De vraag naar energie stijgt wereldwijd sinds de 18e eeuw, toen de mens de natuurlijke rijkdommen van de aarde begon te gebruiken om de industriële revolutie op gang te trekken. Deze leidde overal ter wereld tot grote veranderingen. Maar de recente, snelle industrialisering van landen zoals India en China blijft de vraag naar brandstof fel opdrijven. Wat heeft de toekomst in petto?
JAN Modaal ligt wellicht niet wakker van de wereldwijde vraag naar energie, maar regeringen, wetenschappers, academici, milieuactivisten en energie-intensieve bedrijven (zoals INEOS) proberen constant om efficiënter om te gaan met energie. Het is een groot probleem.
Vandaag voeden fossiele brandstoffen overal ter wereld fabrieken waar elke dag tonnen chemicaliën worden geproduceerd, zodat andere fabrieken alles kunnen vervaardigen wat we in het leven gebruiken. Van verf tot plastic, van medicijnen tot mobiele telefoons, van auto’s tot kleding.
„Veel problemen die het voortbestaan van de mens op onze planeet bedreigen, komen voort uit het toegenomen verbruik van energie, water en grondstoffen”, aldus een woordvoerder van Friends of the Earth Europe.
Maar wat zijn de alternatieven? Kunnen windmolenparken en zonne-energie het antwoord bieden?
„Ja”, luidt het antwoord bij Friends of the Earth Europe.
„Gedeeltelijk”, denkt INEOS. Ze maken deel uit van de energiemix, maar volstaan niet om aan alle behoeften van de mens te voldoen. Het zal nog enkele decennia duren om de manier waarop we in Europa elektriciteit en warmte produceren helemaal om te gooien. Tot die tijd hangt
INEOS dus af van fossiele brandstoffen. De uitstoot van gas is hoe dan ook maar half zo groot als die van steenkool. Daarom is INEOS overtuigd van zijn plicht tegenover het milieu om het gebruik van gas in plaats van steenkool aan te moedigen.
De producenten van hernieuwbare technologieën zijn belangrijke klanten van INEOS. INEOS vervaardigt grondstoffen voor windmolens en zonnecellen. Die grondstoffen worden gemaakt uit molecules die de onderneming uit gas haalt.
„We hebben gas op lange termijn nodig als grondstof om de productie te ondersteunen”, zegt Leen Heemskerk, Chief Financial Officer van INEOS Olefins & Polymers Europe (North).
Gas is voor INEOS dus niet gewoon een brandstof om energie op te wekken. Het is ook een grondstof van chemicaliën die nodig zijn voor heel wat essentiële producten (medicijnen, kleding, gebouwen, voertuigen, computers ...) en groene technologieën (windmolens en energie-efficiënte materialen ...).
INEOS zal altijd gas nodig hebben om deze essentiële producten te vervaardigen, ook wanneer de onderneming de overstap naar koolstofarme energie heeft gemaakt. Daarom is het van cruciaal belang dat Europa over een zekere en competitieve gasbevoorrading op lange termijn kan rekenen om de toekomst van de verwerkende industrie veilig te stellen.
„INEOS staat volledig achter het streven naar innovatie om alternatieve energiebronnen te vinden, maar we moeten realistisch blijven over het tempo waaraan we onze economie koolstofarm kunnen maken”, zegt Leen.
Momenteel verbruikt de wereld zowat 529 biljard BTU per jaar. Fossiele brandstoffen leveren bijna 80 % van de energie wereldwijd. De grootste consument is de nijverheid, die de producten levert waarvan de maatschappij afhangt.
De VS (slechts 5 % van de wereldbevolking) verbruikt vandaag ongeveer 20 % van de totale energiebevoorrading.
Maar naar verwachting zal de wereldwijde vraag naar energie tegen 2040 verdubbelen. De mensen in India en China (samen meer dan 30 % van de wereldbevolking) worden namelijk rijker en willen meer energieverbruikende goederen, zoals computers.
Volgens milieuactivisten moet de maatschappij haar gedrag wijzigen om een energiecrisis te vermijden en de hoop levend te houden dat we de klimaatverandering kunnen afwenden.
De strengere regelgeving en de beperkingen op broeikasgassen hebben al geholpen, zeggen ze.
Maar Friends of the Earth Europe vindt dat rijke landen ook hun energieverbruik moeten terugdringen en ook de Europese Commissie is deze mening toegedaan.
Ze stelt ambitieuze streefdoelen voor Europa, die de industrie uiteindelijk zouden kunnen dwingen om drastisch in het energieverbruik te snoeien.
INEOS denkt dat dit onbedoelde gevolgen kan hebben. Zo zouden de investeringen en de groei van de industrie kunnen verschuiven naar regio’s buiten Europa.
„Er bestaat een groot misverstand over de chemische industrie”, verduidelijkt Greet Van Eetvelde, INEOS Manager van Cleantech Initiatives. „We verbruiken veel energie, maar het is niet zo dat we dat inefficiënt doen. We zoeken constant naar manieren om minder energie te gebruiken. Dit komt niet alleen het milieu, maar ook onze cijfers ten goede. Daarnaast zijn we koolstofi ntensief. We gebruiken gasmolecules als grondstof. We hebben nog een lange weg af te leggen voor de ambtenaren begrijpen wat we doen. Voor hen is industrie gewoon industrie. Maar de verwerkende industrie is anders en zonder de chemische industrie in het bijzonder zou het moderne leven niet mogelijk zijn.”
Volgens Dan Byles, voorzitter van de partijoverkoepelende parlementaire groep voor onconventionele olie en gas van de regering van het Verenigd Koninkrijk, is de vraag niet of de wereld koolstofarme energie wil. „Waar het over gaat, is de weg om daar te geraken”, zegt hij. „Gas moeten we zien als een overgangsbrandstof tussen een energiesysteem dat nog altijd door olie en steenkool wordt overheerst en de koolstofarme energiemix van de toekomst waarnaar we allemaal streven.”
Hij pleit ervoor dat we niet zouden moeten kiezen tussen gas of hernieuwbare energiebronnen. „We hebben beide nodig”, zegt hij, „en dat zal nog een tijdje zo blijven.”
Steenkool – de grootste boosdoener – is de brandstof van de duizelingwekkende klim van China van een kleine, opkomende markt tot de op één na grootste economie ter wereld. Aan dit succesverhaal hangt weliswaar een al even hallucinant prijskaartje voor het milieu, want vandaag stoot China meer CO2 uit dan eender welk land.
Vorig jaar daalde de steenkoolafhankelijkheid van China voor het eerst deze eeuw, wat gepaard ging met een snelle stijging van het gebruik van hernieuwbare energie.
Volgens Greenpeace Oost-Azië levert dit de planeet „nieuwe kansen” op.
„Als het steenkoolverbruik zou blijven stijgen zoals de afgelopen tien jaar in China, zouden we alle hoop om de klimaatverandering onder controle te krijgen, mogen opbergen”, verklaart Lauri Myllyvirta van de energiecampagnes bij Greenpeace Oost-Azië. „De piek is misschien nog niet bereikt, maar het is wel een teken dat China stilaan afstand neemt van steenkool.”
We moeten alternatieve energiebronnen vinden, want met een stijgende wereldbevolking zal ook de vraag naar energie blijven groeien.
In de ontwikkelde wereld heeft de toegang tot veilige, betrouwbare en betaalbare energie het leven van de mensen veranderd. Ook voor wie in de armste landen ter wereld woont, zou dat het geval kunnen zijn.
Dat vindt alvast Bill Gates, oprichter van Microsoft en een van de rijkste mensen op aarde.
„In de rijke wereld maken we ons terecht zorgen om energiebesparing, maar in arme regio’s hebben de mensen net meer energie nodig”, blogde hij onlangs. „Landen die uit de armoede willen geraken, hebben verlichting nodig in de scholen zodat de studenten ook ‘s avonds kunnen studeren, koelkasten in gezondheidscentra zodat de vaccins koel blijven en pompen om de landbouwgrond te irrigeren en schoon water te leveren.”
Volgens Bill Gates hebben de rijke landen, zoals de VS, de plicht om meer te investeren in onderzoek naar schone energie.
„De bedoeling is om energiebronnen te ontwikkelen die helemaal geen koolstof produceren”, aldus nog de baas van Microsoft.
De chemiesector slorpt dan wel een flinke hap van de wereldwijde energievoorziening op, maar is essentieel voor heel wat ontwikkelingen en helpt de wereldeconomie koolstofarm te maken.
De uitstoot is wereldwijd teruggedrongen dankzij verbeteringen waaraan de chemische industrie een belangrijke bijdrage heeft geleverd. Denk maar aan isolatiematerialen voor de bouwsector, chemische meststoffen en producten die de oogsten beschermen, plastic verpakking, verlichting, antifoulingcoatings voor schepen, synthetisch textiel, kunststof voor de automobielsector, detergenten voor gebruik op lage temperatuur, efficiëntere motoren en polymeren voor leidingen.
„Deze besparingen bewijzen de vitale rol van de chemische industrie in het koolstofarm maken van de economie”, zegt een woordvoerder van de International Council of Chemical Associations. „In werkelijkheid zou het niet mogelijk zijn om deze CO2-besparingen waar te maken zonder de voordelen van chemische producten en technologieën.”
Het gebruik van chemie in energiebesparende producten, zoals isolatiematerialen voor de bouw, compacte fluorescentielampen en lichte, plastic auto-onderdelen, levert in de VS alleen al een besparing op van tot 10,9 biljard BTU energie en tot $ 85 miljard per jaar.
In mensentaal betekent dit dat de VS zijn energieverbruik met 11 % teruggedrongen heeft en net zoveel energie heeft bespaard als er nodig is om 135 miljoen voertuigen een jaar lang aan te drijven.
„Dat is 55 % van alle auto’s die vandaag op de weg rijden”, preciseert Ryan Baldwin, woordvoerder van de American Chemistry Council.
De International Council of Chemical Associations liet onlangs weten dat chemische producten voor voertuigen vandaag 230 miljoen ton aan uitstoot van broeikasgassen per jaar helpen te besparen.
INEOS is heel nauw betrokken bij de vooruitgang die fabrikanten hebben geboekt om auto’s lichter, sterker en zuiniger te maken. Het gebruik van plastic is daar een voorbeeld van, net als koolstofvezel. Maar er zijn ook een reeks andere grondstoffen die INEOS vervaardigt, met toepassingen in zuinige banden en synthetische oliën, die de motorefficiëntie verhogen.
INEOS fabriceert ook onderdelen voor windmolens en de zonne-energiesector. Kortom, de onderneming stelt andere industrieën, in het bijzonder die van de hernieuwbare energie, in staat om energie te besparen en de CO2-uitstoot te verminderen.
De overgang naar hernieuwbare energiebronnen zal hoe dan ook niet meteen voor morgen zijn. De hernieuwbare energiesector groeit dan wel snel, maar nog niet snel genoeg. Bovendien produceren de groene technologieën niet constant voldoende energie om aan de vraag te voldoen.
Volgens de National Academies, adviseurs voor de VS op het gebied van wetenschappen, techniek en geneeskunde, is het voor de toekomst van onze energie even belangrijk om de hoeveelheid verloren energie terug te dringen als om nieuwe bronnen te vinden.
„Elke minuut gaan reusachtige hoeveelheden energie verloren omdat we ze moeten omzetten in bruikbare vormen”, zegt een woordvoerder.
Ook op dit vlak levert INEOS creatief werk. Dat moet ook als INEOS zijn activiteiten wil voortzetten in Europa, waar energie momenteel tweemaal zoveel kost als in de VS.
„We moeten onze energie-efficiëntie constant maximaliseren”, zegt Jean-Noel Large, die de efficiëntie van Petroineos in Lavéra (Frankrijk) moet verbeteren. „Het is een topprioriteit, samen met de veiligheid van de vestiging.”