Als je de grootste ondernemer in de geschiedenis moest kiezen, wie zou dat zijn? De man die de iPhone ontwikkelde, de ‘lastige’ leerling die later de gloeilamp uitvond of de vrouw die geloofde dat iedere vrouw mooi kan zijn? Een eenvoudige vraag die niet zo eenvoudig te beantwoorden valt, zo ondervond INCH.
APPLE
Steve Jobs (1955 – 2011) was de medeoprichter van Apple. Samen met zijn schoolvriend Steve Wozniak verkocht hij de eerste Apple computer in 1976. In 1985 verliet Jobs Apple met slaande deuren, maar hij kwam in 1996 terug en schopte het in 1997 tot CEO. Jobs krikte de slechte winstcijfers van Apple op en leidde de ontwikkeling van de iPod, de iPhone en de iPad in goede banen. Zijn grootste talent was volgens velen zijn vermogen om de markt te doorzien en een innovatief product te ontwerpen dat iedereen wilde.
AMAZON
Jeff Bezos (1964 -) een goedbetaalde baan bij een hedge fund in New York op om zijn eigen webwinkel op te starten in zijn garage: Amazon. Aanvankelijk verkocht de website alleen boeken, maar Jeff wilde meer zijn dan een boekenverkoper. Hij had grotere plannen met Amazon. Bezos maakte onlineshoppen zo eenvoudig dat klanten tegenwoordig met één muisklik zowat alles kunnen vinden en kopen. Amazon is tegenwoordig de grootste retailer op het internet.
Mark Zuckerberg (1984 –) begon op school computerprogramma’s te ontwikkelen. Diverse bedrijven, waaronder AOL en Microsoft, boden hem een baan aan nog voor hij was afgestudeerd aan Harvard University. Hij wimpelde ze af en zou later Facebook oprichten. Vandaag heeft zijn sociaalnetwerksite meer dan een miljard gebruikers en een marktkapitalisatie van meer dan $ 150 miljard.
STAALINDUSTRIE
Andrew Carnegie (1835 – 1919) is vooral bekend omdat hij talloze gratis openbare bibliotheken liet bouwen. Maar als industrieel lag hij ook aan de basis van de enorme groei van de Amerikaanse staalindustrie aan het einde van de 19e eeuw. Toen hij zijn onderneming in 1901 aan JP Morgan verkocht, werd de waarde ervan geschat op meer dan $ 400 miljoen. Carnegie deed er alles aan om anderen te helpen. Toen hij in 1919 overleed, had hij zowat $ 350 miljoen van zijn fortuin weggeschonken. Hij schreef ooit: “Een man die rijk sterft, sterft in schande.”
VLIEGTUIG
Het eerste vliegtuig werd gebouwd door Wilbur Wright (1867 – 1912) en zijn broer Orville (1871 – 1948). Nadat de broers uitvoerig hadden bestudeerd hoe vogels vliegen, sloegen ze op 17 december 1903 de hele wereld met verstomming. Die dag toonden ze dat ook de mens kan vliegen, met een vlucht van 12 seconden over een afstand van 37 meter.
IKEA
IKEA De in Zweden geboren Ingvar Kamprad (1926 -) begon op zijn veertiende lucifers, die hij in het groot aankocht in Stockholm, te verkopen aan zijn buren. De notie dat hij een product kon kopen en dan doorverkopen met winst deed zijn ambities groeien. Kamprad ging vervolgens vis, kerstversiering, pennen, potloden en zaden verkopen. Op zijn zeventiende gaf hij zijn nieuwe bedrijf de naam ‘IKEA’ en breidde hij zijn productaanbod verder uit. Op zijn 21e verkocht Kamprad ook meubelen en op zijn 27e – in 1953 – opende hij zijn eerste IKEA-winkel. Vandaag heeft IKEA winkels in 25 landen en boekt het bedrijf een jaarlijkse omzet van meer dan 21 miljard euro.
AUTO
Henry Ford (1863-1947) maakte de wagen bereikbaar voor het gewone volk. Zijn T-Ford was alles wat een auto volgens hem moest zijn: betaalbaar en betrouwbaar. Het enige probleem was dat hij er maar een paar per dag van kon maken, niet genoeg om de vraag bij te houden. Uiteindelijk opende hij een grote fabriek met een lopende band en groeide hij uit tot de grootste autoproducent ter wereld dankzij een wagen die eenvoudig te besturen en goedkoop te herstellen was.
COSMETICA
Estée Lauder (1906 – 2004) was de dochter van een Hongaarse immigrant. Ze richtte haar cosmeticabedrijf op in 1946 met niet meer dan vier producten in het assortiment en een onwrikbaar geloof: iedere vrouw kan mooi zijn. Ze begon door huidverzorgingsproducten te verkopen aan schoonheidssalons en hotels en vond dat je de klant moest raken als je iets aan de man wou brengen. “Ik heb het zover geschopt door ervoor te werken, niet door het gewoon te willen of erop te hopen”, zei ze vaak tegen haar verkoopteam.
JEANS
Levi Strauss (1829–1902) werd geboren in Duitsland, maar verhuisde in 1847 naar Amerika om voor zijn broers te gaan werken. Zes jaar later richtte hij zijn eigen bedrijf op. Strauss voerde kleding, ondergoed, paraplu’s en stoffen in, en verkocht die goederen door aan kleine winkels langs de hele westkust van Amerika. Maar het was een klant, een kleermaker, die Levi op het idee bracht om stevige ‘overalls’ te maken die we nu kennen als jeans. Aanvankelijk werden de jeans wellicht gemaakt door naaisters thuis. Maar tegen de jaren 1880, toen jeans populairder werden, opende Strauss zijn eigen fabriek. Het begin van een mooi verhaal.
DRUKPERS
Johannes Gutenberg (1395 – 1468), een Duitse goudsmid en zakenman, vond de drukpers met vervangbare/losse houten of metalen letters uit in 1436. Zijn uitvinding, waarvoor hij geld moest gaan lenen, zou een revolutie teweegbrengen in de productie van boeken.
KOMPAS
De Chinese vonden het kompas uit tijdens de Han-dynastie. Het was gemaakt van magnetiet, een van nature magnetisch ijzererts. Dankzij het kompas konden zeelui zich veilig ver van de kust wagen, waardoor de zeehandel toenam. Meteen het begin van het tijdperk van de grote ontdekkingen.
ONTDEKKINGSREIZIGER
De Portugees Ferdinand Magellan (1480 – 1521) organiseerde de expeditie die als eerste rond de wereld zou varen. Hij vormde een vloot van vijf schepen en ondanks enorme tegenslagen (de kapitein van een van de schepen keerde terug naar huis en Magellaan zelf stierf tijdens de slag om Mactan) bewees hij dat de aarde rond is.
GLOEILAMP
Thomas Edison (1847 – 1931) was de jongste van zeven kinderen. Zijn moeder besloot om hem thuis les te geven nadat zijn leraar hem ‘lastig’ had genoemd. Edison leerde pas spreken toen hij vier was. Maar vanaf dat moment kwam de vraag ‘Waarom?’ voortdurend over zijn lippen. Op zijn twaalfde werd hij krantenverkoper en later bracht hij zijn eigen kleine krant uit. Hij vroeg in zijn leven meer dan 1.000 octrooien aan, onder meer voor de elektrische gloeilamp, de eerste praktische dictafoon, de fonograaf en de accu. Edison haalde zijn laatste octrooi binnen op zijn 83e. Voor velen zal hij altijd de grootste uitvinder aller tijden blijven.
Larry Page (1973 -) en Sergey Brin (1973 -) leerden elkaar kennen aan de universiteit van Stanford in 1995. Larry was geïnteresseerd om zich in te schrijven en Sergey moest hem een rondleiding geven. Twee jaar later richtten de studenten samen Google op, een van de snelst groeiende bedrijven aller tijden. Vandaag is Google de populairste zoekmachine ter wereld. Hun filosofie is eenvoudig: geweldig is niet goed genoeg.
TEKENFILMS
Walt Disney, de tekenaar van magische figuurtjes zoals Mickey Mouse en Sneeuwwitje, was een pionier in de animatiesector. Hij werkte 43 jaar in Hollywood en stond bekend als de man die de dromen van alle Amerikanen deed uitkomen. Hij was enorm gedreven om de kunst van animatie te perfectioneren. Toen Technicolor zijn intrede deed in de wereld van de animatie, had hij twee jaar het octrooi ervan in handen. Disney was op dat moment dus de enige die tekenfilms in kleur mocht maken.
INTERNET
Computerwetenschapper Sir Timothy Berners-Lee (1955 -) bedacht in 1989 het World Wide Web, een online hypermedia-initiatief om wereldwijd informatie uit te wisselen, terwijl hij voor CERN werkte, het Europese laboratorium voor deeltjesfysica.
TATA GROUP
J R D Tata (1904 – 1993) werd in 1929 de eerste Indische piloot met een vergunning. Drie jaar later richtte hij de eerste commerciële luchtvaartmaatschappij van India op: Tata Airlines, het latere Air India. In 1925 ging hij als onbetaalde stagiair aan de slag bij het bedrijf van zijn oom, Tata & Sons. In 1938 – op zijn 34e – werd hij verkozen tot Chairman. Onder zijn Chairmanschap zag de groep zijn activa groeien van $ 100 miljoen tot $ 5 miljard. Wat begon met 14 bedrijven, was aan zijn pensioen uitgegroeid tot een groep van 95 ondernemingen.
COCA COLA
In 1886 brouwde John Pemberton (1831 – 1888) een apotheker uit Atlanta, een zoete, karamelkleurige vloeistof. Omdat hij wilde weten wat er zou gebeuren als hij dit mengde met spuitwater, ging hij ermee naar Jacobs’ Pharmacy. Hij deed er spuitwater bij en liet enkele klanten proeven. Ze vonden het allemaal lekker en dus begon Jacobs’ Pharmacy het goedje te verkopen voor vijf cent per glas. Pembertons boekhouder, Frank Robinson, noemde het drankje Coca-Cola en bouwde vervolgens een onderneming uit rond deze uitvinding. Vandaag boekt de Coca-Cola Company een jaaromzet van meer dan $ 35 miljard.
CHINA YOUTHOLOGY
Zafka Zhang richtte in 2008 mee het marktonderzoeksbureau China Youthology op. Bedrijven als Audi, Nokia, L’Oreal en Daimler hebben via zijn onlinebedrijf inzicht gekregen in de Chinese jongerencultuur en zijn zo te weten gekomen hoe ze hun merk beter kunnen verkopen.
MICROSOFT
Bill Gates (1955 -) begon computers te programmeren toen hij dertien was. Hij maakte Harvard nooit af omdat hij al zijn energie wilde steken in Microsoft. Gates was er namelijk rotsvast van overtuigd dat de computer onmisbaar zou worden op elk bureau en in elk huis. Hij ging software ontwikkelen voor pc’s, het begin van de pc-revolutie. Bill Gates heeft al $ 28 miljard aan zijn Stichting geschonken, maar nu wil hij polio uitroeien met dezelfde gedrevenheid die hij voor Microsoft aan de dag legt.
FEDEX
Met het geld dat zijn vader hem had nagelaten, richtte Fred Smith (1944 -) Federal Express op, een wereldwijde koeriersdienst die pakjes de volgende dag al afleverde, ook al had een professor hem gewaarschuwd dat dit onhaalbaar zou zijn. Zijn onderneming, tegenwoordig bekend onder de naam FedEx, is uitgegroeid tot wellicht het grootste vervoersbedrijf ter wereld. Het verwerkt elke dag meer dan acht miljard vrachtstukken en is actief in zeker 220 landen.
GSM
Martin Cooper (1928 -) bedacht het concept van de zaktelefoon in 1973 toen hij bij Motorola werkte. Het prototype, dat twee kilo woog, zou Motorola naar verluidt zowat $ 1 miljoen gekost hebben, omgerekend naar de huidige waarde. De batterij ging 20 minuten mee, maar dat maakte niet uit want zolang kon je de telefoon toch niet vasthouden.
TELEFOON
Alexander Graham Bell (1847 – 1922) kreeg in 1876 als eerste een octrooi voor de elektrische telefoon. Hij schaafde het ontwerp ervan bij en tegen 1886 hadden meer dan 150.000 mensen in de VS een telefoon. Hij zou later zeggen: “Ooit zal degene aan de telefoon kunnen zien met wie hij spreekt.”
PAPAYAMOBILE
Si Shen werd geïnspireerd na het lezen van The Road Ahead door Microsoft-oprichter Bill Gates. Hij wilde de wereld veranderen; en zij ook. Na enkele jaren werken voor Google keerde ze terug naar Beijing, waar ze samen met een vriend in 2008 Papaya lanceerde. Vandaag vormt ze mobiele telefoons om tot sociale netwerken. De software laat mensen toe om foto’s te delen, berichten te verzenden en spelletjes te spelen met andere gamers; er zouden meer dan 35 miljoen gebruikers zijn.
VIRGIN GROUP
Sir Richard Branson (1950 -) zei de schoolbanken vaarwel op zijn zestiende en begon in 1970 voor de laagste prijs platen te verkopen aan zijn vrienden. Later opende hij een platenwinkel in de Londense Oxford Street, bouwde hij een opnamestudio en contracteerde hij artiesten als The Rolling Stones. Vandaag bestaat zijn Virgin Group uit meer dan vierhonderd bedrijven.
STARBUCKS
Het begon allemaal met een kopje koffie. Howard Schultz (1953 -) sprak in 1981 met de medewerkers van Starbucks in Seattle en was zo onder de indruk dat hij een jaar later marketing director van de onderneming werd. In die tijd had Starbucks maar vier vestigingen. Tijdens een reis naar Italië in 1983 kwam hij op het idee om de traditie van de Italiaanse koffiehuizen over te brengen naar de VS. Hij verliet Starbucks even om het op eigen houtje te proberen, maar kwam in 1987 terug en kocht de onderneming over. Vandaag telt Starbucks meer dan 17.000 vestigingen in 60 landen.