten, producten en mensen ontwikkelt, merk je dat dit absoluut een ondernemend bedrijf is. Je krijgt de vrijheid om anders te denken en nieuwe mogelijkheden te laten open bloeien. Dat is heel stimulerend en geeft veel voldoening. Je ziet dat ook op de werkvloer, in de veilige manier waarop we te werk gaan of voortdurend proberen om onze impact op het milieu te beperken.
    Kjell Andersson
    Constructor
    INEOS ChlorVinyls, Stenungsund, Zweden 

    INEOS is een inspirerende omgeving die er voor zorgt dat je je grenzen kan verleggen. Mensen geloven nog te vaak dat de kwaliteit van je werk afhangt van het aantal uren dat je klopt. Maar aan de juiste dingen werken, is misschien wel belangrijker dan urenlang aan een bureau zitten. Het geheim? Je hoofd erbij houden, focussen en vertrouwen op je instinct. Omdat onze business voortdurend verandert, moeten we ons aanpassen aan de wijzigende omstandigheden, moeten we nieuwe doelen stellen en slimmere oplossingen bedenken. Als je in jezelf gelooft, overtuig je anderen veel gemakkelijker om dezelfde doelen na te streven. Je kunt alles eindeloos blijven analyseren, maar ondertussen staat de concurrentie al een stap verder. 
    Peggy Gerits
    Planning & Logistics Manager
    INEOS Oxide, België 

    Bij INEOS worden we aangemoedigd om ‘outside the box’ te denken om oplossingen te vinden voor problemen en het bedrijf te doen groeien. Elke dag zie je op het werk nieuwe mogelijkheden. Ook al zijn we allemaal anders, met andere kenmerken en eigenschappen, één ding hebben we allemaal gemeen: innovatie.
    Carita Johansson 
    HR Specialist/Communications Officer 
    INEOS ChlorVinyls, Stenungsund, Zweden 

    INEOS heeft de uitstraling van een nieuwe firma, vol kracht en energie, ook al bestaat ze al 15 jaar. Hier is geen plaats voor nonsens: mensen worden aangemoedigd om oplossingen te vinden en de klus te klaren. Bij enkele van mijn vorige bedrijven werd ik overstelpt door bureaucratie en liep ik zo vaak tegen een muur dat ik gewoon geen zin meer had om daar te blijven. Dat is allerminst het geval bij INEOS.  
    Debbie Clark
    PA/ Office Manager
    INEOS Group, Hamphshire VK 

    INEOS werkt heel anders dan andere bedrijven, vooral in de chemische sector. Mensen die houden van hiërarchie zullen hier verloren lopen. INEOS dwingt je om anders te denken, flexibel en oprecht te zijn en om alle conventies te doorbreken. Als je je daar goed bij voelt, als je graag heel veel vrijheid krijgt en een verschil wilt maken, dat is dit de geknipte onderneming voor jou. Het is geweldig om alleen de grenzen te hebben die je jezelf oplegt. Hier worden we aangemoedigd om nieuwe wegen te verkennen, verrassende ideeën uit te proberen en verder te kijken dan onze neus lang is. INEOS, dat is de passie en het engagement om dingen te verbeteren. 
    Dr. Anne-Gret Iturriaga Abarzua
    Head of Corporate Communications
    INEOS Olefins & Polymers Europe North 

    Ik ben net afgestudeerd en INEOS helpt me om een ingenieur te worden die ‘ervoor gaat’. Hier leer ik om zelf initiatief te nemen en oplossingen te zoeken. Uiteraard met de steun en hulp van goed opgeleide en zeer ervaren mensen die me helpen als dat nodig is. Bij INEOS krijg je echte verantwoordelijkheden, ben je echt aansprakelijk en doe je echte ervaring in de bedrijfswereld op. Met de juiste ingesteldheid en houding kun je het hier maken, want de kansen liggen voor het grijpen. Elke dag rekenen we af met echte problemen en vragen. We slaan de handen in elkaar, zodat de meeste problemen aan het einde van de dag opgelost zijn.
    Amadou Tounkara
    I&E Reliability Engineer
    INEOS O&P VS 

    Bij INEOS krijgen we vrij spel om met onze kennis en middelen innovatieve en waardevolle ideeën te bedenken – op een proactieve en gedurfde manier. Door deze aanpak hoeven we geen ‘brandjes te blussen’ of het zien te redden met de traditionele, voorgeschreven of behoudsgezinde manieren van zakendoen. 
    Mark Gessner
    Engineering Advisor
    INEOS O&P USA 

    Ik beschouw INEOS zeker als een ondernemend chemisch bedrijf, omdat het bereid is om vragen te stellen bij bestaande werkpraktijken en houdingen in de samenleving. Werken voor deze onderneming geeft enorm veel voldoening: je wordt gestimuleerd om oplossingen voor je eigen problemen te zoeken, te vinden en toe te passen.  
    David Sopher
    INEOS Nitriles, Seal Sands, VK 

    Het is interessant en stimulerend om te werken voor een organisatie die je uitdaagt om zelf oplossingen te vinden voor je problemen. Bij INEOS word je aangemoedigd om vindingrijk te zijn, nieuwe manieren van werken te zoeken en je eigen functie in te vullen en te ontwikkelen.
    Annika Petrusson
    Assistant to Managing Director
    INEOS ChlorVinyls, Stenungsund, Zweden 

    Het management van INEOS is heel moedig en succesvol. Ik doe mijn werk zo graag dat het helemaal niet als werk aanvoelt. Voor mij betekent ondernemerschap je persoonlijk verantwoordelijk voelen voor de onderneming. In de loop der jaren heb ik daar enorm veel voorbeelden van gezien binnen ons bedrijf, vooral tijdens de crisis in 2008/2009 en onlangs nog tijdens het conflict in Grangemouth.
    Manfred Hartung
    Asset Manager Energy Department
    INEOS Olefins & Polymers Europe North 

    Bij INEOS wordt niets ‘voorgekauwd’. Je leert dus veel sneller bij dan elders. Omdat hier geen hiërarchie wordt opgelegd, kunnen mensen open bloeien. Het siert de onderneming ook dat ieder lid van de organisatie zich persoonlijk inzet voor het succes van INEOS. Ik zie elke dag voorbeelden van ondernemingszin op het werk, omdat ik omringd word door mensen die zich niet laten beperken door hun functieomschrijving. Collega’s die voortdurend op zoek gaan naar mogelijkheden om de onderneming te ontwikkelen, te verbeteren en efficiënter te maken. Dat doen ze bovendien uit eigen beweging, zonder dat iemand hen moet dwingen. Hier heerst veel zelfdiscipline, gekoppeld aan de absolute gedrevenheid en vastberadenheid die merkbaar zijn op alle niveaus van de organisatie. 
    Gabriella Isidro
    Polymer Product Officer
    INEOS Olefins & Polymers Europe North

    8 minuten gelezen Nummer 6
  • spirited-workforce-banner.jpg

    Gedreven medewerkers

    Vernieuwende aanpak:

    Door de vernieuwende aanpak van INEOS Oxide kon het bedrijf niet alleen geld verdienen uit afval, maar ook meebouwen aan een succesvolle activiteit voor twee andere bedrijven en het equivalent van 60.000 wagens van de weg halen. 

    De bal ging aan het rollen toen INEOS op zoek ging naar bedrijven die misschien heil zagen in het CO2 dat haar ethyleenoxidefabriek in België produceert.  

    “We produceren heel wat CO2 en wisten dat daar zeker iets mee gedaan kon worden, maar dit was niet onze markt”, zegt Hans Casier, CEO van INEOS Oxide. Deze devisie opereerde toen al de meest energie-efficiënte ethyleenoxidefabriek in Europa. 

    In plaats van het CO2 te laten wegstromen in de lucht ging INEOS Oxide op zoek naar twee bedrijven waarmee een succesvolle activiteit zou kunnen opgestart worden. Ondernemingen die CO2 gebruiken in de productie van bruisende frisdranken en droogijs dat voeding en dranken vers houdt terwijl ze van de opslagplaats naar de winkel worden vervoerd. INEOS bracht Messer in contact met Strombeek IJsfabriek en die tweegingen een joint venture aan. De nieuwe activiteit, BECO2, wordt geleid vanuit de vestiging van INEOS in Zwijndrecht bij Antwerpen

    “We overtuigden hen om een eigen bedrijf op te richten in plaats van hun CO2 elders aan te kopen”, zegt Hans. 

    “Tegenwoordig nemen ze ongeveer 150.000 ton CO2 af en delen we onze kosten en infrastructuur.” Bij de officiële opening van de installatie om CO2 vloeibaar te maken werd spuitwater gemaakt met CO2 die rechtstreeks uit de ethyleenoxide-eenheid kwam. “Alle medewerkers van de fabriek namen meteen een glas”, zegt Hans. “We boden ook de aanwezige journalisten een glas aan, die er vriendelijk voor bedankten. Dit bewijst nog maar eens dat het grote publiek niet weet wat chemicaliën precies zijn.”

    Nichemarkten opsporen:

    De Turkse bouwsector lijkt niet meteen de meest voor de hand liggende markt bij de ontwikkeling van een nieuw, hoogwaardig isolatiemateriaal. INEOS Styrenics dacht daar anders over.

    “De Turkse economie is de voorbije jaren sterk gegroeid. Na de rampzalige aardbevingen in 1999 en 2011, waarbij veel gebouwen tegen de grond gingen, heeft de overheid bovendien striktere bouwreglementen opgelegd”, zegt Rob Ingram, Chief Operating Officer bij INEOS Styrenics. “Er is al enorm veel gebouwd en door de strengere normen werd ook isolatie steeds belangrijker.”

    In Europa, en ook in Turkije, werd en wordt om gebouwen te isoleren vooral gewerkt met uitzetbare polystyreen (EPS) in de vorm van witte schuimrubberen blokken. Nieuw op de Turkse markt was de grijze versie van dit materiaal, dat 20% beter scoort op het vlak van thermische isolatie.

    INEOS had drie opties: een groter aandeel proberen te veroveren op de groeiende markt van grijze EPS in Duitsland, waar de voordelen van dit materiaal gekend zijn maar waar de marktoverheerst wordt door een sterke lokale producent; wachten tot dit materiaal aanslaat in de rest van Europa en het Duitse voorbeeld volgen; of zoeken naar alternatieve markten en de voordelen plukken door als eerste de stap te zetten.

    INEOS Styrenics koos voor de derde optie.

    Het ging samenwerken met een belangrijke klant in Turkije en wist die te overtuigen van de voordelen van het product EPS Silver. Samen zagen ze een kans om dit nieuwe materiaal als eerste te introduceren op de Turkse markt. Ze maakten reclame op een grote Turkse bouwbeurs, spraken met architecten en bouwbedrijven over de voordelen van dit product, organiseerden seminaries voor de bouwsector en schreven een reeks artikels voor de Turkse vakpers.

    “Het heeft even geduurd en we moesten van nul beginnen, maar na vijf jaar zijn we marktleider”, zegt Rob. “En dat allemaal omdat we de kans zagen en de markt vroeg hebben aangeboord om ons product te profileren als de norm voor hoge kwaliteit.”

    Denken en doen.

    Geloven in een plan is even belangrijk als het plan zelf.

    Bij INEOS Europe AG heeft dat geloof de PP-fabriek in Sarralbe gered, een kleine polypropyleenproducent in Frankrijk die elk jaar ongeveer vier miljoen euro verlies maakte.

    In 2012 nam Xavier Cros, Polymers Business Manager bij INEOS O&P South, de vestiging over. Hij voerde een gedetailleerd plan in dat in het verleden jammerlijk gefaald had.

    “Geen enkele actie was echt nieuw of baanbrekend”, zegt hij. “Het enige verschil? Dit keer geloofden de medewerkers in de vestiging echt in de veranderingen.”

    Hij sprak alle werknemers toe en gaf ieder van hen een doel.

    “Iedere medewerker in de vestiging speelde een rol en kon dit plan dus doen lukken of mislukken”, zegt Xavier.

    Het plan lukte. Binnen een jaar maakte de vestiging opnieuw winst. “Dit succes deed een frisse wind door de vestiging waaien”, zegt hij. “Iedereen is er nu van overtuigd dat we dit jaar nog beter kunnen doen.”

    Gedurfde beslissingen:

    Leiderschap vergt lef.

    Twee jaar geleden kocht INEOS katalysatoren om die dan door te verkopen aan haar klanten. Vandaag maken we onze eigen katalysatoren en verkopen we er zowat 500 ton per jaar van dankzij een gedurfde beslissing om een katalysatorfabriek te bouwen in India.

    “Het had vier keer meer gekost om deze fabriek in Europa of Amerika te bouwen”, zegt Peter Williams, CEO van INEOS Technologies.

    In samenwerking met een lokaal bedrijf maakt INEOS nu katalysatoren in haar eigen fabriek om die dan te verschepen naar klanten over de hele wereld.

    “We hebben inderdaad een berekend risico genomen, maar dit is een heel competitieve branche die belangrijk voor ons is. Een fabriek bouwen op een bestaande site van INEOS was onbetaalbaar geweest”, zegt hij.

    De katalysatorfabriek is zo’n groot succes dat momenteel een tweede fabriek in opbouw  is.

    Productinformatie:

    Methoxypolyethyleenglycol (MPEG) werd al bijna een halve eeuw gebruikt toen INEOS in 1998 het levenslicht zag. 

    Een molecule die zijn nut bewezen had, maar heel weinig toepassingen kende. 

    Niet lang na de overname van de voormalige petrochemische BP-fabriek in Antwerpen ging INEOS na hoe het de samenstelling van veel chemicaliën kon aanpassen. Het doel: het nut van deze stoffen voor de onderneming vergroten, er meer toegevoegde waarde uit puren en klanten betere producten aanbieden. 

    MPEG was een van die chemicaliën. Maar eerst voerde een team een marktonderzoek uit om na te gaan wat bouwbedrijven wilden en nodig hadden. 

    “Door de specificaties aan te passen en samen te werken met de belangrijkste bedrijven, lieten we de sector kennismaken met een heel nieuwe technologie”, zegt Hans Casier, CEO van INEOS Oxide. “Een mooi voorbeeld is sneldrogend beton. We reikten een oplossing aan door de molecule anders te produceren en kwamen zo tegemoet aan de behoeften van deze toepassing. Het resultaat: de verkoop en de bijdrage van MPEG aan de omzet gingen in stijgende lijn.”  

    Bereid zijn om risico’s te nemen:

    Bereid zijn om berekende risico’s te nemen is ook een teken van echt ondernemerschap. 

    En dat heeft zijn team bij INEOS Technologies duidelijk bewezen, zegt CEO Peter Williams, toen het een klant in Mexico binnenhaalde.

    INEOS stond op het punt om een technologielicentie voor een polymeer toe te kennen aan een bedrijf in Mexico. Maar de klant maakte zich zorgen omdat INEOS een van de producten die de opdrachtgever op commerciële schaal wou produceren, nog nooit gemaakt had.

    “Uit laboratoriumtests wisten we dat het mogelijk was en we geloofden in onze eigen capaciteiten”, zegt Peter.

    Om de klant te overtuigen, vervaardigde INEOS het product in een proeffabriek en stuurde dit dan naar Japan. Daar werd het omgevormd tot wat de klant wilde: verpakkingen.

    INEOS stuurde vervolgens een team naar Mexico om de verpakkingen op de markt te testen.

    “We maakten slechts twee reeksen en dat volstond”, aldus Peter. “We haalden het contract binnen en de relatie met de klant wordt elke dag sterker.”

    ‘Outside the box’ denken:

    ‘Outside the box’ denken kan miljoenen besparen. Vraag dat maar aan INEOS Phenol. Het bedrijf wilde land dat het zelf niet gebruikt beschikbaar maken, en zijn steiger delen met een naburig bedrijf in Antwerpen (België).

    De overeenkomst is een prachtig voorbeeld van een win-winsituatie waarbij beide partijen profijt halen uit het algemene project. ADPO kan de steiger van INEOS gebruiken (een cruciale faciliteit voor een logistiek en chemisch opslagbedrijf gevestigd in een grote haven) en INEOS krijgt toegang tot nieuwe wisselsporen, pijpleidingen en laadfaciliteiten die ADPO vlak naast de vestiging van INEOS gaat bouwen.

    “De hoofdspoorlijn loopt vlak langs onze vestiging. Nu worden er wisselsporen bijgebouwd, zodat we onze fenol en aceton op treinen kunnen laden in plaats van over de weg te vervoeren”, zegt Nick Williamson, Business Development Manager bij INEOS Phenol. “Een kilometer wisselsporen aanleggen alleen al kost miljoenen euro’s. Een investering die we zelf nooit hadden kunnen rechtvaardigen. Maar door ADPO aan te spreken, halen we nu allebei voordeel uit dit project. Door onze mogelijkheden vanuit een andere hoek te bekijken, konden we waarde creëren voor ons bedrijf.”

    ADPO heeft ook plannen om de steiger aanzienlijk uit te breiden, zodat INEOS grotere vrachten van grondstoffen kan ontvangen en meer kan exporteren. “Dit is een belangrijke stap voor het bedrijf die nieuwe mogelijkheden biedt voor de toekomst”, zegt Nick.

    12 minuten gelezen Nummer 6
  • europe-chemical-industry-banner.jpg

    Europese chemiesector dreigt binnen tien jaar uit te sterven

    Vorig jaar waarschuwde INEOS al dat de Europese petrochemiesector met enorme uitdagingen kampte, zowel intern als extern. Sindsdien is er weinig veranderd om de concurrentiekracht van Europa te versterken ten opzichte van de VS, het Midden-Oosten en China. Zoals het er nu voorstaat, is Europa een van de duurste plaatsen ter wereld om petrochemicaliën te maken. Daar moet verandering in komen en Europese politici moeten zich bewust worden van deze concurrentieaanval voor het te laat is. Dat zegt Jim Ratcliffe, Chairman van INEOS.

    Europa twijfelt. Maar dat kan het zich niet veroorloven, niet als het een competitieve chemische sector wil behouden, zegt INEOS-Chairman  Jim Ratcliffe. 

    “Het ziet er niet goed uit voor Europa, maar het lijkt bijna blind voor het lot van de Europese chemicaliënsector”, zegt hij. “Ik zie milieutaksen, ik zie geen schaliegas, ik zie de uitdoving van kernenergie, ik zie industrie die verdreven wordt. Ik zie mededingingsraden in Brussel die zich zalig onbewust zijn van de tsunami van ingevoerde producten die ons dreigt te overspoelen en een zinvolle herstructurering blindelings in de weg staat.” 

    In een open brief aan de Chairman van de Europese Commissie, José Manual Barroso, vraagt Jim hem om dringend maatregelen te nemen om de Europese chemiesector te beschermen. 

    “Strategisch en economisch gezien zou geen enkele grootschalige economie de chemische sector aan zijn lot mogen overlaten”, zegt hij. 

    De winst van INEOS in Europa is de voorbije drie jaar met de helft gedaald, terwijl de winst in de VS verdrievoudigd is. En BASF, het grootste chemiebedrijf ter wereld, heeft voor het eerst een strategische verlaging van de Europese investeringen aangekondigd als gevolg van stagnerende markten, dure energie en hoge arbeidskosten. 

    “Energie in de vorm van gas is in Europa drie keer duurder dan in de VS en elektriciteit kost er de helft meer”, zegt Jim. “Geen enkele grondstof is goedkoop in Europa. We kunnen hier niet tippen aan de grondstoffenprijzen in de VS en het Midden-Oosten.” 

    Hij zegt dat schaliegas de concurrentiekracht en het vertrouwen van de VS een ongeziene boost heeft gegeven. 

    “Er worden petrochemische uitbreidingen ter waarde van $ 71 miljard aangekondigd op basis van schaliegas dat wordt omgevormd tot chemicaliën”, zegt hij. “En dat cijfer zal naar verwacht stijgen tot meer dan $ 100 miljard. Europa kondigt niets dan sluitingen aan.” 

    In het VK hebben 22 chemiefabrieken de deuren gesloten sinds 2009.

    Chemicaliën kunnen niet zonder competitieve energie- en grondstoffenprijzen. Hoewel dit een zeer technische sector is, meteen de reden waarom Europa altijd zo succesvol geweest is op dit vlak, zegt Jim dat technologie alleen de sector niet kan redden. Hij waarschuwt dat deze branche binnen tien jaar uitgestorven kan zijn in Europa. 

    “De Europese textielsector ging ten onder omdat hij de concurrentie met de loonkosten in Azië niet aankon”, zegt hij. “De chemische sector kan dezelfde weg opgaan en de volgende Europese dinosaurus worden.”

    De chemische sector in Europa stelt momenteel rechtstreeks een miljoen mensen en onrechtstreeks vijf miljoen mensen tewerk. 

    “In Europa staan de chemie- en de automobielsector bovenaan met elk $ 1 biljoen aan inkomsten”, zegt hij. “Op economisch vlak is de chemische sector een van de parels aan de Europese kroon.” 

    In zijn brief benadrukt Jim ook de reële bedreiging van China, dat tegen 2020 de grootste economie ter wereld zal zijn. 

    “De Chinezen blijven onverminderd voortbouwen”, zegt hij. “Tot nu toe hebben ze de wereldwijde overschotten altijd opgeslorpt, maar binnenkort kunnen ze hun eigen chemicaliën produceren. En dan zullen ze de stroom doen omkeren.”

    8 minuten gelezen Nummer 6
  • go-run-for-fun-banner.jpg

    Kleine voetjes zetten grote stappen

    Het gedurfde nieuwe initiatief dat INEOS vorig jaar lanceerde om Britse kinderen uit de zetel te krijgen, heeft een vliegende start genomen. 

    Kinderen lopen niet weg, maar staan te trappelen om deel te nemen aan de evenementen van INEOS Go Run For Fun in het VK. De kalender zit vol voor 2014/2015 en dit jaar zullen er meer dan 30.000 kinderen deelnemen. 

    “Deze evenementen zijn een enorm succes in het VK”, zegt Leen Heemskerk, die de Go Run For Fun campagne leidt. “We zijn aangesproken door gemeenteraden, atletiekclubs en scholen die allemaal evenementen willen organiseren. Dat is fantastisch, maar we hebben meer middelen nodig om het programma uit te breiden. We zijn tot het uiterste van ons kunnen gegaan en willen nóg meer doen en meer kinderen bereiken. Maar dat kan alleen met externe steun van commerciële organisaties en de overheid.” 

    Video

    INEOS GO RUN FOR FUN

    00:00

    Sinds augustus vorig jaar hebben al meer dan 15.000 kinderen deelgenomen aan leuke looptochten van anderhalve kilometer op initiatief van INEOS. De  Melton Primary School in Suffolk organiseerde een van de evenementen. 

    “Dit evenement was heel goed georganiseerd en geleid, iedereen werd erbij betrokken en het had een heel positief effect op onze leerlingen. Nu weten ze dat lopen en bewegen erg leuk en stimulerend kan zijn”, zegt sportleraar Andrew Northcote. 

    Jim Ratcliffe heeft een passie voor lopen en voor deze campagne. 

    “Het idee voor Go Run For Fun is ontstaan uit een passie om zo veel mogelijk kinderen op een zo jong mogelijke leeftijd aan het lopen te krijgen”, zegt hij. “Maar achter deze campagne staat een heel team. Dit succes is dan ook te danken aan hun enorme inzet en gedrevenheid. Zo snel de mijlpaal van 15.000 lopers bereiken, dat is prachtig werk van iedereen.” 

    Tegen eind dit jaar hoopt INEOS honderd evenementen te organiseren in het VK. Sommige vinden plaats in het kader van grote sportevenementen, zoals de halve marathon van Sheffield en de 10 kilometer van Bristol. Andere worden dan weer georganiseerd in scholen en sportclubs. 

    Colin Jackson, winnaar van een zilveren medaille op de Olympische Spelen, is ambassadeur van Go Run For Fun. 

    “Dit is voor kinderen een prachtige kans om te proeven van het lopen”, zegt hij. “Deze kinderen hebben het misschien nog nooit uitgeprobeerd. Maar dit kan het begin zijn van een sportcarrière, want lopen ligt aan de basis van elke sport.” 

    Om Go Run For Fun ook in de toekomst alle slaagkansen te geven, werkt INEOS samen met Nova International, organisator van de beroemde ‘Great Runs’ in het VK. Het ultieme doel van Go Run For Fun? Uitgroeien tot het grootste loopinitiatief voor kinderen ter wereld. “We willen tegen 2016 100.000 kinderen bereiken en zijn goed op weg. Als we meer steun kunnen krijgen voor een toch al succesvolle campagne, zie ik niet in waarom we dat doel niet meermaals kunnen overtreffen”, zegt Leen. 

    Brendan Foster twijfelt er niet aan dat INEOS zijn doel zal bereiken. Deze Britse voormalige langeafstandsloper heeft een olympische medaille op zak en richtte de BUPA Great North Run op. 

    In juni vinden de eerste Go Run For Fun evenementen aan de andere kant van het Kanaal plaats, bij de INEOS-vestigingen in België, Duitsland en Zwitserland.

    “Het hele ‘circus’ komt deze kant op”, zegt Leen, Chief Financial Officer bij Olefins & Polymers Europe (North). 

    INEOS nodigt ook zijn andere vestigingen overal ter wereld, zoals in Noorwegen, Frankrijk, Italië en de VS, uit om contact op te nemen met Ursula Heath, Project Manager van Go Run For Fun: ursula.heath@ineos.com.

    Het laatste nieuws over Go Run For Fun vind je op de website: www.gorunforfun.com

    10 minuten gelezen Nummer 6
  • debate-banner.jpg

    Debat: Werkt ondernemerschap aanstekelijk?

    Een eeuwenoude vraag. Zitten ondernemers anders in elkaar dan anderen? Of kan iedereen leren om anders te denken? Met andere woorden: werkt ondernemerschap aanstekelijk? Worden ondernemers geboren of gemaakt, het is een controversiële discussie.

    1. Ondernemerschap is helemaal in: massa’s mensen willen ondernemer worden, betrokken zijn bij ondernemingsinitiatieven of een partnerschap aangaan met een ondernemer. Ondernemer, van een modewoord gesproken. Aangeboren of aangeleerd, ondernemerschap wordt grotendeels ingegeven door een natuurlijk ingebed streven dat niet zo eenvoudig aan te leren is. Wie er eens van geproefd heeft, zelfs een klein succesje, wil meer. Ik heb het ondernemende ‘virus’ absoluut te pakken. Die creatieve start-ups die proberen de wereld te veranderen en problemen op te lossen zijn bovendien goed voor de gemeenschap en de economie, dat lijdt geen twijfel.
      Michelle Wright, Chief Executive van Cause 4

    2. De menselijke neiging om anderen na te bootsen werd meer dan eens vastgesteld en bestudeerd. Van de ontwikkeling van kinderen, over talen leren en producten en diensten kopen tot de beslissing om in een menigte je e-mail te controleren op je telefoon, mensen worden sterk beïnvloed door wat ze anderen (letterlijk of virtueel) zien doen. Onlangs hielden we een enquête om na te gaan of ondernemerschap aanstekelijk is. We ontdekten dat iemand die in contact komt met ondernemers, en dan vooral groei-ondernemers, meer kans maakt om zelf ondernemer te worden. Wat betekent dat? Dat ondernemerschap viraal kan zijn, maar vroeg en vaak geïntroduceerd moet worden in omgevingen waar dit het minst vaak voorkomt. Vooral groei-ondernemerschap is een beperkt fenomeen: het vergt veel meer moeite om dit te introduceren bij ontvankelijke doelgroepen en de algemene economische groei te stimuleren.
      Paul Kedrosky, Ewing Marion Kauffman Foundation, een non-profitstichting in Kansas City (Missouri)

    3. Ondernemerschap is zeker aanstekelijk. Als je omringd wordt door motiverende en innovatieve ondernemers en een voorsmaakje krijgt van het leven buiten het grote Amerikaanse bedrijfsleven, waar je inzet een directe invloed heeft op het succes van de onderneming en je de resultaten van je werk meteen ziet, ben je verkocht. Daarom reppen zo veel universiteiten zich tegenwoordig om masterprogramma’s in ondernemerschap aan te bieden, want de volgende generatie van werknemers is niet meer zo happig op MBA’s.
      George Deeb, Managing Partner van Red Rocket Ventures in Chicago

    4. Werkt ondernemerschap aanstekelijk? Denk eens na: zwaarlijvigheid is aanstekelijk, net als stoppen met roken en scheiden. Dus waarom ondernemerschap niet? Bedenk eens hoe mensen elkaar (lijken te) besmetten met ideeën, mode, eetgewoontes en gebruiken. Het is gemakkelijker om iets te doen, zelfs iets moeilijks, als je denkt dat anderen dat ook doen. Want ondernemerschap is tenslotte toch een combinatie van ideeën, mode, gebruiken enzovoort? Als ik dus een bedrijf opstart en slaag, zullen mijn vrienden ook meer geneigd zijn om dat te doen. Omdat hun visie op risico’s daardoor is veranderd.
      Tim Berry, oprichter en Chairman van Palo Alto Software, Eugene (Oregon)

    5. Ondernemerschap heeft niets te maken met genen. Het heeft alles te maken met de politieke, economische, educatieve en sociale omgeving waarin mensen zich bevinden. En daarom werkt dit aanstekelijk. Alle economische gegevens wijzen in één duidelijke richting: ondernemingszin is de beste manier ooit om groei en welvaart te creëren voor individuen, bedrijven en landen. Bedrijven die de ‘bedrijfsman in streepjespak’ creëerden, schuiven tegenwoordig een cultuur van ‘corporate ondernemerschap’ naar voren als redmiddel om te concurreren en overleven in de wereldwijde economie. En ook regeringsleiders van alle politieke strekkingen zijn erachter dat een meer ondernemende economie ontwikkelen de beste manier is om banen te creëren en de economie duurzaam te doen groeien. Ondernemerschap is een wereldwijd fenomeen geworden omdat dit beter werkt voor meer mensen, voor meer bedrijven en voor meer landen dan elk ander economisch of bedrijfsmodel. En dat zou nooit het geval kunnen zijn mocht de eeuwenoude mythe ‘ondernemers worden geboren, niet gemaakt’ waar zijn. Vandaag worden er elk jaar miljoenen nieuwe bedrijven opgestart door mensen van alle rangen en standen. Ondernemerschap ontstaat door omstandigheden. Bijvoorbeeld een kans, zoals een fantastisch product of geweldige dienst bedenken. Of een noodzaak, zoals platzak zijn, of gefrustreerd of ontslagen worden. Negenennegentig procent van de 3.000 ondernemers die ik ontmoet en bestudeerd heb, zijn gewone mensen die in een buitengewone situatie zijn terechtgekomen.
      Larry C. Farrell, oprichter en Chairman van The Farrell Company, een wereldwijde organisatie die onderzoek doet naar en opleidingen geeft over ondernemerschap aan universiteitsstudenten, bedrijven en overheden.www.TheSpiritOfEnterprise.com

    6. Als ondernemingszin doordringt in alle lagen van een organisatie, wordt de sluimerende ondernemer in ieder van ons wakker. Hoe zou je succesvolle ondernemers omschrijven? Ze geloven rotsvast in hun eigen capaciteiten en in hun visie voor hun bedrijf. Stel je nu eens voor dat iedere persoon bij dat bedrijf hetzelfde dacht. Welke krachtige invloed zou dat hebben? Iedereen die ooit heeft gewerkt bij een onderneming waar ondernemingszin alle kansen krijgt, weet hoe stimulerend dat werkt. Je voelt de energie in de lucht hangen. De bedrijvigheid op de werkvloer en in de gangen is zo intens dat het lijkt alsof je in het spitsuur zit zodra je uit je kantoor komt. Beslissingen worden snel genomen zonder formele vergaderingen of goedkeuringen. De esprit de corps is voelbaar. Alle teamleden doen er alles aan om te slagen.
      Martin O’Neill, auteur van The Power of an Internal Franchise: How Your Business Will Prosper When Your Employees Act Like Owners

    7 minuten gelezen Nummer 6
  • colder-bolder-banner.jpg

    Koud maar dapper

    Anderen, zoals Doug Stoup, trekken liever naar plekken waar nog nooit een mens is geweest. 

    En niemand heeft ooit voet gezet op het hoogste deel van het Oost-Antarctische Plateau. 

    Volgens wetenschappers is deze bevroren bergkam van bijna 1.000 kilometer lang een onherbergzaam gebied waar niets kan groeien of overleven. 

    De temperatuur kan er dan ook zakken tot -92 °C. Het is er zo koud dat je ogen, neus en longen na enkele minuten kunnen bevriezen. 

    “Deze plek heeft iets bovennatuurlijks. Zo moet een andere planeet eruitzien, beeld ik me dan in”, zegt Ted Scambos, hoofdwetenschapper van het US National Snow and Ice Data Center in Boulder (Colorado). “Het is enorm moeilijk om te ademen. Ademhalen kan zelfs pijn doen. Je voelt je neusgangen branden en als je te snel inademt, kunnen delen van je keel en longen schade oplopen.” 

    Poolreiziger Doug Stoup weet meer over kille plekken dan de meeste mensen, want geen enkele levende ziel heeft meer expedities naar Antarctica op zijn palmares dan hij. 

    “Antarctica is mijn kantoor”, grapt hij in een interview met INCH magazine tijdens een skivakantie in de afgelegen bergstreken rond Lake Tahoe in Californië. “Het is een onherbergzame plek, maar ik ben m’n leven nog niet beu. Ik wil veilig terugkeren.” 

    Op zijn 49e zou je Doug een oudgediende kunnen noemen, want hij heeft gereisd, geklommen, geskied en gesnowboard op enkele van de meest afgelegen plekken op deze aardbol. 

    De vraag is dan ook: is hij te verleiden tot een klimtocht op dit afgelegen ijsplateau, dat wetenschappers afgelopen december bestempelden als de koudste plek op aarde? 

    “Absoluut”, zegt hij. “Ik heb zo veel plaatsen bezocht waar nooit iemand is geweest, dus het antwoord is ‘ja’. Zonder enige twijfel. Ik verleg mijn eigen grenzen voortdurend en heb nog zo veel doelen en dromen.” 

    Met een klappertandende -93,2 °C is het hier bijna twee keer zo koud als de koudste plek waar Doug ooit geweest is. En hij weet nog goed hoe dat aanvoelt. 

    “Je mag niet stoppen”, zegt hij. “Het is bitter koud. Je moet in beweging blijven. Zelfs als je stilstaat, verbrand je calorieën. Gewoon door voldoende warmte te produceren om in leven te blijven. Elk stukje onbedekte huid bevriest onmiddellijk.” 

    Wetenschappers ontdekten de koudste plek op onze planeet door gegevens te analyseren van satellieten die al 32 jaar rond de aarde cirkelen. De nieuwste satelliet, Landsat 8, werd in februari vorig jaar de ruimte in geschoten en neemt elke dag ongeveer 550 foto’s van de aarde van op 705 km hoogte. 

    “Er cirkelt voortaan een heel nauwkeurige en betrouwbare sensor rond de aarde die ons heel veel kan vertellen: hoe veranderen het aardoppervlak en de aarde, welk effect heeft de klimaatverandering op het aardoppervlak, de oceanen en de ijsgebieden?”, zegt Ted.

    “De koudste plek op aarde vinden, is nog maar een begin.” 

    Daar is Doug het helemaal mee eens. 

    “Als je mentaal en fysiek voorbereid bent en over de juiste uitrusting beschikt, is alles mogelijk volgens mij”, zegt hij. 

    Doug leidt al meer dan tien jaar teams over de bevroren Noordelijke IJszee naar de Noordpool en naar de Zuidpool op Antarctica. 

    “De reis naar de Noordpool is de zwaarste ter wereld”, zegt hij. “Het ijs beweegt en breekt open. Terwijl je in je tent ligt te slapen, hoor en voel je het ijs onder je kraken, openbreken en bewegen. Soms klinkt dat als een fluitje. Soms als een trein. Bovendien loop je natuurlijk altijd het risico dat je oog in oog komt te staan met een ijsbeer.” 

    Mentaal en fysiek voorbereid zijn op wat komt is essentieel, maar volstaat niet. Zonder de juiste kleding zouden veel expedities mislukken. 

    “De chemische sector heeft een enorme bijdrage geleverd aan de spullen die mensen als ik in leven houden”, zegt hij. “De sector maakt speciale stoffen en kleding die me warm en droog houden als ik niet beweging ben en die tegelijk mijn transpiratie onder controle houden terwijl ik onderweg ben. En dat op heel onherbergzame plaatsen.” 

    Doug, die speciale kleding voor poolreizigers mee heeft ontworpen, zal al zijn ervaring aanspreken om NASA te helpen in hun streven om een mens naar Mars te sturen. 

    Hij reist binnenkort naar Devon Island in Canada, het grootste onbewoonde eiland ter wereld. Het is er koud, droog en verlaten. Bovendien ligt er een krater van 23 miljoen jaar oud met een diameter van zowat 24 kilometer. Kortom, de perfecte omgeving voor wetenschappers die willen achterhalen wat er nodig is om een bemande missie naar Mars te sturen. 

    Experts verwachten dat NASA tegen 2030 een team van astronauten op Mars kan zetten. Net als de aarde heeft ook Mars polaire ijskappen, seizoenen, vulkanen, ravijnen en woestijnen. Het is er alleen ‘iets’ kouder, want ‘s nachts daalt de temperatuur tot -128 °C. 

    “Mars is niet voor doetjes”, zei een woordvoerder van de ruimtevaartorganisatie. 

    En een doetje is Doug allerminst. Zo liet hij in 2008 bijna het leven toen hij een gletsjergebied overstak tijdens een tocht van 47 dagen en bijna 1.200 kilometer naar de Zuidpool. Hij nam daarvoor de route die poolreiziger Ernest Shackleton voor het eerst verkende. 

    Was hij ongerust? “Nee”, zegt hij. Heeft hij ooit schrik gehad? “Ja”, is het antwoord. “Ik heb ooit een taxi genomen van Heathrow naar de binnenstad van Londen. Dat was vreselijk.”

    8 minuten gelezen Nummer 6
  • INCH-6-Cover.jpg

    De wereld veranderen

    Als je de grootste ondernemer in de geschiedenis moest kiezen, wie zou dat zijn? De man die de iPhone ontwikkelde, de ‘lastige’ leerling die later de gloeilamp uitvond of de vrouw die geloofde dat iedere vrouw mooi kan zijn? Een eenvoudige vraag die niet zo eenvoudig te beantwoorden valt, zo ondervond INCH. 

     

    APPLE

    Steve Jobs (1955 – 2011) was de medeoprichter van Apple. Samen met zijn schoolvriend Steve Wozniak verkocht hij de eerste Apple computer in 1976. In 1985 verliet Jobs Apple met slaande deuren, maar hij kwam in 1996 terug en schopte het in 1997 tot CEO. Jobs krikte de slechte winstcijfers van Apple op en leidde de ontwikkeling van de iPod, de iPhone en de iPad in goede banen. Zijn grootste talent was volgens velen zijn vermogen om de markt te doorzien en een innovatief product te ontwerpen dat iedereen wilde.

    AMAZON

    Jeff Bezos (1964 -) een goedbetaalde baan bij een hedge fund in New York op om zijn eigen webwinkel op te starten in zijn garage: Amazon. Aanvankelijk verkocht de website alleen boeken, maar Jeff wilde meer zijn dan een boekenverkoper. Hij had grotere plannen met Amazon. Bezos maakte onlineshoppen zo eenvoudig dat klanten tegenwoordig met één muisklik zowat alles kunnen vinden en kopen. Amazon is tegenwoordig de grootste retailer op het internet.

    FACEBOOK

    Mark Zuckerberg (1984 –) begon op school computerprogramma’s te ontwikkelen. Diverse bedrijven, waaronder AOL en Microsoft, boden hem een baan aan nog voor hij was afgestudeerd aan Harvard University. Hij wimpelde ze af en zou later Facebook oprichten. Vandaag heeft zijn sociaalnetwerksite meer dan een miljard gebruikers en een marktkapitalisatie van meer dan $ 150 miljard.

    STAALINDUSTRIE 

    Andrew Carnegie (1835 – 1919) is vooral bekend omdat hij talloze gratis openbare bibliotheken liet bouwen. Maar als industrieel lag hij ook aan de basis van de enorme groei van de Amerikaanse staalindustrie aan het einde van de 19e eeuw. Toen hij zijn onderneming in 1901 aan JP Morgan verkocht, werd de waarde ervan geschat op meer dan $ 400 miljoen. Carnegie deed er alles aan om anderen te helpen. Toen hij in 1919 overleed, had hij zowat $ 350 miljoen van zijn fortuin weggeschonken. Hij schreef ooit: “Een man die rijk sterft, sterft in schande.”

    VLIEGTUIG

    Het eerste vliegtuig werd gebouwd door Wilbur Wright (1867 – 1912) en zijn broer Orville (1871 – 1948). Nadat de broers uitvoerig hadden bestudeerd hoe vogels vliegen, sloegen ze op 17 december 1903 de hele wereld met verstomming. Die dag toonden ze dat ook de mens kan vliegen, met een vlucht van 12 seconden over een afstand van 37 meter. 

    IKEA

    IKEA De in Zweden geboren  Ingvar Kamprad (1926 -) begon op zijn veertiende lucifers, die hij in het groot aankocht in Stockholm, te verkopen aan zijn buren. De notie dat hij een product kon kopen en dan doorverkopen met winst deed zijn ambities groeien. Kamprad ging vervolgens vis, kerstversiering, pennen, potloden en zaden verkopen. Op zijn zeventiende gaf hij zijn nieuwe bedrijf de naam ‘IKEA’ en breidde hij zijn productaanbod verder uit. Op zijn 21e verkocht Kamprad ook meubelen en op zijn 27e – in 1953 – opende hij zijn eerste IKEA-winkel. Vandaag heeft IKEA winkels in 25 landen en boekt het bedrijf een jaarlijkse omzet van meer dan 21 miljard euro.

    AUTO

    Henry Ford (1863-1947) maakte de wagen bereikbaar voor het gewone volk. Zijn T-Ford was alles wat een auto volgens hem moest zijn: betaalbaar en betrouwbaar. Het enige probleem was dat hij er maar een paar per dag van kon maken, niet genoeg om de vraag bij te houden. Uiteindelijk opende hij een grote fabriek met een lopende band en groeide hij uit tot de grootste autoproducent ter wereld dankzij een wagen die eenvoudig te besturen en goedkoop te herstellen was. 

    COSMETICA

    Estée Lauder (1906 – 2004) was de dochter van een Hongaarse immigrant. Ze richtte haar cosmeticabedrijf op in 1946 met niet meer dan vier producten in het assortiment en een onwrikbaar geloof: iedere vrouw kan mooi zijn. Ze begon door huidverzorgingsproducten te verkopen aan schoonheidssalons en hotels en vond dat je de klant moest raken als je iets aan de man wou brengen. “Ik heb het zover geschopt door ervoor te werken, niet door het gewoon te willen of erop te hopen”, zei ze vaak tegen haar verkoopteam. 

    JEANS

    Levi Strauss (1829–1902) werd geboren in Duitsland, maar verhuisde in 1847 naar Amerika om voor zijn broers te gaan werken. Zes jaar later richtte hij zijn eigen bedrijf op. Strauss voerde kleding, ondergoed, paraplu’s en stoffen in, en verkocht die goederen door aan kleine winkels langs de hele westkust van Amerika. Maar het was een klant, een kleermaker, die Levi op het idee bracht om stevige ‘overalls’ te maken die we nu kennen als jeans. Aanvankelijk werden de jeans wellicht gemaakt door naaisters thuis. Maar tegen de jaren 1880, toen jeans populairder werden, opende Strauss zijn eigen fabriek. Het begin van een mooi verhaal. 

    DRUKPERS

    Johannes Gutenberg (1395 – 1468), een Duitse goudsmid en zakenman, vond de drukpers met vervangbare/losse houten of metalen letters uit in 1436. Zijn uitvinding, waarvoor hij geld moest gaan lenen, zou een revolutie teweegbrengen in de productie van boeken. 

    KOMPAS

    De Chinese vonden het kompas uit tijdens de Han-dynastie. Het was gemaakt van magnetiet, een van nature magnetisch ijzererts. Dankzij het kompas konden zeelui zich veilig ver van de kust wagen, waardoor de zeehandel toenam. Meteen het begin van het tijdperk van de grote ontdekkingen. 

    ONTDEKKINGSREIZIGER

    De Portugees Ferdinand Magellan (1480 – 1521) organiseerde de expeditie die als eerste rond de wereld zou varen. Hij vormde een vloot van vijf schepen en ondanks enorme tegenslagen (de kapitein van een van de schepen keerde terug naar huis en Magellaan zelf stierf tijdens de slag om Mactan) bewees hij dat de aarde rond is.

    GLOEILAMP 

    Thomas Edison (1847 – 1931) was de jongste van zeven kinderen. Zijn moeder besloot om hem thuis les te geven nadat zijn leraar hem ‘lastig’ had genoemd. Edison leerde pas spreken toen hij vier was. Maar vanaf dat moment kwam de vraag ‘Waarom?’ voortdurend over zijn lippen. Op zijn twaalfde werd hij krantenverkoper en later bracht hij zijn eigen kleine krant uit. Hij vroeg in zijn leven meer dan 1.000 octrooien aan, onder meer voor de elektrische gloeilamp, de eerste praktische dictafoon, de fonograaf en de accu. Edison haalde zijn laatste octrooi binnen op zijn 83e. Voor velen zal hij altijd de grootste uitvinder aller tijden blijven.

    GOOGLE

    Larry Page (1973 -) en Sergey Brin (1973 -) leerden elkaar kennen aan de universiteit van Stanford in 1995. Larry was geïnteresseerd om zich in te schrijven en Sergey moest hem een rondleiding geven. Twee jaar later richtten de studenten samen Google op, een van de snelst groeiende bedrijven aller tijden. Vandaag is Google de populairste zoekmachine ter wereld. Hun filosofie is eenvoudig: geweldig is niet goed genoeg. 

    TEKENFILMS

    Walt Disney, de tekenaar van magische figuurtjes zoals Mickey Mouse en Sneeuwwitje, was een pionier in de animatiesector. Hij werkte 43 jaar in Hollywood en stond bekend als de man die de dromen van alle Amerikanen deed uitkomen. Hij was enorm gedreven om de kunst van animatie te perfectioneren. Toen Technicolor zijn intrede deed in de wereld van de animatie, had hij twee jaar het octrooi ervan in handen. Disney was op dat moment dus de enige die tekenfilms in kleur mocht maken.

    INTERNET

    Computerwetenschapper Sir Timothy Berners-Lee (1955 -) bedacht in 1989 het World Wide Web, een online hypermedia-initiatief om wereldwijd informatie uit te wisselen, terwijl hij voor CERN werkte, het Europese laboratorium voor deeltjesfysica.

    TATA GROUP

    J R D Tata (1904 – 1993) werd in 1929 de eerste Indische piloot met een vergunning. Drie jaar later richtte hij de eerste commerciële luchtvaartmaatschappij van India op: Tata Airlines, het latere Air India. In 1925 ging hij als onbetaalde stagiair aan de slag bij het bedrijf van zijn oom, Tata & Sons. In 1938 – op zijn 34e – werd hij verkozen tot Chairman. Onder zijn Chairmanschap zag de groep zijn activa groeien van $ 100 miljoen tot $ 5 miljard. Wat begon met 14 bedrijven, was aan zijn pensioen uitgegroeid tot een groep van 95 ondernemingen.

    COCA COLA

    In 1886 brouwde John Pemberton (1831 – 1888) een apotheker uit Atlanta, een zoete, karamelkleurige vloeistof. Omdat hij wilde weten wat er zou gebeuren als hij dit mengde met spuitwater, ging hij ermee naar Jacobs’ Pharmacy. Hij deed er spuitwater bij en liet enkele klanten proeven. Ze vonden het allemaal lekker en dus begon Jacobs’ Pharmacy het goedje te verkopen voor vijf cent per glas. Pembertons boekhouder, Frank Robinson, noemde het drankje Coca-Cola en bouwde vervolgens een onderneming uit rond deze uitvinding. Vandaag boekt de Coca-Cola Company een jaaromzet van meer dan $ 35 miljard.

    CHINA YOUTHOLOGY

    Zafka Zhang richtte in 2008 mee het marktonderzoeksbureau China Youthology op. Bedrijven als Audi, Nokia, L’Oreal en Daimler hebben via zijn onlinebedrijf inzicht gekregen in de Chinese jongerencultuur en zijn zo te weten gekomen hoe ze hun merk beter kunnen verkopen.

    MICROSOFT

    Bill Gates (1955 -) begon computers te programmeren toen hij dertien was. Hij maakte Harvard nooit af omdat hij al zijn energie wilde steken in Microsoft. Gates was er namelijk rotsvast van overtuigd dat de computer onmisbaar zou worden op elk bureau en in elk huis. Hij ging software ontwikkelen voor pc’s, het begin van de pc-revolutie. Bill Gates heeft al $ 28 miljard aan zijn Stichting geschonken, maar nu wil hij polio uitroeien met dezelfde gedrevenheid die hij voor Microsoft aan de dag legt.

    FEDEX

    Met het geld dat zijn vader hem had nagelaten, richtte Fred Smith (1944 -) Federal Express op, een wereldwijde koeriersdienst die pakjes de volgende dag al afleverde, ook al had een professor hem gewaarschuwd dat dit onhaalbaar zou zijn. Zijn onderneming, tegenwoordig bekend onder de naam FedEx, is uitgegroeid tot wellicht het grootste vervoersbedrijf ter wereld. Het verwerkt elke dag meer dan acht miljard vrachtstukken en is actief in zeker 220 landen.

    GSM

    Martin Cooper (1928 -) bedacht het concept van de zaktelefoon in 1973 toen hij bij Motorola werkte. Het prototype, dat twee kilo woog, zou Motorola naar verluidt zowat $ 1 miljoen gekost hebben, omgerekend naar de huidige waarde. De batterij ging 20 minuten mee, maar dat maakte niet uit want zolang kon je de telefoon toch niet vasthouden.

    TELEFOON 

    Alexander Graham Bell (1847 – 1922) kreeg in 1876 als eerste een octrooi voor de elektrische telefoon. Hij schaafde het ontwerp ervan bij en tegen 1886 hadden meer dan 150.000 mensen in de VS een telefoon. Hij zou later zeggen: “Ooit zal degene aan de telefoon kunnen zien met wie hij spreekt.”

    PAPAYAMOBILE

    Si Shen werd geïnspireerd na het lezen van The Road Ahead door Microsoft-oprichter Bill Gates. Hij wilde de wereld veranderen; en zij ook. Na enkele jaren werken voor Google keerde ze terug naar Beijing, waar ze samen met een vriend in 2008 Papaya lanceerde. Vandaag vormt ze mobiele telefoons om tot sociale netwerken. De software laat mensen toe om foto’s te delen, berichten te verzenden en spelletjes te spelen met andere gamers; er zouden meer dan 35 miljoen gebruikers zijn. 

    VIRGIN GROUP

    Sir Richard Branson (1950 -) zei de schoolbanken vaarwel op zijn zestiende en begon in 1970 voor de laagste prijs platen te verkopen aan zijn vrienden. Later opende hij een platenwinkel in de Londense Oxford Street, bouwde hij een opnamestudio en contracteerde hij artiesten als The Rolling Stones. Vandaag bestaat zijn Virgin Group uit meer dan vierhonderd bedrijven. 

    STARBUCKS

    Het begon allemaal met een kopje koffie. Howard Schultz (1953 -) sprak in 1981 met de medewerkers van Starbucks in Seattle en was zo onder de indruk dat hij een jaar later marketing director van de onderneming werd. In die tijd had Starbucks maar vier vestigingen. Tijdens een reis naar Italië in 1983 kwam hij op het idee om de traditie van de Italiaanse koffiehuizen over te brengen naar de VS. Hij verliet Starbucks even om het op eigen houtje te proberen, maar kwam in 1987 terug en kocht de onderneming over. Vandaag telt Starbucks meer dan 17.000 vestigingen in 60 landen.

    12 minuten gelezen Nummer 6
  • journalist-help-banner.jpg

    Hoe journalisten INEOS mee op de kaart hebben gezet

    In 2011, toen het eerste nummer van INCH van de persen rolde, had onderzoek aangetoond dat INEOS weliswaar een enorm groot bedrijf is, maar dat de merkbekendheid te wensen overliet. En dat moest duidelijk beter, wilde de onderneming de beste studenten en potentiële investeerders aantrekken en haar invloed laten gelden in de politieke wereld en de media. Dit tijdschrift heeft, hopelijk, geholpen om deze leemte in te vullen. Maar onlangs heeft INEOS zich geprofileerd op een manier die zelfs Chairman Jim Ratcliffe niet had kunnen voorzien. 

    INEOS kan zichzelf niet langer omschrijven als de grootste onderneming waar je nog nooit van gehoord hebt. 

    Sinds de gebeurtenissen in het Schotse Grangemouth eind vorig jaar zijn de meningen en visies van de onderneming en van oprichter en Chairman Jim Ratcliffe erg in trek. 

    Geen krant ter wereld die niet graag een artikel zou publiceren over de onderneming en haar managers. Sylvia Pfeifer, journaliste bij de Financial Times, zegt dat de naam INEOS tot enkele maanden geleden niet echt een belletje deed rinkelen buiten de sector. 

    “INEOS had Grangemouth liever niet op de voorpagina zien staan, maar sindsdien is de onderneming wel uit de schaduw getreden”, zegt ze. 

    Maar journalisten zijn niet alleen geïnteresseerd in het succesverhaal van INEOS. De onderneming kreeg ook de vraag om haar licht te laten schijnen op onder meer de toestand van de industrie in Groot-Brittannië, de impact van de schaliegasboom in de VS, de verlammende energiekosten in Europa en de enorme groeikansen in China. 

    Economieredacteur Alistair Osborne schreef in The Daily Telegraph: “De naam Jim Ratcliffe klinkt misschien niet bekend in de oren, maar toon mij eens een andere Britse industrieel die in vijftien wervelende jaren een onderneming uit de grond heeft gestampt en heeft opgebouwd tot een wereldwijde verkoopmachine die $ 43 miljard waard is. Gebrek aan ervaring kun je Ratcliffe zeker niet verwijten. Dus als hij zegt dat Groot-Brittannië ‘eerlijk gezegd geen erg aantrekkelijke plaats is om te produceren’ of dat het VK zijn tijd niet moeten zitten te ‘verlummelen’ als het op schaliegas en kernenergie aankomt, dan dwingt hij met zijn  standpunt respect af.” 

    Tijdens een interview met Brian Carney, een van de redacteurs van The Wall Street Journal, kreeg Jim de vraag wat de VS kon doen om de industrie in Amerika nog te verbeteren. 

    “De vennootschapsbelasting afschaffen”, zei hij. “Dat is mijn enige kritiek. Als je die belasting verlaagt tot ongeveer 30 %, dan is de VS niet te kloppen.” 

    In een interview met Stanley Reed van The New York Times legde Jim uit waarom hij de verlieslatende vestigingen in Europa niet wil laten subsidiëren door winstgevende fabrieken in de VS. Bernd Freytag had een gesprek met INEOS voor een artikel voor de Frankfurter Allgemeine Zeitung. In zijn artikel noemt hij de onderneming een pionier, omdat ze besliste om goedkoop uit schalie gewonnen ethaangas in te voeren om de werkingskosten van de Europese INEOS-krakers te drukken. 

    Over Jim zei Bernd: “Hij ziet de toekomst van de petrochemiesector in Europa eerder somber in en voorspelt moeilijke tijden. Hij is het niet eens met deskundigen die beweren dat de schaliegasboom in de VS snel voorbij zal zijn. Hij staat alleen in die mening, maar dat vindt hij onzin.” 

    Een soortgelijk stuk lazen we in Le Monde. “Europa is momenteel geen goede plek voor bedrijven en het wordt er niet beter op”, schreef Eric Albert, de correspondent van Le Monde in Londen, in zijn eerste gesprek met de onderneming. “Ik denk niet dat mensen beseffen voor welke uitdagingen ze staan.” 

    Er verschenen ook interviews in kranten in Noorwegen en in China. Zo schreef Cecily Liu, verslaggeefster bij China Daily, over de enorme petrochemiemarkt en de aanhoudende vraag die de groei van China vooruit stuwen. 

    “Ik kende INEOS alleen door de joint venture met PetroChina, maar over Jim wist ik zo goed als niets”, vertelt ze aan INCH. “Na Grangemouth liet hij vaker van zich horen in de media. Hij weet zijn talenten duidelijk te benutten en is, in tegenstelling tot anderen, zeker bereid om risico’s te nemen.” 

    Eén uitdaging wist INEOS alvast te overwinnen. 

    “INEOS was zo snel gegroeid dat de merkperceptie geen gelijke tred had weten te houden”, zegt Tom Crotty, Group Director Corporate Affairs. “Zelfs sommige klanten zeiden dat we ondanks onze omvang onze mening over de markt nauwelijks lieten horen. We kregen ook feedback van beleggers en de media dat we iets openhartiger moesten zijn.” 

    Die kritiek krijgt INEOS niet meer.

    3 minuten gelezen Nummer 6
  • ineos-sues-banner.jpg

    INEOS stapt naar de rechter over vermeende octrooi-inbreuk

    INEOS spant een geding aan tegen Sinopec, een genationaliseerd Chinees olie- en petrochemiebedrijf, en enkele van zijn dochterbedrijven omdat die zich niet gehouden zouden hebben aan octrooien.

    INEOS beweert dat Sinopec Ningbo Engineering Company een langlopende technologieovereenkomst heeft verbroken en dat andere Sinopec-bedrijven handelsgeheimen hebben geschonden om zo een aantal acrylonitrilfabrieken te kunnen bouwen in China zonder de toestemming van INEOS. 

    “We willen onze beste technologie introduceren in China, maar alleen als die ook beschermd wordt”, zegt INEOS-Chairman  Jim Ratcliffe. “Als de acrylonitrilfabrieken uit de grond blijven schieten in China, kunnen wij de boeken sluiten.” 

    INEOS, dat overigens uitstekende relaties onderhoudt met Sinopec en met China, zei in een verklaring op 21 maart dat het geen andere keuze had. 

    “Als we onze moeizaam opgebouwde intellectuele eigendom, handelsgeheimen en octrooien op het vlak van technologie, ontwerp en beheer niet beschermen, zal INEOS uiteindelijk ten onder gaan”, zegt Jim. 

    INEOS vreest dat China door zijn optreden ernstige schade zal toebrengen aan de acrylonitrilactiviteit van de groep. Die levert elk jaar tot $ 500 miljoen winst op en houdt zowat 5.000 mensen aan het werk in de VS, het VK en Duitsland. 

    INEOS is momenteel wereldleider in de productie van acrylonitril, de belangrijkste bouwsteen van koolstofvezel. Deze belangrijke molecule is ook een essentieel onderdeel van ABS polymeer, dat gebruikt wordt in veel alledaagse toepassingen, van speelgoed over computerschermen tot witgoed. 

    De acrylonitriltechnologie van INEOS ligt aan de basis van meer dan 90 % van de wereldwijde productie. SNEC, een Sinopec-bedrijf, heeft sinds 1984 een licentie om die technologie te gebruiken. 

    INEOS, dat gelijktijdig vorderingen heeft ingediend bij het Hooggerechtshof van Peking en het arbitragehof in Zweden, heeft naar eigen zeggen “het volste vertrouwen” in het intellectuele-eigendomsysteem van China. Daar worden tegenwoordig namelijk meer octrooien ingediend dan in elk ander land ter wereld.

    Sinopec ontkent de aantijgingen van INEOS.

    2 minuten gelezen Nummer 6
  • ineos-responds-banner.jpg

    INEOS speelt in op vragen van klanten

    Om aan de vraag van klanten te kunnen voldoen, heeft  INEOS Oxide zijn ENB-fabriek (ethylideennorborneen) in Antwerpen uitgebreid. 

    De fabriek kan voortaan 28.000 ton per jaar produceren, 20 % meer dan vroeger. Daarmee is ze de grootste ENB-fabriek ter wereld. 

    Met ENB wordt vooral ethyleenpropyleendieen rubber (EPDM) gemaakt, een heel weerbestendig, duurzaam synthetisch rubber dat almaar vaker gebruikt wordt door autofabrikanten en in de bouwsector. 

    “Door de bottleneck in de fabriek in Antwerpen weg te nemen, zet INEOS een unieke stap om genoeg ENB te kunnen leveren voor de komende twee tot drie jaar”, zegt CEO Hans Casier. 

    ENB wordt ook als geurdrager gebruikt in de parfumsector.

    1 minuut gelezen Nummer 6
  • headline-banner.jpg

    INEOS schaaft nog eens € 30 miljoen van zijn interestfactuur af

    Door een slimme financiële beslissing om enkele leningen te herfinancieren in februari spaart INEOS nu elk jaar nog eens € 30 miljoen euro aan interestbetalingen uit. 

    Video

    Sharp Financial Thinking

    00:00

    De beslissing om te profiteren van gunstige financiële markten komt er na de herfinanciering van vorig jaar, toen INEOS zijn interestbetalingen aanzienlijk wist te verlagen met $ 140 miljoen per jaar. 

    “Als we deze nieuwe besparing optellen bij de besparingen in de voorbije achttien maanden, zijn de algemene interestbetalingen gedaald van € 550 tot € 385 miljoen”, zegt Graeme Leask, CFO van INEOS Group Holdings. 

    INEOS kon de interestvoet op zijn leningen verlagen, omdat veel investeerders staan te dringen om te delen in het succes van INEOS. 

    “De investeerders reageerden heel positief in februari”, zegt Graeme. “De vraag naar obligaties lag zeven keer hoger dan het aanbod.” 

    INEOS betaalde net geen 8 % op zijn obligaties en hoopte op de nieuwe obligatie iets meer dan 6 % te moeten betalen. Uiteindelijk werd het net geen 6 %. 

    De bank kende de onderneming ook een interestverlaging toe op haar lening. 

    “We zouden deze besparingen kunnen gebruiken om schulden terug te betalen. Maar onze investeerders weten dat we in onze bedrijven veel mooie kansen hebben om geld te verdienen met deze investering. Het is dus beter voor INEOS en de investeerders om dit geld te laten renderen in onze bedrijven dan om de leningen terug te betalen”, zegt Peter Clarkson, Head of Investor Relations bij INEOS. 

    Financiële adviseurs omschrijven de recentste overeenkomst als een ‘knaller’, zegt Graeme. 

    De sleutel tot dit succes is, volgens INEOS, een goede communicatie met de investeerders om de aanhoudende prestaties van de onderneming te benadrukken.

     “We zijn heel eerlijk met onze investeerders en zij stellen die transparantie op prijs”, zegt Peter. “Elke week, en dat is heel ongewoon in de sector waarin ze investeren, schrijven we een marktupdate voor alle investeerders en analisten met een samenvatting van de gebeurtenissen op onze belangrijkste markten.” 

    Dankzij die cultuur van openheid en eerlijkheid had INEOS ook minder tijd nodig om te heronderhandelen en betere interestvoeten te verkrijgen. 

    Een overeenkomst over de herfinanciering van obligaties nam vroeger zowat drie weken in beslag. Omdat de investeerders ons goed kennen, is die deal tegenwoordig rond in enkele dagen. INEOS moest deze obligaties met een hoog rendement eigenlijk pas in 2016 herfinancieren, maar zag een kans om te profiteren van de goede financiële markten en greep die snel. 

    “Gewoonlijk wachten we niet tot op het allerlaatste moment, omdat we onszelf voldoende marge willen geven”, zegt Peter. 

    Door deze nieuwe overeenkomst kreeg INEOS ook een betere kredietbeoordeling van Moody’s, die nu aansluit bij de B1/B+ van Standard & Poor’s. 

    “Kredietbeoordelaars zijn van nature voorzichtig en gaan altijd uit van de veronderstelling ‘de wereld vergaat morgen, overtuig ons van het tegendeel’. Een betere beoordeling is dus heel goed nieuws”, zegt Peter. 

    En die beoordeling heeft nog andere voordelen: de onderneming krijgt meer krediet los bij leveranciers, waardoor de cashflow toeneemt. 

    Volgens Douglas Crawford, Analist bij Moody’s, heeft INEOS de betere kredietbeoordeling deels te danken aan zijn ‘veerkrachtige’ prestatie in 2013 en de goede vooruitzichten voor de onderneming dit jaar. 

    John Reece, Finance Director van INEOS AG, zegt dat de groep globaal gezien een goed 2013  achter de rug heeft en dat 2014 uitstekend begonnen is. De winst van INEOS is wel grotendeels afkomstig uit de VS, waar ze van zowat 60 % in 2012 tot bijna 70 % is gestegen vorig jaar. 

    “Schaliegas is niet de enige reden waarom we zo goed presteren in de VS, maar het betekende wel een ommekeer”, zegt hij.

    INEOS wil dit komende jaar zwaar investeren in de VS. 

    “Die investering is absoluut een prioriteit”, zegt John. 

    Er liggen plannen klaar voor een polyethyleenfabriek, een oligomerenfabriek en eventueel een nieuwe ethyleenoxidefabriek. 

    John: “De situatie in Europa, vooral het zuiden van Europa en het VK, blijft moeilijk. Maar onze beslissing om goedkoop uit schalie gewonnen ethaangas vanuit Amerika in te voeren naar Europa zal helpen om de werkingskosten van onze Europese kraakinstallaties te drukken en zo kunnen we competitief blijven.” 

    De reis begon in april 2012, toen INEOS de grootste ‘covenant-lite’ lening wist binnen te halen die ooit was toegekend aan een Europees bedrijf en wereldwijd de grootste sinds het begin van de kredietcrisis. En die reis zetten we nu voort. 

    “Dit maakt deel uit van onze strategie”, zegt Graeme. “We zijn opportunistisch. Als we dus een kans zien op de markt om onze interestvoeten te verlagen of onze financiering uit te breiden, zijn we altijd bereid om dat te doen.”

    11 minuten gelezen Nummer 6
  • ineos-signs-deal-banner.jpg

    INEOS sluit tweede deal af om meer ethaan naar Europa te verschepen – en bestelt meer schepen

    INEOS heeft nog een deal gesloten om goedkoper uit schalie gewonnen ethaan in te voeren uit de VS. Zo wil de onderneming de werkingskosten van haar Europese gaskraakinstallaties. 

    Vanaf volgend jaar komen de eerste ladingen van CONSOL Energy in Pittsburgh aan bij INEOS Europe AG.

    “Zo zal de ethyleenproductie van INEOS de concurrentie in Europa beter aankunnen”, zegt David Thompson, Procurement and Supply Chain Director. 

    Twee jaar geleden greep INEOS als eerste petrochemiebedrijf in Europa de kans om goedkopere energie en grondstoffen in te voeren via Range Resources in de VS. 

    In December 2012 sloot de onderneming contracten van vijftien jaar af met drie Amerikaanse bedrijven die instaan voor het boren, verdelen en verdichten van ethaan dat vervolgens vanuit Amerika aan de INEOS-fabriek in het Noorse Rafnes wordt geleverd. 

    Op 7 Mei van dit jaar maakte INEOS bekend dat het een overeenkomst had bereikt met Evergas voor de bouw van nog eens zes vrachtschepen. De schepen worden momenteel gebouwd in China en zullen ethaan vervoeren naar de vestiging in Rafnes en de INEOS-fabriek in het Schotse Grangemouth. 

    Nooit eerder zijn er zulke grote, flexibele en geavanceerde vrachtschepen voor meerdere gassen gebouwd. Met deze schepen heeft INEOS een flexibele oplossing in handen voor de ethaantoevoer en de optie om ook lng, lpg en petrochemische gassen zoals ethyleen te vervoeren. 

    “Door hun geavanceerde ontwerp, maximale efficiëntie en ongeziene flexibiliteit zullen deze schepen de sterke positie van INEOS in de sector langdurig versterken”, zegt Martin Ackermann, CEO van EVERGAS. 

    De schepen hebben een dubbele brandstoftoevoer en de geavanceerde motoren draaien op zuiver lng. Resultaat: een hoge efficiëntie, een lage uitstoot en lagere brandstofkosten.

    2 minuten gelezen Nummer 6
  • ineos-technologies-vietnam-banner.jpg

    INEOS Technologies rept zich om nieuwe klant binnen te halen in Vietnam

    Een Vietnamees bedrijf heeft een INEOS-technologielicentie verworven om polypropyleen te produceren. Dat plastic polymeer wordt gebruikt in tal van producten, van koelkasten over tapijten tot auto-onderdelen. 

    Vung Ro Petroleum Limited zegt dat het Innovene PP-proces van INEOS zal helpen om de concurrentie een stap voor te blijven en te voldoen aan de stijgende vraag op de Aziatische markt. 

    “De Aziatische economieën groeien en onder invloed van die groei stijgt de vraag naar plastic producten voor infrastructuur, verpakkingen, huishoudartikelen, apparaten en consumptiegoederen”, zegt Randy Wu, Vice-President, PE/PP Marketing and Sales bij INEOS Technologies. “Vroeger waren die producten vooral bestemd voor de exportmarkt.” 

    Petroleum Limited nam voor het eerst halfweg 2012 contact op met INEOS Technologies. Nog geen jaar later had de onderneming een akkoord ondertekend met INEOS. “Dat is vrij snel voor een licentieproject voor polyolefinen, want zulke projecten slepen vaak jaren aan”, zegt Randy. “Dit bewijst dat we zulke solide relaties hebben opgebouwd met klanten, consultants en aannemers dat onze reputatie als vooraanstaande technologieleverancier voor zich spreekt in de sector.” 

    De raffinaderij is gevestigd in het district Dong Hoa van de provincie Phu Yen. 

    “We gaan het Innovene PP-proces van INEOS inpassen in ons raffinaderijproject. Zo kunnen we een geavanceerd polypropyleenproces uitbouwen met schaalvoordelen en een ruim productbereik”, zegt Kirill Korolev, CEO van Vung Ro Petroleum Limited.

    2 minuten gelezen Nummer 6
  • business-profile-banner.jpg

    Bedrijf waagt zich aan nieuw avontuur

    Baleycourt is een van de twaalf bedrijven die onder de koepel van INEOS Enterprises vallen. Een kleine vestiging met een oppervlakte van ongeveer 20 voetbalvelden, die toch een grootse bijdrage levert aan het succes van INEOS.

    Video

    BUSINESS PROFILE: BALEYCOURT

    00:00

    INEOS Enterprises lanceert dit jaar een nieuw product: raapzaadolie geschikt voor levensmiddelen. 

    INEOS zet zo zijn eerste stappen op de markt voor ingrediënten voor levensmiddelen. Maar tegen eind 2014 zal de onderneming al 15.000 ton raapzaadolie produceren in haar vestiging in het Franse Baleycourt. 

    Een slimme investering? De tijd zal het uitwijzen, maar Ashley Reed, Chief Executive Officer van INEOS Enterprises, en Chief Operating Officer Steve Dossett, manager van het bedrijf, zijn alvast overtuigd. 

    “Dit is een nieuwe start voor ons, maar raapzaadolie wordt steeds populairder. Vooral omdat het gezond is en goedkoper dan olijfolie”, zegt Ashley. 

    Door de productie van raapzaadolie, die rijk is aan vitamine E en maar half zoveel verzadigde vetten bevat als olijfolie, kan deze vestiging in het hart van de op één na grootste productieregio van plantaardige olie in Frankrijk de concurrentie blijven aangaan. 

    Baleycourt produceert al jaren tonnen biodiesel voor Franse supermarkten en oliebedrijven als Total. 

    In 2008 gaf INEOS Enterprises Baleycourt nog een stevig duwtje in de rug door de oprichting van INEOS Champlor, een joint venture ter waarde van € 80 miljoen met de Franse landbouwcoöperatie SICLAE en de olieperserijgroep C.Thywissen. Zo kwamen er een tweede biodieseleenheid bij, een olieraffinaderij en een installatie om raapzaadolie te persen. 

    “De investering kwam er vooral op aandringen van de Franse regering. Die wilde veel meer biobrandstoffen mengen voor de Europese wetgeving van kracht werd”, zegt Ashley. “Elke brandstofmarkt (diesel en benzine) kreeg eigen mengdoelen opgelegd. Als ze die niet naleefde, wachtte de menger een aanzienlijke boete. Er lag dus zeker een markt voor ons open.” 

    Bovendien kon INEOS voortaan zelf lokaal geteeld raapzaad persen en hoefde de groep geen raapolie meer te kopen in Duitsland, waar de zaden voordien werden geperst. 

    Een slimme financiële investering en het partnerschap verliep erg vlot. INEOS kon het raapzaad voor een scherpe prijs inkopen en persen, en zo duizenden tonnen hernieuwbare brandstof produceren voor elke markt die dat wilde. 

    Het bijproduct, raapzaadmeel, werd verkocht als varkensvoer zonder genetisch gemanipuleerde proteïnen – een extraatje. Tijdens topjaren liep de productie in Baleycourt op tot wel 140.000 ton biobrandstof en 180.000 ton raapzaadmeel. 

    Maar dat bleef niet duren. 

    In 2010 voerde de EU de wetgeving van de ‘dubbele telling’ in om brandstofproducenten te stimuleren om afvalmaterialen te mengen, zoals gebruikte spijsolie en talg. Tegen 2011 begon de internationale oliehandelshub ARA de Franse markt te overspoelen met zijn brandstof, een type waarop geen beperking gold. Resultaat: een sterke terugval van de vraag naar ‘enkele telling’ producten op basis van raapzaadolie. De productievolumes in Baleycourt kelderden. Uiteindelijk werd de invoer naar Frankrijk aan banden gelegd. 

    De binnenlandse producenten wonnen marktaandeel terug, maar de marktdynamiek was volledig door elkaar geschud. Bovendien stond de Franse overheid ook op het punt om de premiekraan deels dicht te draaien. 

    Een jaar later maakte de Europe Commissie een bocht van 180° over biobrandstof met een voorstel om de hoeveelheid biobrandstoffen uit gewassen tot 5 % te beperken. 

    En vorig jaar legde de EU nieuwe regels op.

    Kortom, de EU had de buik vol van biobrandstof uit gewassen. 

    “Er wordt nog volop gediscussieerd binnen de instellingen van de EU, ook over wat een gewas is. Dus wie weet wat ons de komende jaren nog te wachten staat”, zegt Ashley. “Maar de huidige gemiddelde mengniveaus van biodiesel op basis van gewassen zullen wellicht niet of nauwelijks meer toenemen.” 

    Tijd om de teugels weer in handen te nemen, zo dacht INEOS. Om zijn eigen lot te gaan bepalen. 

    Daarom ging INEOS eind vorig jaar met de banken aan tafel zitten over een verlaging van de niet-economische schuld van de joint venture (JV). INEOS kocht zijn JV-partners uit, sloot een betere deal voor vijf jaar met landbouwers voor hun raapzaad en herstructureerde de vestiging in Baleycourt. 

    “We wilden met de extra capaciteit voorlopig raapzaadolie gaan produceren in plaats van biobrandstoffen, maar daar moesten alle partijen mee akkoord gaan”, zegt Steve. “De JV kon haar schulden aan haar leners niet meer afbetalen en stevende sinds eind 2010 op een bankroet af. Het had kunnen mislopen, maar nu heeft INEOS een toekomst in de sector van oliezaad en biodiesel, en behoudt de groep toch nog de strategische toevoer van lokale zaden van de Franse coöperaties. Dit nieuwe project is een voorzichtige poging. De oliemarkt is al enorm groot, maar we hebben er alle vertrouwen in.” 

    De zaden van dit nieuwe project worden tegenwoordig gezaaid in de velden rond de vestiging van 25 hectare niet ver van Verdun. 

    Maar Baleycourt, dat 150 mensen tewerkstelt en elk jaar een omzet van meer dan 250 miljoen euro neerzet, is meer dan alleen biobrandstoffen. 

    Deze kleine Franse vestiging produceert al meer dan veertig jaar kwaliteitsvolle plastificeermiddelen op basis van alcoholen en zuren. En de zaken lopen goed dankzij de ontwikkeling van de ftalaatvrije CEREPLAS™ esters van INEOS. 

    Die worden tegenwoordig gebruikt voor de productie van PVC-krimpfolie en voedselverpakkingen, dashboards, vinyl vloerbekleding en buisjes en zakken voor de medische sector. 

    De voorbije vijf jaar zijn drie nieuwe producten op de markt gebracht: tereftalaten, trimellitaten en sebacaten. Zo is de verkoop met meer dan 20 % gestegen. 

    “Deze groei wordt gestuwd door een sterke marktvraag en door proactief in te spelen op trends bij onze klanten”, zegt Steve. 

    Ftalaten maken plastic zachter, flexibeler en moeilijker te breken, maar wegens mogelijke gezondheidsrisico’s komt er steeds meer kritiek op het gebruik ervan. 

    “INEOS heeft daarop ingespeeld door een alternatieve ftalaatvrije ester te ontwikkelen die precies hetzelfde doet”, zegt Steve. “Enkele van onze concurrenten maken nog altijd producten met en zonder ftalaat. Maar wij hebben de voor ons belangrijke beslissing genomen om de vestiging 100 % ftalaatvrij te maken. Ook al zijn onze afzetmogelijkheden nu beperkt, we kunnen onze klanten garanderen dat we nooit, zelfs niet per ongeluk, producten met ftalaten zullen leveren.” 

    De vestiging in Baleycourt produceert ook esters voor de smeermiddelenmarkt en ziet elk jaar meer dan 700.000 ton producten binnenkomen en buitengaan. 

    “Nu is het aan deze sector om te blijven groeien door slimme oplossingen op maat aan te bieden”, zegt Ashley. Dat kan door de voortdurend veranderde markt nauwlettend in de gaten te houden en innovatieve producten te ontwikkelen die inspelen op de behoeften van de klanten van INEOS. 

    “INEOS Enterprises wordt tegenwoordig beschouwd als een belangrijke leverancier van esters in Europa. Een hele prestatie als je bedenkt dat de afnemers van esters altijd onwillig zijn geweest om te veranderen wegens de ellenlange goedkeuringsprocessen die hun klanten hen opleggen”, zegt Ashley.

    20 minuten gelezen Nummer 6
  • safely-on-track-banner.jpg

    Veilig op de goede weg

    Veiligheid is een absolute prioriteit bij INEOS. En dat moet ook, want de onderneming is actief in een gevaarlijke omgeving. Ook in dit nieuwe jaar blijft INEOS aandacht hebben voor de veiligheid van personen en processen. Meer aandacht zelfs, zo legt Stephen Yee uit.

    Veiligheid is geen kwestie van geluk of ongeluk. Veiligheid, daar moet je aan werken. Alle werknemers, werkgevers en aannemers moeten bovendien beseffen wat er kan gebeuren als een onderneming als INEOS de bal misslaat. 

    “Ons streven naar veiligheid begint op het hoogste niveau als een kernwaarde van onze onderneming”, zegt Stephen Yee, Business Safety Health and Environment Manager bij INEOS ChlorVinyls in het Engelse Runcorn. “We weten allemaal dat de duurzame toekomst van onze bedrijven afhangt van onze prestaties op het vlak van veiligheid, gezondheid en milieu.” 

    Vorig jaar was een goed jaar voor INEOS, ondanks de beslissing om over te stappen op OSHA (Occupational Health and Safety Administration). Dat is een strenger Amerikaans systeem om ongevallen, letsels en ziektes op het werk te registreren, zodat bedrijven hun prestaties kunnen vergelijken met die van de allerbeste ondernemingen. 

    “We zien nu dat INEOS de vergelijking doorstaat met bedrijven als Shell en Dow Chemical”, zegt Stephen, die de veiligheidsrapporten van ondernemingen van de groep naast elkaar legt. “Maar uit de gegevens blijkt ook dat het letselpercentage beter kan. Op basis van onze eigen analyse doen we tegenwoordig ongeveer 50 % beter dan in 2008. En in 2013 werden er 70 minder letsels gemeld.” 

    Vorig jaar was een heel goed jaar voor INEOS O&P Europe North. Die divisie won voor de tweede keer de INEOS SHE-prijs voor haar veiligheidsresultaten en haar uitstekende beheer van de procesveiligheid. 

    Duidelijke communicatie: dat was volgens Hans Niederberger, chief operations officer, een van de redenen voor het succesjaar van het bedrijf. De SHE-lijnmanagers kregen een heel belangrijke taak, namelijk iedereen laten weten wat er van hen verwacht werd. 

    “Daarnaast heeft elke vestiging een eigen scorekaart voor SHE-verbeteringen voor een volledig jaar en die kaarten controleren we elke maand”, zegt hij. 

    INEOS O&P Europe North meldde vier letsels in 2013. 

    “Dat komt neer op een frequentie van 0,12 letsels per 200.000 werkuren”, zegt hij. “Een frequentie tussen 0,20 en 0,25 wordt beschouwd als een topresultaat.” 

    Stephen zegt dat INEOS te rade zal gaan bij de beste vestigingen om de sites met het slechtste veiligheidsrapport te helpen. 

    “We kunnen en zullen leren hoe de beste vestigingen veiligheid aanpakken om zo de prestaties van alle afdelingen op te krikken”, zegt hij. 

    Bij INEOS in Keulen werd een opvallende postercampagne gelanceerd om alle werknemers bewust te maken van de mogelijke gevolgen van hun gedrag op het werk: ‘Ongevallen werpen lange schaduwen’. 

    Juergen Schmitz, die als hoofd van de afdeling Occupational Safety and Health belangrijke boodschappen over veiligheid moet overbrengen aan de bijna tweeduizend werknemers en duizend aannemers in de vestiging, zegt dat de campagne aansloeg. Wel is het moeilijk om een duidelijk verband aan te tonen tussen de campagne en de betere veiligheidsprestaties in de vestiging.

    “Die verbetering kan namelijk te danken zijn aan diverse elementen rond veiligheid op het werk”, zegt hij. 

    Naast de campagne hebben alle stagiairs en managers – van de shift manager tot de Managing Director – in 2013 ook deelgenomen aan een verplichte opleiding over het veiligheidsprogramma. 

    Als hij terugkijkt op dit succesvolle jaar, ziet Stephen diverse ‘opmerkelijke mijlpalen’. Sinds 30 december 2010 is in de fabriek van INEOS ChlorVinyls in Zweden niemand gewond geraakt. 

    “Duizend dagen zonder ongeval, daar mag de fabriek zeker trots op zijn”, zegt hij. 

    Volgens Helen Axelsson, die verantwoordelijk is voor veiligheid, gezondheid, milieu en kwaliteitsborging, kan de vestiging zo’n indrukwekkend veiligheidsrapport voorleggen omdat het gedrag van werknemers al tien jaar een belangrijk aandachtspunt is. 

    “Hier heerst een open veiligheidscultuur. Als een werknemer vindt dat iemand op een onveilige manier werkt, dan mag hij dat gewoon zeggen. Sinds een jaar of drie, vier gebruiken we de uitdrukking ‘We hebben altijd tijd om veilig te werken’. En de werknemers en aannemers geloven dat ook echt.” 

    Sinds vorig jaar past elk INEOS-bedrijf – ondanks een strikt, zelf opgelegd tijdschema – ook twintig belangrijke veiligheidsprincipes toe. Die zijn uitgedacht door het Process Safety Management Team van INEOS en zijn gebaseerd op echt gebeurde incidenten of ‘bijna-ongevallen’.

    “We passen deze principes niet alleen toe, ook elk bedrijf afzonderlijk werd doorgelicht”, zegt Stephen. 

    “De Site- en Productiemanagers van andere vestigingen hebben die audits in goede banen geleid, zodat we goede werkmethodes kunnen uitwisselen.” 

    En toch mogen mensen zich niet blindstaren op statistieken. 

    “Onze aanpak is eenvoudig”, zegt hij.

    “We gaan stap voor stap te werk en focussen op wat we kunnen doen om te voorkomen dat de werknemers in onze vestigingen gewond raken. Dan komen de goede resultaten vanzelf.” 

    En toch kan het altijd beter. 

    “Wat me vooral frustreert, zijn de letsels die we hadden kunnen voorkomen als mensen gewoon even hadden nagedacht voor ze iets deden”, zegt hij. 

    INEOS als groep wil ook dat elk bedrijf zijn veiligheidsprestaties met 10 % opkrikt.

     “Uitdagende SHE-doelen, dat klopt. Maar haalbaar”, zegt Stephen.

    10 minuten gelezen Nummer 6
  • ineos-refines-banner.jpg

    INEOS stuurt doelstellingen bij

    Europa is een van de duurste regio’s ter wereld om chemicaliën te produceren. Daarom moeten energie-intensieve bedrijven zoals INEOS creatieve oplossingen bedenken om competitief te blijven. Veranderingen op til in de Franse vestiging in Lavéra.

    Marseille is de oudste en op één na grootste stad van Frankrijk. De stad kan uitpakken met kilometerslange zandstranden en prachtige gebouwen. 

    Je zou dus niet denken dat Marseille ook maar iets gemeen heeft met een naburige aardolieraffinaderij die elke dag duizenden tonnen benzine, vliegtuigbrandstof, diesel en stookolie produceert.

    En toch. Want de Lavéra petrochemiefabriek en de Petroineos aardolieraffinaderij van INEOS, op zowat 50 kilometer ten westen van Marseille, verbruiken evenveel energie als de stad zelf. 

    En dat is nu net het probleem. 

    “We moeten onze energie-efficiëntie voortdurend optimaliseren”, zegt Jean-Noël Large, die de energieprestaties van de 81 jaar oude raffinaderij moet verbeteren. “Dat is een absolute prioriteit voor INEOS en niet alleen in Frankrijk. De hoge energiekosten zijn een probleem in heel Europa. Die liggen tegenwoordig ongelofelijk hoog, vergeleken met de VS en Azië. In vergelijking met andere, even grote petrochemiebedrijven en raffinaderijen op andere continenten bevinden we ons in een lastig parket. En de mensen hier zien dat zelf ook.” 

    In zijn functie werkt Jean-Noël nauw samen met productie-, proces- en onderhoudstechnici in de vestiging, deskundigen van INEOS Technologies en externe partners. 

    “Het modelleringsteam van INEOS Technologies kan simulaties doen en zo zoeken naar manieren om de site efficiënter te maken”, zegt hij.

    De vestiging in Lavéra is met haar 650 hectare een van de grootste petrochemische sites in Europa. De vestiging was in handen van BP toen Jean-Noël hier in 1989 aan de slag ging. INEOS nam de site negen jaar geleden, in december 2005, samen met de BP-bedrijfstak Innovene over voor $ 9 miljard. 

    “Toen BP de site in handen had, waren de energieprijzen in Europa nog competitief”, zegt hij. “Maar sindsdien zijn ze blijven stijgen, terwijl onze concurrenten in de VS hun energiekosten drastisch zagen dalen dankzij de opkomst van schaliegas. Zo is er een enorme kloof ontstaan tussen deze markten. Energie is nu een absolute prioriteit voor ons, net als de betrouwbaarheid van de site.” 

    Tom Crotty, INEOS Group Director, zegt dat bij INEOS Olefins & Polymers in Frankrijk een ton ethyleen produceren twee keer meer kost dan in Amerika. En dat is te wijten aan de stijgende energieprijzen in Europa. “Als we ook in de komende jaren nog willen concurreren, is het cruciaal om onze energiefacturen te verlagen”, zegt Jean-Noël. 

    Hij werkt momenteel aan verschillende projecten. Kleinere zijn al operationeel, zoals een stoombalanstool om het stoomverbruik in de raffinaderij te analyseren. Andere projecten lopen nog. Tot nu toe hebben de investeringen en nauwkeurige opvolging het aantal stoomlekken met 20 % doen dalen. Bovendien heeft Jean-Noël nog plannen. 

    Dit jaar leidt hij ook een grootschalige aanpassing van een van de ovens in de raffinaderij. De oliedistillatie-eenheid wordt nu aangedreven door een mengsel van vloeibare brandstof en gas, maar vanaf mei is dat alleen nog gas.

    “Nu zorgt de verbranding van vloeibare brandstof voor afzettingen in de oven, zodat die niet op en top efficiënt kan werken”, zegt Jean-Noël. 

    Door de efficiëntie te verhogen, zal de eenheid minder brandstof verbruiken, kan de onderneming geld uitsparen en daalt de uitstoot van de fabriek. 

    Petroineos Manufacturing France investeert ook in een project ter waarde van € 70 miljoen om tegen halfweg 2015 twee nieuwe geavanceerde stoomketels te installeren. Dan zal de raffinaderij nog efficiënter werken en de uitstoot zal verder dalen.

    In 2002 stootte de vestiging elk jaar nog 13.000 ton zwaveldioxide uit. Tegen 2013 lag dit cijfer 70 % lager dankzij een reeks verbeteringen en investeringen. “Met de veranderingen die we nu doorvoeren, kunnen we deze uitstoot tegen 2016 nog eens met meer dan 90 % terugdringen”, zegt Jean-Noël. 

    Hij zegt dat alle projecten een enorme impact zullen hebben op de efficiëntie van de raffinaderij en de concurrentiekracht van de vestiging zullen versterken. “We denken tot € 25 miljoen per jaar te kunnen besparen”, zegt hij. 

    Jean-Noël kijkt vol verwachting uit naar de toekomst van Lavéra en de rol die hij daarin kan spelen. “Ik heb carte blanche om alle wegen te verkennen die interessant kunnen zijn, onze prestaties verbeteren en de kosten voor de onderneming drukken”, zegt hij.

    “Ik analyseer elke eenheid in de raffinaderij en elke mogelijkheid om minder energie te verbruiken. En hopelijk zullen de ervaring en de kennis van de site, vanonze medewerkers en van mezelf helpen om dit actieplan uit te voeren.”

    8 minuten gelezen Nummer 6
  • experts-explore-banner.jpg

    Deskundigen onderzoeken mogelijkheden

    Radicaal denken over INEOS ‘deel in 2009 zal beginnen om dividenden te betalen volgend jaar, wanneer de eerste overbrenging van low-cost ethaan uit de VS beginnen aankomen op Rafnes in Noorwegen om te helpen de operationele kosten bij INEOS verlagen’ gas crackers in Europa. Maar waarom daar stoppen? Dat is de vraag INEOS is zich nu vragen.

    INEOS haat afval en verspilling. Het laat dan ook geen kans voorbijgaan om zijn activiteiten efficiënter te laten verlopen. 

    Om de werkingskosten van zijn Europese fabrieken te drukken, sloot INEOS al baanbrekende overeenkomsten van vijftien jaar af met twee Amerikaanse bedrijven. Die transporteren binnenkort goedkoop uit schalie gewonnen ethaangas vanuit de VS naar Europa. En nu heeft INEOS ook zijn oog laten vallen op het VK. 

    Een nieuw team onder leiding van Gary Haywood weegt momenteel de voordelen en nadelen af van het plan om schaliegas te ontginnen en produceren in het VK. Dat is vooralsnog een van de weinige EU-landen die inzien hoe belangrijk hydraulisch fractureren of ‘fracking’ is. Via dat proces kun je gas en vloeistoffen uit schalielagen halen. 

    De Britse regering steunt de ontginning van schaliegas, volgens Gary een doorslaggevende factor in de beslissing van INEOS om te investeren in een projectteam dat afgelopen februari werd samengesteld. 

    “Zonder de steun van de regering is de schaliegasproductie opstarten zo goed als onmogelijk”, zei hij. 

    De Britse regering heeft al een Office of Unconventional Gas and Oil opgericht om toe te zien op een  veilige, verantwoorde en milieuvriendelijke ontginning van de schaliegas- en oliebronnen in het VK Bovendien heeft ze fiscale steunmaatregelen beloofd om investeringen te stimuleren. 

    “De regering heeft ingezien dat schaliegas de voorzieningszekerheid, de economische groei en de werkgelegenheid in het VK kan stimuleren en tegelijk de concurrentiekracht van de chemische en energie-intensieve productiesector in het VK kan versterken”, zei Gary. 

    Er zijn momenteel 176 Petroleum Exploration and Development Licences (PEDL’s) uitgereikt in het VK. Dat zijn licenties om olie en gas op het vaste land te winnen en te ontwikkelen.  

    Dit jaar worden er nog licenties uitgereikt. De schaliegasrevolutie in de VS heeft voor een ommekeer gezorgd in de Amerikaanse petrochemische sector. De gasprijzen in de VS liggen tegenwoordig een derde tot de helft lager dan in Europa (en driekwart lager dan in Azië). Ook de grondstoffen voor krakers halen daar voordeel uit. Dennis Seith, CEO van Olefins & Polymers (VS), zegt dat de dalende energiekosten een fenomenaal effect hebben gehad op de Amerikaanse industrie. 

    Chemiebedrijven in de VS zullen tegen 2020 meer dan $ 70 miljard investeren in nieuwe productiefaciliteiten, gestuwd door deze kostenvoordelen. De factoren die de gasprijzen in het VK beïnvloeden zijn complex en verschillen op sommige vlakken van die in de VS. Een doorgedreven schaliegasproductie zal wellicht niet hetzelfde effect hebben op de gasprijzen als in de VS. Maar de uitbouw van deze nationale hulpbron zal de concurrentiekracht van de Britse gasmarkt wel degelijk verbeteren en ook de voorzieningszekerheid, de betalingsbalans en de werkgelegenheid stimuleren. 

    In januari spoorde de Britse premier David Cameron de Europese Unie aan om, in het licht van de gebeurtenissen in Amerika, geen overhaaste reglementaire beperkingen op te leggen aan de schaliegaswinning. Volgens hem zou dit investeerders namelijk afschrikken. “Er zal nog volop olie en gas geproduceerd worden, maar Europa zal droogstaan”, zei hij op het World Economic Forum. 

    Hij spoorde de EU aan om de kans te grijpen. 

    “Ik weet dat sommigen zich zorgen maken”, zei hij. “We moeten de gepaste regels opleggen en regeringen moeten de bevolking geruststellen dat de schaliegaswinning geen groen licht krijgt als het milieu daardoor gevaar loopt. Maar als het volgens de regels van de kunst wordt aangepakt, kan schaliegas zelfs minder CO2 uitstoten dan ingevoerd gas.” 

    Gary’s team is al aan het werk. Het VK beschikt wellicht over uitgestrekte en onontgonnen schaliegasreserves, de vraag is alleen of dit gas op een voordelige manier gewonnen kan worden. Het INEOS-team moet onder meer een geologisch onderzoek uitvoeren in het VK om na te gaan welke gebieden in aanmerking komen voor economische productie. Uiteraard vraagt die productie van schaliegas ook om de juiste oppervlakte-eigenschappen, inclusief beschikbare grond, en de gepaste infrastructuur. 

    Het team werkt ook samen met andere chemiebedrijven, energie-intensieve gebruikers en schaliegasproducerende bedrijven om te beslissen hoe we aan een nog sceptisch publiek duidelijk kunnen maken dat schaliegas winnen veilig en milieuvriendelijk kan. 

    “Het milieu is een gevoelige kwestie”, zegt Gary. “Mensen maken zich zorgen, maar we moeten onze boodschap goed overbrengen en verontrustende berichten nuanceren. Want die zijn soms emotioneel en niet noodzakelijk gebaseerd op overtuigend wetenschappelijk bewijs of kennis van zaken.”

    INEOS heeft een strategie uitgewerkt om de mensen te overtuigen dat schaliegas winnen echt wel noodzakelijk is. Zo laat het bedrijf onder meer zijn stem horen in het parlement, in de media en via INCH. Bovendien wijst het zijn eigen medewerkers op de voordelen van schaliegas, in de hoop dat zij die informatie verder verspreiden.

     “We moeten erop blijven hameren dat de chemische en energie-intensieve sectoren in het VK competitief moeten blijven. Anders wacht hen een sombere toekomst”, zegt Gary. “Momenteel is Europa verwikkeld in een toenemende concurrentiestrijd met de VS en het Midden-Oosten. Regio’s waar de energie- en grondstoffenprijzen heel laag liggen. We moeten uitleggen dat we kunnen helpen door onze schaliegasbron te benutten.” 

    INEOS kan schaliegas gebruiken als grondstof of energiebron voor zijn ethyleenkrakers, maar bezit ook grond, pijpleidingen en opslagruimtes in enkele belangrijke gebieden die ontgonnen worden in het VK. 

    “Samen met onze uitmuntende productietechnieken, onze aandacht voor veiligheid en onze goede relaties met de gemeenschappen waarin we actief zijn, betekent dit dat INEOS een unieke bijdrage kan leveren aan deze opkomende sector”, zegt Gary. “Het is dus goed mogelijk dat INEOS uiteindelijk beslist om zelf naar schaliegas te boren.” 

    INEOS heeft er ook heel wat externe ervaring bijgehaald om het team te helpen deze interessante kans te doorgronden. Zo heeft Tom Pickering tien jaar ervaring in gaswinning en -productie op het Europese vaste land. Hij heeft in het VK meer onshorelicenties aangevraagd én gekregen dan iedere andere aanvrager. Gareth Beamish heeft dertig jaar ervaring als geoloog bij grote bedrijven als ExxonMobil en BG Group, plus vijf jaar ervaring in schaliegaswinning over de hele wereld. 

    “We bekijken wat voor ons zinvol is”, zegt Gary. “We zijn zeker voorstander van schaliegasproductie. Supporteren we vanaf de zijlijn of spelen we zelf mee in de ontginning en productie ervan? Of misschien iets daartussen? Dat zal afhangen van onze analyse van de voordelen en risico’s van alle opties en dan uiteindelijk van hoe INEOS Capital die voordelen en risico’s inschat en hoe ze de middelen van de onderneming willen benutten.” 

    Als het VK zijn enorme reserves aan schaliegas weet te benutten, kan dit volgens Gary een domino-effect hebben in heel Europa. 

    “Zeker zijn we niet, maar we denken wel dat een positieve evolutie in een Europees land de toon zal aangeven voor de rest van Europa”, zegt hij. “Mensen willen veilige, competitieve en milieuvriendelijke energieopties. En we weten zeker dat ze de schaliegasproductie zouden steunen als we alle feiten op een rijtje zetten.”

    10 minuten gelezen Nummer 6
  • grangemouth-banner.jpg

    Het geschil in Grangemouth

    Het Grangemouth-complex, waartoe ook de raffinaderijjoint-venture Petroineos behoort, is één van de drie grootste productievestigingen van INEOS. Het complex werd meer dan vijftig jaar geleden gebouwd om olie en gas uit de Noordzee te verwerken. 

    Video

    Het geschil in Grangemouth

    00:00

    De fabriek presteert sinds de crisis van 2008 niet goed meer en is sindsdien elk jaar afhankelijk van financiering door andere bedrijven binnen de INEOS Groep om te kunnen overleven. In deze periode is door de Groep in totaal 715 miljoen euro gefinancierd.

    Er zijn op dit complex twee businesses gevestigd die elk hun eigen problemen hebben. ‘Refining’ heeft sinds de crisis te lijden gehad onder de geringe winstmarges en het slechte ondernemingsklimaat in Europa. Ook heeft deze business te maken met betrouwbaarheidsproblemen en hoge kosten.

    Het hart van het tweede bedrijf op het complex, Chemicals, wordt gevormd door de KG-kraakinstallatie waarmee noordzeegas wordt omgezet in olefinen. De gasvoorraad onder de Noordzee is de laatste jaren snel geslonken, waardoor de installatie nu op slechts 50% van de capaciteit kan draaien. Bovendien is het kostenniveau veel te hoog.

    Grangemouth (Chemicals and Refining) is er niet in geslaagd om de hoge vaste kosten die een verlammend effect hadden op de business aan te pakken. De lokale vakbond, Unite, waarin de werknemers van de vestiging georganiseerd zijn, was namelijk niet bereid om rond de tafel te gaan zitten en de ernst van de situatie te bespreken.

    Een voorbeeld bij uitstek van de slechte concurrentiepositie is de pensioenvoorziening. Bij onze vestiging in Grangemouth bedraagt de premie voor een gemiddeld pensioen 65% van het salaris. Dat is gewoon niet op te brengen. Salarissen zijn twee keer zo hoog als het landelijk gemiddelde in het Verenigd Koninkrijk. Elke poging om deze onhoudbare situatie met de vakbond te bespreken, werd door de vakbond beantwoord met een regelrechte weigering en dreiging tot stakingsactie. Unite heeft in 2013 drie keer met een staking gedreigd: in februari, juli en september. De staking van 2008 heeft de business 143.000 euro gekost, waardoor dringende noodzakelijke investeringen in de infrastructuur van Grangemouth niet mogelijk waren.

    Na een zomer vol ongenoegen over de toenemende verliezen en over Stevie Deans, de vakbondsafgevaardigde die informatie en infrastructuur van INEOS had misbruikt, werd beslist dat Grangemouth de veranderingen moest accepteren of dat anders tot sluiting werd overgegaan.

    Het enige scenario dat ‘Chemicals’ nog uitzicht kon bieden op een zonnige toekomst was de slinkende hoeveelheid noordzeegas aan te vullen met Amerikaans schaliegas, dat in grote hoeveelheden verkrijgbaar is en bovendien heel goedkoop is. Het transporteren van grote hoeveelheden gas vereist echter investeringen en infrastructuur. Daarvoor zijn speciale schepen nodig en grote import- en exportterminals waar vloeibaar gemaakte gassen met een temperatuur van -100ºC kunnen worden overgeslagen. De totale investering die nodig zou zijn om Grangemouth in staat te stellen Amerikaans schaliegas aan te voeren en te verwerken, ligt om en bij de 360 miljoen euro, waarvan 180 miljoen euro bestemd is voor de bouw van een importfaciliteit op Grangemouth zelf.

    INEOS Capital is voor de zomer met het management overeengekomen dat het bereid was dit ‘omvormingsproject’ voor Grangemouth te financieren, op voorwaarde dat de business zijn kostenniveau zou aanpakken, inclusief de onbetaalbare pensioenen en een totaal loonpakket voor operators van 120.000 euro per jaar (£100.000 of $160.000).

    Het management heeft een ‘Reddingsplan’ voor Grangemouth opgesteld, dat onder meer voorzag in het afschaffen van de huidige pensioenregeling en deze te vervangen door een benchmarkpensioenregeling, een loonstop voor drie jaar en aanpassingen in de ontslagvoorwaarden en in de voorwaarden voor flexibel werken. In ruil daarvoor was INEOS bereid om 360 miljoen euro te investeren voor het importeren van Amerikaans schaliegas.

    Unite bleef weigeren om deel te nemen aan de discussie over het ‘Reddingsplan’, waardoor het onvermijdelijk was dat het bedrijf nog meer verlies leed en dat andere businesses binnen de INEOS Groep Grangemouth overeind moesten blijven houden.

    We hebben medewerkers gevraagd om te stemmen over het ‘Reddingsplan’, maar dat heeft helaas geen duidelijke meerderheid opgeleverd.

    Na dit teleurstellende resultaat en veel interne discussie was er geen andere keuze dan de sluiting van de Chemical-bedrijfstak aan te kondigen, om verdere verliezen te voorkomen.

    Op het allerlaatste moment liet de vakbond weten van standpunt te zijn veranderd en toch akkoord te gaan met de noodzakelijke veranderingen om de financiering van 360 miljoen euro veilig te stellen.

    Terugkijkend was dit zonder twijfel een zeer positieve uitkomst voor de vestiging. Het betekent dat Grangemouth weer een toekomst heeft, en zelfs een veelbelovende en langdurige toekomst.

    Het is wel betreurenswaardig dat het proces op deze manier is verlopen. Dat heeft veel leed veroorzaakt bij de werknemers en hun gezinnen, en er is een enorm bedrag mee verloren gegaan, meer dan 40 miljoen euro.

    Dat was niet nodig geweest, het was pure verspilling. Het is van belang dat Grangemouth een manier vindt om een constructieve dialoog op te bouwen tussen werknemers en directie, zoals op vrijwel al onze vestigingen het geval is, of de werknemers nu wel of niet in een vakbond zijn georganiseerd. In de afgelopen jaren hebben we twee stakingen gehad, die ons samen 200 miljoen euro hebben gekost. Het waren jaren met een felle, conflictueuze dialoog met de vakbonden, met veelvuldige stakingsdreigementen en grote verliezen. De wereld is altijd in verandering.

    Bedrijven floreren en gaan weer ten onder. Er zijn momenten dat verandering noodzakelijk is en dan moet er een effectief overlegorgaan zijn om dat te bespreken.

    Ik zou de werknemers van Grangemouth willen vragen na te denken over hoe ze in de toekomst op een effectieve en constructieve manier vertegenwoordigd willen worden, en zich daarbij te realiseren dat zowel de werkgever als de werknemer baat heeft bij een succesvolle toekomst voor Grangemouth.

    JIM RATCLIFFE

    7 minuten gelezen Nummer 5
  • st-grangemouth-banner.jpg

    Grangemouth

    Het geschil over de olieraffinaderij in Grangemouth heeft dit najaar een nieuwe wending gekregen.

    Nadat bekend werd dat de petrochemische fabriek in Falkirk in Schotland openblijft na het bereiken van een akkoord met Unite, verschenen er beschuldigingen van een vakbondscampagne vol pesterijen en intimidatie die herinneringen opriep aan de militante vakbonden van de jaren zeventig en tachtig.

    Een senior manager bij INEOS, het concern waar Grangemouth deel van uitmaakt, beweerde dat de vakbond Unite een aantal demonstranten naar zijn huis had gestuurd waardoor hij vreesde voor de veiligheid van zijn vrouw en twee jonge kinderen.

    Tegelijkertijd zei een dochter van een andere bestuurder dat ze in haar huis in Hampshire, honderden kilometers van de fabriek van Grangemouth gelegen, een ‘wanted-’poster had ontvangen waarop kritiek werd geuit op haar vader.

    David Cameron beschreef de beschuldigingen als ‘schokkend’ en deed een oproep aan de Labour Party, de grootste fondsenverstrekker van Unite, om de beweringen over de vakbond te onderzoeken.

    Len McCluskey, algemeen secretaris van Unite, verdedigde de tactiek als ‘legaal en legitiem’, en voegde eraan toe: “Als de directeur van een bedrijf zich bezighoudt met iets waarvan wij menen dat het een oneerlijke aanval is op werknemers en hun gezinnen en de gemeenschappen waartoe zij behoren, dan is het volgens ons verkeerd om te denken dat anonieme directeurs in hun groene buitenwijken kunnen verdwijnen en op die manier wegkomen met dat soort acties.”

    In het volgende artikel vertelt Jim Ratcliffe, hoofd van INEOS, hoe hij het heeft opgenomen tegen de vakbond en wat de Britse industrie kan leren van het florerende Duitsland.

    Jim Ratcliffe, hoofd van INEOS, geeft commentaar op het geschil in grangemouth en de militante vakbond

    Eind 2005 verwierf INEOS voor 9 miljard dollar het bedrijf Innovene, de petrochemische tak van BP. Daarmee werd de omvang van INEOS in één klap verviervoudigd en kreeg INEOS enkele van de grootste industriële productievestigingen ter wereld in handen. Eén daarvan bevond zich in Keulen in Duitsland.

    Drie maanden later bezocht ik de vestiging in Keulen, van vergelijkbare omvang als het Grangemouth-complex maar veel winstgevender, en daar ontmoette ik de vakbondsafgevaardigde. Zijn naam was Siggi, hij was 1,93 lang en stond erom bekend zijn werknemers op een stevige maar redelijke manier te vertegenwoordigen.

    Nadat we een kwartier over ditjes en datjes hadden gesproken, zei hij: “Jim, ik hou niet zo van je bonusregeling.” Enigszins uit het lood geslagen antwoordde ik: “Maar waarom niet, Siggi? Het is een bijzonder royale regeling.” Hij antwoordde: “Ik zou liever zien dat je dat geld besteedt aan de fabriek, aan investeringen, aan onderhoud en schilderwerk, zodat we in de toekomst verzekerd zijn van banen voor de kinderen van de werknemers én voor die hún kinderen.”

    Er is in die vestiging nooit een staking geweest of iets wat daar zelfs maar op leek. De vakbond, namens de werknemers en INEOS, hebben een gemeenschappelijk doel: een langdurige, succesvolle toekomst. Medewerkers behouden goede banen en INEOS behaalt winstgevende rendementen en herinvesteert in het bedrijf.

    Tot mijn spijt moet ik zeggen dat een chemisch complex in Duitsland er steevast beter voor staat en efficiënter opereert dan een vergelijkbaar bedrijf in het Verenigd Koninkrijk. En het is al even spijtig te moeten constateren dat de Duitse chemische industrie het beter doet dan zijn Britse tegenhanger, die geconfronteerd wordt met een aantal sluitingen in het noordoosten en het noordwesten van het Verenigd Koninkrijk.

    De constructieve dialoog die we in Keulen zien, ontbrak in de petrochemische fabriek Grangemouth bij Falkirk. Omdat het moeilijk is om met duizend mensen te praten, kunnen vakbonden een waardevolle rol spelen in grote organisaties. Ze kunnen met het management onderhandelen over jaarlijkse salarisaanpassingen, als vertegenwoordiger optreden bij klachten en problemen, en uitleg geven en adviseren over complexe veranderingen in de werkgelegenheid of het pensioenrecht. Naar mijn mening moeten de bonden echter wel begrijpen dat een bedrijf winstgevend moet zijn om te overleven. De wereld verandert voortdurend en bedrijven moeten daar op inspelen om concurrentieel te blijven. Bovendien is het de taak van de vakbonden om de werkgelegenheid voor hun leden op de lange termijn te waarborgen.

    Dit jaar heeft Unite op de Grangemouth-vestiging drie keer met een staking gedreigd: in februari, juli en oktober. In februari eiste de vakbond een loonsverhoging van 3,9%, een stijging die het bedrijf zich gewoon niet kon veroorloven. We hadden geen andere keuze dan toe te geven, omdat de fabriek niet was voorbereid op een staking en omdat een staking teveel schade op zou leveren. Eind juli heeft Len McCluskey, algemeen secretaris van Unite, persoonlijk met het bedrijf gebeld over de kwestie rond Stevie Deans, die was geschorst na de ontdekking van duizenden e-mails van de Labour Party op ons systeem. Len McCluskey eiste dat de schorsing ongedaan gemaakt zou worden of anders zou hij ‘Grangemouth stilleggen’. Ook op dat moment zou een staking te schadelijk zijn geweest. Vervolgens kwam in oktober de druppel die de emmer deed overlopen. Naar aanleiding van het onderzoek naar Stevie Deans riep Unite een staking uit, maar veel ernstiger was het dat ze weigerden deel te nemen aan gesprekken over de toekomst van de fabriek.

    Als er niets was veranderd, zou Grangemouth zeker failliet zijn gegaan. De vakbond hield de fabriek al die tijd in een wurggreep, waardoor het bedrijf niet in staat was efficiënter en concurrentiëler te worden en zich aan te passen aan een wereld die intussen niet had stilgestaan.

    Elke operator van de vestiging in Falkirk kost nu bijna 120.000 euro per jaar, uitgaande van een salaris van 56.000 euro, een pensioenbijdrage van 42.000 euro en daarbovenop nog bonussen en bijdragen voor sociale zekerheid. Dergelijke hoge loonkosten zijn in onze industrie gewoonweg onhoudbaar.

    De vakbonden in Groot-Brittannië maken een fout door te denken dat wij de vijand zijn. Dat zijn we niet. Het is niet nodig en niet juist om afwijkende meningen te verspreiden en werknemers op een onjuiste manier te vertegenwoordigen of voortdurend met vakbondsacties te dreigen. Het is misplaatst brieven te beginnen met ‘broeders en zusters’ (de aanhef boven epistels van de vakbond aan hun leden bij onze vestiging) en iedereen die twijfelt of het waagt de vakbond tegen te werken, als stakingsbreker te kwalificeren. Dat heeft veel weg van pesten. Dat is niet alleen onterecht maar ook intimiderend en bedoeld om andere meningen de kop in te drukken – een houding die volkomen ingaat tegen de waarden van de huidige samenleving waarin de vrijheid van meningsuiting hoog in het vaandel staat.

    In de periode dat het conflict speelde, was er een medewerkster van de financiële administratie die zich zorgen maakte door het aanhoudend gepreek van de vakbond en haar ongerustheid over haar baan uitsprak. In een e-mail aan alle werknemers van het bedrijf bevestigde zij dat het bedrijf in financiële moeilijkheden verkeerde (zij was degene die elke maand de cijfers opstelde). Daarna ontving zij onbeschofte telefoontjes van anonieme bellers die de telefoon gewoon insmeten.

    Dit kleine incident heeft binnen INEOS veel aandacht gekregen. Het verontrustte ons dat een werkneemster binnen ons bedrijf, een moeder van drie kinderen, niet vrij haar mening en bezorgdheid kon uiten. Mede daarom waren wij uiteindelijk vastbesloten alleen een oplossing te accepteren die tegelijkertijd zou leiden tot veranderingen op vele fronten, in het bijzonder op het gebied van houding en werkmethoden.

    De vakbondskwesties op de vestiging in Grangemouth gaan terug tot de jaren zeventig. Drie weken geleden maakte ik met een groep van zes vrienden en een gids een mountainbiketour over rotsachtige paden hoog in de Italiaanse Alpen. Eén van de deelnemers, Tony Loftus, die operations director was geweest voor INEOS’ voorganger, Inspec, vertelde in een gesprek over de problemen bij Grangemouth dat hij in het begin van de jaren zeventig, meteen na zijn scheikundestudie aan de universiteit van Manchester, als stagiair gewerkt had op de Grangemouth-vestiging. Hij flapte eruit: “Toen ik op Grangemouth werkte, waren er geen problemen en waren er geen stakingen, het management deed gewoon wat hen gezegd werd.” Er is sindsdien weinig veranderd, met als gevolg dat de fabriek, in tegenstelling tot de Duitse vestiging, nu met grote problemen te kampen heeft.

    Ik ben opgegroeid in een arbeidersgemeenschap, maar tijdens mijn jeugd speelden de vakbonden bij ons thuis geen rol. De eerste tien jaar woonde ik in Failsworth, een voorstad in het noorden van Manchester, dicht bij Oldham. Ik herinner me dat ik vanuit mijn slaapkamerraam meer dan honderd fabrieksschoorstenen kon zien – zo heb ik waarschijnlijk leren tellen. We woonden in een kleine doodlopende straat die Boston Close heette, in wat ik me herinner als een zeer aangename sociale huurwoning. Het huis staat er nog steeds. Ik weet nog goed dat mijn vader me vertelde dat hij toen hij jong was, in elke boom van Miles Platting was geklommen, de naburige voorstad waar hij was opgegroeid. Pas vele jaren later, toen ik een tiener was, drong het tot me door dat er helemaal geen bomen waren in Miles Platting – dat was heel wat anders dan de groene buitenwijken in Zuidoost-Engeland.

    De gemeenschappen in Lancashire zijn ontstaan aan het eind van de achttiende eeuw. Landbouwers verlieten de akkers en zochten nieuwe werkgelegenheid en kansen in de Industriële Revolutie, die begon in het hart van Lancashire. Groot-Brittannië vond het concept ‘productie’ uit. In mijn stamboom kan ik duidelijk zien dat veel van mijn voorouders van de akkers van Derbyshire naar Manchester verhuisden. Allemaal schreven ze hun naam met een kruisje.

    In ieder geval staat vast dat ik affiniteit heb met productie, zoals zovelen die afkomstig zijn uit dit deel van het land. Ik ben er een grote voorstander van om in een belangrijke economie als die van Groot-Brittannië daadwerkelijk dingen te maken. Dat wil niet zeggen dat ik iets tegen de dienstensector heb. Dat is niet zo. Maar ik geloof wel dat een solide, evenwichtige economie een gezonde industriële sector nodig heeft. We besteden een groot deel van ons inkomen aan goederen van allerlei soort, van wasmachines tot handtassen (Joost mag weten waarom dat er zoveel moeten zijn), en iedereen met gezond verstand weet dat we beter af zijn als we een aantal van die producten zelf maken in plaats van ze allemaal importeren.

    Gedurende de afgelopen twintig jaar is de industriële basis van Groot-Brittannië in elkaar gestort. Economieën zijn doorgaans opgebouwd uit drie sectoren: de agrarische, de industriële en de dienstensector. De landbouwsector heeft meestal een tamelijk klein aandeel, minder dan 10%; de dienstensector is in het algemeen het grootst, en de industriële sector ligt rond de 20%, zoals het geval is in Duitsland.

    Twintig jaar geleden liep Groot-Brittannië slechts een klein beetje achter op Duitsland, hooguit 2 of 3%. Tegenwoordig is de industriële sector van Groot-Brittannië slechts half zo groot als die van Duitsland.

    De voor de hand liggende vragen zijn waarom deze ineenstorting heeft plaatsgevonden en of dat belangrijk is. Ik ben van mening dat dat heel belangrijk is. Een te grote afhankelijkheid van de dienstensector leidt tot een kwetsbare economie. Duitsland kwam de recessie van 2008-2009 veel sneller en krachtiger te boven dan Groot- Brittannië. Minstens even belangrijk is de geografische kloof in Groot-Brittannië. De Midlands en het noordelijk deel van de Britse eilanden zijn veel sterker gericht op productie, en die gebieden hebben sterk geleden onder de hoge werkloosheid. Londen is duidelijk gericht op diensten, en met veel succes. Toch is dat ook daar niet het enige dat telt.

    Het valt mij op dat de regering – die zich in Londen midden in een ‘dienstenomgeving’ bevindt,– de neiging heeft ervan uit te gaan dat de toekomst uitsluitend in Londen ligt en in de liefdesverhouding van die stad met de financiële wereld. We zouden een les moeten leren van Duitsland, waar veel belang gehecht wordt aan een bloeiende industriële sector als basis voor een evenwichtige economie.

    De snelle daling van de productie in Groot-Brittannië is naar mijn mening het gevolg van het feit dat vorige regeringen de betekenis van de industriële sector niet hebben ingezien.

    Waar het in Groot-Brittannië aan ontbreekt is overtuigingskracht en een duidelijk verhaal om industrieën aan te trekken. INEOS heeft verschillende vestigingen in Groot-Brittannië, maar deze zijn niet zo rendabel als onze productievestigingen in Duitsland, België en vooral de VS. Groot-Brittannië heeft dure energie, de kennis en ervaring van het personeel liggen niet op het niveau van andere landen, de pensioenen zijn duur en de vakbonden kunnen lastig zijn. De geschiedenis laat zien dat de overheid in Groot-Brittannië niet geïnteresseerd was in productie. In de Verenigde Staten daarentegen beschikt men over zeer deskundige werknemers, op de meeste van onze bedrijven zijn geen vakbonden actief, de energiekosten zijn een fractie van die in Groot-Brittannië en er is een enorme markt. Duitsland is gewoonweg goed in productie – net als wij vroeger.

    Er is geen reden waarom de industrie in Groot-Brittannië niet weer zou moeten opleven. De huidige regering ziet gelukkig steeds meer de noodzaak in van een bloeiende productieve sector voor het behoud van een gezonde economie. We mogen nooit vergeten dat het de Britten waren die de industrie hebben uitgevonden.

    Om terug te keren naar mijn hoofdthema, de vakbonden en de koppen in de kranten ‘Vakbonden, goed of slecht?’: ik blijf erbij dat het vakbondsgedrag in de stijl van de jaren zeventig naar de ondergang leidt. Siggi daarentegen, de Duitse vakbondsafgevaardigde die ik eerder noemde, staat met beide benen in de 21e eeuw.

    Hij daagt uit, hij onderzoekt, hij schudt de boel wakker en onderhandelt, maar hij overtuigt INEOS altijd van de noodzaak te investeren. Een goede vakbond is goed voor werknemers én werkgevers.

    14 minuten gelezen Nummer 5
  • challenging-times-banner.jpg

    Uitdagende tijden

    Chemie maakt een wereld van verschil in ons dagelijkse leven. Maar kan de Europese chemische industrie, die rechtstreeks €500 miljard aan de Europese economie bijdraagt, de politieke leiders overtuigen om naar hun zorgen te luisteren zodat de sector kan concurreren op wereldniveau? De tijd zal het leren. Maar de tijd dringt, legt Tom Crotty van INEOS uit.

    Video

    Uitdagende tijden

    00:00

    De positie van Europa in de wereld staat onder druk. De petrochemische industrie, die rechtstreeks €500 miljard bijdraagt aan de Europese economie, staat momenteel voor grote uitdagingen. Uitdagingen zowel van buitenaf als van binnenin.

    Maar als de Europese Unie op tijd tot rede komt, is geen van beide uitdagingen levensbedreigend, zegt Tom Crotty, Group director bij INEOS.

    “Europa staat voor een duidelijke keuze,” zegt hij. “Tussen een neerwaartse en een opwaartse spiraal.”

    Welke keuze het wordt, hangt af van twee factoren: het Europese milieubeleid, dat de kaart trekt van decarbonisering, en de vraag of Europa zijn eigen grondstoffen gaat exploiteren om de energiekosten te verlagen.

    “Dat zijn de twee grootste issues voor de Europese Unie,” legt Tom uit.

    Europa is momenteel één van duurste plekken ter wereld voor de petrochemische productie. Het Midden-Oosten is met een kleine voorsprong nog steeds de goedkoopste locatie, maar dankzij de schaliegasrevolutie is Amerika bezig met een inhaalrace.

    “De EU heeft een wezenlijk probleem omdat twee grote nabijgelegen handelsblokken over veel goedkopere energie beschikken,” aldus Tom.

    En dat laat zich voelen.

    In Frankrijk is het voor INEOS Olefins & Polymers twee keer zo duur om een ton ethyleen te produceren dan in Amerika.

    “De Amerikaanse handel is voor ons het meest winstgevend en de Europese over het geheel genomen waarschijnlijk het minst,” zegt hij.

    Cefic, de in Brussel gevestigde Europese koepelorganisatie van de chemische industrie, verwacht dat de situatie dit jaar nog zal verslechteren, waarna het volgend jaar iets beter zal worden.

    “Cefic voorspelt voor volgend jaar een lichte groei van 1,5%,” vertelt Tom, zelf bestuurslid van Cefic. “Het is een bescheiden groei, maar hoedanook groei.”

    Die groei zal vooral te danken zijn aan de productie van hoogwaardige, innovatieve, milieuvriendelijke kwaliteitsproducten voor markten die het beste willen en niet noodzakelijk het goedkoopste.

    “Als je een specifieke kunststof zoekt voor een belangrijk onderdeel van een nieuwe BMW, ga je niet rondvragen wie het goedkoopst is, maar vraag je: ‘Wie is de beste?’”

    Dat is – tot nu toe – de redding van de Europese chemische industrie.

    “Dat is cruciaal voor de toekomst van Europa,” aldus Tom. “Zonder die bescherming zou Europa overspoeld worden door goedkope chemische producten. We moeten doorgaan met het maken van technisch hoogwaardige producten die de concurrentie moeilijk kan namaken.”

    Een van die producten wordt gemaakt door INEOS. INEOS is gespecialiseerd in polymeren die in Frankrijk worden gebruikt voor melkflessen. Het kunststof moet voorkomen dat er chemicaliën doorsijpelen in de melk.

    “Dat is niet iets wat een grote fabriek in het Midden-Oosten kan namaken of zou willen namaken, omdat veel van deze fabrieken te groot zijn.”

    Maar er is geen plaats voor zelfvoldoening.

    Cefic dringt er momenteel bij de Europese Commissie op aan dat het geen extra milieuregels moet opleggen die elders in de wereld niet gelden.

    Het waarschuwt dat als de EU blijft vasthouden aan haar milieudoelen voor 2050 en daardoor de energie- en CO2-kosten blijft opdrijven, ze daarmee de concurrentiekracht ondermijnt. Daardoor zullen bedrijven uitwijken naar regio’s waar de uitstoot van CO2 gratis is en zal er minder worden geïnvesteerd in de EU.

    “De EU moet de balans opmaken van haar milieubeleid, want de steeds verdergaande regelgeving drijft de prijzen op en heeft enorme gevolgen,” aldus Tom.

    Cefic staat achter de doelstelling van de Europese Commissie om de aarde te ‘decarboniseren’. Het is het echter niet eens met de manier waarop dat moet gebeuren.

    “Het opleggen van milieuregels die elders in de wereld niet gelden zal een einde maken aan de Europese chemische productie omdat het dan onbetaalbaar wordt,” legt hij uit.

    “Daarmee helpen we de koolstof de wereld niet uit omdat diezelfde producten nog steeds gebruikt zullen worden door de 350 miljoen consumenten in Europa. Ze worden dan gewoon geïmporteerd vanuit landen zoals China,waar CO2 wordt uitgestoten tijdens de productie maar ook tijdens het transport.

    “Het resultaat is dat er meer CO2 wordt uitgestoten en dat er banen en welvaart verloren gaan in de EU.

    “Het is zowel uit milieuoogpunt als uit commercieel belang veel zinvoller om de Europese bedrijven te stimuleren om te doen wat ze moeten doen en hun technische expertise te gebruiken om groenere producten te ontwikkelen,” voegt hij daaraan toe.

    Tom geeft aan dat een ton PVC die nu in China wordt gemaakt met energie uit kolencentrales, een zeven keer hogere CO2-emissie heeft dan een ton PVC die in de EU wordt gemaakt. En dan is de CO2-emissie van het transport nog buiten beschouwing gelaten.

    “Dit is misschien een extreem voorbeeld,” zegt hij, “maar het is wel een voorbeeld uit de realiteit.”

    De vraag is dus: luistert de EU hiernaar?

    Het Directoraat-Generaal Energie en het Directoraat- Generaal Ondernemingen en Industrie van de Europese Commissie hebben er wel oor naar, aldus Tom. Maar hij is minder zeker van het Directoraat- Generaal Milieu, dat de regelgeving opstelt.

    “Hun visie is dat de EU een voorbeeld moet zijn voor de rest van de wereld,” verduidelijkt Tom. “Maar de werkelijkheid is dat de rest van de wereld dat voorbeeld niet volgt. Europa loopt voorop en de Amerikanen zeggen: ‘Ja, doe maar! Wij gaan onze industrie en onze economie niet kapot maken’.”

    Tom is van mening dat een stelsel voor CO2-belasting alleen werkt als het wereldwijd geldt.

    “Het is juist dat de beste manier om bedrijven te stimuleren iets te veranderen is om wat ze nu doen onbetaalbaar te maken. Dat is precies wat CO2-belasting doet,” zegt Tom.

    “Maar dan moet wel iedereen meedoen.

    “Als een belasting op CO2 alleen in Europa wordt doorgevoerd, zal echt niemand een productiebedrijf in Europa willen hebben. Ze gaan produceren in China, het Midden-Oosten of de VS.”

    Cefic denkt dat er al een groei van 9% nodig is om de Europese productie terug te brengen op het niveau van voor de crisis van 2008-2009, waarin ook één van de grootste concurrenten van INEOS failliet ging.

    “Wij kwamen goed uit de crisis omdat wij veel minder afhankelijk waren van de auto- en bouwindustrie dan onze concurrenten,” vertelt Tom. “Voor ons was het een pijnlijke periode, maar het was niet onze doodsteek.”

    Afgezien van de dreigende CO2-belasting is de chemische industrie ook zeer teleurgesteld over de weigering van de EU om het winnen van schaliegas toe te laten en op die manier bij te dragen aan de verlaging van de energiekosten voor de industrie en voor consumenten in het algemeen.

    “Je kunt zelf je kosten zoveel mogelijk beperken, maar dat gaat maar tot een bepaald punt. Dat is het punt waar je te maken krijgt met het energiebeleid,” zegt Tom.

    “Ik weet dat ik in herhaling val, maar dit is voor ons echt een enorm probleem.”

    De fabriek van INEOS ChlorVinyls in Runcorn in Noord-Engeland gebruikt op dit moment evenveel stroom als de nabijgelegen stad Liverpool.

    Cefic denkt dat de Europese chemiesector, die werk biedt aan 1,2 miljoen mensen, de komende jaren met forse concurrentie te maken zal krijgen. De sector moet wedijveren met de Amerikaanse producenten, die profiteren van goedkope energie en grondstoffen dankzij de schaliegaswinning in Amerika.

    Tot nu toe is de hoop in Europa gevestigd op het Verenigd Koninkrijk.

    “Het heeft momenteel geen zin om elders in Europa te kijken, want de weerstand is er te groot,” aldus Tom.

    Ondanks de protesten in het VK – zoals in juli in Balcombe, West-Sussex – steunt de Britse regering het zoeken naar schaliegas en heeft ze beloofd om belangrijke complexe technische vraagstukken onder te brengen bij het ministerie voor Milieu, Voeding en Landbouw (Defra) en bij de Environment Agency (EA), in plaats van deze over te laten aan lokale bestuurders.

    Cuadrilla is één van de twaalf Britse bedrijven die een vergunning heeft voor het boren naar schaliegas.

    INEOS – met een gaskraker in Grangemouth in Schotland, waar er voor lange termijn een bron van ethaan gevonden moet worden – is in gesprek met alle twaalf.

    “We zullen er zeker mee te maken krijgen, want wij zijn een afnemer,” zegt Tom. “Maar de vraag is: willen we er nog meer bij betrokken raken?” We weten dat het ethaangas onder de Noordzee vrijwel op is. Als we geen andere bron vinden, wordt het heel moeilijk om de gaskraker in Grangemouth na 2017 in bedrijf te houden.”

    In oktober heeft INEOS aangekondigd dat het plant om £300 miljoen te investeren in een terminal in Grangemouth, zodat er goedkoper vloeibaar gas kan importeren uit Amerika, dit na de toezegging van het personeel om het Survival Plan voor de fabriek te steunen.

    De Schotse regering heeft ook bekend gemaakt dat ze een subsidie van £9 miljoen zal verstrekken als bijdrage aan de financiering van de terminal.

    Daarnaast heeft de Britse regering voorlopige goedkeuring gegeven voor een leengarantiefonds van £125 miljoen, ook als Schotland volgend jaar in het onafhankelijkheidsreferendum zou besluiten om de 306 jaar oude banden met Engeland te verbreken.

    “Wij hebben al hun steun nodig,” aldus Tom.

    Europa begint barstjes te vertonen

    De capaciteit die de VS nu heeft om goedkoop chemicaliën te produceren heeft al een enorme kettingreactie op gang gebracht.

    Het grootste slachtoffer is de Europese chemische industrie, die dezelfde producten maakt maar dan op basis van ruwe olie.

    In een rapport van KPMG uit oktober 2012 voorspelde Mike Shannon, hoofd Chemicals and Performance Technologies, dat dit zou leiden tot een economische ontwrichting.

    “Het kan ertoe leiden dat minder winstgevende onderdelen worden gesloten en dat landen de import vanuit de VS gaan blokkeren om hun eigen productie te beschermen.”

    Dit is mogelijk al het geval in Europa, dat nu een van duurste plekken ter wereld is voor de petrochemische productie.

    In september kondigde Total aan dat het een verliesgevende stoomkraker in Carling in Frankrijk gaat sluiten. Deze naftakraker, die chemicaliën maakt uit ruwe olie, is al vijf jaar in de problemen en zal in 2015 worden gesloten.

    Dit zal geen verrassing zijn voor KPMG, dat in 2009 voorspelde dat 14 van de 43 krakers in Europa rond 2015 onrendabel zouden zijn door de felle concurrentie van het Midden-Oosten, Azië en Amerika.

    Ondertussen is er in Amerika sprake van een enorme voorraad goedkoop ethyleen en een afnemende groei in de binnenlandse vraag. Amerikaanse bedrijven gaan dan ook op zoek naar uitbreidingsmogelijkheden.

    De VS is al een netto-exporteur van ethyleenderivaten en de omvang daarvan zal naar verwachting nog sterk toenemen.

    18 minuten gelezen Nummer 5
  • united-front-banner.jpg

    Samen staan we sterk

    Nu Europa geconfronteerd wordt met druk van binnenuit én buitenaf is het meer dan ooit van belang voor het management en de vakbonden om samen oplossingen te vinden. INCH sprak met vakbondsvertegenwoordigers uit Noorwegen, Italië en Duitsland over wat INEOS volgens hen moet doen om concurrentieel te blijven en hoe zij daar op hun beurt aan kunnen bijdragen.

    Er wordt weleens gezegd dat huwelijken in de hemel worden gesloten.

    Dit zou een argument van voorstanders kunnen zijn, maar iedereen die getrouwd is, weet dat een huwelijk niet altijd over rozen gaat.

    Openheid, oprechtheid en eerlijkheid zijn cruciaal om te blijven voortbestaan. Thomas Meiers, de vakbondsvertegenwoordiger voor INEOS Köln, stelt dat openheid, oprechtheid en eerlijkheid minstens zo belangrijk zijn als het op zakendoen aankomt.

    “We werken nauw samen met INEOS en dat is een goede zaak,” zegt hij.

    Hij vertelt dat de besprekingen vaak intens zijn, maar dat –is precies wat INEOS wil.

    “Soms gaat het er tijdens de besprekingen heftig aan toe, maar omdat we open mogen zijn, kunnen we eventuele gevaarlijke situaties in een vroeg stadium herkennen en direct aanpakken,” licht hij toe. Door deze openhartige en voortdurende besprekingen, vertelt hij, kunnen de vakbond en het management een bepaald probleem grondig bestuderen en zo een oplossing vinden waar iedereen tevreden over is.

    “Over het algemeen zorgt de gevonden oplossing zowel voor verder economisch succes en een betere concurrentiepositie voor het bedrijf als voor degelijke arbeidsvoorwaarden en een goede sociale zekerheid voor het personeel,” vertelt hij.

    En het lijkt erop dat dit zijn vruchten afwerpt.

    INEOS Olefins & Polymers in Keulen is een van de meest winstgevende bedrijven in Europa.

    Thomas is van mening dat INEOS’ horizontale managementstructuur, de manier waarop het bedrijf zaken doet en het feit dat het personeel zich identifi ceert met het bedrijf en haar doelstellingen, hier allemaal toe hebben bijgedragen.

    “Onze aanpak naar industriële relaties toe is uniek,” zegt hij. “En het is ook hetgene dat ons duurzaam en succesvol maakt.”

    Samen werken aan een gemeenschappelijk doel is ook wat Wenche Jansen Tveitan, de vakbondsvertegenwoordiger van INEOS Olefins & Polymers in Noorwegen, motiveert.

    “Elke werkplek heeft personeel nodig dat achter haar beleid staat als het concurrentieel wil blijven,” legt ze uit. “En een open relatie, op basis van vertrouwen, wordt gerealiseerd door openheid.”

    Ze vertelt dat regelmatig informeel contact tussen de vakbondsvertegenwoordigers en het management de belangrijkste factor is geweest bij het opbouwen van dit vertrouwen.

    “Elk meningsverschil wordt zo snel mogelijk ter sprake gebracht en er wordt niet gewacht tot de volgende ondernemingsraad,” aldus Wenche.

    Daarnaast gebruikt het management de vakbond ook als klankbord.

    “Wanneer dat gebeurt, kunnen de werknemers een actieve rol spelen en uiteindelijk bijdragen tot nog betere oplossingen,” zegt ze.

    Deze benadering is van cruciaal belang, zeker in de huidige snelle, continu veranderende en competitieve wereld. Vanwege de toegang tot goedkope grondstoffen en energie investeren veel petrochemische bedrijven momenteel het merendeel van hun geld in de VS in plaats van in Europa.

    Nu Europa één van de duurste plekken ter wereld is geworden om chemicaliën te produceren, is Wenche van mening dat de vakbond direct – en indirect – ervoor kan zorgen dat INEOS concurentieel blijft.

    Ze vertelt dat dit met name van belang was in Noorwegen, waar de kosten in levensonderhoud hoog zijn. “Ons bedrijf is voortdurend afhankelijk van goede prestaties,” zegt ze.

    “We doen dat door te laten zien dat de investeringen in ons bedrijf tot winst leiden.”

    Wenche vertelt dat de vakbond net zo bezorgd was als het management over de energieprijzen en -belastingen. De vakbond heeft vaak gelobbyd bij de overheid en bij vakorganisaties in een poging om het beleid te beïnvloeden om zo een meer flexibele exploitatie van de INEOS O&P site in Rafnes te bekomen.

    “De samenwerking tussen het management en de vakbonden is hierbij van groot belang,” zegt ze. “Samen staan we sterker.”

    Wenche vertelt dat de vakbond onlangs een belangrijke rol heeft gespeeld bij het opzetten van gesprekken met politici.

    “We proberen voortdurend te laten zien met welke uitdagingen de industrie op het Europese vasteland wordt geconfronteerd en wat gedaan zou moeten worden om deze op te lossen,” zegt ze.

    “Samen hebben we gezorgd voor wat belastingvermindering en voordelige energieovereenkomsten. Dit heeft onze concurrentiepositie verbeterd.”

    Ze vertelt dat de vakbond ook een belangrijke rol heeft gespeeld toen de premier, de minister van Financiën en de leider van de Noorse Kamercommissie voor economische zaken een bezoek brachten aan Noretyl/O&P in Noorwegen.

    Tom Crotty, INEOS Group Director, zei dat het belangrijk was voor de vakbonden om samen met het management aan oplossingen te werken.

    “De relatie met de vakbonden in Keulen en Rafnes is erg goed”, vertelt hij.

    “Ze willen de bedrijfsdoelstellingen graag begrijpen en zowel direct als indirect hun steentje bijdragen.

    “Ze zijn erg bereid om te bespreken of de werkpraktijken aangepast dienen te worden, maar ook om te kijken of ze indirect mee kunnen helpen door bijvoorbeeld druk uit te oefenen op de overheid.”

    De vakbondsvertegenwoordigers in Italië lieten weten op één lijn te zitten met hun collega’s in Noorwegen en Duitsland.

    “Goede gesprekken en samenwerking tussen ons en het bedrijf zijn erg belangrijk,” zegt Stefano Santini, vakbondsvertegenwoordiger van INEOS’ O&P faciliteit in Rosignano, Italië.

    “In de afgelopen jaren hebben we door de verschillende verplichtingen die we zijn aangegaan en nagekomen, samen een onderling vertrouwen opgebouwd.

    Afgelopen september maakte Total bekend dat het van plan is om een stoomkraker te sluiten die met verlies draait in het Franse Carling.

    Patrick Pouyanné, President Refi ning & Chemicals en lid van het dagelijks bestuur van Total, wijt de sluiting aan de groeiende internationale concurrentie.

    “De Europese petrochemiesector heeft voortdurend te maken met overcapaciteit,” zegt hij.

    De kraker, die ruwe olie raffi neert in chemische componenten voor het maken van polymeren, zal naar verwachting in 2015 sluiten.

    De aankondiging zorgde voor onrust bij het personeel van INEOS in Rosignano.

    “Men is bang dat de sluiting mogelijk ook gevolgen heeft voor werknemers op de locatie in Saralbe,” vertelt Stefano.

    Hij maakt zich, net als veel anderen, zorgen over de spiraalsgewijze stijging van de kosten voor energie en grondstoffen in Europa.

    “We moeten werken aan energiebesparing, met name het verminderen van energieverspilling door meer gebruik te maken van energiezuinige technologieën,” zegt hij.

    “De energieovereenkomsten moeten opnieuw beoordeeld worden, we moeten proberen om zelf energie te produceren voor de locatie en ten slotte moeten we investeren in alternatieve energiebronnen, zoals het gebruik van biomassa.”

    Hij vertelt dat, vanuit het perspectief van de vakbond, INEOS moest investeren in onderzoek naar innovatieve producten, wat technische en structurele expertise vereist.

    “We zouden ook kunnen investeren in het vinden van eenvoudigere manieren om grondstoffen te verkrijgen,” zegt hij.

    Vijf punten die de europese chemische industrie zullen helpen om competitief te blijven:

    1. Goedkopere energie:
      Een beleidsverschuiving richting vermindering van de energiekosten in de EU wordt als essentieel aanzien voor het aanzetten tot innovatie en investeringen, het creëren van banen en groei, en uiteindelijk het bijdragen tot het verminderen van broeikasgassen.

    2. Betere regelgeving:
      REACH, de chemiewetgeving van de EU, wordt al gezien als een van de meest bezwarende wetgevingen in Europa. De chemische industrie heeft zich echter aangepast en heeft alle chemische stoffen die worden geproduceerd of geïmporteerd in hoeveelheden van meer dan 100 ton per jaar, geregistreerd. Maar helaas blijft het hier niet bij. Als gevolg van ‘fase 3’ dienen nu ook bedrijven met productie tot 100 ton per jaar , deze stoffen te registreren. Vrijwel elk chemiebedrijf in de EU en al hun klanten zullen hierdoor getroffen worden.

    3. Een transatlantic trade & investment partnership:
      Het voorgestelde TIPP, een trans-Atlantisch handels- en investeringsakkoord, zou ervoor zorgen dat de invoerrechten op chemicaliën die in 2012 tussen de VS en Europa werden verhandeld ter waarde van 48 miljard euro, tot het verleden behoren. Cefi c zou graag zien dat alle chemische tarieven worden opgeheven en hoopt dat de onderhandelingen, die naar verwachting binnen twee jaar zullen worden afgerond, zullen leiden tot een regelgeving met meer transparantie en samenwerking.

    4. Behoud van sleuteltechnologieën (KET’s):
      Sleuteltechnologieën, oftewel Key Enabling Technologies, worden als cruciaal gezien voor het laten opleven van de economie in de EU. Hoewel Europa wereldleider is in KET-onderzoek en -ontwikkeling – met een wereldwijd aandeel van meer dan 30% in patentaanvragen – wordt dit onderzoek nog niet vertaald naar de productieprocessen en producten die nodig zijn om groei en werkgelegenheid te stimuleren.

    5. Bescherming van haar handelsgeheimen:
      De Europese Commissie wordt aangespoord ervoor te zorgen dat er afdoende systemen bestaan om de Europese kennis op het gebied van innovatie te kunnen beschermen. Het op de markt brengen van baanbrekende ideeën wordt beschouwd als de beste manier voor de EU-industrie om de toenemende wereldwijde concurrentie vóór te blijven.

    12 minuten gelezen Nummer 5
  • east-looks-west-banner.jpg

    Oosten kijkt naar westen

    China staat aan de vooravond van een spannende, nieuwe fase. Aan de ene kant moet het land doorgaan met het leveren van chemische grondstoffen om te blijven groeien, maar aan andere kant dient het de verontreiniging, die de steden teistert, aan te pakken door de CO2-uitstoot terug te dringen. Dit kan China echter niet alleen en daarom is de hulp nodig van innovatieve bedrijven die energie efficiënt gebruiken en die de technische expertise in huis hebben en voldoen aan hoge veiligheidsnormen. Bedrijven zoals INEOS. 

    De Chinese draak – het eeuwenoude symbool van macht, kracht en geluk – heeft zijn leiders geen windeieren gelegd.

    INEOS is getuige geweest van de astronomische groei die China heeft doorgemaakt: van een kleine, opkomende markt naar de op één na grootste economie in de wereld. Een markt die niet meer ver achterblijft op de Verenigde Staten, de huidige nummer één.

    Deze ongeëvenaarde en snelle groei, die voornamelijk te danken is aan export en zware industrie, heeft echter een enorm effect gehad op het milieu. China heeft momenteel de hoogste CO2-uitstoot ter wereld.

    Het algemeen heersende beeld dat het land maar weinig geeft om het milieu, is niet langer acceptabel voor de leiders van China.

    Het meest recente vijfjarenplan laat dan ook een ingrijpende verandering zien in hun manier van denken.

    Na zich jarenlang op de export te hebben gericht, zoekt China het nu dichter bij huis.

    Chinese bedrijven worden actief aangemoedigd samenwerkingsakkoorden aan te gaan met westerse bedrijven. Zij kunnen hen helpen bij het verbeteren van de energie-efficiëntie en het realiseren van de verdere groei. In het plan wordt hier tot in detail op ingegaan.

    “In het vijfjarenplan is de basis gelegd voor samenwerking,” zegt Rob Nevin, CEO van INEOS Nitriles. “Er is nu een goede basis om zaken te doen.”

    Eerder dit jaar is China joint ventures aangegaan met twee wereldwijd vooraanstaande bedrijven van INEOS. INEOS Phenol mag de grootste fenolfabriek in China gaan bouwen en INEOS Nitriles zal er een acrylonitrilefabriek op wereldschaal neerzetten. Samen moeten deze fabrieken voldoen aan de groeiende binnenlandse vraag naar petrochemische producten.

    “Het is ontzettend spannend,” zegt Rob. “China is de stuwende kracht voor petrochemische en chemische producten, voornamelijk dan door de grote vraag. En het als het ware een machinekamer die de wereld gaat voorttrekken”.

    “Het biedt INEOS de mogelijkheid om te opereren in de grootste markt ter wereld”.

    “We wilden uitbreiden en de marktpositie en technische kennis van INEOS zorgde ervoor dat we de beste keuze waren”.

    China wordt vaak als de tweede planeet aarde omschreven.

    “Je kan je pas echt een beeld vormen van de grootte van het land als je er zelf geweest bent”, zegt hij. “Ik heb in de VS gewoond, maar China is met geen andere plek op aarde te vergelijken.”

    INEOS Phenol is de grootste producent van fenol en aceton ter wereld. China is wereldwijd de snelst groeiende markt voor beide chemicaliën, die worden gebruikt voor de productie van polycarbonaat, kunststof, fenolhars en synthetische vezels zoals nylon en oplosmiddelen.

    INEOS Nitriles is ‘s werelds grootste producent van acrylonitrile, dat het hoofdingrediënt is voor het maken van koolstofvezel en waar China maar niet genoeg van kan krijgen.

    Zodra beide faciliteiten operationeel zijn, is INEOS Nitriles de enige fabrikant die fabrieken heeft in de twee grootste acrylonitrilemarkten ter wereld. INEOS Phenol is op haar beurt het enige bedrijf dat aceton en fenol produceert in Europa, Amerika én Azië.

    “De voornaamste fabrikanten ter wereld treden toe tot de grootste markt ter wereld,” zegt Rob. “Het is het perfecte huwelijk.”

    De joint venture van INEOS Phenol en Sinopec Yangzi Petrochemical Company zorgt voor de totstandkoming van een fabriek, die goed zal zijn voor de productie van 1,2 miljoen ton cumeen, fenol en aceton. De fabriek zal gevestigd zijn in het Nanjing Chemical Industrial Park in de provincie Jiangsu.

    De fabriek, die jaarlijks minimaal 400.000 ton fenol en 250.000 ton aceton zal gaan produceren, zal naar verwachting eind 2016 aan de vraag vanuit China kunnen voldoen. Met de komst van deze nieuwe fabriek kunnen de Europese en Amerikaanse fabrieken van INEOS zich weer richten op de groeiende vraag in hun eigen regio’s.

    “Deze voor beide partijen gunstige samenwerking is een belangrijke ontwikkeling voor INEOS Phenol en voor INEOS in China”, vertelt Harry Deans, CEO van INEOS Phenol. “Het is tevens de grootste kapitaalinvestering die INEOS ooit heeft gedaan.

    “De combinatie van een sterke, lokale partner als Sinopec YPC met onze toonaangevende fenoltechnologie en onze toegang tot de markt biedt grote voordelen voor ons bedrijf en onze klanten.”

    INEOS Nitriles doet inmiddels zaken met het staatsbedrijf Tianjin Bohai Chemical Industry Group Corporation.

    Er zijn plannen om gezamenlijk een acrylonitrilefabriek op wereldschaal te exploiteren in Tianjin. Deze fabriek zal worden ontworpen met behulp van de nieuwste proces- en katalysatortechnologie van INEOS.

    “De bouw is nog niet begonnen, aangezien we nog in de afrondingsfase van de besprekingen zitten, maar de ambitie is er,” vertelt Rob.

    “Als het op veiligheid aankomt, worden we vaak als toonaangevend gezien en wij zijn dan ook van plan om onze veiligheidsnormen in China door te voeren.

    “China presteert nog niet al te goed op het gebied van veiligheid, maar hoopt te leren van de manier waarop wij dingen aanpakken, zowel met betrekking tot persoonlijke veiligheid als onze processen. Ze willen de hoge Westerse normen overnemen.”

    Om de problemen van het verleden aan te pakken en om een meer duurzame economie te ontwikkelen, willen Chinese leiders meer soortgelijke joint ventures met buitenlandse bedrijven aangaan .

    Ze hebben een duidelijk uiteengezette langetermijnvisie:de verschuiving maken naar een zeer efficiënte economie met een lage uitstoot van koolstofdioxide. Ze willen dit bereiken door gebruik te maken van geavanceerde productietechnologie. Dit is beschreven in het twaalfde vijfjarenplan van de Chinese Raad van State.

    Op grond van dit plan beloven de Chinese leiders om:

    • nieuwe grenzen voor energieverbruik vast te stellen;

    • beperkende maatregelen op te stellen voor bedrijven en industrieën die veel energie verbruiken, maar slechts weinig produceren;

    • de uitstoot van koolstofdioxide met maar liefst 45% te hebben teruggebracht tegen 2020;

    • China’s afhankelijkheid van fossiele brandstoffen, meerbepaald steenkool, te verlagen;

    • te investeren in energiebesparende technologie; en

    • verontreiniging aan te pakken.

    Het is een grote uitdaging, maar de Chinese leiders zijn van ervan overtuigd dat het haalbaar is.

    Rob Nevin, die 25 jaar voor BP heeft gewerkt, vertelt dat de snelle manier waarop INEOS werkt de Chinezen ook erg aansprak.

    “INEOS is een ervaren, kundig bedrijf waarmee soepel valt samen te werken, en dat was een heel verschil,” vertelt hij. “Het contrast tussen BP en INEOS zit vooral in de manier waarop dingen goedgekeurd worden. Dat is een verschil van dag en nacht.”

    Hij vertelt dat van zodra INEOS Nitriles de beslissing had genomen over het juiste project, de juiste structuur en de juiste locatie, het voorstel werd voorgelegd aan het hoofd van het bedrijf, Jim Ratcliffe. Hij keurde het vervolgens goed.

    “Soms worden zaken beangstigend snel goedgekeurd,” zegt Rob, die inmiddels al acht jaar voor INEOS werkt. “Maar vervolgens moet je wel presteren”.

    De afgelopen jaren zijn de Chinese goedkeuringsprocessen echter steeds moeilijker geworden.

    “Tien jaar geleden had je gewoon ergens kunnen beginnen met bouwen en dan kreeg je een boete,” zegt hij. “Als je dat tegenwoordig doet, kan de hele bouw worden stopgezet. Vandaag de dag is er een ongeëvenaard niveau van zorg voor en toewijding aan het milieu en de inwoners.”

    En dat, zegt hij, is ook zeer begrijpelijk.

    “Verontreiniging in China is iets dat de inwoners persoonlijk raakt”, legt hij uit. “In de grote steden is het zo erg dat men er maskers draagt.”

    Luchtverontreiniging is in China momenteel de grootste reden voor onrust bij de burgers. De wereldbank schat dat 16 van de 20 meeste verontreinigde steden in China liggen.

    De Chinese Society for Environmental Sciences zegt dat in China het aantal protesten met betrekking tot verontreiniging sinds 1966 elk jaar met zo’n 29% is toegenomen.

    “In 2011 is het aantal milieugerelateerde incidenten zelfs met 120% toegenomen,” vertelt de vicevoorzitter van de vereniging, Yang Zhaofei.

    Afgelopen september maakten de autoriteiten van Beijing hun eigen vijfpuntenplan voor de aanpak van verontreiniging in de hoofdstad bekend.

    “De vastberadenheid en gedetailleerdheid van dit plan zijn echt vernieuwend,” zegt Alvin Lin, China Climate and Energy Policy Director bij het Natural Resources Defense Council in Beijing. “Men is vastbesloten om de luchtverontreiniging serieus aan te gaan pakken.”

    Volgens het World Resources Institute zijn China en de VS verantwoordelijk voor 43% van de wereldwijde uitstoot.

    Het probleem in China is dat het land sterk afhankelijk is van steenkool.

    “In China wordt 70% van de energie en bijna 80% van de elektriciteit uit steenkool gehaald,” vertelt Luke Schoen, die een rapport schreef voor het World Resources Institute.

    China heeft zelf grote hoeveelheden steenkool en gas, maar deze zijn moeilijk toegankelijk en daarom is het land steeds meer afhankelijk van buitenlandse import. Olie haalt China uit het Midden-Oosten en Afrika, steenkool uit Australië en Indonesië en gas uit Centraal-Azië en Australië.

    “De Chinese leiders erkennen dat hun afhankelijkheid van koolstof als energiebron een probleem vormt,” zegt Luke.

    “Ook is de groeiende afhankelijkheid van buitenlandse energie een strategische zorg bij de Chinese leiders.”

    China heeft enorme schaliegasvelden ontdekt, maar in tegenstelling tot de VS beschikt het land nog niet over de baanbrekende technologie die nodig is om het te bereiken.

    Ondertussen concentreren de Chinese leiders zich op het ontwikkelen van een beleid om de CO2-uitstoot te verlagen en meer propere energie te gebruiken, terwijl ze tegelijkertijd de groei van het land in stand willen houden.

    “Eigenlijk investeert China al meer in duurzame energie dan elk ander land ter wereld,” zegt Luke.

    In 2011 heeft China $ 52 miljard geïnvesteerd in duurzame energiebronnen en in 2012 was dit zelfs $ 67,7 miljard, 50% meer dan de VS.

    Waar andere landen propere energie mogelijk zien als een kostbare belemmering van de economische groei, denkt China hier duidelijk anders over.

    Het land gelooft, dat het nieuwe beleid zal bijdragen tot het behouden van haar positie als grote wereldwijde speler, terwijl tegelijkertijd de klimaatverandering kan worden aangepakt. In de ogen van China is de klimaatverandering namelijk een niet te onderschatten bedreiging voor de welvaart van het land op de lange termijn.

    “Volgens eigen schattingen heeft China in 2011 $ 50 miljard aan economisch verlies geleden door natuurrampen,” vertelt Luke.

    “En volgens een onafhankelijk onderzoek zou dat bedrag in 2030 wel eens op kunnen lopen tot bijna $ 748 miljard per jaar als nu geen actie wordt ondernomen.”

    12 minuten gelezen Nummer 5
  • go-run-for-fun-banner1.jpg

    Televisie uit, sportschoenen aan...

    Normaal ziet INEOS hard weglopen niet als de oplossing voor een probleem. Maar dit keer zit het anders. INEOS wil namelijk dat kinderen gaan lopen en heeft een gedurfd nieuw plan opgezet dat dit gewoon wél doet. 

    INEOS hoopt duizenden kinderen te kunnen motiveren om de tv, het internet en hun videospelletjes eventjes aan de kant te zetten en buiten plezier te gaan maken.

    Jim Ratcliffe, hoofd van INEOS, vertrok uit zijn eigen passie voor lopen om dit initiatief op te zetten. Het moet helpen bij de aanpak van één van de grootste gezondheidsproblemen van de 21e eeuw: obesitas bij kinderen.

    “Het is eigenlijk heel eenvoudig,” vertelt hij. “We willen gewoon dat kinderen weer buiten gaan spelen.”

    “Lopen is de basis van veel fantastische sporten en als kinderen op jonge leeftijd met lopen in aanraking komen, dan is de kans groter dat ze het blijven doen. En daardoor krijgen ze ongetwijfeld een actievere en gezondere levensstijl.”

    Aan het allereerste ‘Go Run For Fun’-evenement, een loopuitdaging van ongeveer anderhalve kilometer, namen honderden kinderen deel. En dit was was slechts de eerste in het rijtje. Tegen de tijd dat je dit leest hebben er al meer dan 10.000 kinderen deelgenomen.

    De Britse Colin Jackson, voormalig hordeloper en winnaar van een zilveren olympische medaille, was in Londen om de kinderen aan te moedigen.

    “Lopen is eenvoudig en eigenlijk heel natuurlijk voor kinderen, dus op deze manier kunnen ze veel plezier beleven met hun vriendjes.”

    Om ervoor te zorgen dat de campagne ook op lange termijn succesvol blijft, werkt INEOS nauw samen met de organisatoren van de beroemde Great North Run, om verschillende kleine en grote loopevenementen te organiseren in heel het Verenigd Koninkrijk.

    De hoop bestaat dat er in 2014 meer dan 30.000 kinderen hebben deelgenomen aan één van de 70 geplande ‘Go Run For Fun’-evenementen. In 2016 zijn dit hopelijk zelfs 50.000 kinderen en 100 evenementen.

    “Als dit initiatief succesvol verloopt, en daar twijfel ik niet aan, is het wereldwijd het grootste initiatief om kinderen aan het lopen te krijgen,” aldus de Britse Brendan Foster, voormalig Olympisch langeafstandsloper en oprichter van de BUPA Great North Run. “Het is ook een fantastische erfenis van de Olympische Spelen in Londen.”

    Brendan en zijn team van Nova International sporen via scholen en lokale autoriteiten kinderen aan om mee te doen.

    “Zonder mensen vindt er geen Great North Run plaats, dus het zijn de mensen die dit mogelijk maken,” zegt hij. “Zij zijn cruciaal om het evenement te kunnen blijven organiseren.”

    Volgens Brendan zullen de INEOS-loopevenementen in eerste instantie vooral de kinderen aantrekken die al lopen, en van wie de ouders inzien dat lopen goed is voor lichaam en geest, en niet de kinderen die lopen als een zware opgave zien.

    “We moeten ons op de ouders richten. Kinderen zonder enthousiaste ouders zullen in eerste instantie moeilijk te bereiken zijn. Daarom moeten we de evenementen heel leuk maken, zodat iedereen die wel deelneemt geïnspireerd raakt.

    “Deze kinderen zullen dan andere kinderen aanzetten om mee te doen. En hun ouders zullen weer andere ouders motiveren.”

    Waarom is dit dan nog niet eerder gedaan?

    “Dat is een goede vraag,” antwoordt Brendan. “Wie zal het zeggen?

    “Ik weet wel dat wij het grootste evenement in heel het Verenigd Koninkrijk organiseren en iedereen aanmoedigen om mee te doen.”

    Volgens hem is dit evenement ontstaan door een combinatie van de juiste omstandigheden (Groot-Brittannië leeft nog in de euforie van de succesvolle Olympische Spelen) en drie gelijkgestemde mensen die echt een verschil wilden maken. Die drie mensen, Jim Ratcliffe, Brendan Foster en Sebastian Coe (winnaar van een gouden medaille op de Olympische spelen) kwamen eerder dit jaar samen in Londen.

    “De aanzet kwam van INEOS. Het was allemaal Jim’s idee.” aldus Brendan.

    “Hij had een helder beeld van wat hij wilde en wanneer. Het was een gewaagde zet, maar Jim heeft helemaal gelijk en zijn ideeën zijn bewonderenswaardig.”

    Brendan vertelt ook dat hij het fantastisch vindt dat dit initiatief eens niet van de overheid komt, maar van één van de grootste private productiebedrijven in het Verenigd Koninkrijk.

    Video

    RUN FOR FUN

    00:00

    De campagne wordt als eerste in het Verenigd Koninkrijk uitgerold, een land met één van de hoogste percentages kinderen met overgewicht in heel Europa. Maar de campagne is zo opgebouwd dat een soortgelijk evenement ook gemakkelijk kan worden georganiseerd in de rest van Europa en in Amerika.

    “We gaan evenementen organiseren in Zwitserland, Frankrijk, Duitsland, België en de Verenigde Staten, maar op dit moment richten we ons even op het Verenigd Koninkrijk, waar de kinderen het minst actief zijn,” vertelt Jim Ratcliffe.

    De moderne, zittende levensstijl heeft in combinatie met te veel en te vet eten, gezorgd voor een toename van obesitas bij kinderen in het Verenigd Koninkrijk.

    Maar niet alleen het Verenigd Koninkrijk kampt met problemen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie komt obesitas inmiddels zo vaak voor bij kinderen dat het een van de grootste volksgezondheidsproblemen van de 21e eeuw is.

    “Ons belangrijkste doel is simpelweg om kinderen te inspireren om actief te zijn,” zegt Jim.

    “Jonge kinderen doen niks liever dan rondrennen. Het zit in hun DNA. Maar kinderen worden zo vaak aangemaand om rustig te zijn en stil te zitten. Met deze campagne willen we hen weer aansporen om te gaan bewegen.”

    Veel evenementen zijn zo gepland dat ze samenvallen met grote bestaande loopevenementen, zoals de Great North Run. Op die manier kunnen kinderen ervaren hoe leuk het is om mee te doen aan een groot evenement.

    De Great North Run, opgericht in 1981, is nu een van’s werelds grootste en populairste halve marathons voor volwassenen. Dit jaar trok het evenement meer dan 55.000 deelnemers en nam een recordaantal van 6.000 kinderen deel aan de Junior Great North Run van 4 km.

    Brendan Foster en zijn team kijken ernaar uit om nog meer te bereiken met de ‘Go Run For Fun’ evenementen van INEOS.

    “Wat dit initiatief zo fantastisch maakt, is dat het er allemaal om draait dat kinderen gewoon plezier hebben door buiten te spelen en te lopen,” vertelt Brendan.

    “Het is eigenlijk heel eenvoudig. We proberen niet het onmogelijke te bereiken. We willen gewoon zoveel mogelijk kinderen aan het lopen krijgen.

    “Wil wil, kan het als een wedstrijd zien. Maar het doel is om kinderen te laten zien hoe leuk lopen kan zijn.

    “Als ze beginnen met lopen en het echt leuk vinden, dan gaan ze uiteindelijk misschien meedoen met de wedstrijden. Zij worden de nieuwe lopers in de Great North Run en de Marathon van Londen, en ik durf te wedden dat ten minste één van die 50.000 kinderen aan de Olympische Spelen gaat meedoen.”

    Voor INEOS draait het allemaal om de kinderen: zij moeten sporten leuk gaan vinden.

    “’Go Run For Fun’ heeft eigenlijk maar één doel,” zegt Jim. “En dat is kinderen aan het lopen krijgen.“ Er is niet echt een verband met ons bedrijf, behalve dan dat wij investeren om dit mogelijk te maken.

    “We hebben geen publieke aandeelhouders die beïnvloed moeten worden of producten die consumenten kunnen kopen. Het gaat ons er gewoon om dat kinderen gaan lopen en plezier hebben.”

    Wilt u meer informatie, of een evenement organiseren, kijk dan op: www.gorunforfun.com

    12 minuten gelezen Nummer 5
  • best-way-to-feel-better-banner.jpg

    Loop voor je leven!

    Lopen is een van de beste manieren om je geestelijk en lichamelijk beter te voelen.

    Het is ook erg makkelijk.

    “Je hebt geen dure spullen nodig en je kunt het overal doen,” vertelt Fred.

    Volgens hem beseffen artsen eindelijk dat het bij lopen niet alleen om het verbranden van calorieën draait.

    “Er zijn heel veel onderzoeken die aantonen dat lopen net zo goed werkt als antidepressiva bij een lichte depressie.”

    Een van de grootste misverstanden over lopen is dat het slecht is voor je gewrichten.

    “Bij fitte mensen beschermt lopen zelfs tegen artritis,” zegt Fred.

    “De problemen doen zich voor wanneer je al bestaande blessures hebt. Je kunt er het beste voor zorgen dat je geen overgewicht krijgt.”

    Volgens Wadsworth is lopen de beste en de snelste manier om fit te worden.

    Hij prijst INEOS met het initiatief ‘Go Run For Fun’ om de kinderen in het Verenigd Koninkrijk weer aan het lopen te krijgen.

    “Het is zo’n logische oplossing, maar overheden hebben nog geen campagnes zoals deze opgezet, dus gaan bedrijven het doen.”

    Om op lange termijn succesvol te zijn moet de campagne zich volgens hem vooral op de ouders richten.

    “Ouders hebben de meeste invloed op het leven van hun kind,” zegt hij. “Kinderen kopiëren het gedrag van hun ouders.

    “En kinderen zullen niet snel meedoen als hun ouders vragen: “Waarom doe je dat?”

    INEOS hoopt dat de kinderen die wel meedoen, enthousiast worden over lopen en een gezondere levensstijl kweken.

    Inmiddels is er veel bekend over de langetermijnvoordelen van lopen.

    Lopen is goed voor hart en longen, verbetert de circulatie en vermindert de kans op een hartaanval, hoge bloeddruk en een beroerte.

    Het verlicht ook stress, verbetert je uithoudingsvermogen, verhoogt je immuunsysteem, geeft je meer energie en helpt bij het behouden van een gezond lichaamsgewicht.

    Verder heeft onderzoek aangetoond dat gezonde volwassenen die regelmatig bewegen zich over het algemeen gelukkiger voelen dan degene die niet veel bewegen, dat ze beter slapen en zich beter kunnen concentreren.

    Video

    Loop voor je leven!

    00:00

    5 minuten gelezen Nummer 5
  • debate-banner.jpg

    Debat: Zijn wedstrijden goed voor kinderen?

    Zijn wedstrijden goed of juist slecht voor kinderen? Hierover zijn de meningen al jaren verdeeld. Sommige mensen stellen dat kinderen door competitie worden aangemoedigd om uit te blinken in de huidige harde wereld, waarin we in alles moeten concurreren, of het nu een baan, een partner of een huis is. Ander e mensen vinden dat dit het zelfvertrouwen van kinderen ernstig schaadt en tot wrevel leidt. Aan welke kant je ook staat, het definitieve oordeel is nog niet geveld. Dit is wat de experts erover te zeggen hebben…

    Slecht:

    1. De meesten van ons zijn door onze opvoeding gaan geloven dat we zonder een zeker wedstrijdelement allemaal dik, lui en gemiddeld worden. Ik dacht vroeger ook dat een beetje gezonde competitie best goed kon zijn, zolang het in het juiste perspectief bleef. Maar ‘gezonde competitie’ bestaat helemaal niet. In een competitieve cultuur wordt een kind wijsgemaakt dat ergens goed in zijn niet genoeg is. Dat je anderen moet overwinnen. Hoe vaker kinderen aan wedstrijden meedoen, hoe meer zij competitie nodig hebben om zich goed te voelen. Maar winnen is helemaal niet karaktervormend; het geeft een kind alleen maar eventjes een zelfvoldaan gevoel. Bij een wedstrijd kan per definitie niet iedereen winnen. Als het ene kind wint, verliest het andere. Competitie zorgt ervoor dat kinderen de winnaars benijden en de verliezers verdrijven. Samenwerken daarentegen leert kinderen juist veel over effectief communiceren, anderen vertrouwen en mensen accepteren die anders zijn dan zij zelf. Kinderen krijgen meer zelfvertrouwen als ze samenwerken met anderen, dan wanneer ze moeten strijden. Bovendien hangt hun zelfvertrouwen dan niet af van het winnen van een spellingswedstrijd of een basketbalspelletje.
      Alfie Kohn, auteur van No Contest: The Case Against Competition

    2. Sportwedstrijden zijn slecht voor kinderen als er te veel van ze verwacht wordt. Dit beseffen we en daarom hebben we in het hele land de nadruk in de atletiekclubs wat verschoven. We hebben nieuwe onderdelen aan de atletiek toegevoegd, die speciaal ontworpen zijn voor kinderen tussen de 6 en de 11. We geven de prioriteit aan groepswedstrijden. Kinderen kunnen op veel verschillende onderdelen aan groepswedstrijden meedoen. Alle kinderen mogen hieraan deelnemen en ze gaan allemaal trots naar huis, na een ceremonie waarin ze een bewijs van deelname uitgereikt krijgen. Atletiekwedstrijden zijn altijd populair geweest bij kinderen. Kinderen hebben de drang om hun kracht en vaardigheden te vergelijken met die van andere kinderen. Dit jaar hebben we deze aangeboren motivatie versterkt door kinderen nieuwe vormen van competitie aan te bieden en nieuwe atletiekonderdelen die nog aantrekkelijker, uitdagender en spannender zijn.
      David Deister, projectmanager bij de Duitse Atletiekfederatie.

    3. Wedstrijden blijken in beperkte mate nuttig te zijn, maar niet meer dan dat. We moeten ons nu gaan richten op samenwerking, want daarmee kan veel meer bereikt worden.
      Franklin D. Roosevelt, voormalig president van de Verenigde Staten

    4. Er zijn in dit leven genoeg momenten waarop kinderen moeten leren om met teleurstellingen om te gaan. Op onze school stomen we onze kinderen klaar voor alle stadia in het leven. Maar het is niet nodig dat de kinderen zich op school verliezers voelen.
      Elizabeth Morley, hoofd van het Institute of Child Study Laboratory in Canada 

    Goed:

    1. Gezonde competitie spoort kinderen aan om het allerbeste uit zichzelf te halen, in plaats van alleen maar goed genoeg te zijn. Als kinderen met andere kinderen moeten concurreren, zullen ze nieuwsgierig worden, zelf op onderzoek uitgaan en leren samen te werken met anderen. Ze zullen meer doen dan wat strikt noodzakelijk is. Dit bereidt kinderen voor op allerlei situaties die zich in de toekomst kunnen voordoen. Of ze nu proberen op een goede universiteit te komen, een promotie te krijgen of een behandeling tegen kanker te ontwikkelen, als mensen in hun jeugd hebben aangeleerd om competitief te zijn, dan zullen ze een enorm voordeel hebben.
      Jennifer Veale, oprichter en hoofd van TrueCompetition.org

    2. Competitie kan goed en slecht zijn voor kinderen. Onder de juiste omstandigheden werkt het bevorderend, maar onder de verkeerde zorgt het voor een negatieve, demotiverende omgeving. Competitie kan heel goed zijn als het kinderen feedback geeft op hun prestaties en vooruitgang. Winnen hoort daarbij niet de enige of belangrijkste doelstelling te zijn. Van gezonde competitie kan een kind veel over zichzelf en over het leven leren. Helaas heerst er bij wedstrijden voor kinderen vaak de mentaliteit dat kinderen koste wat het kost moeten winnen, wat kinderen kan ontmoedigen en er zelfs voor kan zorgen dat ze activiteiten vermijden die ze anders erg leuk hadden gevonden. Daarom is het cruciaal dat trainers, leraren en ouders ervoor zorgen dat kinderen de juiste dingen leren van wedstrijden. Onder de juiste omstandigheden kunnen kinderen er veel van leren, of ze nu winnen of verliezen. Competitie bereidt ze voor op hoogtepunten en tegenspoed in de rest van hun leven, leert ze om te gaan met anderen en tegenstanders met respect te behandelen.
      John Tauer, hoofdtrainer mannenbasketbal en professor in de psychologie aan de University of St Thomas, Minnesota

    3. Competitie is goed voor kinderen. Het is normaal dat mensen zichzelf met anderen vergelijken, dus wat dat betreft zijn wedstrijden gezond. Als het kind goed ondersteund wordt, kan hij of zij leren verlies te accepteren zonder zelfvertrouwen te verliezen. Er is echter sprake van ongezonde competitie als kinderen gedwongen worden om deel te nemen aan wedstrijden of het gevoel hebben dat ze moeten winnen om liefde of status te krijgen binnen hun familie.
      Lyn Kendall, Gifted Child Consultant voor het Britse Mensa

    4. In dit land staren we ons blind op het idee dat alles in het leven van kinderen veilig moet zijn en dat elk risico vermeden moet worden. Hierdoor ontstaat er een generatie van kinderen die slecht voorbereid zijn op de echte wereld, waar elke dag risico’s genomen moeten worden. Competitie leert kinderen om kritisch na te denken, besluiten te nemen en problemen op te lossen. Een land kan niet concurreren op de wereldeconomie als het zijn burgers deze vaardigheden niet leert. Andere voorstanders van competitie in Noord- Amerika stellen dat kinderen door competitie beter leren, fitter blijven en minder snel in de criminaliteit belanden.
      Digby Jones, voormalig minister van UK Trade & Investment in het Verenigd Koninkrijk

    5. We moeten af van de cultuur waarin alle kinderen prijzen moeten winnen. We moeten er juist voor zorgen dat kinderen vanaf jonge leeftijd competitieve sporten gaan beoefenen en ze aan de juiste sportclubs koppelen zodat ze hun dromen kunnen najagen. Daarom bevat het nieuwe leerplan voor het Verenigd Koninkrijk de eis dat basisscholen competitieve sporten moeten aanbieden.
      David Cameron, premier van het Verenigd Koninkrijk

    6 minuten gelezen Nummer 5
  • life-saver-banner.jpg

    Redder in nood

    Als het om veiligheid gaat, is INEOS erg fanatiek. Maar als je in een risicovolle omgeving werkt, kun je je niet veroorloven al te snel tevreden te zijn. Bij alles wat INEOS doet, komt veiligheid op de eerste plaats. Norward AS, deel van de INEOS Groep, bestaat maar met één doel, en dat is het redden van levens, zoals Øyvind Klæboe maar al te goed weet. 

    In augustus 2003 maakte een Indiase helikopter met nog draaiende bladen een duikvlucht in zee. Aan boord 25 medewerkers van een offshore booreiland .

    De bemanning, met gordels nog om, kwam om toen de helikopter binnen enkele seconden zonk. Slechts twee passagiers overleefden de crash. Ze wisten te ontsnappen via de schelpdeuren aan de achterkant en konden zo worden gered.

    Zij waren de enige twee die de helikopterveiligheidstraining HUET (Helicopter Underwater Escape Training) hadden gevolgd.

    Door dit soort ongelukken beseft Øyvind Klæboe waarom het werk van zijn team bij Norward AS zo belangrijk is. De laatste zeven jaar hebben ze offshore medewerkers geleerd hoe ze kunnen ontsnappen als een helikopter in zee stort.

    Video

    Redder in nood

    00:00

    “Er is absoluut geen twijfel over de waarde van HUET,” stelt hij. “Kan deze training het verschil maken tussen leven en dood? Absoluut.

    “Je hebt letterlijk maar een paar seconden om te beslissen wat te doen bij een crash en met de juiste training heb je een veel grotere overlevingskans.”

    Technische storingen, stuurfouten en slecht weer kunnen allemaal een helikoptercrash veroorzaken.

    Een helikopter kan als een baksteen uit de lucht vallen, totaal onbestuurbaar worden of juist redelijk zacht landen.

    Wat er ook gebeurt, de sleutel tot overleven is om zo snel mogelijk terug uit het water zien te komen.

    “Je weet niet hoe lang je hebt voordat de helikopter omslaat en zinkt, dus je eerste prioriteit is er uit te komen,” vertelt hij. “Maar tegelijkertijd kun je heel wat andere obstakels tegenkomen.”

    Voorbeelden hiervan zijn ongunstige weersomstandigheden, ijzige wateren, ruige zeeën, slecht zicht, vuur en benzine in het water.

    “Je kunt niet met zekerheid zeggen wat je zal tegenkomen, maar de cursus leert de deelnemers op die onzekerheid voorbereid te zijn,” vertelt hij.

    Daarnaast geeft de cursus hen ook het vertrouwen om het ondenkbare onder ogen te zien en kalm te blijven.

    Bij Norward gebruiken de instructeurs een namaakhelikopter in een zwembad om te laten zien wat er gebeurt als een helikopter in zee stort en daarna omslaat, waarschijnlijk omdat ze enorm zwaar zijn.

    Om verschillende scenario’s na te bootsen worden een golfmachine, een windgenerator en lichtinstallaties gebruikt.

    “Het komt erop neer dat we onder gecontroleerde omstandigheden verschillende situaties kunnen nabootsen,” vertelt Øyvind.

    Helikoptercrashes zijn gelukkig zeldzaam, maar sinds 2006 moet al het offshore personeel verplicht deelnemen aan HUET.

    “Niemand mag meer offshore gaan zonder een ‘green card’. Dit betekent dat HUET verplicht is voor alle medewerkers en bezoekers,” zegt Øyvind. “Iedereen die naar een offshore installatie vliegt, moet de basistraining gevolgd hebben.”

    Tijdens de acht uur durende HUET-cursus bij Norward leren medewerkers hoe ze moeten omgaan met zowel de fysieke als de psychologische stress van het neerstorten in zee.

    Het is het soort training waarvan Øyvind hoopt dat de cursisten die nooit nodig zullen hebben, maar hij weet dat het de belangrijkste training is die ze ooit zullen gehad hebben wanneer zich toch een ongeval voordoet.

    INEOS verwierf het Norward trainingscentrum toen het in 2007 de polymeer business van het Noorse Norsk Hydro ASA kocht.

    Toen was het centrum al uitgegroeid tot een succesvol bedrijf met een omzet van vijf miljoen euro, komende van een eenvoudige, interne alarmcentrale als onderdeel van Norsk . Het centrum biedt trainingen aan externe bedrijven en andere geïnteresseerden.

    “Norward nam stapsgewijs nieuwe uitdagingen aan,” vertelt Øvind. “We hebben uiteindelijk onze eigen medewerkers opgeleid, de interne competentie verbeterd en nieuwe markten aangeboord.

    “We hebben nu particuliere klanten in heel Noorwegen.”

    Een van hun grootste klanten is Statoil, dat dit jaar Norward vroeg om een nieuwe cursus te ontwikkelen. Deze cursus moest onder andere offshore medewerkers leren hoe ze een helikopterpiloot kunnen helpen om veilig te landen op een boorplatform en te beslissen wat te doen bij een ongeluk.

    Naast de standaard brandbestrijdingsmodules en cursussen voor het verlenen van eerste hulp, biedt het team ook trainingen in bedrijfsveiligheid en hoe je bijvoorbeeld een gaslek moet aanpakken of een lek van chemische stoffen.

    “Cursussen als deze trekken klanten aan vanuit de hele Noorse industrie en Norward is een van de beste leveranciers,” zegt Øvind.

    Ga voor meer informatie naar: http://norward.no/

    14 minuten gelezen Nummer 5
  • who-dares-wins-banner.jpg

    Wie waagt, die wint

    Dit jaar is het zestig jaar geleden dat Edmund Hillary, samen met sherpa Tenzing Norgay, als eerste de Mount Everest beklom. In 1998 hoorde een twaalfjarige scout voor het eerst een gesprek over de Mount Everest. Dat was Rhys Jones die acht jaar later, op zijn twintigste verjaardag, de Mount Everest zou beklimmen. Hij werd hiermee de jongste klimmer ooit die de hoogste berg van elk continent heeft beklommen.

    De Mount Everest is niet weggelegd voor bangerikken.

    Het is een vijandige, meedogenloze berg. Een plek waar de dood te lezen staat op de gezichten van de bevroren lichamen waarmee het laatste deel van de route naar de top, boven 8.000 meter, bezaaid ligt.

    Naast het zuurstofgebrek – de grote hoogte kan je gek maken – kunnen klimmers ook lawines van rotsen of sneeuw, wervelstormen, schuivende gletsjers, sneeuwstormen, bevriezing, longontsteking, uitputting en ijzige temperaturen verwachten in de ‘zone des doods’.

    “Het wordt de zone des doods genoemd en het is nog minder leuk dan het al klinkt,” vertelt klimmer Rhys Jones. “Het eindeloos omhoog lopen in de ijle lucht is net zwemmen in lijm. Er zit ijs binnen in de tenten. Het is verschrikkelijk. Je hebt geen eetlust, je kan niet goed uitrusten en het is genadeloos koud.”

    Maar wie waagt, die wint. En voor Rhys, die al sinds zijn twaalfde droomde van het beklimmen van de hoogste berg ter wereld, zou het de pijn waard zijn om vijf minuten op de 8.850 meter hoge top te staan.

    “Ik was bij een lezing over de Mount Everest toen ik nog bij de scouts was,” vertelt hij. “Ik wist toen eigenlijk nog helemaal niks over bergen. Maar ik besloot gewoon dat ik op een dag de Everest zou beklimmen en wat er daarna is gebeurd was het gevolg van hard werken naar dat ene doel.”

    Het doel was niet alleen om de Mount Everest te bedwingen, maar ook om de jongste klimmer ooit te worden die de Seven Summits Challenge voltooide, door de hoogste berg van elk van de zeven continenten te beklimmen.

    De Mount Everest zou de laatste van deze zeven bergen zijn, maar daarvoor moest Rhys eerst nog bijna 36.000 euro inzamelen.

    “Ik heb letterlijk honderden brieven gestuurd naar potentiële sponsors, maar ik had weinig geluk,” vertelt hij. “Maar toen schoot INEOS te hulp, waardoor ik zo goed als zeker kon gaan klimmen.”

    INEOS-voorzitter Jim Ratcliffe stemde in Rhys te ontmoeten om de geplande expeditie te bespreken.

    “Ik had geen idee wat ik kon verwachten toen ik hem ontmoette,” vertelt Rhys. “Ik weet nog dat ik volledig in pak kwam aanrijden in mijn krakkemikkige vijfdeurs. Hij droeg een jeans met T-shirt.”

    De twee praatten een uur lang.

    “Ik kreeg de indruk dat hij alles heel goed opneemt en hij leek het hele gesprek zeer geïnteresseerd, wat indrukwekkend is gezien hij waarschijnlijk veel aan zijn hoofd heeft,” aldus Rhys.

    “Het was ook een teken dat er goede mensen voor hem werkten, aangezien hij zo lang met mij kon praten.”

    De persoonlijke ontmoeting resulteerde in een sponsordeal met INEOS van bijna 36.000 euro.

    “Het was een keerpunt,” vertelt Rhys.

    Met het geld op zak – en een INEOS-vlag om op de top te planten – kon Rhys zich nu gaan concentreren op de komende reis.

    In mei 2006 vertrokken Rhys, drie andere klimmers, twee gidsen en vijf sherpa’s vanuit het Mount Everest Base Camp.

    “Wij waren dat jaar het eerste team dat richting de top ging, dus we moesten tijdens de hele klim touwen bevestigen en een weg banen door de sneeuw, wat een behoorlijke karaktertest was,” vertelt hij.

    “Tot op de dag van vandaag, heb ik door deze ervaring een goede kijk op wat moeilijk is en wat niet.”

    Angst is daarentegen iets wat het team op de berg heeft achtergelaten.

    “Als je succesvol wilt zijn, kan je je geen demonen veroorloven,” volgens Rhys.

    “Om iets te bereiken moet je een zeker risico durven nemen” Rhys Jones

    “Natuurlijk maakte ik me soms zorgen. Het ging een aantal keer bijna mis. Ik ben twee keer bijna meegesleurd door een lawine. Mensen sterven op de Everest, en daar was ik tamelijk nuchter over. Incidenten zijn óf mis, óf raak. Zolang het niet ‘raak’ was, zou ik doorgaan.

    “Ik hoopte alleen dat ik geluk zou hebben met het weer en niet op het verkeerde moment op de verkeerde plek zou zijn.”

    Zouden zijn zorgvuldig gemaakte plannen zijn mislukt – en op de Everest kan dat op adembenemende en angstaanjagende snelheden gebeuren – dan zou Rhys zijn omgekeerd. Al was hij nog zo dicht bij de top.

    “Geen enkele berg is het waard om mijn vingers, tenen of mijn leven voor te verliezen,” stelt hij. “Ik zou het dan later gewoon nog eens proberen. Die berg gaat nergens heen. Het lijkt er helaas op dat de Everest iets met je doet waardoor veel intelligente mensen tijdens de beklimming onnodige risico’s nemen.”

    Het beklimmen van de Everest heeft tot nu toe meer dan 200 levens geëist en ongeveer 150 lichamen zijn nooit gevonden.

    “Om de Everest te kunnen beklimmen moet je mentaal heel sterk zijn, zodat je alleen omdraait als het echt te gevaarlijk wordt,” vertelt hij.

    “Als het niet te gevaarlijk is, moet je gewoon doorbijten en blijven doorgaan.”

    Rhys bereikte de in wolken gehulde top op 17 mei 2006 om drie uur ’s middags na een laatste, zestien uur durende klim.

    Het was een immense opluchting.

    “Ik was gigantisch opgelucht toen ik de top bereikt had, maar ik was me ook direct bewust van het feit dat het al laat was en ik nog een lange weg naar beneden te gaan had,” vertelt hij.

    “Ik rolde de INEOS-vlag uit, deed mijn zuurstofmasker af, liet een paar foto’s maken, zei ‘bedankt God’ en ging naar beneden.”

    Tegenwoordig heeft Rhys zijn eigen bedrijf, RJ7 Expeditions, met kantoren op vier verschillende continenten. Daarmee helpt hij anderen de reis van hun leven te plannen.

    “Het is niet op hetzelfde niveau als INEOS, maar we groeien in snel tempo,” zegt hij lachend. Eigen klimervaring heeft hem geholpen bij het opzetten van zijn bedrijf.

    “Er zijn veel overeenkomsten tussen die twee dingen,” vertelt hij. “Een team managen in een risicovolle omgeving, ambitieus zijn en doelen behalen, zijn op beide vlakken van toepassing.”

    Volgens hem is het nemen van risico’s noodzakelijk in het leven.

    “Om iets te bereiken moet je een zeker risico durven nemen,” stelt hij.

    “De risico’s die je neemt tijdens het klimmen zijn soms een kwestie van leven of dood, de risico’s die je neemt in het bedrijf zijn eerder financieel. Maar ik ga er op dezelfde manier mee om. Ik focus op de feiten, de waarschijnlijkheden en de gevolgen en neem dan een besluit.”

    Hij is van mening dat veel bedrijven ten onder gaan als gevolg van slecht management en een gebrek aan focus.

    “Een slecht gemotiveerd team is een enorme geldkuil, terwijl de oplossing redelijk goedkoop kan zijn,” zegt hij.

    “Een andere valkuil is gebrek aan een duidelijke focus; in deze tijden van crisis zijn er veel bedrijven die alles aanpakken wat ze kunnen, in plaats van zich te concentreren op dat waar ze goed in zijn.”

    Rhys wordt gedreven door zijn passie en dat zal altijd zo blijven.

    “In al die jaren dat ik heb geklommen, heb ik nooit het gevoel gehad dat ik een berg bedwongen had,” vertelt hij. “Ik ben alleen maar blij dat ik heb kunnen genieten van de klim en eventjes op de top heb kunnen staan.”

    10 minuten gelezen Nummer 5
  • all-power-switz-banner.jpg

    Alle energie naar Zwitserland

    Wat deze wereld vandaag de dag meer dan ooit nodig heeft, is scheikunde. De chemische industrie, verre van een kostenpost voor de samenleving, is als beste in staat om te begrijpen wat er gedaan moet worden om een duurzame wereld te creëren en, nog belangrijker, weet ook hoe dit bereikt kan worden. Tot nu toe hebben elf landen zich aangesloten bij SusChem Europe en Zwitserland is de volgende in de rij. En INEOS, een bedrijf dat floreert door innovatieve oplossingen voor uitdagende problemen, is de drijvende kracht. 

    De kernramp in Fukushima, die werd veroorzaakt door een aardbeving en een enorme tsunami in Japan in maart 2011, bleef nazinderen in de hele wereld.

    Duitsland sloot acht kernreactoren, in Italië werd massaal tegen de aanwezigheid van kerncentrales gestemd en in Spanje werd de bouw van nieuwe reactoren verboden.

    In Zwitserland werd op een soortgelijke manier gereageerd. Na de ramp in Japan maakte het land als eerste in Europa zijn plannen bekend om kernenergie af te gaan bouwen.

    Ter vervanging van kernenergie heeft de Zwitserse Bondsraad de fundamenten gelegd voor een nieuwe strategie voor de Zwitserse energievoorziening tegen 2050.

    In eerste instantie dient Zwitserland terug te vallen op het importeren van energie en elektriciteit, wat tot een toename van de CO2-voetafdruk leidt en het land voor een enorme politieke en economische uitdaging stelt.

    Maar deze moedige beslissing biedt ook een uitgelezen kans én impuls voor Zwitserland om meer verantwoord om te gaan met energie, en het gebruik van CO2 op te waarderen door het eerder als grondstof dan als brandstof in te zetten.

    In november zal SusChem Switzerland gelanceerd worden tijdens een Ecochem-evenement in Bazel, waar de meest invloedrijke industriële en politieke leiders, wetenschappers en innovatie-pioniers samenkomen.

    De timing van dit door INEOS aangestuurde initiatief had niet beter gekund.

    “INEOS is vanaf het begin een van de drijvende krachten geweest achter SusChem Zwitserland,” vertelt Greet van Eetvelde, voorzitter van SusChem Switzerland.

    Het vinden van oplossingen voor het verlagen van de CO2-uitstoot, het verminderen van energieverbruik, het effectief beheren van hulpbronnen, het verwerken van afval en het ontwikkelen van schone technologieën, zijn de doelstellingen van SusChem Switzerland.

    “De focus zal liggen op industriële symbiose,” zegt Greet

    “Om echt dingen te kunnen veranderen zullen verschillende industriële sectoren nieuwe manieren moeten vinden om samen te werken aan het realiseren van een gemeenschappelijke toekomstvisie waar iedereen baat bij heeft.”

    Greet, die bij INEOS Europe werkt, vertelt dat in de procesindustrie veel afvalwarmte wordt geproduceerd die eenvoudig hergebruikt kan worden,hetzij onsite, hetzij door andere industrieën en zelfs in naburige gemeenten.

    “Dat is de toekomst,” legt ze uit. “Het is een winwinsituatie voor alle betrokken partijen. De ene industrie heeft mogelijk een vraag, waar de andere juist het antwoord op heeft. We zijn als het ware de lijm tussen deze twee partijen.”

    Vandaag de dag werkt INEOS nauw samen met de Ecole Polytechnique Fédérale de Lausanne (EPFL) om energieintegratie en -optimalisatie te bewerkstelligen op de productiesites van INEOS.

    Daarnaast heeft INEOS zich vorig jaar geëngageerd om tot 2022 financiële steun te bieden aan innovatieve en ondernemende projecten die voortvloeien uit onderzoek aan EPFL.

    Greet hoopt dat de ‘INEOS Innogrant’ “bijdraagt aan boeiend laboratoriumonderzoek, met name op het gebied van groene chemie.” De eerste ‘INEOS Innogrant’ zal tijdens de SusChem-conferentie worden uitgereikt aan Imperix, een jong bedrijf dat zich toelegt op de stabiliteit van het elektriciteitsnetwerk.

    Verder zullen zowel het produceren, beheren en opslaan van energie als het capteren en benutten van CO2 worden onderzocht aan de nieuwe EPFL Valais Wallis campus in het Zwitserse kanton Valais.

    Zo is er bijvoorbeeld onderzocht of Zwitserland voordeel zou kunnen halen uit zijn gletsjers, die door de stijging van de temperatuur op aarde alarmerend snel aan het smelten zijn.

    Op de plekken waar gletsjers samenkomen, worden nieuwe meren gevormd en er is gekeken of deze natuurlijke reservoirs de productie van waterkrachtenergie zouden kunnen stimuleren.

    Momenteel hebben elf landen, waaronder België, Frankrijk, Duitsland, Italië en Groot-Brittannië, hun eigen SusChem Nationaal TechnologiePlatform. Zwitserland zal, dankzij een duwtje in de rug van INEOS, het twaalfde zijn.

    Het Zwitserse initiatief wordt geïntroduceerd tijdens de driedaagse Ecochem-conferentie, waar de belangrijkste spelers uit de chemische sector en haar toe- en naleveranciers samenkomen rond één thema: het stimuleren van ‘groene chemie’.

    Het netwerk van nationale technologieplatformen is gelinkt aan SusChem Europe, het European Technology Platform for Sustainable Chemistry, dat in 2004 werd opgericht als gezamenlijk initiatief van de European Chemical Industry Council (Cefic) en andere partijen.

    Eerder dan een ‘discussiegroep’ dient SusChem gezien als een drijvende kracht voor de toekomst van de chemie. Het initiatief is inmiddels officieel erkend door de Europese Commissie.

    In de voorbije jaren heeft SusChem bijgedragen aan de ontwikkeling van geavanceerde materialen en procestechnologieën die hebben geleid tot een efficiënter gebruik van energie, grondstoffen en water.

    Dit zijn precies de krachtlijnen van de huidige groeistrategie van de Europese Unie en ‘Horizon 2020’, het nieuwe Europese financieringsprogramma voor Onderzoek en Innovatie dat per 1 januari wordt geïntroduceerd om vraagstukken als klimaatverandering, energie- en voedselveiligheid, gezondheid en de vergrijzing aan te pakken.

    Kort gezegd is de Europese Commissie van mening dat de Europese chemische industrie een cruciale rol speelt in de totstandkoming van een betere toekomst voor ons allemaal.

    SusChem Switzerland kan voortbouwen op de visie en missie van SusChem Europe om een nog meer competitief en innovatief Europa te creëren waarin duurzame chemie oplossingen aandraagt voor de toekomstige generaties.

    “INEOS weet dat het een bijdrage kan leveren,” zegt Greet.

    Voor INEOS, dat in 2010 met z’n hoofdkantoor naar Rolle verhuisde, biedt de betrokkenheid bij SusChem Switzerland ook de kans om een grotere rol te spelen in de toekomstvisie van Zwitserland, terwijl het tegelijkertijd haar eigen aanwezigheid manifesteert.

    Cefic liet weten verheugd te zijn met de beslissing van INEOS om een belangrijke rol te spelen in SusChem Switzerland.

    “Zwitserland is een belangrijk productieknooppunt voor Europa, zowel voor basischemicaliën als fijnchemicaliën met toepassing als actieve stoffen in de gezondheidssector, en nog veel meer,” vertelt Esther Agyeman-Budu, Cefics communicatieadviseur voor onderzoek en innovatie.

    “Bedrijven zoals INEOS, die meer kennis hebben op dit gebied, zijn nodig om de productie nieuw leven in te blazen. Gezien de schaarste aan grondstoffen en hulpbronnen, dienen we alle middelen zo optimaal mogelijk in te zetten met het oog op een maximale return voor de samenleving.”

    Log voor meer informatie over de Ecochem-conferentie in op www.ecochemex.com.

    Meer informatie over SusChem kunt u vinden op www.suschem.org.

    8 minuten gelezen Nummer 5
  • climate-change-banner.jpg

    Een nieuwe wind

    Een aantal vans werelds voornaamste chemiebedrijven gaan de uitdaging aan om een mondiaal probleem aan te pakken en de natuurlijke grondstoffen van de aarde te beschermen.

    INEOS, AGA, AkzoNobel, Borealis en Perstorp, de chemiecluster in Stenungsund, Zweden, heeft grootse plannen die ze vóór 2030 willen verwezenlijken. Tegen dan willen ze kunststoffen en chemische stoffen die gebruikt worden voor slangen, buizen, vloeren, verf, kabels, reinigingsmiddelen en vele andere toepassingen, waar mogelijk produceren zonder gebruik te maken van fossiele brandstoffen zoals olie, steenkool en aardgas.

    Voor INEOS in Stenungsund, dat uitsluitend fossiele brandstoffen gebruikt, zal dit een behoorlijke uitdaging worden. Maar Lars Josefsson, voorzitter van INEOS Sverige AB, zegt dat het vinden van en overschakelen naar duurzame brandstoffen van vitaal belang is, niet alleen voor Zweden maar ook voor de rest van de wereld als we de effecten van de klimaatverandering willen helpen terugdraaien.

    “Het is een enorme uitdaging, maar we willen meebouwen aan een toekomst waarin grondstoffen efficiënt worden ingezet en al onze producten gerecycleerd worden,” vertelt hij.

    “Wij willen hernieuwbare grondstoffen gebruiken om duurzamere producten te ontwikkelen.”

    De chemiecluster met de vijf bedrijven in Stenungsund wordt aanzien als een van de beste ter wereld. Ze hebben sinds de lancering van hun visie – Sustainable Chemistry 2030 – dan ook al een aanzienlijk bedrag verworven voor de financiering van dit plan.

    “Als we er in slagen, zou dat een sterke verbetering van het milieu en de economische welvaart van de regio betekenen,” zegt Lars.

    “We weten dat het mogelijk is, maar het gebeurt niet vanzelf. Er zijn veel verschillende spelers nodig om dit te bereiken, inclusief samenwerking met de academische en politieke wereld en met andere industrieën. We moeten allemaal samenwerken.”

    En dat is wat ze aan het doen zijn sinds ze hun visie uiteengezet hebben.

    Tot nu toe hebben ze fondsen gekregen van onder andere de Europese Unie en van verschillende Zweedse overheidsinstellingen.

    Hun visie om niet langer afhankelijk te zijn van de olie- en gasreserves van deze aarde, heeft hen ook het respect van de lokale gemeenschap opgeleverd.

    Volgens de vijf bedrijven zal Stenungsund binnen twintig jaar de motor zijn van de West-Zweedse economie, hét centrum binnen de chemische industrie voor het produceren van duurzame producten én de plek voor gelijkgestemde bedrijven om te groeien en zich te ontwikkelen.

    Maar de eerste stap richting 2030 is eigenlijk al gezet. Zowel INEOS als Borealis was betrokken bij het promoten en steunen van de plannen van Stena Recycling voor het ontwikkelen van een technologie waarmee jaarlijks duizenden tonnen kunststof kabels kunnen worden hergebruikt voor nieuwe producten. Het recycleren begon enkele jaren geleden en elk jaar zijn duizenden tonnen kunststoffen (PVC en PE) succesvol hergebruikt.

    “Dat was voorheen nooit mogelijk vanwege de hoge concentratie metaal in het materiaal,” aldus Lars.

    Een ander voorbeeld is AkzoNobel, dat veel investeert in onderzoek en ontwikkeling. Een van de (commerciële) eindresultaten is een effectieve vuil- en vetverwijderaar op waterbasis waardoor in een carwash meer dan 97% van het water hergebruikt kan worden. De meeste nieuwe wasstraten in Zweden worden nu met deze technologie gebouwd.

    “Energie is ook erg belangrijk,” zegt Josefsson. “We zijn nu met een project bezig rond energiebesparing.

    “Een complete locatieanalyse, uitgevoerd door Chalmers University of Technology en gefinancierd door het Zweedse energieagentschap, toont voor de vijf bedrijven samen een groot besparingspotentieel.

    “De tweede fase is nu van start gegaan om te kijken hoe dit potentieel gerealiseerd kan worden.”

    De chemiecluster heeft ook een project gelanceerd om meer plastic van ziekenhuizen te recycleren.

    “Er wordt veel plastic gebruikt in ziekenhuizen, onder andere PVC,” zegt Josefsson. “We hebben nu een consortium opgezet met partners, waaronder de provincie Stockholm en de westkust van Zweden. Andere partners naast INEOS zijn onder meer Zweedse universiteiten en instituten, recycleringsbedrijven en PVC MedAlliance*. Het doel is om een duurzaam managementsysteem op te zetten voor medisch kunststofafval via een nauwe samenwerking tussen verschillende belanghebbenden en praktijkprojecten.”

    Een ander project is het samenwerkingsprogramma met enkele belangrijke spelers uit de Zweedse papier- en pulpsector om mogelijk duurzame grondstoffen uit bossen te gebruiken. Zweden, dat de op twee na grootste papieren pulpindustrie van Europa heeft, neemt een unieke positie in omdat grote delen van het land bebost zijn.

    Maar vanwege de afnemende papierconsumptie zoekt de industrie naar nieuwe toepassingen.

    Het project, Forest-Chemistry, wordt gesteund door het Zweedse overheidsbedrijf VINNOVA.

    Ondertussen heeft Sustainable Chemistry 2030 ook steun gekregen van onderzoeksinstellingen als Chalmers University of Technology, SP Technical Research Institute of Sweden, The University of Gothenburg, IVL en Luleå/ Umeå University.

    “Het platform, Sustainable Chemistry 2030, heeft de samenwerking binnen de cluster doen toenemen en helpt de visie uitdragen dat chemie nodig is voor de biogebaseerde maatschappij van morgen” aldus Lars. “Dit zal heel belangrijk worden wanneer we ook andere cruciale kwesties met politici gaan bespreken.”

    Volgens Lars biedt het jaar 2030 een duidelijke focus en zorgt het voor de juiste druk om onze doelen te realiseren.

    “Wij denken dat het mogelijk is om ons doel te bereiken,” stelt hij.

    *Lees meer over PVC Med Alliance op www.pvcmed.org.

    6 minuten gelezen Nummer 5
  • ethylene-terminal-banner.jpg

    Ethyleenterminal geeft INEOS voorsprong op rivalen

    INEOS Oxide heeft een nieuwe diepzeeterminal met een capaciteit van één miljoen ton geopend in haar fabriek in België, zodat het uit de hele wereld concurrentieel geprijsd ethyleen kan  invoeren.

    Video

    Ethyleenterminal

    00:00

    CEO Hans Casier stelt dat de Antwerpse fabriek daardoor succesvol kan concurreren met de beste bedrijven ter wereld.

    De nieuwe terminal, de spil van het op één na grootste petrochemisch bedrijventerrein ter wereld, werd officieel geopend door Vlaams Minister-President Kris Peeters.

    “Deze nieuwe terminal betekent een aanzienlijke versterking van de petrochemische cluster in Antwerpen, die in de afgelopen vijftig jaar gekwalificeerde banen en welvaart naar Vlaanderen heeft gebracht,” zei hij. “Deze investering toont aan dat INEOS toekomst ziet in Antwerpen en is een teken dat het beleid van Vlaanderen vruchten begint af te werpen.”

    Dankzij de terminal is het nu mogelijk om de grootste ethyleenvrachtschepen ter wereld te lossen voor INEOS’ Europese productievestigingen op de site in Antwerpen of voor sites die aangesloten zijn op de ARG-pijpleiding van Antwerpen naar Keulen en het Ruhrgebied.

    INEOS kan concurrentieel geprijsde grondstoffen leveren en op een efficiënte manier voldoen aan de vraag van veel van haar belangrijkste Europese productievestigingen. Dit door de aansluiting van de terminal van INEOS Oxide in Antwerpen op het pijpleidingnet naar de INEOS Oligomers LAO/PAO fabriek in Feluy en INEOS Olefins & Polymers in Lillo en in Keulen.

    4 minuten gelezen Nummer 5
  • new-light-banner.jpg

    Industrie in een nieuw licht

    De Fransen konden deze zomer de industrie in een heel ander licht bekijken.

    Reusachtige, verlichte afbeeldingen en foto’s van mensen die werken bij INEOS en Petroineos werden geprojecteerd op enorme opslagtanks. Op gebouwen in Martigues en Port-de-Bouc werden grote foto’s van de raffinaderij in Lavéra getoond.

    Het evenement – getiteld ‘De nacht van de Industrie’ – maakte deel uit van het eerbetoon van de Europese Culturele Hoofdstad Marseille-Provence aan haar industrieel erfgoed.

    De fabriek van Lavéra – met inbegrip van dochterondernemingen Appryl, Naphtachimie en Oxochimie – is normaal gesloten voor het publiek, maar opende nu toch haar deuren.

    Martine Le Ster van Petroineos Manufacturing France SAS zei, dat meer dan 700 mensen de vestiging bezochten en deelnamen aan een busrondrit met commentaar van acteurs.

    Op andere locaties werden toneelstukken en concerten opgevoerd en ook op fabrieksterreinen van andere bedrijven werden veel bezoekers verwelkomd.

    1 minuut gelezen Nummer 5
  • unipetrol-banner.jpg

    Unipetrol heeft vertrouwen in INEOS

    De belangrijkste raffinaderij en petrochemische groep van Tsjechië heeft INEOS gekozen om te helpen bij het ontwikkelen van haar polyethyleenfabriek.

    Unipetrol heeft een licentie verleend voor het Innovene S Process van INEOS Technologies, zodat INEOS in de ethaankraker in Litvinov MD- en HD-polyethyleen kan produceren.

    Unipetrol liet weten dat de bouw van de nieuwe polyethyleenfabriek een belangrijk investeringsproject is in haar middellange termijn strategie.

    “We hebben gekozen voor de nieuwste technologie, zodat we ons huidig productportfolio kunnen innoveren en kunnen voldoen aan de moeilijkste wensen van onze klanten,” aldus Marek Świtajewski, voorzitter van de Raad van Bestuur en algemeen directeur.

    De nieuwe technologie zal ook tot verbetering van de productieveiligheid en -betrouwbaarheid leiden.

    1 minuut gelezen Nummer 5
  • ineos-capital-banner.jpg

    INEOS Capital

    Bij alles wat INEOS doet, waar ook ter wereld, staat duurzaamheid centraal. Maar wat is de visie van het bedrijf op dit veelbesproken onderwerp? Om daar een antwoord op te krijgen, sprak Tom Crotty met Jim Dawson, lid van de raad van bestuur van INEOS en voorzitter van INEOS Technologies, Oxide en Bio, en een man met veel ervaring binnen de petrochemische industrie.

    Video

    INEOS CAPITAL INTERVIEW

    00:00

    Tom: Veel bedrijven hebben een afdeling ‘Duurzaamheid’ opgericht, maar INEOS niet. Vindt INEOS duurzaamheid niet belangrijk genoeg om er een eigen afdeling aan te wijden?

    Jim: Integendeel! Duurzaamheid is heel belangrijk voor INEOS. Het staat centraal bij al onze activiteiten. Maar wij zijn geen bedrijf met een grote centrale afdeling die steeds ‘duurzaamheid’ roept. Wij verwachten van al onze afdelingen en van al onze medewerkers dat duurzaamheid verweven is in al hun dagelijkse bezigheden.

    Ik kan me nog herinneren – ik ben al oud – dat de olieprijs zo’n 40 jaar geleden ongeveer 2 dollar per vat was (vergelijkbaar met 10 dollar nu) en dat energie heel goedkoop was. Sinds een aantal jaren ligt de prijs rond de 110 dollar. De druk om de energieconsumptie te beperken en energiebesparende producten te maken is daardoor veel groter geworden. Enkele geode voorbeelden daarvan zijn de verbetering van onze processen en de grotere efficiëntie van onze fabrieken. We investeren in betere warmtewisselaars. We verbeteren onze betrouwbaarheid en fakkelen minder af. We werken aan onze ovens zodat ze efficiënter worden. Dit alles heeft ons energieverbruik sterk teruggedrongen. En de producten die we maken leveren de maatschappij ook aanzienlijke voordelen op. Geëxpandeerd polystyreen bijvoorbeeld. We hebben een speciaal type, EPS Silver, dat gebruikt wordt om gebouwen te isoleren. Met dit type EPS kan de energie-efficiëntie van een gebouw 20% hoger liggen dan met het standaardproduct. En dat is slechts één voorbeeld van een chemisch product dat goed is voor duurzame ontwikkeling. Over het geheel genomen kun je voor chemische producten stellen dat voor elke kilo CO2 die wordt uitgestoten tijdens de productie, er twee kilo CO2 wordt bespaard tijdens het gebruik. 

    Tom: INEOS heeft het vaak over het belang van goede relaties met de omgeving. Waarom is dat zo belangrijk voor een duurzaam bedrijf?

    Jim: Dat is in veel opzichten van belang. We moeten het vertrouwen behouden en een goede relatie onderhouden met onze directe omgeving. Een van de redenen hiervoor is dat er bij ons natuurlijk veel mensen werken die in de directe omgeving wonen. Het is belangrijk dat we heel open zijn over wat we bij onze vestigingen doen. Bijvoorbeeld over veiligheid en milieu. Dat zijn twee onderwerpen waar wij veel waarde aan hechten. Als we het op die vlakken goed doen, weten de omwonenden dat wij verantwoord werken. Wij nemen onze veiligheids-, gezondheids- en milieuprestaties uiterst serieus, tot op het hoogste niveau. We hebben 15 businesses en ongeveer iedere twee maanden vergadert hun Raad van Bestuur. Elke vergadering begint met een bespreking over persoonlijke veiligheid, procesveiligheid en milieu-impact. Het doet me genoegen dat ik kan vertellen dat onze score op persoonlijke veiligheid afgelopen jaar een van de hoogste ooit was in de geschiedenis van INEOS, en ook op het gebied van milieu-impact hebben we een van de beste jaren gehad. Daarom ben ik er van overtuigd dat wij het goed doen, voor de gemeenschap en voor onszelf. Veel vestigingen organiseren ook bijeenkomsten met de omwonenden, om hen volledig op de hoogte te houden van wat er allemaal in en rond de fabriek in hun omgeving gebeurt.

    Tom: Een ander belangrijk aspect van duurzaamheid is het aantrekken en vasthouden van de juiste mensen. Hoe zorgt INEOS dat het zijn medewerkers opleidt en ontwikkelt tot de beste vakmensen? 

    Jim: Ons werkveld stelt hoge technische eisen en de concurrentie is fel. We moeten er dus voor zorgen dat we de juiste mensen aantrekken en vasthouden, op alle niveaus van de organisatie. Zo gebruiken we stageplaatsen om de processen in onze vestigingen te stroomlijnen en kansen te bieden voor verdere ontwikkeling. We hebben ook programma’s voor pas afgestudeerde medewerkers, waarin we trainingen over andere vakgebieden organiseren, zodat ze meer diversiteit in hun carrière kunnen brengen, kansen krijgen bij verschillende bedrijfsonderdelen en zich binnen het bedrijf kunnen ontwikkelen. Daarom werken we veel samen met opleidingsinstellingen, scholen, technische beroepsopleidingen en universiteiten. Zo proberen we de juiste mensen te vinden en hen voor ons bedrijf te interesseren: zij zijn de toekomstige leiders van onze sector.

    Tom: Jim, we hebben het nu veel over de bedrijfscultuur gehad. INEOS lijkt met zijn bedrijfscultuur te willen stimuleren dat medewerkers sterk ondernemerschap ontwikkelen. Waarom?

    Jim: INEOS heeft zijn eigen stijl. Het is gefocust. Het richt zich op winst, het richt zich op veiligheid en het streeft naar ondernemerschap met een ‘cando’- benadering. En dat hebben we hard nodig, want de chemische industrie is complex en kent een felle concurrentie. Chemische stoffen worden gebruikt in de vervoerssector, in de geneeskunde, de communicatie, in gebouwen, in een heel scala aan belangrijke markten. We hebben sterk ondernemerschap nodig om daar het beste uit te halen. Er zijn volop voorbeelden te noemen. De verpakking van vloeibare voedingsmiddelen is voor ons allemaal belangrijk. Wij kunnen de kernlaag van de verpakking 35% dunner maken door een andere katalysator te gebruiken in het polyethyleen waarvan ze gemaakt worden. We gebruiken ook relatief eenvoudige oplossingen, zoals de toepassing van een ander type HD-polyethyleen om het gewicht van flesdoppen te verlagen. Dat lijkt onbenullig, maar als je bedenkt dat er wereldwijd miljarden flessen worden gemaakt en leeggedronken, dan begrijp je dat zulke kleine aanpassingen toch een groot verschil maken. 

    Een ander voorbeeld van onze ondernemerszin vind je bij onze biobrandstoffen. We hebben een manier ontwikkeld om organisch afval om te zetten in bio-ethanol. Dat organisch afval kan bestaan uit vast gemeentelijk afval. Het wordt vergast tot syngas, een mengsel van koolstofmonoxide en waterstof. Dit syngas reageert vervolgens met micro-organismen, die het omzetten in ethanol. Daarvoor hebben we in Florida een fabriek op industriële schaal gebouwd met een capaciteit van meer dan 30 miljoen liter. Deze fabriek is de eerste ter wereld in haar soort en is nu volledig bedrijfsklaar. De technologie is helemaal nieuw, dus het opstarten van de fabriek was een tijdrovend proces. Werken met vast afval als startmateriaal en vloeibare materie verder in het proces vraagt om heel wat optimalisatie. Zo produceren we vandaag bio-ethanol op commerciële schaal en leveren we een bijdrage aan de nationale energievoorziening. Dat is toch een prachtig voorbeeld van duurzame ontwikkeling?

    Tom: Waarom is het zo belangrijk dat bedrijven zoals wij producten ontwikkelen die het verschil maken? 

    Jim: Dat is heel eenvoudig, dat is gewoon de aard van de chemische sector. Het is belangrijk dat we nieuwe producten ontwikkelen die de wereld nodig heeft. Soms zijn dat heel gewone dingen. Chloor, bijvoorbeeld, is een product dat al tientallen jaren bestaat. De chloor die wij in het Verenigd Koninkrijk maken, wordt gebruikt voor 98% van de waterzuivering in het land. Dat zijn cijfers waar we trots op mogen zijn. We hebben ook een biochloor-membraantechnologie ontwikkeld om de huidige kwikcellen te vervangen en de chloor op deze manier zo’n 30% efficiënter te produceren.

    Ook synthetische motorolie is een goed voorbeeld. De motoren van auto’s worden steeds ingewikkelder en steeds efficiënter en vereisen kwalitatief hoogwaardige motorolie. Wij maken synthetische olie voor de meest verfijnde smeermiddelen. 

    Maar dat is niet de enige toepassing. Vergelijkbare producten worden ook in compressorblokken en versnellingsbakken gebruikt. Een mooi voorbeeld hiervan is de speciale smeerolie die we voor windturbines hebben ontwikkeld. Stel je eens een windturbine voor – een enorm hoog bouwwerk, met de aandrijving in de gondel hoog in de lucht. Je wilt dan niet iedere week naar boven moeten klimmen om alles te smeren. Daarom hebben wij producten ontwikkeld die een hoge schuifsterkte hebben, lang meegaan, goed smeren, frictie verminderen en ideaal zijn om de levensduur van de vele windturbines overal ter wereld aanzienlijk te verlengen.

    Verder produceren wij ook acrylonitril, een tussenproduct bij het maken van carbonvezel. Carbonvezel is licht en sterk. Als je het in vliegtuigen gebruikt, kan dit het brandstofverbruik met 30% terugdringen, doordat het vliegtuig veel lichter is. Carbon wordt dus niet alleen in golfclubs gebruikt. In de vervoerswereld kan dit een groot verschil maken. Bij INEOS zijn we ervan overtuigd dat onze producten écht het verschil maken.

    20 minuten gelezen Nummer 4
  • forward-thinking-banner.jpg

    Je komt nergens zonder toekomstvisie

    Bedrijven die duurzaam zaken willen doen moeten uit een rijk palet aan talent kunnen putten. Maar nu de beroepsbevolking vergrijst en er een tekort aan geschoolde krachten dreigt, wordt dit heel moeilijk. Net als alle bedrijven in onderzoek en techniek is INEOS zich hiervan terdege bewust. Het is een van de redenen waarom INEOS zo hard werkt om een goede werkgever te zijn, zodat het kundige werknemers kan aantrekken, en – nog belangrijker – ontwikkelen en behouden.

    En dat is precies wat bedrijven met toekomstvisie doen. Die denken vooruit.

    Die denken aan de toekomst. Die plannen vooruit.

    En dat plannen bestaat voor een belangrijk deel uit het achterhalen wie het bedrijf in de toekomst op een hoger plan kan brengen.

    Dat is nog nooit zo belangrijk voor de chemische industrie geweest als nu.

    Bedrijven in alle branches hebben momenteel te lijden onder de veroudering van de beroepsbevolking en een tekort aan kundige krachten, Aldus Cefic (de Europese raad van de chemische bedrijfstak).

    Vooral de chemische bedrijfstak heeft continu behoefte aan nieuwe hoogopgeleide, kundige en uiterst gemotiveerde en gedisciplineerde werknemers om de felle concurrentiestrijd die nu woedt te overleven. En juist deze branche heeft moeite dit voor elkaar te boksen, doordat steeds er steeds minder bètastudenten zijn.

    Dit is deels te wijden aan het imago van bètavakken onder leerlingen en deels aan de negatieve publieke opinie over de industrie.

    Eerder dit jaar heeft Cefic voor het eerst een rapport uitgebracht over hoe de Europese chemische bedrijfstak zou moeten verduurzamen.

    Volgens Cefic moet de chemische industrie harder werken aan een beter imago – en kan dat ook, als de bedrijfstak meer openheid van zaken geeft, meer betrokkenheid bij studenten, overheden en belanghebbenden toont en het grote publiek duidelijk laat zien hoe zijn producten bijdragen aan een betere leefomgeving.

    “We streven ernaar om de chemie en onze branche nog aantrekkelijker te maken als carrièrekeus,” aldus Cefic.

    Als bedrijf is INEOS daar duidelijk al mee begonnen.

    Het weet dat het wereldwijd zijn imago moet oppoetsen om de volgende generatie onderzoekers, technici, managers en vaklieden aan te trekken.

    Want ondanks INEOS’ sterke internationale positie, zou je echt niet de eerste zijn die zegt: ‘Ik heb nog nooit van INEOS gehoord.’

    Om de balans te herstellen, is INEOS al druk bezig om goede banden met scholen, universiteiten, andere opleidingsinstituten en locale gemeenschappen op te bouwen.

    Altijd met hetzelfde doel: om de slimste jonge talenten te inspireren en warm te maken om bij hen te komen werken – en om de omwonenden van de fabrieken te laten zien dat het ook aan hun welzijn denkt.

    “Goede relaties met onze omgeving en een goede werkomgeving zijn gewoon goed voor de zaken,” zei Anne-Gret Iturriaga Abarzua, Communications Manager voor INEOS in Keulen.

    “En ze zijn onmisbaar, wil je als bedrijf op de lange termijn kunnen floreren.”

    Deze aanpak werkt.

    In de Verenigde Staten en Duitsland, waar INEOS nauw samenwerkt met scholen, universiteiten en andere organisaties, heeft het zijn eigen succes kunnen creëren door precies de juiste mensen te werven.

    “We hebben, kortom, een talentaanvoer opgezet,” vertelde Sam Scheiner, HR director bij Olefins en Polymer USA aan INCH.

    Veel van het goede werk dat INEOS doet vindt echter stilletjes achter de schermen plaats.

    Dr. Anne-Gret Iturriaga Abarzua heeft onlangs een lezing gehouden op een internationaal congres over technische wetenschappen in Helsinki, Finland. Dit congres was door het Global Network of Science Academies georganiseerd om te benadrukken dat scholen en bedrijven samen moeten werken om de beroepsbevolking van de toekomst te vormen.

    INEOS is – net als de andere chemiebedrijven in Stenungsung, Zweden – heel actief betrokken bij het vooruitstrevende wetenschapscentrum Molekylverkstan, dat alleen vorig jaar al 50.000 bezoekers trok.

    Het centrum stimuleert jonge kinderen om met molecuulmodellen te spelen, zodat ze kunnen leren hoe de wereld echt in elkaar steekt.

    “Molekylverkstan is een springplank voor de chemische bedrijfstakken,” volgens Carita Johansson, Communications Officer bij INEOS ChlorVinyls in Stenungsund.

    “En ons uiteindelijke doel is om meer mensen bewust te maken van en te interesseren voor de technische wetenschappen.”

    Daarnaast helpt INEOS de plaatselijke technische beroepsopleiding de curricula te ontwikkelen, zodat deze goed aansluiten op een carrière in de industrie.

    “Het is belangrijk dat chemische bedrijven en scholen samenwerken, omdat we zo meer kinderen kunnen interesseren voor een studierichting waarin wij in de toekomst kundige werknemers nodig hebben,” zei ze.

    Op andere plaatsen blijft het grootste obstakel voor INEOS het feit dat veel mensen buiten het bedrijf nog nooit van INEOS gehoord hebben. En dat terwijl er 15.000 mensen bij INEOS werken, in 51 fabrieken in 11 landen.

    “Als je bedenkt hoe groot INEOS is, dan hebben we het verhaal van INEOS dus nooit genoeg naar buiten gebracht,” aldus Jill Dolan, HR Director van de INEOS Group.

    Om dat te doen heeft INEOS dit jaar voor het eerst carrièrebeurzen van topuniversiteiten in de VS en Europa bezocht.

    Maar de beste mensen verleiden om bij je organisatie te komen werken is niet voldoende, volgens Nathalie Crutzen, Accenture Chairman in Sustainable Strategy bij de HEC-Management School aan de universiteit van Luik.

    Volgens haar moeten bedrijven er ook meer aan doen om het leven van de werknemer – en van mensen die in de buurt van hun chemische fabrieken wonen en werken – te verbeteren.

    “Als we het macro-economische doel duurzame ontwikkeling willen bereiken, dan moeten bedrijven ook sociale zaken verbeteren, zoals het welzijn van medewerkers en de welvarendheid van de bevolking in de omgeving van het bedrijf,” zei ze.

    Ook dit maakt voor INEOS standaard deel uit van de dagelijkse bedrijfsvoering.

    “We doen ons best om te zorgen dat INEOS een prettige werkomgeving is, omdat we weten dat ons bedrijf voor de lange termijn afhankelijk is van een uitermate deskundig personeelsbestand,” zei Jill.

    “We willen ook dat de mensen die dicht bij onze faciliteiten wonen en werken ons gaan en blijven vertrouwen. We leggen ons erop toe om hen te ondersteunen, omdat dat ons bestaansrecht verstevigt.”

    8 minuten gelezen Nummer 4
  • safety-first-banner.jpg

    Veiligheid voorop voor INEOS

    Veiligheid heeft bij INEOS de hoogste prioriteit. Het bedrijf weet dat het geen toekomst heeft als het de veiligheid van zijn werknemers en mensen die in de buurt van zijn fabrieken wonen niet serieus neemt. Jarenlang heeft de INEOS-groep zijn veiligheidsprestaties nauwlettend bewaakt met een systeem dat nog van ICI afkomstig was. Maar nu pakt INEOS het anders aan. Het wil dat de wereld zijn prestaties kan vergelijken met die van de allerbesten. 

    De wereld kan de veiligheidsprestaties van INEOS binnenkort eerlijk vergelijken met die van andere petrochemische bedrijven.

    Internationale chemische reuzen als Shell, Dow Chemical, BP en Exxon rapporteren hun arbeidsongevallen en ziekteverzuim al jarenlang volgens de regels van de Occupational Health and Safety Administration (OSHA). Dit onderdeel van het Amerikaanse ministerie voor werkgelegenheid is al in 1970 opgericht, tijdens het presidentschap van Richard Nixon.

    INEOS, een bedrijf dat groot is geworden door acquisitie, heeft decennia lang een meldingssysteem voor letsel en ziektes gebruikt dat nog van ICI afkomstig was. 

    Maar nu heeft de groep besloten om net als veel andere bedrijven volgens de OSHA-regels te gaan rapporteren.

    “Hoewel het OSHA-systeem Amerikaans is, wordt het wereldwijd erkend,” aldus Stephen Yee, Business Safety Health and Environment Manager bij INEOS ChlorVinyls. 

    “Hierdoor wordt het makkelijker voor ons om onze veiligheidsprestaties te vergelijken met bedrijven als Exxon,” legt hij uit. “Nu hoeven we geen appels meer met peren te vergelijken.”

    Voor de Amerikaanse onderdelen van INEOS golden de OSHA-regels al. INEOS Olefins en Polymers, de twee grootste fabrieken van INEOS in de VS, hebben zelfs de OSHA-status ‘Star and Merit’ verdiend. Deze status behoort tot het speciale VPP-programma, waarvoor bedrijven moeten voldoen aan veel strengere, niet van overheidswege verplichte veiligheidsmaatregelen en -procedures.

    Bedrijven die aan dit programma willen deelnemen moeten een effectief gezondheids- en veiligheidssysteem hebben dat aan strenge prestatie-eisen voldoet.

    Kortom: ze moeten de standaard OSHA-regels ver overstijgen.

    Het systeem van INEOS heeft buitengewoon goed dienst gedaan en heeft het bedrijf in staat gesteld om zijn veiligheidsprestaties flink te verbeteren. Toen het bedrijf in de loop der jaren groeide, was dat voor INEOS dus geen reden om iets te veranderen. 

    De beslissing om nu op het OSHA-rapportagesysteem over te stappen is gewaagd en heeft grote gevolgen.

    “OSHA is heel anders”, aldus Stephen.

    Terwijl INEOS het voorschrijven van een paracetamolletje door de bedrijfsarts niet als ‘geclassificeerd te rapporteren verwonding’ zou rapporteren, moet dat onder OSHA wel.

    “Veiligheid blijft onze topprioriteit hebben en met deze verandering blijven we onze veiligheidsprestaties meten en verbeteren, maar nu op een iets andere manier” zei Stephen. 

    Om de overstap makkelijker te maken en te voorkomen dat het personeel denkt dat de veiligheidsprestaties ineens gekelderd zijn, heeft Stephen een rapport opgesteld waarin te lezen is hoe INEOS het volgens de OSHA-richtlijnen heeft gedaan sinds 2002. 

    “We wilden het personeel laten zien hoe we gescoord zouden hebben, in het hele bedrijf,” zegt hij.

    Sinds oktober gebruikt INEOS beide rapportagesystemen om zich voortdurend te blijven verbeteren.

    Stephen: “Op deze manier kunnen onze werknemers ook nog zien hoe we onder het oude systeem zouden hebben gepresteerd.”

    De verandering heeft geen invloed op de naleving van wet- en regelgeving en INEOS blijft aan alle regels voldoen.

    “In ieder land gelden de wettelijke vereisten van dat land,” vertelt hij. “Dat blijft zo.”

    De afgelopen vier jaar zijn de veiligheidsprestaties van INEOS ieder jaar verbeterd. 2012 zou het beste jaar tot nu toe zijn geweest. Maar afgelopen december werden in het Franse Lavéra vijf brandweermannen blootgesteld aan te hoge geluidsniveaus en dat was net één incident te veel.

    “Omdat ze meer dan drie dagen niet konden werken, werd het ‘geclassificeerd te rapporteren letsel’,” zei Stephen.

    Veiligheid heeft – net als altijd – de hoogste prioriteit bij INEOS. INEOS is er trots op dat het bedrijf open en eerlijk is over wat het doet, hoe het dat doet en wat dit betekent voor het personeel en de mensen in de omgeving van de 51 productiefaciliteiten.

    “We hebben altijd al meer bijgehouden en gerapporteerd dan wettelijk verplicht was,” zegt Stephen “en die diepgewortelde gewoonte verandert niet onder OSHA.”

    Hoewel sommige medewerkers misschien niet op de hoogte zijn van OSHA, weten veel anderen goed hoe het werkt.

    “OSHA is voor velen niet helemaal nieuw, want INEOS heeft meerdere bedrijven overgenomen waarin dat systeem al eerder was gebruikt,” aldus Stephen.

    Alle werknemers die volgens OSHA letsels moeten classificeren zijn afgelopen september opgeleid en Stephen is beschikbaar voor vragen, net als een aantal INEOS-teams uit de VS. 

    “Dit verandert niets aan onze visie op veiligheid in alle aspecten van ons werk. We doen de dingen nu gewoon anders, maar het is belangrijk dat de overgang soepel verloopt en dat de nadruk op ieders veiligheid ligt,” zei Stephen.

    7 minuten gelezen Nummer 4
  • jims-a-leader-banner.jpg

    Alle ogen zijn gericht op Jim

    Jim Ratcliffe, hoofd van INEOS, heeft een prijs gewonnen voor zijn bijzondere bijdrage aan onze leefomgeving.

    Video

    JIM RATCLIFFE WORDT GEPRESENTEERD MET DE PETROCHEMISCHE ERFGOED AWARD

    00:00

    Hij kreeg de Petrochemical Heritage Award tijdens het internationaal petrochemisch congres in San Antonio Texas in 2013.

    Eerdere winnaars van deze ‘lifetime achievement award’ – die al sinds lange tijd beschouwd wordt als de meest gerenommeerde in de branche – zijn enkele van de bekendste voortrekkers uit alle windstreken.

    Volgens Tom Tritton, hoofd en CEO van The Chemical Heritage Foundation, is Jim dit jaar de overduidelijke winnaar vanwege de snelle groei en het ongelooflijke succes van INEOS de afgelopen 15 jaar.

    “Sectoren met een wetenschappelijke grondslag hebben mensen als Jim nodig,” vertelde hij INCH na de uitreiking. “Hij weet begrip van fundamentele wetenschap te combineren met een scherp inzicht in de vertaling van theorie naar praktijk. 

    “Hij weet ook precies wanneer hij risico’s moet nemen om ideeën te kunnen verwezenlijken.”

    Dit is de eerste Brit die de prijs wint sinds deze 17 jaar geleden in het leven werd geroepen – en dat was niet onopgemerkt aan Jim voorbij gegaan.

    “Ik was even bang dat jullie minder streng waren geworden,” zei hij lachend.

    Maar de voormalig scheikundig ingenieur, in 1974 afgestudeerd aan de universiteit van Birmingham, zegt dat het succes van INEOS niet aan slechts één man te danken is.

    “Ik ben zo ver gekomen door wat INEOS bereikt heeft, maar dat is niet alleen aan mij te danken,” zei hij.

    “We zijn een hechte club bij INEOS en het is vooral een teamprestatie geweest.”

    INEOS, zei hij, werkte heel anders dan de meeste bedrijven van vergelijkbare omvang.

    “Wij lijken meer op een soort bedrijvenvereniging,” legt hij uit. “Onze onderdelen zijn erg zelfstandig. Onze staf en onze top zijn heel vrij en onafhankelijk.

    “Daarom gedragen mensen bij INEOS zich, hopelijk, meer als eigenaars dan als werknemers. En ik hoop dat dit hun ondernemendheid stimuleert, zodat ze flexibel en snel reageren.”

    Volgens Jim was INEOS voorheen erg bezig met vaste kosten, betrouwbare apparatuur, winst en veiligheid.

    “Iedereen in onze bedrijfstak heeft het over veiligheid, maar onze Raad van Bestuur vergadert 10 tot 15 keer per maand en veiligheid is altijd het eerste punt op de agenda”.

    Tijdens zijn dankwoord en de vragenronde daarna ging Jim ook in op een gedenkwaardige periode in de geschiedenis van INEOS: de recessie van 2008-2009, en hoe het bedrijf die crisis wist te overleven, en op de hausse van schaliegas die de volledige maakindustrie in de Verenigde Staten op zijn kop heeft gezet.

    Hij vertelde ook waarom INEOS niet van bureaucratie houdt – ‘dat verstikt bedrijven’ – en waarom volgens hem het VK, waar voorheen het hoofdkantoor van INEOS gevestigd was, nog steeds in een recessie verkeert. 

    “Ik ben ervan overtuigd dat iedere economie een sterke basis in de maakindustrie nodig heeft,” zei hij.

    “De belangrijkste reden dat de VK niet uit deze recessie is gekomen, is dat het niet, of heel weinig, produceert.”

    Hij zei dat het heel bedroevend was geweest om de productie in het VK nagenoeg te zien instorten, terwijl die 15 jaar geleden nog op één lijn stond met Duitsland, op zo’n 25%.

    Nu bestaat nog maar 10% van de Britse economie uit productie, terwijl dat in Duitsland nog steeds 25% is.

    Dat komt, zo legde hij uit, doordat de Britse regering toen meer oog had voor financiële dienstverlening dan voor productie.

    “Ze dachten dat de toekomst in financiële dienstverlening lag”.

    Jim vertelde de aanwezigen dat een maakindustrie in welk land dan ook pas succesvol kan worden als hij unique selling points (USP’s) heeft. 

    “Het Verenigd Koninkrijk heeft tegenwoordig niet veel USP’s meer,” zei hij. “Er zijn niet veel redenen voor bedrijven om in de VK te willen produceren, behalve wellicht de Engelse taal. 

    “De belastingen zijn relatief hoog, de vakbonden zijn lastig, pensioenen zijn duur, logistiek is een uitdaging en energie is extreem duur.”

    Amerika, daarentegen, heeft volgens hem heel veel USP’s.

    “Zij hebben vaardig personeel, redelijke vakbonden, verstandige pensioenen en sinds kort, een heel groot voordeel: goedkope energie en goedkope grondstoffen,” zei hij.

    Tijdens de vragenronde werd Jim gevraagd wat hij van schaliegas vindt – de goedkope grondstof die de Amerikaanse maakindustrie een flinke opkikker heeft gegeven – en of de regering van de VS de export van schaliegas aan banden zou moeten leggen om de Amerikaanse economie te beschermen.

    “Ik kan me voorstellen dat ze dit misschien in sommige regio’s willen beperken,” antwoordde hij. “Maar over het algemeen denk ik dat dit internationaal zou worden gezien als een lastig precedent, omdat Amerika veel olie importeert.” 

    Als 17e ontvanger van de Petrochemical Heritage Award maakt Jim nu deel uit van een exclusief gezelschap, waartoe ook de voormalig bestuurder van Cain Chemical en de oprichter van Texas Petrochemicals Company behoren. 

    “Jims carrière is een mooi voorbeeld hoe een optimist voortdurend groeit,” zei Tom Tritton. “Hij heeft INEOS door twee diepe industriële baisses van het ene succes naar het volgende geleid.

    “Hij is ook duidelijk iemand van de lange adem.

    Hij is al sinds 1998 topman van INEOS en heeft dit jaar de marathons van Parijs, Londen en Genève in minder dan vier uur gelopen.

    “Ik vind het lopen van een marathon buitengewoon bewonderenswaardig. Het toont toewijding, doorzettingsvermogen en bereidheid om zware doelen op zich te nemen.” 

    The Chemical Heritage Foundation en de Founders Club hebben de Petrochemical Heritage Award in 1997 in het leven geroepen om inspirerende personen te belonen die een uitstekende bijdrage hebben geleverd aan de petrochemische industrie en aan kennisverbreiding over moderne wetenschap, industrie en economie onder het grote publiek.

    Het beestje moet een naampje hebben

    Heb je je ooit afgevraagd waar de naam INEOS vandaan komt? 

    Die vraag werd aan Jim Ratcliffe gesteld nadat hij de prijs in Texas in ontvangst had genomen.

    Deze unieke naam is 15 jaar geleden bedacht met behulp van twee zoons, twee woordenboeken en de stimulatie van een uiterste overnamedatum. 

    Op de vrijdag voordat Jim de overname van het bedrijf zou afronden, vroegen zijn bedrijfsjuristen een naam. Voor maandag. 

    Op zaterdagochtend kocht Ratcliffe twee woordenboeken, een Grieks en een Latijns, en ging hij er goed voor zitten met zijn zonen, toen 10 en 12 jaar oud.

    Met zijn drieën gingen ze op zoek naar een naam. En dankzij de bescheiden investering van 20 dollar vonden ze een heel betekenisvol woord.

    De activiteiten van het bedrijf bestonden uit INspec Ethyleen Oxide en Specialties. De letters vielen gewoon perfect op hun plaats.

    In de woordenboeken vonden de drie het woord ‘INEO’, Latijn voor een nieuw begin. ‘EOS’ is de Griekse godin van de dageraad en ‘NEOS’ betekent nieuw, baanbrekend en innovatief. En zo kozen ze de naam ‘INEOS’, die voor de dageraad van iets nieuws en innovatiefs staat.

    Het bedrijf voldoet al vanaf dag één aan die omschrijving.

    26 minuten gelezen Nummer 4
  • material-gain-banner.jpg

    Steengoed

    Niemand weet precies wat schaliegas voor Europa kan betekenen, maar er liggen hier flinke voorraden. Die zijn bereikbaar met een proces dat ‘fracking’ wordt genoemd. Volgens INEOS is dit een kans die de EU niet kan laten liggen als het echt met Amerika wil concurreren. In de VS zijn de energieprijzen drastisch gedaald sinds er schaliegas wordt gewonnen. Er is een ware industriële opleving gaande. Banen en productieprocessen die eerst naar China waren uitbesteed, komen nu weer terug naar de VS. 

    Terwijl Europa twijfelt, plukt Amerika de voordelen van het schaliegas: lagere energiekosten, meer zekerheid van bevoorrading in energie en concurrerende grondstofprijzen die de Amerikaanse industrie stevig ondersteunen. En er blijven maar voordelen bij komen.

    Chemiebedrijven uit de hele wereld trekken naar de region rond Houston om nieuwe gaskrakers te bouwen, oude weer in gebruik te nemen en bestaande fabrieken uit te breiden. En dat allemaal om van het gas te profiteren dat er in enorme hoeveelheden voorkomt en de onmisbare grondstoffen bevat waarmee de petrochemische industrie  kunststoffen en oplosmiddelen maakt.

    De Amerikaanse branche-organisatie American Chemistry Council noemt dit een van de meest opwindende ontwikkelingen op het gebied van energie in Amerika in de afgelopen 50 jaar, een ontwikkeling die de industriële opleving van de VS aanjaagt.

    Na jarenlang banen te zien verdwijnen naar ontwikkelingseconomieën in Azië, brengen steeds meer Amerikaanse bedrijven hun productie nu terug naar de VS. Dit kan de ommekeer zijn. PricewaterhouseCoopers noemt het ‘de thuiskomst’.

    Maar aan de andere kant van de Atlantische Oceaan, in Europa, loopt het anders.

    Ook daar is de baanbrekende technologie voorhanden om het natuurlijke gas uit schaliegesteente te winnen, maar tot dusver wordt er niets mee gedaan. En niemand weet hoe lang dat nog gaat duren.

    In Frankrijk, dat zwaar in kernenergie heeft geïnvesteerd, zet de kernindustrie zich af tegen schaliegaswinning. En in Duitsland, waar enorme windmolenparken zijn gebouwd, is er veel tegenstand door pleitbezorgers voor hernieuwbare energie. En zo duurt de discussie voort.

    INEOS heeft besloten om niet te wachten. Het koopt Amerikaanse grondstoffen voor zijn Europese fabrieken, zodat het wereldwijd competitief blijft in de businesses Olefins & Polymers.

    INEOS Olefins & Polymers in Noorwegen zal vanaf 2015 Amerikaans ethaan afnemen. Ethaan is een onmisbaar ingrediënt voor de productie van ethyleen.

    “We zijn overal actief als leverancier van wereldmarkten, dus hebben we echt concurrerend geprijsde grondstoffen nodig om hier in de toekomst te kunnen blijven bestaan,” aldus Magnar Bakke, Site Manager van INEOS Olefins & Polymers in Noorwegen.

    INEOS gelooft dat de mogelijkheid om jaarlijks 800.000 ton ethaangrondstof uit de Verenigde Staten te importeren een goede aanvulling is op de andere grondstofovereenkomsten voor Europese gaskrakers, waarmee het voorlopig zijn concurrentiepositie als Europese ethyleenproducent versterkt.

    Aan het Amerikaanse contract is twee jaar onderhandelen voorafgegaan – vanaf het eerste idee tot de daadwerkelijke ondertekening van de contracten. INEOS zal er tot 2015 geen financieel voordeel aan hebben. Maar wanneer het zover is, dan zijn de baten omvangrijk. 

    “We zouden nu al ethaan kunnen afnemen, maar er zijn nog geen geschikte systemen en infrastructuur voor het transport,” aldus David Thompson, Procurement Director van INEOS O&P in Europa. “Er moet bijvoorbeeld een exportterminal worden gebouwd.” 

    Nog niet lang geleden was Amerika afhankelijk van de import van vloeibaar aardgas.

    Nu wordt het straks zelf een belangrijke gasexporteur.

    Dat schaliegaswinning nu ineens economisch haalbaar is, is te danken aan horizontale boortechnieken en enorme ontwikkelingen in het ‘fracken’ van schaliegesteente.

    Olie- en gasbedrijven in de upstream sector hebben ontdekt hoe ze olie en gas uit gesteente kunnen persen waar dat voorheen te moeilijk en te duur leek. Kort gezegd: er is een manier ontdekt om lange, dunne scheurtjes in schalie en andere gesteenten open te kraken door onder hoge druk water, zand en chemicaliën in de grond te pompen, zodat het gas uit de rots wordt gedreven.

    “De technologie is de belangrijkste technische doorbraak,” zegt David.

    De VS heeft nu het probleem dat ze zo veel gas hebben, dat ze niet weten wat ze ermee aan moeten. Daardoor zijn de gasprijzen in de VS gekelderd en daarmee ook de prijs van de ethaangrondstof.

    Om de prijzen te stabiliseren, kunnen ze bijvoorbeeld op zoek gaan naar nieuwe klanten. En daar is INEOS er een van.

    David: “Het gas wordt nu nog in Amerika zelf gebruikt, maar een overeenkomst met ons bidet de VS een nieuwe manier om het ethaan te verkopen dat zo overvloedig aanwezig is in het hoofdzakelijk ‘natte’ schaliegas.”

    Sommigen houden het Amerikaanse gas liever in de VS. Dow Chemical is bijvoorbeeld bang dat ongereguleerde export de prijzen in de VS zelf zal opdrijven en een bedreiging vormt voor de investeringsbereidheid in de Amerikaanse industrie. 

    “Die discussie woedt nog steeds,” aldus David.

    Net voor de kerst sloot INEOS 15-jarencontracten met de drie bedrijven die de boringen, distributie, het vloeibaar maken en het transport van Amerikaans ethaan gaan verzorgen naar de fabriek van INEOS in Rafnes, Noorwegen.

    Het ethaan wordt van de Marcellus-schaliereserves in de Appalachen per pijpleiding naar Marcus Hook in Pennsylvania getransporteerd. Vanaf daar wordt het per schip naar Europa vervoerd.

    Hier wordt het gas opgeslagen in een nieuwe ethaantank, die naast INEOS’ bestaande opslagfaciliteiten voor lokaal gewonnen ethaan en LPG wordt gebouwd.

    De prijs van elk van deze grondstoffen – ethaan of LPG – bepaalt wat INEOS gebruikt voor de productie van ethyleen, een chemisch product dat een bouwsteen is van duizenden alledaagse producten. Die keuzemogelijkheid geeft INEOS dus heel veel flexibiliteit.

    Volgens David heeft de leveringsovereenkomst met Range Resources Appalachia LLC ook INEOS’ concurrentiepositie als Europees ethyleenproducent voor afzienbare tijd verstevigd.

    En nu de energieprijzen in Europa waarschijnlijk omhoog gaan ten gevolge van de nieuwe EU-beleidsregels om de economie CO2-armer te maken, is dat belangrijker dan ooit tevoren. 

    INEOS waarschuwt in een rapport aan de EU subcommissie van het Engelse Hogerhuis dat de stijgende energieprijzen de concurrentiekracht van Europese producenten dreigen in te perken.

    Met name chemische sectoren die sterk afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen staan onder druk. 

    “Wij zijn zeer kwetsbaar voor fluctuaties in de energieprijzen,” zegt Tom Crotty. Hoofd van INEOS Group.

    “We verkopen onze producten op fel concurrerende internationale markten en kunnen onze kosten niet aan de klant doorberekenen.

    “We kunnen ons niet veroorloven om in regio’s te werken waar de energieprijzen te hoog liggen.”

    INEOS zegt dat als Europa echt een CO2-arme economie wil, het niet alleen aan betaalbare CO2-arme energiebronnen moet werken, maar tegelijkertijd energieafhankelijke bedrijfstakken moet beschermen tegen sterke prijsstijgingen. 

    “Als Europa dat niet doet, dwingt het de producenten het werelddeel te verruilen voor meer concurrerende vestigingsplaatsen. En dat zou verlies van banen, investeringen en belastinginkomsten betekenen.” 

    CO2-arm moet niet noodzakelijk leiden tot verlies van industrie, vindt Tom.

    “Ze moeten proberen de industrie gebruik te laten maken van groene energie, in plaats van de industrie te verjagen.”

    Volgens Tom zijn energie-intensieve bedrijfstakken geen zogeheten ‘sunset industries’ (bedrijfstakken die geen lang leven meer beschoren is), die vooruitgang op milieuvlak in de weg staan.

    “Het zijn juist onmisbare leveranciers van grondstoffen en innovatie die nodig zijn om een groene economie te realiseren.”

    Naar schatting wordt voor iedere ton CO2 die de chemische branche gebruikt, meer dan twee ton bespaard dankzij de producten die gemaakt worden, zoals katalysatoren, isolatiematerialen, onderdelen voor windmolens en zonnecellen. 

    Volgens INEOS hebben zowel Duitsland als Frankrijk beleid dat de industrie het benodigde vertrouwen geeft om te investeren en floreren.

    Duitsland heeft belangrijke belastingkortingen op energie, terwijl Frankrijk langlopende energiecontracten mogelijk maakt. 

    “Het Verenigd Koninkrijk dreigt achterop te raken,” aldus Andrew Mackenzie van INEOS ChlorVinyls. “Elektriciteitsprijzen zijn in het Verenigd Koninkrijk hoger dan in andere Europese landen en onze gasprijzen zijn veel hoger dan die in landen buiten Europa.

    “Dit gebrek aan internationale concurrentiekracht zal het komend decennium nog veel groter worden doordat het overheidsbeleid de energieprijzen opdrijft.”

    Mackenzie zegt dat schaliegas – volgens velen de belangrijkste stap naar hernieuwbare energie in de toekomst vanwege de lage CO2-voetafdruk – een waardevolle nieuwe bron is die de energievoorziening van het VK zou verbeteren en beter concurrerende prijzen naar het VK zou brengen.

    Na een tegenvaller in mei 2011 zijn nu ook het in VK, in Lancashire, proefboringen naar schaliegas hervat. Naar schatting heeft het Verenigd Koninkrijk alleen in het noordwesten al 5,7 triljoen kubieke meter aan reserves.

    Dat is goed nieuws voor INEOS.

    “Ons succes in het Verenigd Koninkrijk is afhankelijk van concurrerende energie- en grondstofprijzen,” aldus Mackenzie. 

    “Als we toegang hebben tot concurrentieel geprijsde grondstoffen en energie, dan zou dat de petrochemische branche in het VK weer op weg kunnen helpen, zodat deze weer mee kan doen op de wereldmarkt.”

    In de VS is gas op dit moment, dankzij de schaliegasmeevaller, vijf keer zo goedkoop als in het VK.

    “Als de gasprijzen in het VK hetzelfde waren, dan zou de productie van chloor voor onze fabriek in Runcorn 50 miljoen pond per jaar goedkoper worden. Deze fabriek gebruikt nu nog net zo veel energie als heel Liverpool,” volgens Andrew.

    Proefboringen naar schaliegas in het VK zijn door de regeringscoalitie stilgezet toen Cuadrilla Resources Ltd een lichte aardschok veroorzaakte in de buurt van Blackpool. 

    Uit het daaropvolgende onderzoek door drie vooraanstaande geologen bleek dat fracking toch veilig is. 

    “Het was gewoon door de media opgeblazen,” volgens Tom. “De ‘aardbeving’ was lichter dan de kleine bevingen die elke dag optreden door verschuivingen in oude mijnschachten.

    In het rapport van de geologen staat dat er niets mis was, maar dat het bedrijf gewoon voorzorgsmaatregelen moet nemen om te voorkomen dat het zich opnieuw voordoet.” 

    INEOS wil graag met Cuadrilla samenwerken.

    “Ze willen het gas als brandstof gebruiken, maar of dat goed mogelijk is, hangt ervan af wat erin zit,” volgens Tom. 

    Voordat we natuurlijk gas commercieel kunnen verkopen, moeten sommige componenten uit de mengeling, zogenaamde fracties, worden verwijderd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan koolwaterstoffen als ethaan, butaan en propaan, heel gewilde grondstoffen in de chemische industrie.

    Tom: “Cuadrilla kent de samenstelling van het gas nog niet, omdat ze het nog niet uit de grond hebben, maar als ze die gassen eruit moeten halen, dan kunnen wij daarbij helpen. 

    We kunnen de gassen afnemen en gebruiken om chemische grondstoffen te maken voor waardevolle producten die gebruikt en hergebruikt kunnen worden. 

    Wat ons betreft wordt er niets verspild.” 

    INEOS heeft iets tegen onnodig afval. 

    “Ethaan is een van de meest waardevolle chemische grondstoffen ter wereld, omdat je er dingen van kunt maken, maar het meeste ethaan wordt verbrand omdat het niet uit de gastoevoer wordt geëxtraheerd.”

    INEOS bezit momenteel twee van de vier gaskrakers in Europa.

    Een daarvan staat in Noorwegen, de andere in Grangemouth in Schotland.

    Zo’n 30 jaar geleden werd de kraker in Grangemouth gebouwd met als doel op pure ethaan van de oliebooreilanden in de Noordzee te draaien.

    Maar de afgelopen 15 jaar is de aanvoer van ethaan, een lichter gas, afgenomen en vervangen door zwaardere gassen, die veel meer koolstof bevatten.

    “Door de koolstof raakt de ethaankraker verstopt en dan moet het hele ding worden stilgelegd om het schoon te maken. Dat is bijzonder inefficiënt,” zegt Tom Crotty.

    INEOS heeft pas nog miljoenen in de kraker in Grangemouth geïnvesteerd zodat hij de nattere, zwaardere grondstoffen aan kan.

    Op dit moment kan Grangemouth niet profiteren van het ethaan dat uit het goedkope schaliegas in Amerika is gehaald, zonder dat er eerst flink wordt geïnvesteerd.

    Er wordt nu onderzocht wat de opties zijn voor de site.

    “We zouden een nieuwe steiger, losinstallaties en opslagtanks moeten bouwen,” volgens Tom.

    “In Noorwegen hebben we veel van die zaken al op orde. En we gaan investeren in nieuwe fabrieken, zodat we er in de toekomst meer van kunnen afnemen.”

    14 minuten gelezen Nummer 4
  • the-road-to-future-banner.jpg

    Op weg naar de toekomst

    Sommige mensen zeggen dat achter iedere succesvolle man een sterke vrouw staat.

    Als hij nog leefde, zou de Duitse autofabrikant Karl Benz het daar waarschijnlijk van harte mee eens zijn.

    Want het was aan een publiciteitsstunt van zijn vrouw Bertha te danken dat zijn gepatenteerde Motorwagen in 1888 opeens alle aandacht kreeg en dat zijn bedrijf de eerste auto’s verkocht. 

    Op 5 augustus leende zij, zonder hem iets te zeggen, zijn auto en begon samen met hun twee oudste kinderen aan een historische tocht vanuit Mannheim in Duitsland. Het was voor het eerst dat iemand zo’n grote afstand met een auto aflegde.

    Mensen dachten toen dat auto’s gevaarlijk en onbetrouwbaar waren. Niemand wilde er een.

    Bertha besloot het tegendeel te bewijzen. Zij wilde dat niemand meer twijfelde. Auto’s hadden de toekomst.

    Ze vertrok in de ochtendschemering en kwam vlak na zonsondergang aan bij haar moeder in Pforzheim. Daar stuurde ze Karl een telegram en vertelde hem het goede nieuws. De volgende dag deed ze alle critici nog meer versteld staan door ook weer naar huis terug te rijden, waar ze haar echtgenoot een lijst overhandigde met suggesties voor alle mechanische mankementen die ze onderweg had ondervonden.

    Die reis van 106 km, 124 jaar geleden, was het startschot voor een liefdesrelatie met auto’s die tot op de dag van vandaag voortduurt. 

    In die tijd moest een sceptisch publiek ervan overtuigd worden dat de auto een geschikt vervoermiddel was. Tegenwoordig moeten we een manier vinden om de miljoenen auto’s die er nu al zijn en de nieuwe auto’s die er nog bij komen op de weg te houden en tegelijkertijd hun impact op mens en milieu terug te dringen. 

    Dat is een fulltime baan!

    Want de technologie gaat zo snel dat het lastig is te voorspellen in welke richting deze industrie zich uiteindelijk zal ontwikkelen. Gaan auto’s rijden op waterstof, biobrandstoffen, brandstofcellen, zonne-energie, elektriciteit, vloeibaar stikstof of aardgas? Worden ze gemaakt van kunststof, carbonvezel of aluminium?

    Er is geen eenduidig antwoord op deze vragen, maar de richting is uitgezet. De auto van de toekomst vraagt om materialen en technologie die hem lichter en veiliger maken, die het brandstofverbruik verlagen en de uitstoot fors verminderen.

    Conventionele auto’s halen nu een efficiëntie van ongeveer 15%. Het potentieel voor verbetering door geavanceerde technologie is dus enorm.

    Als je even wat verder kijkt, zul je ontdekken dat INEOS al een cruciale rol speelt in heel wat vernieuwingen die producenten doorvoeren om auto’s sterker, veiliger, lichter, sexier en efficiënter te maken, en tegelijkertijd te voldoen aan de eisen die vanuit milieuoogpunt worden gesteld.

    Kunststof is een belangrijk product. Hetzelfde geldt voor carbonvezel. Maar er zijn nog veel meer grondstoffen die INEOS maakt: voor banden, veiligheidsgordels, remvloeistoffen, antivries, luchtfilters en synthetische olie.

    INEOS’ Olefins & Polymers maakt HD polyethyleen en polypropyleen, samen de ruggengraat van de hele kunststofindustrie. 

    Autofabrikanten werken graag met kunststof omdat het in bijna elke gewenste vorm kan worden gegoten. Maar kunststof is niet alleen veelzijdig qua vorm.

    Het is ook ongelooflijk sterk en tegelijkertijd veel lichter dan staal. Daardoor kan het gebruikt worden voor lichtere auto’s met een veel lager brandstofverbruik, waarbij toch geen concessies worden gedaan qua veiligheid.

    Tegenwoordig worden de meeste brandstoftanks in Europa en Amerika, en naar schatting 40% van de tanks in Azië, gemaakt van kunststof in plaats van staal, omdat ze dan veel lichter zijn, gerecycleerd kunnen worden en niet corroderen.

    Enkele van’s werelds meest toonaangevende producenten gebruiken daarvoor de maatwerkpolymeren van INEOS.

    Ook de ontwikkelingen rondom carbonvezel zijn erg interessant. En ook hier is INEOS Nitriles nauw bij betrokken, als’s werelds grootste producent van acrylonitrile, een ingrediënt van carbonvezel. 

    Carbonvezel is 50% lichter dan staal, maar wel vijf keer zo sterk. Onze uitdaging is om het goedkoper te maken, zodat het in massaproductie genomen kan worden.

    Als dat gebeurt, zegt INEOS, is de potentiële milieuwinst, met het aantal auto’s dat tegenwoordig wereldwijd rondrijdt, enorm.

    Kijk maar eens naar de elektronica in de meeste auto’s. Je zult zien dat alle bedrading een pvc-bekleding heeft. Dat is vooral omdat het brandwerend is – een aspect dat steeds belangrijker wordt omdat het aantal elektronische componenten in een auto blijft toenemen. 

    “Anders dan rubber vergaat pvc rond kabels niet”, vertelt dr. Jason Leadbitter, Sustainability & Compliance Manager bij INEOS ChlorVinyls, de grootste pvc-producent van Europa.

    Zijn collega’s bij INEOS Oligomers werken ondertussen nauw samen met producenten van synthetische oliën en leveranciers van additieven, om de producten te leveren die hun klanten vragen. Geavanceerde synthetische oliën helpen de slijtage van motoronderdelen tegen te gaan en verbeteren de levensduur en de efficiëntie van moderne motoren.

    “Door de huidige vraag naar zuinige brandstoffen hebben zowel de eindgebruikers als de autofabrikanten meer aandacht gekregen voor smeermiddelen met een lage viscositeit”, zegt Michel Sánchez, PAO market development manager bij INEOS Oligomers. “En die trend zal doorzetten met de introductie van nieuwe smeermiddelen met maatwerk viscositeitsgraden.”

    Hij geeft aan dat de basisoliën uit groep IV– ook wel PAO’s genoemd – van INEOS buitengewoon goed presteren op het gebied van levensduur prestaties en betrouwbaarheid van motoren.

    De grondstoffen voor butadieen die INEOS Olefins & Polymers maakt, worden ook gebruikt om synthetisch rubber voor autobanden te maken. Het mooie van butadieen is dat het onder alle weersomstandigheden dezelfde prestaties levert en dat het in vergelijking met andere rubbersoorten bijzonder slijtvast is. 

    Er zijn momenteel wereldwijd meer dan 160 bandenfabrikanten die elk jaar meer dan een miljard euro uitgeven aan onderzoek en ontwikkeling om auto’s efficiënter te maken en het rijgedrag en de remafstand te verbeteren.

    Ook INEOS Phenol heeft dit pad gekozen.

    Het maakt fenol voor kunsthars die gebruikt wordt om rubber meer geschikt te maken voor gebruik in autobanden en nylonverbindingen te maken voor het bandenkoord en andere thermoplastische kunststoffen.

    Maar INEOS Phenol gaat nog verder.

    Fenol en aceton zijn allebei nodig voor de productie van polycarbonaat, een fantastisch buigbaar materiaal dat op grote schaal wordt gebruikt voor zonnedaken, zijramen, achterlichten, koplampen en andere auto-onderdelen.

    Het mooie van polycarbonaat is dat je hieruit onderdelen uit één stuk kunt maken die licht en toch ongelooflijk sterk zijn. Daardoor bieden ze veel meer bescherming bij ongelukken.

    INEOS Phenol maakt ook aceton voor Perspex, voor acryl in verf en kunsthars voor remvoeringen en luchtfilters.

    De belangrijkste vraag is echter misschien wel waarop auto’s in de toekomst zullen rijden.

    Elke autofabrikant is, zonder uitzondering, druk doende om alternatieven voor fossiele brandstoffen te bestuderen en uit te zoeken welke gevolgen deze voor zijn product hebben.

    Ook op dit gebied is INEOS volop actief. Het heeft in Florida een bio-energiefabriek gebouwd die per jaar 30 miljoen liter geavanceerde biobrandstof kan maken uit afval, voor de auto’s van nu en van de toekomst. 

    Ondertussen hebben de collega’s van INEOS ChlorVinyls meegewerkt aan de ontwikkeling van een ‘waterstofsnelweg’ door Noorwegen. Zij hebben daarvoor een zuivere vorm van waterstof geleverd die onmisbaar is voor brandstofcellen. Deze waterstof is een bijproduct van het chlooralkaliproces op de INEOS-vestiging in Rafnes.

    “Daar wordt brandstof geleverd voor een van de waterstoftankstations langs de route Stavanger-Oslo”, vertelt Jason.

    Het is overduidelijk dat de chemische industrie onmisbaar is voor de autobranche.

    Volgens de International Council of Chemical Associations (ICCA) zorgen chemische producten voor vervoermiddelen momenteel jaarlijks voor een besparing van 230 miljoen ton aan broeikasgassen.

    In zijn rapport voor de Rio+20-top onderstreepte de ICCA ook dat de metallic een katalysator technologie, waarover INEOS Technologies licenties verleent, een grote doorbraak is geweest voor de productie an kunststoffen.

    “Met metalloceen polymeren is het veel vaker mogelijk om geavanceerde kunststoffen in auto’s te gebruiken in plaats van staal”, aldus de ICCA. 

    Wat er ook gebeurt, de auto-industrie zal bij bedrijven als INEOS blijven komen voor antwoorden op hun vragen. 

    En gelukkig heeft INEOS volop antwoorden! 

    BRANDSTOFTANKS

    Kunststof brandstoftanks nemen de rol van stalen tanks over omdat ze lichter zijn (lichtere auto’s zijn zuiniger), gerecycleerd kunnen worden en niet corroderen. INEOS Olefins & Polymers maakt HD-polymeren voor kunststof brandstoftanks.

    BANDEN

    Er zijn momenteel wereldwijd meer dan 160 bandenfabrikanten die elk jaar meer dan een miljard euro uitgeven aan onderzoek en ontwikkeling om auto’s efficiënter te maken en de remafstand te verbeteren. INEOS Olefins & Polymers maakt de materialen waarvan banden gemaakt worden. Deze verbeteren de prestaties en de slijtvastheid. INEOS Phenol maakt kunstharsen op fenolbasis die gebruikt worden om rubber meer geschikt te maken voor gebruik in autobanden. Het alfamethylstyreen draagt bij aan betere en energiezuinige banden.

    INTERIEURS

    In auto-interieurs worden kunststoffen toegepast om de auto’s mooier én veiliger te maken. INEOS Olefins & Polymers maakt HD-polyethyleen en polypropyleen, die samen de ruggengraat vormen van de hele kunststofindustrie. De fenol en aceton van INEOS zijn allebei nodig voor polycarbonaat, een materiaal dat gebruikt wordt voor een nieuwe vormgeving van auto’s en hun interieurs. INEOS Phenol maakt fenol en aceton, die allebei nodig zijn om polycarbonaat te maken.

    BRANDSTOF

    De wereld is op zoek naar alternatieven voor de traditionele fossiele brandstoffen. INEOS Bio maakt geavanceerde biobrandstoffen (uit afval, niet uit voedingsgewassen) die gemengd kunnen worden met benzine. Deze technologie levert ook groene stroom op, die bijvoorbeeld gebruikt kan worden om accu’s op te laden.

    SYNTHETISCHE OLIE

    De vraag naar lager brandstofverbruik en efficiëntere motoren heeft meer interesse gewekt voor smeermiddelen met een lage viscositeit. INEOS Oligomers levert hoogwaardige basisoliën aan producenten van synthetische oliën en additieven, voor zuinigere auto’s.

    ELECTRONICA

    De elektronische componenten van auto’s worden vaak in pvc gecoat omdat pvc brandwerend is en – in tegenstelling tot rubber – niet vergaat. INEOS ChlorVinyls is de grootste pvcproducent van Europa.

    CARROSSERIE

    Carbonvezel is 50% lichter dan staal, maar toch 5 keer zo sterk. Er wordt steeds meer carbon in auto’s verwerkt om ze lichter te maken zonder aan veiligheid in te boeten. INEOS Nitriles is ‘s werelds grootste producent van acrylonitrile, het hoofdbestanddeel van carbonvezel. Zonder acrylonitrile zou er geen carbonvezel zijn.

    14 minuten gelezen Nummer 4
  • good-chem-banner.jpg

    Groene Chemie

    De wereld staat voor een voortdurende en groeiende uitdaging. Hoe kunnen we voldoen aan de eisen van een snel groeiende bevolking – 7 miljard mensen volgens de jongste cijfers – een wereld met eindige bronnen; en dit zonder – onze planeet in gevaar te brengen? Eén sector die alvast een antwoord biedt en méér doet om deze uitdaging aan te gaan dan het grote publiek beseft, is de chemische industrie. 

    Wereldwijd is de chemische industrie hard op zoek naar oplossingen voor veel van de problemen die een almaar groeiende wereldbevolking met zich meebrengt.

    Dankzij dit werk – een resultaat van de allereerste VN-conferentie over milieu en ontwikkeling, die in 1992 in Rio de Janeiro werd gehouden – zijn agrariërs duurzame landbouwmethoden gaan gebruiken en hebben meer en meer mensen toegang tot schoner en veiliger drinkwater. Bovendien heeft deze extra inspanning geleid tot medische doorbraken, heeft hij ons energiegebruik totaal veranderd en heeft hij geholpen de hoeveelheid broeikasgassen terug te dringen. 

    En het werk gaat nog steeds door.

    Vorig jaar hebben we als chemische bedrijfstak, waarin over de hele wereld meer dan zeven miljoen mensen werken, geïnventariseerd wat we de afgelopen 20 jaar, sinds die eerste VN-conferentie, hebben bereikt. Daarnaast hebben we vooruit gekeken hoe we samen de uitdagingen die zich sindsdien hebben aangediend te lijf kunnen gaan.

    Tijdens de Rio+20-conferentie zei Steve Elliott, hoofd van de Chemical Industries Association voor het VK, dat de chemische bedrijfstak vooroploopt wat betreft de ontwikkeling van een groene economie. Aan deze conferentie namen vertegenwoordigers uit 196 landen deel.

    “Zonder chemische bedrijven zijn groene technologie en een groene economie gewoonweg niet mogelijk,” zei hij.

    Elliott zei dat hij hoopte dat de buitenwereld door Rio+20 zou inzien dat de bedrijfstak er met belanghebbenden samen aan heeft gewerkt om burgers, de planeet en bedrijven vooruit te helpen.

    Een deel van die vooruitgang wordt belicht in een rapport van de International Council of Chemical Associations (ICCA), internationaal de stem van de chemische bedrijfstak.

    Het hoofd van de ICCA, Andrew Liveris, stelde tijdens een van de forumgesprekken dat de geboekte vooruitgang het resultaat was van innovatieve ideeën, technologieën en processen die allemaal uitsluitend mogelijk waren door chemie. 

    “Wereldwijd maakt de chemische industrie juist dat mogelijk wat we nodig hebben om mondiale uitdagingen aan te gaan,” aldus Liveris. 

    In zijn rapport stelt ICCA dat voor een groene economie innovatie nodig is in alle branches – een mening die ook de secretaris-generaal van de VN, Ban Ki-Moon, deelt.

    “Met de huidige schaarste en economische onzekerheid zijn inspanningen van de overhead alleen onvoldoende,” zei hij.

    “Iedereen moet zijn steentje bijdragen aan het gezamenlijke doel – investeerders, topmannen, maatschappelijke organisaties, technisch experts en vakmensen.” 

    Ook Carlos Fadigas, topman van het Braziliaanse chemieconcern Braskem, nam deel aan de ICCA-forumdiscussie bij de conferentie. Volgens hem is het van essentieel belang om bronnen zo efficiënt mogelijk te benutten.

    “We moeten niet alleen streven naar duurzame productie, maar ook naar duurzame consumptive en echt zorgen dat we anders gaan produceren en werken, en dat we goederen en diensten anders gaan gebruiken,” zei hij. 

    “Willen we dat bereiken, dan moeten alle bedrijven duurzaamheid vooropstellen in hun zakelijke strategie. En steeds meer chemische bedrijven doen dat.” 

    De ICCA gaf aan dat ze hoopten dat Rio+20 meer overheden zou overhalen om omstandigheden te scheppen waarin chemische bedrijven snel kunnen handelen om nog betere oplossingen voor de steeds veranderende behoeften van de bevolking te vinden. 

    “Voor duurzame ontwikkeling zijn innovatieve, efficiënte oplossingen nodig,” aldus de ICCA.

    “En chemische bedrijven uit heel de wereld zullen een sleutelrol spelen bij de overgang naar een groene economie zoals die bij Rio+20 tot doel is gesteld.” 

    De ICCA blijft ontwikkelingseconomieën stimuleren om verantwoordelijk om te gaan met ruim 2000 chemicaliën die op dit moment op de markt zijn. Dit doet de organisatie middels specifieke workshops – in regio’s als het Midden-Oosten, Afrika en Azië –, die tot nu toe zijn geleid door toonaangevende chemiebedrijven die graag hun beste werkwijzen toelichten.

    “Het is de verantwoordelijkheid van zowel producenten, overheid als alle anderen die chemische producten verkopen of gebruiken om veilig beheer en gebruik ervan te stimuleren,” aldus het rapport.

    Rio+20 volgde op de publicatie van het eerste duurzaamheidsrapport ooit dat de Europese chemie-brancheorganisatie Cefic heeft uitgebracht. Dit rapport is opgesteld om meer mensen te informeren over de maatschappelijke voordelen van het werk van de chemiebranche.

    “Dat is een flinke kluif,” zegt Tom Crotty, die ook lid van de raad van bestuur van Cefic is.

    Cefic is de Europese raad van de chemische bedrijfstak. Deze in Brussel gevestigde organisatie meldde dat uit haar eigen en externe onderzoeken is gebleken dat de publieke opinie over de chemiebranche in ieder land anders is. 

    Het rapport, waarin voorbeelden van innovatieve producten en initiatieven en baanbrekende vorderingen voor het voetlicht worden gebracht, was bedoeld om het overwegend negatieve beeld van de chemische bedrijfstak bij te stellen.

    “De chemische industrie heeft van alle bedrijfstakken misschien wel de beste mogelijkheden om duurzaamheidsuitdagingen aan te gaan,” zei hij.

    “Want er is bijna geen product, dienst of menselijke activiteit waarbij niet op een of andere manier gebruik wordt gemaakt van chemie.”

    In het rapport onderstreept Cefic het belang van een open communicatie.

    “Samenwerking en partnerschappen met andere bedrijven in de branche zijn van wezenlijk belang,” aldus Giorgio Squinzi, hoofd van Cefic. “Maar hetzelfde geldt ook voor partnerschappen met overheden, andere spelers in de toeleveringsketen en opleidingen onderzoeksinstellingen.”

    7 minuten gelezen Nummer 4
  • independent-view-banner.jpg

    Een objectieve blik

    Hoogleraar Peter Styles is een van de drie deskundigen die in 2011 door de Britse overheid werden ingehuurd om een onafhankelijk rapport op te stellen, nadat fracking tot twee aardbevingen had geleid in het noorden van Engeland. Hij legt uit waarom de toekomst van Groot-Brittannië afhangt van de enorme voorraden schaliegas diep onder de grond. 

    De redding voor Groot-Brittannië kan te vinden zijn in schaliegas dat al 300 miljoen jaar in gesteenten opgesloten zit. 

    Hoogleraar Peter Styles is ervan overtuigd dat Groot-Brittannië zijn enorme voorraden moet aanboren als het zijn energievoorziening op de lange termijn veilig wil stellen.

    “Dit is heel erg belangrijk,” zegt hij. “Ik denk niet dat mensen beseffen hoe kwetsbaar het Verenigd Koninkrijk is. 

    Op dit moment verwarmen en koken we in het Verenigd Koninkrijk in 70% van de huizen en bedrijven op gas, en de helft daarvan is import.

    Een deel van dit gas komt uit Noorwegen, wat waarschijnlijk prima is, maar veel gas komt uit Siberië en die toevoer is in de loop der jaren niet de meest betrouwbare gebleken.” 

    In januari 2009 hield de levering aan een aantal Europese landen ineens helemaal op vanwege een meningsverschil tussen Oekraïne en Rusland over de prijs van het aardgas. 

    “We hadden nog maar voor twee dagen voorraad” vertelt hij. 

    “En als dat gebeurt, krijgen bedrijven als INEOS ChlorVinyls in Runcorn, de op twee na grootste gasverbruiker in Groot-Brittannië, geen gas meer en krijgt huishoudelijk gebruik voorrang.” 

    Maar volgens Styles kan Groot-Brittannië überhaupt maar een gasvoorraad voor 12 dagen opslaan. 

    “Frankrijk heeft 120 dagen en Duitsland 150. Wij hebben 12 dagen.”

    En dat wordt waarschijnlijk nog minder.

    Tegen 2015 moet Groot-Brittannië van de EU zes kolencentrales gesloten hebben.

    “Daarmee verliezen we zo’n acht tot negen gigawatt opgewekte elektriciteit,” aldus Styles. “Dat is de energie voor één hele dag per week. Dus moeten we het dan met een dag aan energie per week minder doen. Hoe gaan we dat opvangen? Wellicht niet met windturbines, want die wil niemand in zijn achtertuin hebben.”

    Volgens de hoogleraar moet het Britse volk gaan inzien wat het betekent als het de ontginning van schaliegas in het Verenigd Koninkrijk afwijst, geen windmolenparken wil hebben en weigert om bedrijven opslagfaciliteiten voor gas te laten bouwen, zoals in 2001 in Byley (Cheshire) in Engeland gebeurde.

    “Een veelgehoorde reactie: ‘Ik weet er niets vanaf, maar ik weet wel zeker dat ik het niet wil.’

    En dat is prima. Als mensen het niet willen, kan ik daar mee leven. Maar dan moeten we wel de gevolgen aanvaarden, en dat kan zijn dat we moeten rondkomen met minder energie.”

    Op 30 januari had de Britse kernenergiesector een flinke tegenvaller. Hun plannen om in Cumbria een locatie te zoeken voor een ondergrondse afvalopslag ter waarde van 14 miljard euro werden door het bestuur van de county afgewezen. 

    “Ik weet niet of de county inziet dat nu dus nog zeker 10 jaar (of meer) het grootste deel van het radioactieve afval van het Verenigd Koninkrijk - waaronder ook 100 ton plutonium - bovengronds moeten worden opgeslagen in Sellafield,” zegt hij. 

    “Dat is niet bevorderlijk voor de kernenergiesector. Het betekent dat er geen nieuwe kerncentrales in het Verenigd Koninkrijk worden gebouwd, omdat er geen oplossing voor het kernafval is. Maar naast gas is dit onze enige lange termijn oplossing voor, wat CO2 betreft, schone basisenergievoorziening. 

    “Soms zijn mensen verrast als ik ze vertel dat radioactieve ertsen sowieso uit gesteenten komen. Daar ontstaan ze. Dat het ondanks de van nature aanwezige radioactiviteit niet makkelijk is om ze te vinden. En dat het dus helemaal niet zo onlogisch is om radioactieve stoffen diep onder de grond op te slaan. 

    “Nu ligt al dat afval bovengronds in Sellafield, onder opslagomstandigheden die 50 jaar geleden zijn ontwikkeld.”

    Een andere controverse in wording - waar actievoerders veel energie in steken – is de zoektocht naar schaliegas en de omstreden techniek die daarbij hoort, fracking. Bij fracking worden water, zand en chemicaliën onder hoge druk in het gesteente gepompt om het gas aan het gesteente te onttrekken. 

    “Het schaliegesteente is zo dicht samengeperst dat het gas er na 300 miljoen jaar nog steeds in zit,” volgens Styles.

    “Maar in Bowland Basin in Lancashire ligt een schaliepakket van zo’n 800 meter dik. Dat is vier keer zo dik als de schalielagen in de VS, die daar bijna al hun gas uit halen.”

    Tegenstanders denken dat fracking ‘grote milieurisico’s’ met zich meebrengt. Styles is een van drie deskundigen die in 2011 door de Britse regering warden ingehuurd voor een onafhankelijk rapport, toen de techniek twee bevingen in Blackpool leek te hebben veroorzaakt. Hij zegt dat het veilig is, zolang het maar goed gecontroleerd gebeurt.

    “In Stoke-on-Trent komen regelmatig grotere bevingen voor door overstromingen in oude mijnschachten,” zegt hij.

    “Daarmee wil ik niet zeggen dat voelbare aardbevingen niet storend zijn, maar als de fracking goed gecontroleerd gebeurt, hoeft het helemaal geen voelbare aardbevingen te veroorzaken.”

    Volgens hem zijn de angsten van tegenstanders over watervervuiling ook ongegrond. 

    “Onze bedrijfstak heeft de strengste regels,” aldus Styles. “Als INEOS ChlorVinyls in Runcorn één blikje cola door de afvoer laat lopen, dan gaan ze al over hun lozingsvergunning heen. 

    “Zo streng zijn de regels in het Verenigd Koninkrijk.”

    Verder vertelt hij dat één van de chemicaliën, waarin het zand en het water vermengd worden, eigenlijk een detergent is, vergelijkbaar met gewoon vaatwasmiddel. “Iemand die zijn auto wast, staat er niet eens bij stil of hij dat wel door het riool mag spoelen,” zegt Styles. “En verfkwastreiniger is verschrikkelijk spul, maar ook dat gooien mensen door hun afvoer. Komt het niet in ze op dat hun afvoer kan lekken?”

    Bedrijven die naar schaliegas boren, moeten meer dan 600 meter van een waterloop weg blijven om te fracken.

    Styles: “In de praktijk fracken ze op 3 km diepte. Zeg nu zelf: Waar is de kans op vervuiling nu groter?”

    En hij voegt toe: “Als mensen bezwaren hebben, moet dat niet op basis van pseudo-wetenschappelijke argumenten zijn.”

    Naar verwachting liggen in Groot-Brittannië enorme hoeveelheden schaliegas.

    Hoeveel daarvan daadwerkelijk toegankelijk is, is nog het onderwerp van debat.

    “Het Verenigd Koninkrijk is dichter bevolkt dan Amerika, dus dat helpt niet,” volgens Styles.

    “Ik kan je vertellen of het technisch mogelijk is om het eruit te halen, maar de ontwikkelaars moeten beslissen of het ook economisch haalbaar is. Zo niet, dan beginnen ze er niet eens aan. 

    “Maar de grootste uitdaging bij bijna alle grote vraagstukken van deze aard, zoals radioactief afval, CO2-opslag en nu schaliegas, is om mensen, zoals de regering, gemeenten en plaatselijke pressiegroepen, te overtuigen dat dit kan en mag.”

    En dat is het probleem. 

    Vroeger haalde je warmte en stroom uit de buurt, volgens de hoogleraar. “Je ging erop uit en stak turf of hakte bomen om.

    “Het elektriciteitsnet is een geweldige vinding, maar heft mensen wel vervreemd van de bron. Mensen weten niet goed meer wat er echt gebeurt.

    “Iedereen wil energie, maar niemand wil zien waar het vandaan komt, behalve dan als het van een gezellig haardvuur is.”

    Styles is teleurgesteld dat er ook mensen zijn die er geen moeite mee hebben om gas te krijgen uit landen waar geen regels gelden. 

    “Lekkende gasleidingen uit Siberië hebben een hogere CO2-voetafdruk dan de verbranding ervan in het Verenigd Koninkrijk.”

    Als mensen zeggen dat er bij schaliegaswinning meer gelekt wordt dan bij conventioneel aardgas, dan moeten ze daar eens over nadenken. We kunnen net zo goed hetzelfde volume CO2 rechtstreeks de lucht in pompen.

    “Wij willen gas, maar zij hebben onze problemen. Wereldwijde veranderingen trekken zich niets van grenzen aan. Het klimaat wordt hier ook gewoon warmer.

    “En niet alleen dat. Het is ook moreel niet verantwoord om anderen op te zadelen met milieuproblemen die wij met ons energieverbruik veroorzaken.”

    Volgens Styles is schaliegas beter voor het milieu dan steenkool, wat betreft de hoeveelheid geproduceerde broeikasgassen.

    “Het is maar half zo slecht als steenkool.”

    Veel bedrijven hebben al vergunningen van de Britse overheid gekregen om naar petroleum en conventionele gassen te zoeken en boren. Tot deze conventionele gassen behoren ook methaangas uit steenkoollagen en schaliegas, in tegenstelling tot wat velen ten onrechte denken.

    “Deze bedrijven zijn contractueel verplicht om onder die licentie enkele exploratieboringen te verrichten,” aldus Styles.

    10 minuten gelezen Nummer 4
  • climate-changing-banner.jpg

    Het klimaat verandert

    In eerste instantie zou je niet verwachten dat een van ’s werelds grootste milieuvoorvechters en het op twee na grootste chemieconcern ter wereld veel met elkaar gemeen hebben. Maar het klimaat is veranderd, zoals de Britse voormalig regeringsadviseur Jonathon Porritt heeft gemerkt.

    Milieudeskundige Jonathon Porritt is er van overtuigd dat private bedrijven als INEOS de beste mogelijkheden hebben om de wereld te verbeteren.

    Hij stelt dat zij beschikken over de juiste wil, wens, kennis en een overtuigende bedrijfsstrategie om de klimaatverandering en andere dringende duurzaamheidskwesties aan te pakken.

    “Het echte leiderschap om de wereld duurzaam te maken komt op dit moment van private bedrijven”, zegt hij. “Het komt niet van overheden. Overheden zijn vleugellam door hun eigen beperkingen.”

    Maar volgens hem kunnen overheden wel helpen door investeringen minder risicovol te maken, zodat de kapitaalmarkten echt inzien wat een duurzame wereld zou inhouden. Dat betekent consequent beleid en stimuleringsmaatregelen om de kapitaalmarkten een koers te bieden voor de lange termijn.

    “Overheden hebben niet alleen een mandaat om dingen te realiseren”, vertelt hij.

    “Ze moeten er ook voor zorgen dat verkeerde ontwikkelingen gestopt worden.”

    “INEOS heeft laten zien dat het bereid is om zijn intellectuele innovaties in te zetten. Het is een bron van oplossingen voor de duurzaamheidsvraagstukken waarmee we momenteel geconfronteerd worden. INEOS is een van de bedrijven die in staat zijn om deze kansen te grijpen.”

    Jonathon sprak met INCH magazine naar aanleiding van een ontwerprapport dat hij voor de Britse regering heeft opgesteld over de toekomst van de industriële biotechnologie.

    In dat rapport schenkt hij veel aandacht aan INEOS’ baanbrekende activiteiten in Vero Beach in Florida, waar het’s werelds eerste fabriek op commerciële schaal heeft gerealiseerd die diverse soorten afval kan omzetten in biobrandstof en duurzame elektriciteit.

    Zijn rapport, dat op 22 januari is uitgekomen, moedigt vooral de industriële sector aan om anders te gaan denken. Het rapport richt zich niet zozeer op de overheid.

    Maar Jonathon is het er mee eens dat de overheid wel een rol moet blijven spelen.

    “Ik ben geen voorstander van meer regulering, maar het kan wel een groot verschil maken,” vertelt hij, “vooral bij grote onderwerpen als klimaatverandering.”

    Jonathon stelt dat INEOS, net als alle andere grote chemiebedrijven, nog steeds ‘verslaafd is aan olie’, maar dat het wel op veel gebieden prima presteert.

    Hij doelt daarmee op INEOS’ betrokkenheid bij The Natural Step. Dit is een wereldwijd duurzaamheidsinitiatief dat in Zweden is opgezet om een helder wetenschappelijk kader te scheppen voor de veranderingen die nodig zijn in onze economie.

    INEOS en Norsk Hydro zijn daarbij benaderd omdat ze bij de grootste pvc-producenten ter wereld horen.

    “Die inzet was cruciaal”, aldus Jonathon.

    Op de Europese kunststof-top die onlangs in Duitsland werd gehouden, complimenteerde Jonathon INEOS – en de kunststofbranche als geheel – met hun huidige bijdragen aan een duurzame toekomst.

    “Die inspanningen laten zien dat het beeld dat veel mensen in de EU nog steeds hebben van de kunststofindustrie – een aanhoudende milieuramp van ongekende afmetingen – helemaal niet klopt”, legde hij uit tijdens zijn lezing op de PolyTalk-top in Wiesbaden.

    Hij vertelde dat de overweldigende stroom aan nieuwe ideeën vanuit alle bedrijfstakken die kunststof gebruiken – auto’s, elektronica, gezondheid, landbouw, verpakkingen, energie, verlichting, bouw – hem goede hoop gaf op een betere en slimmere toekomst.

    Zijn woorden vielen in erg goede aarde bij dr. Jason Leadbitter, Sustainability and Compliance Manager bij INEOS ChlorVinyls.

    “Pvc wordt er vaak uitgepikt, en niet altijd om een goede reden. Het was fijn en erg bemoedigend om zoveel lof te krijgen”, vertelde hij na de top.

    In zijn lezing legde Jonathon uit dat de kunststofsector het vooral moeilijk zou hebben om mensen van buiten de sector te overtuigen. Er is een ernstig geloofwaardigheidsprobleem, omdat de sector het in het verleden vaak niet goed heeft gedaan.

    Maar, zo zei hij, hij heeft ook begrip voor de frustratie over milieuactivisten die alleen naar het verleden kijken en niet naar de toekomst.

    Toch heeft de kunststofbranche volgens hem ngo’s nodig (niet-gouvernementele organisaties), omdat zij het vertrouwen van de maatschappij hebben weten te winnen en daardoor als intermediair kunnen optreden in complexe en controversiële debatten.

    “Als we niet veel doelgerichter gaan samenwerken, zijn de vooruitzichten voor de sector uiteindelijk veel minder rooskleurig dan ze zouden kunnen zijn”, hield hij zijn publiek voor.

    BMaar Jonathon staat niet kritiekloos tegenover de rol van ngo’s. Hij vertelde dat hij soms erg gefrustreerd raakt over de manier waarop ngo’s misbruik maken van het vertrouwen dat ze genieten. Vooral in Groot-Brittannië zouden sommige ngo’s volgens hem het nimby-gevoel (‘not in my back yard’, ofwel: dat wil ik niet in mijn achtertuin) van mensen erg opkloppen, met name op het gebied van nieuwe afvalverwerkingstechnologie.

    “Als ze maar een fractie van die energie eraan zouden besteden om mensen bewust te maken van een meer geïntegreerde en genuanceerde visie op afvalverwerking in onze maatschappij, dan zouden we er heel anders voor staan”, zei hij.

    Hij vertelde dat hij als voorzitter van The Natural Step in Groot-Brittannië een aantal van deze problemen heeft ervaren toen hij samen met INEOS en Norsk Hydro aan een initiatief werkte om exact te bepalen hoe een ‘werkelijk duurzame pvc-industrie’ eruit zou zien.

    “Sommige ngo’s vonden het zelfs al ongepast om het erover te hebben”, vertelde hij op de PolyTalk-top. “Zij waren van mening dat het onmogelijk was om een werkelijk duurzame visie voor de toekomst van pvc te formuleren. Zij zagen het als een ‘contradictio in terminis’ en liepen uiteindelijk weg bij de besprekingen.”

    Dit initiatief van Natural Step heeft wel echter geleid tot de ontwikkeling van Vinyl 2010, een vrijwillig engagement om 10 jaar lang te onderzoeken wat de kunststofbranche aan pvc kan doen, niet alleen in het Verenigd Koninkrijk, maar in heel Europa.

    “Het mooie van Vinyl 2010 is juist dat het vrijwillig is, en tegelijk wel degelijk concreet en slagvaardig”, licht Jonathon toe.

    “Veel initiatieven hebben geen slagkracht. Het is voor bedrijven eenvoudig om er een handtekening onder te zetten omdat er geen consequenties zijn als ze alles bij het oude laten en zich passief opstellen.”

    Sindsdien heeft de kunststofsector nog een stap verder gezet met VinylPlus, dat nog ambitieuzer is in zijn doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.

    In het interview met INCH legt Jonathon uit dat de moeizame relatie en de tegenstellingen tussen bedrijven en ngo’s voor een deel een erfenis uit het verleden zijn.

    “Vroeger leken het bedrijfsleven en de ngo’s altijd met elkaar overhoop te liggen, met de ene confrontatie na de andere”, vertelt hij. “Nu werken de meeste ngo’s graag met bedrijven samen als ze zien dat deze bedrijven begrijpen wat zij proberen te bereiken.”

    Dit initiatief van Natural Step heeft wel echter geleid tot de ontwikkeling van Vinyl 2010, een vrijwillig engagement om 10 jaar lang te onderzoeken wat de kunststofbranche aan pvc kan doen, niet alleen in het Verenigd Koninkrijk, maar in heel Europa.

    “Het mooie van Vinyl 2010 is juist dat het vrijwillig is, en tegelijk wel degelijk concreet en slagvaardig”, licht Jonathon toe.

    “Veel initiatieven hebben geen slagkracht. Het is voor bedrijven eenvoudig om er een handtekening onder te zetten omdat er geen consequenties zijn als ze alles bij het oude laten en zich passief opstellen.”

    Sindsdien heeft de kunststofsector nog een stap verder gezet met VinylPlus, dat nog ambitieuzer is in zijn doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.

    In het interview met INCH legt Jonathon uit dat de moeizame relatie en de tegenstellingen tussen bedrijven en ngo’s voor een deel een erfenis uit het verleden zijn.

    “Vroeger leken het bedrijfsleven en de ngo’s altijd met elkaar overhoop te liggen, met de ene confrontatie na de andere”, vertelt hij. “Nu werken de meeste ngo’s graag met bedrijven samen als ze zien dat deze bedrijven begrijpen wat zij proberen te bereiken.”

    Hij vertelt aan INCH magazine dat bedrijven zelfs 10 jaar geleden nog niet goed begrepen wat duurzaamheid betekende.

    In de jaren 90 was ‘groenwassen’ een bekend fenomeen. Veel vooraanstaande bedrijven probeerden hun klanten tevreden stellen door op grond van onterechte beweringen ‘milieuvriendelijk’ te lijken.

    “Er waren bedrijven die duurzaamheid hoog in het vaandel droegen, maar dat nooit werkelijk waar hebben gemaakt. Dat was een ernstig probleem, omdat het tot diepgewortelde scepsis heeft geleid. Mensen gingen denken dat ze voor de gek werden gehouden over milieuthema’s.”

    Dat is nu anders, zegt hij. Er zijn drie goede redenen waarom bedrijven duurzamer zijn geworden en zijn gaan inzien dat het financieel aantrekkelijk is om te zorgen dat hun bedrijf de bronnen heeft om duurzamer te concurreren op de wereldmarkt.

    De drie belangrijkste drijfveren voor een duurzame welvaartsgroei zijn volgens hem regelgeving door de overheid, verwachtingen van de consument en industriële innovatie.

    Hij zegt dat hij er erg van onder de indruk is dat veel bedrijven nu inzien dat ze voor moeilijke uitdagingen staan en dat ze deze uitdagingen ook echt aangaan.

    “Politici willen op korte termijn stemmen trekken, maar bedrijven kijken naar de lange termijn”, vervolgt hij.

    Hij betreurt het dat consumenten wel veel over duurzaamheid praten, maar er lang niet altijd rekening mee houden bij hun aankopen.

    “Dat kan heel frustrerend zijn”, vindt hij. “Maar echt duurzame ondernemingen mogen nog steeds hopen dat hun klanten hen uiteindelijk op de juiste manier belonen.”

    “Duurzame producten zouden echter niet duurder mogen zijn dan andere, want dan werkt het gewoon niet.”

    12 minuten gelezen Nummer 4
  • debate-banner.jpg

    Debat: Is klimaatverandering een ramp die zich binnenkort zal voltrekken, of een technologische uitdaging die overwonnen kan worden?

    Wetenschappers waarschuwen dat het recordtempo waarin het ijs op de Noordpool smelt een teken is van een zeer zorgwekkende ontwikkeling – en een overduidelijk signaal dat de maatschappij snel moet handelen om de klimaatverandering tegen te gaan. Maar is klimaatverandering een ramp die zich binnenkort zal voltrekken, of een technologische uitdaging die overwonnen kan worden? Wat zeggen ’s werelds meest vooraanstaande deskundigen?

     

    Ja:

    1. Klimaatverandering gaat ons allemaal aan. De opwarming van de aarde dwingt ons om in actie te komen. Helaas bevatten de meeste ideeën die mensen aandragen geen oplossing voor het probleem. Daarom moeten we in eerste instantie het energiebeleid op orde stellen. Het beleid moet geformuleerd worden vanuit de wetenschappelijke, de engineering en de technologische kennis die we hebben. Hierbij zijn twee zaken echt belangrijk. Het eerste is dat er enorm veel bereikt kan worden via energie-efficiëntie en besparing: betere auto’s, beter geïsoleerde woningen. Het tweede – en dit is net zo belangrijk – is inzien dat aardgas twee derden minder CO2 uitstoot dan steenkool.
      Richard Muller, seniorwetenschapper aan het Amerikaanse Lawrence Berkeley National Laboratory

    2. De klimaatverandering stelt de wereld voor grote uitdagingen. Het is echter ook een sterke stimulans voor onderzoek en ontwikkeling, en voor creatieve oplossingen waarmee steden en gemeenschappen op het probleem vooruit kunnen lopen en zich kunnen aanpassen aan de gevolgen van de verandering. Landen die daarin succesvol zijn, hebben meer mogelijkheden om hun eigen nationale uitdagingen aan te kunnen en om andere landen groene technologie en oplossingen aan te bieden. Zij kunnen hun mannetje staan in een wereld die verandert. Singapore investeert actief in deze rol en presenteert zichzelf als testlab voor nieuwe technologie en voor bedrijfsmodellen die groene oplossingen kunnen bieden voor heel de wereld.
      The National Climate Change Secretariat, Singapore

    3. Er voltrekt zich een catastrofe. Een van de grootste natuurfenomenen ter wereld hebben we al kapot gemaakt (de Noordpool, waarvan in angstaanjagend tempo al grote delen gesmolten zijn) en een ander deel van de natuur hebben we vreselijk toegetakeld (de oceanen, waarvan de zuurtegraad meer dan 30% hoger is dan 40 jaar geleden). De technische uitdagingen die deze problemen met zich meebrengen (snel overstappen op hernieuwbare bronnen) zijn eerder gering vergeleken met de moeite die het de politiek kost om de fossiele-energiesector ook met de neus in dezelfde richting te krijgen. Tot nu toe heeft deze sector alle verandering tegengehouden.
      Bill McKibben, Amerikaans milieuactivist

    4. Sommige veranderingen in het klimaat zijn onvermijdbaar, vanwege de ophoping van emissies die in de loop der tijd in de atmosfeer is ontstaan, maar gelukkig zijn er veel technische mogelijkheden om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Die oplossingen zijn niet goedkoop, maar niets doen zal uiteindelijk vele malen duurder zijn. Het blijft wel lastig om voldoende financiering voor deze technologieën te vinden. Er zijn nieuwe financieringsbronnen nodig, zoals de handel in CO2-emissierechten, om de investerings- en geldstroom op gang te brengen die nodig is om het klimaatprobleem aan te pakken.
      The Carbon Neutral Company, Londen

     

    Geen:

    1. Op basis van de huidige kennis is het prematuur om geo-engineering als een haalbare oplossing voor het klimaatprobleem te beschouwen. De prioriteit ligt, en moet liggen, bij het aanpakken van de oorzaak: we moeten de uitstoot van broeikasgassen ten gevolge van menselijke activiteiten beperken en ons aanpassen aan de onvermijdbare effecten. Het beperken van de klimaatverandering door minder uit te stoten en het beschermen van natuurlijke CO2-opslagplaatsen blijven de veiligste manieren om een gevaarlijke klimaatverandering in de toekomst te proberen te voorkomen. Sommige mensen, onder wie wetenschappers, hebben geopperd dat geo-engineering in de toekomst kan helpen om de klimaatverandering te beperken. Voor de meeste technieken hebben we echter momenteel nog te weinig inzicht in de kosten, de haalbaarheid en de impact op milieu en maatschappij.
      Ministerie van energie en klimaatverandering, Groot-Brittannië

    2. Alarmerende berichten over klimaatverandering zijn meestal contraproductief en leveren meer scepsis op dan daadkracht. Een klimaatverandering zal echter aanzienlijke gevolgen hebben voor het milieu (beschikbaarheid van water, ecosystemen) en op sociaal economisch gebied (landbouw, gezondheid, energie). Er zullen scherpe contrasten tussen regio’s ontstaan en de armere lagen van de bevolking zullen harder getroffen worden door de gevolgen. Daarom is er een aanpassingsstrategie nodig met technische en economische maatregelen die de ernstigste effecten afzwakt van de klimaatopwarming die we nu niet kunnen vermijden.
      Professor Martin Beniston, directeur van het Institute for Environmental Sciences, universiteit van Genève, Zwitserland

    3. We weten niet welke negatieve en positieve effecten de klimaatverandering de komende 100 jaar wereldwijd zal hebben. Veel klimaatwetenschappers hebben de potentiële risico’s van de opwarming van de aarde overdreven. De mogelijke gevaren van de hogere temperaturen worden uitvergroot, en ondertussen heeft niemand aandacht voor de mogelijke economische voordelen en positieve gezondheidseffecten die een lichte opwarming met zich meebrengt. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat ontwikkelde landen niet in staat zijn om met de natuurlijke klimaatveranderingen om te gaan. Vroeger waren samenlevingen bijzonder kwetsbaar bij natuurgeweld en extreem weer, maar hightechculturen zijn veel beter beschermd tegen de verwachte temperatuurverandering omdat ze technisch en maatschappelijk op temperatuurwisselingen zijn aangepast.
      Dr. Benny Peiser, directeur van The Global Warming Policy Foundation, Londen

    4. De korte horizon van de politiek belemmert het langetermijndenken, vooral als het over forse kosten op de korte termijn gaat. Maar als we het klimaatprobleem aanpakken kan dit juist economische ontwikkelingen en energietransformatie versnellen, technologische doorbraken teweegbrengen en de ontwikkeling van nieuwe productiemodellen stimuleren. Het kan een aanzet zijn tot de ontwikkeling van nieuwe producten, diensten, banen en export. Dit vraagt echter wel om geëngageerde burgers en doortastende leiders die vooruit durven te kijken.
      Helen Clark, voorzitter VN-ontwikkelingsorganisatie UNDP

    7 minuten gelezen Nummer 4
  • tricoya-banner.jpg

    Tricoya plukt vruchten van INEOS’ expertise

    De handel in tropisch hardhout, zoals mahonie en teak, is lang gezien als een van de belangrijkste oorzaken van de vernietiging van het regenwoud. Een deel van de vraag naar hardhout kan binnenkort veranderen, dankzij een samenwerking tussen INEOS en een innovatief Brits-Nederlands bedrijfje.

    INEOS is een samenwerkingsverband aangegaan met een Brits-Nederlands bedrijf dat een innovatieve technologie heeft ontwikkeld die ervoor kan zorgen dat het niet meer nodig is om hardhout uit het regenwoud te halen.

    INEOS heeft een contract getekend met Accsys Technologies Plc, een kleine AIMgenoteerde onderneming. Dit bedrijf, dat een baanbrekende technologie heft ontwikkeld om zachte houtsoorten uit snelgroeiende, duurzame bossen om te zetten in sterk hout met een lange levensduur, dat minstens net zo goed is als tropisch hardhout.

    “Ik denk dat de hele wereld inziet dat er niet meer in het regenwoud gekapt moet worden. Onze unieke technologie draagt bij aan een ombuiging van de vraag naar tropisch hardhout uit het regenwoud”, vertelt Paul Clegg, directeur van Accsys.

    “We willen overal ter wereld licenties aan bedrijven verstrekken om onze technologie te gebruiken. Dat zal best even tijd nodig hebben. Het klinkt erg ambitieus, maar wij denken dat het heel goed mogelijk is.”

    Binnen het nieuwe bedrijf, Tricoya Technologies Ltd, zal INEOS zijn ruime ervaring, zijn wereldwijde netwerk en zijn kennis van licentieverlening inzetten om de acetylerings technologie overal ter wereld te verkopen.

    “Zonder INEOS zouden we er uiteindelijk ook wel komen, maar dan zou het allemaal veel langer duren”, zegt Paul. 

    “Veel mensen hebben geweldige ideeën, maar waar het echt om draait, is dat een idee daadwerkelijk wordt uitgevoerd.

    “De betrokkenheid van INEOS maakt het verschil. Hierdoor wordt onze kans om te slagen nog groter.”

    “Hierdoor kan Tricoya sneller op de markt gebracht worden. Bovendien heeft INEOS contacten in landen, zoals China, India en Rusland, waar wij die niet hebben.”

    Anderhalf jaar geleden begonnen de twee bedrijven aan onderhandelingen om de handen in elkaar te slaan en samen een markt op te gaan waarin jaarlijks zo’n 60 miljard euro omgaat.

    INEOS was enthousiast over wat Tricoya de wereld te bieden heeft en hoe de gepatenteerde technologie een revolutie teweeg kan brengen in de markt voor houten panelen. Accsys had behoefte aan een partner met een uitstekende wereldwijde reputatie.

    “Het kan erg veel tijd kosten om de markt ervan te overtuigen dat je een beter product en een baanbrekende technologie hebt”, aldus Pierre Lasson, algemeen directeur van Tricoya. 

    “INEOS kan dat proces versnellen door met zijn expertise deze innovatieve technologie te ondersteunen.”

    Wat INEOS biedt, is in feite een aanbeveling door een derde. En dat is onbetaalbaar.

    “Mensen zijn eerder geneigd om iemand te geloven die een product zelf heeft gekocht of het zelf gebruikt, dan het bedrijf dat het verkoopt”, legt Paul uit.

    De twee bedrijven bundelen hun krachten om de productie en verkoop van de geavanceerde houtproducten van Tricoya verder uit te bouwen.

    Het bijzondere van de Tricoya-technologie is dat het nieuwe perspectieven creëert voor producten zoals MDF, dat de sector in de jaren 80 al op zijn kop zette.

    Want MDF bleek toch een zwak punt te hebben, ook al werd het in 1980 verwelkomd als het summum van veelzijdigheid en betrouwbaarheid. Het absorbeert water als een spons, waardoor het onbruikbaar is voor toepassingen buitenshuis en in een vochtige ‘vijandige’ omgeving.

    “Als je het in een emmer water steekt, wordt het pap”, zegt Paul. 

    Tricoya heeft alle positieve eigenschappen van MDF, maar neemt geen water op. Dat betekent dat het niet kromtrekt, uitzet of gaat rotten. De bewerking zorgt juist voor meer hardheid en stabiliteit. Een plank zacht hout wordt omgetoverd in een plank met hardheidsklasse 1 en 50 jaar garantie voor bovengrondse toepassingen in de buitenlucht. 

    “Wat Tricoya vooral uniek maakt, is de waterbestendigheid. Het heft dus toepassingsmogelijkheden die tot nu toe ondenkbaar waren voor zachte houtsoorten. Het kan concurreren met producten – bijvoorbeeld pvc en aluminium – die tot nu toe de voorkeur kregen boven hout”, Aldus Paul.

    En dat zal in goede aarde vallen, en voordelen opleveren, in de bouwsector – die vaak lof krijgt voor het gebruik van duurzame materialen – en ook bij de producenten van houten panelen, die met lage marges werken omdat hun producten zo goedkoop zijn.

    “Wij kunnen hen helpen om producten met meer toegevoegde waarde te maken, waardoor ze meer winst maken”, legt Paul uit. 

    Tricoya’s andere grote pluspunt is dat het CO2 opneemt. Als de boom wordt geoogst, is de CO2 erin opgeslagen en aangezien het materiaal niet rot, blijft het daar zitten.

    “Zelfs als ons product het einde van zijn levensduur bereikt, kan het verbrand worden om energie op te leveren”, vertelt Paul.

    CO2-emissies in de atmosfeer vormen momenteel een pijnpunt in Canada.

    Enorme delen van bossen worden daar getroffen door een keverplaag, waarbij pijnboomkevers miljoenen bomen verwoesten. Onderzoekers verwachten dat de plaag in 2020 al een CO2-uitstoot van 270 megaton zal hebben veroorzaakt.

    Op 5 maart is Tricoya door Sustain Magazine uitgeroepen tot product van het jaar.

    Video

    Tricoya plukt vruchten van INEOS’ expertise

    00:00

    “Die waardering levert ons heel wat naamsbekendheid op”, vertelt Paul. “Maar roem brengt geen brood op de plank.” 

    “Het is wel een bevestiging dat ons proces en onze producten goed zijn, omdat het laat zien dat anderen het met ons eens zijn.”

    Maar de joint venture met INEOS doet Accsys het meeste plezier. 

    “Tricoya is ons troetelkindje, maar wat ons zo aantrok in INEOS is dat het alles heeft van een groot bedrijf , en toch in privéhanden is”, vertelt Paul.

    “Het reageert snel en wil duurzame ideeën echt stimuleren en ondersteunen. Dat is een heel ongebruikelijke combinatie.” 

    Paul zegt dat het wederzijdse vertrouwen ook een belangrijke – en doorslaggevende – rol heeft gespeeld bij Accsys’ besluit om met INEOS in zee te gaan. 

    Peter Williams, CEO van INEOS Technologies, vertelt dat hij ernaar uitziet dat de joint venture de wereldwijde marktintroductie van het nieuwe proces op gang brengt. 

    “Tricoya biedt de bouwsector waardevolle nieuwe mogelijkheden voor de toepassing van hoogwaardige, voordelige en duurzamere bouwmaterialen op basis van hout”, zegt hij. 

    “Onze expertise vult die van onze partner aan. Samen creëren we een belangrijke synergie voor het nieuwe bedrijf.”

    7 minuten gelezen Nummer 4
  • refinancing-deal-banner.jpg

    INEOS profiteert van slimme herfinanciering

    INEOS heeft weer laten zien dat het kort op de bal kan spelen om goede kansen te benutten. De jongste beslissing om van gunstige omstandigheden op de kredietmarkten te profiteren, heeft het bedrijf 140 miljoen dollar per jaar aan rente bespaard.

    Financieel topman John Reece zegt dat de perfect getimede deal aanzienlijk lagere jaarlijkse rentelasten oplevert, waardoor meer geld binnen het bedrijf kan blijven voor de ontwikkeling van de business.

    In een brief aan alle medewerkers omschreef INEOSvoorzitter Jim Ratcliffe deze herfinanciering als ‘een zeer geslaagd resultaat’.

    “De financiële markten zijn in de loop van dit jaar steeds gunstiger geworden,” zegt hij. INEOS betaalt nu 4% rente over zijn lening van 3 miljard dollar, in plaats van 6,5%.

    “Dat is de grootste rentedaling onder alle herfinancieringen van bedrijfsleningen dit jaar,” volgens Jim.

    Daarnaast is INEOS 2,4 miljard dollar extra schulden aangegaan, in de vorm van leningen en obligaties, en heeft het 2,4 miljard dollar aan oudere, duurdere schulden afbetaald.

    Kredietanalisten denken dat INEOS van de gunstige toestand op de kredietmarkten gebruik maakt om de kosten zo veel mogelijk te drukken, zodat het de impact van een potentiële recessie kan opvangen.

    In ieder geval was het weer een gewiekste zet van INEOS, dat vorig jaar al financiële geschiedenis schreef door de grootste covenant-lite lening te bemachtigen die ooit aan een Europees bedrijf was verschaft, en wereldwijd de grootste sinds het begin van de kredietcrisis in 2008.

    Die zet uit april 2012 werd door financieel analisten beschreven als een ‘overweldigende prestatie’.

    “Je moet echt op het juiste moment op de financiële markten inspelen, en dat is een heel cyclische branche,” vertelde John vorig jaar aan INCH.

    Malcolm Stewart, partner bij Ondra Partners en sinds jaar en dag adviseur van INEOS, zei toen dat het perfect getimed was.

    “Het was een schot in de roos,” zei hij.

    Standard & Poor’s verhoogde de rating van INEOS van B naar B+, met het oog op de ‘veerkrachtige’ prestaties in Noord-Amerika in 2012, die de mindere resultaten in Europa ‘grotendeels compenseerden’.

    2 minuten gelezen Nummer 4
  • ineos-marathon-banner.jpg

    INEOS zamelt €100,000 in bij de marathon

    INEOS heeft in april met puur mentaal en fysiek doorzettingsvermogen €100.000 opgehaald voor een liefdadigheidsfonds voor kinderen in het Verenigd Koninkrijk.

    De 43 lopers voor INEOS renden samen met 34.588 anderen mee in de marathon van Londen, inmiddels een van de bekendste sportevenementen ter wereld.

    En wat nog indrukwekkender is: alle deelnemers van INEOS liepen de marathon helemaal uit en ze haalden ook nog eens 100.000 euro op voor de NSPCC, een organisatie in het Verenigd Koninkrijk die zich inzet tegen kindermishandeling. Bovendien brachten ze INEOS in beeld op de nationale televisie.

    Chris Woods van O&P Europa liep de marathon in drie uur, 14 minuten en 41 seconden.

    Voor veel van onze deelnemers was het hun eerste marathon.

    Maar voor sommigen onder hen, onder wie Chris, was de wedloop van 42,2 kilometer maar een opwarmertje.

    Vijf weken later liepen Chris, Jim Ratcliffe, Leen Heemskerk, Oliver Hayward-Young en Alessia Maresca de ultieme uithoudingsproef, de 90 kilometer lange Comrades Marathon in Durban in Zuid-Afrika.

    1 minuut gelezen Nummer 4
  • pvc-producer-banner.jpg

    INEOS en solvay bundelen hun krachten om een PVC-producent van wereldformaat te worden

    INEOS heeft op 7 mei een intentieverklaring getekend om zijn Europese ChlorVinyls-activiteiten onder te brengen in een 50-50 joint venture. Het gecombineerde bedrijf zou een van de drie grootste pvc-producenten ter wereld worden. Het zou voortbouwen op de industriële sterke punten en de competenties van ons beider bedrijven en deze ten volle benutten om onze concurrentiekracht te vergroten.

    “Door deze overeenkomst ontstaat een uiterst concurrentieel en duurzaam bedrijf, wat grote voordelen voor de klant heeft, zoals een betrouwbare aanvoer van pvc,” aldus Jim Ratcliffe. “De samengevoegde bedrijven, die een bedrijf van wereldformaat gaan vormen, zullen beter in staat zijn om op de snel veranderende Europese markten in te spelen en de toenemende concurrentie van producenten op wereldniveau het hoofd te bieden.”

    Volgens de overeenkomst zou INEOS vier tot zes jaar na de oprichting van de joint venture Solvays helft van het bedrijf overnemen. Vanaf dan zou INEOS de enige eigenaar worden.

    1 minuut gelezen Nummer 4
  • nitriles-jv-banner.jpg

    INEOS Nitriles en tianjin bohai chemical industry group corporation willen joint venture aangaan

    Op 22 mei hebben INEOS Nitriles en Tianjin Bohai Chemical Industry Group Corporation een vrijblijvende raamovereenkomst getekend. Hierin verklaren ze van plan te zijn een 50-50 joint venture aan te gaan om een acrylonitrilefabriek met een productie van 260.000 ton/jaar te bouwen en te exploiteren in Tianjin in China . Naar verwachting zal de fabriek, die met de nieuwste proces- en katalysatortechnologie van INEOS wordt ontworpen, eind 2016 klaar zijn.

    Rob Nevin, CEO van INEOS Nitriles: “Dit is een belangrijke investering als onze Nitriles-business in Azië aan de toenemende vraag van klanten in de hele regio wil voldoen. We zien er erg naar uit om deze nieuwe fabriek samen met Tianjin Bohai Chemical te bouwen door de vorming van een joint venture. Dit partnerschap belooft aanzienlijke voordelen op te leveren voor beide bedrijven en hun klanten. Onze acrylonitrile-technologie vormt een geweldige combinatie met de deskundigheid en superieure grondstoffen van Tianjin Bohai Chemical.”

    Dit is al de tweede joint venture in China die INEOS dit jaar aankondigt. In maart tekende INEOS Phenol een joint ventureovereenkomst met Sinopec YPC. Beide joint ventures brengen onze wereldwijd toonaangevende technologie samen met een sterke Chinese partner. In totaal investeren alle partners meer dan 1 miljard dollar.

    1 minuut gelezen Nummer 4
  • barex-banner.jpg

    INEOS Barex AG wil polyacrylonitrile-tak van mitsui chemicals inc. overnemen

    INEOS Barex AG is een bindende overeenkomst aangegaan om de Polyacrylonitriles (PAN)-business van Mitsui Chemicals Inc. te kopen. Dankzij deze overeenkomst worden de vaardigheden van beide bedrijven, die elkaar perfect aanvullen, bij elkaar gebracht en wordt ook voor de lange termijn de levering van polyacrylonitrilehars en Zexlon-folie aan klanten in heel Azië gewaarborgd.

    CEO David Schmidt: “Deze samenwerking met INEOS Barex AG vormt strategisch gezien een zeer goede combinatie. De overeenkomst is goed nieuws voor alle betrokkenen. En wat het belangrijkst is: het levert grote voordelen voor de klant op doordat Barex®, polyacrylonitrilhars en Zexlon™-folie continu leverbaar worden.”

    INEOS Barex AG blijft investeren in zijn Barex®-activiteiten, om de productkwaliteit te verhogen en meer te kunnen leveren. Zo komt het tegemoet aan de groeiende vraag uit nieuwe markten in verpakkingen voor de farmaceutica, geneeskunde, cosmetica en lichaamsverzorging.

    Barex® is een zeer specifiek acrylonitrilemethylacrylaatcopolymeer dat zowel door het Amerikaanse Pharmacopoeia als de Amerikaanse voedsel- en warenautoriteit FDA goedgekeurd is voor gebruik in medische en farmaceutische verpakkingen. Door zijn chemische samenstelling is Barex® eenvoudig met standaard apparatuur voor extrusie, inspuiting en kalandering om te vormen tot folie, vellen en flessen.

    1 minuut gelezen Nummer 4
  • seal-sands-banner.jpg

    INEOS Haalt Goud In Seal Sands

    Stagiaires moeten vaak ploeteren in een rol die hen nog niet goed ligt. Maar deze maal worden ze ingezet voor prestaties van wereldklasse.

    En dat hebben ze aan INEOS te danken.

    Bij de overname van de vestiging in Seal Sands in de Britse regio Teesside in 2008 ontdekte INEOS Nitriles dat de stageprogramma’s nogal lukraak in elkaar zaten.

    De opleiding van nieuwe medewerkers en stagiaires gebeurde ad hoc en versnipperd.

    En voor technische productiemedewerkers die al langer in dienst waren, bestond er maar een heel beperkt nascholingsprogramma. Alle ondersteuning werd gegeven door stafleden, die dat ‘erbij namen’ naast hun vaste takenpakket.

    INEOS weet uit ervaring dat een vestiging pas optimaal rendeert als je eerst zorgt dat de medewerkers op hun best zijn. Dat betekent dat er een team van gemotiveerde trainers moet worden gevormd, dat zich uitsluitend bezig houdt met de verbetering van de vaardigheden van de chemische medewerkers.

    Het bedrijf bracht vier ervaren procescoördinatoren bij elkaar, die hun eigen units binnen de fabriek kennen als hun broekzak.

    Aanvankelijk richtten zij zich op de evaluatie, bijscholing en hercertificering van alle technische productiemedewerkers zodat iedereen over basiskennis en - vaardigheden beschikte.

    Dat kostte heel wat tijd, maar de vier trainers kregen zo wel een duidelijk beeld van welke opleidingen ze verder nog moesten opzetten.

    In de HR-database ontdekten ze dat 70% van de technische productiemedewerkers binnen 10 jaar de pensioengerechtigde leeftijd zou bereiken.

    Na die eerste ronde hebben ze een nieuw programma met opfriscursussen geïntroduceerd – die tijdens en buiten de werkuren worden gegeven – om de vaardigheden van de medewerkers op peil te houden, kennis van andere vestigingen van INEOS Nitriles te benutten en om op de hoogte te blijven van veranderingen aan de fabriek en de processen.

    Ze hebben ook 32 algemene introductiecursussen ontwikkeld die alle nieuwe medewerkers moeten volgen voordat ze naar de specifieke introductietraining van hun fabriek gaan. Om zeker te zijn dat alle cursussen up-to-date en relevant zijn, is er met de hulp van specialisten uit de vestigingen ook een kwaliteitscontrolesysteem opgezet.

    INEOS wat zo trots op deze prestaties – en plannen – dat de vestiging in Middlesbrough het Britse kwaliteitsinstituut National Skills Academy voor de procesindustrie opdracht heeft gegeven om het opleidingsprogramma te keuren.

    Het resultaat: het opleidingsprogramma van deze vestiging van INEOS Nitriles is onderscheiden met de Cogent Gold Standard, dé benchmark voor vaardigheden op wereldniveau.

    “We zijn natuurlijk erg blij dat onze inzet en ons harde werken waardering krijgt”, zegt Dave Hart, Training & development manager in Seal Sands.

    “Het feit dat we nu het Gold Standard-logo op onze correspondentie mogen gebruiken en dat het logo van INEOS op de erelijst van Cogent/ NSAPI prijkt, is een afspiegeling van INEOS’ inzet voor opleidingen op locatie sinds het de fabriek in Seal Sands heeft overgenomen.”

    Maar het werk is nog niet klaar.

    Dave vertelt dat ze nu graag doorgaan met de volgende stap.

    “We zijn van plan om ons interne opleidingsprogramma officieel te laten erkennen door een externe accreditatieinstantie”, zegt hij.

    2 minuten gelezen Nummer 4
  • best-graduates-banner.jpg

    Alles Op Alles Om De Allerbeste Afgestudeerden Aan Te Trekken

    Bedrijven weten dat ze met de huidige concurrentiestrijd alles op alles moeten zetten om de allerbeste studenten aan te trekken.

    Bij INEOS in België trekken ze er echt op uit.

    Elk jaar stappen enkele ingenieurs en HR-medewerkers van INEOS en een select gezelschap van andere bedrijven in een speciale trein die alle belangrijke universiteitssteden in Vlaanderen aandoet.

    In elke stad worden laatstejaarsstudenten ingenieurswetenschappen uitgenodigd om in de trein hun potentiële werkgevers te leren kennen en met hen over tewerkstellingskansen te praten.

    De ‘job train’, zoals de trein bekend staat, is een idee van ie-net, een netwerk van alumni van alle grote ingenieursfaculteiten in België.

    Alle bedrijfsvertegenwoordigers en studenten krijgen nadien een lunch aangeboden, zodat er voldoende tijd is om te netwerken.

    De trein rijdt nu drie jaar.

    Voor INEOS was het absoluut de moeite waard om op deze trein te springen, vooral om meer bekend te raken bij studenten als belangrijke werkgever in de chemische sector.

    “De laatste twee jaar hebben meer dan 300 ingenieursstudenten op deze manier kennis gemaakt met INEOS. Dat heeft INEOS goede nieuwe medewerkers opgeleverd”, vertelt personeels- en communicatiemedewerker Katrien Poppe.

    1 minuut gelezen Nummer 4
  • ineos-jv-banner.jpg

    INEOS Jv Plant Bouw Van Grootste Fenolfabriek In China

    INEOS is een joint venture aangegaan met een vooraanstaand Chinees petrochemisch bedrijf om de grootste fenolfabriek ooit in China te ontwerpen, te bouwen en te exploiteren.

    Als de fabriek klaar is, zal er jaarlijks minimaal 400.000 ton fenol geproduceerd worden om de snelgroeiende Chinese markt te voorzien van deze waardevolle grondstof.

    Het contract met Sinopec Yangzi Petrochemical Company is eerder dit jaar getekend.

    Harry Deans, CEO van partner INEOS Phenol, vertelt dat dit de grootste kapitaalinvestering ooit is van INEOS in China.

    “Deze samenwerking is voor beide partijen interessant. Het is een belangrijke stap voor INEOS Phenol en voor INEOS in China”, zegt hij.

    “De combinatie van een sterke locale partner als Sinopec YPC met onze fenoltechnologie en onze toegang tot de markt biedt grote voordelen voor ons en voor onze klanten.”

    De fabriek, die naar verwachting eind 2015 volledig operationeel is, kan ieder jaar ook 250.000 ton aceton – ook een waardevolle grondstof voor alledaagse producten – en 550.000 ton cumeen  produceren.

    Dr. Ma Qiulin, CEO van Sinopec YPC, omschrijft de joint venture als een belangrijk partnerschap.

    “Onze gevestigde reputatie, onze concurrentiekracht en onze cumeentechnologie in combinatie met de toonaangevende fenoltechnologie van INEOS, geven ons een sterke positie om de groeiende vraag naar afgeleide petrochemische producten in deze regio aan te kunnen”, vertelt hij.

    INEOS is al’s werelds grootste producent van fenol en aceton, met fabrieken in Duitsland, België en Amerika.

    Met deze nieuwe stap wordt het de enige producent ter wereld met fenol- en acetonproductielocaties in Europa, Amerika en Azië.

    De weg voor dit project werd vorig jaar in november vrijgemaakt, toen het Chinese ministerie voor milieubescherming het milieueffectenrapport van INEOS en Sinopec goedkeurde.

    Die goedkeuring, waaraan een gedetailleerd onderzoek was voorafgegaan, werd gezien als een belangrijke stap op weg naar de realisatie van de joint venture.

    De fabriek wordt gebouwd op het industrieterrein Nanjing Chemical Industrial Park in de provincie Jiangsu – pal in het hart van China’s grootste fenol- en acetonmarkt.

    Nu de fabriek in Nanjings werelds snelst groeiende markt voor fenol en aceton kan bedienen, zal er naar verwachting capaciteit vrijkomen in de Europese en Amerikaanse fabrieken van INEOS, zodat ook zij de groeiende vraag in hun eigen regio’s kunnen opvangen.

    Sinopec is de grootste producent van fenol en aceton in China. Het heeft momenteel drie fabrieken: in Sjanghai, Beijing en Tianjin.

    2 minuten gelezen Nummer 4
  • pvc-flooring-banner.jpg

    Tarkett Legt Stevige Basis Voor Pvc-Vloeren En Riflex Toont Duurzame Kracht

    De toekomst voor pvc-vloeren ziet er in Zweden beter uit dan ooit tevoren, dankzij INEOS’ grootste klant in Scandinavië.

    Tarkett verkoopt nu pvc-vloeren zonder ftalaten, een type weekmaker waar al langer discussie over bestaat.

    En dat is niet het enige: de pvc-vloeren van Tarkett zijn de eerste die de goedkeuring kunnen wegdragen van een gerenommeerde handelsorganisatie in Zweden.

    De Zweedse organisatie Byggvarubedömningen heeft iQ Granit van Tarkett in zijn lijst van aanbevolen producten opgenomen.

    De BVB, zoals de organisatie bekendstaat, beoordeelt alle bouwmaterialen, zodat bouwbedrijven milieuvriendelijke keuzes kunnen maken. Tot nu toe hebben de experts van de  BVB meer dan 7000 producten beoordeeld, en er komen continu nieuwe producten bij.

    De erkenning voor de pvc-vloeren van Tarkett is ook goed nieuws voor INEOS, dat het bedrijf jaarlijks alle benodigde pvc levert.

    Ondertussen heeft de Zweedse firma Riflex Film AB, ook een klant van INEOS, een productlijn ontwikkeld met een nieuwe weekmaker op basis van hernieuwbare grondstoffen.

    Directeur Magnus Jörsmo vertelt dat deze ontwikkeling deel uitmaakte van de ambitie van het private bedrijf om Europees marktleider te worden in de productieniche van gespecialiseerde pvc-folie.

    INEOS levert polymeren aan Riflex die worden geproduceerd bij INEOS ChlorVinyls in Stenungsund.

    1 minuut gelezen Nummer 4
  • balanced-view-banner.jpg

    Een blik op de balans

    Andy Currie is al 13 jaar bestuurder bij INEOS Capital en heeft daar een belangrijke rol gespeeld bij de opzet en ontwikkeling van de succesvolle groeistrategie van het bedrijf. Voor dit nummer heeft Tom Crotty hem geïnterviewd over INEOS, haar evenwichtige portefeuille van businesses, haar toekomstige groei en hoe INEOS erin geslaagd is de Europese crisis door te komen.

     

    Video

    INEOS CAPITAL INTERVIEW

    00:00

    Tom: Wanneer we het over de groei van INEOS hebben, wordt wel eens gesuggereerd dat we opportunistisch zijn geweest. Vind je dat terecht?

    Andy: Historisch gezien kan dat best kloppen. Zoals je weet waren we in onze begindagen, vooral in de eerste vijf tot tien jaar van INEOS ,altijd op zoek naar niet meer gewenste en waarschijnlijk verwaarloosde activiteiten van zogenaamde ‘blue chip-bedrijven’. Dat werden voor ons doelwitten voor overname. Sinds de grote overname van Innovene in december 2005 zijn de tijden veranderd. We hebben al heel wat lastige marktomstandigheden meegemaakt, maar tegenwoordig zijn we meer bezig met de dagelijkse bedrijfsvoering: hoe we die steeds efficiënter kunnen maken en de financiering veilig kunnen stellen voor de toekomst, doch met nog sporadische overnames. Nu gaat het veeleer om strategische overnames. Seal Sands is daar een mooi voorbeeld van. Dat had moeite het hoofd boven water te houden en wij hebben de kostenstructuur veranderd, de efficiëntie verhoogd en, kortom, het tij gekeerd met alle expertise die wij binnen de groep hebben. Een recenter voorbeeld is de overname van de ChlorVinyls business van Tessenderlo door Kerling, die op dit moment hetzelfde proces doormaakt.

    Tom: Welke specifieke voordelen heeft deze benadering opgeleverd?

    Andy: Ons grote voordeel is dat we de nodige expertise zelf in huis hebben. We hebben heel veel mensen met uiteenlopende vaardigheden om deze bedrijven efficiënt te leiden. Neem INEOS Nitriles: wij zijn de grootste producent ter wereld, onze technologie wordt wereldwijd gebruikt in tal van fabrieken, waardoor we veel onmisbare deskundige kennis hebben over de fabrieken en de technologie, om deze fabrieken uiterst efficiënt en effectief uit te baten.

    Tom: En wat is er te zeggen over ons productengamma? Hoe helpt dit ons vooruit?

    Andy: We zijn actief in allerlei sectoren binnen de chemische industrie. Dat heeft als grootste voordeel dat we een robuuste stroom aan inkomsten en omzet hebben, wat vooral belangrijk is in moeilijke tijden. Als leverancier van basisproducten heb je namelijk altijd te maken met hevige schommelingen. Neem je een breed scala aan businesses en toepassingen met verschillende eindmarkten, dan ben je enigszins beschermd wanneer het in één sector slecht gaat. En
dat hebben we al meegemaakt. Uiteraard was de enorme baisse
van 2008/2009 – in vele opzichten bijna een implosie – de ultieme test van deze strategie. In die tijd bestond bijna een kwart van onze verkopen in verbruiksartikelen. Dat was heel waardevol, omdat mensen altijd levensmiddelen nodig blijven hebben en daarvoor zijn verpakkingen nodig. Deze en andere producten voor bijvoorbeeld voor medicijnen, cosmetica en zelfs zeeppoeders zijn ons van veel nut geweest.

    Tom: Maar terwijl we een prachtig uitgebalanceerde productenportefeuille hebben, kun je niet echt hetzelfde zeggen over ons geografisch evenwicht?

    Andy: Nee, dat is terecht opgemerkt Maar toch, kijk eens naar onze recente resultaten. Onze winstgevendheid gaat steeds meer richting een 50/50-verdeling tussen Noord-Amerika en Europa. Terwijl
zes jaar geleden, net na de overname van Innovene, nog 70% uit Europa kwam. Het is nog niet ideaal verdeeld over de hele wereld, maar het gaat de goede kant op. Natuurlijk is de VS op dit moment vanwege het schaliegas een heel interessante markt. Maar we willen ook graag meer bekendheid en inkomen in Azië en daarop is onze achterliggende strategie voor de toekomst ook gericht.

    Tom: Welke zijn dan de voornaamste strategische uitdagingen voor INEOS zijn in de nabije toekomst?

    Andy: Een van onze uitdagingen is om onze schuldenlast te verlagen. We hebben al veel vooruitgang geboekt. De herfinanciering is nu gelukkig rond. Dus is de volgende uitdaging om aan de samenstelling van de portefeuille te werken door onze inkomsten te benutten, maar gelijk het absolute bedrag aan schuld en de schuldgraad te verkleinen, terwijl we gelijkertijd ook nieuwe groei financieren.

    Tom: En hoe zit het met die groei? Hoe stel je je de toekomstige groei van INEOS voor?

    Andy: Op dit moment zijn we er vooral mee bezig om, afgezien van die kleine overnamegelegenheden, onze blikken te richten op de Amerikaanse Golfstaten en de Amerikaanse markt in het algemeen. We willen zien hoe we daar voordeel kunnen halen uit de recente ontdekking van schaliegas. Daarnaast is er ook de heropleving van de petrochemische industrie aan de Amerikaanse Golfkust en komen er zeer voordelige ethaangrondstoffen op de markt. We hebben daar al een aardige voet aan de grond en we gaan de uitdaging aan om uit te zoeken hoe INEOS daarvan kan profiteren. Daar ligt de focus op groei. Verder gaat onze aandacht ook naar Azië, en dan vooral China. Iedereen kent ons fenolproject wel, maar zo komen er nog meer. Dat neemt Intermediates voor z’n rekening. Zij hebben duidelijk al goede marktposities maar staan ook technologisch sterk, zodat we iets te bieden hebben wanneer we met de Chinezen rond de tafel gaan zitten. En dat laatste is erg belangrijk.

    Tom: En hoe lastig is het om dezelfde resultaten te halen binnen de beperkingen van joint ventures?

    Andy: Joint ventures zijn onvermijdelijk wat ingewikkelder. Met
twee groepen aandeelhouders is het – zelfs als ze goed op elkaar
zijn afgestemd – toch complexer. Je moet ervan overtuigd zijn dat
de voordelen de nadelen die daarbij horen overtreffen. Als je naar onze grootste joint ventures kijkt, dan hebben we in de raffinage-joint venture natuurlijk een enorme partner, een van de grootste bedrijven ter wereld, nu aan onze kant staan. De raffinage is, zoals je weet, tegenwoordig een heel moeilijke bedrijfstak. Maar zij brengen niet alleen hun toegang tot grondstoffen stroomopwaarts mee, maar ook financiële draagkracht en omvangrijke trading-capaciteit wereldwijd.. In alle opzichten een logische partner. Kijk je naar Styrolution, dan zie je dat we feitelijk twee groepen van activa hebben samengevoegd tot het grootste bedrijf in styreenkunststoffen ter wereld. Het spreekt voor zich dat er door samenwerking veel mogelijke synergieën zijn door de business te vereenvoudigen, kosten te verlagen en het beste van beide werelden te benutten. Joint ventures werken dus wel. Het is niet zo makkelijk op het vlak van financiering en wat mogelijk is als bij 100% eigendom, maar we hebben hard gewerkt om deze joint ventures te doen slagen en we hebben er veel baat bij.

    Tom: Een laatste vraag Andy. Bij INEOS Capital zit je
aan tafel met Manchester United-fan Jim Ratcliffe, Wolverhampton-man Jim Dawson en Sunderland-supporter John Reece. Wie heeft jouw steun?

    Andy: Nou, om eerlijk te zeggen heb ik dat lange tijd voor mezelf weten te houden. Maar ik durf het nu wel te zeggen. Nu durf ik kleur te bekennen en te zeggen dat ik fan ben van Sheffield Wednesday, die nu zo fantastisch opgeklommen zijn dat ze vanaf volgend jaar mogen meespelen in de Championship-klasse. Ze liepen wat achter op de rest, maar krabbelen overeind.

    15 minuten gelezen Nummer 3
  • accidents-2-banner.jpg

    De schaduwzijde

    We moeten maar terugdenken aan Texas city, Piper Alpha en de
Deep Water Horizon om te begrijpen waarom INEOS van veiligheid
de hoogste prioriteit maakt. Ongevallen van deze omvang komen gelukkig waar ook ter wereld zelden voor, maar het is vaak zo dat
het dikwijls kleinere ongevallen zijn die uiteindelijk tot grotere leiden. Door deze te voorkomen, voorkomen we niet alleen verwondingen, maar vormen we de hele houding van mensen ten aanzien van veiligheid en ongevalspreventie.

    De meeste ongelukken bij INEOS zijn uitglijders, struikelpartijen en valpartijen, of in het geval van Keulen handverwondingen. Onze campagne in Keulen om deze voorvallen aan te pakken was zo’n groot succes dat businesses in de buurt haar nu over beginnen te nemen.

    Het weten en effectief ook toepassen zijn twee heel verschillende dingen. Dat weet niemand beter dan Jurgen Schmitz, die bij INEOS Keulen dag in dag uit verantwoordelijk is voor communicatie over veiligheid op de werkplek voor bijna 2.000 medewerkers en 1.000 contractanten. Hij hoopt dat iedereen heeft geluisterd en er ook van doordrongen is.

    “Het is geen eenvoudige opdracht,” zegt hij. “Het kan echt een uitdaging zijn om weer een nieuwe manier te vinden om veiligheidsinformatie interessant te maken. Maar het is zo belangrijk omdat veiligheid cruciaal is in onze fabriek.”

    De afgelopen jaren zijn zowel de frequentie als de ernst
van de ongelukken op het terrein van 191 hectare continu gedaald. 98% van de ongelukken zijn het gevolg van menselijke fouten. Daarom hebben Jurgen en zijn team samen met Holger Laqua, asset manager bij INEOS Oxide Keulen, de voorlichting eens heel anders aangepakt. Voor het eerst deden ze beroep op een reclamebureau uit Düsseldorf om hen te helpen een effectieve veiligheidscampagne
op te zetten.

    “Dat bleek heel verfrissend”, aldus Jurgen.

    “Wij zijn veiligheidsingenieurs met een technische kijk op de dingen, maar zij zijn heel creatief en denken buiten het klassieke kader.

    Daarom was het interessant om te zien en horen hoe mensen die niet dagelijks met veiligheid bezig zijn over veiligheid denken. En op die manier kwamen ze met verfrissende ideeën aan.”

    Het reclamebureau moedigde Jurgen, als hoofd van de afdeling veiligheid en gezondheid op het werk, en zijn team aan om als een werknemer over veiligheid te gaan denken.

    Samen ontwierpen ze zes verschillende scenarios voor een reeks beklijvende posters. Iedere scène spitste zich toe op een gebied waar de kans op ongelukken groot is.

    “In plaats van modellen, vroegen we onze medewerkers om op locatie voor de foto’s te poseren, in een voor hen herkenbare situatie,” zei hij.

    Dat had direct effect. De werknemers zagen zichzelf in iedere gevaarlijke situatie en konden zich het mogelijke gevaar duidelijk inbeelden.

    Tot nu toe zijn drie van de posters onthuld, alle drie met de titel ‘De schaduwzijde’. Op een ervan zie je een werknemer in een besloten ruimte aan het werk, op een andere iemand op hoogte en de derde gaat over veilig fietsen. De schaduwen in iedere afbeelding laten zien wat er zou kunnen gebeuren bij een ongeluk.

    “Dit zijn allemaal typische gevaarlijke situaties bij onze fabriek en voor de chemische industrie in het algemeen,” aldus Jurgen

    Bij de onthulling van iedere poster organiseerden Jurgen en zijn team een interactieve dag over veiligheid, met simulators waarin werknemers hun kennis en vaardigheden konden testen. Ze konden zelfs een prijs winnen bij een quiz. Jurgen zegt dat de campagne bedoeld is om werknemers op een nieuwe, nog onbekende manier naar veiligheid te laten kijken.

    “Het is allemaal psychologie,” zei hij. “We willen dat onze medewerkers even goed nadenken voordat ze ergens aan beginnen.”

    De reacties van werknemers en contractanten zijn tot nu toe positief. Ze lijken de boodschap niet alleen gehoord te hebben, maar ook echt begrepen.

    De campagne is zelfs zo effectief en overtuigend, dat de posters voor andere vestigingen van INEOS vertaald zijn in het Nederlands, Engels, Italiaans en Noors.

    De campagne wordt zelfs door externe organisaties geprezen.

    Jurgen: “De plaatselijke overheid was heel geïnteresseerd in onze activiteiten en vroeg of ze de posters voor andere chemische bedrijven in Duitsland mocht gebruiken.”

    Zelf is Jurgen trots op zijn team en wat ze al hebben weten te bereiken.

    “Ze hebben met veel plezier aan deze campagne gewerkt. Maar we weten ook dat we er nog niet zijn - veiligheidsbewustwording is een soort sisyfusarbeid.”

    5 minuten gelezen Nummer 3
  • basketball-banner.jpg

    INEOS is trots op het kampioen-netbalteam

    INEOS gelooft dat je opkomend talent moet ontwikkelen - of het nu om werk of hobby gaat.

    Het bedrijf staat er bij studenten bekend om dat het de grootste talenten weet te strikken. Maar dat het ook junior sportteams steunt, is misschien minder bekend. Toch heeft ook onze steun het BBC Nyon basketbalteam tot 19 jaar geholpen Zwitsers kampioen te worden.

    Het A-team veegde zelfs iedereen van tafel en won ook de Conférence OUEST de Basketball en de beker van Vaud.

    “De steun van bedrijven als INEOS is erg belangrijk voor sportclubs, omdat we niet alleen de trainingen willen verbeteren, maar ook de passie van kinderen voor de sport willen vergroten,” zei clubcontactpersoon Josiane Chabbey.

    “We zijn ervan overtuigd dat sport belangrijk is voor het sociale leven van een kind en dat het kinderen helpt om op het rechte pad te blijven.” INEOS Rolle, dat het team sinds het begin van het seizoen 2011/2012 sponsort, is blij steun te kunnen leveren vanaf de zijlijn.

    “Wij hebben een sociale verantwoordelijkheid in de plaatselijke gemeenschappen waarin we gevestigd zijn,” aldus de in Rolle werkende David Thompson, Procurement Director van INEOS

    Olefins & Polymers en verantwoordelijke voor de sponsoractiviteiten van de groep.

    Hij vertelde dat de club, met zo’n 200 regelmatig deelnemende kinderenwaaronder ook kinderen van buitenlanders, het geld had gebruikt voor professionele coaching en faciliteiten en materialen voor al hun juniorteams.

    INEOS Rolle sponsort ook de voetbalclub van Bursin/Rolle/Perroy, de rugbyclub van Nyon en de hockeyclub van Lausanne.

    “Ze gebruiken het geld allemaal speciaal voor hun juniorteams,” aldus David.

    2 minuten gelezen Nummer 3
  • race-for-sun-banner.jpg

    INEOS Oxide race naar de zon

    Oké, ze hadden alle acht in minder dan twee uur van Parijs naar Nice kunnen vliegen. Maar daar deden ze het natuurlijk niet voor.

    Nee, Kurt de Bruyn, Didier Audenaert, Johan de Veirman, Jan de Meyere, Patrick Staes, Chantal Bracke, Kathleen Vriesacker en Chris Vroman van INEOS Oxide wilden juist een meer toeristische route nemen en met de fiets gaan, omdat dat mooi bij hun jaarlijkse uitdaging paste om in vorm te komen.

    De reis van 1.155 km, die professionele wielrenners de ‘race naar de zon’ noemen, begon in alle ernst.

    De tocht was niet als race opgezet, maar eerder als een zesdaagse uitdaging voor hun uithoudingsvermogen met een vleugje teambuilding.

    Maar omdat ze allemaal behoorlijk competitief zijn ingesteld, wilden ze steeds maar sneller, vooral op de hellingen.

    Hun grootste ‘hobbel’ was de klim van 21 km naar de top van de 1.912 m hoge Mont Ventoux, de hoogste berg in de Provence en een van de zwaarste cols in heel Frankrijk.

    Een beruchte beklimming: op 13 juli 1967 liet de Britse renner Tom Simpson ruim een kilometer voor de top het leven door oververhitting.

    Thierry Nordera van INEOS Lavéra, dat dicht bij de berg ligt, ging met zijn collega’s mee in de klim naar top van de bergpas, waar ze allemaal heelhuids aankwamen.

    Op de piek hadden ze een adembenemend uitzicht op de hele Provence en het spectaculaire maanlandschap bovenop de berg.

    Maar de tocht was niet alleen rozegeur en maneschijn...

    Soms was het zo heet dat het wegdek smolt, op andere dagen waren de fietsers tot op het bot doorweekt en op één dag was er zo’n hevige mist dat de afdaling van de Col de Vence niet alleen doodeng, maar ook afmattend was. Iedereen was dan ook heel opgelucht toen ze eindelijk in Nice aankwamen.

    Ze vierden hun prestatie met een stevige maaltijd en een paar glazen wijn en kwamen kracht in hun hotel met uitzicht op Nice.

    De volgende dag bracht de minibus die hen de hele reis van Parijs naar Nice had gevolgd, hen weer terug naar Antwerpen.

    De groep, die altijd door INEOS is aangemoedigd, speelt met het idee om bij een volgende tocht een paar van de Europese locaties van INEOS aan te doen.

    2 minuten gelezen Nummer 3
  • panda-project-banner.jpg

    INEOS ondersteunt een uniek pandaproject

    INEOS Grangemouth en PetroIneos Fuels Ltd gaan EEN uniek PROJECT steunen, waarbij reuzenpanda’s in het wild worden geherintroduceerd.

    Het bedrijf heeft besloten drie jaar lang de Schotse Royal Zoological Society te ondersteunen bij haar onderzoek naar reuzenpanda’s.

    Voor het behoudsonderzoek zijn nu twee reuzenpanda’s ondergebracht in Edinburgh Zoo. Dit zijn de enige panda’s in het Verenigd Koninkrijk, er zijn zelfs maar drie paren in heel Europa.

    De dag dat China toestemming gaf om de twee panda’s naar het Verenigd Koninkrijk te brengen, tekende INEOS ook een intentieverklaring voor een inmiddels opgerichte raffinage-joint venture met PetroChina.

    Gordon Grant, CEO van INEOS Grangemouth Services, vond het wel mooi dat de sponsorovereenkomst ook op die dag getekend werd.

    Andrew Gardner, commercieel manager van PetroIneos Fuels, zei dat het partnerschap met PetroChina ook enorme voordelen voor INEOS’ raffinaderijen in Scotland en Zuid-Frankrijk zal hebben.

    1 minuut gelezen Nummer 3
  • ground-breaking-contract-banner.jpg

    INEOS gunt grensverleggend contract

    Het brandweerkorps van Cleveland heeft een miljoenencontract weten te veroveren, om 24-uurs alarmdiensten te verlenen aan INEOS Nitriles in Seal Sands.

    Dit is het eerste contract van het brandweerkorps in de commerciële sector. Ze hopen echter dat er nog veel meer volgen, zodat de plaatselijke brandweer- en reddingsdiensten in Cleveland de scherpe bezuinigingen van de Britse overheid kunnen overleven.

    “We zijn ontzettend blij dat de zakelijke benadering van onze maatschappelijke taak nu een eerste commercieel succes oplevert,” zei hoofdcommandant Ian Hayton.

    Alle winst van de komende drie jaar wordt gebruikt voor tientallen brandveiligheidsinitiatieven in de gemeenschap.

    INEOS is opgetogen over het besluit de opdracht aan Cleveland te gunnen. “Nu krijgen we niet alleen professionele dienstverlening van topkwaliteit, maar we zijn ook heel blij dat de winst wordt gebruikt voor onmisbare veiligheidsvoorzieningen die echt bijdragen aan een betere levenskwaliteit in de Noord-Engelse gemeentes in Teesside,” aldus Jean Phaneuf van INEOS Nitriles.

    1 minuut gelezen Nummer 3
  • world-tunes-in-banner.jpg

    Heel de wereld keek naar het allergrootste sportevenement op de planeet

    Meer dan een miljard kijkers uit alle windstreken trok de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Londen op 27 juli.

    Bijna net zo veel als China inwoners telt! We durven dus best te stellen dat dit het allergrootste sportevenement op de planeet is.

    INEOS keek ook – om meerdere redenen.

    Als bedrijf waren we erg blij dat het Olympisch Comité besloten had de bijna magische mogelijkheden
van pvc te benutten voor het Olympisch park.

    En als medewerkers van de productielocaties in Duitsland, Zweden, Noorwegen, Frankrijk, België, Italië, Canada, VS, VK en Nederland, leefden we mee met de geweldige atleten uit ons eigen land.

    Sommige medewerkers van INEOS, zoals Jerry Tweddle en Manfred Hartung, hadden een wel heel persoonlijke reden om te kijken. Hun kinderen, de Britse turnster Beth en de Duitse schermer Max, dongen deze Zomerspelen mee naar een gouden plak. Toen INCH ter perse ging, was Max net ternauwernood verslagen door de Hongaar Aron Szilagyi en was zijn kans op de halve finale mannen sabel helaas verkeken.

    Maar Beth werd de allereerste Britse die met een Olympische medaille voor een individuele turnoefening thuiskwam. Tijdens een spannende finale in North Greenwich Arena verdiende de 27-jarige een bronzen plak op de brug met een van haar beste oefeningen ooit.

    De voorbereidingen voor de extravagante Isles of Wonder-openingsceremonie in het Olympisch stadium in Stratford, Oost-Londen, hebben weken gekost volgens de organisatoren van de Zomerspelen van 2012.

    “We wilden uitbeelden wat voor land wij zijn, waar we vandaan komen en waar we naartoe willen,” aldus Danny Boyle, de artistiek directeur van de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Londen in 2012.

    Toen de olympische vlam het 80.000 zitjes-tellende
stadion verlichtte, betekende dit niet alleen de start van een 16-daags evenement maar ook het einde van de 70 dagen durende reis van de olympische toorts. Er werd zo’n 8.000 mijl afgelegd: 8.000 toortsdragers brachten de vlam op 19 mei van Cornwall, een uithoek van het Verenigd Koninkrijk tot het olympisch stadion. De eerste toortsdrager was
Ben Ainslie, een zeiler met 3 maal Olympisch goud
op zijn palmares.

    Tijdens z’n epische tocht, reisde de vlam niet alleen te voet, maar ook met een reddingsboot, een stoomtrein
en roeiboot, per paard, via een bungee-kabel, met een gewone kabelbaan en zelfs dwars over Loch Ness. De vlam reisde voorbij enkele historische monumenten zoals de racebaan van Aintree, het Eden Project, het kasteel
van Caernarfon, Stonehenge, de Clifton Suspension brug, Trafalgar Square, Downing Street een Buckingham Palace.

    Onder de vele dragers voormalig Olympisch loopkampioen Brendan Foster, Jerry Tweddle’s dochter Beth die momenteel als beste Britse gymnaste ooit beschouwd wordt, en natuurlijk INEOS brandweerman Craig Hannah.

    De toorts werd uitvoerig getest in de klimatologische testruimte van BMW in Munchen, om er zeker van te zijn het wisselende Britse weer te kunnen weerstaan.

    Ondanks het feit dat de vlam toch doofde omwille van een slecht functionerende brander in Devon, bleef ze branden op het hoogste punt van haar tocht naar Londen: de 1.085 meter hoge top van Snowdon in Noord Wales.

    Het was zelfs prachtig weer, toen de 77 jarige bergbeklimmer Sir Chris Bonington die in 1975 de Mount Everest beklom, op de top van de Welshe berg de vlam de lucht in hield.

    5 minuten gelezen Nummer 3
  • fired-up-banner.jpg

    Vol vuur

    De olympische vlam kwam op 8 juni in buitengewoon veilige handen toen hij aan Craig Hannah werd doorgegeven.

    Video

    Draagt Craig de olympische vlam

    00:00

    Hoezo? De 48-jarige Craig die de vlam door het Schotse Glasgow mocht dragen, is al jarenlang brandweerman.

    Craig, die voor INEOS in Grangemouth werkt, vertelt dat er weinig spannends gebeurde die dag, behalve dan de gelegenheid zelf natuurlijk.

    Craig: “Ik was in de zevende hemel.”

    De vlam, die Craig een halve mijl mocht dragen tot hij hem aan de volgende fakkeldrager moest overhandigen, was 29 dagen eerder in Griekenland ontstoken met zonnestralen.

    “Het is heel indrukwekkend, als je daarover gaat nadenken,” aldus Craig. “die vlam in je hand heeft al een hele afstand afgelegd.”

    Lord Sebastian Coe, voorzitter van het organisatiecomité van Londen 2012, vertelde dat de vlam symbool staat voor de olympische geest en dat de reis van de vlam door het Verenigd Koninkrijk de opwinding rondom de Londense Spelen naar alle uithoeken van het land had gebracht.

    Daar had Craig zeker – niet tevergeefs – op gehoopt toen hij de straten op ging.

    “Het was mooi om de kinderen enthousiast te maken voor de Olympische Spelen en om ze aan te moedigen te gaan sporten, want je ziet tegenwoordig zelden meer jeugd buiten,” zegt hij. “Het lijkt wel of ze allemaal thuis achter de computer zitten.”

    Craig is tot een van 8.000 Britse fakkeldragers verkozen, omdat zijn zwager Jim Blaikie hem heeft genomineerd vanwege zijn werk in het Schotse Bo’ness.

    “Ik voelde me heel vereerd dat ik uit zo veel genomineerden gekozen was,” zegt hij.

    Craig is een bekende weldoener in Bo’ness.

    Hij is al zo’n 15 jaar de spil van een muziekproject voor jongeren met de naam Cozy Blanket in Bo’ness. En de goed voorziene studio wordt door veel kinderen en bands uit de buurt gebruikt.

    Daarnaast is hij ook erg actief in de kerk van St Andrew’s, drumt hij zelf in de plaatselijke band Hunter en is hij vrijwillig eerstehulpverlener bij de ambulance.

    “Het is handig dat ik in ploegen werk, want daardoor kan ik al dat vrijwilligerswerk regelen,” zegt hij.

    Degenen die Craig in Glasgow gemist hadden, kwamen hem -en de olympische fakkel die hij door de straten van Schotland droeg- op 29 juni wel tegen bij het Children’s Fair Festival in Bo’ness.

    Video

    ZEILEN EN DE SPELEN

    00:00

    7 minuten gelezen Nummer 3
  • pvc-banner.jpg

    PVC laat spierballen zien

    INEOS schreeuwt meestal niet van de daken wat we allemaal bereikt hebben, maar misschien zouden we dat wel moeten doen. Want als je wilt weten welk bedrijf met bijna alles dat je doet te maken heeft, is INEOS echt wel hét woord voor chemie.

    INEOS helpt de sportwereld al jaren om wereldrecords te verbeteren, internationale evenementen vorm te geven en wereldkampioenen te kweken.

    Daar zijn wij zelf erg trots op, maar verder lijkt niemand ervan op de hoogte.

    Buiten onze bedrijfstak lijken maar weinigen te weten hoe belangrijk pvc tegenwoordig is voor bijna alles dat met sporten te maken heeft.

    “Het is een fantastisch materiaal,” vertelt Jason Leadbitter, Sustainability and Compliance Manager van INEOS ChlorVinyls.

    “Het is kostenefficient, gaat lang mee, is eenvoudig te onderhouden en het is een uitermate veelzijdig bouwmateriaal met een gunstige ecologische voetafdruk.”

    Toch, zegt Jason, zullen bepaalde groepen altijd wel bevooroordeeld blijven tegen pvc.

    “Voor sommigen blijft het de slechterik onder de kunststoffen, en dat vind ik heel jammer,” zegt hij.

    Omdat ze bang waren dat de organisatoren van Londen 2012 onder invloed van milieugroeperingen als Greenpeace zouden besluiten geen pvc bij de Olympische Spelen te gebruiken (zoals in 2000 in Sydney was gebeurd), ontmoetten hij en andere vertegenwoordigers van onze branche vijf jaar geleden Dan Epstein, hoofd duurzame ontwikkeling van de Olympic Delivery Authority, om voor het gebruik van pvc te pleiten.

    “We vroegen alleen maar dat ze ons ons verhaal lieten doen,” zegt Roger Mottram, Environmental & Regulatory Affairs Manager voor INEOS ChlorVinyls en voorzitter van de British Plastics Federation Vinyls Group. Ook hij was bij de vergadering.

    “En dat gebeurde. Hij ging echt het gesprek met ons aan.

    “Hij vertelde ons dat hij wilde dat de industrie, net als van atleten verwacht wordt, de lat steeds hoger zou leggen.

    “Hij wilde dat we nieuwe normen opstelden en innoveerden.

    “Wij wilden gewoon de kans om ons te bewijzen. En in wezen is dat ook wat we van plan zijn.”

    Toen de Spelen in Londen op 27 juli officieel van start gingen, was er al meer dan 142.000 vierkante meter pvc gebruikt om de faciliteiten, zoals het watersportcentrum, voor de allergrootste sportshow ter wereld te bouwen.

    De atleten streden op pvc-vloeren en delen van hun uitrusting waren ook van pvc.

    De duizenden toeschouwers zaten onder pvc-overkappingen en werden beschermd door pvc-omheiningen.

    En dan hebben we het nog niet eens over de kilometers pvc-buizen
en elektriciteitskabels gehad die al voor de openingsceremonie waren gelegd, die wereldwijd door meer dan een miljard mensen op televisie werd bekeken.

    “Bijna overal waar je keek was pvc gebruikt,” zegt Roger.

    En de reden is simpel: pvc is bestand tegen stortbuien, razende zeewateren en verzengende zonnestralen, en dat is maar goed ook met de onvoorspelbare Britse zomers.

    Maar als je denkt dat de Olympic Delivery Authority zich zomaar heeft laten overdonderen door een krachtige pvc-lobby en het ons makkelijk heeft gemaakt, dan zit je er toch echt naast.

    Zich zeer bewust van de controverse over het gebruik van pvc, stelde de duurzaamheidscommissie voor Londen 2012 al in 2009 een beleid op over het gebruik van vinyl in het olympisch park.

    Video

    PVC in de sport

    00:00

    “We wilden de Spelen in Londen in 2012 benutten om samen met de bedrijfstak nieuwe normen te stellen,” aldus Dan Epstein.

    “We wilden de branche op weg helpen naar een duurzamere productie, gebruik en verwijdering van pvc-materialen.”

    Hij vertelde dat de strenge controles en controleprocedures waren ontwikkeld om te zorgen dat waar pvc gebruikt werd, dat op een milieubewuste manier werd gedaan, zodat er veel van kon worden gerecycleerd of hergebruikt.

    Volgens David Stubs, hoofd duurzaamheid in het organisatiecomité voor de Olympische en Paralympische Spelen in Londen, was recycling zo belangrijk omdat in Londen in 2012 veel meer tijdelijke faciliteiten werden gebruikt dan bij alle eerdere Spelen en wereldevenementen.

    Al die tijdelijke bouwwerken werden zo ontworpen dat ze na de Spelen in Londen konden worden gerecycleerd.

    Het pvc wordt van andere materialen, zoals natuurlijke weefsels, metalen en rubber gescheiden en dan gerecycleerd of hergebruikt.

    Zo is het de bedoeling een deel van de pvc voor het FIFA wereldkampioenschap in Brazilië in 2014 te gebruiken en de hele basketbalzaal weer bij de Spelen in Rio in 2016 te gebruiken.

    In het beleid, dat voor Londen 2012 is opgesteld, wordt ook geëist dat alle materialen:

    • MINIMAAL 30% gerecycleerd materialen bevatten

    • VOLDOEN aan het handvest van The European Council of Vinyl Manufacturers

    • VOLDOEN aan normen voor vloeibaar afval en uitlaatgassen en geen lood, kwik en cadmiumstabilisatoren bevatten.

    Richard Jackson, hoofd Sustainable Development and Regeneration van de Olympic Delivery Authority, had het over wijze lessen uit het rapport Learning Legacy.

    Hij zei dat de kunststofindustrie, ondanks enige twijfels in het begin, de benadering over het algemeen gunstig had ontvangen en dat de toeleveringsketen zelfs had besloten een pvc zonder weekmakers te ontwikkelen. Deze werd gebruikt om een aantal van de gebouwen te bekleden.

    Bovendien erkende het beleid ook de voordelen van Vinyl2010, de gedragscode van de pvc-branche. In de 10 jaar dat deze bestond werd er al meer dan de doelvolumes gerecycleerd en was er goede vooruitgang geboekt om diverse additieven overbodig te maken.

    INEOS is sterk bij de opzet van Vinyl2010 betrokken geweest, om te onderzoeken wat de branche in heel Europa aan pvc kan doen, en heeft fors financieel bijgedragen aan het behaalde succes.

    Toen de Europese pvc-industrie vorig jaar zag hoe geweldig Vinyl2010 werkt, namen de deelnemers de volgende stap door bij te tekenen voor VinylPlus, een nieuwe vrijwillige toezegging voor 10 jaar.

    “In VinylPlus hebben we een aantal nieuwe, ambitieuzere doelen voor duurzame ontwikkeling gesteld,” zegt Jason.

    Alle doelen zijn indirect gebaseerd op een raadpleging van belanghebbenden.

    “Zo kunnen we de zaken waar mensen zich druk over maken gericht aanpakken,” zegt hij.

    Het plan is om:
 voor 2020, 800.000 ton pvc per jaar te gaan RECYCLEREN

    voor 2015 loodhoudende additieven UIT TE BANNEN


    het energieverbruik voor de productie van pvc te VERLAGEN

    “We zoeken naar manieren om mensen te laten zien wat de voordelen van pvc zijn en ook dat we vooruitgang boeken wat betreft milieuvriendelijkheid,” aldus Jason.

    Tijdens een persconferentie afgelopen juni in Londen, presenteerde Roger de brochure ‘PVC in Sport’ van de British Plastic Federation, die beschrijft hoe onmisbaar pvc is geworden voor de topsport.

    “Het zijn spannende tijden in de sport en pvc zal zeker een belangrijke rol bij de evenementen hebben,” zei hij.

    De brochure belicht ook de criteria uit het pvc-beleid voor de Spelen in Londen die de Olympic Delivery Authority had gesteld.

    Roger hoopt dat hierdoor meer mensen beseffen hoe duurzaam pvc is.

    “De Britse pvc-industrie heeft zich heruitgevonden nadat het materiaal een tijdlang als gevaar voor de samenleving werd bestempeld,” vertelde hij de journalisten.

    In een recent interview met het tijdschrift British Plastics and Rubber vertelde Roger hoe belangrijk evenementen als de Olympische Spelen voor pvc zijn.

    “Als er veel pvc bij grote projecten zoals de Spelen wordt gebruikt, en we kunnen aantonen dat het aan de uiterst strenge duurzaamheidscriteria voldoet, dan levert dat hopelijk vanzelf navolgers op,” zei hij.

    “We hebben laten zien dat pvc kan worden gerecycleerd en dat het niet alleen volgens zeer strenge normen kán worden, maar ook daadwerkelijk wórdt geproduceerd.”

    Jason zegt dat VinylPlus ook bedoeld is om belanghebbenden te laten zien wat pvc al voor ons leven nu heeft betekend.

    “Pvc is ongelooflijk veelzijdig en mensen staan er helemaal niet bij stil in hoe ongelooflijk veel alledaagse spullen het is gebruikt” zegt hij.

    De groep geeft ook ruchtbaarheid aan een nieuw onderzoek waarin de volledige kosten van pvc worden vergeleken met die van andere materialen.

    “In het huidige economische klimaat, waarin de overheid flink onder druk staat om te bezuinigen, willen wij laten zien dat gemeenten miljoenen kunnen besparen door pvc-producten te gebruiken”, aldus Jason.

    15 minuten gelezen Nummer 3
  • running-for-gold-banner.jpg

    INEOS helpt atleten op weg naar goud

    Ons hele leven kan radicaal veranderen door koolstofvezel, zowel thuis
als op het werk of bij het uitoefenen van een hobby. In veel opzichten is dat al gebeurd. Kijk maar naar de sprinters in de Paralympische Spelen op protheses van koolstofvezel. INEOS Nitriles levert wereldwijd acrylonitrile, het basisingrediënt van koolstofvezel. 

    Niemand kan ooit nog vergeten hoe de Amerikaanse sprinter Dennis Oehler de 12-secondengrens op de 100 meter wist te doorbreken bij de Paralympische Spelen van 1988 in Seoul, Zuid-Korea.

    Want dat was de eerste keer dat mensen koolstofvezelveren in actie zagen.

    Die koolstofstroken, die de hardloopwereld voor atleten met een lichamelijke handicap radicaal hebben veranderd, zijn nu een herkenbaar symbool voor paralympische sport.

    En voor INEOS Nitriles’s werelds grootste producent van acrylonitrile, is dat maar een van vele redenen om trots te zijn.

    Acrylonitril – een chemische stof die tot de cyaniden behoort – is een basisingrediënt voor koolstofvezel.

    Geen acrylonitril, geen koolstofvezel. En zonder koolstofvezel zouden heel veel baanbrekende ontwikkelingen gewoonweg onmogelijk zijn.

    Barry Slater is global sales director bij INEOS Nitriles.

    “Het is een ontzettend spannend vakgebied,” zei hij.

    “De grootste uitdaging is dat koolstofvezel duur is, veel duurder dan staal, maar toch begint het in het topsegment meer verkocht te worden.”

    Neem de Boeing 787, Amerika’s hypermoderne, middelgrote vliegtuig, dat eind vorig jaar is geïntroduceerd. Dankzij de koolstofvezelwanden is dit toestel veel lichter, waardoor het bijna 20% minder CO2 uitstoot dan oudere vliegtuigen.

    Het vliegtuigmateriaal is geleverd door Toray, een Japans bedrijf dat op dit moment als de wereldleider in de productie van koolstofvezel wordt beschouwd.

    En achter Toray staat INEOS, dat een contract heeft weten af te sluiten om Toray de acrylonitril voor de Boeing 787 te leveren.

    En Boeing zou nu al bestellingen voor meer dan 800 vliegtuigen hebben ontvangen van vliegmaatschappijen uit de hele wereld.

    “Het is geweldig voor INEOS,” zei Barry.

    Maar ondertussen waren we alweer met de Paralympische Spelen in Londen bezig.

    Daar presteerden atleten met een lichamelijk handicap opvallend beter, vooral met dank aan koolstofvezel, dat ideale eigenschappen voor protheses heeft.

    Om te beginnen is het vijf keer zo sterk als staal. Het is stijver, maar veel lichter. Het bestaat uit koolstofstrengen die dunner zijn dan een mensenhaar. Die zijn om elkaar heen gedraaid en vervolgens als doek geweven om een laag koolstofvezel te maken.

    Elke hardloopprothese bestaat uit meer dan 80 lagen koolstof. Iedere laag wordt individueel
met de hand over een vorm getrokken. Het kan wel twee uur duren om de koolstoflagen voor
één hardloopprothese over elkaar te leggen. Daarna worden de koolstoflagen met druk en hitte samengesmolten en gehard. Het interessantst is het vormen en monteren.

    Een van de atleten die hardloopprotheses van koolstof gebruikte, was de wereldkampioen op de 100 meter, Heinrich Popow. En hij zette bijna een nieuw Europees record toen hij op 15 juni in Berlijn de 100 meter in 12,43 seconden rende.

    “Dat was de perfecte seizoensopening,” zei hij. Bij de Spelen in Londen deed hij mee aan de 100 meter en het verspringen.

    Maar op de lange termijn hoopt hij dat zijn prestaties de lat hoger leggen voor alle paralympische sporten.

    “Het is mij duidelijk dat alle deelnemers aan de Paralympische Spelen volwaardige atleten zijn, en niet vanwege hun handicap,” zei hij.

    Heinrich, die er ooit van droomde om profvoetballer te worden, zei dat het lang had geduurd om snel te leren rennen met een beenprothese, maar dat het enige geheim was dat je gewoon nooit moet opgeven.

    “Sport is het allerbelangrijkste in mijn leven,” zei Heinrich, die pas negen was toen artsen een tumor in zijn linkerkuit ontdekten en vertelden dat zijn been moest worden geamputeerd.

    “Het maakt niet uit of ik aan het winnen of aan het verliezen ben, ik geef het niet op. Ik ga door. Ik wil met mijn succes andere mensen inspireren en hen laten zien dat je altijd kansen hebt, ook bij de allergrootste tegenvallers.”

    Een andere deelnemer bij de Paralympische Spelen in Londen in 2012 met een koolstof hardloopprothese was Kelly Cartwright.

    “Volgens mij kun je alles dat je maar wilt doen, of je nou een handicap hebt of niet,” zei Kelly.

    “Mensen vragen me vaak wat ik allemaal niet kan door mijn handicap, maar het enige dat ik kan bedenken is dat ik geen hoge hakken aan kan.”

    7 minuten gelezen Nummer 3
  • ineos-excels-banner.jpg

    Weer of geen weer, INEOS blijft uitblinken

    INEOS Oligomers maakt een aantal fantastische materialen, zoals polyisobutyleen, een prachtproduct met een heel scala aan toepassingen waar de meeste mensen nooit op zouden komen. Een buitengewone man, Richard Schabel, kwam er wel op. Niet alleen ontdekte hij polyisobutyleen, maar hij benutte het ook nog eens om wereldkampioen te worden

    Paralympisch atleet Richard Schabel zag zijn kans op een gouden medaille letterlijk uit zijn handen glippen tijdens de Olympische Spelen in Sydney in 2000.

    De Britse discuswerper, die geen kracht meer kan zetten met zijn hand, had een plakkende stof gebruikt om de discus vast te kunnen houden tot hij hem wierp.

    Maar het dennenharsachtige materiaal dat hij gebruikte smolt in zijn hand door de brandende hitte van de zon.

    “Daardoor werd de discus te glibberig om vast te houden,” zei hij.

    Na deze teleurstelling ging hij fanatiek op zoek naar een optimaal presterend alternatief dat werkt in alle weersomstandigheden. Zo kwam hij bij een product van INEOS Oligomers met de naam Indopol H18000.

    “Hij had het al getest en wist dat het werkte, maar wilde de producent spreken over grotere, regelmatige leveringen,” zei Ian Purvis, account manager bij INEOS Oligomers.

    Ian hielp hem graag.

    “We begrepen wel waarom het werkte, maar nog niet helemaal hoe het werkte,” zei hij. “Indopol H18000 is een van de plakkerigste stoffen die je kunt kopen en kleeft uitstekend aan bijna alle oppervlakken. Doordat het waterafstotend is, wordt het bovendien niet door regen of zweet aangetast.”

    Het product – feitelijk geen ‘lijm’ – werkte geweldig.

    “Het veranderde mijn prestaties drastisch,” zei Richard, die daarna nr 1 ter wereld in het discuswerpen is geworden.

    “Het werkte altijd, dus kon ik beter trainen. En dat betekende dat ik me op de dag van de wedstrijd dáár in elk geval geen zorgen over hoefde te maken.”

    Maar het duurde wel even voordat Richard perfect kon gooien met deze stof, die hij op zijn handpalm smeerde.

    “Ik kan niet bepalen wanneer de discus loskomt, dus als ik te weinig gebruik, kan de discus te snel uit mijn hand glijden,” vertelde hij. “En als je te veel smeert, dan komt hij te laat vrij.”

    Wat Richard wel handig vond, was dat het plakkerig bleef. Daardoor hoefde hij dus alleen aan zijn timing te werken.

    Helaas heeft Richard, die nu 54 jaar jong is, het niet aan de ultieme test kunnen onderwerpen, omdat hij net niet door de kwalificaties voor het Britse team is gekomen voor de Paralympische Spelen in Londen van afgelopen zomer.

    Hij is natuurlijk teleurgesteld, maar was er toch bij om te kijken hoe zijn collega’s het deden.

    Omdat hij de marathon van Londen al vier keer heeft gelopen, weet hij heel goed hoeveel verschil de aanwezigheid van de eigen fans zou maken voor de Britse atleten.

    “Ze kregen allemaal een extra kick omdat ze voor eigen publiek optraden,” zei hij.

    “Ik herinner me nog hoe oorverdovend de herrie in Beijing was. Hopelijk is dit in Londen opnieuw het geval.”

    Richard, die op zijn 21e zijn nek brak bij een auto-ongeluk, had het olympisch stadion al van tevoren gezien.

    Hij, en horden andere atleten, waren uitgenodigd voor een testevenement in het stadium met zitplaatsen voor 80.000 man.

    Hoewel Richard niet in het Britse team wist te komen, was een van zijn trouwe fans, Ian, er toch bij toen de Britse paralympische sporters discuswierpen.

    “Het is jammer dat Richard er niet bij was,” zei Ian. “Maar voor mij persoonlijk is het toch geweldig dat we Richard hebben kunnen helpen.

    “En uit zakelijk oogpunt is het altijd spannend om nieuwe en interessante toepassingen voor onze producten te vinden. Zo leren wij hoe we bedrijven kunnen helpen nieuwe producten te maken, met onze materialen.”

    Ieder jaar wordt bij INEOS Oligomers in Lavéra, Frankrijk, bijna 80.000 ton polyisobutyleen gemaakt.

    In het kort heet het ‘PIB’ en het is een slim stofje dat in van alles te vinden is, van cosmetica tot motorolie, vershoudfolie of ‘kneedlijm’ om posters op te hangen. Het zorgt zelfs voor de kauwbaarheid van kauwgom.

    “Er is niks vergelijkbaars verkrijgbaar,” volgens Ian Purvis, Account Manager bij INEOS Oligomers, die al 11 jaar PIB verkoopt. “Het is een fantastisch product met een heel scala aan toepassingen waar de meeste mensen nooit op zouden komen.”

    INEOS zorgt voor de scheikunde en het productieproces bestaat uit verschillende procedés voor verschillende klassen polyisobutyleen. Sommige zijn vloeiende olie, andere zijn plakkeriger en hebben een honingachtige structuur, terwijl weer andere uiteindelijk heel kleverig worden en net op rubber lijken.

    “De ‘magie’ gebeurt in de polymerisatiefase,” vertelde Ian. Enkele van INEOS’ grootste klanten zijn folieproducenten (die landbouwfolie voor boeren maken), en producenten van hechtmiddelen en dichtingsproducten.

    Volgens Ian bestonden de PIBs al jaren en was de markt rijp. Alle mogelijke toepassingen waren zo’n beetje al benut. Daarom was Ian zo enthousiast toen de paralympische sporter Richard Schabel contact met hem zocht.

    “De meeste mensen die voor een staal bellen, zijn producent,” zei hij. “We spreken zelden iemand die zelf het eindproduct gebruikt.

    “Ook al is dit wel het ultieme voorbeeld van een niche-markt, toch laat het goed zien hoe we werken. Verhalen als deze leren ons hoe we nieuwe kansen kunnen creëren en nieuwe producten van onze materialen kunnen maken.”

    10 minuten gelezen Nummer 3
  • debate-2-banner.jpg

    Discussie: De spelen - duurzame nalatenschap of dure buitensporigheid? 

    Groot Brittannië heeft £9,3 miljard uitgegeven aan de Olympische Spelen van 2012. De Britse premier David Cameron denkt dat de Spelen Londen een blijvende nalatenschap zullen opleveren. Maar daar is niet iedereen het mee eens. Vooral Griekenland, dat zijn enorme schuldencrisis wijt aan de Spelen
in Athene in 2004.

    Dus wat is het
nu: een duurzame nalatenschap
of een dure buitensporigheid?

    Nalatenschap:

    1. De Olympische Spelen geven de plaatselijke sportclubs in Groot Brittannië een flinke impuls waar ze nog decennialang van zullen genieten. De nalatenschap
van sport op school, want de helft van de scholen uit het land doen mee aan
 Olympische Spelen voor scholen. En, het minst tastbare van alle voordelen, 
de inspiratie die de geweldige Britse atleten mensen zullen geven, of ze
nou roeien, fietsen of rennen. Iedereen weet dat zulke inspiratie levens kan veranderen. De overheid kan nog zo veel rapporten over het nut van sport op school uitgeven, maar laat een wedstrijd zien van Sir Chris Hoy of een van zijn gelijken en iedereen staat in de winkel: “Ik zoek een fiets, ik wil gaan wielrennen.” Dat effect is misschien niet tastbaar, maar wel heel erg krachtig en ik denk dat het ons als land weer dichter bij elkaar kan brengen.

      David Cameron, Britse premier

    2. We zijn al bijna net zo bezorgd over de nalatenschap van de Spelen in 2012 als over het evenement zelf. En zo hoort het ook. Als we zo veel in een
sportevenement van twee en een halve week investeren, dan verwachten we ook
voordelen op de lange termijn. Maar nalatenschap is een lastig woord, want 
dat draagt veel betekenissen in zich. Ten eerste de materiële nalatenschap, zoals
de sportfaciliteiten die achterblijven: de wielerbaan, het watersportcentrum en
het olympisch stadium zelf. Dan de culturele nalatenschap, de blijvende indruk die Groot Brittannië op haar bezoekers maakt. En het belangrijkste, naar mijn
mening, de menselijke nalatenschap. De Britse sport krijgt een onmeetbare maar
krachtige oppepper doordat iedereen met de Olympische Spelen bezig is.

      Sir Steve Redgrave, winnaar van vijf olympische gouden medailles

    3. Nog afgezien van de enorme sociale voordelen van het organiseren van de Spelen, is er ook geweldig geïnvesteerd in een deel van Londen dat ongelooflijk hard aan verjonging toe was. Oost-Londen is een plaats geworden van steeds meer kinderarmoede, in plaats van kansen en beloftes. Dat is geen ‘spelletje’. Dat heeft langetermijnvoordelen voor dit gebied en de landelijke economie.
      Charlie Edwards, oprichter en redacteur van 
de politieke blog Political Promise

    4. De Olympische Spelen in Peking waren in veel opzichten de extravagantste
Spelen ooit. De schitterende nieuwe stadia werden toeristische attracties
an sich. Grote delen van Noord-Peking (een stad waar grond zeldzaam
en onbetaalbaar is) werden ingericht voor olympische sport-, vrijetijds- en woongelegenheden. Het budget werd met voeten getreden, en dat al ruim 
voordat de fantastische openingsceremonies werden georganiseerd. Maar
de stad kreeg wel een enorme investering in haar infrastructuur en openbare
ruimtes. Er werden nieuwe metrolijnen aangelegd in een stad die vleugellam was
door een overdosis aan particuliere voertuigen. Er werden nieuwe snelwegen
aangelegd, waardoor de ene ringweg na de andere de stad omcirkelde. Er
werd nog voor de Spelen een prachtig nieuw luchthavengebouw geopend,
misschien wel het mooiste in de hele wereld, en groter dan heel Heathrow
airport. En in heel de anders zo grijze stad werden parken aangelegd.

      William Kirby, hoogleraar Chinese taal en cultuur, Harvard University

    5. De Zomerspelen in 1996 hadden een ongelooflijk positief effect op het stedelijk landschap van Atlanta. Het is maar de vraag of in het centrum van onze stad zonder de Olympische Spelen ooit zo’n uitstekende openbare ruimte zou zijn gemaakt als het Centennial Olympic Park. Het park is een pronkstuk in de verjongingskuur van de binnenstad, terwijl er meerdere hoge gebouwen, musea en trekpleisters aan de rand zijn gebouwd. Het blijft een geweldige plaats voor evenementen. Ja, de Olympische Spelen zijn duur, maar ze kunnen de gaststad helpen om zich duurzamer te ontwikkelen.
      Dahshi Marshall, stedenplanner, Atlanta Regional Commission

    Buitensporigheid:

    1. Niemand weet hoeveel de Olympische Spelen Griekenland hebben gekost, maar volgens velen is het een belangrijke veroorzaker van de schuldenlast die het land in een economische crisis heeft gestort. Griekenland is een van de kleinste landen ooit die het evenement heeft mogen organiseren. De Grieken noemen 2004 nog steeds een bepalend moment, waarop het land blaakte van optimisme, zelfvertrouwen en trots. Maar het olympisch park in Athene getuigt niet meer van de oude gloriemomenten. Nee, het is nu juist een symbool van misplaatste buitensporigheid, verwaarlozing en wanhoop.
      Helena Smith, van de Australische krant The Sydney Morning Herald

    2. De Olympische Spelen draaiden puur om consumptie, om profiteren van het olympisch fenomeen en verkopen van advertentieruimte. Het bleek een ramp voor ons.
      Manolis Trickas, raadslid in de Atheense wijk Hellenikon

    3. Natuurlijk is het goed voor de nationale trots als je
een olympisch festival mag organiseren. Wanneer de gaststad voor de cameralens wordt gezet, die hem aan tweederde van de wereldbevolking laat zien, wordt het een opgeblazen PR- en reclamegebeuren. Maar de nationale trots van zo’n onderneming is vluchtig en de monumenten die je voor zo’n spektakel bouwt, de stadia en sportcentra, worden al snel niets meer dan vluchtige herinneringen aan vroegere gloriedagen. Bovendien komen de zo geroemde langetermijnvoordelen van de olympische sportfaciliteiten met een onoverkomelijk hoge prijs aan onderhoud en gebruikskosten, die veel hoger zijn dan de inkomsten van de gebruikers.

      Robert K Barney, International Centre
for Olympic Studies aan de universiteit
van Western Ontario in Canada

    4. Uit eerder gehouden Olympische Spelen valt zeker niet af te leiden dat het beduidend economisch voordeel oplevert om gaststad te zijn. Montreal had na de Olympische Spelen in 1976 een schuld van 2,7 miljard, die ze pas in 2005 helemaal had afbetaald. Als je als stad op zoek bent naar een financiële oppepper, dan kun je de Spelen beter niet organiseren.
      Andrew Zimbalist, econoom, Smith College, Massachusetts

    5. De meeste economen vinden dat plaatselijke organisators en sportpromotors de voordelen standaard overdrijven en de kosten van het gastheerschap voor enorme evenementen als de Olympische Spelen onderschatten. Als een stad denkt door gaststad te worden, financieel erop vooruit te gaan, dan leert de ervaring dat ze flink op haar neus kan gaan.
      Victor Matheson, econoom, College of Holy Cross in Worcester, Massachusetts

    8 minuten gelezen Nummer 3
  • clothed-in-success-banner.jpg

    Gekleed in succes

    Wie had ooit gedacht dat door de mens gemaakte vezels, ooit populair omdat ze goedkoop waren, nu hét-van-hét zouden zijn voor kleding voor topprestaties? En toch is het zo. En daar zijn INEOS en Dralon allebei buitengewoon trots op, ieder om heel andere redenen. 

    Iedereen van een bepaalde leeftijd herinnert zich nog wel dat we nylon en acryl droegen.

    Deze synthetische stoffen waren erg populair in de jaren zeventig. Nylon kreukte niet en droogde sneller dan katoen en acryl was dik en warm. En ze waren allebei goedkoop.

    Maar na een tijdje gingen we ze juist mijden.

    Barry Slater, global sales director bij INEOS Nitriles, herinnert het zich nog goed.

    “Kunststoffen werden gezien als een armeluisvervanger voor natuurlijke vezels,” zegt hij. “Ze ‘voelden’ en presteerden slechter, maar hadden toch een eigen plekje in de markt.”

    Toen veranderde er iets. De kunststoffen... net als alle atleten, werkten ze aan hun prestaties.

    “Dat is zo mooi aan synthetische stoffen,” zegt Barry. “Omdat ze door de mens gemaakt zijn, kun je hun eigenschappen aanpassen. Je kunt het chemisch recept veranderen en hun eigenschappen zo herscheppen dat ze zich wel met natuurlijke vezels kunnen meten. En soms kun je ze zelfs beter maken.”

    En dat is precies wat Dralon’s werelds grootste producent van drooggesponnen acrylvezels, heeft gedaan. Mede dankzij de door leidingen aangeleverde acrylonitril van INEOS.

    Dralon en INEOS hebben een gezamenlijk terrein in Dormagen, bij Keulen, zodat ze allebei zo makkelijk mogelijk kunnen werken.

    Ledere dag worden honderden tonnen acrylonitril, de belangrijkste grondstof voor acrylvezels, door buizen naar Dralon gesluisd. Daar gebeuren er vervolgens al jaren magische dingen mee.

    “Er is daar in de loop van de tijd flink aan ontwikkeling gewerkt,” aldus Barry.

    “Zo is acryl nu veel zachter. Vroeger was het zo sterk dat truien vol met pluizen kwamen te zitten. Er is hard gewerkt om het materiaal zwakker te maken, zodat de kleine pluisjes er nu vanaf vallen.”

    Dankzij alle ontwikkelingen zweren de allerbeste atleten tegenwoordig bij kleding van nylon én acryl om hun prestaties te verbeteren.

    En dat is niet vreemd. De acrylstoffen van nu zijn slim. Is het koud, dan houden ze je warm, maar ben je warm en zweterig, dan doen ze daar weer wat aan. Ze absorberen het vocht, leiden het van het lichaam af omhoog en naar buiten, waar het verdampt.

    Dat kan katoen niet. Als dat nat wordt, dan wordt het zwaar. Daar krijgen mensen blaren van op hun voeten. En bij jeansstof hetzelfde. Daarom moet je daar nooit ver in gaan wandelen. Het wordt nat en zwaar bij slecht weer.

    “Katoen wordt bijna helemaal rond als er water en zweet in komt,” volgens Manfred Borchers, Dralons internationaal hoofd marketing en verkopen.

    Uit tests is ook nog eens gebleken dat nylon 60% sneller droogt dan katoen, en acryl zelfs 75% sneller.

    Sokken behouden hun vorm en jassen blijven je op temperatuur houden, zelfs als ze nat zijn.

    Dralon maakt 188.000 ton droog- en natgesponnen acrylvezels per jaar in haar twee Duitse fabrieken. Van die vezels worden vervolgens allerlei soorten uiterst gespecialiseerde kleding gemaakt, van sokken, sweaters, T-shirts en ski-kleding tot mutsen.

    “Onze drooggesponnen vezel absorbeert helemaal geen vocht,” zegt Manfred.


    De acrylonitril-branche produceert nu al meer dan vijf miljoen ton.

    “INEOS is wereldleider in zowel productie als verkoop,” zegt Barry. “En we verkopen het wereldwijd.”

    Tot de vijf beste klanten van INEOS Nitriles horen Dralon, Chi Mei, ‘s werelds grootste ABS-kunststofproducent uit Taiwan, en het Turkse AKSA, een van de grootste acrylproducenten ter wereld.

    We leveren ook acrylonitril aan de Japanse synthetische-vezelproducent Toray Industries, nummer één van de wereld in koolstofvezelproductie. En dat materiaal kan ons hele leven radicaal veranderen.

    “Koolstofvezel is niet meer dan gebakken acrylvezel,” volgens Barry. “Maar het is een fantastisch materiaal.”

    Kijk maar naar de zo bekende Lotus-fiets die Britse renner Chris Boardman de zegen bracht in de Olympische Spelen in Barcelona in 1992.

    Maar de acrylvezelindustrie is niet zo lucratief meer als hij is geweest.

    “Vroeger werd er 2,5 miljoen ton per jaar geproduceerd, maar nu nog maar twee miljoen. Dat komt door de concurrentie van polyester, dat goedkoper is,” zegt Barry.

    Hij zegt dat de acrylvezelindustrie onder andere daarom heeft besloten zich op gespecialiseerde sportkleding te richten. Ze hadden een nichemarkt nodig en vonden deze.

    Voor INEOS Nitriles is het gebruik van acrylonitril voor kunststoffen in IT- apparatuur, huishoudelijke apparaten zoals die van Dyson en auto-interieurs, een groeimarkt.

    Als bedrijf kan INEOS Nitriles als het meezit zo’n £3 miljard per jaar omzetten.

    “We hebben een aantal geweldige klanten, omdat we heel sterk zijn in acrylonitrilproductie,” zegt Barry. “Die technologie is van ons.”

    Ondertussen neemt de vraag naar alle vezels toe. De markt voor alle vezels samen, nu 35 miljoen ton, zal naar verwachting tegen 2020 naar 70 miljoen ton zijn gegroeid, dankzij economische ontwikkelingen.

    Omdat er steeds minder grond beschikbaar komt en deze bovendien vooral nodig zal zijn om voedsel te verbouwen voor de groeiende wereldbevolking, zal vrijwel alle extra vezelproductie synthetisch worden.

    “Dat kan goed nieuws zijn voor acryl.” aldus Barry. 

    Droomhuwelijk

    Keulen wordt gezien als de Europese hoofdstad voor acrylvezels en acrylonitril.

    Wat nu INEOS is, was toen BP. Wat nu Dralon is, was toen de acrylvezelfabriek van Bayer AG.

    Eind jaren ‘50 besloten BP en Bayer samen een naftakraker in Dormagen te bouwen, om aan Bayers toenemende vraag naar afgeleiden van petrochemicaliën te kunnen voldoen. Rondom die kraker werden producten voor voor eerder in de keten geïnstalleerd, zogenaamde chemische bouwstenen, zoals acrylonitril.

    “Veel van de beschikbare propeen werd gebruikt voor acrylonitril en een groot deel daarvan werd, en wordt nog steeds, per pijpleiding naar Dralon vervoerd,” volgens Manfred Borchers, internationaal hoofd marketing en verkopen van Dralon.

    “Zo is al lang voor alle hedendaagse discussies over duurzaamheid op gang kwamen een uiterst duurzame toeleveringsketen opgezet.”

    Vandaag de dag is INEOS wereldleider in acrylonitril. Dralon is nog steeds de op twee na grootste producent van acrylvezels ter wereld, ondanks toenemende concurrentie uit het Verre Oosten, waar de vezels voornamelijk worden verwerkt.

    12 minuten gelezen Nummer 3
  • timed-to-perfection-banner.jpg

    Perfecte timing

    INEOS had dit jaar als hoofddoel om de rest van haar geleende geld op het juiste moment te herfinancieren. En omdat we geen mooie kansen laten liggen, vond INEOS in april de tijd rijp. En daar zijn velen het roerend mee eens.

    INEOS maakte in april naam in de financiële wereld

    Gesteund door de positieve reacties uit de markt eind januari op wat we investeerders te bieden hebben, gingen we zoals gepland verder met herfinancieren van de rest van ons geleend kapitaal. Zo verkregen we de grootste cov-lite lening (een lening waarvoor veel minder sterke voorwaarden gelden dan gebruikelijk) die ooit aan een Europees bedrijf was verschaft en wereldwijd gezien de grootste sinds het begin van de kredietcrisis in 2008.

    “Dat was een ongelooflijke prestatie voor het bedrijf,” volgens Michael Moravec, hoofd van European high- yield syndicate en co-hoofd EMEA leveraged finance origination bij Barclays, wereldwijde coördinatoren van de financiering, samen met JPMorgan.

    “Daarmee was voldaan aan alle verplichtingen die op korte termijn moesten worden afbetaald en waren de risico’s van herfinanciering weg en was geen enkel deel van de schuld meer onderworpen aan dwingende convenantverplichtingen, maar was alles geregeld in convenanten met beperktere informatieverplichtingen.”

    Volgens hem is het grote voordeel hiervan voor INEOS meer vrijheid en flexibiliteit, want rapportageclausules zijn een veel zwaardere belasting voor bedrijven, vooral in cyclische sectoren als de chemische.

    “Nu kan het management zich richten op waar het goed in is, het besturen van een chemiebedrijf,”
 zei hij.

    Ook elders werd positief op de herfinanciering gereageerd.

    Euroweek, het toonaangevend wekelijks nieuwsblad voor de wereldwijde financiële markten, schreef dat INEOS heeft laten zien hoeveel macht het als ontlener heeft.

    “INEOS wist over te stappen op een moment dat de prijs het gunstigst was,” schreef Oliver West, gespecialiseerd journalist over schuldfinanciering eind april in een van zijn artikelen.

    Maar het ging ook om de timing, zoals Finance Director van INEOS John Reece al voorspelde toen hij in
maart met INCH sprak, nadat INEOS er in januari al
in geslaagd was een groot deel van haar leningen te herfinancieren: een jaar voordat het moest.

    “Je moet echt van de kredietmarkt profiteren op het moment dat het kan, want het is een heel cyclische branche,” zei hij.

    Malcolm Stewart, partner bij Ondra Partners, al sinds tijden adviseur van INEOS, zei dat het perfect getimed was.

    “Het was een schot in de roos,” zei hij.


    “De eerste overeenkomst werd eind januari zo goed ontvangen door de markten, dat INEOS zich snel weer op de markten stortte.”

    INEOS wist ook dat de kansen in de markt maar van korte duur waren, en daar hadden ze gelijk in.

    Binnen een maand waren de rentes al 1% gestegen.

    “Als je het over het herfinancieren van $3,8 miljard hebt, dan heb je het over veel geld dat ook elders in de business kan worden geïnvesteerd,” zei Malcolm, die de transactie uit april beschreef als ‘de gelukkige ontknoping’ van vier jaar werk.

    De herontdekking van zogenaamde covenant-lite- leningen komt voort uit de wens van aanbieders om meer rendement uit bedrijfsleningen te halen. Nu
de rentepercentages lager dan ooit liggen, willen investeerders meer voor hun geld en willen ontleners meer vrijheid, vanwege de onvoorspelbaarheid van de wereldeconomie. Bij covenant-lite-overeenkomsten, waarin een aantal verplichtingen voor bedrijven is weggelaten, is dit allebei mogelijk.

    In april organiseerde INEOS Group beleggersdagen in Londen en New York. CEO’s van ieder van de businesses informeerden de investeerders daar in detail over onze prestaties en de markten, om hen volledig inzicht in het bedrijf te geven. We wilden onze bankkredieten onder de best mogelijke voorwaarden herfinancieren. Om dat voor elkaar te krijgen, profiteerden we van het feit dat Amerikaanse en Europese beleggers in hoogrentende obligaties en -leningen tegen elkaar opboden.

    “In eerste instantie kwam het bedrijf op de markt met $1,5 miljard in leningen en $2,2 miljard in obligaties,” zei Malcolm.

    “Maar iedere investeerder ter wereld weet hoe sterk en groot de Amerikaanse markt voor hoogrentende obligaties is en weet dat deze de volledige herfinanciering kon dragen.

    “Door eerst een grote hoogrentende obligatie aan te bieden, werden de leningverstrekkers geprikkeld om grote orders te plaatsen met scherpe voorwaarden.”

    Met een slimme zet wist INEOS de markt te verrassen, door te elfder ure het luik hoogrentende obligaties
in euro helemaal te laten vallen en de Amerikaanse hoogrentende obligaties te beperken tot amper $775 miljoen.

    Ter vervanging van de obligaties ging het een covenant- lite hefboomlening van $2 miljard met een looptijd van zes jaar, een covenant-lite-lening van $375 miljoen
met een looptijd van drie jaar en, wat echt iedereen overrompelde, een covenant-lite hefboomlening van $500 miljoen met een looptijd van zes jaar.

    En er was meer goed nieuws op komst.

    INEOS’ geslaagde herfinanciering zorgde ook voor een betere credit rating.

    Standard & Poor’s verhoogde ons van B naar B met ‘positieve’ vooruitzichten.

    “Deze kredietbeoordeling is een weerspiegeling van INEOS’ robuuste prestaties in de afgelopen kwartalen,” volgens Oliver Kroemker, onderdirecteur en kredietanalist bij Standard & Poor’s.

    Ook Moody’s Investors Service veranderde zijn verwachting voor INEOS naar positief. Het gaf aan dat de herfinanciering INEOS meer financiële vrijheid zou geven, dankzij de verwijdering van beperkende convenantvoorwaarden.

    De meeste leningen van INEOS stammen uit 2005, toen we een reeks leningen afsloten om Innovene van BP te kopen. Voor veel van die leningen nadert nu
de eindvervaldag.

    John vertelde dat INEOS ook financieringsmogelijkheden in de aandelenmarkt had kunnen onderzoeken in plaats van in de schuldmarkt, maar dat ze daar bewust niet voor kozen.

    “Het verschil is dat INEOS in het ene geval de controle houdt, en in het andere niet,” zei hij.

    Malcolm zei dat hij begreep waarom INEOS het bedrijf liever in volledig eigendom hield.

    “Een aandelenuitgave zit niet in het DNA van INEOS,” zei hij.

    “Als je aandelen op de markt brengt, geef je mensen inspraak en rechten bij hoe je je bedrijf voert.

    “Zoals het er nu voor staat kan INEOS zich prima redden, in alle pieken en dalen die bij de chemie- branche horen, zoals het ons betaamt en met het oog op onze langetermijnbehoeften, zonder dat we ons druk hoeven te maken over de kortetermijneisen van aandeelhouders.”

    Resultaten van INEOS Group in het 2e kwartaal

    INEOS heeft in het tweede kwartaal van 2012 een terugval gehad, na een indrukwekkend begin van het jaar.

    De Groep rapporteerde voor het tweede kwartaal inkomsten (EBITDA) van €308 miljoen, tegenover €576 miljoen (een kwartaalrecord) in hetzelfde kwartaal vorig jaar. Dat is €157 miljoen minder dan in het eerste kwartaal van dit jaar.

    Finance Director John Reece zei: “Daarvoor had INEOS een best goede april, maar de gevolgen van de scherp dalende olieprijzen (de prijs zakte in de loop van het kwartaal van $123 per vat naar $94) hadden een negatief effect op het resultaat van mei en juni, op basis van de aanschafwaarde.”

    Dit leidde tot zo’n €141 miljoen voorraadafwaarderingen zonder kasimpact in het tweede kwartaal, voornamelijk bij de businesses Olefins & Polymers.

    Chemical Intermediates rapporteerde een EBITDA van €119 miljoen, tegenover €267 miljoen in het tweede kwartaal van vorig jaar en €233 miljoen voor het eerste kwartaal. De verkopen van Chemical Intermediates waren beïnvloed door lage grondstofprijzen in combinatie met de algemene onzekerheid over macro-economische omstandigheden.

    INEOS Phenol behoorde tot de businesses die het best presteerden. Doordat de bedrijfsstilstanden voor groot onderhoud van veel producenten samenvielen, was er weinig aanbod van producten. Daardoor kon INEOS Phenol gezonde marges en omzetvolumes behalen.

    Ook INEOS Oligomers genoot stabiele vraag en solide marges in alle sectoren.

    De omzet en marges van INEOS Nitriles bleven relatief gezien zwak, door minder vraag naar acrylvezel en ABS in het Verre Oosten en Europa.

    De resultaten van INEOS Oxide varieerden. De vraag naar ethyleenoxide in Europa bleef stevig, maar daar stond wel lagere vraag naar glycolen tegenover, vooral in Azië.

    INEOS Olefins & Polymers North America rapporteerde een EBITDA van €132 miljoen, tegenover €163 miljoen in hetzelfde kwartaal van vorig jaar en €175 miljoen in het eerste kwartaal. De business profiteerde nog steeds van goedkopere gasgrondstoffen, en daardoor van goede marges en weer een nieuw kwartaalrecord (voor aftrek van voorraadwaarderingsverliezen).

    De Amerikaanse conjunctuur in de krakerbusiness verstevigde verder, met lagere grondstofkosten, wat de productiemarges voor dit kwartaal flink deed stijgen. De vraag naar polymeren hield in het algemeen stand, waarbij export van derivaten de zwakkere vraag uit eigen land compenseerde, doordat gaskrakers wereldwijd hun sterke concurrentiepositie behielden. Een van de krakers in Chocolate Bayou lag stil voor gepland groot onderhoud dit kwartaal, dat met succes werd afgerond.

    INEOS Olefins & Polymers Europe rapporteerde een EBITDA van €57 miljoen, tegenover €146 miljoen in hetzelfde kwartaal vorig jaar en €57 miljoen in het
eerste kwartaal. Er was niet erg veel vraag naar olefines, maar butadieen deed het nog steeds goed. De sterke dalingen in naftaprijzen leverde het hele tweede kwartaal gezonde krakermarges op. Maar de volumes waren wel afgenomen, doordat sommige klanten hun voorraad afbouwden. De kraker in Rafnes, Noorwegen, heeft in het tweede kwartaal een grote onderhoudsbeurt gehad. De vraag naar polymeren was echter zwak, omdat de klanten verwachtten dat de prijzen zouden zakken naar aanleiding van dalende olie- en naftaprijzen. Ook
de slechte markt voor basispolymeren leidde tot krappe marges.

    In mei 2012 heeft de groep met succes $775 miljoen aan Senior Secured Notes uitgegeven die in 2020 aflopen en een nieuwe Senior Secured Term Loan voor in totaal $3,025 miljard. De netto-opbrengst was gebruikt om alle overgebleven schulden van de Senior Facilities Agreement terug te betalen, evenals de opgebouwde rente in natura en bijbehorende uitgavekosten.

    Volgens John blijft INEOS Group prioriteit geven aan het beheer van liquide middelen en liquiditeit.

    Eind juni 2012 had INEOS een nettoschuld van €6,55 miljard. De kassaldi waren aan het eind van het tweede kwartaal €1,247 miljard, er was nog €200 miljoen
niet opgenomen kaskrediet beschikbaar. De netto schuldgraad bedroeg zo’n 4,9 per eind juni 2012.

    16 minuten gelezen Nummer 3
  • safety-first-banner.jpg

    Veiligheid eerst

    Vorig jaar verbeterden we het veiligheidsrecord van INEOS van 0,25 geclassificeerde ongevallen per 100.000 uur tot 0,21. Het was het vierde jaar op rij dat het bedrijf continu verbetering zag. Steve Yee, Business Safety Health & Environment Manager, bekijkt onze bedrijfsaanpak.

    Communicatie werkt voor wie eraan werkt, aldus de Britse componist John Powell, die muziek heeft geschreven voor meer dan 50 films.

    En wat de communicatie over veiligheid betreft: dit is een gebied waarop INEOS uitblinkt. Sommigen zouden zeggen dat het een sort obsessie is geworden, zij het dan om een bijzonder goede reden.

    INEOS opereert namelijk in een risicovolle sector waarin de kans op schade aan mens (en milieu) reel is indien we ons niet houden aan de strengste normen en controles. Daarom kan geen enkele taak op onze sites ooit zo belangrijk geacht worden dat iemands welzijn erdoor in gevaar zou mogen worden gebracht. En dat geldt even goed voor wie in de buurt van een INEOS-sites woont of werkt.

    Steve Yee is verantwoordelijk voor het opstellen van de veiligheidsrapporten van de groep.

    “Als er een ongeval plaatsvindt op een van onze sites, dan kom ik dat te weten,” zegt hij.

    Hij vergelijkt de veiligheidsprestaties van INEOS vaak met die van gelijkaardige chemische bedrijven in de wereld.

    “Ons uiteindelijke doel is: geen letsel. Het begrijpen van de statistieken is dus slechts een deel van de oplossing om dit doel te bereiken. Inzien hoe we de chemicaliën in alle omstandigheden binnen de installaties kunnen houden is van vitaal belang voor ons bedrijf.”

    “Wat de cijfers ons echter vertellen, is dat we nooit mogen berusten. Verbetering is altijd mogelijk. Veiligheidsresultaten verbeteren kan lang duren, maar een terugval daarentegen kan snel gebeurd zijnen. We mogen onze aandacht geen moment laten verslappen.”

    Vorig jaar verbeterden we het veiligheidsrecord van INEOS van 0,25 ‘geclassificeerde’ ongevallen per 100.000 uur tot 0,21. Het was het vierde jaar op rij dat het bedrijf continuë verbetering bereikte en het laat zien dat er op alle niveaus hard en met volle inzet wordt gewerkt om ongevallen te voorkomen.

    Volgens Steve lag het accent vorig jaar op het volgen van de menselijke factor op de werkplek, en het proberen begrijpen wat we ermee kunnen doen om hier beter in te worden. “De meeste van onze ongevallen hebben niets met chemicaliën te maken,” vertelt hij. “Meestal gaat het om uitglijden, struikelen of vallen.

    “Onze resultaten zijn heel goed, maar we mogen niet op onze lauweren rusten. Als we continu willen blijven verbeteren, moeten we allemaal kritisch bekijken wat we doen, er niet de kantjes van aflopen en dingen altijd doen” zoals het hoort, “zelfs al duurt het dan iets langer. Het draait om een gedragsverandering zodat we allemaal voortdurend omzichtiger worden.”

    Ons gedrag veranderen is echter minder eenvoudig dan het klinkt.

    Sleutelprincipes die de norm gaan worden doorheen ons bedrijf: tien principes gebaseerd op menselijke factoren die we gedragsveiligheid noemen en tien principes gebaseerd op procesveiligheid. Deze principes zijn allemaal gebaseerd op wat we hebben geleerd uit incidenten en SHE Alerts over bijna-ongevallen.

    Procesveiligheid

    1. De operating manager van de installatie is verantwoordelijk voor de integriteit van zijn installaties.

    2. De ingenieurs verbonden aan de installatie zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van de installaties en de integriteit van de beschermingssystemen ervan.

    3. Het moet duidelijk zijn wie in het bedrijf verantwoordelijk is voor het omschrijven en onderhouden van de juiste veilige operatielimieten.

    4. De bedrijfsprocedures en veilige operatielimieten moeten worden nageleefd. Afwijkingen moeten worden gerapporteerd en onderzocht.

    5. Alle wijzigingen moeten aan gepaste risico-analyses en ‘Management of Change’ procedures worden onderworpen.

    6. Procesrisico’s worden systematisch ge.dentificeerd, gedocumenteerd via risico-analyses, herzien en beheerd.

    7. Alle installaties moeten op gezette tijden worden ge.nspecteerd om hun integriteit en de betrouwbaarheid van hun beschermingssystemen te waarborgen.

    8. Sites moeten altijd de veilige werking of de stopzetting van een installatie, laten primeren boven het produceren.

    9. In geval van twijfel moet een installatie in haar veiligste stand worden gezet.

    10. We hebben noodplannen die gebaseerd zijn op risico-evaluaties en regelmatig worden getest.

    Gedragsvei ligheid

    1. Wij geloven dat alle incidenten en ongevallen voorkomen kunnen worden.

    2. Onze grootste verantwoordelijkheid is om veilig te werken.

    3. Iedereen is verplicht het werk stil te leggen als hij vindt dat de situatie onveilig is.

    4. Voor iedereen op de site gelden dezelfde verwachtingen en standaarden.

    5. De regels en procedures moeten gekend zijn en gerespecteerd worden.

    6. We moeten op elkaars veiligheid letten en onveilige situaties opmerken.

    7. Alle letsels, incidenten en bijna-ongevallen moeten worden gerapporteerd en onderzocht.

    8. V.r, tijdens en na voltooiing van een werk moeten risico-analyses worden uitgevoerd.

    9. Alle teamleiders dragen een bijzondere verantwoordelijkheid om deze principes bekend te maken en te zorgen dat hun teams zich eraan houden.

    10. We moeten altijd werken binnen de grenzen van onze bekwaamheden en training.

    “Het kan jaren duren om gedrag te veranderen, maar je kunt die verbetering binnen een half jaar verliezen. Mensen zijn namelijk geneigd om terug te vallen op wat ze altijd hebben gedaan,” zegt hij. “We zijn gewoontedieren.”

    Bij INEOS verwachten we dat voor iedereen dezelfde hoge normen gelden: zowel voor werknemers, contractanten als bezoekers. Net als elders in de chemische industrie zien we dat het percentage ongevallen hoger is bij niet-INEOS werknemers. Door de jaren heen hebben we verbetering waargenomen, maar we willen op dit vlak nog verder verbeteren.

    Net als alle vooraanstaande chemiebedrijven volgt en rapporteert INEOS meer dan wat de lokale wetten opleggen.

    “Wij zien ieder ‘bijna-ongeval’ als een waarschuwing en een bron van nuttige informatie waaruit we kunnen leren, of het nu plaatsvindt bij INEOS of bij een ander bedrijf,” zegt Steve.

    “We verbeteren onze systemen voortdurend aan de hand van rapporten over ‘bijna-ongevallen’. Door de informatie over alle bijna-ongevallen bij te houden, op te volgen en door te geven binnen de hele groep, kunnen we voorkomen dat echte ongevallen plaatsvinden. Eigenlijk ligt het voor de hand. Lijdzaam afwachten tot ongevallen gebeuren is echt geen optie voor ons.”

    “Ieder incident dat ernstig is of een element bevat waaruit we kunnen leren, wordt gerapporteerd als een ‘SHE Alert’ (waarschuwing met betrekking tot veiligheid, gezondheid of milieu) en de bevindingen worden aan alle ondernemingen binnen de Groep verstuurd,” vertelt Steve.

    “Deze SHE Alerts kunnen wellicht helpen om vergelijkbare problemen in andere vestigingen te voorkomen.”

    Het verbeteren van de veiligheid is een engagement dat uitgaat van INEOS Capital, en wordt nagestreefd door de directies van alle businesses en verder in de hele Groep.

    De hiërarchie in elk van de Businesses zorgt ervoor dat uiteindelijk elke werknemer ervan op de hoogte is.

    “Iedere INEOS Business is uiteraard aansprakelijk voor zijn eigen resultaten,” zegt Steve.

    “Veel grote bedrijven werken op dat vlak anders dan wij. Andere chemiebedrijven werken vaak met een hoge mate van centrale sturing en audits door een SHE organisatie op groepsniveau. Ik ben ervan overtuigd dat als je dat doet, je verantwoordelijkheid wegneemt van de mensen die de verbeteringen kunnen aanbrengen. En dat zal niet werken.”

    Nu INEOS de uitdaging aangaat om de verbeteringstrend voort te zetten en de prestaties van 2011 te overtreffen, wordt een van onze meest ambitieuze projecten tot nog toe uitgevoerd.

    Om de verbetering in de veiligheidsresultaten aan te sturen, heeft Tony Traynor, de INEOS Group Operations Director, een initiatief van het INEOS Process Safety Management Team opgezet. Hierin worden twee reeksen van tien sleutelprincipes ontwikkeld die de norm moeten worden in de hele Groep. De eerste tien gaan uit van menselijke factoren en worden ‘veiligheidsgedrag’ genoemd. De andere tien gaan over de procesveiligheid. Alle twintig zijn gebaseerd op werkelijk gebeurde ongevallen of SHE Alerts over bijna-ongevallen.

    “Ze zijn gebaseerd op best practice van INEOS en andere chemiebedrijven in de hele wereld,” zegt Steve. “We hebben een heleboel informatie verzameld en samengevoegd tot iets waarvan mensen zullen begrijpen dat het zal helpen om de uitstekende resultaten van dit jaar nog te overtreffen.”

    Op onze vraag of twintig niet wat te veel is, antwoordt Steve heel duidelijk. “Ik denk het niet. Ze zijn wat ze zijn. Deze sleutelprincipes komen voort uit de kennis die we in de loop der jaren hebben opgedaan. Wij geloven dat ze alle incidenten dekken. Als deze principes zorgvuldig waren gevolgd, hadden alle incidenten die we in de afgelopen jaren hebben gezien, bij INEOS en bij andere bedrijven, kunnen worden voorkomen. Dus geloof ik dat dit het juiste aantal is.”

    Een deel van het probleem voor de chemische industrie is echter het beeld dat het publiek van ons heeft. Dat is nu eenmaal zo en daarom doen we alles om ervoor te zorgen dat de omgeving rond onze sites ons begrijpt en beseft dat onze veiligheids- en milieuresultaten continu verbeteren.

    “De meeste chemische incidenten, groot en klein, komen in de krantenkoppen terecht. Toch zijn de veiligheidsresultaten van de chemische industrie veel beter dan in veel andere sectoren. Dat is een feit.”

    “Als we naar de ongevallencijfers in vele andere industrietakken kijken, is de chemische sector met voorsprong een van de beste. Begrijp me niet verkeerd, er is altijd ruimte voor verbetering. Voor mij is zelfs één enkele kwetsuur in de hele sector, een kwetsuur die voorkomen had kunnen worden.”

    “Ik weet dat ik ‘s nachts gerust kan slapen, omdat alle directies erop toezien dat de veiligheidssystemen en -procedures, de functies van mensen en de noodprocedures zodanig zijn ontworpen (en voortdurend worden gecontroleerd), dat de risico’s beperkt blijven. Als daarvan wordt afgeweken, zou ik dat in de veiligheidsrapporten zien.”

    12 minuten gelezen Nummer 2
  • independent-thinking-banner.jpg

    Vrij denken

    INEOS werkt anders dan de anderen, en dat loont. Zeker als het op financieren aankomt, zoals eind februari bleek bij de eerste fase van de herfinanciering. John Reece, Finance Director, bekijkt INEOS’ financiering en de prestaties van 2011.

    Video

    JOHN REECE PRAAT OVER DE FINANCIERING EN DE RESULTATEN VAN INEOS

    00:00

    Soms loont het om anders te zijn

    INEOS doet zaken op een andere manier dan anderen en dat loont, vooral als het gaat om de financiering van het bedrijf. Dat bleek alleszins uit het eerste deel van een herfinanciering die eind februari werd beklonken. John Reece, onze Finance Director, heeft het over de financiën en resultaten van INEOS in 2011.

    In de loop der jaren is in de media veel geschreven over INEOS en zijn leningen, maar weinig over de schaal van de organisatie, haar groei, omzet of inkomsten (EBITDA).

    Toch heeft het business model van INEOS keer op keer bewezen dat het heel goed functioneert. Het is duidelijk geschikt voor een producent van basischemicaliën en betekent voor het bedrijf een hoge mate van zeggenschap over zijn eigen lot. Het is immers niet de speelbal van korte termijn-eisenvan publieke aandeelhouders.

    “INEOS heeft altijd keuze gehad in de manier waarop het zich financierde. Het kon terecht op de beurzen of verder gaan met schuldfinanciering. Het verschil is dat het ene INEOS zeggenschap geeft en het andere niet”, aldus John Reece.

    “INEOS via de beurs financieren zou betekenen dat we een publieke aandelenuitgifte moeten doen,” vertelt hij. “En dat zou inhouden dat we de typische beurscyclus moeten volgen: elk kwartaal moet beter zijn dan het vorige, want dat is wat beursanalisten en beleggers willen zien.”

    “En dat is heel moeilijk voor een cyclisch basischemiebedrijf als het onze, dat zijn blik meer richt op langetermijngroei dan op vooruitgang van kwartaal tot kwartaal.”

    Op voorwaarde dat de kredietmarkt liquide is en de prijzen aantrekkelijk zijn, is INEOS er daarom altijd van uitgegaan dat het een betere en effici.ntere manier is om haar activiteiten te.

    En dit heeft goed gewerkt, ondertussen reeds 14 jaar lang.

    Eind februari heeft INEOS met succes een groot deel van haar leningen geherfinancierd, een jaar eerder dan nodig.

    Het onthaal op de financi.le markten was beter dan verwacht. INEOS had gehoopt ongeveer 1 miljard dollar op te nemen op de obligatiemarkt. De respons van investeerders was echter zo positief en de prijszetting was zo aantrekkelijk, dat INEOS besloot het te herfinancieren bedrag op te trekken.

    “Je moet natuurlijk je moment kiezen, maar het vertrouwen in INEOS was groot en er was een heel sterke vraag,” zegt hij.

    Het leeuwendeel van de INEOS schuld staat uit bij financi.le instellingen en fondsen. Dat stamt nog uit 2005, toen INEOS een serie leningen afsloot om Innovene van BP te kunnen kopen. De komende jaren bereiken veel van die leningen hun eindvervaldag. Hoofddoel van INEOS voor dit jaar is de herfinanciering van de rest van zijn bankschuld (de zogenaamde ‘senior facilities agreement’) van ongeveer 2,4 miljard $, als de tijd er rijp voor is.

    “Dat is zeker het plan,” zegt John.

    “Vanzelfsprekend zijn we gericht op de kredietkost en proberen we ervoor te zorgen dat we dit doen op een manier die onze rentelast op termijn beperkt.”

    “Maar het is echt een kwestie van op het juiste moment beroep te doen op de kredietmarkten, want ze zijn erg cyclisch.”

    Volgens hem heeft de aantrekkende economische toestand in de Verenigde Staten de kredietmarkten in Amerika aan een schitterende start geholpen. Dat is de reden waarom INEOS eind januari de eerste schijf van de schuld, met vervaldag in 2013, heeft geherfinancierd. Daardoor hebben we nu nog nauwelijks schuld met vervaldag vóór 2014.

    Deze manier van bedrijfsfinanciering is echter niet voor alle types ondernemingen geschikt.

    “Voor een cyclisch bedrijf met een langetermijnperspectief, past dit heel goed,” zegt John.

    “Voor andere bedrijven, waar de doelstellingen misschien anders liggen, bijvoorbeeld omdat ze geruggesteund worden door ‘private equity’ financiering en een beursgang overwegen, kan dat anders liggen.”

    John zegt dat INEOS enkel zou overwegen zijn financiering te veranderen, wanneer de kredietmarkten zouden droog liggen.

    “Als we onze leningen niet zouden kunnen herfinancieren, dan is dat iets waarover we moeten nadenken,maar hopelijk komt het nooit zover,” zegt hij.

    Een spel in twee helften: de financiële prestaties van 2011

    Het jaar 2011 bleek voor INEOS een spel in twee helften. Het bedrijf had een sterke eerste jaarhelft – de eerste twee kwartalen waren zelfs een record – maar na de zomer verliep het derde kwartaal aanzienlijk minder gunstig en het vierde kwartaal was ronduit zwak.

    Als bedrijf verwacht INEOS ups en downs, in lijn met de golven in de wereldeconomie. De laatste tijd was dit trouwens moeilijk te voorspellen van kwartaal tot kwartaal, vooral in Europa.

    Maar de voornaamste oorzaken voor de zwakkere tweede helft van het jaar, zijn niet INEOS-gebonden.

    Naast de verliezen door operationele moeilijkheden met de grondstoffenbevoorrading in Grangemouth (Schotland) en problemen met een onderaannemer in Keulen, werd INEOS zwaar getroffen door de eurocrisis.

    Daarnaast was er nog de beslissing van China om op de rem te gaan staan.

    “De economische omgeving in het vierde kwartaal van 2011 vormde een behoorlijke uitdaging,” vertelt John Reece. “De mondiale economische en politieke onzekerheid had een weerslag op de vraag in verschillende sectoren.”

    “En wat de Chinese regering deed, heeft de vraag naar sommige van onze producten in het Verre Oosten gedrukt, wat leidde tot dalende productprijzen.”

    Amerika was echter een ander verhaal.

    Terwijl de eurocrisis zich overal in Europa liet voelen en veel kopers hun voorraden probeerden af te bouwen – wat op zijn beurt tot nog minder vraag en een lagere capaciteitsbenutting leidde – wisten de Noord- Amerikaanse INEOS-businesses hun stevige marges te behouden. Men bleef er namelijk profiteren van goedkopere grondstoffen door de lage gasprijs en een groeiend vertrouwen in de economie.

    De conjunctuur bleef gunstig in Noord-Amerika en de marges evolueerden positief. Bovendien behielden de ethyleenderivaten een goede concurrentiepositie op de exportmarkten.

    Over het algemeen was 2011 een goed jaar: de EBITDA van INEOS Group bedroeg 1,7 miljard Pond. Dat is iets meer dan het voorgaande jaar.

    En tot nu toe gaat het ook dit jaar goed met INEOS.

    “De conjunctuur bij het begin van 2012 is aanmerkelijk verbeterd ten opzichte van het laatste kwartaal van vorig jaar,” aldus John.

    “Over het hele bedrijf bekeken, was het vierweeks voortschrijdende gemiddelde van de wekelijkse ordervolumes in de eerste vier weken van januari het hoogste in vergelijking met de afgelopen vijf jaar.”

    De marges van INEOS Olefins & Polymers North America profiteerden van de prijsstijging van polyethyleen, de dalende kosten van ethaan en een krapper aanbod op de markt, veroorzaakt door het samenvallen van zware onderhoudsprogramma’s in de sector.

    Alle vestigingen van INEOS Olefins & Polymers Europe lopen nu goed en realizeerden in februari aanzienlijke stijgingen van de verkoopprijzen.

    In de sector van onze chemische tussenproductenkenden de vier grote businesses eveneens een conjunctuurverbetering.

    De verkoop van fenol ligt 20% hoger dan in december, met steviger marges als gevolg van krapte op de markt.

    De benuttingsgraad van de capaciteit in onze Nitriles business is gestegen van ongeveer 60% in het vierde kwartaal naar bijna 100% in februari, terwijl de prijzen in alle regio’s blijven stijgen en de vraag zich verder herstelt, ondanks het beperkt aanbod als gevolg van groot onderhoud bij vele producenten.

    Ook voor de Oxide business blijven de marktomstandigheden verbeteren en met Oligomers blijft in goede doen met goede volumes en stevige marges.

    “Het is bemoedigend,” zegt John. “Dit bezorgt ons een goede uitgangspositie om later dit jaar naar de markten terug te keren om onze herfinanciering te voltooien.”

    15 minuten gelezen Nummer 2
  • ineos-capital-banner.jpg

    INEOS Capital

    Jim Ratcliffe, Chairman van INEOS, spreekt openhartig met Tom Crotty, Director INEOS Group, over 2011 en de eerste maanden van 2012.

    Video

    INTERVIEW MET JIM RATCLIFFE

    00:00

    TC: We hebben elkaar voor het laatst ontmoet in november. U legde toen uit dat hoewel
het jaar 2011 goed was begonnen, de vraag tegen het einde van het jaar was verzwakt wegens de onzekerheid in Europa. Is het jaar geëindigd zoals u had verwacht?

    JR: Ja. Het vierde kwartaal was heel kalm wegens de eurocrisis en China’s beslissing om de broekriem aan te halen. Al onze businesses zagen hun orderboek krimpen. In de hele wereld bouwden bedrijven hun voorraden af.

    Nu hadden we in 2009 en 2010 ook al een zwak vierde kwartaal, dus het was geen ramp. Wel was het een teleurstelling, want de eerste jaarhelft was schitterend. Maar in de chemische sector gaan de zaken altijd sterk op en neer. Dat weten we allemaal.

    Over de vier kwartalen van 2011 bekeken, was dit alles bij elkaar een goed jaar voor ons. Ook het eerste kwartaal van dit jaar begon sterk.

    Nu worden de voorraden weer overal aangevuld en neemt de vraag weer toe. In Amerika gaat het goed en in China is die broekriem alweer een gaatje ruimer gezet. Over het algemeen zijn we redelijk tevreden over het eerste kwartaal.

    TC: Hoe waren de veiligheidsprestaties voor dit jaar?

    JR: Wat de persoonlijke veiligheid betreft hadden we een recordjaar. Ons veiligheidscijfer was 0,2 of 0,21: het beste resultaat ooit.

    Op zich is dit heel goed, maar nog belangrijker is dat we vier jaar op rij vooruitgang hebben geboekt. Daaruit blijkt dat de procedures die we hebben opgestart goed werken.

    We kunnen rustig zeggen dat we nu waarschijnlijk in de top 10 van de chemische industrie zitten.

    Maar we weten dat Exxon op 0,16 zit, wij dus op 0,21. Dat betekent dat we nog altijd beter kunnen, er zijn altijd nog verbeteringen mogelijk zijn tot we de nul bereiken.

    Een andere aspect betreft de procesveiligheid. Dit is moeilijker te meten dan persoonlijke veiligheid, omdat er statistisch gezien niet zoveel gebeurt.

    We nemen echter ieder verlies van product onder de loep. Elk verlies wordt uitgebreid besproken in de raden van bestuur. We bekijken zorgvuldig alle kritieke SHE- afwijkingen en -alarmen zodanig dat we kunnen ingrijpen en grote problemen voorkomen, indien we ooit aan onze laatste verdedigingslijn komen of wanneer er iets grondig fout gaat in één van de chemische processen.

    TC: In januari ging u naar de financiële markten om leningen te herfinancieren. Wat was de respons van de potentiële investeerders?

    JR: Verrassend goed. Januari was een heel moeilijke maand omdat we nog maar net uit de eurocrisis kwamen. Er was aarzeling omdat de Chinezen nog
hun Nieuwjaar aan het vieren waren. Hoewel we heel hoopvolle tekenen vanuit Amerika opvingen, was er nog steeds wat onzeker over hoe we in de markt onthaald zouden worden.

    Maar er werd zelfs met een groot surplus ingetekend. We hadden net geen 1 miljard $ nodig, maar zagen ruim 5 miljard $ aan interesse. Uiteindelijk hebben we ruim 1,6 miljard $ opgenomen. Eén van de dingen die we echter in de rest van dit jaar willen doen is het bedrijf volledig herfinancieren.

    TC: Waarom was de belangstelling om in INEOS te investeren zo groot?

    JR: Wel, los van het feit dat ze duidelijk een boontje voor ons hadden en de presentaties vlot verliepen, is het zo dat INEOS al heel wat uitgiftes gedaan heeft over de jaren. En nooit hebben die iemand in de steek gelaten. Tijdens de crisis van 2008 werden we zwaar op de proef gesteld, maar we hebben die proef duidelijk doorstaan tijdens een periode die als de zwaarste recessie van de afgelopen 30 tot 40 jaar gekend zal blijven.

    Sindsdien hebben beleggers weinig geïnvesteerd en zitten nu op een berg geld. Ze weten dat als ze hun geld op
de bank plaatsen, ze nauwelijks iets verdienen. Daarom zoeken ze manieren om het te investeren.

    De obligaties die we uitgeven, brengen 8% op. Dus wordt INEOS als een goed risico beschouwd. En tot hiertoe hebben onze obligaties over de vele jaren altijd goede resultaten gegeven. Natuurlijk gaan ze op en neer. Tijdens een crisis gaan obligaties onvermijdelijk omlaag, maar ze veren altijd terug op en INEOS is nooit in gebreke gebleven.

    De resultaten van INEOS zijn altijd sterk geweest, behalve in het vierde kwartaal van 2011, maar de eerste helft van 2011 was de sterkste jaarhelft die we ooit hebben gezien. Het is dus duidelijk dat we goed
uit de recessie gekomen zijn en onze visie voor 2012 is behoorlijk positief. Over het algemeen was het een goed resultaat en we zijn heel tevreden.

    TC: Was dat een verrassing?


    JR: We waren aangenaam verrast. Maar toch hadden we gedacht dat het vrij goed zou gaan, anders waren we niet eens aan die herfinanciering begonnen.

    Er bestaat een Amerikaanse uitdrukking (die we in
het Engels minder graag gebruiken, met excuses aan alle Amerikaanse lezers), namelijk een ‘blowout deal’, wat zoveel betekent als een knaller van een deal, een ongelooflijk goede deal. Het meeste geld dat we binnenkregen komt uit de VS, een heel sterke markt. De mensen denken momenteel heel positief in Amerika.

    TC: Wat betekent dat nu voor ons bedrijf?

    JR: Zoals u weet, willen we de herfinanciering afronden. Dit gebeurt in schijven omdat het geheel te omvangrijk is om in één keer te doen. We hopen in de eerste helft van dit jaar nog een ronde te organiseren om het proces af te ronden. Het ziet er naar uit dat we een mooie balans zullen hebben.

    We willen de problemen aanpakken die in 2008 en 2009 zijn ontstaan. De lezers zullen zich nog wel herinneren dat we door de financiële markten behoorlijk hard zijn gestraft voor wat er gebeurde tijdens de crisis, die eigenlijk door de banken was veroorzaakt.

    De banken hebben natuurlijk de macht om zware boetes aan INEOS uit te delen en daar moeten we zien uit te geraken. Door de herfinanciering verdwijnen al die boetes.

    TC: Ziet u enige verandering in het INEOS- model, als groep van chemische bedrijven in privé-eigendom?

    JR: Nee. Ik denk het niet. We willen het houden zoals het nu is.

    TC: Gaat het goed met de joint ventures die we vorig jaar hebben opgericht?

    JR: Styrolution had een heel rustig vierde kwartaal, maar over het geheel genomen was het een goed jaar. En
net als INEOS kende het een goed eerste kwartaal van 2012, dus het jaar is overtuigend begonnen.

    De markt voor Refining in Europa is nog steeds niet hersteld na de crisis van 2008/2009. Er zou nog meer capaciteit uit de markt moeten verdwijnen. Een deel van de capaciteit
is al stilgelegd toen Petroplus enkele maanden geleden overkop is gegaan. Toch spelen sommige mensen nog met het idee om sommige onderdelen ervan te redden. Wij vinden dit eerder belachelijk, maar het blijft een moeilijke business om te voorspellen. Refining had in januari een heel goede maand, maar februari was vrij moeilijk. Er is in elk geval meer tijd nodig vooraleer de rust is hersteld en de balans tussen vraag en aanbod wordt bereikt.

    TC: Waar ligt dit jaar uw focus voor het bedrijf?

    JR: Prioriteit is ongetwijfeld de afronding van de herfinanciering, die hopelijk goed zal verlopen. Dan denk ik dat onze focus vooral zal liggen op twee groeipolen voor INEOS.

    Ten eerste hebben we schaliegas in Amerika, waar veel kansen liggen. Veel van onze tijd, aandacht en focus wordt besteed aan de overweging of we van die kansen gebruik willen maken.

    De tweede groeipool voor INEOS is China, waar veel belangstelling bestaat voor de sector van onze chemische tussenproducten.

    China heeft in upstream geïnvesteerd, in wat wij als ‘O&P-bedrijven’ zouden beschrijven. Er zijn en worden dus veel kraakinstallaties en polymeerfabrieken gebouwd in China. Maar China is nog niet echt met chemische tussenproducten bezig, wat net één stapje van de upstream petrochemicaliën is verwijderd. INEOS heeft enkele heel interessante businesses in Fenol en Acrylonitriel, Oligomeren, Oxide en sommige delen van onze Technologies business.

    TC: In november zei u dat er altijd ups en downs zullen zijn in de markten. Hoe kan INEOS zorgen dat het goed blijft presteren ondanks die onzekerheid?

    JR: Hiervoor zijn geen gemakkelijke recepten noch garanties. We weten dat onze business cyclisch verloopt en dat er altijd ups en downs zullen zijn. Het enige wat
je kunt doen is zorgen dat je zo fit mogelijk bent en dat
je vaste kosten heel concurrentieel zijn, zodat we op de bodem van de cyclus geen rode cijfers zien verschijnen. Dat betekent dat we grote eenheden met lage vaste kosten moeten hebben, efficiënte en betrouwbare installaties en technologieën. Veel hiervan is uitgetest tijdens de crisis van 2008/2009. Sindsdien hebben we een of twee zaken moeten sluiten en we hebben een paar zaken verkocht. Daardoor is de INEOS-portefeuille de dag van vandaag een nogal slanke en fitte portefeuille van activa en fabrieken.

    TC: Mijn laatste vraag: hoe gaat het met het team? Ik heb het natuurlijk over Manchester United.

    JR: Je moest het weer bederven, natuurlijk... Voor wie meeleest (of meeluistert): misschien weet u dat Tom
ook fan van Manchester United is. Als ik eenmaal op dreef raak, kan dit deel van het interview langer duren dan al de rest. Ik bedoel maar: we zijn vereerd met de schabouwelijke prestaties van de rest van de voetballiga in Engeland. Ze zijn allemaal hopeloos. Liverpool, Chelsea, Arsenal... ze zijn hopeloos. Het lijkt of alle goede voetballers uit Engeland zijn vertrokken. United staat bovenaan, maar we moesten Paul Scholes weer op het middenveld terugbrengen. Hij is 38 en hij staat weer op het middenveld. Barcelona heeft acht of negen spelers als Paul Scholes en die zijn allemaal 24 of 25. Dus... Het verbaast me niet dat we uit de Champions league gekegeld zijn en dat de andere Engelse clubs in de Champions league ook zijn uitgeschakeld. Ik weet niet wat er is gebeurd. Het is allemaal nogal deprimerend.

    Je hebt het interview helemaal verpest, Tom.

    10 minuten gelezen Nummer 2
  • takes-on-the-world-banner.jpg

    Schermer Max Hartung op weg naar de Olympische Spelen

    Manfred Hartung uit Duitsland heeft zijn zoon Max in de loop der jaren
tot een sabelschermer van wereldklasse zien uitgroeien, maar heeft daarbij ook veel geleerd over het aansturen van teams, leiderschap en verantwoordelijkheid.

    Voormalig Amerikaans boxer Muhammad Ali zei dat kampioenen niet in de sportzaal worden gemaakt.

    Hij zei dat ze worden gemaakt van iets dat diep binnenin hen zit: een verlangen, een droom, een visie.

    Max Hartung heeft een verlangen, een droom, een visie ... om een gouden olympische medaille te halen voor Duitsland.

    Als dat lukt, zal er niemand trotser op hem zijn dan zijn vader Manfred, Chef Onderhoud bij INEOS in Keulen, die kort nadat zijn zoon begon te schermen, leerde dat je eerste indrukken van mensen bedrieglijk kunnen zijn.

    “Max was een beetje een buitenbeentje als kind en soms werd hij gepest omdat hij een bril droeg”, vertelt hij.

    “Mijn vrouw en ik dachten dat hij hopeloos zou zijn bij het schermen, omdat hij geen coördinatie leek te hebben.”

    “En ik weet nog dat ik glimlachte toen zijn coach zei dat dat in zijn voordeel zou werken. Hij vertelde ons dat zijn tegenstanders hem zouden onderschatten.”

    Manfred en zijn vrouw Roswitha luisterden beleefd, maar ze waren nog niet overtuigd. Toen er dus een schermtenue voor Max gekocht moest worden, kozen ze voor een tweedehands.

    “Max droeg een schermjasje voor meisjes. Het zag er raar uit, maar het deerde hem niet”, zei Manfred.

    Max was nog maar negen en vocht met schuimplastic zwaarden, maar hij betaalde hen terug door toernooien te beginnen winnen.

    In februari dit jaar kwalificeerde hun nu 22-jarige zoon zich voor de Olympische Spelen in londen.

    Hij maakt deel uit van het sabelteam van vier heren. Als ze winnen, worden ze het eerste Duitse sabelteam dat een olympische medaille verovert.

    Er zullen slechts drie leden van het team individueel deelnemen. De vierde is een invaller.

    Manfred vertelt dat Max vastbesloten was om niet op het invallersbankje te zitten.

    Hun coach is de Duitse nationale sabeltrainer Vilmo Szabo.

    “Zijn visie was om een team jonge mannen en vrouwen tot olympische en wereldkampioenen te vormen”, zegt Manfred.

    “Tot nu toe heeft hij zes wereldkampioenen geproduceerd.”

    Manfred, die in londen zal zijn tijdens de Spelen, zegt dat hij nerveus zal zijn als zijn zoon tegen de beste schermers ter wereld uitkomt.

    Maar het helpt om te weten dat Max in de loop der jaren een innerlijke kalmte en zelfvertrouwen heeft ontwikkeld.

    “Als je in deze sport niet met dit soort druk kunt omgaan, moet je eruit stappen, want schermen is heel gevaarlijk”, zegt hij.

    Max is zich van dat gevaar bewust. Vele jaren geleden werd hij gestoken tijdens een trainingssessie.

    “De sabel stak dwars door zijn arm”, vertelt Manfred. “Gelukkig overleefde Max zonder grote mentale of fysieke littekens.”

    “Hij is nooit bang om gewond te raken.”

    In de loop der jaren heeft Manfred zijn zoon tot een schermer van wereldklasse zien uitgroeien. Hij is echter bescheiden over de rol die hij en zijn vrouw in zijn succes hebben gespeeld.

    “De grootste geschenken die we onze zoon hebben gegeven, zijn waarschijnlijk onze liefde en de vrijheid om te groeien”, zegt hij.

    “Hij was echter mijn rolmodel en hij heeft me enorm geholpen met de manier waarop ik mijn werk bij INEOS in Keulen doe.”

    Manfred zegt dat hij veel van Max heeft geleerd over het aansturen van teams, leiderschap en verantwoordelijkheid.

    “Als leider moet je zorgen dat er een structuur, een context is, waarbinnen je medewerkers hun eigen beslissingen kunnen nemen”, zegt hij.

    “Dat geeft hen niet alleen meer verantwoordelijkheidsbesef, ook hun zelfvertrouwen wordt er groter van en ze kunnen trots op hun prestaties zijn.”

    Manfred vertelt dat dit fundamentele bouwstenen voor elk succesvol bedrijf zijn.

    “Bovendien heb je iemand nodig die in jou en jouw bekwaamheden gelooft en die bereid is om je aan te moedigen om nog grotere dingen te bereiken”, zegt hij

    “In de afgelopen tien jaar heb ik me gerealiseerd dat je alles kunt bereiken als je een visie en de juiste structuur hebt, met de juiste mensen naast je.”

    7 minuten gelezen Nummer 2
  • unlocking-potential-banner.jpg

    Talent ontdekken

    Mensen werven die het karakter van een bedrijf begrijpen, is belangrijk voor iedere organisatie die wil groeien en bloeien in de hedendaagse, competitieve wereld. Soms is dat echter niet zo eenvoudig als het klinkt. Maar INEOS heeft problemen altijd beschouwd als kansen voor verbetering. daarom zoeken we al vroeg naar de beste starters.

    Mensen kunnen een organisatie of een situatie maken of breken.

    Denk maar aan het incident waarin de kapitein van de Costa Concordia zijn schip zou hebben verlaten en zijn passagiers en bemanning aan hun lot overliet nadat ze voor de Italiaanse kust op de rotsen waren gelopen en begonnen te kapseizen.

    Daarom is het zo belangrijk om mensen te vinden die het karakter van je bedrijf niet alleen begrijpen, maar er ook naar handelen.

    Vanuit dat perspectief neemt INEOS voortdurend stappen om een continue toevoer van mensen met grote vaardigheden en een sterke discipline en motivatie te waarborgen, mensen die hun verantwoordelijkheid erkennen en bereid zijn om niets aan het toeval over te laten.

    En de zoektocht begint al vroeg. In het basisonderwijs, de middelbare school en op wetenschapsbeurzen.

    “We zoeken voortdurend nieuwe kandidaten en we leiden onze eigen mensen op”, zegt Patrick Giefers, site manager bij INEOS te Keulen.

    Video

    NIEUW TALENT IN KEULEN

    00:00

    De reden is simpel: INEOS weet dat het loont om in de beste mensen te investeren. En het is een benadering die door potentiële kandidaten in en rond de vestiging in Keulen wordt erkend.

    Andreas Hain, die de training van stagiairs in de Duitse vestiging leidt, zegt dat er ieder jaar 2000 jongeren solliciteren naar ongeveer 60 banen.

    “Onze stages zijn heel populair en het is voor ons geen probleem om die stageplaatsen te vullen met mensen van zeer goede kwaliteit”, vertelt hij.

    “We kunnen focussen op wat we nodig hebben, de beroepen die we nodig hebben en de persoonlijkheid van mensen die we in het bedrijf willen hebben,” zegt hij.

    In Duitsland werkt deze aanpak.

    In het Verenigd Koninkrijk is er echter nog steeds een tekort aan jongeren met de gepaste opleiding die een carrière in de petrochemische industrie ambiëren.

    “Er is nooit een tekort aan belangstellenden voor stageplaatsen in locaties waar INEOS actief is,” zegt Tom Crotty, Director INEOS Group.

    “Het is heel gemakkelijk. Gezinnen zijn opgegroeid rond een vader of moeder die voor het bedrijf
werkt, dus de nieuwe generatie weet dat het een degelijk bedrijf is dat een goede bron van inkomsten oplevert. Dus regent het sollicitaties bij ons.”

    Het probleem – onlangs onderkend door Hans Niederberger, die de vestiging in Keulen heeft geleid – is het kaliber van de Britse studenten.

    “Hij ontdekte dat er een enorm verschil zat in de kwaliteit van de jonge technici,” zegt Tom.

    “Ze beschikten over de juiste academische kwaliteiten, maar ze ontbeerden de praktische vaardigheden die ze voor hun werk nodig hebben.”

    Om die kloof te overbruggen en aan de behoefte aan jonge, vakbekwame werknemers voor de raffinaderij in Grangemouth in Schotland te voldoen, werkt INEOS nu samen met Forth Valley College en Heriot Watt University.

    Video

    INEOS Jaarlijkse Set Fair

    00:00

    Samen hebben ze ‘Engineers of the Future’ opgericht, een vijfjarige praktische opleiding die voor elke student een volledige universiteitsopleiding plus de relevante werkervaring biedt.

    “Zo creëren we iemand die op het werk is voorbereid als hij van de universiteit komt en
die niet pas op de eerste werkdag over de sector begint te leren”, vertelt Gordon Grant, CEO INEOS Grangemouth Services & Infrastructure.

    Hij zegt dat het gebrek aan vaardigheden dat INEOS heeft onderkend, niet alleen bij ons bedrijf een probleem is.

    “We zien dat gebrek in de hele petrochemische industrie en in feite in de hele Britse technologische sector”, zegt hij.

    Hij vertelt dat hij nauw met de Schotse regering
en met een organisatie die zich met ontwikkeling van vaardigheden bezighoudt, heeft samengewerkt om het INEOS-model te promoten.

    “Het is een model dat ze ook voor andere sectoren zouden moeten overwegen en promoten”, zegt hij.

    “Dit model van onderwijs op universitair niveau in combinatie met ervaring op de werkplek is immers iets dat voordelen heeft voor alle betrokkenen.”

    Natuurlijk is het concept van stages in het kader van onderwijs op universitair niveau niet nieuw.

    Wat dit model zo anders maakt, is de gedachtegang die eraan ten grondslag ligt.

    “Het innovatieve is dat er grondig is nagedacht over welke ervaringen mensen krijgen en dat die ervaringen rechtstreeks aan het onderwijs worden verbonden dat ze in het klaslokaal krijgen”, vertelt Robin Westacott, directeur van het programma ‘Engineers of the Future’.

    Forth Valley College doorloopt twee programma’s. Het ene is praktisch, het andere academisch.

    Daarnaast hebben de leerkrachten het ook over de bedrijfswaarden van INEOS, vooral in verband met veiligheid.

    “We willen dat ze de bedrijfscultuur van INEOS begrijpen, zodat als ze naar de vestiging
gaan voor hun stage, ze al van die cultuur doordrongen zijn”, zegt Kenny MacInnes, Deputy Head of Engineering, Forth Valley College.

    De studenten zijn al even enthousiast over het leerprogramma als INEOS.

    “Je wordt betaald voor je werk, je ontwikkelt de praktische vaardigheden die mensen op de universiteit niet krijgen en je doet ervaring op de werkplek op”, zegt één van de studenten.

    Een ander vindt het fijn om al een voorsprong op zijn leeftijdsgenoten te hebben voordat hij afgestudeerd is.

    “Je weet veel meer dan een typische afgestudeerde”, zegt hij.

    En dat is de bedoeling!

    “Hopelijk zien we straks meer en meer van deze plannen, zodat technologische sectoren een eersteklas personeelsbestand kunnen opbouwen voor de toekomst”, zegt Gordon

    16 minuten gelezen Nummer 2
  • cogent-new-talent-banner.jpg

    Het idee van cogent om nieuw talent aan te trekken

    INEOS helpt kleine bedrijven nu op indirecte wijze met het vinden van goede stagiairs, via Tom Crotty.

    Tom werd onlangs chairman van Cogent, een groep leidende zakenlieden, die bevoegd zijn om de standaarden in de chemische, farmaceutische, nucleaire, olie en gas-, petroleum- en polymerenindustrie te verbeteren en meer kansen te creëren voor jongeren in het Verenigd Koninkrijk.

    “Het probleem ligt niet bij de grote bedrijven, want zij hebben het geld om stagiairs in dienst te nemen en op te leiden”, zegt hij.

    “Maar als je een klein technisch bedrijf bent, vind je het misschien te riskant om een stagiair aan te nemen en kies je liever voor een 35-jarige.”

    Hij hoopt dat dat zal veranderen met de steun van Cogent.

    “Cogent kan de stagiairs in dienst nemen voor een driejarig programma,” zegt hij.

    “Het bedrijf draagt de helft van de kosten, maar hoeft de persoon niet aan te werven.”

    “En als de stagiair hen niet goed bevalt, zoeken we iemand anders voor ze.”

    Tom zegt dat de taak van Cogent o.a. zal zijn om schoolverlaters te overtuigen van de waarde van een stage.

    “We moeten af van het beeld dat een stage betekent dat je in modderige laarzen of met olie in je haar rondloopt”, zegt hij.

    “Nu de studiekosten in Engeland zo snel
stijgen, gaan jongeren beter beseffen dat het verwerven van vaardigheden op een werkplek ook een goede manier is om aan hun carrière en toekomst te bouwen”, vertelt Tom.

    Cogent is een officieel orgaan voor de chemische, farmaceutische, nucleaire, olie en gas-, petroleum- en polymerenindustrie, dat zich richt op de bevordering van de ontwikkeling van vaardigheden.

    In het verleden kregen dergelijke organisaties een vast bedrag van de regering. Nu moeten ze erom dingen en is er onderlinge concurrentie.

    Cogent doet het tot dusver redelijk goed.

    4 minuten gelezen Nummer 2
  • uk-needs-banner.jpg

    Het verenigd koninkrijk heeft duidelijk energiebeleid voor lange termijn nodig om toekomst van industrie veilig te stellen

    INEOS blijft in belangrijke mate aanwezig in het Verenigd Koninkrijk, met 4000 werknemers, verspreid over zes vestigingen.

    Het bedrijf blijft toegewijd aan zijn vaste productiebasis, maar vreest dat de zakelijke omgeving niet de steun krijgt die het nodig heeft in de internationale, sterk concurrerende markt.

    Tom Crotty, Director INEOS Group, gelooft dat het Verenigd Koninkrijk in de eerste plaats een duidelijk energiebeleid voor de lange termijn nodig heeft om het verval tegen te gaan en de toekomst van de secundaire sector in het Verenigd Koninkrijk veilig te stellen.

    Hij zegt dat het kortetermijndenken al veel schade heeft veroorzaakt.

    “Momenteel wordt er niet naar het complete plaatje gekeken”, zegt hij. “Dat moet veranderen als we de trend van de afgelopen 10 jaar willen omkeren.”

    “Zonder een degelijke productiebasis
kan het land geen welvaart scheppen
en zonder welvaart kunnen we geen overheidsuitgaven verhogen om onze scholen en ziekenhuizen te onderhouden.”

    Hij zegt dat de landen waar het het best gaat – Duitsland en Scandinavië – fors in hun industrie hebben geïnvesteerd.

    De landen waar dat niet is gebeurd – Griekenland, Spanje en Ierland – hadden domweg op de dienstensector vertrouwd.

    Tom zegt dat de Britse regering en de energiesector een samenhangend industriebeleid moeten ontwikkelen, zodat iedereen weet welke sectoren koste wat kost moeten worden onderhouden.

    “Dat is het allerbelangrijkste en het gaat kritiek worden,” zegt hij. “Als we een stabiel energiebeleid voor de lange termijn hebben, kan de industrie leveren wat van ons wordt verwacht.”

    “Momenteel houdt nieuw beleid telkens één regeringstermijn stand, als we geluk hebben.”

    Tom heeft er bij opeenvolgende Britse regeringen op aangedrongen dat ze niet steeds meer regels moeten opleggen – of die nu op nationaal of EU-niveau zijn bedacht – aan een industrie die reeds onder een zware regelgeving gebukt gaat.

    Hij zegt dat de Duitsers en de Fransen het bij het rechte eind hebben.

    “Zij interpreteren de Europese reglementen anders dan wij,” zegt hij. “Zij leggen de regels zodanig op dat ze hun industrie beschermen.”

    “Ik denk dat we de impact van alle EU-voorschriften op onze industrie moeten onderzoeken voordat we ze blindelings implementeren.”

    Tussen 1997 en 2007 is de bijdrage van de Britse industrie aan het BNP gehalveerd: ze daalde van 22% naar 11%.

    Duitsland daarentegen heeft nauwelijks ergens last van en ongeveer 50% van de energie daar is nog steeds van kolen afkomstig.

    Tijdens een diner met de Britse minister Vince Cable werd aan Tom gevraagd wat de Britse regering
kan doen om de Britse industrie te helpen.

    “Ik zei dat een tijdmachine goed zou zijn, zodat we 20 jaar terug konden gaan”, vertelt hij.

    Tom gelooft echter dat de sfeer kan omslaan.

    “Ik denk dat de economische terugval duidelijk heeft gemaakt wat er moet gebeuren”, zegt hij.

    6 minuten gelezen Nummer 2
  • refreshing-talent-2-banner.jpg

    Nieuw talent winnen

    Nieuw talent aantrekken: de actie van INEOS om de beste afgestudeerden in Amerika te werven, levert resultaten op.

    Pas afgestudeerden in de VS weten dat als ze een functie bij INEOS Olefins & Polymers USA aanvaarden, ze een uitdagende baan krijgen, waarin ze al snel verantwoordelijkheden op zich moeten nemen.

    En dat nieuws verspreidt zich snel.

    “De beste afgestudeerden eisen zinvolle banen en functies. Ze hebben een nieuw perspectief en een nieuw verwachtingen, waarvan we onmiddellijk gebruik kunnen maken”, zegt Sam Scheiner, HR Director INEOS Olefins & Polymers USA.

    “Het eerste wat we doen, is onze pas afgestudeerden een zinvolle functie geven, waarin ze vanaf hun eerste werkdag voor ware uitdagingen komen
te staan. Nieuwe medewerkers die pas van de universiteit komen, krijgen geen standaard baantje.”

    “Doordat we onze pas afgestudeerden een zinvolle baan geven, waarin ze met ervaren werknemers samenwerken, kunnen ze veel sneller een groter potentieel realiseren en een grote bijdrage leveren.”

    Bill Steiner, die bijna vijf jaar geleden als pas afgestudeerde chemicus bij INEOS kwam werken, beaamt dat verschil. “Ik kreeg onmiddellijk veel verantwoordelijkheid en ik kon al heel snel mijn steentje bijdragen”, zegt hij.

    Het aantal Amerikanen dat rechtstreeks van de universiteit bij Olefins & Polymers USA komt werken, varieert per jaar, afhankelijk van de behoeften van het bedrijf.

    O&P USA begon zes jaar geleden met de werving van pas afgestudeerden. Sindsdien zijn er 35 afgestudeerden, vooral ingenieurs, chemici en financiële professionals, bij ons komen werken.

    “Het is ook belangrijk om op te merken dat de meesten van hen – 30 in totaal in de omgeving van Houston – nog steeds voor het bedrijf werken, in een markt waar het personeelsverloop veelal hoog ligt”, vertelt Sam. “Dat betekent dat we iets hebben dat de mensen willen en dat ze blijven om dat te krijgen.”

    “Onze pas afgestudeerden weten dat hun werk van kritiek belang voor het bedrijf is. En het nieuws verspreidt zich. We werken elk jaar verder aan
de reputatie die INEOS heeft bij de universiteiten waarmee we nauw samenwerken.”

    De meeste afgestudeerden – en Amerikaanse bedrijven concurreren sterk om de besten – worden aangetrokken uit bekende, degelijke universiteiten in Texas en het naburige louisiana.

    Wat al deze universiteiten en opleidingen op universitair niveau met elkaar gemeen hebben, is dat ze allemaal hechte banden met INEOS hebben via medewerkers die aan deze instellingen hebben gestudeerd.

    “Wij vinden het belangrijk dat we een sterke relatie hebben met de universiteiten waar we mensen werven”, zegt Sam.

    Olefins & Polymers USA neemt regelmatig aan jobbeurzen deel om haar bekendheid onder de universiteiten en studenten te vergroten.

    “Dat is erg belangrijk voor ons”, zegt Sam, “en het is één van de redenen waarom we er zoveel tijd en energie in steken.”

    “Het is fundamenteel voor het hele proces dat we
de juiste kandidaten krijgen. We willen dat de juiste mensen op de juiste plek in ons bedrijf terechtkomen en daar groeien en bloeien in een boeiende, uitdagende omgeving.”

    Olefins & Polymers USA heeft op elke universiteit een wervingsteam. “Dat helpt ons al vroeg een idee te krijgen van wie de juiste persoon voor het bedrijf is”, vertelt Sam.

    Elk team stelt een lijst op en houdt gesprekken met kandidaten op de universiteiten, waarna wordt
besloten wie we uitnodigen voor een tweedaagse wervingsbijeenkomst in Marina View, waar de potentiële medewerkers worden rondgeleid in één van de INEOS- vestigingen (Chocolate Bayou of Battleground).

    “Tijdens dat bezoek ontmoeten de kandidaten ook de CEO en de directieleden”, vertelt Sam.

    Dennis Seith, CEO van O&P USA, zegt dat het wervingsproces past bij de manier waarop INEOS zaken doet.

    “Onze benadering verschilt van die van onze concurrenten”, zegt hij. “Omdat we een vlakke bedrijfsstructuur hebben, is contact met de bedrijfsleiding vrij normaal. Nieuwe medewerkers kunnen vaardigheden ontwikkelen door met senior managers samen te werken en ik geloof dat het daardoor korter duurt voordat toptalent wordt herkend.”

    “Dat is goed voor INEOS, omdat we onze afgestudeerden optimaal kunnen inzetten, maar het is ook goed voor de afgestudeerden, omdat ze al vroeg voor uitdagingen komen te staan in plaats van last te hebben van bureaucratie.”

    Dankzij deze wervingsacties kan INEOS positief aan haar eigen toekomst werken.

    “Kort gezegd: we hebben een bron van talenten aangeboord”, zegt Sam. “We hebben enkele fantastische mensen naar binnen gehaald en ontwikkeld. Zij worden in de toekomst ongetwijfeld de leiders van ons bedrijf.

    “Over het algemeen moet de petrochemische industrie op zijn expertise en kennis bouwen om te kunnen overleven in de wereldmarkten, waar de concurrentie moordend is.”

    “Als we een bedrijf willen zijn dat duurzaam is op de lange termijn, een bedrijf dat tot ver in de toekomst aan behoeften in de maatschappij tegemoetkomt, moeten we gebruik kunnen maken van een heleboel getalenteerde mensen.”

    “De toekomst van ons bedrijf op de lange termijn hangt af van de inspanning die we vandaag leveren om de juiste mensen binnen te halen, om zo onze cultuur verder vorm te geven en het succes van INEOS veilig te stellen. En ik denk dat het rendement van onze investering behoorlijk hoog zal liggen.”

    10 minuten gelezen Nummer 2
  • shift-the-focus-banner.jpg

    Slapen en waken

    Miljoenen mensen in de hele wereld werken in ploegen. Deze mensen, die hun bedrijf 24 uur per dag draaiende houden, kunnen meer doen dan ze beseffen om hun levens eenvoudiger, gezonder en gelukkiger te maken.

    Ploegenwerk is niets nieuws. Alle fabrieksmedewerkers kunnen u dat vertellen.

    Omdat het dagen duurt om bepaalde productieprocessen op te starten en stil te leggen, is het niet haalbaar om iedereen van 9 tot 5 te laten werken.

    Tegenwoordig werken steeds meer mensen in ploegendienst om aan de behoeftes van onze 24/7-maatschappij te voldoen.

    Het cruciale wat mensen moeten doen om het
beste van ploegenwerk te maken, is hun normale energieniveaus aanhouden terwijl ze de overgang van dag- naar nachtwerk en omgekeerd maken.

    Steve Gasser, die al acht jaar operator is in INEOS’ lAO-eenheid te Joffre, staat samen met 34 collega’s in voor de dagelijkse operatie van de eenheid. Hij vertelt dat de ervaring heeft geleerd dat mensen verschillend op ploegenwerk reageren.

    “Hoe ouder je wordt, hoe moeilijker het voor
je lichaam wordt om aan ploegenwerk te wennen”, vertelde hij. “Het kan invloed hebben op je hoeveelheid energie, op hoe je denkt en je lichamelijk voelt, zowel thuis als op het werk.

    Sommige manieren om te roteren zijn beter dan andere. De winters zijn het lastigst wegens de korte dagen en het koude weer.”

    De ervaring is welbekend. Het lijkt op jetlag. Maar medewerkers kunnen meer doen dan ze denken om hun lichaamsklok te beheren, als ze letten op wat ze eten en drinken en zorgen voor lichaamsbeweging en slaap van goede kwaliteit.

    Steve werkt al 25 jaar regelmatig in ploegen. Hij vertelt dat de meeste ploegenwerkers geen cafeïne en energiedrankjes drinken, snel leren om te slapen wanneer ze de kans krijgen en regelmatig bewegen.

    Dr. Adam Carey, oprichter en directeur van Corperformance, geeft zijn advies. “In de afgelopen jaren hebben onderzoekers ook gemerkt dat als mensen op bepaalde tijden bepaalde soorten voedsel eten, het effect van de overgang naar andere tijdzones (jet lag) tot 70% verminderd kan worden. Dat is grotendeels ook op ploegenwerk van toepassing.”

    “Eiwitrijke voeding maakt mensen alerter
en maaltijden die rijk zijn aan koolhydraten, maken slaperig, wegens de hormonen die de voedingswaren produceren.”

    “Als dieet wordt gecombineerd met lichaamsbeweging en kwaliteitsvolle rust in een koele, goed verduisterde ruimte, kan het effect drastisch zijn.”

    Er zijn enkele dingen die mensen die van dag- op nachtwerk overstappen, nu al doen. Om het effect van de eerste nacht te verzachten proberen ze vaak om veel later naar bed te gaan – om 2 uur ‘s nachts bijvoorbeeld – om dan op de dag voor hun eerste nacht later op te staan, hopelijk rond 11 of zelfs 12 uur.

    “Voedingsdeskundigen hebben ontdekt dat het ook kan helpen om de suikerreserves in het lichaam te verlagen voordat je de overstap maakt”, zegt Adam. Volgens onze ervaring moet dat echter ten minste 24 uur voor de overgang gebeuren.

    “We adviseren de medewerker om op de laatste dag van zijn dagploeg weinig koolhydraten te eten en in plaats daarvan te kiezen voor eiwitrijke maaltijden.

    “Dat betekent dat je op die dag geen brood, rijst, pasta, knolgewassen, granen, snoep, koekjes en cake eet.

    “Bij het wakker worden op de eerste dag van
de nachtdienst moet de medewerker overdag
en voordat hij met werken begint, heel lichte maaltijden eten. Iedere maaltijd dient veel eiwitten en weinig koolhydraten te bevatten.

    “Tijdens die eerste nacht moeten alle maaltijden en tussendoortjes rijk aan eiwitten zijn en arm aan koolhydraten. Dat helpt om wakker te blijven.

    “Het is echter ook heel belangrijk om veel water te drinken.”

    “Veel mensen zijn moe en hebben moeite om zich te concentreren omdat ze enigszins uitgedroogd raken.”

    “Aan het einde van de nacht kan wat lichaamsbeweging nuttig zijn. Daarna is het goed om een maaltijd te eten met veel koolhydraten en weinig eiwitten, pasta bijvoorbeeld, omdat dat het hormoon vrijmaakt dat helpt bij het slapen.”

    Adam adviseert ook om goed te slapen en zegt dat de plaats waar je slaapt belangrijk is.

    “Veel mensen slapen in kamers die te warm
zijn”, zegt hij. “Het is heel belangrijk dat de kerntemperatuur van je lichaam enigszins daalt. Als de kamer of het beddengoed je te warm houdt, is het moeilijker om in slaap te vallen en te blijven slapen, zelfs als je moe bent.”

    Misti Jezek, opziener in de polypropyleenfabriek van INEOS in Chocolate Bayou, doet al bijna 19 jaar ploegenwerk. Zij zorgt altijd dat het stil, koel en donker is in haar slaapkamer.

    “Ik heb zelfs ontdekt dat ik het beste slaap als de airconditioning aan staat, want dan hoor je niet wat er buiten gebeurt”, vertelt ze.

    In iedere slaapkamer moet het maximaal 16°C zijn
- beter nog tussen de 12-14°C. Nadat u goed hebt geslapen, is het belangrijk om veel water te drinken en dan goed te eten.

    “Als het in de winter net donker wordt wanneer je moet opstaan, kan een lichtklok helpen om op een meer natuurlijke manier wakker te worden”, vertelt Adam.

    “Heldere verlichting op het werk is ook belangrijk.”

    Na de nacht-shift gebruiken de mensen vaak één
van twee mogelijke strategieën. Ofwel slapen ze kort, maar staan eerder op, ofwel proberen ze om niet te gaan slapen en vervolgens vroeg naar bed te gaan. Bij beide manieren kun je na het opstaan het best aan wat lichaamsbeweging doen en een maaltijd nuttigen met veel eiwitten en weinig zetmeel.

    Eet een maaltijd met veel zetmeel als het tijd is om te gaan slapen. Dat vergroot de kans dat je in slaap valt.

    Iemand die dit doet is Kenneth Cockheijt, een jonge produtie-operator in Antwerpen.

    “Ik doe vaak aan fitnesstraining of als dat mogelijk is, ga ik fietsen, zodat ik altijd slaperig ben als ik slaperig moet zijn”, vertelt hij.

    Als hij het ooit moeilijk vindt om de slaap te vatten, helpt het om naar muziek te luisteren.
 Ook let hij op wat hij eet en past hij zijn maaltijden aan om extra energie te krijgen als dat nodig is.

    Werkomgevingen zijn bijna nooit perfect, maar de juiste voeding en lichaamsbeweging maken je een gelukkiger en gezonder persoon. En het helpt ook om de tijd dat je thuis bent optimaal te benutten.

    Dat is altijd al belangrijk geweest voor Misti, die in ploegendienst ging werken toen haar dochter drie was.

    “Dankzij het ploegenwerk kon ik in de loop der jaren veel vaker naar schoolfeestjes en evenementen van mijn dochter dan de meeste ouders die volgens een strak dagpatroon werken”, vertelde ze.

    Wat kunnen ploegenwerkers doen om hun leven gemakkelijker te maken?

    • Eet eiwitrijke maaltijden voor u naar het werk gaat, zodat u alerter bent.

    • Eet voor bedtijd maaltijden die rijk aan koolhydraten zijn.

    • Slaap in een koele, donkere kamer. Het mag daar niet warmer zijn dan 16 °C.

    • Doe aan lichaamsbeweging wanneer u kunt.

    • Drink veel water.

    12 minuten gelezen Nummer 2
  • managing-teams-banner.jpg

    Teams managen

    Begrijpen hoe teams werken en hun prestaties verbeteren is niet alleen waardevol op het sportveld. Dr. Phil Hopley legt uit waarom het relevant is voor veel dingen die we elke dag doen.

    Winnaars worden niet geboren, of we nu in een kantoor, fabriek of controlekamer werken of topsporters zijn. Winnaars worden gemaakt.

    Het is begrijpelijk dat sommige mensen cynisch zijn. Ze denken dat ze niets gemeen hebben met topsporters. Dat topsporters niets te vertellen hebben over hoe ze hun werk kunnen doen of hun team kunnen leiden.

    Maar hoe vaak zoeken andere bedrijfsleiders op het sportveld naar inspiratie om hun eigen prestaties en die van anderen te verbeteren?

    Het antwoord op die vraag is te vinden in de agenda’s van Sir Steve Redgrave, Sir Clive Woodward en Sir Alex Ferguson: heel vaak.

    Hoe komt dat?

    Is het een kans voor gestresseerde topmanagers om even aan het kantoor te ontsnappen?

    Fantaseren ze over hoe het zou zijn om topsporter te zijn?

    Of zou het kunnen dat topsporters een inzicht bieden in een wereld waar het belangrijk is om de beste te zijn en zakenmensen waardevolle lessen kunnen leren?

    luister naar een grote sporters en je hoort hoe planning, teamselectie, strategie, voorbereiding, leiderschap, teamwerk – gekoppeld aan hard werk – de basis van hun succes vormen.

    Nog belangrijker is het om te luisteren naar hoe die boodschap wordt overgebracht. Dat zal pas inspirerend zijn.

    Sir Clive Woodward, British Olympic Association Elite Performance Director en coach van het rugbyteam dat in 2003 de wereldbeker won, heeft het vaak over het vermogen om “onder druk helder te kunnen denken”

    Sir Steve Redgrave, vijfvoudig winnaar van olympisch goud, schrijft over “mentale discipline en het overwinnen van een laag gevoel van eigenwaarde”.

    Wat beide uitspraken laten zien, is dat we allemaal menselijk zijn. Allemaal.

    Toch veronderstellen veel mensen ten onrechte dat topsporters mentaal ijzersterk zijn, in tegenstelling tot ‘normale’ mensen.

    In de loop der jaren heb ik van mijn werk met olympische roeiers, professionele rugbyspelers, eersteklassevoetballers en skiërs geleerd dat dit niet het geval is.

    Wat kunnen we dan doen om onze mentale veerkracht en onze prestaties te verbeteren?

    Met veerkracht bedoel ik het vermogen om goed met druk om te gaan, bij tegenslag niet bij de pakken te blijven zitten en langdurig optimaal te kunnen werken.

    Op een eenvoudig niveau moeten we gemeenschappelijke doelen stellen en deze verbinden aan dingen die voor ons persoonlijk belangrijk zijn.

    Vaak slagen we in het eerste, maar niet in het tweede. Daarom missen we de kans om onze veerkracht te verbeteren. En zonder veerkracht is het waarschijnlijker dat we gestresseerd raken.

    Maar als we gemeenschappelijke doelen stellen en ze aan onze waarden verbinden, raken we gemotiveerd en geloven we in wat we doen en waar we naartoe gaan.

    Dat betekent niet dat je van de ene dag op de andere succes kunt hebben. Zo eenvoudig ligt het niet.

    Ten eerste moeten we ontdekken wat de verbetering van iemands prestaties kan verhinderen.

    Vaak is dit een kwestie van hoe iemand denkt of hoe hij de dingen bekijkt.

    Goede managers kunnen dit soort dingen in hun team zien en oplossen. Maar soms is er een specifieke individuele coach voor nodig.

    Net als in de sport moeten we allemaal met druk en negatieve gedachten en emoties kunnen omgaan om onze beste prestaties te kunnen leveren.

    Door middel van cognitieve gedragscoaching leren sportlui en managers zich op hun werk te concentreren ondanks vervelende emoties.

    Cognitief gedrag is nadenkend gedrag. Coaching helpt gedachten en gevoelens te begrijpen die houdingen beïnvloeden en gedragingen bepalen.

    In een ideale wereld moeten managers en leiders hun teams toestaan om zich te ontwikkelen, door hen invloed en verantwoordelijkheid te geven voor wat ze doen.

    Het gaat erom de controle uit handen te geven en deze te vervangen door ondersteuning.

    Managers die te zeer ‘hands-on’ zijn bemoeien zich te veel met hun teams en niets kan het moreel sneller verzwakken dan dat, omdat daaruit blijkt dat je niet gelooft dat jouw mensen hun werk behoorlijk kunnen doen.

    Als je een beetje controle uit handen geeft, sta je zelf minder onder druk en zie je de prestaties van je team verbeteren.

    Managers stellen vaak vragen over teams die niet goed presteren.

    In mijn ervaring verandert er weinig als er geen cultuur is van eerlijke, respectvolle communicatie.

    Als de mensen openlijk over hun bezorgdheden gaan praten, komt het ook weer op die controle neer.

    Onderzoek in de sport en in de zakenwereld heeft duidelijk uitgewezen dat we beter werken met meer controle en verantwoordelijkheid over onze eigen daden.

    Het gaat erom mekaar te vertrouwen in onze prestatie. Voor teamleiders is het essentieel om het team te steunen bij die prestatie.

    Voor de Olympische Spelen van 2008 in Peking keek
het management van de Britse wielerploeg lang en kritisch naar zichzelf. De managers besloten dat ze moesten veranderen. Ze stopten met het betuttelen van de wielrenners, maar creëerden in de plaats daarvan een omgeving waarin ze konden groeien.

    Wat een verschil heeft dat gemaakt!

    Er is veel geschreven over leiderschap en hoe je het meeste uit je team kunt halen in de sport en in het bedrijfsleven.

    Maar het was interessant om te zien hoe weinig aandacht aan hoofdcoach Jürgen Gröbler werd geschonken na
de overweldigende prestaties van het Britse team tijdens de recente wereldkampioenschappen roeien in Bled, Slovenië. De Britse roeiers wonnen de meeste medailles, 14 in totaal.

    David Bolchover, co-auteur van het boek ‘The 90-Minute Manager’, begreep welke belangrijke rol Gröbler in deze overwinning had gespeeld.

    Hij beschreef hem als een stille, bescheiden man, die niet in het voetlicht wou staan.

    Hij schreef: “Zijn zakelijk equivalent is niet de charismatische CEO die prachtige uitspraken doet en een lieveling van de media is, maar eerder de onvolprezen manager in het middenkader die zijn leven wijdt aan het realiseren van het volledige potentieel van de mensen met wie hij werkt.”

    Zou dit misschien een voorbeeld kunnen zijn voor alle leiders in het bedrijfsleven?

    7 minuten gelezen Nummer 2
  • debate-banner-2.jpg

    Debat: Brengt de 7 miljardste baby de aarde in gevaar?

    INEOS vervaardigt de fundamentele grondstoffen die nodig zijn voor veel van de producten waarvan onze maatschappij steeds afhankelijker wordt. de motor achter ons bedrijf
is de groei van het bruto nationaal product (Bnp).

    Naarmate de wereldbevolking groeit en veel
landen zich ontwikkelen, stijgt ook de vraag naar chemicaliën die gebruikt worden in transport, bouw, elektronica, landbouw en gezondheidszorg.

    Na de geboorte van de zeven miljardste baby, eind vorig jaar, zijn er veel mensen die kommer en kwel voorspellen wegens te hoge bevolkingsaantallen en onvoldoende voedsel.

    Moeten we ons echt zorgen maken of zal de maatschappij zich blijven aanpassen en voordeel halen uit nieuw talent, nieuwe uitvindingen en de voortdurende evolutie van de menselijke geest?

    Wij bekijken wat commentatoren, journalisten en politici denken.

    Bezorgd:

    1. De enorme bevolkingsgroei versnelt de armoede en is een indicator van de wereldwijde milieuproblematiek. Bovendien leidt
de bevolkingsgroei tot hogere prijzen op de wereldmarkt.
      Renate Bähr, Working Manager, Deutsche Stiftung 
Weltbevölkerung (Duitse Stichting Wereldbevolking)

    2. De bevolkingsgroei moet worden stopgezet. Er zijn niet genoeg grondstoffen
in de wereld om de huidige groei bij te houden. Er kunnen niet nog méér
mensen gevoed worden. Hoe sneller we het bevolkingsaantal stabiliseren, des te eerder kunnen we uit het dal omhoogklimmen. En we hebben een
kans om de top te bereiken, namelijk een fatsoenlijk leven voor iedereen.
Toch heerst er een vreemd taboe rond dit onderwerp. Een taboe dat niet
alleen een belemmering vormt voor politici en ambtenaren die aan grote
conferenties deelnemen. Ook milieu- en ontwikkelingsorganisaties hebben
er last van, terwijl dat de mensen zijn die beweren het meeste te streven
naar een duurzame en welvarende toekomst voor onze kinderen.

      Sir David Attenborough, maker van Britse natuurfilms

    3. Er dreigt een tekort aan basisgrondstoffen voor de wereldbevolking.
Bossen worden kleiner, zeeën raken leeggevist, overbegrazing leidt tot woestijnvorming, de grond erodeert en het grondwaterpeil zakt nu
in 18 landen, die tezamen de helft van de wereldbevolking bevatten.
land is het nieuwe goud geworden. Dit is een voorproefje va
wat
we straks zullen zien. We zijn een ‘ieder-land-voor-zichzelf-wereld’ 
aan het worden, of het nu gaat om olie, water, graan of koper.

      Lester Brown, President van het Earth Policy Institute, een milieuorganisatie in Washington

    4. Onze bevolking groeit, terwijl onze mogelijkheden om de mensen op aarde in leven te houden, aan het afnemen zijn. Wij moeten veranderen
voordat de natuur het voor ons doet. Iedere extra persoon heeft meer eten,
water en energie nodig en produceert meer afval en vervuiling. Zo wordt
 de totale impact op onze planeet groter en ieders portie kleiner, waarbij de rijken veel meer krijgen dan de armen. Per definitie is de totale impact 
en consumptie het product van het gemiddelde per persoon en het aantal mensen. Daarom zijn alle milieutechnische (en ook veel economische
en sociale) problemen gemakkelijker op te lossen als er minder mensen
zijn en worden uiteindelijk onoplosbaar met alsmaar meer mensen.

      Roger Martin, voorzitter van de vereniging Population Matters

    5. Hoewel ik steeds de mensen als vindingrijk en de maatschappij als
veerkrachtig beschouwde, ben ik overtuigd geraakt dat het rampzalig
is geen inspanningen te leveren om de bevolkingsgroei af te remmen
toen ik Afghanistan en Pakistan bezocht. De strijd om sneller scholen en ziekenhuizen te bouwen dan de behoefte eraan ontstond, leek bijna
onmogelijk, net zoals de pogingen om de mensen ervan te overtuigen
dat de regering hun levens meer kan verbeteren dan de Taliban. Toen
ik in Pesjawar zat te luisteren naar een vrouw van midden 20 die zeven
kinderen had en verdrietig zei dat ze er niet nog méér wilde, vond ik dat
ze over de middelen zou moeten beschikken om haar wens te vervullen.

      Bronwen Maddox, redacteur van het tijdschrift Prospect.

     

    Niet bezorgd:

    1. We leven op een overbevolkte planeet. Eén gevolg daarvan is dat natuurrampen zoals de tsunami op Tweede Kerstdag 2004 meer mensenlevens eisen dan in het verleden. Een ander gevolg is dat conflicten vaker over natuurlijke bronnen gaan, zoals olie en water. Alleen samenwerking kan ons redden en daarvoor zijn we afhankelijk van een hervorming van de Verenigde Naties.
      Martin Bell, voormalig BBC-correspondent in Washington en gewezen Brits parlementslid

    2. Het is waarschijnlijk dat de wereldbevolking tussen nu en 2050 met 3 miljard groeit, vooral in de minder ontwikkelde landen. We hebben nooit eerder in zo weinig tijd zoveel groei doorgemaakt. De 21ste eeuw zal later worden geassocieerd met de veroudering van de bevolking, niet alleen in Europa en Japan, maar ook in China, latijns-Amerika en na 2050 ook in India. Maar mensen en maatschappij profiteren van dat langere leven. Dit is een verbetering. Bovendien zijn onze vaardigheden en kennis langer beschikbaar. De gezondheidszorg, de arbeidsmarkt en het sociale zorgsysteem moeten echter worden aangepast.
      Demografisch deskundige Rainer Münz

    3. Het is een wedloop tussen innovatie en de uitputting van bronnen en tot nog toe heeft de innovatie telkens gewonnen. Het gaat zo al duizenden jaren in de geschiedenis van de mensheid en daarom ben ik redelijk optimistisch.
      Willem Buiter, Chief Economist bij Citi en zoon van de Nederlandse econoom Harm Buiter

    4. Thomas Malthus, die in 1798 voorspelde dat de ongebreidelde bevolkingsgroei tot wereldwijde hongersnood zou leiden,
heeft in de afgelopen 200 jaar nog altijd ongelijk gehad. Dus waarom zou hij in de komende 100 wél gelijk krijgen?
      Robert Aliber, professor in de internationale economie en financiën aan de universiteit van Chicago

    5. Bezorgdheid om de bevolkingsgroei is vaak gebaseerd op slechte informatie en slechte bedoelingen, gericht tegen de armen die
‘fokken als konijnen’ of immigranten die ‘ons land overspoelen’. In
die omstandigheden is bangmakerij over de wereldbevolking een vorm van terrorisme en is de ‘bevolkingsbom’ vals alarm. Het echte gevaar is dat als mensen zich vermenigvuldigen, we hen steeds minder gaan waarderen. We moeten waarde hechten aan het mensenleven en het blijven inschatten als kostbaar, zelfs als we met velen zijn.
      Felipe Fernández-Armesto, auteur van The World: A Global History

    6. Wij heten de 7 miljardste wereldburger welkom. Volgens mij ligt de sleutel tot verbetering van de levenskwaliteit van mensen, al dan niet reeds geboren, in de handen van de vrouwen. Vrouwen kunnen dit alleen aan als ze geen honger hebben, als ze naar school kunnen gaan en hun gezin plannen. Dit kan niet als ze arm zijn. Wij in het Westen moeten ervoor kiezen welvaart en rijkdom eerlijker te verdelen. We moeten garanderen dat de 7 miljardste baby naar school gaat en zelf kan kiezen met wie ze trouwt en hoeveel kinderen ze wil.
      Johan Braeckman, professor filosofie, Universiteit Gent

    8 minuten gelezen Nummer 2
  • ineos-colleagues-banner.jpg

    INEOS-collega’s bereiden zich voor op de zwaarste wedstrijd ter wereld

    Waarschijnlijk de koudste wedstrijd ter wereld is de Finnmarksløpet, ‘s werelds meest noordelijke sledehondenrace.

    Aan de start zullen o.a. vakbondsafgevaardigde John Øivind Selmer en mechanieker Øyvind Skogen staan. Beide werken bij INEOS in Noorwegen.

    De concurrentie zal zwaar zijn in deze wedstrijd van 500 km over bergen en bevroren meren bij temperaturen die tot -45 .C kunnen dalen.

    John is een veteraan. Hij heeft al elf maal eerder deelgenomen aan de Finnmarksl.pet, die door velen als de zwaarste ter wereld wordt beschouwd. Daarmee vergeleken is Øyvind een groentje: hij heeft de afstand nog maar één keer eerder afgelegd.

    Beide mannen hebben hard getraind voor deze wedstrijd, die voor de helft in het donker wordt gehouden. Maar ze zijn niet de enigen die in goede vorm moeten zijn als ze samen met 75 andere teams uit Alta vertrekken.

    “Onze honden moeten ook goed worden getraind”, vertelt Øyvind, “en dat betekent dat ze zowel fysiek als mentaal in vorm moeten zijn.

    De mannen verwachten dat het weer erbarmelijk zal zijn. Wat ze het ergste vrezen, is zware sneeuwval en harde wind. “Sommige sledehondendrijvers hebben deze wedstrijd beschreven als een overlevingscursus”, zegt Øyvind.

    Als het weer echter goed is, wordt dit het mooiste winteravontuur van zijn leven. “Als je het noorderlicht ziet, dan is dat fantastisch”, vertelt hij.

    Om te voorkomen dat hun vingers of tenen bevriezen – en dat gevaar ligt in het hoge noorden altijd op de loer – dragen beide mannen verscheidene lagen kleren. “We dragen soms wel zes lagen”, zegt Øyvind.

    Tijdens de wedstrijd krijgen de teams een kans om even bij te komen, omdat hun honden 20 uur moeten rusten.

    “Ik zal tevreden zijn als ik vijf uur slaap krijg”, zegt Øyvind.

    Het allerbelangrijkste is om gehydrateerd te blijven en niet te verdwalen.

    “Het is gemakkelijk om de weg kwijt te raken, omdat er veel scootersporen in de sneeuw zijn in Finnmark”, vertelt Øyvind.

    Als alles volgens plan verloopt, willen John en Øyvind in minder dan 2 dagen en 3 uur eindigen. Dat is namelijk Johns beste tijd. De snelste tijd ooit is 2 dagen en 1 uur.

    2 minuten gelezen Nummer 2
  • ski-race-banner.jpg

    Staffan laat koninklijke tegenstander achter zich in slopende langlaufwedstrijd van 90 km

    Shift-operator Staffan Sandberg ontdekte op 4 maart dat hij iets met de Deense kroonprins gemeen had: ze houden allebei van langlaufen.

    Aan de start van de Vasaloop, een langlaufwedstrijd over een afstand van 90 km tussen de Zweedse plaatsen Sälen en Mora, bleek dat kroonprins Frederik van Denemarken ook deelnam. De Vasaloop wordt beschouwd als één van de zwaarste langlaufwedstrijden ter wereld. Met bijna 16.000 deelnemers is het beslist ook de grootste.

    “Eerst is het een beetje chaotisch, omdat je zo snel mogelijk aan kop wil komen”, vertelt Staffan, die bij INEOS in Stenungsund werkt.

    “Omdat er bij de start zoveel mensen staan te dringen, kun je gemakkelijk een stok breken.” Ondanks de vorst is uitputting het grootste probleem tijdens de wedstrijd, waarin onder meer een lange steile klim zit.

    “Sommige mensen vergelijken deze wedstrijd met een marathon, omdat hij zo lang is”, vertelt hij.

    “Bij het wielrennen hoef je soms even niet te trappen, maar in deze wedstrijd moet je er constant keihard tegenaan.”

    “En op het einde, als je al alles gegeven hebt, wordt het heel zwaar.” Maar Staffan én INEOS zijn er trots op dat hij zijn persoonlijk record met 29 seconden heeft verbeterd door de finish in Mora te bereiken in 4 uur, 22 minuten en 31 seconden.

    De Deense prins deed er ruim twee uur langer over. Volgens de verslaggever eindigde hij met een glimlach, moe maar voldaan.

    “Het was een prachtige dag in de sneeuw,” zei hij.

    De winnaar van dit jaar was Jörgen Brink. Hij verbeterde het parcoursrecord met 16 seconden en bracht het op 3 uur, 38 minuten en 41 seconden.

    2 minuten gelezen Nummer 2
  • exercise-banner.jpg

    Frans personeel werkt aan conditie met Sylvia

    INEOS-personeel in het Franse Lav.ra staat te dringen om fit te worden.

    Meer dan 100 medewerkers gaan naar de wekelijkse fitnesslessen van Sylvia Moreau.

    “Deze sessies zijn niet alleen goed voor het lichaam, maar ook voor het moreel”, vertelt één van hen.

    Sylvia staat bekend om haar enthousiasme en doorzettingsvermogen. Ze begon twee jaar geleden met haar lessen, nadat ze toestemming had gekregen om een ongebruikte ruimte op de vestiging in te richten.

    INEOS zorgde voor een ruimte met kleedkamers, waar Sylvia mensen kan coachen, elke week driemaal tijdens de lunchpauze en tweemaal na het werk.

    1 minuut gelezen Nummer 2
  • childeren-reach-for-banner.jpg

    Kinderen leren hoog te mikken

    Een vader die een INEOS-fabriek in Texas leidt, helpt kinderen al jarenlang hoog te mikken.

    2012 vormt voor Bob Bradshaw geen uitzondering.

    Dit jaar coacht hij vier basketbalteams van spelers tussen de 12 en 20 die aan de Special Olympics gaan deelnemen. Als het net zo zal gaan als in de afgelopen drie jaar, zou er best eens een gouden medaille kunnen worden behaald.

    Het speciale aan deze basketballers is dat hoewel ze allemaal een mentale beperking hebben, ze verschrikkelijk graag willen leren.

    “Het geeft zoveel voldoening om te zien hoe ze vaardigheden ontwikkelen en deel worden van iets dat groter dan henzelf is”, zegt hij.

    Bob, manager in de fabriek van La Porte, Texas, besloot aan het einde van de jaren 1980 om hulpcoach te worden voor de Special Olympics. Dit was bijna 20 jaar nadat hij voor het eerst een Special Olympics had bijgewoond te Soldier Field in Chicago.

    “De ervaring om die sportlui en hun wedstrijdvreugde te zien heeft me nooit losgelaten”, zegt hij.

    Eerst coachte hij twee jaar lang voor volleybal-, basketbal- en hardloopevenementen in Chicago, maar hij stopte toen zijn oudste twee kinderen werden geboren.

    Het gezin verhuisde naar Houston en in 1993 werd hun jongste zoon Sammy geboren. Het lot wilde dat ook Sammy een mentale beperking heeft, meer bepaald het syndroom van Down.

    Toen Sammy acht was, besloot Bob dat het tijd was om de draad van de balspelen terug op te nemen. En op die beslissing is hij nooit meer teruggekomen.

    In de afgelopen 11 jaar leerde hij Special Olympiërs om te volleyballen, softballen, zwemmen en basketballen.

    Zijn grootste passie is en blijft echter basketbal.

    “Die jongeren krijgen maar weinig kansen om deel van een team uit te maken”, vertelt hij. “Hen die kans bieden, biedt veel voldoening.”

    Er zijn nu vier miljoen Special Olympiërs in 170 verschillende landen.

    De winnaars van lokale oefenwedstrijden bestrijden mekaar in regionale voorronden voor een plaats in de nationale finales.

    De allerbesten van hen ontmoeten elkaar op de Wereldspelen. De volgende zomerwereldspelen vinden plaats in Korea in 2014.

    3 minuten gelezen Nummer 2
  • lavera-invests-77m-banner.jpg

    Lavéra investeert €77 miljoen om emissies terug te dringen

    De raffinaderij van Lav.ra investeert €77 miljoen in een reeks projecten die zullen bijdragen aan het aanzienlijk terugdringen van onze uitstoot: 50% minder SOx (zwaveloxiden) en 40% minder NOx (stikstofoxiden).

    De eerste stap werd eind februari gezet, bij de inwijding van de nieuwe ontzwavelingsinstallatie of SRU, die gekoppeld zal zijn aan een restgasverwerkingsinstallatie (TGTU).

    De bouw van deze twee installaties is in januari 2010 van start gegaan. De uitdaging lag in de geringe ruimte die voor de installaties beschikbaar was en de beperkte toegang.

    Bij het ontwerp en de planning van de bouwwerkzaamheden moest hiermee grondig rekening worden gehouden. Op de drukste momenten waren er ruim 150 mensen aan het werk en daarom golden voor iedereen strenge veiligheids-, gezondheids- en milieuregels.

    De nieuwe SRU en TGTU maken gebruik van de best beschikbare technologie.n. Uiteindelijk wordt 99,5 % van alle zwavel verwijderd, wat betekent dat de SOx-uitstoot 25% lager zal liggen.

    Het tweede project beoogt de stoomproductie in de raffinaderij, maar dat wordt een ander verhaal.

    1 minuut gelezen Nummer 2
  • pupils-get-the-buzz-banner.jpg

    Scholieren raken geïnteresseerd in wetenschap en technologie op jaarlijkse technische beurs van INEOS

    INEOS heeft een volgende generatie kinderen laten kennismaken met de wonderen van de wetenschap.

    Vertegenwoordigers van de vestiging in Grangemouth waren op de jaarlijkse INEOS-beurs voor wetenschap, techniek en technologie om schoolkinderen te helpen een dag lang ‘ingenieur’ of ‘wetenschapper’ te zijn.

    “In een industrietak waar elke dag van wetenschap en technologie gebruik wordt gemaakt, is het belangrijk dat we de volgende generatie aanmoedigen om op de middelbare school voor deze vakken te kiezen”, vertelt David East, Communication Manager op de Schotse vestiging.

    Tijdens de beurs, die 12 dagen duurde, kwamen bijna 1800 kinderen van 10 en 11 jaar uit 53 plaatselijke scholen naar het Grangemouth Stadium om op een leuke manier in een wondere wereld binnen te stappen.

    Tijdens een serie interactieve workshops zagen de kinderen hoe je:

    • elektrische stroom regelt,

    • elektrische circuits met een batterij maakt,

    • onderdelen voor robots ontwerpt en bouwt, en onder andere

    • raketten gereed maakt voor lancering en een parachute ontwerpt voor hun veilige terugkeer.

    “Bij dit evenement gaat het erom dat kinderen leren dat wetenschap en technologie leuk kunnen zijn,” vertelt de heer East.

    Tijdens de beurs wees het team van het Glasgow Science Centre op het belang van wetenschap en hoe de vakken biologie, scheikunde en natuurkunde tot carrières kunnen leiden.

    Het evenement werd gesteund door INEOS partners Global Science, Scottish Power en de gemeente Falkirk en werd gehouden tijdens de nationale week van de wetenschap in Schotland.

    Frank McKeever, woordvoerder van Global Science, zei dat het INEOS-evenement nu wordt beschouwd als het belangrijkste op gebied van wetenschap, technologie, techniek en wiskunde in het district Falkirk.

    2 minuten gelezen Nummer 2
  • interview-banner.jpg

    INEOS Capital: Interview met Jim Ratcliffe

    INEOS blijft groeien en zich ontwikkelen. Het kwam sterker uit de crisis, de bedrijven groeien aanzienlijk en de onderneming vormt strategische joint ventures in nieuwe en opkomende markten. Het bedrijf waarvan men zei dat het ‘meteen de draad weer op zou pakken na de recessie’ heeft zonder twijfel goed gepresteerd tijdens 2010 en de eerste helft van 2011 ziet er goed uit terwijl markten afnemen naarmate het eind van het jaar naderbij komt.

    In dit interview praat Tom Crotty, Group Director for Corporate Affairs & Communications in alle openheid met Jim Ratcliffe over zijn prioriteiten voor INEOS, de problemen die het bedrijf tegenkomt en over hoe hij de toekomst ziet.

    Video

    INEOS Capital Interview

    00:00

    TC: Hoe kan het dat ondanks dat INEOS een van ’s werelds grootste chemische bedrijven en nummer 318 van de Fortune 500 is, er nog steeds naar het bedrijf wordt verwezen als het grootste bedrijf waar de wereld nog nooit van gehoord heeft?

    JR: Ik denk dat de reden waarom niemand van
INEOS gehoord heeft, simpelweg is omdat we geen consumentproducten hebben, dus raken we de gewone man op straat niet zo duidelijk als andere bekende bedrijven, zoals Coca Cola, maar ook andere bedrijven die ongeveer hetzelfde doen als INEOS zoals BP of Exxon met benzinestations. We zijn echter wel uit de schaduw getreden toen we BP verkregen, wat een grote transactie was en door de grootte ervan zijn we bekend geworden. Dus ik denk dat we wat meer aan ons imago moeten gaan werken. Eerder hadden we hier geen tijd voor omdat we altijd gefocust waren op onze zakelijke activiteiten. Om de sympathie te winnen van politici en voor het aanwerven van afgestudeerden is het behoorlijk belangrijk dat mensen wat bekender zijn met het merk INEOS dan nu het geval is.

    TC: Onze inkomsten zijn drastisch gekelderd in de malaise van 2008/2009 maar we zijn er goed doorgekomen. Hoe ziet u INEOS vandaag?

    JR: Het is duidelijk dat we onze inkomsten en winst aanzienlijk zagen dalen tijdens de crisis, maar dit
was voor bijna alle fabrikanten het geval. We zijn
hier inderdaad best goed uitgekomen. We voerden wijzigingen door en beperkten de kosten, ik denk dat we er beter uit zijn gekomen dan veel andere bedrijven, zeker in onze bedrijfstak. Veel mensen hebben die malaise, de ergste die we gezien hebben tijdens ons professionele leven, niet overleefd. Het bedrijf verkeert vandaag de dag in veel betere staat, schulden zijn verminderd, de handel was in de eerste helft van dit jaar extreem goed en vorig jaar was heel redelijk. Dus ik denk dat we vrij positief naar de toekomst kunnen kijken.

    TC: We hebben de malaise van 2008 en
2009 overleefd, maar net nu we weer aan het terugkrabbelen zijn, komt er weer een financiële crisis. Wat betekent dit voor INEOS volgens u?

    JR: Het is moeilijk om in de toekomst te kijken. Ik denk niet dat we weer een zelfde situatie krijgen als in 2008,
de visie van de afgelopen paar jaar is dat we na de crisis in 2008/2009 een stabiele verbetering krijgen, maar dit zal geen rechte lijn zijn. Er zullen altijd fluctuaties zijn, dit is waarschijnlijk een van de grotere fluctuaties, maar ik denk niet dat het terugvalt in dezelfde situatie als in 2008/2009. Ik denk dat we nu beter in staat zijn om om te gaan met de bodem van de cyclus. Chemicaliën zullen altijd conjunctuurgevoelig zijn. Het is in zekere zin nutteloos om
te voorspellen wanneer de wereld op de goeie weg is en wanneer de wereld stilligt. Als we dat konden doen, waren er wel makkelijkere manieren om geld te verdienen! Ik denk dat we gewoon moeten zorgen dat we in goede staat zijn op de bodem van de cyclus, en dat zijn we, volgens mij.

    TC: Het bedrijf groeide erg snel door verwerving, nu bevinden we ons echter in een heel andere wereld met veel minder beschikbaar krediet. Wat voor effect zal dit hebben op ons ondernemingsmodel?

    JR: Het heeft zonder twijfel het ondernemingsmodel veranderd, omdat de beschikbaarheid van krediet in
het westen veranderd is. De andere verandering die
we zien in de wereld is dat veel van de economische kracht in de wereld verschuift van het westen naar het oosten. Dit is de andere grote verandering, dus ik denk dat INEOS zich meer op het oosten zal gaan richten, omdat daar krediet beschikbaar is. In het westen hebben we enorme handelstekorten, het oosten daarentegen heeft enorme handelsoverschotten, een aantal van die handelsoverschotten vinden hun weg in het bankwezen en worden beschikbaar als krediet, dus ik denk dat INEOS zich met een aantal verschillende projecten op het oosten gaat richten.

    TC: Op dit moment hebben we dus joint ventures met PetroChina, Styrolution en wellicht met Sinopec. Denkt u dat we nu moeten overwegen om naar het Midden-Oosten te gaan en zouden joint ventures daar werken?

    JR: Ik denk dat als je naar deze gebieden van de wereld gaat, die erg verschillen van wat wij gewend zijn, je een partner nodig hebt. Als je dat niet doet, raak je in de problemen want de leercurve is vrij steil en kan erg lang zijn. Ik vind dat het goed is voor ons dat we partners in bijvoorbeeld China hebben.

    Het Midden-Oosten? We hebben vaak nagedacht over het Midden-Oosten. Als we er ooit voor kiezen om daar verder te gaan, ben ik er zeker van dat we een partner zouden hebben. Je moet echter rekening houden met
het feit dat er daar geen eindmarkten zijn. De woestijn is geen logische plek om chemicaliën te fabriceren. Het is een behoorlijk moeilijke omgeving. Vervolgens moeten de eindproducten verscheept worden. Er moeten dus goede redenen zijn om te starten met het investeren van kapitaal in het Midden-Oosten, daarmee bedoel ik toegang tot erg competitieve grondstoffen. Dat is de echte reden voor ontwikkeling in die regio, en het is natuurlijk niet zo makkelijk als je denkt om toegang te krijgen tot dergelijke goedkope grondstoffen. Het meeste van ons werk in
de regio bestaat uit het ontwikkelen van relaties en het identificeren van grondstoffen.

    TC: Het bedrijf werkt aan het maken van bio-ethanol uit afval. Wat voor kans is dat voor INEOS?

    JR: Dat is op dit moment de spannendste kans voor INEOS, zeker ons spannendste nieuwe project. Het grootste voordeel van die specifieke technologie is dat het extreem flexibel is. Bijna elk soort organisch afval
kan worden omgezet in ethanol, een brandstof, en
een beetje elektriciteit exporteren naar het net. Dat is behoorlijk spannend. Ten eerste is er een hele hoop organisch afval in de wereld. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de suikerrietindustrie, er wordt suiker geproduceerd van suikerriet, maar twee derde van het afval is troep
die niet meer gebruikt wordt. Die troep kan omgezet worden in brandstof. Daarnaast is er natuurlijk een
hoop huishoudelijk afval in de wereld, er is een hoop constructie- of houtvesterij-afval, enzovoorts. Ten tweede heeft de wereld een probleem met brandstof, olie wordt steeds duurder omdat het schaarser wordt, dat komt doordat het moeilijk te verkrijgen is, of omdat het zich bevindt in geografisch moeilijke plaatsen. We beschikken dus over een proces dat een oplossing biedt voor beide problemen, het omzetten van organisch afval in brandstof en het exporteren van een beetje elektriciteit.

    We zijn op het moment een fabriek in de Verenigde Staten aan het bouwen voor een bedrag van ongeveer $150 miljoen. Deze proeffabriek wordt in 2012 in bedrijf gesteld in Florida. Als dat succesvol is en als je erg, erg optimistisch bent, kun je je voorstellen dat dergelijke fabrieken net als Starbucks over de hele wereld gebouwd worden en
een of andere vorm van afval omzetten. Boerenafval of
de afval van een klein dorpje in Duitsland of Engeland wordt omgezet in de brandstof die je in je auto stopt. Of erg grote faciliteiten die de afval van Chicago omzetten in grote hoeveelheden brandstof of elektriciteit. Het is dus een heel erg spannend project dat hopelijk succesvol blijkt, dat zouden we moeten weten in 2012 of 2013.

    TC: Kijkend naar de toekomst, hoe denkt u dat INEOS het juiste kaliber mensen kan aantrekken om het bedrijf verder te
laten groeien?

    JR: Ik denk dat INEOS vooral een kapitaalintensief bedrijf is. We hebben in feite niet zoveel mensen, dus de mensen die we hebben moeten extreem goed gekwalificeerd zijn, wat betekent dat we een hoop gediplomeerden in onze organisatie hebben. Daarnaast hebben we veel extreem goede mensen geërfd via de verscheidene verwervingen van eersteklas bedrijven. Tijdens het proces van inbedden van die bedrijven bij INEOS en door de malaise van 2008/2009, hebben we de organisatie natuurlijk moeten inkrimpen, en het leek ons niet gepast om tijdens periodes zoals deze door te gaan met het werven van veel nieuwe gediplomeerden. Het is zeker belangrijk dat we het proces van aanwerven van eersteklas afgestudeerden voortzetten. INEOS is volgens mij een leuke plek om te werken omdat mensen veel verantwoordelijkheden krijgen en zich snel omhoog kunnen werken in de organisatie, vooral omdat we de afgelopen tien jaar niet zoveel gediplomeerden hebben aangenomen.

    TC: Hoe ziet u de toekomst voor INEOS, waar ziet u het bedrijf over tien jaar?

    JR: Ik heb het opgegeven om de toekomst te voorspellen. Het is te moeilijk, zeker over een periode van tien jaar. Het is, ook al beheer ik het bedrijf, moeilijk om te voorspellen waar INEOS dan zal staan omdat we de afgelopen 12 tot 13 jaar opportunistisch zijn geweest. Het enige dat je kan zeggen over de komende jaren is dat in 2020/2025, wat betreft consumptie van chemicaliën, China op hetzelfde niveau zal zitten als de rest van
de wereld bij elkaar. Het zal dus een soort tweede planeet aarde zijn wat betreft de vraag naar chemische producten. Als China op dit ritme blijft voorgroeien, is
het duidelijk waar het zich zal bevinden. Zijn vraag zal dan even groot zijn als die van Europa en Amerika bij elkaar! Als we kijken naar onze faciliteiten, hebben we veel fenolfabrieken en acrylonitrilfabrieken, enzovoorts, maar ze bevinden zich allemaal in Amerika of Europa. We hebben niks in China, dus ik denk dat als we tien jaar vooruit kijken, dat het me zou verbazen als we dan geen aanwezigheid en redelijke voetsporen in China hebben. Het lijkt mij logisch, mits we tenminste een logische weg naar deze territoria kunnen vinden.

    TC: De laatste vraag: waar ligt u ‘s nachts wakker van?

    JR: Dat Manchester United eind oktober met 6-1 wordt ingemaakt door Manchester City!

    Nee serieus, het enige waar ik ‘s nachts van wakker
lig is veiligheid. Die staat op de eerste plaats bij INEOS en zal altijd op de eerste plaats blijven bij INEOS.
Het is altijd het eerste waar we over praten tijdens bestuurvergaderingen. Veiligheid staat altijd op de eerste plaats.

    20 minuten gelezen Nummer 1
  • inch-1-2-banner.jpg

    INEOS Cijfergewijs

    Na de economische malaise in 2009, waren de handelsresultaten van INEOS aanzienlijk beter in 2010, deze trend bleef zich voortzetten tijdens de eerste helft van 2011. Het vertrouwen in de wereldwijde economie nam echter in de tweede helft van het jaar af en de vraag liep terug, dus wat staat het bedrijf in 2012 te wachten? Terwijl 2011 ten einde loopt, vertelt John Reece zijn mening hierover.

    INEOS weet hoe het zich moet gedragen tijdens een recessie. Tijdens de crisis van 2008/2009 handelde het bedrijf snel om kasgeld en kosten te beheren. Alles wat bestuurbaar was, werd streng beheerd. Het bedrijf was in redelijke staat toen de economische malaise de meeste, of bijna al zijn markten omver blies.

    Doordat we de kosten verminderd hebben, rendement verbeterd hebben en niveaus werkkapitaal verminderd hebben, zeiden sommige mensen toen de economie weer aantrok dat INEOS ‘de draad meteen weer zou oppakken na de recessie’.

    ‘Tussen 2009 en 2010 hebben we €200 miljoen aan vaste kosten bespaard en dat hebben we kunnen behouden, dat is een van de redenen waarom we nog steeds zo succesvol zijn’ zei John Reece, financieel directeur van INEOS AG.

    De prestaties van 2010 tonen dat dit waar is, met jaarinkomsten die 70% hoger liggen dan in 2009. De vraag bleef toenemen en het leek erop dat ook 2011 records zou breken. In de eerste helft van het jaar gebeurde dat inderdaad: INEOS had twee recordkwartalen en in september lag het ver voor op 2010. De resultaten voor de eerste helft van 2011 waren beter dan voor heel 2009.

    De bedrijfsstructuur was ook aanzienlijk verbeterd in 2011. In juli werd de deal met PetroChina afgerond die bestond uit het opstellen van een raffineringsjoint venture met een van de grootste bedrijven van de wereld. Dit was een enorm transformationele deal voor de groep. Het bedrijf heeft hierdoor $1 miljard aan bankschulden kunnen aflossen waardoor de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen van 4,4 keer EBITDA naar ongeveer 3,5 keer EBITDA verlaagd kon worden.

    ‘Het probleem met raffineren is dat alles tien keer groter is dan de
grootte van onze andere bedrijven, dus de werkkapitaalschommelingen zijn tien keer zo groot en de kapitaaluitgaven zijn tien keer zo groot. Het wegnemen van raffineren uit de groep en het plaatsen ervan in een aparte financiële structuur maakt enorm veel verschil, daarom is PetroChina een transformationele deal.’ Zei John.

    Video

    INEOS Cijfergewijs: Interview met John REECE

    00:00

    INEOS presteerde sterk tijdens de eerste helft van 2011. Dit werd
echter volledig omgegooid in de tweede helft van het jaar. Doordat
een aanzienlijk deel van de producten van het bedrijf naar duurzame consumptiegoederen gaat, neigt het bedrijf ernaar om bij te dragen aan het bruto binnenlands product (BBP). En toen in de zomer het vertrouwen in de wereldeconomie begon af te nemen, was het geen verrassing dat de vraag naar de marges en de inkomsten van INEOS-producten aanzienlijk begonnen te dalen.

    In Europa hebben zorgen over staatsschulden en de potentiële invloed daarvan op de euro, geleid tot onzekerheid en een vermindering van de vraag. De vraag is ook gedaald in Noord-Amerika, echter deze regio blijft goede inkomsten presenteren, gedeeltelijk afkomstig van de beschikbaarheid van goedkoop schaliegas. 50% van de EBITDA van dit jaar is afkomstig uit de VS, verwacht wordt dat dit zo voort blijft gaan.

    In China zijn in november de productieactiviteiten voor de eerste keer in bijna drie jaar gekrompen, daarbij komt de angst voor de gezondheid van de wereldwijde economie. Echter, INEOS verwacht dat de groei in deze markt, naar wereldwijde maatstaven gemeten, toch relatief sterk zal blijven. De economie van China is met 9,1% gegroeid in het derde kwartaal, langzamer dan 9,5% in het tweede kwartaal, maar toch een benijdenswaardige groei.

    ‘We verwachten dat de groei in Azië op de lange termijn zal blijven doorgaan, ondanks de huidige onvermijdelijke vertragingen.’ vertelt John.

    ‘Beijing is begonnen aan een nieuwe ronde van monetaire versoepeling na meer dan twee jaar steeds strakkere beleidvorming. Door de hoeveelheden depositogelden die hun banken reserve moeten hebben bij de centrale bank, te verminderen, zullen de beperkingen voor het verstrekken van leningen worden versoepeld, het equivalent van het injecteren van ongeveer $63 miljard in de economie.’

    INEOS is reeds goed geplaatst in Noord-Europa en Noord-Amerika en kijkt nu naar het Verre Oosten. Een ander voordeel van de PetroChina-deal is dat de twee bedrijven nu een erg goede relatie hebben, de twee willen deze relatie versterken door belangen uit te breiden naar andere INEOS-producten.

    De wereldwijde economische en politieke turbulentie heeft aarzeling gecreëerd in veel markten, wat aan het eind van dit jaar leidt tot
een vermindering van de vraag in een aantal sectoren. INEOS heeft aangegeven dat EBITDA voor het derde kwartaal van 2011 €371 miljoen was, in vergelijking met €464 miljoen in het derde kwartaal van 2010 en €576 miljoen in het tweede kwartaal van 2011.

    ‘De vraag in het vierde kwartaal bleef zwak, dit verwachten we ook voor het eerste en tweede kwartaal, pas in de tweede helft van het jaar zal de vraag weer een beetje aantrekken’ zei John. ‘Op dit moment zien we 2012 als een jaar van stilstand wat betreft EBITDA. Als je echter kijkt naar ons aantal verminderde kapitaaluitgaven
en het voordeel van lagere belasting in Zwitserland, zullen we nog steeds cashflow produceren en enkele schulden aflossen, wat ons voornaamste doel is.’

    Een ander belangrijk doel, als we een stabiele kredietmarkt krijgen, is naar buiten treden en herfinancieren. Dat willen we zeker doen in 2012.

    ‘Als we eenmaal in 2012 zijn, zullen we gefocust zijn op herfinancieren, dat zal een functie zijn van de kredietmarkten. Het is moeilijk om dat op dit moment te doen – kijk maar wat er in Griekenland allemaal aan de hand is. De kredietmarkten zijn veel onstabieler dan de chemische markten, maar we denken wel dat ze zullen aantrekken. Er komt veel liquiditeit in de hoog rendement-markt van de VS, daarom moeten we, naar mijn mening, zeker in het tweede kwartaal van volgend jaar denken aan herfinanciering.’

    John concludeert: ‘Het bedrijf INEOS heeft een nauwe band met het BBP. Onze chemische producten eindigen of als consumptieartikelen of als gebruiksgoederen,
dus worden we altijd blootgesteld aan de wereldwijde vraag. We zijn zeker op de proef gesteld tijdens de zwaarste recessie van de afgelopen 30 jaar, maar we zijn er nog en onze financiële positie is vandaag de dag beter dan toen we de crisis van 2008 ingingen. We moeten het hoofd boven water houden in de heersende economische cyclus, daar is geen twijfel over mogelijk, maar ik denk dat we goed in staat zijn dat te doen.’

    14 minuten gelezen Nummer 1
  • safety-banner.jpg

    Veiligheid eerst

    Veiligheid is de hoogste prioriteit voor senior management
en werknemers van de 15 bedrijven van INEOS. Continue verbeteringen echter, hebben een continue focus nodig. Dus verlegt het bedrijf het toewijdingsniveau vanaf begin 2012 naar een hoger niveau.

    INEOS blijft een verbeterende trend zien bij zijn veiligheidsprestaties in de individuele bedrijfsunits. Toch zal in januari Tony Traynor, operations director van de INEOS-groep, op groepsniveau verantwoordelijk worden voor gezondheid, veiligheid en milieu (HSE) met een belangrijke toezichtsfunctie voor procesveiligheid en de veiligheidscultuur. ‘Mijn functie,’ zegt hij, ‘is ervoor zorgen dat er zaken kunnen gebeuren en ervoor zorgen dat we het beste halen uit gedeelde toppraktijken in onze bedrijven en in andere bedrijven in de sector.’

    Traynor zal in een positie zitten van waar hij toezicht heeft over het hele bedrijf. Zodat ik ‘als we trends identificeren die aangepakt moeten worden, dit kan bespreken met de operations directors 
[in de bedrijven] en we samen kunnen werken aan de problemen.’ Hij zal ook de resultaten van onderzoeken naar bijna-ongevallen of incidenten beoordelen en ervoor zorgen dat alle zorgpunten aangepakt worden en leerervaringen gedeeld worden.

    Hij vertelt dat het altijd van essentieel belang is geweest dat
alle INEOS-bedrijven maandelijks rapporteren over alle kritieke veiligheidszaken en de betrouwbaarheid van bedrijfsmiddelen en dat operations directors reageren op de CEO’s van elk bedrijf. De focus heeft z’n vruchten al afgeworpen, de ongevallencijfers zijn voor INEOS-werknemers en aannemers bijvoorbeeld met de helft verminderd in het afgelopen decennium, van 0,81 geclassificeerde ongevallen per 100.000 werkuur in 2002 naar 0,19 in 2011.

    Wat betreft de belangrijkste parameters focust INEOS het meest
op persoonlijke ongevallen, milieuprestaties, niet-naleving van regelgevingen, integriteit van bedrijfsmiddelen en productvrijzetting, inspectiecijfers en incidenten/bijna-ongevallen. Wat betreft dat laatste, bestaat er volgens Traynor een onmisbaar systeem voor het rapporteren en meten van bijna-ongevallen. ‘Des te meer we op de hoogte zijn van bijna-ongevallen, des te groter de kans dat we ervan leren en zodoende kunnen voorkomen dat echte ongevallen plaatsvinden. Om deze reden raden we ons personeel ten zeerste aan elk bijna-ongeval te rapporteren.’

    Traynor, die productie-ervaring opdeed bij ICI Acrylics voordat hij operations director werd,
 eerst bij INEOS Chlor en vervolgens bij INEOS Refining, verklaart dat INEOS als bedrijf drie krititieke succesfactoren heeft: ‘nummer 1 is het veilig beheren van onze fabrieken; nummer 2 is fabrieken zo hard mogelijk te laten werken en nummer 3 is te werken aan een zo laag mogelijke kostenbasis. Efficiëntie, betrouwbaarheid en beheerveiligheid zijn allemaal met elkaar verbonden en zijn van essentieel belang voor het succes van al onze bedrijven.’

    Om verbeteringen in veiligheidsprestaties door te voeren, heeft Traynor een initiatief van het INEOS- procesveiligheidsmanagementteam geleid voor
het ontwikkelen van twee sets van 10 belangrijke principes die de standaard zullen zetten in het hele bedrijf. Deze zijn ontwikkeld door gebruik te maken van ervaring en leerervaringen die de afgelopen jaren in INEOS zelf zijn opgedaan, maar ook door te leren van bekende externe incidenten zoals de explosie van BP’s Texas City en de Buncefield opslagtankexplosie in het Verenigd Koninkrijk.

    Traynor is de juiste persoon om deze externe leerervaringen in te brengen, aangezien hij de voorzitter was van de Process Safety Leadership Group (groep procesveiligheidsautoriteit) in
het Verenigd Koninkrijk. Deze groep werd in 2007 na Buncefield opgericht met als taak het aansturen van hoge standaarden van leiderschap in procesveiligheid en het voltooien van de implementatie van de onderzoeksaanbevelingen t.a.v. Buncefield in de hele sector.

    Eén reeks principes gaat over het management
van procesveiligheid, vertelt Traynor, terwijl de tweede reeks gaat over menselijke factoren
of veiligheidscultuur en gedrag. ‘Dit zijn geen procedures die we uitvaardigen’ benadrukt hij, ‘maar principes die de manier waarop we handelen beschrijven.’ In de loop van het jaar zullen deze worden gedeeld met iedereen in het bedrijf.

    De procesveiligheidsprincipes zijn gericht op technisch niveau om te verzekeren dat de juiste leiding en waardes gebruikt worden om de integriteit te behouden van bedrijfsmiddelen, zegt Traynor. ‘Wat betreft veiligheidsbeheer willen we dat de fabriek altijd in de meest veilige staat verkeert. Dit betekent in alle gevallen dat veiligheid belangrijker is dan productie. Er zijn een aantal dingen waarover je moet beschikken, zoals ervaren mensen met de juiste training. Het is van essentieel belang dat de bedrijfsmiddelen op de juiste manier behouden worden, om de integriteit ervan te verzekeren. We willen productvrijzetting vermijden, dat is de basis van de veiligheid van onze fabrieken.’

    Wat de menselijke factoren betreft voegt hij toe: ‘Het draait allemaal om het bijbrengen van
de juiste waardes en het juiste gedrag zodat mensen begrijpen dat bij ons niet productie maar veiligheid op de eerste plaats komt. We verwachten niet van individuen in de fabrieken dat ze risico’s nemen, dus moeten we de juiste cultuur aanmoedigen en verzekeren dat de juiste risicobeoordelingen gebruikt worden.’

    Traynor voegt toe dat de principes algemeen van toepassing zijn, zodat iedereen die op een INEOS- plek werkt, beschermd wordt. ‘We willen geen verschillende waarden in individuele fabrieken, en we willen niet dat onderscheid wordt gemaakt tussen INEOS-werknemers en onderaannemers.’

    Gezien INEOS’ groeigeschiedenis door verwervingen, is er een breed scala aan culturen in de groep. Maar, zegt Traynor, ‘veiligheid
is onze hoogste prioriteit en vanuit die basis stellen we algemene waardes en principes vast. Hoe deze uiteindelijk geleverd worden, wordt beïnvloed door cultuur, maar het belangrijkste is dát ze geleverd worden.’

    Traynor weet dat hij voortbouwt op een reeds eervolle veiligheidsprestatie die nog steeds verbetert. INEOS doet het in het eerste kwartiel van petrochemische bedrijven goed wat betreft geclassificeerde ongevallencijfers. Bij sommige producenten, voegt hij toe, liggen de cijfers twee keer zo hoog als bij INEOS. Echter, merkt hij op, ‘We beschouwen ExxonMobil als de beste van de klas, we zijn nog niet zo goed als zij maar het scheelt niet zoveel!’

    Het komende jaar wil Traynor in zijn nieuwe functie aan het werk gaan met zijn passie
voor het bereiken van continue verbetering in veiligheids-, gezondheid- en milieuprestaties. Zijn belangrijkste prioriteit is het bezoeken van INEOS-plekken om zijn opvattingen te bespreken en zijn gedachtegoed te delen met betrekking tot de twee reeksen principes. ‘Ik wil dat mensen ze begrijpen, aannemen en verwezenlijken’, merkt hij op.

    Hij erkent dat bedrijven natuurlijk niet met een schone lei beginnen. Alle bedrijven gebruiken reeds hun eigen veiligheidsmanagementsystemen. ‘Ik wil dat ze de nieuwe principes bekijken en vergelijken met hun bestaande systemen, zodat ze zien wat de verschillen zijn. Ze kunnen er vervolgens van leren en verder gaan. Met het groepsbrede toezicht kunnen we volgens mij onze leerervaringen versnellen zodat we een steeds verbeterende prestatiecurve blijven zien,’ besluit Traynor.

    8 minuten gelezen Nummer 1
  • out-of-reach-banner.jpg

    Buiten bereik

    James Cracknell verdiende zijn plaats in de geschiedenis door tweemaal een gouden Olympische medaille te winnen: 
in Sydney 2000 en Athene 2004 in het ‘lichte vier - zonder’ roeiteam. Hij behaalde ook 6 gouden wereldkampioenmedailles in roeien. Sinds 2004 ging hij alle mogelijke uitdagingen aan waaronder de ‘Marathon des Sables’ door de Sahara-woestijn in 2010

    Mijn eerlijke antwoord op de vraag: ‘Hoe voelt het nu echt om de Olympische Spelen te winnen?’ lijkt de bevraagde altijd iets te verwarren. Oordeel zelf, ondanks tegenslagen heb ik er ten eerste nooit aan getwijfeld een gouden medaille te winnen en ten tweede, het vertrouwen dat winnen me geeft in het opstellen en behalen van doelstellingen op andere gebieden van het leven is van onschatbare waarde.

    Zeker, zeggen dat je de Olympische Spelen
gaat winnen, duidt op een zekere graad van zelfvertrouwen, maar waar je ook naar streeft, zonder het opstellen van een sterk plan van aanpak gaat dat nooit gebeuren. Het bouwen van een ladder van je huidige niveau naar dat van een winnende prestatie op Olympisch niveau, heeft me het vertrouwen gegeven dat waar een wil is, een weg is.

    Ik realiseerde me dat die antwoorden niet zo emotioneel zijn en racen voor 100.000 mensen
is zeker een fenomenale ervaring, maar ik kan
me ook vinden in de laatste scène van Rocky 3. Apollo Creed en Rocky Balboa hebben allebei hun laatste wedstrijd gewonnen en vechten nu in een lege gymzaal alleen maar om uit te vinden wie nu echt de beste is. Ik begrijp dat dat niet de meest elegante vergelijking is, maar het gaat meer om de persoonlijke bevrediging dan om publieke aandacht.

    Toen ik van school ging, ging ik roeien bij dezelfde club als Steve Redgrave (die al een aantal gouden Olympische medailles in zijn kluisje had liggen),
 ik dacht dat als ik hem één keer per maand kon verslaan, dat zou verhogen naar één keer per week en uiteindelijk naar elke dag, ik zou bewijzen dat ik over genoeg talent beschikte om te winnen tijdens de Olympische Spelen. De grote man zelf had ook wat overreding nodig, hij coachte me tijdens de voorbereidingen voor de Wereldkampioenschappen voor min 18-jarigen. Tijdens de eerste trainingssessie sloeg ik om, dus ik dacht niet dat dat het beste moment was om hem te vertellen dat we over tien jaar samen zouden racen op de Olympische Spelen.

    Dat scenario leek zeven jaar later nog niet echt realistisch als gevolg van een nutteloze tegenslag. 
Ik was geselecteerd voor de Olympische Spelen in Barcelona van 1992 maar brak mijn schouder tijdens een rugbywedstrijd. Ik kreeg het aanbod om als reserve mee te reizen maar anders dan reserve zijn bij voetbal, kun je niet echt de boot in geparachuteerd worden als de wedstrijd begonnen is en het niet zo goed gaat. Dus ik besloot niet te gaan, aan de ene kant had ik een leuke zomer, aan de andere kant verloor ik mijn sponsors dus moest ik het trainen combineren met een baan terwijl ik me voorbereidde op de Olympische Spelen in Atlanta van 1996.

    Het verschil tussen een fulltime atleet en het combineren van werk met trainen is niet de hoeveelheid training maar de beschikbare tijd om het lichaam te laten rusten zodat het kan herstellen. Ik ging naar de Spelen in Atlanta en liep op de dag van de openingsceremenie een amandelontsteking op (waarschijnlijk als gevolg van een verzwakt immuunsysteem), dus bracht ik de Spelen door in quarantaine. Dat waren de tweede Olympische Spelen waarvoor ik geselecteerd was, maar ik had het nog niet gebracht tot de startlijn.

    De Olympische Spelen van 1996 waren vreselijk voor team GB, we wonnen één gouden medaille
en dat was Messrs Redgrave and Pinsent. In plaats van de handschoenen toe te werpen naar iedereen om diens kwaliteiten te testen, kondigde Steve aan dat hij op de Olympische Spelen in Sydney een vier zonder stuurman ging doen. Zelfs met alleen mijn basisschoolkennis van wiskunde kon ik uitrekenen dat ze nog twee mensen nodig hadden. Het selectieproces is objectief in plaats van subjectief, er werd niet gekeken naar wie er tijdens een aanval het beste naast Wayne Rooney kon worden opgesteld. Als ik in alle selectiecriteria goed zou presteren, kon ik, ondanks dat ik in het verleden een ‘ongelukkig’ atleet was, onmogelijk niet gekozen worden.

    De criteria omvatten snelheidstesten op de roeimachines, gewichtheffen in de sportschool, boot-racen, eerst alleen waarna je een koppel moest vormen met iemand van dezelfde snelheid, vervolgens zouden de beste twee koppels het team van vier vormen.

    Onze vier die tijdens de Olympische Spelen in Sydney in 2000 raceten, stapten voor het eerst samen in een boot in april 1997. Onze coach zei: ‘Je wordt beoordeeld op één race, en dat is die van 23 september 2000 om 10.30 uur. Om gegarandeerd te winnen moet jouw slechtste tijd beter zijn dan de beste tijd van alle anderen.’

    Met die mantra in gedachten gingen we trainen, elke race die we wonnen beschouwden we als verloren, zodat we bleven groeien. We hadden geen regels voor het geloven in persoonlijke verantwoordelijkheid. Als je iemand niet kon vertrouwen om voor zichzelf te zorgen buiten de trainingen om, dan kon je hem niet vertrouwen halverwege de finale van de Olympische Spelen wanneer je lichaam je toeschreeuwt dat je moet stoppen.

    We wonnen in Sydney en Steve kon zich nog net inhouden op het podium. Toen we terugkwamen
bij de bootloods zei onze coach: ‘Dat was niet erg goed.’ We moesten de race een score van 1 tot 10 geven. Het hoogste cijfer dat we gaven was een 6, als we eerlijk waren hadden we niet onze slechtste race opgevoerd om goed genoeg te zijn om te winnen, maar door hoge standaarden te zetten, was ons gemiddelde wél goed genoeg.

    Ik wist toen nog niet of ik verder zou gaan naar de Olympische Spelen in Athene. Onze coach merkte dat en kwam naar me toe op het vliegveld van Sydney en zei op zijn onsubtiele wijze simpelweg: ‘Iedereen kan één keer winnen, echte kampioenen doen het nogmaals.’ Dus daarom heb ik nog een keer voor vier jaar bijgeschreven.

    Toen Steve Redgrave eindelijk gestopt was, raceten Matt Pinsent en ik als koppel. We waren een aantal jaar succesvol, we wonnen twee Wereldkampioenschappen en braken het wereldrecord terwijl we aanspraak maakten op het tweede. Op dat punt negeerden we onze gouden regel en zagen we een gewonnen wedstrijd als gewonnen. We hielden ons vast aan een nieuw niveau waarvan onze competitie dacht dat het mogelijk was om te overtreffen, en we boekten
geen vooruitgang tijdens de lange wintertraining, dientengevolge kregen we het volgende jaar wat we verdienden. Als ik goed trainde en goed racete maar toch verloor, kon ik accepteren dat de tegenstander beter was, maar in dit geval hadden we onszelf niet genoeg gegeven, en dat was onacceptabel.

    Usain Bolt toonde de andere sprinters bij de Olympische Spelen van Beijing met 9,69 seconden wat mogelijk was bij de 100 meter. Het volgende jaar won hij de Wereldkampioenschappen met 9,58 seconden. Als hij zichzelf niet verbeterd had, dan had de Amerikaan Tyson Gay hem verslagen en zou hij met 9,69 seconden genoegen hebben moeten nemen met zilver.

    We waren weer wakker geschud en na het verliezen van de Wereldkampioenschappen van 2003 dacht onze coach dat als we ons best deden, we konden winnen, maar we hadden nog niet laten zien wat onze slechtste of zelfs wat onze gemiddelde prestaties waren. Dus namen Matt en ik slechts drie maanden voor de Olympische Spelen in Athene van 2004 weer plaats in een vier zonder stuurman. Slechts zes weken voor de Spelen moesten we de bemanning wijzigen als gevolg van een ongeluk, de Olympische Spelen zou dus onze eerste gezamenlijke race zijn.

    We hadden slechts een beperkte periode de tijd
om elkaar te leren vertrouwen en de hergroepering als gevolg van het ongeluk niet een reden te laten zijn om onze verwachtingen op een lager pitje te zetten. Om te verzekeren dat we alle mogelijke snelheid uit de boot haalden, creëerden we een omgeving van volledige eerlijkheid, waar kritisch commentaar zonder wrok werd aangemoedigd en in acht werd genomen. Matt en ik waren waarschijnlijk te gefocust om te winnen dus zorgden we ervoor dat we dankbaar waren dat we werden gewaardeerd en gebruikten we de schaal van de Olympische Spelen om onze prestaties te verhogen.

    Op de dag van de finale van de Olympische Spelen, geloofden we dat het genoeg was als
we ons best deden, maar daar konden we niet zeker van zijn omdat we nog niet eerder samen geracet hadden. Als we geluisterd hadden naar degenen die een plafond legden op onze potentiële prestaties, hadden we nooit gewonnen, met onze 0,08 seconden voorsprong was er niet veel ruimte voor fouten.

    Ook op andere gebieden dan sport heb ik geleerd over het gevaar van het opleggen van plafonds. Vorig jaar werd ik door een vrachtwagen van mijn fiets gestoten, en als ik, wat betreft mijn kans op herstel, de ‘experts’ zou hebben geloofd, was ik niet verder gekomen dan dat niveau. Maar door te geloven dat ik weer kon worden zoals ik was, gaf ik alles om dat te bereiken.

    Dus als ik iets geleerd heb gedurende mijn roeicarrière en opeenvolgende uitdagingen zoals de ‘Marathon des Sables’ dan is het dat jouw slechtste prestaties beter moeten zijn dan de beste prestaties van de competitie, beschouw een gewonnen wedstrijd als verloren en laat niemand een plafond leggen op jouw potentieel.

    12 minuten gelezen Nummer 1
  • watch-your-step-banner.jpg

    Voorzichtigheid is geboden: de ‘ziekte’ van de eurozone en wereldwijde implicaties

    De Europese economie is de afgelopen twee kwartalen aanzienlijk gedaald. We verwachten dat het BBP lichtelijk krimpt in 2012. De Europese Centrale Bank heeft zijn beleidsmatige rentevoet weer met 0,25% verlaagd in december, we verwachten nog meer verlagingen in 2012. 

    De trage economische groei in de eurozone verbergt aanzienlijke groeiverschillen tussen lidlanden. We verwachten dat Duitsland, Finland, Oostenrijk en andere zogenaamde ‘kernlanden’ verder en sneller groeien dan zuidelijke landen als Italië, Spanje, Griekenland en Portugal. De belangrijkste redenen voor dit groeiverschil zijn (a) verschillen in economisch concurrentievermogen (b) de hoeveelheid schulden die de regering en delen van de privésector hebben en (c) de verschillende aard van de financiële marktschokken. De invloed van substantiële lopenderekeningtekorten in Griekenland, Portugal en Spanje is een indicatie dat meer aanzienlijke aanpassingen nodig zijn, ook gezien de substantiële niveaus van extern gehouden schulden van deze landen.

    Financieringskosten van overheden variëren aanzienlijk tussen de kernlanden en de zuidelijke landen. In Italië bijvoorbeeld overschreden de 2-jarige financieringskosten van de overheid in november 7%, voordat het viel naar het huidige niveau van bijna 6%. Vergelijkbare Duitse cijfers liggen rond de 0,3%. Dientengevolge zullen bedrijven
in Italië en andere zuidelijke landen ook te maken krijgen met aanzienlijk hogere financieringskosten in vergelijking met Duitsland, Nederland of Oostenrijk. Bedrijven die in de toekomst willen groeien, zijn allicht voorzichtig met het investeren in Zuid-Europa totdat de regeringen kunnen aangeven dat ze de controle hebben over fiscaal beleid en substantiële economische liberaliseringen.

    De oorzaken voor geringe groei in de eurozone en de verschillen tussen landen onderling zijn talrijk en met elkaar verbonden. Dat gezegd zijnde, dit zijn op dit moment de belangrijkste onderliggende redenen:

    • De groei van de buitenlandse vraag is de afgelopen twee kwartalen aanzienlijk afgenomen: de scherpe toename van wereldwijde inflatiedruk in de eerste helft van 2011 verslechterde de reële koopkracht van consumenten. Ook hebben toenemende rentevoeten een ongunstige invloed op wereldwijde vraag, in het bijzonder in de grootste opkomende markten. Deze vermindering van buitenlandse vraag was met name opmerkelijk in leidende exporteconomieën van de eurozone zoals Duitsland en werd goed zichtbaar in bijvoorbeeld Duitse fabrieksorders (figuur 1).

    • Tijdens de zomer en herfst werd het duidelijk dat Spanje, Italië, Portugal, Griekenland en Frankrijk aanvullende besparingsmaatregelen moesten aankondigen om de groeiende zorgen van beleggers betreffende de duurzaamheid van overheidsfinanciën het hoofd te bieden. We schatten dat dit de reële economische groei in 2011/2012 met ongeveer één procent zal verminderen.

    • De verdieping van de staatsschuldencrisis tijdens het vierde kwartaal van 2011 heeft ertoe geleid dat delen van de eurozone kredietstandaarden aanzienlijk moesten verlagen.

    Ondanks deze ongunstige ontwikkelingen in de eurozone, hebben andere regio’s op wereldwijde schaal een grotere stabilisatie ontwikkeld (zoals de VS en veel delen van Azië).

    Een aantal van deze effecten zijn tijdelijk, zoals de aan herstel gerelateerde activiteitsgolf in Japan. Echter, het effect van de vermindering van de wereldwijde
inflatie moet de vraaggroei aanmoedigen, terwijl het ook leidt tot ruimte voor centrale banken in opkomende economieën om beleid te versoepelen (zoals reeds te zien
is met de vermindering van vereisten voor bankreserves in China). De toename in detailverkoopgroei in de VS van de afgelopen maanden is hier een voorbeeld van. Gezien de modeste herstellingen van wereldwijde vraaggroei, lijkt het ons logisch dat de eurozone een grote recessie kan vermijden indien het probleem van besmetting van de financiële sector van Griekenland en Italië/Spanje bedwongen kan worden door resolute actievoering.

    Concluderend kunnen we zeggen dat we erg voorzichtig blijven betreffende het voorspellen van de Europese toekomst, inclusief Centraal en Oost-Europa (die wezenlijk verbonden zijn met de eurozone). Investeerders en wereldwijde corporaties zouden hun focus moeten blijven leggen op de sneller groeiende en opkomende markten in Azië en Latijns-Amerika met stabiele politieke milieus. In de ontwikkelde landen zijn investeerders meer geneigd zich te focussen op Canada, Australië/Nieuw-Zeeland en de
Noordelijke landen.

    12 minuten gelezen Nummer 1
  • inch-1-7-banner-trimmed.jpg

    Alle ogen zijn gericht op China

    Vorige week werd China’s tiende verjaardag van de toetreding tot de Wereldhandelsorganisatie gevierd. Op een speech tijdens een bijeenkomst in Beijing op 11 december 2011 ter herinnering aan de gebeurtenis, zei Pascal Lamy, Directeur-Generaal van de WTO: ‘Tien jaar is een lange minuut
in de duizendjarige geschiedenis van China. Toch hebben deze tien jaar geleid tot een ongekende transformatie van de economie en samenleving van China.’

    Zowel in China als in de rest van de wereld is de verjaardag van veel groter belang dan simpelweg het openen van de grenzen van de Chinese markten.

    ‘Het groeiwonder van China begon niet in december 2001’, gaat Patrick Lamy verder. ‘Dat wonder begon al vóór China’s toetreding tot de WTO. De toetreding tot de WTO werd gezien als een middel om hervormingen te steunen en transformatie door te zetten. WTO-lidmaatschap heeft gediend als stabilisator en versneller van de economische start van China.’

    Video

    Alle ogen zijn gericht op China

    00:00

    In 1980, aan het begin van de hervormingen en de ontwikkelingsperiode, produceerde China slechts 2% van het economische debiet van de wereld. In 2010 was dit gestegen tot ongeveer 14% en haalde China Japan in en werd’s werelds op één na grootste economie. Het IMF verwacht dat dit cijfer in 2016 gestegen zal zijn naar ongeveer 18%, China zal dan boven de VS staan.

    Terwijl China zich ontwikkeld heeft tot’s werelds belangrijkste handelsnatie, zijn zijn handelsgegevens ook een belangrijke indicator geworden voor het economische welzijn van de wereld. Het is dus geen verrassing dat gegevens over de Chinese export- en importgroei in november een daling vertoonden, een duidelijke reflectie van de wereldwijde economische stagnatie.

    Recente handelsgegevens laten zien dat de export van China in november 13,8% is gegroeid t.o.v. een jaar eerder, in oktober was deze groei nog 15,9%. De import is gestegen met 22,1% op jaarbasis, minder dan de 28,7% groei van een maand eerder. Hoewel de recente groeicijfers wat verminderd zijn, blijven de groeiverwachtingen van de regio op lange termijn indrukwekkend. Op basis van schattingen wordt er verwacht dat China’s totale import de komende vijf jaar de $8 biljoen kan overtreffen, wat leidt tot enorme mogelijkheden voor bedrijven over de hele wereld.

    Het is niet verwonderlijk dat deze groeicijfers hebben geleid tot een nooit geziene vraag naar olie en het verbaast ons niet dat de PetroChina Oil and Gas company de beste verkoopcijfers in China realiseert en dat het nu een van de grootste bedrijven ter wereld is.

    De recente verwerving van 50% van INEOS’ raffinaderijen was voor PetroChina de perfecte springplank om zijn portfolio uit te breiden in Europa, en INEOS heeft er een nieuwe partner bij die grote invloed heeft in China. In een deal die meer dan $1 miljard waard is, vormden PetroChina en INEOS joint ventures voor handel en raffinage die betrekking hebben op de raffinageactiviteiten in Grangemouth in Schotland en Lavéra in Frankrijk. Dit strategische partnerschap versterkt de duurzaamheid op lange termijn van beide raffinaderijen; het heeft geleid tot verdere investeringen, verbetering van de toevoerveiligheid, banen, vaardigheden en concurrentie op de Europese markt. Er zijn voordelen voor beide bedrijven en deze zijn zeker niet beperkt tot de raffinage-industrie, die $15 miljard waard is.

    INEOS is snel ingesprongen op het voordeel dat de PetroChina-deal heeft voortgebracht. Op de recente China Petroleum Chemical International conferentie in Tianjin waren veel van ’s werelds belangrijkste spelers aanwezig, zoals INEOS.

    ‘China is dé groeiplek van de wereld,’ zo verklaarde Tom Crotty, Group Director for Corporate Affairs & Communications, INEOS. ‘We hebben te maken met groeipercentages van 10 – 15% in de chemische industrie en voor een bedrijf als INEOS is dat waar we moeten zijn.’

    Naast het geven van toespraken op de conferentie praatten Tom Crotty en de CEO
van INEOS Oxide Hans Casier met veel van de toonaangevende figuren van de petrochemische industrie in China toen ze de Tianjin Economic Technology Development Area (TEDA) ontwikkelingsplaats net buiten Tianjin bezochten, waar grote multinationals zoals Motorola, Toyota en Samsung al present zijn. Het huidige constructieprogramma in Bohai Bay is een veelbelovende, ideale locatie voor landen met snelgroeiende petrochemische bedrijven.

    Tom beschrijft de TEDA-plek met benadrukking van de snelheid waarmee de veranderingen zich voltrekken: ‘De nieuwe havenontwikkeling buiten Tianjin is een klassiek voorbeeld van wat er gebeurt in China, en de snelle ontwikkeling die plaatsvindt. Slechts twee jaar geleden was het gebied nog zee. De zeekanalen zijn verwijderd en er werd een nieuwe haven gebouwd. Er wordt een raffinaderij van 30 miljoen ton en een compleet chemisch complex gebouwd op basis van deze infrastructuur, wat kan leiden tot ongelofelijke kansen voor INEOS.’

    Hoewel zijn beperkte natuurlijke bronnen en de milieukosten van de snelle ontwikkeling beperkende factoren zijn, vertegenwoordigt China op dit moment toch het land van de onbegrensde mogelijkheden, en de deur staat duidelijk wagenwijd open voor degenen met de juiste hulpmiddelen en expertise.

    ‘De Chinese petrochemische industrie heeft zich de afgelopen 30 jaar ontwikkeld, en dankzij onze bevolking van 1,3 miljard hebben we een zeer hoge energievraag en een erg grote energiemarkt,’ vertelt Li Yongwu, voorzitter van de China Petroleum and Chemical Industry Federation. ‘INEOS heeft een zeer grote invloed op de wereldwijde petrochemische industrie, we verwelkomen jullie in China, om in China te investeren en ik kijk uit naar een goeie samenwerking met jullie in de toekomst.’

    Sinds 1973 heeft het bedrijf dat nu INEOS Technologies is, succesvol technologielicenties verleend om te voldoen aan de mogelijkheden die ontstondenn door de verhoogde vraag naar chemicaliën in China. Als partner van een aantal van China’s toonaangevende chemische bedrijven, heeft het tijdens deze periode licenties verleend voor de productie van meer dan 11 miljoen ton chemicaliën. Vandaag de dag kent INEOS Technologies China goed, met meer dan 38 jaar ervaring, en als toonaangevende wereldwijde licentieverlener van polyolefins-, polystyreen-, nitriles, vinyl- en chloor-alkali-technologieën in deze ontzettende grote wereldmarkt.

    Andere INEOS-bedrijven zijn ook druk doende in te spelen op de behoeftes van China. Begin 2011 ondertekende INEOS Phenol een memorandum van overeenstemming met Sinopec om een fenol- en aceton-fabricageplaats van $500 miljoen te bouwen en te beheren op het Nanjing Chemical Industrial Park in de provincie Jiangsu.

    Het kantoor van INEOS in Shanghai is momenteel de thuishaven van de verkoopafdeling van Technologies, O&P Europe en Phenol . Maar wie weet wat de toekomst nog zal brengen voor Roger Wang en de rest van het INEOS-team in Shangai, in een land waar het ene grote constructieproject op het andere volgt en dat de drijfveer is van de wereldwijde economische groei?

    11 minuten gelezen Nummer 1
  • design-for-life-banner.jpg

    Ontwerp voor het leven

    Er zijn algemene principes voor hoe de levensstijl kan worden gekoppeld aan
de gezondheid. Niet alleen het langetermijnrisico van de belangrijkste westerse ziekten zoals hart- en vaatziekten en diabetes, maar een levensstijl die de dagelijkse gezondheid bevordert. Dit is het soort gezondheid waarmee resultaten worden geboekt, zowel thuis als op het werk, dag in en dag uit.

    Stressmanagement is sinds kort de belangrijkste oorzaak van verzuim op de arbeidsmarkt in het Verenigd Koninkrijk. Stress is de schadelijke lichamelijke of emotionele reactie die optreedt wanneer de eisen die aan een werknemer worden gesteld, groter zijn dan de middelen die die persoon heeft om goed met die eisen om te gaan. Veel mensen putten een aanzienlijk deel
van hun hulpbronnen uit door slechte eetgewoonten en een gebrek aan lichaamsbeweging. Als u overmatig moe of erg gestresst bent, hebt u er baat bij om u meer op uzelf te richten. Kijk eens naar de onderstaande richtlijnen.

    Een snelle en eenvoudige manier om uw fysieke vorm vast te stellen, is gebaseerd op twee factoren, uw body mass index (BMI) en uw taille- lichaamslengteverhouding (WSR, waist to stature ratio). Uw BMI is een maatstaf voor uw lengte-gewichtverhouding en is op een eenvoudige manier online te berekenen (Google BMI-calculator). Een getal van 24-25 bij mannen is een goed gewicht als uw WSR in orde is. Voor de vrouwen geeft men vaak de voorkeur aan een getal rond 21-23. De WSR is een indicatie van hoe hoog uw lichaamsvetgehalte is. Als leidraad suggereren experts dat gemiddeld genomen het middel van iemand niet meer dan de helft van de lichaamslengte mag bedragen. Als een BMI hoog of normaal is, maar de WSR is wel hoog, dan kan het onderstaande kader helpen om de zaken weer op de rails te krijgen.

    De basisregels van Eatwell Livewell:

    1. Hydratatie: de populaire pers stelt dit gegeven vaak voor als controversieel, maar het werkt wel. Drink 2 liter water en cafeïnevrije warme dranken per dag. Vermijd gezoete dranken van welke soort dan ook.

    2. 3 maaltijden per dag: maak een gewoonte van het ontbijt, neem een lunch, hoe druk u het ook hebt en gebruik het avondeten niet als inhaalslag voor het gemiste voedsel tijdens de rest van de dag.

    3. Ongeraffineerde koolhydraten zijn het belangrijkst. De hele vrucht en
geen sapje, volkorenmeel en geen wit meel. Hoe dicht staat iets bij hoe het is gegroeid? Het is een lange weg van maïskolf naar cornflakes. Te veel suiker in onze voeding vormt een groot probleem.

    4. Minder zetmeel, meer vezels. Dit laat uw lichaamsvet en uw cholesterolgehalte dalen en helpt uw darmen om goed te werken. Minder brood, pasta, aardappelen en rijst en meer boven de grond groeiende groenten in plaats daarvan.

    5. Eet geen junkfood en snacks met veel vet. Suiker en zout domineren onze tussendoortjes. Als u de maaltijden goed indeelt, hebt u geen hongergevoel en beperkt u de schade door het eten van tussendoortjes.

    6. Zeer weinig mensen eten voldoende eiwitten in het moderne dieet. Eiwitten onderdrukken de eetlust en dat is de sleutel om het ongezonde snacken te verminderen en de totale dagelijkse calorie-inname te laten dalen. Het vertraagt ook de snelheid waarmee de suikers in onze darmen in onze bloedstroom komen.

    7. Vet heeft tweemaal zoveel calorieën per gewicht als koolhydraten of eiwitten. Een groot deel van de smaak in ons voedsel zit opgesloten in vet. We
zijn een dieet met een hoog vetgehalte gaan gebruiken, omdat dit beter smaakt. Verwerkt vlees (zoals worst, ham en spek), kaas en boter worden vaak in grote hoeveelheden genuttigd. Hoe minder dierlijk vet u eet, deste beter.

    8. Sommige van de stimulerende en genotmiddelen die we elke dag in onze voeding gebruiken, moeten goed worden gedoseerd. Beperk uzelf tot twee cafeïnehoudende dranken per dag, een fles wijn (of 5 glazen bier) per week en niet meer dan een blikje frisdrank per week. Als u rookt, hou daar dan mee op.

    9. Beweging; hoeveel beweegt u? Pak een stappenteller en kijk of u 10.000 stappen per dag zet. Zo niet, dan leidt u een zittend leven en moet u het geleidelijk aan opbouwen. Iedereen is gebaat bij oefening, van waaraf u ook begint. Het is het beste tegengif tegen stress dat we hebben. Stel uzelf een haalbare oefeningsdoelstelling die 3-6 maanden voorbereidingstijd vergt. Alles is goed, van een wandeltocht voor een goed doel van 5 km tot een eerste marathon of het beklimmen van een berg. Reserveer 3 uur per week om te beginnen en zorg in die tijd voor regelmatige lichaamsbeweging. Win advies in bij vrienden als u niet zeker weet hoe u alles op de juiste manier moet structureren.

    7 minuten gelezen Nummer 1
  • inch-9-banner.jpg

    Schaliegas: het spel wordt nu anders gespeeld

    Schaliegas is enorm in opkomst, en daarmee ook de Amerikaanse petrochemische industrie die deze nieuwe, goedkope gasbron gebruikt als haar belangrijkste grondstof. Schaliegas heeft de Amerikaanse energiemarkt veranderd en dreigt hetzelfde te doen op energiemarkten over de hele wereld. De productie is sinds 2000 van een schamele 1 tot 2 procent van de Amerikaanse uitvoer gestegen tot bijna 25 procent, een punt waarop meer dan een kwart van de totale gasproductie van het land nu uit schaliegas stamt. Tegen 2035 zou dit aandeel wel eens tot ongeveer de helft kunnen oplopen. Naarmate er meer schaliegas op de markt komt, zijn de prijzen enorm gedaald ten opzichte van de stijgende olieprijzen. Nog niet zo lang geleden waren de Verenigde Staten afhankelijk van de invoer van vloeibaar aardgas. Vandaag de dag staat het land op het punt een gasexporteur te worden.

    Het bestaan van enorme schaliesteenformaties met een zeer hoog koolwaterstofgehalte is al bijna een eeuw bekend dankzij geologische kaarten en door het boren naar olie en gas in heel de VS. Deze rotsformaties werden echter altijd als van een te hoge ‘dichtheid’ beschouwd om er olie of gas aan te onttrekken, totdat er nieuwe technieken werden ontwikkeld. De technieken zijn ook al een tijdje bekend. ‘Horizontaal gestuurd boren’ werd op grote schaal in de praktijk gebracht in de jaren ‘70 en ‘80 en ‘hydraulische fracturatie’ of ‘fracking’ werd voor het eerst toegepast in de jaren ‘50. Maar het is pas in de laatste tien jaar economisch en technologisch haalbaar geworden om deze gezamenlijk toe te passen en bij deze nieuwe voorraden te komen.

    Video

    Schaliegas

    00:00

    Met ‘horizontaal gestuurd boren’ kan er prima horizontaal een olie- of gasbron worden aangeboord
tot enkele kilometers ver in de rots-‘naad’. ‘Fracking’ bestaat uit het ondergronds opblazen van de gesteentelagen om de rots te breken, waarna zand,
water en chemicaliën onder hoge druk in de breuk worden gepompt om de olie en het gas te laten stromen. Een unieke eigenschap van ‘schalie’ in het bijzonder
is dat het vaak meer aardgas dan olie bevat en het geproduceerde aardgas vaak ‘nat’ is van vloeibare aardgassen zoals ethaan en propaan. Deze materialen kunnen aan het gas worden onttrokken als grondstof voor petrochemische activiteiten.

    Vanwege de overvloed aan nieuwe bronnen en de productie die de laatste tijd operationeel zijn geworden, zijn zowel aardgas als de op gas gebaseerde grondstoffen uit het aardgas aanzienlijk in prijs gedaald ten opzichte van traditionele olie en uit olie afkomstige grondstoffen zoals nafta, die buiten de VS veel meer worden gebruikt.

    Er bestaat geen twijfel over dat schaliegas in de afgelopen twee jaar de petrochemische sector in de VS enorm heeft gestimuleerd, zoals blijkt uit de vele aankondigingen van nieuwe kraakinstallaties. Maar momenteel wordt het vooral gezien als een Amerikaans fenomeen.

    ‘INEOS bevindt zich in een goede positie om te profiteren van de verhoogde ethaanproductie die voortkomt uit schaliegas’, zegt Dennis Seith, CEO van INEOS Olefins & Polymers USA. ‘Naarmate er meer van het product beschikbaar komt, kunnen we toegang krijgen tot deze waardevolle grondstoffen. Onze kraakinstallaties zijn flexibel genoeg voor deze lichtere, vloeibare aardgasgrondstoffen en kunnen ze tot ons primaire product ethyleen verwerken. Schalieformaties in Texas, het noordelijke deel van het middenwesten en het noordoostelijke deel van de VS worden nu ontwikkeld en samen met het goedkope aardgas brengt het voldoende grote hoeveelheden ‘aardgasvloeistoffen’ voort. Deze ontwikkeling van goedkope voorraden grondstof
betekent belangrijke nieuwe mogelijkheden voor onze bestaande faciliteiten in de VS. Eerder dit jaar kondigden we aan dat we met technisch onderzoek bezig zijn om
het knelpunt in etheencapaciteit in Chocolate Bayou in Texas op te lossen. Een dergelijke investering zou een extra 115.000 ton/jaar opleveren. Het zou voldoende zijn voor de verplichtingen van INEOS t.o.v. de groothandelsetheenmarkt aan de Amerikaanse Golfkust terwijl het onze hoge-dichtheidspolyethyleen [HDPE]- eenheid in het complex in La Porte, Texas ook zou helpen.’

    Maar ‘fracking’ is niet zonder problemen. Velen vrezen dat er verzakkingen, geologische instabiliteit en verontreiniging van het grondwater kunnen optreden. Als zodanig is het in sommige staten van de VS en landen in Europa verboden tot het beter begrepen wordt, zodat er betere regels en controlemogelijkheden kunnen worden ontwikkeld.

    ‘INEOS houdt zich niet bezig met de exploratie
en productie van schaliegas, maar we zien wel de waarde in van een veilige, goed beheerde en goed gereguleerde onttrekking die een waardevolle en duurzame energiebron voor het land en de betrokken petrochemische industrie veiligstelt.’ zegt Dennis Seith. ‘Het extractieproces is theoretisch goed onderbouwd en in onze ogen moet de aardgasindustrie in samenwerking met lokale en nationale overheden praktische, goed doordachte regelgeving ondersteunen om de zorgen van burgers over mogelijke problemen met hydraulische fracturatie weg te nemen en ervoor te zorgen dat de veiligheids-, gezondheids- en milieuoverwegingen de hoogste prioriteit krijgen voor deze snel groeiende technologie in de VS’.

    Voorlopig kent met name de VS het voordeel van het schaliegas, maar hoe lang duurt dat nog? In Europa
zijn de gasprijzen tweemaal zo hoog als in Amerika.
 Het is dus niet verwonderlijk dat sommige Europese landen graag de Amerikaanse schaliegas-hausse eens dunnetjes willen overdoen. Maar het is niet zo eenvoudig als het lijkt. De kosten zijn in Europa hoger vanwege de moeilijke geologische situatie. Er is ook een gebrek aan politieke wil en een hogere bevolkingsdichtheid in veel Europese landen, waardoor het moeilijker is om de nodige infrastructuur te ontwikkelen voor de winning en het transport van het gas. Alles bij elkaar betekent dit dat het nog wel enige tijd zal duren voordat dit realiteit wordt. De huidige inzichten zijn dat de problemen zullen worden opgelost en dat het meer een kwestie van ‘wanneer’ is dan van ‘als’ tot de ‘schaliestorm’, zoals het al is genoemd, verder reikt dan de VS.

    Omdat de vraag naar energie over de hele wereld onverminderd toeneemt, is het onvermijdelijk dat schaliegas een belangrijke rol zal gaan spelen. De eerste onderzoeken geven aan dat Polen enorme reserves aan schaliegas heeft, maar liefst 5300 miljard kubieke meter - gelijk aan 300 jaar binnenlandse consumptie. PetroChina hoopt in 2015 1 miljard kubieke meter schaliegas te produceren in Zuidwest-China. En onlangs is er zelfs een ontdekking geweest van schaliegasvoorraden in de buurt van Blackpool in het noordwesten van Engeland.

    INEOS heeft al zijn positie ingenomen in het debat
en naarmate de beschikbaarheid van schaliegas onze markten verder beïnvloedt, maken we al efficiënt gebruik van deze waardevolle hulpbron in de VS terwijl deze zich ontwikkelt. Binnen Europa zal INEOS zich
in een strategische positie bevinden om ethyleen
op een competitieve basis in te voeren middels de nieuwe ethyleenimportterminal in Antwerpen. Met de indienstneming eind 2012 van één van de grootste importterminals in Europa bevinden we ons in een uitstekende positie om volop te kunnen profiteren
van geïmporteerd lagekost etheen als gevolg van de toegankelijkheid van schaliegas over de hele wereld.

    8 minuten gelezen Nummer 1
  • debate-banner.jpg

    Debat: is kernenergie de beste optie voor groot-brittannië ineen wereld zonder olie?

    De fall-out van de crisis in de kerncentrale van Fukushima dai-ichi in Japan, de ergste kernramp sinds de meltdown in Tsjernobyl 25 jaar geleden, zindert na over de hele wereld. Een industrie die op het punt stond een wereldwijde renaissance te ondergaan, is murw geslagen met twijfels. het energiebeleid van landen over de hele wereld ligt onder vuur van zowel oppositiepartijen
als de publieke opinie. de Europese Unie heeft opgeroepen om alle kerninstallaties aan een ‘stresstest’ te onderwerpen, terwijl China, de vs. Zwitserland, India en Duitsland de goedkeuring van nieuwe installaties hebben opgeschort. De Britse minister van Energie, Chris Huhne, heeft ook een strategisch onderzoek bevolen naar de veiligheid van alle Britse kerncentrales. de crisis in Fukushima onderstreept de gevaren van verouderde kerncentrales op een moment dat de prijs van ruwe olie een recordhoogte heeft bereikt in het zog van de politieke onrust in het olierijke Midden-Oosten.

    Is kernenergie de enige optie voor Groot-Brittannië om energiezekerheid te bewerkstelligen in de toekomst? Zijn er betere alternatieven? Of worden we geconfronteerd met een keuze tussen een terugkeer naar fossiele brandstoffen en herhaaldelijke stroomonderbrekingen?

    VOOR:

    DE REACTIE OP FUKUSHIMA TEGEN KERNENERGIE IS PANIEKZAAIERIJ

    Geen enkele energiebron kan ooit 100% risicovrij zijn, maar de gevaren die geassocieerd
worden met kernenergie zijn sterk overdreven door wat Brendan O’Neil van The Telegraph ‘catastrofisten’ noemt. De Financial Times argumenteert dat ‘feiten verdwijnen in de wolk van de angst die uitgestoten wordt door kernongevallen’, en het is duidelijk dat de Fukushima-tragedie
de sluimerende vrees die sinds de jaren ‘70 voortwoekert, alleen maar versterkt heeft. Paniek
rond incidenten zoals Three Mile Island hebben geleid tot vergelijkbare veralgemeningen over veiligheid, maar de meeste oproepen tot het laten varen van kernenergie negeren de uiteenlopende verschillen op het gebied van leeftijd, ontwerp en milieurisico tussen Fukushima en Groot-Brittannië. In de Guardian stelde George Monbiot: ‘Als gevolg van de ramp in Fukushima ben ik niet langer neutraal in de discussie rond kernenergie. Ik ben er nu een voorstander van. Een waardeloze installatie van 40 jaar oud met onvoldoende veiligheidsfuncties werd getroffen door een monster van een aardbeving en een enorme tsunami. En toch is er nog niemand die een dodelijke stralingsdosis heeft gekregen.’

    KERNENERGIE IS CRUCIAAL VOOR ENERGIEVEILIGHEID

    De politieke onrust die woedt in Noord-Afrika en de Golfstaten vormt een reële bedreiging voor de Britse energieveiligheid. Werknemers in de oliesector zagen zich genoodzaakt Jemen en Libië te verlaten terwijl deze beide landen afgleden naar een burgeroorlog. Libië was in 2010 de derde grootste importeur van olie in het Verenigd Koninkrijk. Voeg daar nog eens de afhankelijkheid van aardgas aan toe met een Russische regering die reeds bewezen heeft dat ze er niet om maalt de energietoevoer af te snijden, en het pleidooi voor kernenergie in eigen land wordt zeer geloofwaardig. Een witboek van het Departement van Handel en Industrie over de toekomst van kernenergie stelt dat ‘de toevoer van splijtstof een stabiele en rijpe industrie is’ en dat de uitbreiding van kernenergie in Groot-Brittannië ‘kan leiden tot een verminderde behoefte aan gastoevoer uit landen waar politieke instabiliteit heerst.’

    KERNENERGIE IS CRUCIAAL VOOR HET INPERKEN VAN KLIMAATVERANDERING

    Groot-Brittannië heeft voorgesteld dat het zijn koolstofuitstoot tegen 2050 zal verminderen
met 80%. Om dit te bereiken moet kernenergie worden opgenomen in de combinatie van energiebronnen waar Groot-Brittannië gebruik van maakt. De huidige langetermijnstrategie is gebaseerd op drie zaken: toewijding aan kernenergie; de ontwikkeling van meer hernieuwbare energie, zoals windenergie en energie uit de zee; en nieuwe technologie voor het afvangen van koolstofdioxide ter vermindering van de gevolgen voor het milieu van elektriciteitscentrales op basis van fossiele brandstoffen. Kernenergie hieruit weglaten zou een enorme extra investering
in hernieuwbare energiebronnen betekenen, aldus Tim Yeo, voorzitter van de Conservative Party: ‘Andere vormen van groene stroom, zoals zonne-energie of offshore windenergie, zijn duurder dan kernenergie. Zonne-energie en windenergie zijn geen betrouwbare bronnen voor het opwekken van elektriciteit – wanneer er wolken zijn of er geen wind is, produceren ze niks. Ze moeten dus aangevuld worden met betrouwbare energiebronnen.’

    ER IS GEEN TIJD VOOR UITVOERBARE ALTERNATIEVEN

    Negen van de tien kerncentrales in het Verenigd Koninkrijk zullen tegen 2023 gesloten worden, en er zijn acht terreinen voorzien ter vervanging hiervan. De emissierichtlijnen van de EU betekenen dat de meeste krachtcentrales op basis van steenkool in het land tegen 2015 ook gesloten
zullen worden. Hierdoor zal er een tekort ontstaan in het nationale distributienet dat zou kunnen leiden tot periodieke stroomonderbrekingen, die het land in de jaren ‘70 plaagden. Tim Yeo verklaarde: ‘Het is zeer waarschijnlijk dat we zonder nieuwe kerncentrales eenvoudigweg niet voldoende betrouwbare elektriciteit zullen kunnen opwekken om de bijdrage tijdig te vervangen
die momenteel geleverd wordt door kernenergie.’ De beschikbare alternatieven voor kernenergie zijn beperkt, en zoals George Monbiot betoogde in de Guardian, zal het antwoord ‘niet hout, water, wind of zon zijn, maar fossiele brandstof’, en: ‘Hoe je het ook bekijkt ... steenkool is 100 maal slechter dan kernenergie.’ Ook al is het verkennen van investeringen in groene technologie bewonderenswaardig, we moeten nieuwe kerncentrales bouwen als we tegemoet willen komen aan onze toekomstige energiebehoeften.

    DIT IS DE WEG DIE DE OVERHEID MOET INSLAAN

    John McNamara van de Nuclear Industry Association, die de overheid adviseert op het gebied van energietoevoer, meent dat de regering moet luisteren naar het publiek en zijn ongerustheid na wat gebeurd is in Fukushima, maar dat ‘aan alle energiebronnen risico’s zijn verbonden en dat we plannen moeten maken voor een veilige, robuuste en koolstofarme toekomst om onze economie voort te stuwen.’ Hij voegde daar aan toe dat de huidige verzameling Britse kerncentrales op het gebied van veiligheid een uitstekende staat van dienst hebben en een cruciaal onderdeel uitmaken van onze toevoer van groene, koolstofarme stroom.

    TEGEN:

    EEN MELTDOWN ZOALS IN FUKUSHIMA KAN OOK HIER GEBEUREN

    Het is onverstandig om de gevaren te negeren die de ramp in Fukushima in de verf heeft gezet. Kernenergie is niet alleen een duidelijk en alomtegenwoordig gevaar, maar ook een tijdbom voor onze kleinkinderen. In september vorig jaar gaf EDF nog toe dat het niet de correcte procedures gevolgd had, wat leidde tot ‘ongeplande stopzettingen’ in twee reactors in Torness in East Lothian. Dit voorval, dat aangehaald werd in een rapport van het Nuclear Installation Inspectorate (Inspectie Kerncentrales), toont aan dat men nooit beschermd kan zijn tegen onbekwaamheid en menselijke fouten. ‘Dit zijn allemaal voorvallen die reden zijn tot alarm’, aldus Pete Roche,
een consultant kernenergie. Brahma Chellaney, professor in Strategische Studies bij het Centrum voor Beleidsonderzoek in New Delhi, voegt hier aan toe dat het stijgende zeeniveau een ernstige bedreiging vormt voor centrales aan de kust. ‘Vele kerncentrales gelegen aan de Britse kust liggen slechts een paar meter boven zeeniveau.’

    KERNENERGIE IS EEN VEILIGHEIDSRISICO

    Ex-Sovjetpresident Michail Gorbatsjov sprak over de terroristische dreiging voor landen met kernenergie: ‘Na de enorme schade die door terroristen is aangericht in New York, Moskou, Madrid, Tokyo, Bali en elders in de voorbije 15 jaar, moeten we zeer nauwgezet stilstaan bij de kwetsbaarheid van reactorsplijtstof, opslagbassins voor gebruikte splijtstoffen en verwante splijtbare materialen, alsook bij de kwetsbaarheid van installaties voor sabotage, aanvallen en diefstal.’ Hoewel het Verenigd Koninkrijk niet te kampen heeft met de milieurisico’s die geassocieerd worden met de landen uit de Pacific Rim, zoals Japan en Californië, is het een realiteit van de moderne wereld dat Groot-Brittannië een doelwit is van terroristische aanvallen.

    ‘GROENE’ KERNENERGIE IS EEN MYTHE

    De beweringen dat kernenergie de ‘groene’ optie zou zijn zonder koolstofdioxide, zijn misleidend en gaan voorbij aan het feit dat broeikasgassen worden opgewekt door de bouw van de installatie zelf, de opslag van nucleair afval en het ontginnen van het uraniumerts die de centrale aandrijft. Een rapport uit 2008 van het Internationaal Energieagentschap toonde aan dat als de wereldwijde productie van kernenergie verviervoudigd zou worden, dit tegen 2050 nog steeds slechts 10%
van de energieproductie in de wereld zou uitmaken. Greenpeace stelde dat deze uitbreiding wereldwijde koolstofemissies slechts met 4% zou verminderen. Het probleem van de erfenis van het afval is eveneens een reële milieubedreiging die decennia zal blijven bestaan. In 2006 gaf Gordon McKerron, voorzitter van de Commissie Radioactief Afvalbeheer, de volgende waarschuwing aan de regering: ‘We kennen een geschiedenis van 50 jaar waarin we geen langdurige beheersoplossing gevonden hebben voor gevaarlijk hoogradioactief afval.’

    GROOT-BRITTANNIë MOET HET VOORTOUW NEMEN OP HET GEBIED VAN
ALTERNATIEVE BRANDSTOFFEN

    
Groot-Brittannië bezit het potentieel om een voortrekkersrol te spelen in de wereld op het gebied van hernieuwbare energiebronnen, waardoor het kernenergie achterwege zou kunnen laten zonder de energieveiligheid in het gedrang te brengen. We liggen echter achterop ten opzichte van landen zoals Duitsland, waar zonnepanelen op daken meer energie produceren dan de Fukushima- centrale. In oktober 2010 liet de regering plannen vallen om te investeren in een 15 kilometer lange stuwdam door de riviermond van de Severn, die gebruikt zou kunnen worden om ‘groene’ elektriciteit op te wekken. In plaats daarvan keurde de regering acht nieuwe nucleaire sites goed die momenteel aan een inspectie worden onderworpen. Op dat moment zei de minister van Energie, Chris Huhne: ‘We moeten dringend investeren in nieuwe en uiteenlopende energiebronnen om
het Verenigd Koninkrijk van stroom te voorzien.’ Maar het lijkt erop dat de minister van Financiën, George Osborne, zijn volle gewicht in de schaal heeft geworpen ten gunste van de nucleaire industrie, want in de laatste begroting werd gekeken naar hoe de nucleaire industrie zou kunnen worden gesubsidieerd door de pas opgezette Groene Investeringsbank. Deze bank zou leningen kunnen verstrekken aan bedrijven die van plan zijn nieuwe kerncentrales te bouwen en er werd eveneens een minimumprijssysteem voor koolstof ingevoerd waardoor nucleaire bedrijven een bonus van £ 1,3-3 miljard zouden kunnen verzilveren. Het Groene parlementslid Caroline Lucas noemde dit ‘verraad aan ons milieu.’

    HET VOLK WIL HERNIEUWBARE ENERGIE, GEEN KERNENERGIE

    Een enquête die werd afgenomen na de gebeurtenissen in Fukushima in opdracht van Friends
of The Earth toont dat 75% van de mensen op dit moment een regering wenst die investeert in energie-efficiëntie of hernieuwbare energie, terwijl slechts 9% meer investeringen in kernenergie wenst. Craig Bennett, directeur beleid en campagnes van Friends of the Earth UK, verklaarde dat de opiniepeiling aantoont dat de nucleaire uitbreidingsplannen van de regering ‘niet in lijn zijn met de publieke opinie’ en dat ze ‘dringend haar energiebeleid moet herzien’ voordat over wordt gegaan tot de bouw van acht nieuwe kerncentrales.

    Dit debat werd overgenomen uit ‘In-Debate Magazine’.
 Via de website www.in-debate.com kunt u intekenen op hun wekelijkse nieuwsbrief

    12 minuten gelezen Nummer 1
  • prime-minister-visits-banner.jpg

    Eerste Minister bezoekt INEOS

    De Noorse eerste minister, Jens Stoltenberg, bracht een bezoek aan INEOS in Noretyl, toen hij eerder dit jaar een rondreis maakte door de regio Telemark. Zijn bezoek werd georganiseerd door lokale vakbonden en vertegenwoordigers van de Arbeiderspartij in de regio en viel samen met de nationale verkiezingscampagne in Noorwegen.

    Dit is niet het eerste bezoek aan de vestiging door de eerste minister, want hij bracht eerder al een bezoek toen hij minister van Industrie en Energie was. Hij sprak zijn erkenning uit over de waarde van de INEOS-vestiging en begreep het belang om te beschikken over een betrouwbare bron van grondstoffen, alsook het belang van competitieve elektriciteitsprijzen en belastingen.

    Magnar Bakke zei: ‘Het bezoek aan Noretyl was het resultaat van knap werk van onze vakbondsvertegenwoordigers. Het gaf ons een zeer goede gelegenheid om persoonlijk aan de eerste minister en zijn adviseurs de uitdagingen uit te leggen waarmee de chemische industrie momenteel in Noorwegen wordt geconfronteerd.’

    De eerste minister werd vergezeld door lokale politici, waaronder parlementslid Terje Aasland (voorzitter van de Commissie Industrie en Handel in het Noorse parlement) en vertegenwoordigers van de media.

    2 minuten gelezen Nummer 1
  • hydrocracker-banner.jpg

    Vervanging waterstofkraakprocesreactor Lavéra

    De Lavéra-raffinaderij is momenteel bezig met de installatie van twee nieuwe reactors in zijn waterstofkraakprocesinstallatie ter vervanging van drie reactors die het einde van hun nuttige levensduur bereikt hebben. De investering van bijna €40 miljoen zal helpen om de efficiëntie en betrouwbaarheid van de Lavéra-raffinaderij in stand te houden.

    De waterstofkraakprocesinstallatie is een uiterst waardevolle eenheid en levert een grote bijdrage tot de winstgevendheid van de raffinaderij doordat ze vertrekt van laagwaardige vacuüm-gasolie en deze omzet in hoogwaardige diesel en luchtvaartbrandstof.

    De bestaande reactors zijn meer dan 40 jaar oud en hebben loyaal dienst gedaan in een omgeving van hoge druk, hoge temperaturen en rijk aan waterstof. De nieuwe reactors zijn ontworpen om veilig en efficiënt te werken onder deze omstandigheden en maken zoveel mogelijk gebruik van de laatste technologische vooruitgang op het gebied van metallurgie en worden gemaakt uit gesmeed vanadium en gemodificeerd chroomstaal met een deklaag van roestvrij staal.

    Om een idee te geven van de schaal van deze investering: elk van de vaten weegt tot 420 ton en is gemaakt uit staal van meer dan 185 mm dik. Er waren enorme kranen en speciaal transport nodig om de twee reactors op hun plaats te zetten. Dankzij veilige en ultraprecieze werkzaamheden zijn de reactors nu geïnstalleerd en klaar om online gebracht te worden. Het opstarten is gepland voor juni 2012.

    2 minuten gelezen Nummer 1
  • sinopec-banner.jpg

    Sinopec kiest voor Innovene PP-proces van INEOS Technologies voor Maoming, China

    In oktober koos Sinopec voor het Innovene polypropyleenproces van INEOS Technologies voor zijn nieuwe project in Guangdong, China. De 200 KTA-fabriek, die gelegen zal zijn in Maoming City, zal de markten in Zuid-China bedienen, waaronder de regio van de Parelrivier delta. Dit is de vierde PP-licentie die dit jaar door INEOS Technologies wordt ondertekend in China.

    Sinopec is de grootste producent van polypropyleen in China en produceert een reeks producten die gebruik maken van de Innovene PP-technologie. De Maoming-fabriek wordt in 2013 opgestart en zal de totale capaciteit van Sinopec op basis van het Innoveneproces van INEOS Technologies op 1,2 miljoen ton polypropyleen brengen.

    Peter Williams, CEO van INEOS Technologies, merkte op: ‘We zijn verheugd dat Sinopec voor INEOS heeft gekozen als partner voor dit project, en we kijken ernaar uit om met hen samen te werken om het succes van de nieuwe inrichting te verzekeren. De vervolgsamenwerking met een klant met de allure van Sinopec bewijst de algemene uitmuntendheid van de technologie en de ondersteuning die INEOS Technologies verstrekt aan zijn licentiehouders. INEOS heeft dit jaar alleen al vergunningen verleend voor ongeveer 1,7 miljoen ton capaciteit in China.’

    2 minuten gelezen Nummer 1
  • avalympics-banner.jpg

    INEOS Geel ondersteunt Avalympics

    Avalympics is een organisatie zonder winstbejag die zich inzet voor verstandelijk of lichamelijk gehandicapte mensen en hen een groot aanbod van sportactiviteiten aanbiedt in de gemeenschap nabij onze afdeling in Geel. Deze atleten kunnen trainen en deelnemen aan 14 sporten, waaronder G-wielrennen, een evenement dat gecoördineerd wordt door de INEOSbeheerder in Geel, Gert Verbiest.

    ‘Wij noemen het G-wielrennen’, aldus Gert. ‘Het begon allemaal 3 jaar geleden tijdens het jaarlijkse ‘Samen rijden’-evenement, waar aan mij gevraagd werd om te helpen met het uitbouwen van het wielrennen. We ontvingen een donatie van 10 koersfietsen omdat niet iedereen er een had, alsook wielertruitjes met onze slogan ‘gewoon samen sporten’. En weg waren we!

    ‘We begonnen tweemaal per maand fietstraining te geven op het voormalige F1-circuit in het nabij gelegen Zolder. Ons doel was om onze wielrenners te leren rijden als een team, versnellingen te gebruiken, het vertrouwen op te bouwen en deel te nemen aan tijdritten.’

    Sindsdien heeft het G-wielrennen een lange weg afgelegd. Het hoogtepunt was beslist het beklimmen van de Mont Ventoux (Frankrijk) vorig jaar. Zes G-wielrenners werden geselecteerd voor deze activiteit en allen bereikten de top. Dat is pas de grenzen verleggen en een uitdaging aangaan!

    Dit seizoen heeft Gert geholpen met het organiseren van 2 rondes van Geel tot Xanten in Duitsland, een afstand van 160 km. De gemiddelde snelheid van de deelnemers varieert van 10 km/u tot 39 km/u. Het is niet belangrijk wie als eerste of laatste eindigt. Iedereen bereikt de finish in stijl, met de handen in de lucht, trots op hun resultaat.

    ‘Samenwerken met deze atleten is een unieke ervaring die de moeite waard is en ik voel me dan ook ongelofelijk bevoorrecht’, besluit Gert. ‘Het is zo leuk om dit te doen met mensen die zo dankbaar zijn en die simpelweg van elke minuut van deze activiteiten genieten. Dit is allemaal slechts mogelijk dankzij de sponsoring van vele mensen en organisaties, waaronder INEOS Olefins & Polymers in Geel’.

    Indien u meer te weten wenst te komen over Avalympics, bezoek dan hun website: www.avalympics.be

    3 minuten gelezen Nummer 1
  • gulf-coast-banner.jpg

    INEOS Oxide noemt 3 potentiële locaties aan de Gulf Coast in de verenigde staten

    INEOS Oxide heeft Plaquemine Louisiana, Battleground Deer Park Texas en Chocolate Bayou Texas vastgelegd als de 3 locaties waar een gedetailleerd finaal onderzoek zal worden verricht ter uitbreiding van de capaciteit van ethyleenoxide (EO) en ethyleenoxide-derivaten (EOD) als onderdeel van zijn strategie van wereldwijde groei in de komende jaren.

    ‘Na onze aankondiging eerder dit jaar hebben we de potentiële locatie voor een gedetailleerd finaal onderzoek naar onze EO- en EOD-investering tot een paar opties teruggebracht’, aldus Hans Casier, CEO INEOS Oxide. ‘Het werk dat we sinds maart hebben gedaan, heeft opnieuw bevestigd dat de Verenigde Staten de voor de hand liggende locatie is voor de volgende uitbreiding van INEOS Oxide. Het is een markt die we goed kennen en waar de INEOS Group reeds aanwezig is met zijn fabrieken en in staat is ten volle gebruik te maken van competitief geprijsde grondstoffen.’

    ‘We zijn zeer enthousiast over dit project dat, met een capaciteit van ongeveer 500 kt EO, tot de grootste ter wereld zal behoren. De sites van Battleground, Chocolate Bayou en Plaquemine hebben bewezen koplopers te zijn in de doorlichting die we tot nu toe uitgevoerd hebben. We nemen ons voor begin volgend jaar een beslissing te nemen over de definitieve locatie en verder te gaan met een gedetailleerde engineeringstudie. Opstart van het nieuwe complex wordt voorzien tegen het einde van 2014.’

    2 minuten gelezen Nummer 1
  • ENB-Banner.jpg

    INEOS Oxide breidt capaciteit voor Ethylideennorborneen (ENB) uit

    INEOS Oxide heeft op 6 december het plan bevestigd om zijn Ethylideennorborneen (ENB)-capaciteit uit te breiden in het kader van de middellange termijnstrategie om de business wereldwijd uit te breiden. Er wordt verwacht dat de fabriek operationeel zal zijn in 2015.

    Als onderdeel van zijn groeistrategie plant INEOS Oxide de bouw van een nieuwe ENB-fabriek in Zuid-Oost-Azië. Studies over de meest geschikte locatie en grondstoffenbevoorrading zijn lopende.

    ‘We zijn er van overtuigd dat de aanhoudende wereldwijde groei en potentiële vraag van nieuwe ENB-klanten, meer specifiek naar EPDM, nieuwe ENB-capaciteit zal vereisen en wij geloven dat we het beste vanuit Zuid-Oost-Azië op deze groeimarkten kunnen inspelen’, aldus Hans Casier, CEO INEOS Oxide.

    ‘We zijn verheugd vandaag deze aankondiging te kunnen doen, die INEOS zal toelaten zijn klanten te blijven ondersteunen naarmate hun business groeit. De timing voor de eenheid zal afhangen van het afronden van discussies over de grondstoffenbevoorrading, vergunningen en volledige engineeringstudies, maar we mikken naar een opstartdatum in 2015’.

    ENB wordt voornamelijk gebruikt als Diëenmonomeer in de productie van Ethyleenpropyleen Diëenrubber (EPDM), een extreem slijtvaste en weerbestendige high performance rubber die meer en meer de voorkeur wegdraagt in de auto-, witgoeden bouwindustrie. Omwille van zijn unieke moleculaire structuur, wordt ENB ook als geurdrager gebruikt bij de fabricage van hoogwaardige parfums.

    2 minuten gelezen Nummer 1
  • In het nieuws

    Gaan voor goud

    View

    INEOS helpt om geld te verdienen

    View

    De EU hernieuwt de hoop op een doorbraak

    View