Tot dusver is de industrie erin geslaagd om de CO2-uitstoot te verminderen door efficiënter met energie om te springen, maar op een bepaald moment zal er meer moeten gebeuren om de opwarming van de aarde tegen te gaan. Daarom is INEOS betrokken bij een project dat de wereld kan veranderen
INEOS is begonnen met een initiatief dat de wereld zou kunnen veranderen.
Het is lid geworden van ELEGANCY, een Noors onderzoeksproject om een betere, gemakkelijkere en goedkopere manier te vinden om koolstof op te vangen, het broeikasgas waarvan wordt aangenomen dat het de opwarming van de aarde veroorzaakt.
Als de EU er dit jaar mee instemt om dit project te financieren, zal INEOS een promovendus van Imperial College in Londen sponsoren om voornamelijk te onderzoeken hoe de Grangemouth-site in Schotland koolstof kan opvangen en opslaan.
“In de toekomst zal de Britse economie aan veel strengere uitstootnormen moeten voldoen, dus is dit een heel goede samenwerking,” zei professor Nilay Shah, hoofd chemische technologie van de universiteit.
“We zullen de student een heleboel middelen aanreiken om de analyse uit te voeren en het team in Grangemouth zal hem of haar laten zien wat al dan niet mogelijk is op de site.”
INEOS, zei hij, is het perfecte bedrijf om mee samen te werken aan een project dat nauw aan het hart van de universiteit ligt.
“Het is een toekomstgericht bedrijf en heeft een aantal geweldige faciliteiten, niet alleen in Grangemouth, maar ook op het Europese vasteland, en het is zeer geïnteresseerd in wat we proberen te doen rond de opvang van waterstof en koolstof,” zei hij. “Alles wijst erop dat ze sterk openstaan voor deze samenwerking, om uitgedaagd en gepusht te worden om milieuvriendelijk te werken en snel te handelen.”
Onlangs heeft de universiteit een proefinstallatie gebouwd om beter te begrijpen hoe koolstofopvang werkt.
“We willen bedrijven als INEOS tonen dat het mogelijk is om in een koolstofarme omgeving te blijven functioneren,” zei hij.
De industrie heeft tot nu toe de emissies verminderd door energie-efficiëntie, hoewel daar geen wettelijke verplichting toe bestaat.
Maar professor Shah zei dat bedrijven als INEOS er goed aan doen om meer plannen te maken voor de toekomst voordat de wet wel degelijk verandert.
“Dit toont niet alleen hun engagement om hun CO2-voetafdruk te verminderen, maar ook dat ze erkennen dat ze een maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben,” zei hij.
Professor Shah zei dat de beslissing van INEOS om nauw samen te werken met een promovendus ook verfrissend was, omdat het bedrijf wist dat de student misschien moeilijke vragen zou kunnen stellen en knelpunten binnen het bedrijf kan blootleggen.
“De student kan wellicht manieren vinden om de dingen beter te doen, dus moeten de mensen aan de andere kant zich op hun gemak voelen om open te zijn over wat ze doen,” zei hij. “Deze samenwerking toont ons dat INEOS sterk inzet op schone productie.”
Regeringen zijn van mening dat de opvang en opslag van koolstof deel uitmaakt van een groenere economie.
Maar in sommige opzichten is de sector sceptisch. Er wordt gezegd dat de technologie momenteel niet alleen te duur is om te bouwen en te exploiteren, maar dat niemand echt heeft nagedacht over hoe ongewenst gas zou kunnen worden gedistribueerd aan wie het nodig heeft of zou willen.
INEOS, dat koolstofdioxide produceert als een bijproduct van zijn processen, zegt dat de promovendus het grootste deel van zijn tijd in Grangemouth en de kraakinstallaties in Rafnes, Noorwegen en Keulen zal doorbrengen.
“Dat is wat INEOS aantrok,” zei Colin Pritchard, Energy and Business Manager in Grangemouth. “Dit wordt geen zuiver academische oefening. De oplossingen moeten kunnen worden toegepast in de industrie.”
De student zal zelf kunnen beoordelen hoe goed zijn ideeën in de werkelijkheid zouden werken.
INEOS raakte betrokken bij het project via het O&O-netwerk van Greet Van Eetvelde, via professor Mazzotti van de ETHZ-hogeschool in Zürich en professor Shah, die beide partners van ELEGANCY zijn. Als het doorgaat, zal INEOS in juli de voor- en nadelen van koolstofopvang en -opslag onderzoeken in het kader van het consortium van zorgvuldig geselecteerde industriële partners en academische instituten binnen Europa.
“Het is een groot project dat misschien wel de wereld kan veranderen, maar zelfs een bedrijf zo groot als INEOS moet samenwerken met partners om dit mogelijk te maken, want de uitdagingen gaan dieper dan alleen technologie,” zei Colin, die ervoor moet zorgen dat de Grangemouth-fabriek wordt voorzien van voldoende stoom en energie.
Greet, die het overkoepelende INEOS Carbon & Energy Network voorzit, stuurt verschillende O&O-projecten aan in de INEOS-bedrijven. Haar doel is om oplossingen voor de industrie te begrijpen en mogelijk te maken, om ons zo op weg te zetten naar een koolstofarme economie.
“Door onze industriële ervaring en operationele kennis hopen we te kunnen helpen die toekomst mee op te bouwen,” zei ze.