Europa is een van de duurste regio’s ter wereld om chemicaliën te produceren. Daarom moeten energie-intensieve bedrijven zoals INEOS creatieve oplossingen bedenken om competitief te blijven. Veranderingen op til in de Franse vestiging in Lavéra.
Marseille is de oudste en op één na grootste stad van Frankrijk. De stad kan uitpakken met kilometerslange zandstranden en prachtige gebouwen.
Je zou dus niet denken dat Marseille ook maar iets gemeen heeft met een naburige aardolieraffinaderij die elke dag duizenden tonnen benzine, vliegtuigbrandstof, diesel en stookolie produceert.
En toch. Want de Lavéra petrochemiefabriek en de Petroineos aardolieraffinaderij van INEOS, op zowat 50 kilometer ten westen van Marseille, verbruiken evenveel energie als de stad zelf.
En dat is nu net het probleem.
“We moeten onze energie-efficiëntie voortdurend optimaliseren”, zegt Jean-Noël Large, die de energieprestaties van de 81 jaar oude raffinaderij moet verbeteren. “Dat is een absolute prioriteit voor INEOS en niet alleen in Frankrijk. De hoge energiekosten zijn een probleem in heel Europa. Die liggen tegenwoordig ongelofelijk hoog, vergeleken met de VS en Azië. In vergelijking met andere, even grote petrochemiebedrijven en raffinaderijen op andere continenten bevinden we ons in een lastig parket. En de mensen hier zien dat zelf ook.”
In zijn functie werkt Jean-Noël nauw samen met productie-, proces- en onderhoudstechnici in de vestiging, deskundigen van INEOS Technologies en externe partners.
“Het modelleringsteam van INEOS Technologies kan simulaties doen en zo zoeken naar manieren om de site efficiënter te maken”, zegt hij.
De vestiging in Lavéra is met haar 650 hectare een van de grootste petrochemische sites in Europa. De vestiging was in handen van BP toen Jean-Noël hier in 1989 aan de slag ging. INEOS nam de site negen jaar geleden, in december 2005, samen met de BP-bedrijfstak Innovene over voor $ 9 miljard.
“Toen BP de site in handen had, waren de energieprijzen in Europa nog competitief”, zegt hij. “Maar sindsdien zijn ze blijven stijgen, terwijl onze concurrenten in de VS hun energiekosten drastisch zagen dalen dankzij de opkomst van schaliegas. Zo is er een enorme kloof ontstaan tussen deze markten. Energie is nu een absolute prioriteit voor ons, net als de betrouwbaarheid van de site.”
Tom Crotty, INEOS Group Director, zegt dat bij INEOS Olefins & Polymers in Frankrijk een ton ethyleen produceren twee keer meer kost dan in Amerika. En dat is te wijten aan de stijgende energieprijzen in Europa. “Als we ook in de komende jaren nog willen concurreren, is het cruciaal om onze energiefacturen te verlagen”, zegt Jean-Noël.
Hij werkt momenteel aan verschillende projecten. Kleinere zijn al operationeel, zoals een stoombalanstool om het stoomverbruik in de raffinaderij te analyseren. Andere projecten lopen nog. Tot nu toe hebben de investeringen en nauwkeurige opvolging het aantal stoomlekken met 20 % doen dalen. Bovendien heeft Jean-Noël nog plannen.
Dit jaar leidt hij ook een grootschalige aanpassing van een van de ovens in de raffinaderij. De oliedistillatie-eenheid wordt nu aangedreven door een mengsel van vloeibare brandstof en gas, maar vanaf mei is dat alleen nog gas.
“Nu zorgt de verbranding van vloeibare brandstof voor afzettingen in de oven, zodat die niet op en top efficiënt kan werken”, zegt Jean-Noël.
Door de efficiëntie te verhogen, zal de eenheid minder brandstof verbruiken, kan de onderneming geld uitsparen en daalt de uitstoot van de fabriek.
Petroineos Manufacturing France investeert ook in een project ter waarde van € 70 miljoen om tegen halfweg 2015 twee nieuwe geavanceerde stoomketels te installeren. Dan zal de raffinaderij nog efficiënter werken en de uitstoot zal verder dalen.
In 2002 stootte de vestiging elk jaar nog 13.000 ton zwaveldioxide uit. Tegen 2013 lag dit cijfer 70 % lager dankzij een reeks verbeteringen en investeringen. “Met de veranderingen die we nu doorvoeren, kunnen we deze uitstoot tegen 2016 nog eens met meer dan 90 % terugdringen”, zegt Jean-Noël.
Hij zegt dat alle projecten een enorme impact zullen hebben op de efficiëntie van de raffinaderij en de concurrentiekracht van de vestiging zullen versterken. “We denken tot € 25 miljoen per jaar te kunnen besparen”, zegt hij.
Jean-Noël kijkt vol verwachting uit naar de toekomst van Lavéra en de rol die hij daarin kan spelen. “Ik heb carte blanche om alle wegen te verkennen die interessant kunnen zijn, onze prestaties verbeteren en de kosten voor de onderneming drukken”, zegt hij.
“Ik analyseer elke eenheid in de raffinaderij en elke mogelijkheid om minder energie te verbruiken. En hopelijk zullen de ervaring en de kennis van de site, vanonze medewerkers en van mezelf helpen om dit actieplan uit te voeren.”